KIESNUVOORKINDEREN Reader
2012
Lange Houtstraat 2 | 2511 CW Den Haag Telefoonnummer 070 – 3312200 | E-mail
[email protected]
Inhoudsopgave Samenvatting.............................................................................................................................. 2 Tekstvoorstel regeerakkoord 2012-2016 ................................................................................... 3 SEO Economisch Onderzoek ...................................................................................................... 4 Inleiding ..................................................... 4 Cijfermateriaal ................................................. 4 Kies nu voor Kinderen ................................................................................................................ 8 Introductie ................................................... 8 Policypaper ................................................................................................................................. 9 Inleiding ..................................................... 9 Inhoud ...................................................... 9 Manifest ‘Kies nu voor Kinderen’ ............................................................................................. 12 Inleiding .................................................... 12 Wat is een kindcentrum? ......................................................................................................... 13 Inleiding .................................................... 13 De kenmerken ................................................ 13 Succesfactoren ................................................ 13
BIJLAGEN .................................................................................................................................. 16 Relevante [kranten]artikelen Brief aan Rutte/Samson Brief Kopgroep Wethouders voor Kindcentra Position Paper 'Kinderopvang-Onderwijs-Welzijn Reactie VNG op SEO Economisch Onderzoek
1
Samenvatting De reader is bestemd voor Tweede Kamer leden die de portefeuille Kinderopvang en Onderwijs beheren. Het bevat een verzameling documenten waarop de campagne ‘Kies nu voor Kinderen' is gebaseerd en een aantal wetenswaardige artikelen. ‘Kies nu voor Kinderen’ streeft naar integrale kindvoorzieningen met doorlopende ontwikkellijnen die toegankelijk zijn voor elk kind of de ouders nu wel of niet werken. Op 16 oktober jl. hebben wij een tekstvoorstel voor het regeerakkoord naar de heren Rutte en Samson gestuurd. Het volledige tekstvoorstel treft u aan in deze reader. Kort samengevat komt het hierop neer: “De regering streeft verdere harmonisatie van voorzieningen voor jonge kinderen na. Tussen voorzieningen voor kinderopvang en onderwijs wordt grotere samenhang aangebracht. Dit maakt het mogelijk dat alle kinderen, of hun ouders werken of niet, toegang krijgen tot kwalitatief goede voorzieningen.” Het voorstel heeft niet alleen de steun van de initiatiefnemers [Bernard van Leer Foundation en Het Kinderopvangfonds]. Ook de VNG en de ‘kopgroep wethouders’ hebben intensief meegedacht over de plannen. De plannen sluiten aan bij de richting die ook de PO-raad, de brancheorganisaties, de belangenvereniging voor ouders (BOinK) en de vakbonden voorstaan. Wetenschappers en individuele ondernemers / bestuurders uit het veld zijn nauw betrokken geweest bij de ontwikkeling van de voorstellen. Ze hebben dus een breed draagvlak. Uit analyse van SEO blijkt bovendien dat bij uitvoering van deze plannen het budgettaire beslag niet toeneemt. Overigens geven recente cijfers aan dat het teruglopend gebruik en dus de besparingen voor 2012 en 2013 veel groter zijn dan eerder voorzien. Ons ijkpunt en dat van SEO is het budget voor 2012. Ten opzichte van het voorziene budget voor 2012 na bezuinigingen leiden onze voorstellen (integratie van voorzieningen) tot zowel kwaliteitsverbetering, een grotere toegankelijkheid (voor alle kinderen vanaf 2-jarige leeftijd) als tot een kostenbesparing voor de ouders. Het is aan het nieuwe kabinet en de Tweede Kamer om aan de hand van de feitelijke ontwikkelingen in 2012 en 2013 om de budgettaire kaders te bepalen. In alle gevallen leiden onze voorstellen tot verbeteringen zonder dat de kosten toenemen.
Den Haag, 19 oktober 2012
2
Tekstvoorstel regeerakkoord 2012-2016 Geef alle kinderen kansen De regering streeft naar een verbetering van de kwaliteit van de kinderopvang en naar meer samenhang bij de inzet van de middelen voor kinderopvang. Daarom richt de regering zich onder andere op een versterking van de werking van de motie Van Aartsen / Bos uit 2005. Daartoe stimuleert zij enerzijds de samenwerking tussen kinderopvang en primair onderwijs om te komen tot brede dagarrangementen (met doorgaande ontwikkellijnen voor kinderen van 0-12). De gemeenten krijgen een belangrijke regierol om te komen tot kindcentra met goede pedagogische kwaliteit. Anderzijds wil de regering komen tot een harmonisatie van de middelen en de regelgeving van voorzieningen op het gebied van kinderopvang, peuterspeelzalen en VVE. In samenhang hiermee wil zij op den duur alle kinderen tussen eerst 2 en later 1 en 4 jaar recht geven op minimaal vier dagdelen kinderopvang conform de Wet Kinderopvang en alle kinderen tussen 4 en 12 jaar recht op minimaal twee dagdelen BSO. Goede voorzieningen voor jonge kinderen dragen namelijk bij aan een betere toekomst voor Nederland. Integrale voorzieningen voor kinderopvang, educatie en gezinsondersteuning bieden de beste voorwaarden voor sociale inclusie en respect voor diversiteit. De inzet op kwaliteit moet generiek zijn en dus alle voorzieningen betreffen. Om alle kinderen gelijke kansen te kunnen bieden moet binnen een breed ontwikkelingsgericht aanbod speciaal aandacht worden besteed aan taalontwikkeling. De kwaliteit van voorzieningen kan voortdurend worden verbeterd door te investeren in de – opleiding van – pedagogisch medewerkers. Door de ouders te stimuleren minstens vier dezelfde dagdelen kinderopvang te benutten en twee dezelfde dagdelen buitenschoolse opvang, wordt de stabiliteit van de groep bevorderd. Dat komt de opvoedingsmogelijkheden, inclusief taalvaardigheid, ten goede. Voor de arbeidsmarktkansen en perspectieven van ouders van jonge kinderen zijn toegankelijke, flexibele en hoogwaardige kindcentra van het grootste belang. Kwalitatief goede gastouderopvang kan een welkome aanvulling op het aanbod en de keuzemogelijkheden van ouders zijn. Daarom streeft de regering in de komende kabinetsperiode naar: 1.
2.
3. 4.
5.
Stimulering van de samenwerking tussen kinderopvang (KDV en BSO) en basisonderwijs om te komen tot brede dagarrangementen met doorlopende ontwikkelingslijnen voor kinderen (kindcentra voor kinderen van 0-12); Harmonisatie van de regelgeving van de voorzieningen voor kinderen van 0-4 (kinderopvang (KDV), peuterspeelzalen en programma’s voor vroeg- en voorschoolse educatie), inclusief de financiële tegemoetkoming aan de ouders; Het vergroten van de regierol van de gemeenten om te komen tot kindcentra met goede pedagogische kwaliteit, uit te werken in het Bestuursakkoord met de VNG; Het toegankelijk maken van kinderopvangvoorzieningen voor alle kinderen vanaf hun tweede jaar; alle ouders (werkende en niet-werkende) krijgen recht op kinderopvangtoeslag voor minimaal vier dagdelen kinderopvang tussen 2 en 4 jaar en voor minimaal twee dagdelen kinderopvang tussen 4 en 12 jaar. Om te komen tot goede, pedagogisch verantwoorde gastouderopvang kan deze alleen nog worden verzorgd vanuit de formele kinderopvangorganisaties. Daardoor wordt de gastouderopvang teruggebracht tot 10% van het kinderopvangbudget en worden maatregelen genomen om ongewenst gebruik (opa en oma vergoeding) tegen te gaan.
3
SEO Economisch Onderzoek Inleiding Op dit moment zijn de voorzieningen voor kinderen versnipperd: kinderopvang, peuterspeelzalen, VVE-programma’s, gastouders en primair onderwijs. Ieder met hun eigen financiering en organisatie. Het programma ‘Kies nu voor Kinderen’ beoogt betere en meer samenhangende voorzieningen voor kinderen en ouders. Ook beoogt het programma een grotere toegankelijkheid van kinderopvang en een betere aansluiting tussen opvang en onderwijs. Uitgangspunt is dat elk kind recht heeft op kinderopvang, ongeacht of de ouders werken of niet. In het kader van de campagne ‘Kies nu voor Kinderen’ hebben Het Kinderopvangfonds en de Bernard van Leer Foundation aan SEO Economisch Onderzoek gevraagd om een maatschappelijke kosten-batenanalyse uit te voeren van dit nieuwe beleidsalternatief. Uit het SEO onderzoek, dat op 24 augustus 2012 is gepubliceerd, blijkt dat het programma ‘Kies nu voor Kinderen’ voor de overheid budgetneutraal is en dat het de maatschappij per saldo € 248 miljoen per jaar oplevert. Het volledige rapport is te downloaden via http://www.bernardvanleer.org/KiesnuvoorKinderen.html
Cijfermateriaal
4
5
6
7
Kies nu voor Kinderen Introductie De Campagne ‘Kies nu voor Kinderen’ is een samenwerking tussen de Bernard van Leer Foundation (BvLF) en Het Kinderopvangfonds (HK). De BvLF heeft Child Care International (CCI) in 2010 een Grant verstrekt om te onderzoeken hoe diversiteit en sociale inclusie van jonge kinderen in Nederland bevorderd kan worden. Dat heeft geresulteerd in de uitgifte van het boek “Op stap naar de samenleving” (2012), waarin dertien gerenommeerde wetenschappers [waarvan twee uit het buitenland] hun visie op dit thema hebben gegeven, en een policy paper waar zowel CCI als alle wetenschappers zich achter konden scharen. Op basis van dit policy paper wil de BvLF de onverwachte val van het kabinet gebruiken om extra aandacht te vragen voor het belang van het kind. HK is in december 2011 een denktank gestart die onderzocht heeft of het zinvol is een beweging in gang te zetten om de kwaliteit van de kinderopvang te versterken. Het onderzoek resulteerde in het opzetten van twee werkgroepen, één gericht op het thema ‘de kwaliteit van het pedagogisch klimaat’ en één gericht op het thema ‘het stelsel en de pedagogische kwaliteit van de kinderopvang’. Deze laatste werkgroep richt zich in eerste instantie op de uitwerking van alternatieven voor de lange termijn (en de verkiezingen in 2015). Daarnaast heeft HK vanaf 2008 de initiatiefgroep Andere Tijden getrokken. Daaruit is het concept van het kind centrum naar voren gekomen (Taskforce Kinderopvang Onderwijs) en zijn op het afsluitende congres van 23 mei 2012 tien adviezen aan minister Henk Kamp aangeboden om de beweging richting kind centra (0-12) te versterken. Daarnaast werd de ‘kopgroep wethouders’ opgericht (als samenwerkingsverband van de initiatiefgroep en de VNG) en produceerden zij samen het boekje van Jeanette Doornenbal “Opgroeien doe je maar één keer” en de brochure “Wij maken werk van kind centra”. De val van het kabinet leidde tot de sterke behoefte tot actie over te gaan om te kijken of de BvLF en HK op korte termijn al zouden kunnen komen tot een beweging in de goede richting. Dit werd nog eens versterkt omdat zowel vanuit de Initiatiefgroep Andere Tijden als vanuit de Kopgroep Wethouders allerlei lijnen zich samen bundelden. Begin mei 2012 kwamen de BvLF en de werkgroep stelsel van HK tot de conclusie dat het goed zou zijn gezamenlijk op te trekken in een campagne die vertrekt vanuit de focus van het kind. In onderling overleg is het manifest “Kies nu voor Kinderen” opgesteld. De kern van het manifest is een verdere ontwikkeling van de kinderopvang vanuit het perspectief van het kind. Het manifest is de basis voor de campagne en heeft inmiddels een breed draagvlak.
8
Policypaper Inleiding De Bernard van Leer Foundation (BvLF) heeft Child Care International (CCI) opdracht gegeven een policypaper te ontwikkelen met aanbevelingen voor beleidsmakers en politici die betrokken zijn bij en het verantwoordelijkheid dragen voor het bevorderen van diversiteit en sociale inclusie onder jonge kinderen. Op basis van de uitkomsten van discussiebijeenkomsten met verschillende sleutelfiguren en de bevindingen uit de interviews met wetenschappers heeft CCI onderstaande policypaper opgesteld. De overwegingen en onderzoeksresultaten die ten grondslag liggen aan de policypaper, kunnen teruggevonden worden in het boekje ‘opstap naar de samenleving’1 dat in 2012 is uitgegeven door SWP Amsterdam. Op verzoek kan BvLF een exemplaar per post toesturen.
Inhoud OpStap naar de samenleving Over diversiteit en sociale inclusie in voorzieningen voor jonge kinderen. Een oproep Aan politici, beleidsmakers, bestuurders, professionals. Opleiders, wetenschappers en alle overige betrokkenen bij kinderopvang en educatie voor jonge kinderen. Professionals en wetenschappers die betrokken zijn bij kinderopvang en educatie voor jonge kinderen, zijn ongerust over de manier waarop in Nederland vormgegeven wordt aan het streven om kinderen gelijke kansen te bieden in hun voorbereiding op de samenleving van de toekomst. Het debat over gelijke kansen voor kinderen is een debat over respect voor diversiteit en sociale inclusie, over de balans tussen gelijkheid en verschil. Het document dat voor u ligt, is een oproep om dit debat opnieuw, en met een zeker gevoel van urgentie te voeren. In de kinderopvang domineert de trend naar een marktgericht aanbod van opvang en zorg dat aansluit op individuele behoeften van kinderen en ouders. In het onderwijs domineert de trend naar een dwingend aanbod van vormgeving en educatie dat aansluit op maatschappelijke behoeften. Deze trends resulteren in de versmalling van kinderopvang tot ‘zorg’ en van onderwijs tot het aanleren van ’s schoolse vaardigheden’. Aandacht voor ‘het hele kind’, voor de individuele talenten van van elkaar verschillende kinderen en voor gelijke kansen voor kinderen met ongelijke startposities, komt in de verdrukking door de druk op presteren. Wat we al weten Is de huidige weg de juiste weg? Wat weten we eigenlijk over de factoren die de gelijke kansen op maatschappelijke participatie bevorderen? Onze oproep is gebaseerd op de uitkomsten van een debat tussen verschillende professionals uit het veld en dertien wetenschappers. In dit debat zijn – op basis van het onderzoek van deze dertien wetenschappers – de factoren benoemd die bijdragen aan gelijke of ongelijke kansen voor kinderen in kinderopvang en onderwijs. De kennis van de wetenschappers laat zien welke gereedschappen wij in onze handen hebben als we diversiteit en sociale inclusie willen bevorderen, als we kinderen willen laten opgroeien in gelijkheid, met respect en waardering voor hun individuele verschillen. De kennis en inzichten van de wetenschappers vindt u terug in deze publicatie. Hieronder zijn de conclusies en de aanbevelingen opgenomen die wetenschappers en professionals samen geformuleerd hebben en die u als politicus, beleidsmaker, bestuurder, werker, opleider, wetenschapper of anderszins betrokkene bij kinderopvang en onderwijs aangaan. 1
ISBN 978 90 8850 308 5
9
De uitgangspunten Het debat tussen wetenschappers en professionals heeft als focus de vraag of voorzieningen voor jonge kinderen in Nederland (kinderopvang, peuterspeelzalen, de groepen 1 en 2 van de basisschool) bijdragen aan diversiteit en sociale inclusie. Of anders: bieden voorzieningen voor jonge kinderen aan alle kinderen gelijke kansen, ongeacht hun sociale, culturele of fysieke verschillen? Deze vraag wordt gesteld vanuit de volgende uitgangspunten: • ouders en kinderen hebben behoefte aan voorzieningen die aansluiten bij de ontwikkeling van kinderen en het arbeidspatroon van de ouders; • voorzieningen voor jonge kinderen dienen derhalve individuele behoeften ook maatschappelijke doelen zoals het toerusten van toekomstige burgers voor deelname aan het maatschappelijke leven; • de maatschappij heeft (wij hebben) een morele verplichting om voorzieningen voor jonge kinderen zo in te richten dat zij voor alle kinderen gelijkelijk toegankelijk zijn en kinderen gelijke kansen bieden op maatschappelijke participatie. Conclusie en aanbevelingen De 13 wetenschappers die bijgedragen hebben aan het debat en hun kennis over dit vraagstuk ter beschikking gesteld hebben, stellen unaniem dat: • het bestaan van meerdere, afzonderlijke voorzieningen voor kinderopvang en educatie ongewild bijdraagt aan uitsluiting en discriminatie waardoor kinderen geen gelijke opstap naar de samenleving maken; • er voldoende inzicht is in de factoren die ertoe bijdragen dat kinderen met gelijke kansen kunnen opgroeien; • er voldoende wetenschappelijke kennis is om voorzieningen zo vorm te geven dat zij bijdragen aan sociale inclusie en respect voor diversiteit; • bekend is wat voor soort voorzieningen effectief zijn. Samengevat leiden deze inzichten tot de volgende conclusies en aanbevelingen: Voor beleid en politiek • Integrale voorzieningen voor kinderopvang en educatie bieden de beste voorwaarden voor sociale inclusie en respect voor diversiteit. Gescheiden voorzieningen voor kinderopvang en educatie voor de allerjongsten werken segregatie in de hand en dragen niet bij aan gelijke kansen. •
De inzet op de kwaliteit van de voorzieningen moet generiek zijn ofwel alle voorzieningen betreffen. Daar waar de kwaliteit van het aanbod hoog is en er respect is voor diversiteit, zullen vooral de kinderen met een achterstand profiteren. In die situaties dat kinderen een specifiek aanbod moeten krijgen om de gelijke kansen te bieden, is tijdelijk) een extra aanbod legitiem.
•
Beleid voor voorzieningen voor jonge kinderen moet contextgericht zijn. Elk kind participeert in een wijder sociaal verband dan alleen het kindercentrum: de buurt- en familieverbanden waar kinderen deel van uitmaken, hebben grote invloed op de ontwikkeling van kinderen. Derhalve is samenwerking tussen aanbieders van voorzieningen onontbeerlijk.
•
De overheid (landelijk, lokaal) kan niet afzijdig blijven. De overheid moet duidelijk zijn in de wijze waarop sociale inclusie en respect voor diversiteit gegarandeerd kunnen worden in de maatschappelijke zorg voor jonge kinderen en de rol van de marktwerking daarin.
10
Voor de praktijk Voorzieningen voor jonge kinderen moeten gelijkelijk toegankelijk zijn voor alle kinderen/ouders en een aanbod bieden waarin plaats is voor verzorging, opvoeding, vorming en educatie en dat kinderen een opstap biedt tot de samenleving. Om alle kinderen gelijke kansen te kunnen bieden, moeten voorzieningen voor jonge kinderen: • • • • • • • •
binnen een breed ontwikkelingsgericht aanbod speciaal aandacht besteden aan taalverwerving en de pedagogische medewerker hiervoor toerusten; binnen het domein van taalverwerving aandacht geven aan en respect te tonen voor de moedertaal van kinderen; betrokkenheid garanderen in de sociale relaties die het kind omgeven door continuïteit na te streven in groepssamenstelling zowel wat betref kinderen als pedagogische medewerkers; pedagogische medewerkers een herkenbare plaats geven in het opbouwen en onderhouden van open en gelijkwaardige relaties met ouders; een open oog en aandacht hebben voor de ondersteuningsbehoefte van ouders; continue aandacht geven aan de professionalisering van medewerkers op elk niveau; ondersteuning bieden aan en respect tonen voor diversiteit in kennis en kunde van medewerkers op de werkvloer; goede professionals zo veel mogelijk behouden voor het werk in direct contact met de kinderen. Opleidingen voor professionals voor voorzieningen voor jonge kinderen moeten professionals toerusten met voldoende kennis en vaardigheden voor de uitvoering van hun vak: het begeleiden van de ontwikkeling van het jonge kind. Dit betekent:
• • • • •
dat opleidingen kennis over de ontwikkeling van kinderen en communicatie met/ondersteuning van ouders tot kernpunt van de opleiding moeten maken; speciale aandacht besteden aan kennis en vaardigheden met betrekking tot respect voor diversiteit en sociale inclusie; speciale aandacht besteden aan kennis over en vaardigheid in het begeleiden van jonge kinderen in hun taalontwikkeling; speciale aandacht geven aan de ontwikkeling van sociale vaardigheden in relaties tot collega’s en ouders; speciale aandacht geven aan kennis over en inzicht in de sociale en culturele factoren die mede de ontwikkeling van het kind bepalen.
11
Manifest ‘Kies nu voor Kinderen’ Inleiding Het manifest is de basis van de campagne en is in onderling overleg opgesteld; het heeft inmiddels een breed draagvlak. De kern van het manifest is verdere ontwikkeling van de kinderopvang vanuit het perspectief van het kind.
MANIFEST: KIESNUVOORKINDEREN Ieder kind heeft recht op een liefdevolle, leerrijke en stimulerende omgeving; daarom pleiten wij voor een kindcentrum voor alle jonge kinderen en hun ouders. De vroege en voorschoolse ontwikkeling is bepalend voor het verdere leertraject van kinderen. Daarom moeten deze voorzieningen aan de hoogste kwaliteitseisen voldoen. Uit onderzoek blijkt dat de kwaliteit van het huidige aanbod zowel in educatief als in pedagogisch opzicht onvoldoende is. Wij lopen in Nederland daardoor het risico hardnekkige maatschappelijke problemen te reproduceren. Taalachterstanden, segregatie en schooluitval kunnen alleen worden teruggedrongen als we vroeg beginnen met leren. Ouders en kinderen hebben behoefte aan voorzieningen die aansluiten bij de ontwikkeling van kinderen en het arbeidspatroon van de ouders. Wij hebben de morele verplichting om voorzieningen voor jonge kinderen zo in te richten dat zij afgestemd zijn op elkaar, voor alle kinderen toegankelijk zijn en kinderen gelijke kansen bieden op maatschappelijke participatie. Een kindcentrum biedt naast zorg en opvang, een uitdagende taalrijke omgeving waarin kinderen spelen en leren. Het contact met andere kinderen bevordert de taalontwikkeling. Pedagogische voorzieningen hebben alleen het beoogde effect als het gezin, de ouders en familie, de school en de buurt hier sterk bij betrokken worden. Het kindcentrum maakt daarom deel uit van de woonomgeving. In het kindcentrum werken goed opgeleide pedagogisch medewerkers waardoor alle kinderen een aanbod op maat kunnen krijgen. Met de beschikbare middelen wordt een efficiëntere en effectievere voorziening gerealiseerd.
Jonge kinderen zijn de toekomst. Investeer NU in kindcentra voor ALLE JONGE kinderen in Nederland! 1. Voor ieder kind is een aanbod op maat in een kindcentrum. 2. Het kindcentrum is een geïntegreerde voorziening met doorlopende leerlijnen tussen kinderopvang, peuterspeelzalen, VVE programma’s en de basisschool.
3. Het kindcentrum geeft elk kind de kans zich optimaal te ontwikkelen in een liefdevolle en veilige omgeving met aandacht voor taal en sociale vaardigheden.
4. Ieder kind heeft recht op 4 dagdelen per week in een kindcentrum. De financiële drempels voor de ouders worden niet verhoogd maar stelselmatig verlaagd. Ook voor mensen met lage inkomens en alleenstaande ouders is het kindcentrum betaalbaar.
5. De kwaliteit van het kindcentrum wordt voortdurend verbeterd, onder andere door te investeren in – de opleiding van – de pedagogisch medewerkers.
6. De ouders worden betrokken bij het kindercentrum en worden in het belang van pedagogische kwaliteit aangemoedigd hun kinderen minstens vier dezelfde dagdelen per week te brengen.
7. Alle kinderen wordt gedurende de dag een ontwikkelingsgericht programma aangeboden. De opvangtijden worden naar gelang de behoeften van de ouders aangeboden.
8. Het ouderschapsverlof wordt uitgebreid. Elk kind heeft recht op verzorging door de moeder en vader in het eerste jaar. 9. Er komt een minister voor Kind en Gezin die verantwoordelijk is voor alle financiën en regelgeving rondom kinderen. 10. Door de huidige financiële middelen voor kind regelingen samen te voegen kunnen kindcentra efficiënter en effectiever worden gerealiseerd.
12
Wat is een kindcentrum? 2 Inleiding Het concept kindcentrum is tot stand gekomen in de initiatiefgroep Andere Tijden; een samenwerking van Vos/ABB, Brancheorganisatie Kinderopvang, PO-Raad, Het Kinderopvangfonds en BOink. Op hun afsluitend congres van 23 mei 2012 zijn er acht adviezen aangeboden aan minister Henk Kamp om de beweging richting kind centra (0-12) te versterken. Deze adviezen zijn verwoord in hun position paper ‘Kinderopvang-Onderwijs-Welzijn’ (zie bijlage).
De kenmerken De namen lopen uiteen. Maar of het nu een Kindcentrum, Educatief Centrum of Sterrenschool wordt genoemd, in essentie gaat het steeds om een voorziening waarin professionals met uiteenlopende achtergronden vanuit één organisatie werken aan de ontwikkeling van kinderen van O tot 12 jaar. Een kindcentrum voldoet aan de volgende kenmerken: 1. Eén visie ledereen die in het kindcentrum werkt, heeft dezelfde visie op de wijze waarop kinderen leren en zich ontwikkelen. Dit is het fundament van het kindcentrum. Kinderen leren en spelen, binnen en buiten schooltijd, in het kindcentrum en kunnen daar hun talenten in de volle breedte ontwikkelen. 2. O tot 12 jaar In het kindcentrum komen baby's, peuters, kleuters en kinderen tot 12 jaar. Zij worden vanuit een doorgaande ontwikkelingslijn gevolgd en er zijn individuele ontwikkelingsplannen. 3. Breed aanbod Het kindcentrum biedt onderwijs en opvang maar ook sport, muziek of spel. Met verplichte en vrijwillige onderdelen waaruit ouders en kinderen kunnen kiezen. 4. De hele dag, het hele jaar door Het kindcentrum is de hele dag geopend, van zeven tot zeven uur. De dagindeling kenmerkt zich door rust en een goede balans van inspanning en ontspanning. Sommige kindcentra zijn het hele jaar door open en bieden in overleg met de ouders flexibele vakanties. 5. Eén team met één organisatie Leerkrachten, pedagogen, pedagogisch medewerkers en vakleerkrachten vormen één team. Zo nodig halen ze deskundigen van buiten naar binnen. De organisatie heeft een eenhoofdige leiding, één beleid en is gehuisvest in een multifunctioneel gebouw. 6. Eenduidige communicatie met ouders Ouders hebben met één organisatie te maken. Ze hoeven niet apart afspraken te maken met de school, de kinderopvang of peuterspeelzaal. Er is één aanspreekpunt.
Succesfactoren Overal in het land zijn pioniers aan het werk met de inrichting van kindcentra die (op termijn) voldoen aan bovengenoemde kenmerken. Een rondgang langs de pioniers laat zien dat het succes vaak samenhangt met gedreven leidinggevenden. Persoonlijke chemie tussen mensen is een belangrijke motor. 2
Magazine Andere Tijden– mei 2012
13
Een andere succesfactor is de vorming van één team van leerkrachten en pedagogisch medewerkers, die elkaar en elkaars kwaliteiten leren kennen en waarderen. Een heldere aansturing is voorwaardelijk, liefst door een éénhoofdige leiding die bovendien een open en luisterende houding aan de dag legt. Een vierde belangrijke succesfactor is de communicatie. Ouders moeten een concreet en helder beeld hebben van het aanbod en de toegevoegde waarde van het kindcentrum, anders werkt het niet.
14
15
BIJLAGEN
16
'Meer vierjarigen met achterstand naar school door bezuinigingen' - Onderwijs - TRO...
pagina 1 van 2
venster sluiten
Denk aan het milieu. Denk na voor je print!
'Meer vierjarigen met achterstand naar school door bezuinigingen' Somajeh Ghaeminia 16-10-12 - 08:01 © ANP.
De huidige bezuinigingen op kinderopvang en peuterspeelzalen gaan ertoe leiden dat scholen straks veel meer vierjarige leerlingen met een achterstand binnen krijgen. Daarvoor waarschuwen vandaag belangenorganisaties in Trouw. Veel gemeenten bezuinigen op peuterspeelzalen, er komen daardoor minder plekken en er ontstaan wachtlijsten. Tegelijk is ook de kinderopvang duurder geworden en haalt een groeiende groep ouders hun kinderen van de crèche. Sommigen melden hun kind vervolgens aan bij de veel goedkopere peuterspeelzaal, wat de druk op die instellingen extra doet toenemen. Brancheorganisatie MOgroep schat dat als alle bezuinigingen doorgaan, er in het ergste geval zo'n 60.000 peuters buiten de boot zullen vallen en zonder enige vooropleiding op hun vierde jaar naar school zullen gaan. De belangenorganisaties voor kinderdagverblijven, peuterspeelzalen en ouders dringen aan op één systeem voor voorschoolse educatie aan peuters, met steun van de Vereniging Nederlandse Gemeenten. Nu is het aanbod zeer versnipperd: de kinderdagverblijven worden bezocht door kinderen van werkende ouders, de peuterspeelzalen door kinderen die achterstanden dreigen op te lopen. Daarnaast zijn er nog de voorscholen voor peuters in achterstandswijken in grote steden. Kinderen van wie de ouders niet in aanmerking komen voor kinderopvangtoeslag of kinderen uit
http://www.trouw.nl/tr/nl/4556/2012/article/print/detail/3332164/Meer-vierjarigen-met-a...
16-10-2012
'Meer vierjarigen met achterstand naar school door bezuinigingen' - Onderwijs - TRO...
pagina 2 van 2
gezinnen met een laag inkomen kunnen straks nergens terecht, vrezen de organisaties. Voor kinderen die een groot risico lopen op achterstand, bijvoorbeeld omdat hun ouders nauwelijks een opleiding hebben, is er wel extra geld. Maar zelfs voor die achterstandskinderen is straks misschien niet altijd plek, voorspelt Marijke Vos, voorzitter van brancheorganisatie MOgroep. "De overheid investeert 95 miljoen euro extra in voor- en vroegschoolse educatie voor deze groep. Tegelijkertijd zien we gemeenten die snoeihard bezuinigen op de peuterspeelzalen. Er is dus geld voor deze kinderen, maar er zijn geen locaties meer om ze op te vangen", aldus Vos. De Persgroep Digital. Alle rechten voorbehouden.
http://www.trouw.nl/tr/nl/4556/2012/article/print/detail/3332164/Meer-vierjarigen-met-a...
16-10-2012
Marktwerking kinderopvang schaadt kind en maatschappij Goede crèche mag geen privilege zijn van welvarende ouders Marilse
Eerkens
eoverheidmoetkinderopvang nietoverlaten aan de markt. Hetleidt tot een tweedeling in goede en matige crèches. Die laatste schaden de ontwikkelingvan kinderen enzijn slecht voor maatschappij en economie. Sinds de overheid in 2005 besloot marktwerkingtoe te laten in de kinderopvang is, zoals voorspeld doorde Organisatievoor Economische samenwerkingen Ontwikkeling(Oeso) niet alleen de kwaliteit dramatisch gedaald, maarlijktookeenanderezorguit te komen. Commercialiscringvan de crèchesvergroot de kans dat kwalitatief goede kinderopvang een privilegewordtvoor kinderen van rijke ouders. Denk bij dat laatste aan dagverblijven met een toneel-en verkleedruimte, een 'natuurontdektuin' een bibliotheek en crècheleidsters die je Engels leren. Datverschil is erg, omdatgoede kwaliteitvan wezenlijk belang is voor de ontwikkelingvan een jong kind. Financieel vermogende crèches kunnen meeren betere pedagogische medewerkers aantrekken en in diensthouden, een
D
I
ruimere opvanglocatie bieden en meer doen aan ontwikkelingsgerichteactiviteiten. Kinderen maken in hun eerste levensjaren eengigantische breinentwikkeIingdoor.Deontwikkelingvandit
'hersenfundament' is afhankelijk van de zorg en de aandacht die kinderen op datmomcnt krijgen en bepalend voor hun 'intelligentie, persoonlijkheid en gedrag' aldus de Oeso. Niet voor niets stenen de Nobelprijswinnende economen Cunhaen Heekman datergeenperiodeiswaarinhet 'rendement op investering in menselijkkapitaal' hoger is dan in de eerste vier levensjaren. Het leidt tot minder criminaliteit, een .hoger IQ en minderpsychologische problemen. Daarom stelde Unicef dat overheden minimaal! % van het bruto binnenlands product zouden moeten investeren in de aller jongste kinderen -te besteden aan langer betaald ouderschapsverlofen kwalitatief goede kinderopvangvoor iedereen. Nederland besteedt nogniet de helftvan dit bedrag. Van alle Oesolanden geven alleen Portugal, MexicoendcVSmindcruit.Deze matige investeringen het fors schrappen doorDen Haagin de ouderlijke bijdrage op kinderopvang getuigen van een kortetennijnvisie die ons ultelndeljjkmeergeldgaarkosten I
Zorg en aandacht in eerste levensjaren zijn bId epa en voor intelligentie en gedrag
pagina 29, 09-06-2012 © Het Financieele Dagblad
dan opleveren. Hogeropgeleide bemiddelde ouders beginnen te doorzien dat kinderopvangmééris dan een manier om je handen vrij te maken om tewerken en datde overheid flink wat steken laat vallen op ditvlak. Zij nemen, zeer begrijpelijk,zelfhetinitiatief en leggen graagextra geld neer voorgoede zorg. Minder gefortuneerde, Jaagopgeleide ouders, wiens kinderen door de bank genomen méérprofiteren van goede kinderopvang, moeten hun heil blijven zoeken bij de gewone kinderopvang die, vanwege de bezuinigingen, kampt met financiële tekorten. Recentelijk nogkondigde een grote kinderopvangorganisatie aan dat zij moetgaan bezuinigenopruimteen personeel ide baby'S zullen worden ondergebracht in zogenaamdeverticale groepen, waar kinderen van alle leeftijdendoor elkaar zitten. Dat laatste klinkt leuk, maar de baby's krijgenernogminderzorgen aandachtdan in de horizontale babygroep. Hetwordttijd darde Nederlandse overheid zich gaatrealiseren datgoede kinderopvangeen recht isvan alle jonge kinderen. Datmágje niet aan de markt overlaten. MarilscEerkensi~ auteur van het hoek 'Wat doen we met de hahy. over-hechting'. hersens en kinder
KIESNUVOORKINDEREN Lange Houtstraat 2 2511 CW Den Haag T: 070 – 3312200 E:
[email protected] Tweede Kamer der Staten-Generaal Drs. M. Rutte en Ir. D.M. Samson Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG
Den Haag, 16 oktober 2012
Betreft: Kinderopvang
Geachte heren, Bijgaand treft u een tekstvoorstel voor het regeerakkoord. Het betreft plannen voor de verbetering van de kinderopvang in Nederland. Zodat het beleid voor de komende jaren in het teken staat van belangrijke vooruitgang voor jonge kinderen en hun ouders. Kort samengevat bepleiten wij de volgende tekst: “De regering streeft verdere harmonisatie van voorzieningen voor jonge kinderen na. Tussen voorzieningen voor kinderopvang en onderwijs wordt grotere samenhang aangebracht. Dit maakt het mogelijk dat alle kinderen, of hun ouders werken of niet, toegang krijgen tot kwalitatief goede voorzieningen.” Bijgaande voorstellen hebben niet alleen de steun van de initiatiefnemers, de onafhankelijke organisaties de Bernard van Leer Foundation en Het Kinderopvangfonds en hun campagne ‘Kies nu voor Kinderen’. De VNG en de ‘kopgroep wethouders’ hebben intensief meegedacht over de plannen. De plannen sluiten aan bij de richting die ook de PO-raad, de brancheorganisaties, de belangenvereniging voor ouders (BOinK) en de vakbonden voorstaan. Wetenschappers en individuele ondernemers / bestuurders uit het veld zijn nauw betrokken geweest bij de ontwikkeling van de voorstellen. Ze hebben dus een breed draagvlak. Bij uitvoering van deze plannen hoeft het budgettaire beslag de komende jaren niet toe te nemen. Dit blijkt uit een analyse van SEO die wij hebben laten verrichten (zie cijferbijlage bijgaand). Overigens geven recente cijfers aan dat het teruglopend gebruik en dus de besparingen voor 2012 en 2013 veel groter zijn dan eerder voorzien. Ons ijkpunt en dat van SEO is het budget voor 2012. Ten opzichte van het voorziene budget voor 2012 na bezuinigingen leiden onze voorstellen (integratie van voorzieningen) tot zowel kwaliteitsverbetering, een grotere toegankelijkheid (voor alle kinderen vanaf 2-jarige leeftijd) als tot een kostenbesparing voor de ouders.
Het is aan het nieuwe kabinet en de Tweede Kamer om aan de hand van de feitelijke ontwikkelingen in 2012 en 2013 om de budgettaire kaders te bepalen. In alle gevallen leiden onze voorstellen tot verbeteringen zonder dat de kosten toenemen. Wij bevelen ze daarom van harte in uw aandacht aan.
Hoogachtend,
Jeanet van de Korput Bernard van Leer Foundation T: 06 – 51054772
Bijlagen: Tekstvoorstel regeerakkoord SEO tabellen cc:
De heer H.G.J. Kamp De heer Drs. W.J. Bos
Gijs van Rozendaal Het Kinderopvangfonds T: 06 - 53816714
Position Paper Kinderopvang-Onderwijs-Welzijn -Kansrijke Verbindingen, waardevolle investeringAan de programmacommissies van de politieke partijen Het sociaal kapitaal, het cultureel kapitaal, ‘the work force’ voor de 21e eeuw zit nu op de kinderopvang, de peuterspeelzaal, op school en op de buitenschoolse opvang. Wie Nederland een 21e eeuw toewenst waar welzijn en welbevinden, democratisch burgerschap en economische voorspoed de wezenskenmerken zijn, zal nu in zijn kinderen moeten investeren.
De maatschappij vraagt het. De wetenschap bevestigt het. Het kind heeft er recht op.
De samenleving vraagt het: mondialisering, informatisering en demografische ontwikkelingen betekenen dat de burgers van de toekomst meer dan ooit over culturele en sociale grenzen heen moeten kunnen samenwerken, -leven en spelen. De jongste generaties zullen ook moeten blijven leren, want technologie en wetenschap bieden steeds nieuwe kansen en opgaven. En de samenleving heeft al het talent van die nieuwe generaties nodig op de arbeidsmarkt, want zij zullen met minder mensen het nationaal inkomen voor meer mensen moeten verdienen. De wetenschap bevestigt het. Veel ouders, onderwijzers en pedagogisch medewerkers wisten het eigenlijk al, maar de neurobiologie bevestigt keihard dat de ontwikkeling van het potentieel dat ieder mens bij geboorte heeft een rijke, stimulerende omgeving vraagt. Het brein ontwikkelt zich in de jonge jaren ongekend, afhankelijk van de interactie met zijn directe omgeving, zijn opvoeders. Economische studies1 wijzen ook onomstotelijk uit dat de 'return on investment' hoog is: iedere euro die je in de zo vroeg mogelijke ontwikkeling van kinderen steekt, bespaart de samenleving in de toekomst het viervoudige hiervan. En heeft niet ieder kind er recht op alle kansen te krijgen? De kindertijd komt niet meer terug, de kans om het in één keer goed te doen zullen we als samenleving niet tussen onze vingers door moeten laten glippen. Wat is daar voor nodig? Betrokken goed geïnformeerde ouders. Bevlogen en gewaardeerde professionals. Sluitende arrangementen voor kinderen op het gebied van kinderopvang, onderwijs en welzijn, die bij toenemende arbeidsparticipatie van beide ouders de hoogste kwaliteit bieden om alle kinderen de kans te geven zich zo goed mogelijk te ontwikkelen zodat zij in hun latere leven van grote waarde kunnen zijn. De kinderopvang en aansluitend de school spelen een sleutelrol bij die toerusting en kansen geven aan talent, experts als ze zijn in het vervullen van de opdracht tot ontwikkelen, kwalificeren, socialiseren en persoonsvorming. We weten meer dan ooit dat die vorming niet gebonden is aan die 1000 uur per jaar op school. De andere 3000 uur dat kinderen per jaar thuis of in buitenschoolse voorzieningen actief zijn bieden net zoveel kansen. En juist in de eerste drie jaar dat kinderen nog niet naar school gaan, biedt een professionele omgeving een goede stimulans in de ontwikkeling. 1
OESO, SEO-onderzoek “De Waarde van Kinderopvang”
Goede arrangementen en allianties tussen alle opvoeders zijn nodig om de Nederlandse ambities waar te maken. Niet alleen in de kinderopvang en later op school, maar ook in de wijk en dorp via kinderwerk, sport en cultuur en met goed bereikbare opvoedingsondersteuning en Centra voor jeugd en gezin. Dit is geen nieuw gegeven, in 2010 kwam een brede coalitie van werkgevers, werknemers, de onderwijssector, de welzijnssector, de kinderopvangsector en de VNG tot krachtige aanbevelingen. Sindsdien is er weinig vooruitgang geboekt, maar zijn de ambities van betrokken sectoren en de kansen nog even groot. Door landelijke en lokale bezuinigingen als gevolg van de economische crisis is hier en daar eerder sprake van achteruitgang. Voor een betere toekomst van Nederland zijn de volgende punten zijn actueler en urgenter dan ooit . 1. Streef naar integrale dagarrangementen voor de 0- tot 12-jarigen met ruime openingstijden, waarin onderwijs, peuterspeelzalen en kinderopvang, naast sport, cultuur, centra voor jeugd en gezin, jeugdzorg en welzijn belangrijke partners zullen zijn. Geef daarbij ruimte aan lokale invulling. In het kader van doorgaande ontwikkelingslijnen voor kinderen is de aansluiting van voor- en vroegschoolse voorzieningen en onderwijs van groot belang. 2. Stimuleer zoveel mogelijk brede integrale kindcentra waar bedoelde dagarrangementen kunnen worden ontwikkeld. Op die manier realiseer je een ideaal klimaat waar onderwijs, welzijn (buurtwerk) en kinderopvang de noodzakelijke pedagogische infrastructuur kunnen realiseren. 3. Geef ieder kind vanaf 2 tot 12 jaar het recht op 3 dagdelen kinderopvang om een doorgaande ontwikkelingslijn voor alle kinderen mogelijk te maken. Daarbij wordt een maximaal aanbod gedaan voor talentontwikkeling en het voorkomen van (taal)achterstanden. 4. Harmoniseer de geldstromen van peuterspeelzaalwerk, kinderopvang, VVE en buitenschoolse arrangementen zodat integrale voorzieningen en programma’s tot stand kunnen komen voor kinderen van 0 tot 4 jaar en hun ouders. 5. Voorkom dat met name kinderen in achterstandsituaties geen gebruik meer maken van voorschoolse voorzieningen door stopzetting van bijdragen van gemeenten voor peuterspeelzalen. 6. Voorkom hogere kosten voor ouders voor de kinderopvang. 7. Investeer in kwaliteit van (samenwerkende) professionals door goede opleiding. Stimuleer combinatiefuncties in kinderopvang, peuterspeelzalen, onderwijs, sport en cultuur waardoor kennis wordt gedeeld en carrièremogelijkheden van werknemers worden versterkt. 8. Zorg voor coördinatie van integraal beleid en regel eenduidige interdepartementale coördinatie. Ontwerp een landelijk programma tot het wegnemen van wettelijke en andere belemmeringen om integrale kindvoorzieningen te bevorderen.
Drs. M.E.N.M.A. Rompa
Ir. M. B. Vos
Mr. Drs. C. Kervezee
Brancheorganisatie Kinderopvang
MOGroep
PO-Raad
(~§) .
Gepubliceerd Home>
Printvriendelijk
V"o"g'.g
van Nodo" an dse Gorneen ren
op VNG (http://www.vng.nl) > Rapport
'Kies voor kinderen'
sluit aan bij voorstel
Kopgroep
wethouders
kindcentra
Rapport 'Kies voor kinderen' sluit aan bij voorstel Kopgroep wethouders kindcentra 24 augustus 2012 Het Kinderopvangfonds en de Bernard van Leer Foundation voeren met het oog op de komende verkiezingen de campagne 'Kies nu voor Kinderen'. De focus ligt op de realisatie van kindcentra, waarin elk kind recht heeft op kinderopvang, ongeacht of de ouders betaald werk hebben of niet. Het nieuwe kabinet zou een flinke stap moeten zetten in betere en meer samenhangende voorzieningen voor kinderen. Reactie VNG De ambitie van het programma 'Kies voor kinderen' sluit goed aan bij de lobby van de Kopgroep Wethouders voor kindcentra voor het realiseren van één ongedeelde voorziening voor alle kinderen van 0 - 12 jaar. De wethouders pleiten in de lobby voor een landelijk beleidskader en een sturende verantwoordelijkheid voor de gemeente. Rapport SEO Economisch Onderzoek heeft in opdracht van de twee genoemde organisaties een maatschappelijke kosten-batenanalyse gemaakt. Belangrijke uitgangspunten in het rapport: • Bezuinigingsmaatregelen kinderopvang voor 2013 worden geschrapt • Alle kinderen van 2 en 3 jaar recht op minimaal 4 dagdelen opvang volgens de huidige kinderopvangtoeslagregeling • Alle kinderen van 4 - 12 jaar recht op minimaal 2 dagdelen buitenschoolse opvang volgens de huidige kinderopvangtoeslagregeling • Voor 0 en 1 jarigen geen wijzigingen in de huidige regeling • Rijksmiddelen voor WE en peuterspeelzalen en de gemeentelijke middelen voor peuterspeelzalen worden samengevoegd in één financieringsstroom voor kinderopvang • Gastouderopvang alléén nog georganiseerd door formele kinderopvangorganisaties, tot maximaal 10% van het toale budget (vanwege belang educatieve ontwikkeling kinderen) • Verhoging leidster-kind ratio in de buitenschoolse opvang van 1:10 naar 1:15. Volgens de onderzoeker van SEO levert het programma 'Kies voor Kinderen'ê 248 miljoen per jaar op. Voor de overheid is het programma budgettair neutraal. De baten komen ten goede aan de ouders. Meer informatie U vindt het rapport op onderstaande
website.
• website Kiesnuvoorkinderen.nl • VNG-dossier Kopgroep Kindcentra
Bron-U RL: http://www.vng.nlln wethouders-kindcentra
ieuws/12-08-24/rap
port-ki es-voor -ki n deren-si u it-aan-bi j-voorstel-kopg
roep-