Revalidatie Magazine
jaargang 18 nummer 3 september 2012
Ketenzorg:
werken buiten de eigen muren > ‘Meer kennis over conversie is noodzakelijk’ > Het functioneren beoordeeld > Revalidatie van migranten: veel te verbeteren > Leven met spina bifida > Fysiotherapie na beroerte wordt doelmatiger > Slimme fractuurrevalidatie
inhoud 3-12 Wilt u reageren op RM? Hebt u een idee voor een artikel? De redactie hoort het graag:
[email protected]!
4 > Revalidatie van migranten: nog veel te verbeteren Migranten vormen een belangrijke doelgroep voor revalidatie-instellingen.
8>
6 > Berichten 7 > Fysiotherapie na beroerte wordt doelmatiger Van oudsher krijgen mensen na een beroerte individuele fysiotherapie. Een nieuwe groepsbehandeling blijkt doelmatiger. 10 > Slimme fractuurrevalidatie Een innovatief sensorsysteem bevordert de genezing.
Af en toe duikt het begrip op in de media: ‘conversiestoornis’. Dan volgt een verhaal over iemand met lichamelijke uitval zonder lichamelijke oorzaak. Conversie: wat is het en wat kan de revalidatiesector ermee?
• Alice Broeksma
De ketenzorg komt op gang
11 > ‘Je moet eigenwijs zijn om dingen te bereiken’ Sander Hilberink.
Om patiënten optimale zorg te kunnen geven,
15 > De professor Hans Arendzen.
De revalidatiesector kan een coördinerende rol
16 > Leven met spina bifida Patiëntenvereniging BOSK zou willen dat er een beter beeld ontstaat van het leven met spina bifida en dat de kwaliteit van zorg voor deze groep verbetert. 17 > Column Beoordeling en waardering.
‘Meer kennis over conversie is noodzakelijk’
is het noodzakelijk dat zorgaanbieders hun werkzaamheden beter op elkaar afstemmen. spelen om deze ketenzorg op gang te brengen.
• John Ekkelboom
18>
<12 360-graden-feedback rukt op
20 > Het standpunt Op zoek naar verbetering: toon verantwoordelijkheid.
De kwaliteit van de revalidatie hangt zeker ook af
21 > Het werk nja Mertens, communicatieadviseur. A
meestal tot jaarlijkse functioneringsgesprekken.
van de individuele behandelaars. De beoordeling van hun functioneren beperkte zich tot voor kort Maar de tijden veranderen.
• Adri Bolt
COLOFON Revalidatie Magazine is een uitgave van Revalidatie Nederland. Het tijdschrift verschijnt viermaal per jaar. Redactie Steven Berdenis van Berlekom MBA (hoofdredacteur, directeur Zorg en Innovatie revalidatiecentrum De Hoogstraat) - John Ekkelboom (journalistiek adviseur) - Drs. Annelies van Lonkhuyzen (eindredacteur) - Jan Verbaal MHA (hoofdredacteur, algemeen directeur revalidatiecentrum Tolbrug). Redactieraad Dr. Renata Klop (programmacoördinator ZonMw) - drs. Judith Boot (kwaliteitsfunctionaris Sophia Revalidatie) - Drs. Karin van Londen (senior communicatieadviseur Revalidatie Nederland) - Drs. Hans Slootman (revalidatiearts Stichting Heliomare) Drs. Ria Zondervan (kwaliteits- en communicatieadviseur Reade) - Heidi Wals (secretariaat en communicatie VRA). Redactieadres Revalidatie Nederland - Samantha de Jong - Postbus 9696 - 3506 GR Utrecht - (030) 2739384
[email protected]. Vormgeving AC+M, Maarssen. Foto’s Foto omslag is gemaakt door Inge Hondebrink - Foto’s worden bij de artikelen gekozen, maar worden niet altijd op de betreffende locatie gemaakt. Abonnementen Revalidatie Nederland - Samantha de Jong - Postbus 9696 - 3506 GR Utrecht - (030) 2739384 -
[email protected]. Abonnementsprijs Jaarabonnement particulieren € 36,95 - Studenten € 18,48 - Instellingen € 72,95 - Voor buitenlandse abonnees geldt een toeslag - Het abonnement kan elk gewenst moment ingaan en wordt automatisch verlengd, tenzij twee maanden voor de vervaldatum schriftelijk is opgezegd. Adreswijzigingen Bij wijziging van de tenaamstelling en/of het adres verzoeken wij u de adresdrager met de gewijzigde gegevens op te sturen naar Revalidatie Nederland. Advertenties Bureau van Vliet - Postbus 20 - 2040 AA Zandvoort - telefoon (023) 5714745 - fax (023) 5717680 -
[email protected]. Overnemen en vermenigvuldigen van artikelen Dit is slechts geoorloofd met bronvermelding en na schriftelijke toestemming van Revalidatie Nederland.
In de vestigingsplaatsen van Nederlandse revalidatiecentra heeft gemiddeld ongeveer een kwart van de inwoners een migratie-achtergrond. Migranten vormen dus een belangrijke doelgroep voor revalidatie-instellingen. Maar de zorg voor deze mensen kan beter. • Door Anita Drost
Revalidatie van migranten: nog veel te verbeteren Behandelaars willen optimale revalidatiezorg bieden aan al hun revalidanten,
op te stellen, zeker als je bent opgegroeid in een cultuur waar de dokter als
dus niet alleen aan autochtone Nederlanders. Maar de positie van revalidanten
autoriteit wordt gezien.’
met een migratie-achtergrond, met name de minder geschoolde en recent
Maurits Sloots, in 2010 gepromoveerd op uitval uit de revalidatiebehandeling
gearriveerde mensen, kan nogal verschillen van die van autochtone revalidanten.
onder patiënten met een niet-Nederlandse achtergrond en chronische lage
Zo blijkt bij chronische lage rugpijn zonder aanwijsbare medische oorzaak
rugklachten, vult aan: ‘Migranten kunnen vanuit een andere culturele achter-
de uitval uit de behandeling onder migranten tweemaal hoger. ‘En dat komt
grond andere ideeën hebben over ziekte en gezondheid, en daardoor ook
niet door een gebrek aan aandacht voor deze groep. De wil om hun positie
andere verwachtingen hebben van een behandeling. Vooral bij minder zicht-
te versterken is er in de revalidatiesector zeker’, stelt Wiebe de Jong. Hij is
bare aandoeningen. Veel migranten zijn op zoek naar een medische behandeling
coördinator bij Mikado, kenniscentrum voor interculturele zorg, dat onlangs
van hun klachten, terwijl de revalidatie meer focust op instandhoudende fac-
met subsidie van het Revalidatiefonds voorlichting over het thema revalideren
toren. De kans is daardoor groter dan bij autochtone patiënten dat ze uitval-
heeft kunnen realiseren. ‘Maar er zijn nogal wat factoren die het mensen
len. Wat ook meespeelt, is dat vaak sprake is van andere basiskennis, onder
met een migratie-achtergrond moeilijk maken om optimaal van revalidatiezorg
andere door een lager onderwijsniveau en een minder goede beheersing
te profiteren.’
van de Nederlandse taal. Uitleg is dan belangrijk, maar die wordt niet altijd in voldoende mate en afgestemd op het kennisniveau aangeboden. En wie
Assertief
onvoldoende kennis over zijn aandoening en over de revalidatiebehandeling
‘Het begint er al mee dat het voor veel migranten lastiger is om wegwijs te
heeft, komt moeilijker tot de denk- en gedragsveranderingen die nodig zijn
raken in de gezondheidszorg, en dat ze vaak minder goed weten wat revalidatie
voor het behalen van de revalidatiedoelen.’
inhoudt. Er is veel informatie over deze onderwerpen beschikbaar, maar veelal is die informatie moeilijk vindbaar en niet voor iedereen begrijpelijk,’
Initiatieven
vertelt De Jong. ‘Verder wordt er in onze samenleving steeds meer eigen
Al met al is het voor revalidatie-instellingen niet eenvoudig om goed aan te
verantwoordelijkheid gevraagd. Maar het kan moeilijk zijn om je zo assertief
sluiten bij revalidanten met een migratie-achtergrond. Vaak lijken ze dan ook niet goed te weten wat ze met deze revalidantengroep aanmoeten. Er zijn slechts enkele initiatieven om deze groep beter te laten profiteren van
Tolkenvergoeding
revalidatiezorg:
Sinds januari 2012 wordt het gebruik van tolkendiensten niet langer
• Reade, waar Maurits Sloots werkt als ergotherapeut en onderzoeker, heeft
vergoed door de overheid. Bij navraag blijkt dat revalidatie-instellingen
met succes een aangepast hartrevalidatieprogramma ontwikkeld voor
hier heel verschillend mee omgaan. Sommige instellingen vergoeden een
allochtonen. Basiskennis verschaffen, een voorlichtings-dvd in de moeder-
tolk alleen als de patiënt die niet zelf kan betalen, of als de revalidatiearts
taal en het structureel gebruik van professionele tolken zijn hierin belang-
de tolkendienst noodzakelijk acht voor de zorgverlening en daarom een indicatie afgeeft. Andere instellingen hebben een budget gereserveerd voor tolkendiensten, waarbij ze de kosten in de hand proberen te houden door zoveel mogelijk gebruik te maken van telefonische tolken. Zie voor actuele ontwikkelingen www.wijzijnsprakeloos.nl.
rijke ingrediënten. • Het Roessingh beschikt over een allochtone zorgconsulent, met name in de pijnkliniek. • Een praktisch initiatief van Sophia Revalidatie: het menu voor klinische revalidanten is zo aangepast dat er altijd keuze is tussen vlees, kip/vis of vegetarisch. Dus nooit een probleem met religieuze voedingsvoorschriften.
4
RM 3 2012
Foto: Inge Hondebrink Verder regelt ongeveer een kwart van de revalidatie-instellingen voor
Ibtisam Goureye (38) werd geboren in Syrië en woont sinds 1993 in
migranten als dat nodig is meer en langere consulten, blijkt uit onderzoek
Nederland. In juni 2011 werd ze getroffen door een herseninfarct, waar
van Sloots en anderen. Welke aanpassingen kunnen revalidatie-instellingen
ze goed van herstelde. Maar eind vorig jaar kon ze ineens niet meer pra-
verder nog realiseren om de positie van migranten te verbeteren? De Jong:
ten en had ze moeite met bewegen. De arts van de spoedeisende hulp
‘Het is belangrijk dat voorlichtingsmateriaal diversity-proof wordt gemaakt:
beoordeelde de klachten als psychosomatisch en Ibtisam werd opgenomen
begrijpelijk, niet te veel jargon, meer (audio)visueel materiaal, niet alleen
op de psychiatrische afdeling. Haar broers en zussen drongen aan op
autochtone revalidanten in beeld. Ook meer migranten op de werkvloer is
nader medisch onderzoek, maar pas na twee weken werd een MRI-scan
overigens belangrijk. Verder moet er in de opleiding tot revalidatiearts meer
gemaakt die hun vermoeden bevestigde: een tweede infarct. Orcina, een
aandacht komen voor diversiteit, en pleit ik voor meer inzet van professionele
van de zussen van Ibtisam: ‘We zijn daar nog boos over. We hadden het
tolken.’ Sloots: ‘Instellingen kunnen verder in aangepaste voorlichtingsmodules
gevoel niet serieus te worden genomen. Naar mijn idee had dat te maken
insteken op het individuele kennisniveau. Ook zouden meer instellingen de
met onze buitenlandse achtergrond.’
duur en frequentie van de consulten moeten verhogen en is het zinvol dat
Sinds januari revalideert Ibtisam klinisch bij Het Roessingh. Orcina: ‘We
zij hun medewerkers cultureel competent maken: in staat om behandelingen
zijn daar prettig ontvangen en kregen goede uitleg over wat ons te wachten
te geven die aansluiten bij revalidanten met een andere taal- en culturele
stond. De hulpverleners werken doelgericht en zijn eerlijk over de voort-
achtergrond. En uiteindelijk draait het allemaal om communicatie: individueel
gang. Als we een vraag hebben, kunnen we altijd bij de revalidatiearts
insteken, écht in gesprek gaan. Dat is voor alle revalidanten, migrant of niet,
terecht. We voelen ons serieus genomen.’ Ibtisam heeft door het infarct
cruciaal.’
problemen met het Syrisch en in het Nederlands kan ze zich helemaal niet meer uitdrukken. Er gaat daarom altijd een broer of zus mee naar
Mikado heeft een gratis helpdesk voor mensen met een migratie-achtergrond
gesprekken met zorgverleners. Zij tolken niet alleen voor Ibtisam, maar ook
Via www.mikadohelpdesk.nl, mail en telefoon geeft de helpdesk informatie over
voor hun ouders, die de Nederlandse taal veel minder goed beheersen dan
gezondheid en de mogelijkheden binnen het Nederlandse zorgsysteem.
hun grotendeels in dit land opgegroeide kinderen. Orcina: ‘Ibtisam zal niet
De informatie op de site bestaat uit korte, voor iedereen begrijpelijke teksten.
meer de oude worden. Hoe haar toekomst er ook uit gaat zien, als gezin
Ook is er filmmateriaal; handig om te gebruiken tijdens een consult.
willen we ervoor zorgen dat ze weer een sociaal netwerk opbouwt en leuke dingen kan doen. Voor mijn ouders blijft het moeilijk om Ibtisams handicap te accepteren. Omdat ze niet goed kan praten, denken zij dat ze gek is. Ik
‘Alles staat of valt met communicatie’
heb al meerdere keren uitgelegd dat het komt door het infarct, maar dat blijft voor hen moeilijk te begrijpen.’
RM 3 2012
5
b e richt e n
Boeken • Reni de Boer, voormalig Mis(s) Nederland en voorvechter van gelijke rechten, schreef het boek Stuk! Hierin vertelt ze hoe ze na de diagnose MS een nieuwe wending wist te geven aan haar leven. Tegelijkertijd schetst ze hoe onze maatschappij omgaat met mensen die ‘stuk’ zijn. Gerdi Verbeet, voorzitter van de Tweede Kamer, nam het eerste exemplaar van het boek in ontvangst. • Mantelzorgers van mensen met niet-aangeboren hersenletsel zijn zwaar belast. Woonzorgcentrum
Revalidatiecentrum De Hoogstraat in Utrecht doet
Nieuw Berkendael in Den Haag maakte voor deze
een pilot met nieuwe media. Voor het eerst kunnen
groep een dagboek, met informatie over hersen-
in ons land ouders met behulp van videostreaming
letsel en over ondersteuningsmogelijkheden en
op afstand zien wat hun kind aan het doen is in de
ruimte om ervaringen te noteren. Het dagboek is
therapeutische peutergroep. Zo kunnen ze thuis of
te koop via www.wzh.nl/nieuwberkendael.
op het werk de revalidatiebehandeling van hun kind
• Er is een zelfhulpboek uitgebracht voor mensen
Bijeenkomst Revalidatie EPD
het Revalidatie EPD. Voor Adelante werd met de
van de manieren om ouders actief te betrekken bij de
luk lichamelijke beperkingen krijgen. Doel van
behandeling. Doordat ze kunnen zien hoe de thera-
Leven met een lichamelijke beperking is mensen
peuten hun kind begeleiden in de peutergroep, kun-
te helpen om ingesteld te raken op de veranderde
nen ze hun eigen aanpak thuis daarop aanpassen.’
situatie. Bij het boek hoort een cd met ontspan-
Gedurende het jaar dat de pilot duurt krijgen ouders
ningsoefeningen.
een tablet-pc in bruikleen, waarmee ze ook met elkaar en met de behandelaars van hun kind kun-
Meetinstrumentenwaaier
steund door de Vodafone Foundation.
langer met het Revalidatie EPD. Beide organisaties hebben hun EPD’s verschillend ingericht: Libra is
Inzicht in revalidatie
uitgegaan van behandeldisciplines en Adelante van patiëntprocessen.
Besloten is om het project Inzicht in revalidatie voort
Tijdens de bijeenkomst werd onder meer ingegaan
te zetten. Projectpartners zijn het landelijk steun-
op de eerste ervaringen bij de Libra Zorggroep. Een
punt voor medezeggenschap LSR, de Nederlandse
paar punten die eruit sprongen: de verpleegkundi-
de vragen vanuit de organisatie zijn in hoog tempo verschoven van ‘hoe werkt het?’ naar ‘kunnen we dit ook in het Revalidatie EPD opnemen?’ Er wordt nu gewerkt aan de verdere doorontwikkeling van het EPD en daarnaast heeft de implementatie veel aandacht. Om nieuwe instellingen hierbij te ondersteunen, wordt er onder meer samen met Adelante en Libra een draaiboek voor implementatie gemaakt.
Vereniging van Revalidatieartsen VRA en Revalidatie Onlangs verscheen een herziene versie van de
Nederland. Met elkaar gaan zij de komende tijd
Meetinstrumentenwaaier. Deze waaier geeft infor-
indicatoren vaststellen om de kwaliteit van de
matie over twintig meetinstrumenten die ingezet
revalidatie inzichtelijk te maken. In het najaar
kunnen worden in de kinderrevalidatie. Per
wordt hiervoor een plan van aanpak gepresen-
instrument wordt onder meer beschreven wat er
teerd. Informatie: www.inzichtinrevalidatie.nl.
wordt gemeten, met welk doel en voor welke doelgroep. Deze informatie helpt professionals bij het doelgericht inzetten van de meetinstrumenten in de behandelpraktijk. De Meetinstrumentenwaaier is gemaakt in het kader van het project Knowledge Brokers PERRIN (PEdiatric Rehabilitation Research In the Netherlands) en uitgebreid in het project Richtlijn CP in Praktijk. De waaier kan worden besteld via
[email protected] en kost € 12,50 exclusief verzendkosten.
6
RM 3 2012
kinderen spelenderwijs vaardigheden te leren, met Het project wordt financieel en inhoudelijk onder-
gemarkeerd. De Libra Zorggroep werkte toen al wat
met mobiele apparatuur zoals iPads gaat goed, en
nen chatten. De tablet wordt daarnaast gebruikt om behulp van de vele apps die op dit gebied bestaan.
bijeenkomst de officiële ingebruikname van dit EPD
gen zijn zeer enthousiast over het EPD, het werken
volgen. Projectleider Kitty van der Sanden: ‘Dit is één
die op volwassen leeftijd door ziekte of een onge-
Op 19 juni jl. vond bij Adelante in Hoensbroek een drukbezochte informatiebijeenkomst plaats over
Digitaal meekijken met kindertherapie
Foto: Agnes de Jong
Het jaarbeeld over 2011 van Revalidatie Nederland is beschikbaar. Het bestaat uit drie korte filmpjes, een folder en een website, rond het thema ‘regie’. Zie www.jaarbeeldrevalidatie.nl.
Van 17 tot en met 27 september vinden in Noord-Holland de Heliolympics plaats; een door Heliomare georganiseerd evenement om aangepast sporten te promoten. Naar verwachting 3000 kinderen, jongeren en volwassenen met een beperking zullen kennismaken met diverse sporten, zoals zeilen, zwemmen en rolstoelbasketbal. Informatie: www.heliolympics.nl.
Fysiotherapie na beroerte wordt doelmatiger Van oudsher krijgen mensen die door een beroerte loopproblemen hebben individuele fysiotherapie. Kan dat efficiënter, vroegen de onderzoekers van Fit-Stroke zich af. En inderdaad: dat kan. Een nieuwe groepsbehandeling is veel doelmatiger en geeft op belangrijke punten zelfs betere resultaten. Foto: Marieke Bosgoed Fotografie
Loopsnelheid en loopafstand Tijdens het onderzoek is gewerkt in groepen van vier tot zes personen, onder begeleiding van twee behandelaars, meestal een fysiotherapeut en een bewegingsagoog. Gedurende twaalf weken deden de deelnemers twee keer per week een uur de circuittraining en daarna een half uur sport- en spelactiviteiten. In deze periode kregen de revalidanten uit de controlegroep de gebruikelijke fysiotherapie. Na de onderzoeksperiode scoorden de revalidanten die het Fit-Strokeprogramma volgden duidelijk beter op onder andere loopsnelheid en loopafstand, en ze waren actiever in hun vrijetijdsbesteding. Voor alle andere gemeten uitkomsten, zoals vermoeidheid, depressie en ervaren kwaliteit van leven, waren beide groepen evenveel vooruit gegaan. Het werken in een groep en de begeleiding door verschillende disciplines werd door zowel revalidanten als behandelaars als prettig ervaren. Dat gold ook voor het gebruik van het trainingslogboek, dat de vooruitgang zichtbaar maakt en een stimulans blijkt om het steeds beter te doen. Al met al liet het onderzoek heel positieve resultaten zien, en dat met beduidend minder inzet van behandelaars. Doordat de training wordt gegeven in groepsverband, is de doelmatigheid veel groter: minstens twee keer zo groot als bij individuele training. Samenwerking Cruciaal in het Fit-Stroke-onderzoek was de samenwerking tussen de negen deelnemende revalidatiecentra. Doordat zoveel centra meededen, was het mogelijk om genoeg revalidanten in het onderzoek te betrekken om tot goed onderbouwde conclusies te komen. Dat de conclusies inderdaad goed onderbouwd zijn, blijkt uit de publicatie van de onderzoeksresultaten in de British Medical Journal, een gezaghebbend wetenschappelijk tijdschrift. Onderlinge samenwerking is ook om een andere reden van groot belang: het creëert draagvlak en bevordert implementatie. Voor dit onderzoek heeft het ertoe geleid dat het Fit-Stroke-programma standaard wordt aangeboden bij de meeste deelnemende revalidatiecentra. Voor de andere centra in Nederland is scholing beschikbaar. De resultaten uit het Fit-Stroke-onderzoek worden bovendien onderdeel van de nieuwe richtlijnen voor behandeling na een beroerte. Het onderzoek heeft dus directe gevolgen voor de inrichting van de revalidatie van deze patiëntengroep. In het Fit-Stroke-onderzoek werd de reguliere fysiotherapie vergeleken met een nieuwe groepsgewijze en taakgerichte circuittraining. In totaal zijn bij
Ingrid van de Port,
negen revalidatiecentra 250 revalidanten onderzocht. Deze revalidanten werden
programmacoördinator Fit-Stroke
via loting verdeeld over twee onderzoeksgroepen: de ene groep kreeg de reguliere fysiotherapie en de andere groep deed de Fit-Stroke-circuittraining.
De volgende revalidatiecentra deden mee aan het Fit-Stroke-onderzoek: De
In die training wordt gebruikgemaakt van acht werkstations met ieder een
Hoogstraat, De Trappenberg, De Vogellanden, Heliomare, Het Roessingh, Revant
eigen taak: lopen om en over obstakels, traplopen, transfers maken, enzovoort.
Revalidatiecentrum Breda, het Rijnlands Revalidatie Centrum, Sophia Revalidatie
In koppels van twee doen de revalidanten steeds een ander werkstation aan.
en ViaReva. Het onderzoek werd gefinancierd door ZonMw en werd gecoördineerd
De taak die hoort bij dat werkstation wordt door de revalidanten om de
vanuit het Kenniscentrum Revalidatiegeneeskunde Utrecht, onder leiding van profes-
beurt drie minuten lang zo intensief mogelijk uitgevoerd. Ze houden hun
sor Gert Kwakkel. Kijk voor meer informatie op www.dehoogstraat.nl, zoekwoord
prestaties bij in een trainingslogboek.
‘Fit-Stroke’. Daar staat ook een link naar het artikel in de ‘British Medical Journal’. RM 3 2012
7
Af en toe duikt het begrip op in de media: ‘conversiestoornis’. Dan volgt een verhaal over iemand met lichamelijke uitval zonder lichamelijke oorzaak; de klachten kunnen ernstig zijn. Het wekt vaak verbazing en ook onbegrip. Conversie: wat is het en wat kan de revalidatiesector ermee? • Door Alice Broeksma
Lichamelijke klachten zonder lichamelijke oorzaak
‘ Meer kennis over conversie is noodzakelijk’ Het is een complexe aandoening, zeggen deskundigen, die vaak ook voor
en op zich is dat heel nuttig. Door de uitval wordt de patiënt gedwongen om
behandelaars niet zomaar is te herkennen of bewijzen. Want hoe kan het
te stoppen waar hij of zij mee bezig is, zodat de interne stress niet te hoog
anders dat iemand in een rolstoel terechtkomt door een psychische oorzaak?
oploopt en de patiënt overspoelt. Maar er is dan wel meer nodig dan wat
Toch is conversie een internationaal erkende zogeheten somatoforme stoornis,
gewone revalidatie meestal kan bieden. Ook aan het onderliggende probleem
omschreven en opgenomen in het psychiatrische classificatiesysteem DSM
moet worden gewerkt. Vaak blijkt er een onverwerkt trauma uit het verleden
IV. ‘Interne stress kan zich extern uiten als een lichamelijke klacht’, verklaart
te zijn.’
revalidatiearts Jan Hein Martens, die als consulent in de GGZ veel met dit ziektebeeld werkte. ‘Lichamelijke uitval is een noodventiel van het lichaam,
Geen simpele boodschap
een beschermingsmechanisme. Het lichaam reageert op iets wat niet goed zit
Conversie kan geleidelijk ontstaan, of acuut optreden, zonder waarschuwing vooraf. ‘Deze stoornis kan in principe alle spieren in het lichaam treffen’, zegt Iris Keuning, psychiater bij Altrecht Psychosomatiek Eikenboom. ‘Wat er
8
Omgevallen
precies in de hersenen gebeurt, is nog niet bekend. Maar vaak betreft de uitval
’Op een dag viel ik letterlijk om’, zegt Marga de Vries* (55 jaar). ‘Ik was ziek
maar één lichaamshelft, zoals na een CVA. Ook zintuigen kunnen worden
geworden, had hoofdpijnen en evenwichtsproblemen. Ze dachten aan een
beïnvloed, zelfs blindheid kan voorkomen. Of er zijn aanvalsgewijze uitingen,
TIA, maar dat werd uitgesloten.’ Toch zat de onderwijsdirecteur al snel in
die kunnen lijken op epilepsie. Bij de diagnose hoort dat de patiënt zelf
een rolstoel. Praten ging ook niet meer, slikken was moeilijk. In het revalida-
vaak geen verband ziet met een psychische oorzaak.’ Bij de huisarts komt de
tiecentrum zagen behandelaars geen enkele vooruitgang. ‘De revalidatiearts
stoornis voor bij 0,2 procent van de patiënten; in het ziekenhuis bij 0,5 tot 5
kreeg wel door dat er iets niet klopte. Die stuurde me door naar de neuroloog.’
procent. Het ziekenhuis ziet dan bijvoorbeeld iemand die zonder lichamelijke
Ook die vond niks en Marga zat afgekeurd thuis. ‘Van die twijfel word je ook
verklaring ineens verlamd is. In zestig tot tachtig procent van de gevallen gaat
niet beter.’ Eerder waren ook wel vraagtekens geplaatst bij een lichamelijke
het om vrouwen. Er zijn meer psychosomatische stoornissen dan alleen de
oorzaak, maar pas later viel het kwartje toen psychosomatiek als mogelijkheid
conversiestoornis. Bijvoorbeeld onvoldoende verklaarde pijn of vermoeidheid.
werd genoemd. Marga ging akkoord met opname bij Altrecht Psychosomatiek
Er bestaan tussen de verschillende psychosomatische stoornissen wél vaak
Eikenboom. ‘Wat mij daar vooral geholpen heeft is de herkenning onder
overlappingen die het stellen van de diagnose kunnen bemoeilijken.
lotgenoten, en de erkenning. De behandelaars zeggen niet “leer er maar mee
Voor revalidatiecentra kan overdragen naar de GGZ moeilijk zijn zolang
leven”, zoals ik ook wel had gehoord, maar “je hebt klachten en daar moeten
iemand er zelf niet aan wil en een conversiestoornis niet gediagnosticeerd
we wat mee”.’ Marga’s doel bij Altrecht was die rolstoel uit te komen. ‘Ik ben
kan worden. Je kunt mensen niet tot die overstap dwingen. Maar bij een
lopend naar huis gegaan.’
sterk vermoeden kan er wel verwijzing plaatsvinden en probeert de GGZ
* Om privacy-redenen is de naam gefingeerd.
mee te werken om een behandelingang te vinden. Revalidatiearts Martens
RM 3 2012
Foto: Inge Hondebrink adviseert dat, als er geen lichamelijke oorzaak voor de uitval wordt gevonden,
toegepast. Die hulpmiddelen worden in de behandeling geïntegreerd.’ Over
de patiënt in elk geval van behandelaars moet horen dat interne stress zich
het algemeen is de kans op genezing groter als het gaat om een acute klacht,
kan vertalen in functie-uitval. ‘Dit maakt het stellen van de diagnose con-
gevolgd door een snelle behandeling. Moeilijker wordt het als de conversie-
versiestoornis makkelijker verteerbaar voor de patiënt. Die kan zich dan ook
stoornis langzaam op gang is gekomen. Maar het komt ook voor dat iemand
beter beraden op de aanpak. Tevens kan door het openlijk bespreken van de
na jaren spontaan opstaat uit een rolstoel. Keuning: ‘Ons belangrijkste doel
conversiestoornis onnodig medisch shoppen voorkomen worden.’
is echter een beter leven, geholpen door inzicht.’ Er blijft een verhoogd risico op herhaling. Maar als het gaat om een nieuwe klacht, kan de oorzaak
Stepped care
natuurlijk wel degelijk fysiek zijn. Ook blijkt tot 12 procent van de klachten
Wanneer duidelijk is dat sprake is van conversie, wordt behandeling aange-
die als conversie zijn bestempeld uiteindelijk toch een somatische oorzaak te
boden via ‘stepped care’: naar aanleiding van de ernst stapsgewijze inzet van
hebben. ‘Het is dus echt noodzakelijk dat artsen goed zijn geïnformeerd over
zorg. Daartoe bestaat een evidence-based Zorgprogramma Somatoforme
deze problematiek.’ Ook dat er grotere bekendheid komt over conversie als
Stoornissen dat als richtlijn wordt gehanteerd door het NOLK, netwerk voor
verschijnsel, het bestaan van het zorgprogramma, en meer duidelijkheid over
onvoldoende verklaarde lichamelijke klachten, waarbij psychiatrische en
de scheidslijn tussen conversie en andere stoornissen. Specialistische GGZ-
revalidatie-instellingen zijn aangesloten. Volgens het zorgprogramma, dat
behandeling is lang niet altijd noodzakelijk. Keuning beaamt dat de huisarts
veel belang hecht aan goede communicatie tussen hulpverleners, en tussen
en het revalidatiecentrum conversieklachten vroeg kunnen oppikken en er
arts en patiënt, zijn er drie stappen. Eerst een korte observatieperiode via
met de patiënt aan kunnen werken. Samen met een goede psychotherapeut
de huisarts. Ziet die geen verbetering, dan volgt bijvoorbeeld psychotherapie
dan bijvoorbeeld. ‘Veel patiënten kunnen in dit stadium genezen of duidelijk
of cognitieve gedragstherapie. Gespecialiseerde GGZ-instellingen, zoals
verbeteren.’
Altrecht Psychosomatiek, bieden de derde stap. Specialistische therapievormen zijn er onder meer gebaseerd op ‘MAMS’: mentaliseren, accepteren, modu-
Meer informatie staat op www.nolk.info. Onder de knop ‘Richtlijnen’ staat
leren en systeembenadering. Een traject dat zeker zes maanden kan duren
de richtlijn ‘Somatisch Onvoldoende verklaarde Lichamelijke Klachten en
en klinische opname kan betekenen. Psychiater Keuning: ‘Veel patiënten
Somatoforme Stoornissen’, waar het Zorgprogramma Somatoforme Stoornissen
komen binnen met hulpmiddelen die in een revalidatiecentrum, terecht, zijn
op is gebaseerd. RM 3 2012
9
Slimme fractuurrevalidatie
Foto: Marcel Bakker, HiRez Images
Mensen die een been of heup breken, moeten hun been zo snel mogelijk weer belasten. Dat bevordert de genezing. Maar hoe doe je dat in de praktijk? Hoe voer je de druk zó op dat je zo snel mogelijk weer genezen bent? In het UMC Utrecht bedachten twee artsen een slim sensorsysteem, dat ook andere mogelijkheden biedt.
uitvissen wat de norm is. Dat gaat gebeuren met ons sensorsysteem.’ Het systeem heeft twee doelen. Ten eerste onderzoek: data verzamelen en daarmee de juiste belastingsnorm uitrekenen. Het tweede en uiteindelijke doel: breuken beter genezen. SensiStep Het systeem bestaat uit een inlegzool of sandaal met een sensor, en een terugkoppelunit die de revalidant om de pols draagt. De sensor meet de kracht die de drager tijdens het lopen op de hiel zet. In een nieuwe versie, de SensiStep genaamd, worden deze gegevens via een draadloze verbinding naar de terugkoppelunit gestuurd, en vervolgens naar een app op een smartphone of website waarop de gegevens over het belastingpatroon direct ingezien kunnen worden door de fysiotherapeut. Met dit gebruiksvriendelijke systeem krijgen patiënt en fysiotherapeut dus onmiddellijke en continue feedback. Via de sensor kan de patiënt zelf zijn belasting beter in de gaten houden en bevestigd krijgen of hij het goed doet. De fysiotherapeut krijgt meer grip op de behandeling en kan een passend advies baseren op de meetgegevens, die desgewenst op afstand doorgestuurd kunnen worden. Het is vele malen accurater en completer dan de weegschaal, tot nu toe het enige middel om belasting te meten. Kwaliteitsverbetering Enkele maanden geleden startte een nieuw patiëntenonderzoek. Holtslag: ‘We testen heupfracturen bij ouderen. Per jaar breken meer dan 17.000 ouderen een heup. Een deel van hen gaat na revalidatie niet meer naar huis. Wij denken dat het deel dat wél naar huis teruggaat, veel groter kan zijn. Dat zou een enorme kwaliteitsverbetering én een kostenbesparing zijn.’ Als het sensorsysteem goed is uitontwikkeld, wordt het op de markt gebracht. ‘In de nabije toekomst kunnen we mobiliteit dus beter in kaart brengen en zo beter gedoseerd gaan trainen. Omdat met het systeem belasting in maat en getal wordt vastgelegd, wordt het mogelijk om mensen veel beter te begeleiden.’ Ook andere patiëntengroepen - zoals patiënten die een nieuwe heup of knie krijgen, en anderen bij wie partieel belasten een aandachtspunt is tijdens de
Jaarlijks breken in Nederland 51.000 mensen een been of heup. Veel meer
revalidatie - zullen van deze innovatie kunnen profiteren.
mensen kunnen sneller en beter genezen dan nu, is de overtuiging van revalidatiearts dr. Herman Holtslag. ‘Zelfs heel complexe breuken kunnen goed
Rutger van Merkerk,
en snel genezen, als je ze maar belast.’ Maar hoeveel belasten? ‘Als ik patiën-
projectleider innovatie bij Pontes Medical in het UMC Utrecht
ten terugzie, zes weken nadat ik een pen of plaat heb ingebracht, vragen ze
10
altijd: doe ik het goed? Ze hebben geen idee’, zegt traumachirurg dr. Taco
SensiStep is ontwikkeld door het UMC Utrecht, Pontes Medical en Evalan
Blokhuis, gepromoveerd op botgenezing. ‘En artsen en fysiotherapeuten
BV. Het onderzoek is financieel gesteund door het Innovatieprogramma
eigenlijk ook niet. We weten niet wat te veel of te weinig is: we moeten nog
Revalidatie. Kijk voor meer informatie op www.sensistep.nl.
RM 3 2012
Foto: Inge Hondebrink
‘Je moet eigenwijs zijn om dingen te bereiken’ Sander Hilberink is psycholoog-onderzoeker en houdt zich bezig met transitie binnen de revalidatie, oftewel de overgang van kind naar volwassene. Hij vertelt: ‘Er is de laatste jaren veel gebeurd op dit gebied, maar er valt nog genoeg te verbeteren.’ Behalve professional is Hilberink ook ervaringsdeskundige: hij is spastisch door cerebrale parese. • Door Anne Merkies ‘Tot mijn dertiende is er flink aan me geknutseld door de revalidatiearts en
wel aangeven wat ik wil eten, dat is mijn autonomie. Zolang ik bepaal wat ik
paramedici. Met succes, want zo leerde ik praten en werden contracturen
eet, ben ik onafhankelijk.
voorkomen. Maar leuk was anders, want het oefenen was vaak pijnlijk. Tijdens mijn middelbare schooltijd had ik alleen nog fysiotherapie. Op zeker moment
Een mooi hulpmiddel om zelfstandigheid te bevorderden, is de Groei-wijzer.
ben je klaar met dat gefröbel aan je lijf.
Die methode beschrijft de zelfstandige activiteiten die horen bij de verschillende ontwikkelingsfasen, verdeeld over negen thema’s: ik, zorg, relaties, studie, werk,
Mijn interesse in de transitieperiode werd gewekt toen ik zelf, na jaren uit de
wonen, vervoer, vrije tijd, sport. De kracht is dat de gebruiker er zelf mee werkt.
zorg te zijn verdwenen, begin dertig, met lichamelijke klachten terugkwam
Ouders en hun kind kunnen samen bepalen waar ze aan willen werken; jonge-
bij een revalidatiearts. Het stereotype beeld van volwassenen met cerebrale
ren doen het meer zelfstandig. Ze worden geprikkeld: “Hé, ik doe nooit alleen
parese: na de puberteit verdwijnen zij uit beeld van de zorg, terwijl aandacht
een boodschap en ik neem nooit de bus! Waarom eigenlijk niet?” De normale
ook in die fase belangrijk is. De BOSK, vereniging van mensen met een licha-
ontwikkeling staat centraal, dus niet: wat kan je niet, maar: wat wil je leren?
melijke handicap, had een enquête onder revalidatieartsen gedaan naar hun
De Groei-wijzer wordt weleens een zelfmanagement-tool genoemd. Maar zelf-
kennis over volwassenen met CP. Hiermee ging ik als BOSK-werkgroeplid de
management is een woord waar ik van gruwel, want zonder handicap heet het
boer op en zo kwam ik in 2006 terecht bij het Erasmus MC, waar ik onder-
gewoon opvoeden en opgroeien.
zoek kon doen. Nog steeds is er binnen de opleiding tot revalidatiearts amper aandacht voor volwassen CP’ers. De BOSK pleit er al jaren voor om hier
Als je net zoals ik een lichaam hebt dat anders functioneert, moet je eigenwijs
binnen de basiscursus over CP evenredig aandacht aan te besteden.
zijn om dingen te bereiken. Een ander noemt het doorzetten, ik noem het eigenwijs. Ik gun alle jongeren met een handicap voldoende eigenwijsheid om hun
Later werd ik coördinator van TransitieNet, een landelijk netwerk van reva-
eigen plan te trekken. Eigenwijs word je onder andere als je op tijd uitgedaagd
lidatieprofessionals. TransitieNet verspreidt en evalueert met andere centra
wordt en zelf kunt kiezen, zodat je al jong leert dat je zelf dingen kan. Daarnaast
behandelmodules voor jongeren en jongvolwassenen met een functiebe-
hoop ik dat binnen de revalidatie alle volwassenen met een aangeboren handi-
perking. Centra beseffen dat het behandelaanbod moet aansluiten bij hun
cap een levensloop-benadering krijgen; zorg toegepast op elke levensfase.’
vragen. Want de participatie van deze groep blijft achter bij die van valide leeftijdgenoten. Daarom is het belangrijk dat zij worden gestimuleerd om zo
De Groei-wijzer kan worden opgevraagd bij Sander Hilberink:
zelfstandig mogelijk te worden. Neem mij: ik kan niet koken, maar ik kan
[email protected]. RM 3 2012
11
Menzis is een van de noordelijke zorgverzekeraars die meedoen aan het Groningse project Rehab-4-Life (zie hoofdartikel) voor mensen met niet-aangeboren hersenletsel. Menzis vindt dat zorg in samenhang met alle betrokken zorgaanbieders geleverd moet worden, waarbij met name de huisarts de regierol heeft. Ernst de Klerk, contractmanager bij Menzis, zegt dat ketenzorg een belangrijke bijdrage kan leveren aan verhoging van de kwaliteit, tegen gelijkblijvende of lagere kosten. ‘Daarom stimuleren en contracteren we partijen die ketenzorg willen leveren. Zij moeten wel zelf, bij voorkeur op wijk- of regioniveau, de keten oppakken en inrichten. Mijn beeld is dat binnen de revalidatiesector de ketenzorg nog in de kinderschoenen staat. Gelukkig beginnen her en der initiatieven op gang te komen. Rehab-4-Life is daar een mooi voorbeeld van. Als zorgverzekeraars denken wij mee. Financiering van dit project vindt mede plaats via de zorgvernieuwingsgelden waarover wij met UMCG Centrum voor Revalidatie afspraken hebben gemaakt. Wanneer dit experiment straks succesvol verloopt, ben je er natuurlijk nog niet. De grote uitdaging is vervolgens hoe je structurele implementatie met bijbehorende financiering kunt borgen. Bij de uitvoering van zorg voor mensen met niet-aangeboren hersenletsel zijn zorgverleners betrokken die
‘Durf over je eigen schutting heen te kijken’
onder verschillende financieringsstelsels vallen, zoals Zorgverzekeringswet, AWBZ en WMO. Alleen als alle betrokken partijen over hun eigen schutting heen durven kijken en gezamenlijk optrekken is er een kans van slagen. Een zorgstandaard voor mensen met niet-aangeboren hersenletsel kan zorgverzekeraars een handvat bieden bij het inkopen van zorg
12
RM 3 2012
Foto: Inge Hondebrink
voor deze doelgroep.’
Om patiënten optimale zorg te kunnen geven, is het noodzakelijk dat zorgaanbieders hun werkzaamheden beter op elkaar afstemmen. De revalidatiesector kan een coördinerende rol spelen om deze ketenzorg op gang te brengen. Naast een hogere kwaliteit van zorg zal de samenwerking tevens een kostenbesparing opleveren. • Door John Ekkelboom
De ketenzorg komt op gang I
n mei 2011 liet Rob Smeets in zijn oratie Revalideren is goed schakelen
in te schatten of ze het beste resultaat bereiken met een geriatrisch of een
weten dat de revalidatiesector zich moet toeleggen op ketenzorg. Hij
specialistisch revalidatieprogramma. Smeets licht toe dat dit nieuwe zorg-
is hoogleraar revalidatiegeneeskunde aan de Universiteit Maastricht
concept is ontstaan omdat ziekenhuizen altijd een enorme druk uitoefenen
en medisch manager bij het kenniscentrum van Adelante in Hoensbroek.
om dergelijke patiënten zo snel mogelijk te ontslaan. Voor de revalidatiearts
Smeets: ‘Ketenzorg heb je nodig om met het stepped-caremodel uit de voeten
is het soms onmogelijk om op dat moment al een goede beslissing te nemen.
te kunnen. Stepped care betekent dat je de minimale zorg geeft die mogelijk
De stepped-care-unit, waar specialist ouderengeneeskunde, revalidatiearts
is en de maximale zorg waar nodig. Zo vind ik dat de revalidatie niet alles
en revalidatieteam gezamenlijk naar de patiënt kijken, moet leiden tot een
zelf moet doen, maar waar nodig behandelingen behoort uit te besteden binnen
optimaal advies.
de keten. Wel kan de sector bij het opzetten van ketenzorg een stimulerende
Het ideaal van Smeets is dat straks alle grote diagnosegroepen volgens het
en coördinerende rol spelen.’
concept van ketenzorg gaan werken. Hij zegt dat dit alleen kans van slagen
Binnen Adelante lopen verschillende projecten die de ketenzorg moeten aan-
heeft als de partijen vertrouwen in elkaar hebben. ‘Bovendien moet je elkaar
zwengelen. Smeets noemt als voorbeelden het schrijven van ketenprogramma’s
iets durven gunnen. Daar hoort bij dat je met elkaar meedenkt, kennis en
voor rugklachten, fibromyalgie en traumatologie. ‘Dit gebeurt in samenspraak
kunde deelt en op de juiste momenten afstand neemt.’ De hoogleraar laat
met de eerste lijn en op verzoek van zorgverzekeraars. We krijgen steeds meer
in dit kader de term prerevalidatie vallen. ‘Neem patiënten met gigantisch
patiënten aangeboden terwijl onze financiële middelen afnemen. Daar moeten
overgewicht die een nieuwe heup moeten krijgen. Wij kunnen hen adviseren,
we iets mee doen. We willen dat de eerste lijn eenvoudige revalidatiegeneeskun-
coachen en laten trainen zodat ze afvallen en een conditie opbouwen waar-
dige behandelingen gaat uitvoeren, zodat de druk op onze wachtlijsten afneemt
door ze wel die operatie kunnen ondergaan. Deze begeleiding hoeft niet per
en de zorg goedkoper wordt. Door criteria te ontwikkelen, weet de eerste lijn
se vanuit de revalidatiegeneeskunde te gebeuren. Ook de eerste lijn kan die
wanneer ze wel of niet moet doorverwijzen. Nu zien we regelmatig patiënten die
taak op zich nemen, waarbij wij dan vanuit ons vak adviezen geven.’
beter in de eerste lijn geholpen hadden kunnen worden, maar ook patiënten die te laat zijn doorverwezen waardoor we met hen veel minder kunnen bereiken.’
Rehab-4-Life De ketenzorginitiatieven blijven niet beperkt tot Adelante. Ook andere centra
Stepped-care-unit
zoeken naar mogelijkheden om hun werkzaamheden beter af te stemmen op
Een ander mooi voorbeeld van nauwe samenwerking vindt Smeets de
die van andere zorgaanbieders in hun regio. Zo is het UMCG Centrum voor
stepped-care-unit voor CVA-patiënten. Deze bevindt zich in het hoofd-
Revalidatie (CvR) in Groningen/Haren een samenwerkingsverband aan-
gebouw van Adelante, op een etage waar een deel van het verpleeghuis van
gegaan met woon-zorgcentrum de Dilgt in Haren. Het streven is patiënten
de Cicero Zorggroep is gehuisvest. In deze gemeenschappelijke unit worden
onderling snel over te plaatsen, zodat ze op de juiste locatie worden behan-
CVA-patiënten na ontslag uit het ziekenhuis twee weken opgenomen om
deld. Zo kan een patiënt na een amputatie, orthopedische ingreep, decubiRM 3 2012
13
Foto: Inge Hondebrink
‘ Een patiënt die deelneemt aan het experiment, krijgt een huiscoach toegewezen’
onderzoekt of er thuis aanpassingen nodig zijn, kijkt over welke hulpverlenende netwerken de patiënt kan beschikken en zet vervolgens zorg op maat in. Het gaat hierbij niet alleen om formele dienstverleners - zoals verpleegkundigen, huisartsen en fysiotherapeuten - maar ook om informele - zoals mantelzorgers en Humanitas-vrijwilligers. De vier coaches komen regelmatig bij elkaar om ervaringen uit te wisselen. Als de situatie van een patiënt goed is geregeld, bouwt het CvR de coaching af door eerst nog op afstand te begeleiden. Van der Heide: ‘Hiervoor zetten we de iPad-2 in, die aan twee kanten camera’s heeft. Zo heb je visueel contact en kan de patiënt ook iets laten zien als er problemen zijn. Hoelang die beeldcommunicatie zal voortduren, weten we niet. Dat moet het experiment ons leren. Verder zal er tijdens het experiment veel expertise worden uitgewisseld tussen de deelnemende partijen.’ Als het experiment slaagt, denkt de tusoperatie of een fractuur eerst tijdelijk wordt opgenomen in de Dilgt, om
projectleider dat Rehab-4-Life ook toepasbaar is voor andere diagnosegroepen.
pas later naar het revalidatiecentrum te gaan voor klinische revalidatie. Het
‘Natuurlijk moeten we uitzoeken hoe we deze aanpak duurzaam kunnen
overplaatsen is telkens een gezamenlijk beslissing van de revalidatiearts en de
financieren. Ook dat staat op ons programma voor de komende jaren.’
specialist ouderengeneeskunde. Begin dit jaar is het CvR een ketenexperiment begonnen om patiënten met
Revalidatie Thuis na CVA
niet-aangeboren hersenletsel (NAH) ook thuis te begeleiden. Dit project,
Dat ketenzorg wenselijk en zelfs noodzakelijk is, daarover is iedereen het
Rehab-4-Life, voert het centrum uit samen met zorginstellingen, patiënten-
wel eens. De implementatie ervan is echter niet altijd eenvoudig, blijkt uit
verenigingen, onderwijsinstellingen, de gemeenten Groningen en Oldambt,
het innovatieproject Revalidatie Thuis CVA van RMC Groot Klimmendaal
de provincie Groningen en zorgverzekeraars. De twee laatstgenoemde
in Arnhem dat onlangs is afgerond. De gedachte achter dit project was dat
partijen en het CvR financieren het experiment. Projectleider Anja van der
klinische CVA-revalidanten soms eerder naar huis kunnen wanneer ze thuis
Heide legt uit dat het CvR eerst onderzoek heeft gedaan naar behoeften en
onder begeleiding aan bepaalde doelen werken die ze zelf willen bereiken,
problemen die NAH-patiënten hebben na ontslag uit het revalidatiecentrum.
zoals traplopen, zelfstandig winkelen of eten koken. Zouden hiervoor maxi-
‘We zagen dat deze mensen in een zwart gat vallen. Als ze eenmaal thuis zijn,
maal drie behandelingen nodig zijn, dan konden die thuis worden afgerond
ervaren ze een versnipperde zorg en tegenstrijdige adviezen, en merken ze
onder begeleiding van een therapeut van Groot Klimmendaal. Bij meer
pas daadwerkelijk de gevolgen van het letsel in de dagelijkse praktijk. Ook
behandelingen zou deze taak worden overgedragen aan een bij het project
werd duidelijk dat partijen die in de thuissituatie een rol spelen vaak onvol-
betrokken fysiotherapeut, ergotherapeut of logopedist uit de eerste lijn.
doende kennis hebben van de multiproblematiek, met zijn cognitieve,
In mei 2011 ging met subsidie vanuit het Innovatieprogramma Revalidatie
sociale, emotionele en motorische aspecten.’
het experiment van start. In totaal werden 67 revalidanten geïncludeerd. Projectleider Karlijn Joris vertelt dat de beoogde ketenzorg minder soepel verliep
14
Huiscoaching
dan verwacht. ‘Veel revalidanten en mantelzorgers vonden het toch wel eng dat
Rehab-4-Life heeft als doel sectoroverstijgende zorg aan te bieden die slim en
de thuisbehandelingen niet meer werden gegeven door deskundigen van het
snel wordt georganiseerd. Dit gebeurt onder andere via huiscoaching. Voor
revalidatiecentrum. Verder verliep de samenwerking tussen de behandelaars in
deze nieuwe taak heeft het CvR vier professionals ingezet die allemaal ken-
het centrum en in de eerste lijn nog niet optimaal. De revalidatietherapeuten
nis hebben van niet-aangeboren hersenletsel: een nazorgverpleegkundige,
hebben specialistische kennis op het gebied van revalidatie. Het is voor hen soms
een ergotherapeut en twee fysiotherapeuten. Een patiënt die deelneemt aan
moeilijk in te schatten hoe de eerstelijnstherapeut aansluit bij de expertise in het
het experiment – dat kan een klinische patiënt in het revalidatiecentrum
revalidatiecentrum. Maar de bereidheid om samen te werken, is er zeker.’ Joris is
zijn, iemand die poliklinisch wordt behandeld of een chronische patiënt die
ervan overtuigd dat deze vorm van ketenzorg zal slagen. ‘Want ketenzorg heeft
al eerder heeft gerevalideerd - krijgt een van de coaches toegewezen. Deze
de toekomst. Wij geloven in dit concept.’
RM 3 2012
D e prof e ssor
Een hoogleraar revalidatiegeneeskunde aan het woord
‘We zitten niet te wachten op versnippering van onderzoek’ Door John Ekkelboom Hans Arendzen (Goor, 1948) was vijf jaar huisarts op Curaçao, toen hij besloot revalidatiearts te worden. Hij volgde de opleiding aan het Universitair Medisch Centrum Groningen. Zijn promotieonderzoek naar spasticiteitsbehandeling met thermocoagulatie – het aanbrengen van een laesie door middel van warmte, in dit geval in de zenuw – deed hij aan het VUmc. In 1993 werd hij medisch directeur van Beatrixoord in Haren (nu onderdeel van het UMCG Centrum voor Revalidatie) en in 2000 vertrok hij naar Leiden, waar hij een jaar later hoogleraar revalidatiegeneeskunde werd. Arendzen is getrouwd en heeft drie kinderen. Hij is een fervent golfer en tennist en zeilt regelmatig.
Arendzen en zijn collega’s zich zorgen over maken, is dat steeds meer revalidatiecentra eigen onderzoekslijnen uitzetten. ‘Ik juich het toe dat die centra investeren in onderzoek, maar adviseer hen samen op te trekken met de universitaire centra. We zitten niet te wachten op versnippering en doublures. We hebben behoefte Foto: Inge Hondebrink
aan een centrale regie en die is bij de universitaire kernen van UMC’s en revalidatiecentra goed geborgd.’ De hoogleraar steekt de hand ook in eigen boezem. Hij weet dat de universitaire centra zelf eveneens te veel op eilandjes hebben gewerkt en de revalidatiecentra onvoldoende bij hun onderzoeken hebben betrokken. Hij pleit ervoor dat ZonMw de inventarisatie uitbreidt door ook vertegen-
O
woordigers van de revalidatiecentra hun kant te laten belichten. nlangs heeft ZonMw met de hulp van bachelorstudent Eliane Schuurman uitgezocht hoe de huidige infrastructuur voor het revalidatieonderzoek
Als onderzoeker houdt Arendzen zich bezig met het begrijpen van de interacties
eruit ziet en deze vergeleken met de evaluatie van het Stimulerings-
tussen het brein, het zenuwstelsel en de spieren. Hij zoekt naar een verklaring voor
programma Revalidatieonderzoek uit 2005. Schuurman interviewde hier-
het afwijkende beweegpatroon van spastische spieren, en dan met name bij kin-
voor een aantal hoogleraren revalidatiegeneeskunde. Een van hen was Hans
deren met een cerebrale parese en volwassenen met een CVA. Voor dit onderzoek
Arendzen van het Leids Universitair Medisch Centrum. Hij vertelt dat in ruim
ontwikkelde hij samen met de TU Delft enkele robots als meetinstrument.
tien jaar tijd een infrastructuur voor onderzoek in de revalidatiegeneeskunde
‘We laten patiënten bepaalde bewegingen uitvoeren en brengen dan verstoringen
is opgezet, waarbij alle universitaire centra zijn betrokken. ‘We hebben samen
aan om te kijken hoe ze daarop reageren. De robot voelt precies wat een patiënt
zeer relevant en kwalitatief goed wetenschappelijk onderzoek gedaan, wat heeft
doet en wij meten welke krachten en weerstanden de patiënt op die machine uit-
geresulteerd in wetenschappelijke publicaties van hoge kwaliteit. Het
oefent. We gaan deze methode nu op grote schaal klinisch toepassen.’ Arendzen
aantal onderzoeksprojecten is flink toegenomen doordat er vaste onderzoekers
behandelt spastische patiënten met botuline toxine, ofwel botox, en voor en na de
beschikbaar zijn die goede voorstellen kunnen schrijven. Dit is een opvallend en
behandeling worden de veranderingen in de spieren en het zenuwstelsel gemeten
mooi resultaat waar wij destijds op hoopten.’
met behulp van de robot. ‘Op basis van modellen hopen we straks te kunnen voorspellen of zo’n botox-injectie wel of niet zinvol is. We zien namelijk dat lang niet alle
Arendzen is hier trots op, maar evenals de ZonMw-inventarisatie, ziet hij don-
patiënten er beter door functioneren. In de komende jaren willen we onze robot
kere wolken verschijnen. ‘Er wordt nu ineens gemorreld aan die infrastructuur.
doorontwikkelen, zodat hij in staat is patiënten individueel te trainen. Op den duur
De structurele onderzoeksformatie in de universitaire centra komt door de
kan de robot ook thuis worden ingezet.’
huidige conjunctuur en bezuinigingen onder druk te staan. Iedereen vraagt zich af of we deze storm zullen doorstaan. Als kleine academische spelers hebben
De inventarisatie van ZonMw is te vinden op www.zonmw.nl/revalidatieonderzoek,
we niet veel buffer om ons hoofd boven water te houden.’ Een ander punt waar
bij ‘publicaties’. RM 3 2012
15
Leven met spina bifida In Nederland leven naar schatting vier- à vijfduizend mensen met spina bifida. De BOSK, vereniging van mensen met een lichamelijke handicap, ziet twee zaken die verbeterd kunnen worden: het beeld dat bestaat over leven met spina bifida en de kwaliteit van zorg voor kinderen en volwassenen met deze aandoening.
‘ Gaandeweg bewegen de kinderen zich steeds vrijer’
de andere kant worden kinderen met spina bifida veel vaker dan vroeger volwassen. ‘Mogen wij er wel zijn?’, Foto: Eelco Kruidenier
is de vraag die zich door het hoge aantal onderbroken zwangerschappen bij hen opdringt. Onder deze omstandigheden is het van belang om te laten zien wat leven met spina bifida kan inhouden. De meeste mensen, ook als sprake is van een flinke handicap, leiden een waardevol en actief leven. Dit beeld Spina bifida, in de volksmond een open ruggetje, ontstaat als de wervelkolom
heeft de BOSK ook willen meegeven in 20-weken echo en spina bifida, een
zich vroeg in de zwangerschap onvoldoende ontwikkelt. Veel mensen met spina
boek met informatie over spina bifida en interviews met ouders. De BOSK is
bifida hebben de lichtste vorm (spina bifida occulta); zij zijn zich vaak niet eens
van mening dat betere informatie en begeleiding rond de geboorte van baby’s
bewust van hun aandoening. Bij de ernstiger vorm (spina bifida aperta) lopen de
met spina bifida noodzakelijk is. Ook betere preventie, want veel vrouwen
symptomen sterk uiteen, maar het kan bijvoorbeeld gaan om minder spierkracht
beginnen nog te laat met het slikken van foliumzuur. Als daarmee minstens
of verlamming van de benen en blaas. Onder meer herhaalde urineweginfecties
twee maanden voor de conceptie wordt begonnen en de eerste twee en een
kunnen leiden tot een nierbeschadiging. Ook kan de afvoer van hersenvocht
halve maand van de zwangerschap wordt doorgegaan, daalt het risico op
verstoord zijn; dan ontstaat zonder ingrijpen een waterhoofd. Vroeger werden
spina bifida met 70 procent.
mensen met spina bifida meestal niet oud, maar tegenwoordig hebben zij in de westerse wereld een normale levensverwachting.
Specialistische kennis Kinderen met spina bifida en hun ouders worden begeleid door SB-teams.
16
Informatie
Kinderen komen een tot drie maal per jaar bij zo’n team op controle. Ouders
80 tot 90 procent van de toekomstige ouders die bij de 20-weken echo
en kind hebben daarbij een vaste kamer; de specialisten die het kind onderzoeken
horen dat ze een kind met spina bifida verwachten, kiezen voor een abortus.
komen bij hen langs. De samenstelling van de teams varieert sterk, maar een
Hierdoor, en door het gebruik van foliumzuur tijdens de zwangerschap, wor-
revalidatiearts is er altijd bij betrokken. Gewoonlijk maken verder een kinder-
den er tegenwoordig veel minder kinderen geboren met deze aandoening. Aan
neuroloog, neurochirurg, kinderarts en uroloog deel uit van het team, en vaak
RM 3 2012
col u mn
Beoordeling en waardering een maatschappelijk werker. Andere disciplines, zoals een orthopedagoog of plas-
Mevrouw De Bruin klopt aan de deur van de spreekkamer.
tisch chirurg, zijn veelal op afroep beschikbaar.
‘Dokter, heb je even tijd voor me?’ Ze komt zonder het ant-
Door de sterke afname van het aantal kinderen met spina bifida dat wordt geboren
woord af te wachten binnen en geeft me een fles wijn en een
- nu jaarlijks nog ongeveer dertig - zal deze zorg in de nabije toekomst moeten wor-
boek. ‘Ik ga vandaag met ontslag en ik wil je bedanken voor
den herschikt. Op dit moment zijn er elf SB-teams, maar dit aantal zal dalen. Goede
alles wat je voor mij gedaan hebt. Ik heb het hier fantastisch
spreiding over het land en behoud van de specialistische kennis van spina bifida zijn
gehad en ik hoorde dat je van wijn en lezen houdt.’ Ik zeg dat
daarbij van groot belang. Daarnaast zal ook voor volwassenen de beschikbaarheid
ik zelf niet het gevoel heb dat ik veel voor haar gedaan heb:
van multidisciplinaire teams die de typische gezondheidsvragen van mensen met
ze heeft nog steeds een dwarslaesie en ik heb haar maar een
spina bifida kennen steeds meer gaan tellen. Spina bifida stopt immers niet bij het
paar keer gesproken. Ze zegt: ‘Ja, misschien waren het kleine
achttiende levensjaar.
dingetjes, maar je was wel altijd eerlijk tegen me en gaf me het gevoel dat ik met alles bij je kon komen en dat ik hier
Loslaten
veilig was.’ Ik weet dat deze mevrouw veel tegenslagen heeft
SB-teams zijn verantwoordelijk voor de medisch-specialistische zorg. Voor revalidatie-
gehad en het leven toch altijd positief is blijven zien. Iemand
centra en mytylscholen ligt er de opdracht om kinderen met spina bifida te helpen zich
die het glas halfvol ziet in plaats van halfleeg. En dat zie je
te ontwikkelen tot zelfbewuste mensen, die hun talenten ontplooien en hun mobiliteit
dan ook terug in haar waardering van de revalidatieperiode.
vergroten. Immers, leven met spina bifida kan naast mooie dingen wel degelijk zorgen,
Dat zegt meer over haar dan over mij.
pijn en teleurstellingen met zich meebrengen. Dat geldt ook voor de ouders; zij hebben eveneens behoefte aan goede begeleiding naarmate hun kind ouder wordt en weerbaar-
Een aantal jaren geleden ben ik wel eens voor de klachten-
der en zelfstandiger moet worden. Loslaten heeft hier een speciale dimensie: vertrou-
commissie gedaagd door een patiënt voor wie ik voor mijn
wen in je kind, maar toch weten van de ongemakken die er altijd zullen zijn. Dit proces
gevoel mijn uiterste best had gedaan en aan wie ik heel veel
is goed zichtbaar tijdens een rolstoelvaardigheidscursus, die paralympisch sporter
aandacht en tijd had gegeven. Maar hoe afschuwelijk ik dat
Kees-Jan van der Klooster in samenwerking met de BOSK geregeld geeft aan kinderen.
ook voor hem vond, zijn dwarslaesie kon ik niet genezen en
Aan de start worden de kinderen door hun ouders voortgeduwd in hun rolstoel, maar
daar bleef hij boos over. Ik heb hem na de revalidatie nog een
gaandeweg verdwijnen de ouders naar de achtergrond en bewegen de kinderen zich
aantal keren gezien en onze relatie is wel bijgetrokken. Maar
steeds vrijer. Zelfstandig rollend en obstakels nemend, totdat zelfs een roltrap geen bar-
indertijd was ik erdoor geraakt.
rière meer vormt. Het zou goed zijn als revalidatiecentra en mytylscholen zich heroriënteren op de functie
Patiënten beoordelen je vaak op andere dingen dan je zelf doet.
van de rolstoel in het leven van kinderen en volwassenen. Meer nog dan nu zou de
Hetzelfde geldt voor het oordeel van collega’s, ook zij hebben
rolstoel behandeld moeten worden als een vehikel naar zelfstandigheid en activiteit.
hun eigen maatstaven. Het is goed om je dat te realiseren als je beoordeeld wordt. Beoordelingen door anderen zijn belangrijk
Rolmodel
en dat moet ook zo blijven. Maar ik vind ook dat je kritisch naar
Ondertussen blijft het voor de BOSK belangrijk om te werken aan de beeldvorming
jezelf moet blijven kijken. De kwaliteit van je werk is meestal
rond spina bifida. Vorig jaar heeft de organisatie samen met de Stichting Radboud
niet evenredig aan de kwaliteit van de fles wijn die je krijgt.
Kleisterlee de S(teeds) B(eter) Participeren Prijs ingesteld. Deze prijs gaat naar iemand die een rolmodel kan zijn voor mensen met spina bifida. Begin dit jaar is de prijs uitge-
Hans Slootman
reikt aan Marcel Hoiting. Marcel, 20 jaar, werkt als receptionist bij een MEE-organisatie en maakt deel uit van het Europese Leonardoproject, dat is gericht op het ontwikkelen van scholing en werk voor jongeren met spina bifida. Wat hij andere jongeren met spina bifida voorhoudt is: ‘Als je geen grenzen opzoekt, zul je ze nooit kunnen verleggen.’ Anke Procee, coördinator spina bifida en schisis bij de BOSK Het boek ‘20-weken echo en spina bifida’ is voor BOSK-leden gratis verkrijgbaar via
[email protected]. Voor niet-leden wordt per boek € 5,- in rekening gebracht.
Hans Slootman is revalidatiearts bij Heliomare in Wijk aan Zee.
RM 3 2012
17
De kwaliteit van de revalidatie hangt zeker ook af van de individuele behandelaars: hun vakkennis, maar bijvoorbeeld ook hun vermogen om aan te sluiten bij de revalidant. De beoordeling van revalidatieartsen en therapeuten beperkte zich tot voor kort meestal tot de traditionele jaarlijkse functioneringsgesprekken. Maar de tijden veranderen. Steeds vaker maakt een vorm van intercollegiale beoordeling onderdeel uit van dat functioneringsgesprek. Het oordeel van de revalidant wordt nog niet gevraagd. • Door Adri Bolt
Het functioneren beoordeeld
360-graden-feedback rukt op Voor dit artikel informeerde Revalidatie Magazine bij de 24 revalidatiecentra
Voor elke competentie bestaan beoordelingslijsten. Bij ‘klantgerichtheid’ met
hoe zij het functioneren van hun artsen en therapeuten beoordelen. Voor
punten als ‘levert maatwerk voor de klant met diens belang als uitgangspunt’.
zover bekend gebruiken inmiddels vijf centra ‘360-graden-feedback’ bij de
De betrokkene beoordeelt zichzelf op deze punten, en wordt beoordeeld
functioneringsgesprekken van therapeuten, of zijn bezig dit in te voeren.
door drie of vier naaste collega’s. ‘Bij een fysiotherapeut kan het bijvoorbeeld
Voor artsen wordt vaker een vorm van 360-graden-feedback toegepast:
gaan om een collega-fysiotherapeut, iemand uit het team, een arts en mijzelf
circa tien revalidatiecentra doen dit al of bereiden het voor. Hierbij maken
als leidinggevende.’
zij veelal gebruik van het systeem Intercollegiaal Functioneren Medisch Specialisten (IFMS), dat ook veel in ziekenhuizen wordt ingezet. Het algemene
Aanspreken
beeld is duidelijk: steeds meer revalidatiecentra gebruiken een vorm van
De beoordelaars geven voor ieder onderdeel een cijfer van 0 tot 10 en lichten dat
360-graden-feedback om het functioneren van behandelaars te beoordelen.
cijfer toe, liefst met voorbeelden. ‘Op deze manier komen andere onderwerpen aan de orde dan bij traditionele functioneringsgesprekken en komen er specifie-
18
Beoordelingslijsten
kere aandachtspunten uit’, stelt Koster. ‘Bijvoorbeeld de klantgerichtheid besprak
‘Jaarlijks heb ik een functioneringsgesprek met alle circa dertig medewerkers
je voorheen eigenlijk niet. Daarnaast kan iemand zichzelf klantgericht vinden,
die ik aanstuur’, vertelt Mireille Koster. Zij is unitmanager van de Poliklinische
terwijl de omgeving daar anders over denkt. Dat heb ik recent meegemaakt bij
Revalidatie Volwassenen Delft van Sophia Revalidatie en leidinggevende
een medewerker. Daar kwamen concrete afspraken uit, die hebben geleid tot een
van drie behandelteams en drie secretariaten. Minimaal eens in de twee jaar
betere communicatie. Meer in het algemeen is het een groot winstpunt van de
worden tijdens zo’n functioneringsgesprek competenties van de medewerker
360-graden-feedback-methode dat medewerkers eraan gewend raken elkaar open
beoordeeld aan de hand van de 360-graden-feedback-methode. ‘Het gaat daar-
aan te spreken en feedback te geven.’ Dat is winst, maar de visie van de revalidant
bij om het afstemmen van de vaardigheden van medewerkers op de inhoud
op individuele zorgverleners komt zo hooguit indirect aan bod. ‘Wel kunnen reva-
van hun functie en de behoeften van de organisatie.’ Per keer komen ongeveer
lidanten hun mening over de behandeling en betrokken disciplines uiten via een
drie competenties aan bod. ‘Twee kerncompetenties gelden voor alle beroeps-
enquêteformulier en vinden patiëntenevaluatiegesprekken plaats waarin we door-
groepen: klantgerichtheid en integriteit. Meestal zijn die bij nieuwe medewerkers
vragen op de aandachtspunten die uit die enquêtes naar voren komen. In derge-
in eerdere beoordelingsgesprekken al aan bod geweest. Daarom komen in het
lijke gesprekken kan het ook gaan over specifieke behandelaars. De uitkomsten
eerste functioneringsgesprek doorgaans functiespecifieke competenties aan
van die gesprekken worden besproken binnen de teams en zo nodig individueel
bod. Zoals - bij behandelaars - sensitiviteit, samenwerken of flexibel gedrag.’
met de genoemde therapeuten, en er wordt een verbeterplan gemaakt.’
RM 3 2012
Illustratie: Roel Seidell
Revalidatieartsen
Ballon
Voor de beoordeling van revalidatieartsen gebruikt Sophia Revalidatie
Maar ook volgens deze methodiek komen de meningen van revalidanten
de IFMS -methode. Dat geldt eveneens voor revalidatiecentrum Leijpark
over individuele behandelaars hooguit indirect naar voren. Het zou goed zijn
in Tilburg, onderdeel van de Libra Zorggroep, waartoe ook Blixembosch
als dat verandert, zegt Katelijne ten Thije. Haar dochter Noor, nu acht jaar
behoort. Leijpark werkt met Appraisal and Assessment (A&A), één van de
oud, liep in mei 2005 na een val een partiële hoge dwarslaesie op. ‘Ik ben
twee varianten van de IFMS-methode. A&A wordt eveneens ingezet door
ervan overtuigd dat de artsen en therapeuten hun vak uitstekend beheersen.
Revalidatie Friesland en Blixembosch. A&A werd bij Libra geïntroduceerd
Maar revalidatiezorg is veel meer dan techniek, en ook daar zouden behan-
door revalidatiearts Anita Tinga, die het kende vanuit haar werk in een
delaars door revalidanten op aangesproken moeten kunnen worden.’
ziekenhuis. ‘Een in de methode geschoolde gespreksvoerder wordt gekop-
Zo is Ten Thije heel tevreden over de fysiotherapeut van haar dochter. ‘Noor
peld aan een arts die zo ver mogelijk van hem of haar afstaat, zowel wat de
moet al heel veel dingen doen, zoals katheteriseren, strekken met haar
locatie als wat de specialisatie betreft. Degene over wie het gesprek gaat, vult
benen, spalken aandoen en darmspoelen. Dat is belastend voor een kind,
een uitgebreide vragenlijst in. Daarin komen onder andere medisch hande-
en daarom is het belangrijk dat de oefeningen die ze ook nog moet doen
len, communicatie en samenwerking aan bod. Ook noemt die persoon drie
vanzelf gaan en liefst ook leuk zijn. Onze vaste fysiotherapeut beseft dat, en
punten waarop hij vindt dat hij het goed doet, en drie aandachtspunten.’
regelde bijvoorbeeld een grote ballon die we thuis kunnen overgooien, in
Vervolgens vraagt de gespreksvoerder tien collega’s uit de omgeving van de
plaats van saaie strekoefeningen.’ Dat het ook anders kan, ervoer Ten Thije
beoordeelde arts om drie sterke punten en drie verbetertips: ‘tops en tips’.
tijdens de vakantie van deze fysiotherapeut. ‘Zijn vervanger kwam met allerlei
De gespreksvoerder verwerkt de punten anoniem. Tijdens het gesprek wordt
opdrachtjes, zoals een kwartier per dag sit-ups doen. Hij besefte niet hoe
de eigen uitkomst vergeleken met die van de collega’s. Dit resulteert in een
zwaar zo’n extra kwartiertje gedwongen oefeningen is, voor kind en ouder.’
persoonlijk ontwikkelingsplan, met doelen voor de komende twee jaar. Die
Ten Thije heeft daar wat van gezegd. ‘Maar ik weet dat veel mensen dat niet
doelen gaan in een dichte envelop, die na twee jaar bij een volgend gesprek
rechtstreeks durven doen. Daarom zou het goed zijn als revalidanten ano-
weer open gaat. ‘Ook voor dat gesprek worden weer mensen in de omgeving
niem in een enquête of via groepsgesprekken commentaar kunnen leveren
ondervraagd. Zo zie je of de doelen gehaald zijn.’ De methode dwingt revali-
op het functioneren van therapeuten. De revalidatie zou daar nog weer beter
datieartsen om kritisch naar zichzelf te kijken, merkt Tinga. ‘Ook stimuleert
van worden.’
het je om doelen te stellen. Het is minder vrijblijvend dan het lijkt, en voegt echt iets toe aan de jaargesprekken.’ RM 3 2012
19
HET STANDPUNT Hebt u ook een standpunt dat u kwijt wilt? Mail met
[email protected].
Op zoek naar verbetering: toon verantwoordelijkheid
I
n de revalidatiegeneeskunde gaat het erom de
elementen zal bevatten, in eerste instantie gedeel-
generatie looprobot’ (Lopes) van de Universiteit
gevolgen van ziekte, ongeval of aangeboren
telijk herstel zal geven en dat intensieve revalidatie
Twente en kan binnenkort beschikken over het eer-
afwijking zo gering mogelijk te maken en om
nodig zal blijven.
ste exemplaar in het centrum. Iets wat we ook niet
zo goed mogelijk te leren leven met de blijvende
onder stoelen of banken steken. Vooralsnog vooral
gevolgen. Dit wordt niet altijd als heroïsch medisch
Er zijn altijd mensen geweest die beweerden ver
in het buitenland wordt de - dus nog onvoldoende
handelen beschouwd, maar het is wél uiterst
voor de wetenschap uit te lopen. Ik herinner me
bewezen - robotondersteunde looptherapie aange-
belangrijk voor de persoon om wie het gaat, want
een neurochirurg uit de VS die zo’n twintig jaar
boden tegen vaak zeer hoge kosten. Mensen in hun
de kwaliteit van zijn of haar leven staat of valt hier-
geleden stelde dat verplaatsing van het vetschort uit
(wan)hoop op zoek naar genezing of verbetering
mee. Toch is het ook voor patiënten vaak moeilijk
de buikholte naar het gekwetste ruggenmerg gene-
van hun situatie brengen soms enorme offers, zowel
om te accepteren dat ‘leren leven met’ echt het best
zing gaf. Zijn resultaten werden echter vooral in de
financieel als sociaal, om deze therapie te krijgen.
haalbare is, en dat genezing niet mogelijk is. De
Privé gepubliceerd en hij bleek in zijn ziekenhuis
Ook tegen deze praktijk neemt de ISCoS stelling. In
dwarslaesierevalidatie biedt een goede illustratie.
een operatieverbod te hebben. Tegenwoordig wordt
het blad van de organisatie, Spinal Cord, ontraadt de
behandeling met stamcellen op commerciële basis
hoofdredactie het propageren van deze behandeling
In de eerste bekende beschrijving van een dwarslaesie, de Adam Smith Papyrus uit 1550 voor Christus, wordt deze aandoening als onbehandelbaar en dodelijk aangeduid. Die kwalificatie is tot aan de Tweede Wereldoorlog niet veranderd. Daarna is
‘Mensen in hun (wan)hoop op zoek naar genezing, brengen soms enorme offers’
door de komst van antibiotica en gespecialiseerde behandeling de levensverwachting van mensen met een dwarslaesie enorm gestegen. Door goede reva-
voor veel geld aangeboden. De International Spinal
totdat goed onderzoek het effect heeft aangetoond en
lidatie en voorzieningen slagen de meesten erin om
Cord Society (ISCoS) neemt zeer duidelijk stelling
de hoge kosten rechtvaardigt.
ondanks de ramp die hen is overkomen een kwalita-
tegen deze praktijk en stelt dat in de toekomst
tief goed leven te leiden. Maar het ruggenmergletsel
stamceltransplantatie van belang kan zijn, maar dat
Voor de Nederlandse revalidatiecentra zal het in deze
zelf kunnen we nog steeds niet genezen. Het ont-
de werkzaamheid eerst door degelijk onderzoek
tijd van commercialisering en marktwerking de kunst
wikkelen van een behandeling lijkt een soort heilige
moet worden aangetoond en dat het verkopen van
zijn verantwoordelijkheid te tonen bij het inzetten
graal in de geneeskunde, die vooralsnog alleen in
deze therapie momenteel onethisch is.
van dit soort nieuwe behandelmogelijkheden. Het is
sciencefiction-boeken en -films gevonden is.
20
in dit verband bijzonder verheugend en belangrijk Ook de toepassing van nieuwe revalidatietech-
dat de centra die beschikken over een looprobot heb-
In de afgelopen decennia is veel onderzoek gedaan,
nieken staat erg in de belangstelling. Al langere
ben besloten gezamenlijk onderzoek te doen naar
dat aanknopingspunten heeft opgeleverd voor een
tijd wordt loopbandtraining met gewichtsonder-
toepassing en effecten hiervan! Ik hoop van harte op
eventueel mogelijke behandeling van een dwarslae-
steuning toegepast. Hiervoor is nu een looprobot
snelle doorbraken op beide terreinen, maar wanneer
sie. Voorbeelden hiervan zijn stamcelbehandeling
beschikbaar, de Lokomat: een ingenieus apparaat
deze doorbraken een feit zijn is dus niet aan te geven.
en behandeling met medicijnen die ontwikkeling
waarvan echter de klinische effectiviteit nog aan-
In dit perspectief moeten we blijven zoeken naar ver-
van zenuwen bevorderen. Deze worden sinds kort
getoond moet worden. Door intensieve marketing
beteringen en ondertussen onze patiënten wel hoop
in experimentele vorm - zogenoemd fase-2-onder-
verschijnen deze robots in steeds meer revalidatie-
maar geen valse verwachtingen geven.
zoek - bij kleine groepen patiënten toegepast. Dit
centra, die dit doorgaans met trots wereldkundig
betreft dus onderzoek en de weg naar de kliniek is
maken. Om de hand in eigen boezem te steken:
Govert Snoek, revalidatiearts Het Roessingh,
nog onvoorspelbaar. Bedacht moet worden dat een
Het Roessingh heeft geen Lokomat, maar kan wel
voorzitter Nederlands-Vlaams Dwarslaesie
eventuele behandeling waarschijnlijk verschillende
gebruikmaken van het prototype van een ‘tweede
Genootschap
RM 3 2012
h e t w e rk
Anja Mertens Door Kitty Rotteveel
Werk > Communicatieadviseur bij de Libra Zorggroep Leeftijd > 50 jaar Privé > getrouwd, drie kinderen Grootste hobbY > tennis, fitness en yoga
Leg eens uit wat je functie inhoudt? ‘Ik ben communicatieadviseur van de Libra Zorggroep, waartoe de revalidatiecentra Blixembosch en Leypark en Audiologisch Centrum Brabant beho-
Foto: Simone Postma
Hekel aan > negativiteit
ren. Ik stuur een afdeling van drie medewerkers aan. Ik faciliteer en adviseer de organisatie op alle terreinen van communicatie, ik doe de pers en media, en ondersteun de leidinggevenden op het gebied van de marketing van commerciële bedrijfsonderdelen, zoals Libra Arbeidsexpertise en de sportcentra van Leijpark en Blixembosch. Ik bewaak de huisstijl waardoor de look and feel van de organisatie eenduidig naar buiten wordt gebracht. Maar ook het integreren van sociale media of het ontwikkelen van een cliëntenplatform hoort erbij. Samen met de coördinator cliëntcommunicatie maken we het binnenkort mogelijk voor revalidanten om digitaal met elkaar te communiceren op een virtuele ontmoetingsplek; daar is grote behoefte aan. Gelukkig doe ik het werk niet alleen. Naast de
den om het lopen beter te oefenen. De loopband
Maar het geld gaat eerder naar de handen aan het
coördinator cliëntcommunicatie werk ik samen met
is extra breed, zodat ook rolstoelgebruikers hem
bed en dat is begrijpelijk. Dat betekent dat er bij ons
twee mensen die praktische taken uitvoeren. Zij
kunnen gebruiken voor training. Verder heb ik
altijd druk op de ketel zit. Hierdoor is er minder tijd
maken bijvoorbeeld de folders voor revalidanten.’
vandaag een afspraak met mensen van de Helden-
voor informelere momenten, terwijl die juist funda-
race, een actie waarbij we fondsen werven voor
menteel zijn in mijn werk.’
Waar ben je op dit moment mee bezig?
een Prothesotheek. En ik praat met een tekstbu-
‘Libra wil de specialistische revalidatie dichter
reau over een opdracht voor ons intranet, daarna
Heb je een leuke baan?
naar de revalidanten toe brengen, en daarom gaat
zet ik nog wat dingen op onze website en sluit af
‘Een heel leuke! Mijn baan vraagt veel creativiteit
Blixembosch een nieuwe dependance openen in
met een half uurtje om de mail te beantwoorden.’
in denken en doen. Hoe genereer je publiciteit, hoe
Weert, Noord-Limburg. Ik ben betrokken bij de
zorg je voor eenheid in communicatie, wat is stra-
communicatie in de regio, naar de zorgprofessionals
Is er verschil tussen communicatie in het
tegisch juist? Op welke manier brengen we inno-
aldaar, en intern. Vandaag heb ik ook een overleg
bedrijfsleven en de zorg?
vatie in de zorg voor het voetlicht, zowel intern als
over een bijeenkomst voor externe relaties die gaat
‘Ja, een groot verschil, met name in de bezetting.
extern? Ik vind het daarnaast heerlijk om met men-
over innovatieve nieuwe mogelijkheden die we in
Voor een bedrijf ligt de focus op winst en is het dui-
sen samen te werken. En de variatie in mijn werk
huis hebben. Het gaat om de Nebula, een grote
delijk dat communicatie met de klanten noodzake-
blijft uitdagend. Ik vind het net zo leuk om samen
muur met led-lichtjes waar kinderen spelenderwijs
lijk is. In de zorg groeit inmiddels het besef dat ook
met een interne redactie een goed personeelsblad te
therapie mee kunnen krijgen, en om een loopband
wij actief onze cliënten moeten benaderen. Ook wij
maken als om een groot evenement te organiseren
waarop allerlei beelden geprojecteerd kunnen wor-
moeten helder communiceren met onze omgeving.
of een project te begeleiden en te adviseren.’ RM 3 2012
21