Archeologie 2012
3 5 10 13 17 23 25 27 31 32 34
Kiezen voor Archeologie Opbouw En verder (studeren) ... Studieprogramma Inhoud vakken eerste jaar Weekschema eerste jaar Studieondersteuning Gewikt en gewogen Aan het werk Nog meer info Stadsplan
Kiezen voor archeologie
D
e opleiding Archeologie wordt georganiseerd door de faculteit Letteren en Wijsbegeerte. Een brede waaier van domeinen wordt er bestudeerd: pre- en protohistorie, Provinciaal-Romeinse, Middeleeuwse Archeologie, Griekse, Klassiek-Romeinse archeologie of archeologie van het Oude Nabije Oosten. Zowel de bachelor- als de masteropleiding is zeer sterk verweven met het wetenschappelijk onderzoek dat door een uitgebreid team van ervaren vorsers aan onze universiteit wordt uitgevoerd. In de opleiding worden uiteenlopende wetenschappelijke disciplines aangeboden. Dit zorgt voor een volwaardige vorming, zowel wat betreft het terreinwerk als de studie van archeologisch materiaal, literatuur, e.d. De klemtoon wordt hierbij gelegd op wetenschappelijk inzicht en op technieken van het archeologisch onderzoek.
www.flwi.UGent.be/onderwijs
Wat biedt de opleiding? De opleiding heeft niet alleen tot doel archaeologica te bestuderen, maar wil vooral het verleden van de mens in al zijn verschillende aspecten reconstrueren en belichten. De opleiding wil je dus vooral een wetenschappelijke methodologische onderbouw geven, naast een goede praktische vaardigheid. Daarenboven hebben de vakken als bedoeling kritisch en zelfstandig te leren omgaan met de archeologische wetenschap en de archeologische bronnen.
De informatie in deze brochure is gebaseerd op de gegevens uit de UGent-studiegids 2011-2012.
Gedrukt met vegetale inkten op FSC-papier
Grafisch ontwerp: www.blauwepeer.be - opmaak: www.johnnybekaert.be - druk en afwerking: www.pureprint.be
en met elektriciteit voor 100 % opgewekt
Fotografie: http://studio-edelweiss.be
uit duurzame CO2-neutrale bronnen.
Durf Denken: dat is het credo van de Universiteit Gent. Kritische en onafhankelijke breinen studeren, onderzoeken, werken aan de Universiteit Gent. Ieder jaar dragen we deze boodschap uit via een creatieve en onderscheidende campagne. Ieder jaar roepen we onszelf en de buitenwereld op om mee te durven denken.
3
Wetenschappelijkheid Wil je het verleden op een kritische manier benaderen en er meer uit distilleren dan waslijsten data, feiten en namen van culturen, dan is een opleiding in de archeologie de aangewezen keuze. Je leert niet alleen waar en met welke middelen je archeologische bronnen kan opsporen en onderzoeken, maar ook hoe je dat bronnenmateriaal op een kritische manier moet beoordelen.
Wereldvreemd? Indien je verwacht dat je als archeoloog het leven van Indiana Jones zal kunnen leiden, dan zit je verkeerd. Archeologie is een boeiende, maar tegelijk ook een serieuze wetenschap. Daarenboven vervullen de archeologen ook een belangrijke maatschappelijke rol, niet in het minst omwille van hun bekommernis om het cultureel patrimonium en hun inzet voor een betere kennis van het verleden. Die rol kan men uitspelen in eigen land, al zijn er ook tal van mogelijkheden om een carrière op te bouwen in het buitenland of rond buitenlandse thema’s.
Opbouw Bachelor In de Bachelor in de archeologie krijg je verschillende soorten vakken, zoals het studieprogramma duidelijk maakt: -- kennis- en inzichtvakken: overzichten van periodes en van grote archeologische regio’s; -- methodologische vakken: inleiding tot de archeologie, inleiding tot de natuurwetenschappen, archeologie en publiek, archeologie en beheer; -- praktijkvakken: begeleide oefeningen, waarin geleerd wordt zelfstandig onderzoek op te zetten en uit te voeren, terreinstages, excursies, materiaalpractica; -- een minor (15 studiepunten te kiezen in het tweede jaar en 30 studiepunten in het derde jaar bachelor): bedoeld om je te verdiepen in wetenschappen die nauw aansluiten bij de archeologische praktijk. De minors geografie, geschiedenis en kunstwetenschappen worden aanbevolen (preferentiële minors). Andere keuzes zijn ook mogelijk maar moeten door de faculteit worden goedgekeurd. Meer informatie over de minors is te vinden op www.flwi.UGent.be/minors. Dit zijn de pijlers waarop de opleiding steunt. Je wordt van meet af aan geconfronteerd met alle facetten van de archeologische praktijk en met diverse wetenschappelijke disciplines. De opleiding is een combinatie van hoor- en werkcolleges, terreinpraktijk en begeleide zelfwerkzaamheid. Naarmate de opleiding vordert, worden de hoorcolleges afgebouwd en neemt het belang van de werkcolleges en van het eigen onderzoek toe.
4
Dieper graven In deze brochure ligt de nadruk op de bacheloropleiding en op het eerste jaar van die bachelor in het bijzonder. Een vlotte start is immers cruciaal. Het eerste jaar van een universitaire opleiding is echter vaak vrij algemeen en de vakspecialisatie gebeurt pas in de daaropvolgende bachelorjaren of in de master. Het is daarom ook altijd interessant om het vakkenpakket van de verdere jaren grondig te bekijken. Dat kan via de website www.opleidingen.UGent.be (in de rechterkolom kun je naar de opleiding van je keuze gaan en kijken wat elk vak inhoudt). Net die vakken zullen het gezicht van je opleiding bepalen en geven een beeld van wat je later écht te wachten staat.
5
1ste jaar bachelor
2de jaar bachelor BACHELOR 180 studiepunten
3de jaar bachelor
MASTER 60 studiepunten
MASTER-NA-MASTER -- Linguistics -- literatuurwetenschappen -- meertalige bedrijfs communicatie -- archivistiek: erfgoed- en hedendaags documentbeheer -- theaterwetenschappen -- Conflict and Development e.a.
vast pakket basisvakken
Zowel in het tweede jaar bachelor als in het derde jaar zijn oefeningen voorzien. Vooral de oefening van het derde jaar moet beschouwd worden als een soort ‘eindwerk’, waarin je bewijst wat je intellectuele en wetenschappelijke kwaliteiten zijn en in welke mate je de basiselementen van de archeologische wetenschap hebt verwerkt en gebruikt.
MinorS: –– kunstwetenschappen –– geografie –– geschiedenis
>> De excursie
master
MajorS: –– Archeologie van West-Europa –– Archeologie van de Mediterrane Wereld en het Nabije Oosten –– Geoarcheologie
Specifieke lerarenopleiding
Doctoraat
Postgraduaatsopleidingen
Permanente vorming
6
>> Eigen werk leveren = oefeningen
MinorS: –– kunstwetenschappen –– geografie –– geschiedenis
ANDERE MASTERS Via verkorte bachelor -- wijsbegeerte -- moraalwetenschappen
Via voorbereidingsprogramma -- Taal- en letterkunde: N/E/F/D/Lat/Scan/Gr (na minor in één van die talen) -- vergelijkende moderne letterkunde -- historische taal- en letterkunde -- geschiedenis -- kunstwetenschappen -- geografie -- politieke wetenschappen -- EU-studies -- communicatiewetenschappen -- toerisme -- algemene economie -- bedrijfseconomie -- stedenbouw en ruimtelijke planning (na master) e.a.
Gedurende de hele opleiding worden regelmatig korte excursies georganiseerd: we bezoeken een archeologische site, een museum, een tentoonstelling … Die worden georganiseerd vanuit de opleiding of door de studenten zelf, die een zeer actieve Archeologische Werkgroep vormen. De excursies kaderen in de lessen en vormen een aangename aanvulling op het klassieke programma. In het derde jaar van de studie is een archeologische excursie in het buitenland voorzien. Eerdere excursies voerden naar Rome, Ierland, Nederland, Tunesië, Malta en Frankrijk. De kostprijs hiervoor wordt geraamd op ongeveer € 300. Er wordt verwacht dat je, in groepen, meewerkt aan de praktische organisatie van de reis. Door teksten en uiteenzettingen voor te bereiden over de bezochte regio en sites en contact op te nemen met collega’s archeologen en studenten in het buitenland, verbreed je immers je eigen horizonten.
Master De opleiding tot Master in de archeologie is erop gericht archeologen te vormen die in staat zijn zelf standig en gespecialiseerd wetenschappelijk onderzoek te verrichten en in staat zijn om leidinggevende functies (leiden van opgravingen, leiden van projecten enz.) met succes te vervullen. De kritische zin van academisch gevormde archeologen met een zelfstandige onderzoeksattitude zal in onze snel ontwik kelende samenleving broodnodig zijn om gelijke tred te houden met allerlei maatschappelijke processen die een steeds grotere rol toekennen aan de archeologie.De inhoud van de opleiding voldoet dan ook aan de voorwaarden om die doelstellingen te kunnen bereiken. De masterstudent moet zich de technieken en methodes van de archeologie voldoende eigen maken. De student moet de relevantie van het vak en de relatie met de maatschappij voldoende kunnen inschatten
Internationalisering In alle opleidingen bestaan er samenwerkingsprogramma’s met partneruniversiteiten. Een deel van je studietijd doorbrengen aan een buitenlandse universiteit is een unieke kans. Het bekendste uitwisselingsprogramma is wellicht ‘Erasmus’ waarbij beurzen ter beschikking worden gesteld binnen de Europese Unie. Soms kan je al vanaf het derde bachelorjaar een semester of een jaar ‘op Erasmus gaan’. De studieperiodes worden integraal in rekening gebracht voor je normale studieloopbaan zodat je geen studievertraging oploopt. Op die manier geef je een extra dimensie aan je studie en behaal je een Vlaams diploma met Europese allure. Een aantal opleidingen voorziet ook uitwisselingen buiten Europa en buitenlandse stages behoren eveneens tot de mogelijkheden.
7
en valoriseren. Het is belangrijk dat de studenten tijdens hun opleiding de kans krijgen eigen weten schappelijk onderzoek te verrichten, resulterend in een geschreven masterproef. In de drie voorgestelde majors (West-Europa, Mediterrane Wereld en het Nabije Oosten, en Geoarcheologie) zal die proef een belangrijke en zware wetenschappelijke prestatie vergen.
>> Stage Een ander aspect dat doorweegt is de stage (veldwerk). Stages zijn onmisbaar in de opleiding van archeologen, zeker nu in Europa het preventieve en noodonderzoek in het kader van het Verdrag van Malta steeds belangrijker wordt. Door verder doorgedreven deelname aan opgravingen en aanverwante activiteiten (museumbeheer, management, enz.) willen we de studenten nog meer klaarstomen voor de praktische kant van de veldarcheologie en het archeologisch onderzoek. Dat kan eventueel onder de vorm van een buitenlandse stage. Daarnaast zal de opleiding Master in de archeologie ook de nadruk leggen op mondelinge vaardigheden, door middel van discussie- en werkgroepen waar recent wetenschappelijk onderzoek (van de vakgroep zelf of van anderen) aan bod komt. De opleiding heeft een aanvraag ingediend om de master van 60 studiepunten (één jaar) uit te breiden tot 120 studiepunten (twee jaar). Als die aanvraag wordt goedgekeurd, zullen de studenten die zich inschrijven in de corresponderende bachelor, doorstromen naar de tweejarige master (geldt voor alle Vlaamse universiteiten).
8
Of Arts… Om de internationale herkenbaarheid te vergroten, luidt de officiële titel op het diploma ‘Bachelor/Master of Arts in de archeologie’.
Masterproef De master eindigt met een master proef. Het is een persoonlijk wetenschappelijk werk over een onderwerp naar keuze. Die keuze gebeurt in overleg met de promotor, dat is de professor die het werk begeleidt, samen met de wetenschappelijke staf. Het is de zelfstandige uitwerking van een wetenschappelijk onderwerp en houdt een zekere verdere specialisatie in, een element waarnaar tijdens een sollicitatie dikwijls wordt gevraagd. De masterproef is een belangrijk en omvangrijk onderdeel van de masteropleiding.
9
En verder (studeren) ... Niet-aansluitende master Na het afronden van een bacheloropleiding volgen de meeste studenten de rechtstreeks aansluitende master. Het is nog steeds de meest voor de hand liggende keuze. Een spoorwissel is echter ook mogelijk … Een aantal bachelordiploma’s kan doorstromen naar een masteropleiding in een ander (min of meer aanverwant) studiedomein. In sommige gevallen kan je onmiddellijk naar die master. Je kan de overstap soms ook voorbereiden door bv. in de bachelor een verbredende minor te kiezen. Kies je voor een vakgebied dat minder nauw aanleunt bij je bachelor, dan zal je je kennisniveau moeten bijwerken via een voorbereidingsprogramma. Op die manier verwerf je een brede waaier aan competenties en ben je goed gewapend om interdisciplinair te werken binnen onze complexe samenleving.
Master-na-master Wie al een masteropleiding achter de rug heeft en de opgedane kennis nog wil verbreden of verdiepen, kan kiezen voor een master-na-masteropleiding (ManaMa). Je kan die onmiddellijk na het afstuderen volgen of later. Een ManaMa bestaat doorgaans uit 60 studiepunten en wordt vaak al gecombineerd met een eerste job. Een master na master (ManaMa) eindigt net als een initiële master (ManaBa) met een masterproef.
10
Specifieke Lerarenopleiding De specifieke lerarenopleiding (SLO) leidt tot het diploma van leraar. Het diploma geeft officiële onderwijs bevoegdheid voor de tweede en de derde graad van het secundair onderwijs. De opleiding legt echter ook een basis voor een ruimere educatieve vorming met het oog op een lesopdracht in het hoger onderwijs (profes sionele bachelors). Met dat diploma kan je ook opleidingen geven in bedrijven en andere educatieve sectoren. De opleiding steunt op algemeen pedagogisch-didactisch gerichte cursussen en op de vakdidactiek van de eigen studierichting. Studenten leren er de begrippen, redeneringen en processen uit het eigen vakgebied vertalen naar leerlingen toe. De opleiding heeft een studieomvang van 60 studiepunten, waarvan 30 studiepunten theorie en 30 studiepunten praktijk. Sommige masteropleidingen (van minstens 120 studiepunten) voorzien in hun structuur de mogelijkheid om tot 30 studiepunten van het theoretische gedeelte op te nemen. De praktijk bestaat uit stage: dat kan een klassieke stage zijn (oefeningen en stage in scholen) of een (betaalde) ingroei- of LIO (Leraar-In-Opleiding)-baan.
Doctoraat
Als ik mijn diploma van archeologie heb behaald, zou ik graag nog de lerarenopleiding volgen omdat ik mezelf op mijn 50ste niet meer als veldarcheoloog zie werken. Die lerarenopleiding is dus een beetje een ‘backupplan’. Niettemin kunnen we tegenwoordig al veel gemakkelijker aan het werk als archeoloog dan vroeger. Nina, masterstudente
Doctoreren is een doorgedreven vorm van specialisatie rond een bepaald onderwerp in een bepaald onderzoeksdomein. Na een intensieve periode van origineel wetenschappelijk onderzoek schrijf je de resultaten neer in een proefschrift dat je verdedigt voor de examenjury. Na slagen krijg je de titel van doctor. Het is de hoogste graad die kan worden uitgereikt door een Vlaamse universiteit. Basisvoorwaarde is uiteraard een diepgaande interesse voor een bepaald vakgebied, gekoppeld aan een brede maatschappelijke belangstelling én de bereidheid om je een aantal jaren in te zetten voor vernieuwend wetenschappelijk onderzoek.
11
In het schema bij de rubriek ‘Opbouw’ vind je een paar voorbeelden van specifieke vervolgopleidingen.
De meeste doctorandi zijn in die periode tewerkgesteld aan de universiteit als wetenschappelijk medewerker of in het kader van één of ander onderzoeksproject. Een hoge graad van expertise en de gepaste omkadering zijn alvast aanwezig. Een doctoraatstitel kan een belangrijke troef zijn voor leidinggevende en creatieve (research)functies, niet in het minst door de internationale ervaring die de doctoraatsstudent opbouwt. De titel van doctor is ook een voorwaarde voor wie een academische carrière binnen de universiteit of een andere wetenschappelijke instelling ambieert.
Postgraduaat Een aantal opleidingstrajecten voorziet een verdere professionele vorming na het voltooien van een bachelor- of masteropleiding. Die postgraduaatsopleidingen verdiepen of verbreden een aantal competenties en omvatten ten minste 20 studiepunten. Na afloop van een postgraduaatsopleiding krijg je een postgraduaatsgetuigschrift of bv. een diploma met bepaalde beroepstitel.
Permanente vorming Alle opleidingsprogramma’s die niet leiden tot een formeel diploma zijn gebundeld onder de term ‘permanente vorming’. De programma’s zijn zeer uiteenlopend qua omvang en duur. Ook de toelatingsvoorwaarden zijn erg verschillend afhankelijk van de opleiding.
1ste jaar Bachelor archeologie OPLEIDINGSONDERDEEL
SP
SEM
Overzicht van de historische kritiek
3
1
Historisch overzicht van de wijsbegeerte
3
1
Inleiding tot de antropologie
3
2
Visuele cultuur: Kunst in historische context
3
1
Inleiding tot de wereldgeschiedenis
3
2
Pre- en protohistorie
6
1
Archeologie van de historische periodes
6
2
Archeologie van de Klassieke Oudheid
6
1
Archeologie van het Nabije Oosten
6
2
GEMEENSCHAPPELIJKE VAKKEN
OPLEIDINGSSPECIFIEKE VAKKEN
Algemene inleiding tot de archeologie
4
1
Prospectie en opgravingstechnieken
6
2
Inleiding tot de natuurwetenschappen in de archeologie
7
2
Algemene inleiding tot de wereldarcheologie
4
1
12
Semestersysteem Alle opleidingen zijn georganiseerd volgens het semestersysteem. Dat wil zeggen dat het academiejaar opgesplitst is in twee semesters. Het is een stimulans om regelmatig te werken vanaf het begin van het academiejaar. Elk semester eindigt met de examens over de vakken van dat semester. Zo krijg je al halfweg het academiejaar feedback over je vorderingen, je manier van werken enz. Een heel beperkt aantal vakken wordt nog gedoceerd over de twee semesters heen (jaarvakken). Meestal gaat het dan om zgn. integratievakken zoals masterproef, projecten, seminariewerken … Studiepunten Studiepunten (sp) verwijzen naar de omvang van een vak/opleiding. Elk ‘jaar’ bestaat uit 60 sp verdeeld over de verschillende vakken. Bij het bepalen van het aantal studiepunten wordt niet alleen rekening gehouden met het aantal uren les, oefeningen, practica … maar ook met de tijd die nodig is om alles te verwerken. Meer details over de verhouding aantal uren les/ oefeningen/practica/persoonlijke verwerking … vind je op www.studiegids.UGent.be. Ga via de faculteit en je opleiding naar het vak van je keuze.
13
2de jaar Bachelor archeologie
14
3de jaar Bachelor archeologie
OPLEIDINGSONDERDEEL
SP
SEM
OPLEIDINGSONDERDEEL
SP SEM
OPLEIDINGSONDERDEEL
SP
SEM
OPLEIDINGSONDERDEEL
SP SEM
Encyclopedie van de archeologie (met oefening)
5
1
Eén vak te kiezen uit:
Informatica en statistiek toegepast op de archeologie
3
1
Een vak te kiezen uit:
Ecologische archeologie
5
2
- Materiaalstudie Steentijden *
3
2
Praktijkoefening in de archeologie
6
2
- Materiaalstudie Steentijden *
3
2
Bodemkunde
5
2
- Materiaalstudie Metaaltijden *
3
2
Archeologische excursie
5
2
- Materiaalstudie Metaaltijden *
3
2
Geologie
5
2
- Materiaalstudie Provinciaal-Romeinse periode *
3
2
Veldwerk 2
3
2
- Materiaalstudie Provinciaal-Romeinse periode *
3
2
Inleiding tot de materiaalstudie
4
1
- Materiaalstudie Middeleeuwen *
3
2
KEUZEVAKKEN
- Materiaalstudie Middeleeuwen *
3
2
Veldwerk 1
8
2
- Materiaalstudie Klassieke wereld *
3
2
Twee vakken te kiezen uit:
- Materiaalstudie Klassieke wereld *
3
2
2
- Prehistorie *
5
1
- Materiaalstudie Oude Nabije Oosten *
3
2
- Protohistorie *
5
1
MINOR twee aansluitende modules uit de minor gekozen in Ba2
KEUZEVAKKEN
- Materiaalstudie Oude Nabije Oosten *
3
Twee vakken te kiezen uit:
MINOR
15
- Prehistorie *
5
1
Kunstwetenschappen
- Provinciaal-Romeinse archeologie *
5
2
- Protohistorie *
5
1
Geografie: module 1
- Middeleeuwse archeologie *
5
2
- Provinciaal-Romeinse archeologie *
5
2
Geschiedenis
- Griekse archeologie *
5
1
of een andere minor uit het aanbod van de faculteit
- Klassiek Romeinse archeologie *
5
1
- Archeologie van het Oude Nabije Oosten *
5
1
- Middeleeuwse archeologie *
5
2
- Griekse archeologie *
5
1
- Klassiek Romeinse archeologie *
5
1
- Archeologie van het Oude Nabije Oosten *
5
1
* alternerend tweejaarlijks gedoceerd in Ba2 en Ba3
30
* alternerend tweejaarlijks gedoceerd in Ba2 en Ba3
Na de bachelor Een korte beschrijving van de inhoud van de rechtstreeks aan sluitende master(s) vind je in deze bachelorbrochure onder ‘opbouw’. Het concrete vakkenpakket kan je raadplegen via de website www.opleidingen.UGent.be. Afzonderlijke brochures over de masteropleidingen, gebundeld per faculteit, zijn op eenvoudige aanvraag te verkrijgen bij het Adviescentrum voor Studenten.
15 15
Inhoud vakken eerste jaar >> Historisch overzicht van de wijsbegeerte Dit vak biedt de studenten een overzicht van de grote wijsgerige problemen en van de voornaamste strekkingen in de wijsbegeerte. Daartoe worden de voornaamste, typische begrippen van het wijsgerig denken behandeld. De studenten doorlopen de historische ontwikkeling van de filosofie, die beschouwd wordt als de voedingsbodem van het hedendaagse denken. Op die manier krijgen ze een beter inzicht in het huidige wijsgerige denken. Dit vak is dan ook zo opgevat dat enkele voorname wijsgerige stromingen uit het verleden worden onderzocht naar hun relevantie voor het denken van onze tijd. In het eerste hoofdstuk situeert de docent de filosofie binnen de andere pogingen van de mens om zijn plaats in de wereld te bepalen. Komen als belangrijkste pogingen aan bod: het mythisch-magische denken, de grote wereldgodsdiensten en de wetenschap. Daarna worden achtereenvolgens de grote stromingen en figuren belicht, vanaf de Oudheid tot en met de 21ste eeuw. Daarbij krijgen vooral de hoofdthema’s van het wijsgerige denken de aandacht. Meer bepaald gaat het om de pogingen om een adequaat beeld te krijgen van natuur en mens, de zoektocht naar een fundament voor een ethiek en een politiek, en de kritische vraag of over dat alles sowieso kennis kan bestaan.
>> Visuele cultuur: Kunst in historische context Dit basisvak geeft een contextuele inleiding op de geschiedenis van de Westerse visuele cultuur, in het bijzonder de beeldende kunst, vanaf circa 1400 tot heden. Aan de hand van hoogtepunten uit de kunstgeschiedenis worden conceptuele, methodologische en theoretische vraagstukken over beeldcultuur in haar maatschappelijke context uitgediept. Bijzondere aandacht gaat uit naar de historische, literaire, filosofische en socio-economische verbanden. Het opleidingsonderdeel heeft als doel (1) de (flexibele) grenzen van de visuele cultuur af te bakenen en (2) de specificiteit van het beeld als betekenisdrager te definiëren.
16
17
De eerste examenperiode was best angstaanjagend te weten dat je voor sommige vakken toch niet alles had kunnen leren zoals het moet. Ik ben nogal perfectionistisch … Gaandeweg heb ik mijn studieaanpak gedeeltelijk bijgestuurd en daarbij ook mijn persoonlijke houding in het algemeen. Fleur, 3de jaar bachelor
>> Overzicht van de historische kritiek De studenten nemen een kijk achter de schermen over de verschillende fasen in het ontstaan van historische studies. Wat is een bron? Hoe spoort men de bronnen op? Hoe verloopt het echtheidsproces? Welke kritische teksten kan je gebruiken alvorens je kan overgaan tot het confronteren van de verschillende getuigenissen om over éénzelfde gebeurtenis de grootst mogelijke zekerheid te krijgen? De cursus biedt elementen aan om tegenstrijdigheden in dossiers, in informatie kritisch te kunnen behandelen en om een methodologie op te bouwen voor uiteenlopende menswetenschappen. In het tweede deel van de cursus krijgen de studenten inzicht in de historische synthese, meer bepaald in de verschillende visies op de geschiedenis die bestonden in de loop der eeuwen. Opeenvolgende scholen zagen telkens weer andere motoren van het menselijk handelen als essentieel, ontdekten telkens weer nieuwe mechanismen in de evolutie. In welke mate hebben ideologische, politieke en filosofische opvattingen dat beeld vertaald en eventueel vertekend? In het praktische gedeelte worden aan de hand van concrete, actuele casussen de theoretische uitgangs punten getoetst en geïllustreerd.
>> Inleiding tot de antropologie In dit vak wordt een kritisch overzicht geboden van de voornaamste antropologische begrippen en hun onderlinge samenhang. Er wordt specifieke aandacht besteed aan de evolutie van een zekere cultuur gebonden, zelfs koloniale houding. De inzichten die voortkwamen uit de antropologie worden toegepast op onderling verbonden maatschappelijke velden en thema’s als kunst, economie, religie en intercultureel handelen. De centrale plaats van het etnografische veldwerk wordt besproken. Daarbij ligt de nadruk op de continuïteit tussen de niet-westerse en de eigen maatschappij.
>> Inleiding tot de wereldgeschiedenis Het vak heeft tot doel de studenten vertrouwd te maken met het mondiale perspectief binnen de sociale wetenschappen. Dit gebeurt in drie stappen: ×× inzicht in de wijze waarop het perspectief van de wereldgeschiedenis in het verleden werd uitgebouwd, ×× kennis van de diverse manieren waarop een wereldgeschiedenis kan worden opgebouwd, ×× kritische reflectie over de plaats van de mondiale samenleving binnen historische en sociaalweten schappelijke verklaringsmodellen.
18
De cursus bestaat concreet uit: ×× een algemene introductie over het begrip ‘wereldgeschiedenis’ aan de hand van een historisch overzicht; ×× een confrontatie van diverse benaderingen binnen het mondiale historische perspectief: internationale geschiedenis, interregionale geschiedenis, beschavingsgeschiedenis, comparatieve geschiedenis, interculturele geschiedenis, moderniseringsgeschiedenis, wereldsysteemanalyse enz.; ×× de uitwerking van diverse casussen met aandacht voor thematische vraagstukken: regionale/nationale vs mondiale schaal, de verhouding economie-cultuur, diverse periodiseringen in de wereldgeschiedenis, klasse en gender, de (on)mogelijkheid van comparatieve geschiedschrijving ...
>> Pre- en protohistorie De studenten verwerven inzicht in het oudste verleden van de mens, steunend op archeologische en paleontologische informatie. Daartoe wordt een overzicht gegeven van de prehistorie, van de eerste mens tot en met de ijzertijd, met nadruk op Europa. Meer dan alleen maar namen van vindplaatsen, periodes en culturen, wordt hier de nadruk gelegd op inzichten: wat zijn de belangrijke kenmerken van de menselijke evolutie (van de vroegste mensapen tot de Homo sapiens), hoe en waar zijn de grote technologische, maatschappelijke en economische veranderingen opgetreden, waarom heeft men in Europa op een bepaald moment de stap gezet naar landbouw en veeteelt, naar metallurgie … Wie waren de eerste mensen in Europa? Hoe verging het de eerste landbouwers in het Neolithicum, of de eerste elites in de bronstijd en de ijzertijd, of wie waren de Kelten? Die - en andere vragen - komen in de cursus vooral aan bod. Meer dan encyclopedische kennis wordt van jou inzicht verwacht. De hoorcolleges worden in grote mate geïllustreerd met beeldmateriaal (presentaties, video). Een (beperkt) lectuurpakket vult de hoorcolleges aan.
>> Archeologie van de historische periodes Bij de archeologie van de historische periodes wordt aandacht besteed aan twee pijlers: de provinciaalRomeinse archeologie en de middeleeuwse/post-middeleeuwse archeologie. In beide gevallen betreft het tijdvakken waarover geschreven bronnen bestaan maar waarbij de archeologie door de studie van materiële resten essentiële bijdragen kan leveren in een beter begrijpen van tal van aspecten.
19
Binnen het onderdeel provinciaal-Romeinse archeologie wordt aandacht besteed aan het verwerven van inzicht in de interacties tussen de inheemse cultuur en de mediterrane invloeden en de neerslag hiervan in de materiële cultuur van de Romeinse gebieden in Noordwest-Europa. Het onderzoek is ondermeer gericht op de landelijke nederzettingen, artisanale activiteiten maar ook op Romeinse militaire installaties. Daarbij wordt van de studenten niet alleen verwacht dat zij kennis verwerven over de historische ontwikkelingen, de beschikbare data en de materiaalgroepen maar vooral dat zijn inzicht leren verwerven over de historische ontwikkelingen, de beschikbare data en de materiaalgroepen maar vooral dat zij inzicht verwerven in de processen die bij die interactie spelen. Waarom meten bijvoorbeeld sommige Galliërs zich een ‘Romeinse’ status aan en anderen niet, wat is de invloed van de mediterrane tradities op landbouw, huizenbouw, grafitus en waarom is er in sommige gebieden een zeer sterke voortleving van pré-Romeinse tradities? De laatste eeuw heeft de archeologie, als bron voor de geschiedschrijving, een aantal niet ‘op papier’ gestelde aspecten van de samenleving belicht en verduidelijkt. Ontgroeid aan haar kunsthistorische interpretatie, heeft ook de middeleeuwse en postmiddeleeuwse archeologie vele nieuwe gegevens aangedragen die het beeld, geboden door de geschreven bronnen, verruimen en corrigeren. Het onderdeel ‘Middeleeuwse Archeologie’ wil de studenten laten kennismaken met die, voor velen, nieuwe bron van informatie. Ze geeft zowel inzage in de algemene methodologie als in een aantal deelaspecten ervan. Hoewel de aangehaalde voorbeelden vooral betrekking hebben op België en Vlaanderen in het bijzonder wordt ook kort ingegaan op de ‘middeleeuwse periode’ in andere Europese landen. De hoorcolleges worden in grote mate geïllustreerd met beeldmateriaal (presentaties, video, workshops). Een (beperkt) lectuurpakket vult de hoorcolleges aan.
>> Archeologie van de Klassieke Oudheid De bedoeling van dit vak is het bieden van een globaal overzicht van de Klassiek mediterrane archeologie (Griekenland en Rome). Het is in de eerste plaats een chronologisch opgebouwd overzicht van de archeologische nalatenschap van de antieke culturen uit het mediterrane gebied vanaf de Minoïsche tijd tot in de Laat-Romeinse Oudheid. Woningbouw, monumentale architectuur, beeldhouwkunst, decoratieve kunstproductie, economische aspecten, funeraire gebruiken, etc., van volkeren als de Mykeners, Grieken, Etrusken en Romeinen worden doorgelicht. De bedoeling is tevens inzicht te doen verwerven in de ‘motoriek’ van de klassieke beschavingen en in hun invloeden op de recentere wereldgeschiedenis.
20
Bij dit globale overzicht is er een bijzonder oog voor bronnengebruik en historische kritiek. De hoorcolleges worden uitgebreid ondersteund door beeldmateriaal in digitale presentaties en video. Er wordt tevens tijd vrijgehouden voor lectuur en museumbezoek.
>> Archeologie van het Nabije Oosten De studie van de archeologie van het Oude Nabije Oosten, tussen de Nijl en de Indus, is een heel ingewik kelde materie. Er hebben er zich in de loop der eeuwen tal van ingrijpende veranderingen voorgedaan op velerlei gebied, die een blijvende impact hadden, ook in de rest van de wereld. De verscheidenheid van landschappen, van woestijn tot vruchtbare vlakten of bergachtig gebied, heeft aanleiding gegeven tot de ontwikkeling van talloze culturen. Vele andere zijn nog te ontdekken, omdat tal van streken in dit uitgestrekte gebied nog nooit door archeologen zijn bezocht. In het inleidende vak van het eerste jaar bachelor wordt echter uitsluitend aandacht besteed aan twee grote cultuurgebieden, namelijk het Oude Egypte en Mesopotamië. Beide hebben een uitzonderlijke rol gespeeld op diverse vlakken en een inzicht in de ontwikkelingen van die streken is essentieel om de andere gebieden in het Nabije Oosten in een ruimere context en evolutie te kunnen omvatten. Er wordt hoofdzakelijk aandacht besteed aan de voor naamste overblijfselen met nadruk op de chronologische ontwikkelingen en de stilistische kenmerken van de elkaar opvolgende periodes. Daardoor kan je leren objecten te herkennen en in de tijd te situeren. Om een visueel inzicht te verwerven wordt beroep gedaan op een uitvoerig gebruik van beeldmateriaal.
>> Algemene inleiding tot de archeologie De hoofdbedoeling van dit opleidingsonderdeel is de student archeologie te confronteren met de archeologie als wetenschap. Wat is de geschiedenis van de archeologie en welke zijn de grote theoretische stromingen (cultuurhistorische, processuele, postprocessuele) die dit vak kenmerken? Welke zijn de grote processen die archeologische sites en archeologisch materiaal ondergaan? Welke zijn de typisch archeologische dateringstechnieken (typologie, stratigrafie) en hoe werken zij? Bepaalde deelaspecten van de archeologie worden belicht, als experimentele archeologie, ethno archeologie, forensische archeologie, enz. De hoorcolleges worden in grote mate geïllustreerd met beeldmateriaal (presentaties, video). Een (beperkt) lectuurpakket vult de hoorcolleges aan.
21
Ik ben in het eerste jaar na enkele maanden archeologie overgeschakeld naar communicatiewetenschappen. Echter, in het tweede jaar communicatiewetenschappen ben ik terug naar de archeologie gegaan. Sindsdien is mijn interesse in de archeologie alleen maar gegroeid. Nick, masterstudent
>> Prospectie en opgravingstechnieken Dit vak maakt deel uit van een inleidend pakket Methodologie en wenst theoretisch inzicht te verschaffen in de specifieke terreinmethoden en veldtechnieken van de archeologie. Die worden besproken aan de hand van talrijke toepassingen en voorbeelden uit de praktijk van de Europese en buiten-Europese archeologie. Hoe organiseert men een opgraving, wat zijn de voornaamste problemen op het terrein,hoe ontdekt men nieuwe vindplaatsen, wat zijn de nieuwste mogelijkheden op het vlak van afstands waarneming (luchtfotografie, radar, satellieten …)? Die en andere vragen worden behandeld in een reeks rijkelijk geïllustreerde hoorcolleges, eventueel aangevuld met terreinbezoek. De colleges geven de onderbouw aan het praktische veldwerk dat vooral in het 2de en 3de jaar aan bod komt tijdens stages en excursies.
>> Inleiding tot de natuurwetenschappen in de archeologie Dit vak wil de studenten helpen een inzicht verwerven in de methoden en interpretatiemogelijkheden van het natuurwetenschappelijk onderzoek in de archeologie. Het belicht de eerste principes inzake bemonstering van natuurwetenschappelijk materiaal en de interpretatiemogelijkheden van bodemkunde, geologie en geografie ten dienste van de archeologie, archeozoölogie, archeobotanie, fysische antro pologie, enz. Daarnaast wordt een overzicht geboden van de natuurwetenschappelijke dateringtechnieken.
>> Algemene inleiding tot de wereldarcheologie Dit opleidingsonderdeel wil een algemeen overzicht bieden van de belangrijkste archeologische ontwikkelingen buiten Europa, meer bepaald in Noord- en Zuid-Amerika, het Verre Oosten en Afrika. Chronologisch dekt dit vak alle perioden, weliswaar met een nadruk op de post-pleistocene periode (Holoceen).
Weekschema eerste jaar 1ste semester MAANDAG
2de semester DINSDAG
WOENSDAG
DONDERDAG
VRIJDAG
8 u
Pre- en protohistorie
Inleiding tot de antropologie
12 u
13 u
13 u
14 u
14 u
Historisch overzicht wijsbegeerte
15 u
16 u
18 u
Archeologie van de historische periodes
10 u 11 u
Visuele cultuur: Kunst in historische context
12 u
17 u
WOENSDAG
DONDERDAG
VRIJDAG
9 u Overzicht historische kritiek
11 u
15 u
DINSDAG
8 u
9 u 10 u
MAANDAG
Archeologie van het Nabije Oosten
Inleiding tot de natuurwetenschappen in de archeologie Inleiding tot de natuurwetenschappen in de archeologie Inleiding tot de natuurwetenschappen in de archeologie
Inleiding tot de wereldgeschiedenis
16 u Algemene inleiding tot de (wereld)archeologie
Algemene inleiding tot de (wereld)archeologie
Archeologie van de Klassieke Oudheid
17 u 18 u
Prospectie en opgravingstechnieken
Dit schema geldt als model, wijzigingen kunnen ieder jaar voorkomen; uren en dagen kunnen variëren naargelang van de groepsindeling. Na elk lesblok van anderhalf uur is een kwartier pauze voorzien.
22
23
Studieondersteuning
B
eginnen aan universitaire studies betekent een grote verandering en aanpassing. Niet alleen is de groep studenten groter, het is vooral de hoeveelheid stof die omvangrijker is. Als student moet je bijgevolg beschikken over een flinke portie zelfstandigheid en doorzettingsvermogen. Dat is niet voor iedereen even gemakkelijk. Allerlei initiatieven met betrekking tot studieondersteuning begeleiden je in dat proces.
Onderwijs Studeren begint in de les. In de lessen verneem je wat er van je verwacht wordt en hoe dat geëvalueerd zal worden. Je krijgt extra uitleg en illustraties die je inzicht zullen bevorderen. Je kunt vragen stellen bij de lesgevers (voor, tijdens en na de colleges) of bij de assistenten. Voor ieder vak is er een specifiek begeleidingsaanbod: vraagbaak, werkcolleges, spreekuren, computeroefeningen ... Hier verloopt de ondersteuning in kleinere groepen of zelfs individueel.
De overgang naar de universiteit is een zeer grote stap. Je moet plots veel alleen doen en organiseren. Je wordt geconfronteerd met grote hoeveelheden leerstof en dat vergt toch wat aanpassing. Je moet ook veel zelfdiscipline aan de dag leggen. De eerste examenperiode was heel zwaar. Janna, masterstudente
De Universiteit Gent beschikt ook over een digitale leeromgeving onder de naam Minerva. Op die manier kan je op elk moment van de dag lesmateriaal of leeropdrachten bekijken of downloaden, opdrachten inleveren, online toetsen maken, communiceren met je lesgever en medestudenten … Een pc met internetaansluiting volstaat om in de digitale leeromgeving te stappen. Dat kan via je eigen pc thuis of op kot, of in één van de pc-klassen van de Universiteit Gent.
25
Monitoraat Het monitoraat van de faculteit is een vertrouwelijk en vlot toegankelijk aanspreekpunt voor alle studenten. De studiebegeleiders en trajectbegeleider van het monitoraat nemen initiatieven om het studeren vlotter en efficiënter te laten verlopen.
>> De studiebegeleiders –– begeleiden een aantal vakken in het eerste jaar bachelor inhoudelijk, je kan bij hen terecht met vragen over de leerstof; –– bieden individuele en/of groepsessies aan over studiemethode en studieplanning, examens afleggen, evalueren en bijsturen … en zijn dus het aanspreekpunt voor al je vragen rond studieaanpak; –– helpen je zoeken naar oplossingen voor zaken waardoor je studie minder wil vlotten (concentratieproblemen, faalangst, uitstelgedrag … ).
>> De trajectbegeleider –– geeft je individueel advies over je persoonlijk studietraject en studievoortgang; –– begeleidt en geeft informatie bij de keuzemomenten tijdens je studieloopbaan (afstudeerrichting, minor/major …), mogelijkheden i.v.m. GIT (geïndividualiseerd traject), aanvragen van een creditcontract, spreiding van studies enz.; –– helpt je bij heroriëntering (overstap naar andere opleiding).
26
Gewikt en gewogen
B
eperkt een opleiding archeologie zich nu enkel tot het uit het hoofd leren van ellenlange lijsten feitelijkheden? Moet je vooral veel blokken en alles van buiten kennen als je archeologie studeert? Neen!
Het komt er veeleer op aan een duidelijk inzicht in de samenhang, evolutie en kenmerken van de vroegere samenlevingen te verkrijgen. Door opgelegde en eigen lectuur verbreed je de horizonten die tijdens de lessen worden verkend. Ook het vele eigen werk (onder de vorm van oefeningen en geleide praktijk) zorgt ervoor dat je van je studiejaren een boeiende en interessante periode kan maken.
Toelating Een diploma van het secundair onderwijs geeft rechtstreeks toegang tot de bacheloropleiding (behalve voor de opleidingen Geneeskunde en Tandheelkunde). Wie hierover niet beschikt, neemt best tijdig contact op met het Adviescentrum voor Studenten voor meer informatie over afwijkende toelatingsvoorwaarden.
De vele activiteiten die om en rond de opleiding Archeologie worden georganiseerd (door de Werkgroep Archeologie, door de opleiding zelf, door de Gentse Vereniging voor Stadsarcheologie, enz.) vormen een bijzonder geapprecieerde aanvulling op je studies. Het betreft lezingen, colloquia, bezoeken, excursies … Actief deelnemen is de boodschap. Toch mag je de studies in de archeologie niet onderschatten. De opleiding blijkt voor bepaalde studenten dan ook anders en veeleisender te zijn dan ze zich aanvankelijk hadden voorgesteld.
Studieloopbaanadvies
Archeologie is meer dan opgraven
Het Adviescentrum voor Studenten is het centrale aanspreekpunt van de Universiteit Gent voor informatie en advies in verband met de diverse aspecten van de studieloopbaan zowel voor, tijdens als na je universitaire studie. Je kan er ook terecht voor begeleiding bij specifieke studieproblemen en persoonlijke/psychologische problemen.
Is een archeoloog altijd een terreinarcheoloog en moet hij/zij vooral opgraven? Neen! Hoewel het terreinwerk (de ‘opgravingen’) wellicht het leukste aspect van de archeologie vormt en je misschien wel speciaal daarom voor die studies hebt gekozen, omvat de archeologie veel meer. De confrontatie met de historische, kunsthistorische, geografische, natuurwetenschappelijke technieken, die je worden bijgebracht via de vakken of de minors, tonen duidelijk aan dat de archeologie een historische wetenschap is, die het verleden van de mens in al zijn aspecten wenst te bestuderen.
27
Interdisciplinariteit vormt hier een belangrijk aspect van. Zoals we hoger reeds hebben vermeld zijn archeologen ook actief in het beleid, in musea, in de media of in de culturele sector.
De Gentse archeologie op internet
Toch is terreinwerk belangrijk
Je kan ook specifieke informatie over de opleiding Archeologie opzoeken. Surf hiervoor naar: www.archaeology.UGent.be Je kan ook altijd mailen naar
[email protected].
Toch moeten archeologen ervaring op het terrein opbouwen; de studies voorzien dan ook stages en terreinpractica. Maar op zich zijn die stages onvoldoende. Terreinervaring bouw je op gedurende maanden en jaren veldwerk. Je zal altijd wel welkom zijn op één van onze opgravingen of op opgravingen van collega’s in binnen- en buitenland. Informatie hierover kan je altijd bij het personeel van de opleiding verkrijgen.
Gefascineerd door het verleden De belangrijkste geschiktheidseis waaraan je moet voldoen, is uiteraard een fascinatie voor het verleden. Je wordt verondersteld een ruime belangstelling voor het verleden te koesteren, omwille van het verleden zelf en omdat je wil begrijpen hoe eigentijdse situaties zijn gegroeid. De opleiding vereist een kritische houding tegenover zowel de bronnen als de talrijke archeologische theorieën, wetenschappelijke creativiteit, motivatie en inzet, terreinwerk …
Belangstelling voor talen Aanleg en belangstelling voor (vreemde) talen zijn belangrijke eigenschappen voor iemand die archeologie gaat studeren en geïnteresseerd is in wetenschappelijk onderzoek. Tijdens de opleiding wordt trouwens geregeld een beroep gedaan op je passieve kennis van het Frans, Engels en Duits. Voor de studenten die kiezen voor de richting Klassieke Archeologie vormt de kennis van het Latijn en het Grieks een belangrijk punt. Aan de Universiteit Gent wordt tijdens het academiejaar de mogelijkheid geboden jouw talenkennis bij te schaven of aan te vullen.
28
Academisch competent?! In het hoger onderwijs vindt een langzame verschuiving plaats van kennisgericht opleiden naar competentiegericht begeleiden en beoordelen. Ook in de academische opleidingen is meer en meer aandacht voor algemene competenties. Hiermee worden zaken bedoeld zoals het verwerken van informatie, creativiteit, communiceren, probleem oplossend denken … Aan de universiteit wordt uiteraard veel aandacht besteed aan de wetenschappelijke competenties. Je wordt ondergedompeld in de wereld van wetenschappelijk onderzoek en je leert hoe complexe theoretische en/of concrete problemen vanuit wetenschappelijke achtergrond worden benaderd. Dit zijn competenties die in heel veel werksituaties van onmisbaar belang zijn en die de eigenheid van een academisch diploma bepalen. Diploma’s blijven uiteraard belangrijk maar bij sollicitaties wordt er steeds meer gepeild naar die achterliggende competenties.
Tips voor wie archeologie wil doen: weet waaraan je begint. Het is een zeer specifieke richting, hoewel we ook veel algemene vakken krijgen (minorvakken, geologie, bodemkunde, landmeetkunde, informatica etc.). De combinatie theorie en praktijk is goed uitgewerkt. Dat betreft niet alleen de verplichte 3 maand stage. We worden via een aantal vakken opgeleid om rondleidingen en presentaties in elkaar te steken en tot een goed eind te brengen. Hou in het achterhoofd dat archeologie iets is waarmee je bezig hoort te zijn, ook buiten de lesuren. Een kleine wereld die je best voor een groot deel kent en begrijpt tegen dat je afstudeert. Bartel, masterstudent
29
Aan het werk
D
e studenten worden in de eerste plaats gevormd tot volwaardige archeologen. Ze zijn werkzaam in het wetenschappelijk onderzoek, aan de universiteiten, in musea en andere wetenschappelijke instellingen. Steeds meer is voor hen een belangrijke rol weggelegd in het beheer en het wetenschappelijk onderzoek van het archeologisch erfgoed en in de ruimtelijke ordening, in bedrijven of gemeentelijke, regionale, provinciale en Vlaamse diensten. Met de toepassing van het Verdrag van Malta, dat het principe van de betalende vernieler inhoudt, is in Europa (en voorlopig nog in mindere mate in Vlaanderen) voor velen werk in archeologische bedrijven, studiecentra en -diensten belast met evaluaties van milieu-effecten en erfgoedwaarden. Ook in het buitenland zijn de in Vlaanderen opgeleide archeologen zeer gegeerd (bijvoorbeeld in Ierland, Nederland en Frankrijk). Steeds meer afgestudeerden in de archeologie zoeken een job buiten het onderwijs, het beheer en het wetenschappelijk onderzoek en dit blijkt behoorlijk mee te vallen. Beroepen die in aanmerking komen zijn administratieve functies in de openbare en private sector, commerciële functies, een job in de publicrelationssector, de culturele sector, het bibliotheekwezen en de journalistiek. De ontkoppeling van diploma en beroep laat zich hier dus sterk voelen. De opleiding tot Bachelor en Master in de archeologie is geëvolueerd van een beroepsspecifieke naar een allround opleiding, die toegang biedt tot tal van beroepen. Succes bij het zoeken naar een job hangt natuurlijk ook gedeeltelijk af van de soepelheid, de wilskracht en van de creativiteit van de kandidaat.
30
31
Nog meer info Opleidingsaanbod UGent www.opleidingen.UGent.be Adviescentrum voor Studenten www.UGent.be/adviescentrum
>> De regionale studie-infodagen (sid-ins) In alle Vlaamse provincies worden door scholen en Centra voor Leerlingenbegeleiding, op initiatief van het departement Onderwijs van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, speciale studie-informatiedagen georganiseerd. Ook de Universiteit Gent is daarop aanwezig met een aantal studieadviseurs en medewerkers uit de faculteiten.
>> De brochures Over elke bacheloropleiding van de Universiteit Gent bestaat een gedetailleerde brochure. De informatie over de masteropleidingen is gebundeld in afzonderlijke brochures per faculteit. Alle brochures kunnen op eenvoudige aanvraag verkregen worden in het Adviescentrum voor Studenten of via de website geraadpleegd worden (www.opleidingen.UGent.be ga naar de opleiding van je keuze via de rechterbalk).
>> De infodagen aan de universiteit De Universiteit Gent organiseert voor iedere opleiding een afzonderlijke infodag. Je kan ter plaatse de opleiding beter leren kennen. Door het contact met professoren, assistenten of ouderejaars kan je nagaan of je verwachtingen wel kloppen. Boven alles krijg je een beeld van wat je écht te wachten staat. Ook voor ouders worden er speciale infodagen georganiseerd. Een folder (incl. inschrijvingsstrook) kan je verkrijgen in je Centrum voor Leerlingenbegeleiding (CLB), via het Adviescentrum voor Studenten of op de website (www.opleidingen.UGent.be > infodagen).
32
>> Het Adviescentrum voor Studenten Universiteit Gent Blijven er na een bezoek aan de sid-ins en infodagen en na het doornemen van de documentatie nog vragen over of wens je een persoonlijk gesprek, dan kan dat op het Adviescentrum. De studieadviseurs staan ter beschikking van toekomstige studenten en hun ouders. Voor een uitgebreide babbel is het wel wenselijk vooraf een afspraak te maken.
>> De Universiteit Gent op internet Up-to-date informatie over de Universiteit Gent kan je op elektronische wijze raadplegen. Wil je meer weten over een bepaalde vakgroep of over het onderzoek dat daar wordt verricht, wil je de exacte studie programma’s kennen van alle opleidingen of ben je nog volop aan het zoeken en wil je in een notendop de verschillende kenmerken van de opleidingen raadplegen? Neem dan je surfplank en vereer ons met een bezoekje: www.UGent.be.
>> Documentatie Straks student in Gent: algemene kennismakingsbrochure voor de toekomstige student Infodagen: data + inschrijvingsformulier voor de infodagen per opleiding; nieuwe versie december Wonen in Gent: info over huisvesting; nieuwe versie januari Vlot van start: info over vakantiecursussen en inschrijvingsmodaliteiten; nieuwe versie januari Centen voor Studenten: info over studiefinanciering, sociaaljuridisch statuut …; nieuwe versie februari.
33
2 30
2, 7
G
Adviescentrum voor Studenten Station Gent Sint-Pieters
Belangrijkste leslokalen eerste jaar bachelor Archeologie
Stadsplan
WE EST EEN EMS DELG HUN
34 E40-BRUS SEL
35
faculteitsgebouwen 2, 7 Letteren en Wijsbegeerte 12 Rechtsgeleerdheid 12 Politieke en Sociale Wetenschappen 16 Psychologie en Pedagogische Wetenschappen 4 Economie en Bedrijfskunde 18, 19, 23 Wetenschappen 3, 8, 24 Ingenieurswetenschappen en Architectuur 15 Bio-ingenieurswetenschappen 21 Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen 17 Hoger Instituut voor Lichamelijke Opvoeding 20 Farmaceutische Wetenschappen 26 Diergeneeskunde
7
2
Voor alle verdere inlichtingen:
Adviescentrum voor Studenten Directie Onderwijsaangelegenheden Afdeling Studieloopbaanadvies Sint-Pietersnieuwstraat 33, 9000 Gent T 09 331 00 31 -
[email protected] www.UGent.be/adviescentrum
Archeologie Informatiebrochure bacheloropleidingen aan de Universiteit Gent 2012
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33
Wijsbegeerte, Moraalwetenschappen Taal- en letterkunde: twee talen Oosterse talen en culturen Oost-Europese talen en culturen Afrikaanse talen en culturen Geschiedenis Kunstwetenschappen Archeologie Rechten Criminologie Politieke wetenschappen, Communicatiewetenschappen, Sociologie Psychologie Pedagogische wetenschappen Economie, Toegepaste economie, Handelsingenieur Wiskunde Fysica en sterrenkunde Informatica Chemie Biologie Biochemie en biotechnologie Geologie Geografie en geomatica Burgerlijk ingenieur Burgerlijk ingenieur-architect Bio-ingenieur Geneeskunde Tandheelkunde Logopedie, Audiologie Biomedische wetenschappen Lichamelijke opvoeding en bewegingswetenschappen Revalidatiewetenschappen en kinesitherapie (i.s.m. Arteveldehogeschool) Farmacie Diergeneeskunde