Macht der gewoonte ‘Meestal doen we, wat we meestal doen’
Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid
Jaco Berveling Nina Schaap Martje Storm
Juni 2014
Het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM) maakt analyses van mobiliteit die doorwerken in het beleid. Als zelfstandig instituut binnen het ministerie van Infrastructuur en Milieu (IenM) maakt het KiM strategische verkenningen en beleidsanalyses. De inhoud van de publicaties van het KiM behoeft niet het standpunt van de minister en/of de staatssecretaris van IenM weer te geven.
Macht der gewoonte
Inhoud
Samenvatting 4 1
Inleiding 5
2
Gewoontegedrag 7
3
Drie bronnen van discontinuïteiten 8
4
Levensgebeurtenissen en beleid 9
5
Conclusie en resterende vragen 11 Literatuur 12
Bijlage A
Levensgebeurtenissen met gevolgen voor mobiliteit 15 Colofon 16
Pagina 3 van 16
Macht der gewoonte
Samenvatting
Mensen zijn gewoontedieren. Ze reizen bijvoorbeeld iedere dag op een vast tijdstip met hetzelfde vervoermiddel. Soms wordt zo'n ingesleten patroon doorbroken door een levensgebeurtenis. Mensen gaan studeren, veranderen van baan, gaan trouwen of krijgen een kind. Dat zijn momenten waarop het oude vertrouwde gedrag opnieuw tegen het licht wordt gehouden. Vooral mensen in de leeftijd van 20 tot en met 40 jaar krijgen met dergelijke levensgebeurtenissen te maken. Mensen staan op zo'n moment eerder open voor informatie, bijvoorbeeld over andere vormen van vervoer. Zo kunnen nieuwe gewoonten ontstaan. Mensen reizen voortaan wellicht buiten de spits of kiezen voor het openbaar vervoer in plaats van de auto. Recent wetenschappelijk onderzoek laat zien dat het 'meeliften' met levensgebeurtenissen mogelijkheden biedt voor beleid. Er moeten in de Nederlandse context echter nog wel enkele vragen worden beantwoord. Met name het Mobiliteitspanel Nederland (MPN), waarvan de eerste resultaten in de loop van 2014 beschikbaar komen, biedt vermoedelijk nieuwe aanknopingspunten.
Pagina 4 van 16
Macht der gewoonte
1
Inleiding
‘Hoeveel Nederlanders hebben het avondeten nog altijd het liefst klokslag zes uur op tafel? Hoeveel bewaren de radiobode (opengeslagen op de juiste dag) nooit anders dan bovenop de televisie? En hoeveel maken tegen half elf aanstalten om naar bed te gaan omdat het morgen weer vroeg dag is? Ik wacht al jaren op een naar geslacht, haarkleur, leeftijd, inkomen en opleiding degelijk uitgesplitst antwoord van het Sociaal en Cultureel Planbureau, maar zolang ze het nog niet hebben uitgezocht houd ik het voorlopig op miljoenen. Veel miljoenen.’ (Jan Blokker, 1 oktober 2005, Volkskrant) Columnist Jan Blokker had het een aantal jaar geleden al goed gezien: veel van ons gedrag is gewoontegedrag. Het is gedrag dat vaak, automatisch en in een stabiele context wordt vertoond. Dat geldt niet alleen voor eten op een vast tijdstip, maar ook voor mobiliteit. We nemen dagelijks dezelfde route naar het werk en kiezen automatisch het vertrouwde vervoermiddel. Gewoontegedrag veranderen we niet zo snel. Vooral niet omdat we er niet meer echt bewust bij nadenken. Tót we daartoe worden gedwongen. Wanneer onze werkgever naar een andere lokatie verhuist is het ingesleten patroon ineens niet meer de beste keuze. Zo’n ‘discontinuïteit’ zorgt ervoor dat we opnieuw over onze routines moeten nadenken. Ook in verkeer en vervoer kan dit een grote rol spelen. Een paar voorbeelden uit binnen- en buitenland: Schonere vervoermiddelen: van auto naar fiets Door levensgebeurtenissen, zoals een verhuizing, de geboorte van een kind of kinderen die voor het eerst naar school gaan, kunnen mensen hun vervoerwijze heroverwegen. Dit kan tot andere keuzen leiden. In Engeland is bijvoorbeeld gekeken naar het effect van life events op het gebruik van de fiets. In Engelse steden die hadden geïnvesteerd in het promoten van de fiets, werden over een langere periode levensgebeurtenissen in kaart gebracht en nagegaan of die iets voor het gebruik van de fiets betekenden (Chatterjee et al., 2012). Er bleek inderdaad een verband te bestaan. Een verandering van baan kan mensen, door de kleinere reisafstand, de fiets doen pakken. Mensen waarvan de kinderen het huis uit zijn, zijn minder aan huis gebonden en gebruiken eerder de fiets. Mensen die, gezien hun leeftijd, geconfronteerd worden met gezondheidsklachten besluiten om meer te gaan fietsen en zo hun gezondheid te verbeteren. Bezit vervoermiddelen: wegdoen (extra) auto In Nederland, Frankrijk, Duitsland en Japan is nagegaan wat levensgebeurtenissen voor de aanschaf of juist het weg doen van een (extra) auto betekenen (Oakil et al., 2011; Prillwitz et al., 2006; Yamamoto, 2008). Uit de Duitse studie blijkt dat vier sleutelmomenten een grote impact hebben: verandering van het aantal volwassenen
Pagina 5 van 16
Macht der gewoonte
binnen het huishouden, de geboorte van een eerste kind, veranderingen in inkomen en een verhuizing (Prillwitz et al., 2006). Ook in Nederland is het verband tussen levensgebeurtenissen en autobezit onderzocht. Er werd naar verschillende levensgebeurtenissen gekeken, zoals trouwen en scheiden, verhuizen en met pensioen gaan. Er werden verschillende verbanden gevonden. Bij mensen die met pensioen gaan, vermindert bijvoorbeeld het autobezit. Ze hebben meer vrijheid en zitten, als het woon-werkverkeer met de auto werd gedaan, minder aan de auto ‘vastgebakken’. Ook kan het lagere inkomen na de pensionering een rol spelen (Oakil et al., 2011). Meer ov-gebruik De Duitse sociaal-psycholoog Bamberg deed met enkele collega’s onderzoek naar de mogelijkheden van gedragsverandering na een verhuizing (Bamberg et al., 2003). De deelnemers bestonden uit mensen die naar Stuttgart waren verhuisd. Zij kregen een informatiepakket toegestuurd met kaart, routes, haltes, informatie over kosten en een ov-kaart waarmee een hele dag gratis in Stuttgart kon worden gereisd. Zo kort na de verhuizing bleek men voor deze informatie open te staan en werd het openbaar vervoer meer dan voorheen gebruikt. In de oorspronkelijke woonplaats werd 13% van alle reizen met het openbaar vervoer gemaakt, in Stuttgart nam dit percentage toe tot 30%. Ook onderzoek onder werknemers van een universiteit laat zien dat verhuizen een belangrijke contextuele verandering is die ervoor zorgt dat reisgewoonten worden heroverwogen (Verplanken et al., 2008). Dichter bij huis, minder kilometers Bepaalde levensgebeurtenissen, zoals het krijgen van een kind, zorgen voor meer binding aan huis. Zowel vaders als moeders gaan na de geboorte van het kind minder uit (denk aan sociale activiteiten, zoals cafébezoek en film, toneel en concerten). Ze brengen meer tijd door in huis en de directe leefomgeving. Er worden minder en kortere reizen gemaakt (Thompson en al., 2011). De bevindingen in het buitenland zijn wellicht niet een op een naar de Nederlandse situatie te vertalen, maar de voorbeelden laten wel goed zien dat levensgebeurtenissen gewoonten kunnen doorbreken en dat dit kan leiden tot andere keuzen (zoals een keuze voor schonere vervoermiddelen, minder auto's, meer ov-gebruik en kortere reizen). Deze notitie zet eerst uiteen wat gewoontegedrag is en wanneer iets een discontinuïteit kan worden genoemd. Daarna worden de kansen en resterende vragen besproken.
Pagina 6 van 16
Macht der gewoonte
2
Gewoontegedrag
Gewoontegedrag is gedrag dat routinematig, zonder bewust na te denken, wordt vertoond. Het kan gaan om automatisch uitgevoerde handelingen en om keuzes die ingesleten zijn en waar na verloop van tijd niet meer over nagedacht wordt. Deze notitie richt zich op de laatste categorie. Binnen verkeer en vervoer gaat het vaak om keuzes voor regelmatig terugkerende verplaatsingen, zoals de vervoerswijze, de route of de aanvangstijd van de reis. De aandacht voor gewoontegedrag is niet nieuw, maar het staat de laatste jaren wel weer volop in de wetenschappelijke belangstelling (zie bijvoorbeeld: Jaeger-Erben, 2010; Darnton, et al., 2011; Thompson, et al. 2011; Schwanen et al., 2012; Schäfer et al., 2012; Duhigg, 2012). Ook specifiek op het terrein van verkeer en vervoer, met name op het gebied van travel habit en travel mode choice (Aarts et al., 1994; Verplanken et al., 1997; Aarts, Dijksterhuis, 2000; Verplanken et al., 2008). Het doorbreken van gewoontes is een uitdaging. Wanneer mensen vanuit ingesleten gewoontes handelen staan ze bijvoorbeeld veel minder open voor informatie (Aarts et al., 1994; Verplanken et al., 1997; Jager, 2003). Dat is ook logisch: een gewoonte is er nu juist op gericht om cognitieve (over)belasting te reduceren of te voorkomen. Je kunt iemand die iedere dag met de auto naar zijn werk gaat dus wel informatie geven over het openbaar vervoer (trajecten, tijden en kosten) of zelfs een gratis probeerkaartje, maar het is zéér de vraag of deze informatie er toe leidt dat het gedrag wordt heroverwogen. De automobilist heeft zijn keuze immers al lang geleden gemaakt en betrekt deze informatie niet op zichzelf. Waarom zou hij zich in het openbaar vervoer verdiepen? Zelfs als de reiziger zelf wil veranderen, betekent dit nog niet dat de ingesleten gewoontes gemakkelijk worden aangepast. Hoe sterker de gewoonte, hoe geringer de rol van intenties of houding. Bewuste afwegingen spelen slechts een beperkte rol in gewoontegedrag. Toch wordt gewoontegedrag zo nu en dan doorbroken. Dit gebeurt bijvoorbeeld wanneer de context zodanig verandert dat de gewoonte duidelijk niet meer goed werkt. Schäfer (2012) spreekt in zo’n geval van een discontinuïteit, ‘een gebeurtenis die de context zodanig verandert dat vaste patronen of routines worden doorbroken’. Op zo’n moment komt informatie wel bewust binnen en is het zinvol om informatie te verstrekken of er op een andere manier voor te zorgen dat de ingesleten keuze weer eens tegen het licht wordt gehouden.
Pagina 7 van 16
Macht der gewoonte
3
Drie bronnen van discontinuïteiten
Er zijn drie manieren waarop de context kan veranderen. In de eerste plaats door beleidsmaatregelen van de overheid. De regels, voorzieningen, mogelijkheden en beperkingen die de overheid stelt en biedt zijn sterk bepalend voor de keuzes die groepen mensen maken. Een tweede bron van verandering zijn onvoorziene, onvoorspelbare en ongewilde gebeurtenissen. Denk bijvoorbeeld aan de vulkaanuitbarsting in IJsland in 2010 die het luchtverkeer ontregelde. In de derde plaats vinden er gebeurtenissen plaats in het leven van mensen, ook wel life events (levensgebeurtenissen) genoemd, waardoor ze hun standaardkeuzes gaan heroverwegen. In deze notitie beperken we ons tot het meest onderbelichte (en wellicht onderbenutte) bron van discontinuïteiten: de levensgebeurtenissen. In de jaren 1970 zijn mogelijke levensgebeurtenissen op een rij gezet (Sarason et al., 1978). Dit leverde een overzicht op met maar liefst 57 life events. Uit deze 57 levensgebeurtenissen is een selectie gemaakt, aangezien lang niet al die gebeurtenissen iets betekenen voor mobiliteit. Er zijn in ieder geval 15 gebeurtenissen die direct of indirect gevolgen hebben voor iemands reispatroon (zie bijlage 1). Ze zijn te scharen onder de noemer relaties (samenwonen, scheiden), scholing (kinderen bereiken schoolgaande leeftijd, afstuderen), werk (nieuwe baan, ontslag) en overig (ernstige ziekte, verhuizen).
Pagina 8 van 16
Macht der gewoonte
4
Levensgebeurtenissen en beleid
De overheid kan op de spontane levensgebeurtenissen inspelen. Door op ‘slimme’ momenten contact te zoeken kan gewoontegedrag met goede informatie en andere beleidsimpulsen in de gewenste richting worden gestuurd. Daarbij is de leeftijdsgroep 20 - 40 jaar in principe het meest interessant, is kennis nodig over het moment waarop de levensgebeurtenissen plaatsvinden en zal het moment van beïnvloeding nauwkeurig moeten worden gekozen. Levensgebeurtenissen en leeftijd Op basis van gegevens van het CBS (Statline) is het mogelijk om een relatie te leggen tussen een aantal levensgebeurtenissen en het moment waarop ze in iemands leven plaatsvinden. Jongeren (12 tot en met 19 jaar) worden geconfronteerd met veranderingen in school en opleiding. Jongvolwassenen (20 tot en met 24 jaar) gaan uit huis (verhuizen) en vinden een eerste baan. Deze jongvolwassenen veranderen ook regelmatig van werk, in ieder geval beduidend meer dan andere leeftijdsgroepen. Het leven van 25 tot en met 35-jarigen staat ook in het teken van verhuizen, maar vooral ook in het teken van gezinsuitbreiding. Ook de 40 tot en met 55-jarigen worden geconfronteerd met levensgebeurtenissen. Voor een deel van deze groep betekent het dat zij in een scheiding verwikkeld raken. De groep van 60 tot en met 70 jaar krijgt te maken met pensionering. En de groep van 70 jaar en ouder wordt geconfronteerd met het overlijden van een partner en het verslechteren van de gezondheid. Zicht op levensgebeurtenissen Een aantal levensgebeurtenissen is bij de overheid in beeld. Verhuizen of het nemen van een andere baan, gaan vaak gepaard met administratieve wijzigingen waar de overheid op de een of andere manier bij betrokken is. Denk bijvoorbeeld aan de registraties in de Gemeentelijke Basis Administratie (GBA). Dit biedt aangrijpingspunten voor beleid. De overheid heeft echter geen zicht op alle life events. Andere partijen, zoals consultatiebureaus, crèches, scholen, werkgevers en woningbouwverenigingen, hebben dat vaak wel. Die kunnen soms rechtstreeks en soms via gemeenten worden ingeschakeld. Eenvoudig is dat niet, maar recente onderzoeksresultaten laten zien dat er met wat creativiteit mogelijkheden zijn (Ampt et al., 2006). Tijdig inspelen op levensgebeurtenissen Er moet tijdig op levensgebeurtenissen worden ingespeeld. Onderzoek laat zien dat nieuwe routines, bijvoorbeeld na een verhuizing, weer snel worden opgebouwd en wanneer er eenmaal nieuwe gewoonten zijn ontstaan leggen mensen aangeboden informatie weer naast zich neer (Schäfer et al., 2012). Toepassingen in de praktijk De mogelijkheden die een sterk veranderde context biedt worden her en der al benut. Nieuwe stadsbewoners staan bijvoorbeeld open voor een gratis buskaart (Verplanken, Wood, 2006). Zo geeft de gemeente Rotterdam nieuwe inwoners een welcome box, een doos met kortingskaartjes voor het openbaar vervoer en musea.
Pagina 9 van 16
Macht der gewoonte
Ook het bedrijfsleven werkt met dergelijke cadeaus (zie de casus De blije doos). Casus De blije doos De overheid kan, als het gaat om het creëren van nieuw gewoontegedrag, nog wat van het bedrijfsleven leren. Een prachtige casus is de zogenaamde ‘Blije doos’. Iedereen die zwanger is kan zo'n doos aanvragen. De doos zit vol met artikelen die tijdens de zwangerschap en na de bevalling nuttig kunnen zijn. Waarom is dit een slim en succesvol initiatief? De geboorte van een kind verandert de context van een gezin. Bestaande gewoontes worden doorbroken. Wie vroeger niet naar babyspullen omkeek (waarom zou je ook?) is er nu hevig in geïnteresseerd. De behoefte aan informatie is groot, dus kan een tijdschrift over het ouderschap op belangstelling rekenen, evenals allerlei babyproducten. Daarnaast biedt het moment waarop de doos arriveert ruimte voor het vormen van nieuwe gewoontes. De doos wordt vóór de bevalling bezorgd en niet erna. De producten die worden aangeboden kunnen dus direct worden gebruikt en in nieuw gewoontegedrag worden opgenomen. Voortaan grijpen de jonge ouders in de supermarkt automatisch naar merk X. Dat zijn ze immers al gewend te gebruiken.
Pagina 10 van 16
Macht der gewoonte
5
Conclusie en resterende vragen
Levensgebeurtenissen zijn in principe een belangrijk aangrijpingspunt voor beleid. Een belangrijk voordeel is dat de overheid niet ingrijpt in het leven van mensen, maar aansluit bij gebeurtenissen die spontaan in de privésfeer ontstaan. Buitenlandse onderzoekers beschouwen de levensgebeurtenissen dan ook als een window of opportunity (Schäfer et al., 2011). Er zijn eerste ervaringen opgedaan met ‘natuurlijke’ discontinuïteiten, zoals mensen die (op het punt staan om te) verhuizen. Er zijn echter nog 13 andere levensgebeurtenissen (zoals gaan samenwonen, de geboorte van een kind, et cetera; zie bijlage 1) die ook aangrijpingspunten bieden. Dan moeten er wel eerst enkele vragen worden beantwoord:
Welke levensgebeurtenissen zijn het meest geschikt om op het gebied van verkeer en vervoer te benutten? Hoe vaak komen de verschillende levensgebeurtenissen voor en waar zit dus de meeste potentie? Zijn de doelgroepen duidelijk in kaart te brengen? Is het voor de overheid mogelijk tijdig (denk aan de ‘De blije doos’) op de levensgebeurtenissen in te spelen? Timing is immers alles. De overheid zal lang niet altijd zicht hebben op de aanstaande levensgebeurtenissen. Andere partijen hebben dat wel, denk bijvoorbeeld aan consultatiebureaus, crèches, scholen, werkgevers, woningbouwverenigingen en beheerders van discussieplatforms op internet. Zou het mogelijk (en wenselijk) zijn daar informatie in te winnen? Welke overheid moet met welke discontinuïteiten aan de slag?
Aanvullend onderzoek De bovenstaande vragen zijn alleen met nader onderzoek te beantwoorden. Het MobiliteitsPanel Nederland (MPN), dat de dynamiek in het verplaatsingsgedrag van personen en huishoudens in kaart brengt, biedt mogelijkheden. In het MPN, dat loopt van 2013 tot 2016, worden circa 2000 huishoudens ondervraagd. Er wordt daarbij zowel aandacht besteed aan life-events als de invloed daarvan op mobiliteitsgedrag. Het onderzoek kan onder andere duidelijk maken of bepaalde groepen onder invloed van levensgebeurtenissen op andere tijden, met een ander vervoermiddel of meer of minder is gaan reizen. Zo kan er duidelijker zicht ontstaan op de doelgroepen die in het kader van discontinuïteiten relevant zijn.
Pagina 11 van 16
Macht der gewoonte
Literatuur
Aarts, H., Dijksterhuis, A., (2000). The automatic activation of goal-directed behaviour: The case of travel habit. Journal of Environmental Psychology 20, 75-82. Ampt, E. S., Wundke, J., Stopher, P. R. (2006). Households on the Move: Experiences of a New Approach to Voluntary Travel Behaviour Change. Sydney: Institute of Transport and Logistics Studies. Bamberg, S. (1996). Habitualisierte Pkw-Nutzung: Integration des Konstrukts «Habit» in die Theorie des geplanten Verhaltens. Zeitschrift für Sozialpsychologie, 27(4), 295-310. Bamberg, S. (2006). Is a Residential Relocation a Good Opportunity to Change People’s Travel Behavior? Results from a Theory-Driven Intervention Study. Environment & Behavior, 38, 820-840. Bamberg, S. (2007). Is a Stage Model a Useful Approach to Explain Car Drivers' Willingness to Use Public Transportation? Journal of Applied Social Psychology, 37, 1757-1783. Bamberg, S., Wie funktioniert Verhaltungsveranderung? Das Selbstregulationsmodell, in: ILS Dortmund (Hrsg.). Bamberg, S., Rölle, D., & Weber, C. (2003). Does habitual car use not lead to more resistance to change of travel mode? Transportation, 30, 97-108. Bandura, A. (1982). The psychology of chance encounters and life paths. American Psychologist, 37, 747-755. Chatterjee, K., Sherwin, H., Jain, J., Christensen, J., Marsh, S. (2012) Conceptual Model to Explain Turning Points in Travel Behavior: Application to Bicycle Use, Transportation Research Record, 2322, 1, 82-90. Darnton, A., Verplanken, B., White, P. & Whitmarsh, L. (2011). Habits, Routines and Sustainable Lifestyles: A summary report to the Department for Environment, Food and Rural Affairs. London: AD Research & Analysis for Defra. Duhigg, C. (2012), The Power of Habit: Why We Do What We Do and How to Change It, Random House. Exel, J. van (2011), Behavioural Economic Perspectives on Inertia in Travel Decision Making, Amsterdam: Vrije Universiteit. Holland, R. W., Aarts, H., & Langendam, D. (2006). On the power of implementation intentions: breaking and creating habits on the working floor. Journal of Experimental Social Psychology, 42, 776-783.
Pagina 12 van 16
Macht der gewoonte
Jager, W. (2003) Breaking ’bad habits’: a dynamical perspective on habit formation and change. in: L. Hendrickx, W. Jager, L. Steg, (Eds.) Human Decision Making and Environmental Perception. Understanding and Assisting Human Decision Making in Real-life Settings. Liber Amicorum for Charles Vlek. Groningen: University of Groningen. Jaeger-Erben, M. (2010), Zwischen Routine, Reflektion und Transformation – die eränderung von alltäglichem Konsum durch Lebensereignisse und die Rolle von Nachhaltigkeit eine empirische Untersuchung unter Berücksichtigung praxistheoretischer Konzepte, Fakultät VI Planen Bauen Umwelt. Maréchal, K. (2009), An Evolutionary Perspective on the Economics of Energy Consumption: The Crucial Role of Habits, Journal of Economic Issues, XLIII(1), DOI 10.2753/JEI0021-3624430104. Neal, D.T., Wood, W., Quinn, J.M. (2006), Habits – A repeat performance. Current Directions in Psychological Science, 15(2), 198-202. Oakil, A.T. et al., (2011) Dynamics in Car Ownership and Life-Cycle Events: A Longitudinal Analysis, TRB 2011 Annual Meeting. Prillwitz, J., Harms, S., Lanzendorf, M. (2006) Impact of Life-course events on Car ownership, Journal Transportation Research Record, 1985, 71-77. Sarason, I. G., Johnson, J. H., & Siegel, J. M. (1978). Assessing the impact of life changes: development of the Life Experiences Survey. Journal of Consulting and Clinical Psychology, 46(5), 932-946. Schäfer, M., Jaeger-Erben, M. & Bamberg, S., (2012), Life Events as Windows of Opportunity for Changing Towards Sustainable Consumption Patterns? Results from an Intervention Study. Journal of Consumer Policy, 35(1), 65-84. Schwanen, T., Banister, D., Anable, J. (2012) Rethinking habits and their role in behaviour change: the case of low carbon mobility. Journal of Transport Geography, 24, 522-532 (special issue on Theoretical Perspectives on Climate Change Mitigation in Transport). Thompson, S., Michaelson, J., Abdallah, S., Johnson, V., Morris, D., Riley, K., & Simms, A. (2011). „Moments of change‟ as opportunities for influencing behaviour: A report to the Department for Environment, Food and Rural Affairs. nef (the new economics foundation). Defra, London. Verplanken, B., Aarts, H. & van Knippenberg, A. (1997). Habit, information acquisition, and the process of making travel mode choices. European Journal of Social Psychology, 27, 539-560. Verplanken, B. et al (1998). Habit versus planne kreeg d behavior: A field experiment, British Journal of Social Psychology, 37(1), 111-128. Verplanken, B., Wood, W., (2006). Interventions to break and create consumer habits. Journal of Public Policy and Marketing: Special Issue: Helping consumers
Pagina 13 van 16
Macht der gewoonte
help themselves: Improving the quality of judgments and choices, 25(1), 90-103. Verplanken, B., Walker, I., Davis, A., Jurasek, M. (2008), Context change and travel mode choice: Combining the habit discontinuity and self-activation hypotheses. Journal of Environmental Psychology, 28(2), 121-127. Wood, W., Neal, D.T., (2007), A New Look at Habits and the Habit–Goal Interface. Psychological Review, 114(4), 843–863. Wood, W., Tam, L., Witt, M. G., (2005), Changing Circumstances, Disrupting Habits. Journal of Personality and Social Psychology, 88(6), 918-933. Yamamoto, T. (2008) The impact of life-course events on vehicle ownership dynamics – the cases of France and Japan, IATSS Research, 32, 2, 34-4.
Pagina 14 van 16
Macht der gewoonte
Bijlage A
Levensgebeurtenissen met gevolgen voor mobiliteit
Er zijn 15 gebeurtenissen geselecteerd die direct of indirect gevolgen kunnen hebben voor iemands reispatroon. Hierbij geldt dat het kan leiden tot:
meer of minder mobiliteit andere mobiliteit, keuze voor andere modaliteiten, route, reisgenoten of reistijd
Relaties 1. 2. 3. 4. 5.
Samenwonen, bijvoorbeeld na huwelijk Scheiden / verbreken relatie Overlijden van de partner of ander lid huishouden. Zwangerschap / geboorte / adoptie (eerste) kind. Kinderen gaan uit huis, op zichzelf wonen
Scholing 6. 7.
Kinderen bereiken schoolgaande leeftijd, middelbare school, universiteit Afstuderen
Werk 8. 9. 10. 11.
Nieuwe of eerste baan Ontslag (vrijwillig/onvrijwillig) Met pensioen Verhuizen werkgever
Overig 12. 13. 14. 15.
Ernstige ziekte, verwonding (geheel of gedeeltelijk arbeidsongeschikt) Grote verandering in de financiële situatie (failliet gaan, loterij winnen) Verandering van woonplaats (verhuizen) (Langdurige) detentie
Pagina 15 van 16
Macht der gewoonte
Colofon
Dit is een uitgave van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu juni 2014 Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM) Auteur: Jaco Berveling Nina Schaap Martje Storm Vormgeving en opmaak: Huisstijl MinIenM Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM) Postbus 20901 2500 EX Den Haag Telefoon Fax
: 070 456 1965 : 070 456 7576
Website E-mail
: www.kimnet.nl :
[email protected]
Publicaties van het KiM zijn aan te vragen bij het KiM (via
[email protected]) of als PDF te downloaden van onze website www.kimnet.nl. U kunt natuurlijk ook altijd contact opnemen met één van onze medewerkers. Delen uit deze publicatie mogen worden overgenomen onder vermelding van het KiM als bron.
Pagina 16 van 16