1
Douane Nederland
1
>
Postbus 74
Internet: www.douane.nl
7300 AB Apeldoorn
Telefoon: (055) 577 66 55 (Nationale Helpdesk Douane)
Bedrijfsleven, Koepelorganisaties, Softwareontwikkelaars, logistieke ketenpartners
. . . . . . . . . . . . .
0800-0143 (Douanetelefoon) Datum
16 april 2009 Uw kenmerk
Kenmerk: 090416Brief-eCustoms Betreft Gevolgen invoering EORI en veiligheidsverordening
Deze brief is een kopie van de brief met kenmerk 090410Brief-eCustoms die op 10 april verstuurd en gepubliceerd is, echter met een aantal aanpassingen op pagina 5 en 6 (zie arceringen).
Inleiding Op 25 maart bent u via een brief van de Douane en via Douane Actueel geïnformeerd over het stapsgewijs 1 invoeren van EORI en de veiligheidsverordening . In deze brief informeren wij u over de gevolgen van dit besluit voor de diverse processen en systemen. Dit is nader uitgewerkt in de hoofdstukken 2 tot en met 6. In de brief van 25 maart jongstleden is tevens aangekondigd dat de Douane in overleg met het bedrijfsleven en softwareleveranciers de definitieve invoeringsstrategie en -data zal bepalen. Deze overleggen vinden plaats op 15 en 16 april aanstaande. De Douane doet er alles aan om de uitkomsten zo snel mogelijk te communiceren. Dit betekent dat bij de onderwerpen die hier worden toegelicht de exacte invoeringsdata in sommige gevallen nog niet vermeld worden. De • • • •
hoofdstukken 2 tot en met 6 zijn volgens dezelfde structuur opgebouwd: Paragraaf 1 bevat de gevolgen van de veiligheidsverordening voor het proces/systeem. Paragraaf 2 bevat de gevolgen van EORI voor het beschreven systeem. 2 Paragraaf 3 vertelt wat de concrete situatie/wijzigingen per 1 juli 2009 zijn . 3 Paragraaf 4 verwijst naar de betreffende Message Implementation Guide (MIG) .
De paragrafen 1.1 en 1.2 bevatten algemene informatie over de wijzigingen als gevolg van de veiligheidsverordening en het EORI-nummer. 1.1 Algemene informatie over de ‘veiligheidsverordening’ In de veiligheidsverordening zijn wijzigingen opgenomen die ten doel hebben de veiligheid te verhogen met betrekking tot goederen die de EU binnenkomen of verlaten. Deze maatregelen zijn gericht op snellere en beter gerichte controles. De veiligheidsverordening omvat wijzigingen op de volgende gebieden: • Elektronisch berichtenverkeer • Risicomanagement • AEO • Summiere aangifte bij binnenkomst • Summiere aangifte voor te lossen goederen • Uitvoer
1
Verordening (EG) nr. 648/2005, Verordening (EG) nr. 1875/2006
2
Hier worden de wijzigingen bedoeld die per 1 juli 2009 ingevoerd worden
3
Dit is een berichtenspecificatie t.b.v. softwareontwikkelaars. MIGs worden gepubliceerd op de speciale URL voor geregistreerde
softwareontwikkelaars op website van de Belastingdienst Centrale Administratie (B/CA).
2 • • •
Wederuitvoer Summiere aangifte bij uitgang Dataset, bijlage 30 bis Verordening (EEG) nr. 2454/93 4
Transitieverordening (Europees vastgestelde overgangsperiode) Uniforme werkprocessen en elektronische informatie-uitwisseling moeten het internationale bedrijfsleven faciliteren. Dit vergt investeringen in systemen voor automatische gegevensverzending en legt op de korte termijn een zekere druk op het bedrijfsleven. De Europese Commissie houdt hier rekening mee door te voorzien in een overgangsperiode, die doorloopt tot en met 31 december 2010. In deze overgangsperiode zijn de elektronische summiere aangiften bij binnenkomst en bij uitgang niet verplicht. Tevens mag in deze overgangsperiode de papieren domiciliëringsprocedure (klassieke domproc) directe uitvoer worden toegepast, voor zover het douanekantoor van uitvoer en het douanekantoor van uitgang in dezelfde lidstaat zijn gelegen. 1.2 Algemene informatie over EORI Om de veiligheidsverordening doeltreffend in te voeren en toe te kunnen passen is het nodig om de bij goederen verkeer betrokken partijen te identificeren aan de hand van een, uniek nummer dat geldig is in alle lidstaten. Hiervoor is een registratie- en identificatienummer voor marktdeelnemers ontwikkeld, het zogenaamde EORI-nummer (Economic Operators Registration and Identification). In Nederland is de toekenning van EORI-nummers losgekoppeld van de feitelijke ingebruikname van het EORI-nummer in de procedures en systemen. In paragraaf 1.2.1. volgt een opsomming van de algemene gevolgen van het EORInummer die per 1 juli 2009 spelen. In paragraaf 1.2.2. worden de algemene gevolgen na daadwerkelijk 5 ingebruikname besproken . 1.2.1. EORI per 1 juli 2009 Toekenning EORI-nummer Douane Nederland start eind mei 2009 met het verstrekken van het EORI-nummer aan alle Nederlandse marktdeelnemers die in de douanesystemen geregistreerd zijn. EORI-nummer voor bedrijven met filialen Voor bedrijven die vestigingen hebben welke geen eigen rechtspersoonlijkheid bezitten (de zogenaamde filialen), geldt dat een EORI-nummer alleen wordt toegekend aan het hoofdkantoor. Dit nummer dient door alle filialen gebruikt te worden. Europese EORI-database Alle afgegeven EORI-nummers zijn vanaf 1 juli 2009 te raadplegen in de Europese EORI-database 6 raadpleegbaar via de EU-website . Van klanten die toestemming hebben gegeven tot publicatie van hun NAWgegevens, worden deze zichtbaar na het intoetsen van het EORI-nummer. In alle andere gevallen wordt alleen aangegeven of het EORI-nummer bestaat of niet. Datum ingebruikname EORI-nummer 7 In Nederland blijft u tot nader bericht de bestaande werkwijze hanteren . Marktdeelnemers kunnen vanaf 1 juli 2009 hun EORI-nummer wel in sommige andere lidstaten gaan gebruiken. Wij raden u aan, indien u douanehandelingen verricht in andere lidstaten bij de Douane van die lidstaat te controleren of het EORInummer daar inmiddels verplicht is. Zodra het EORI-nummer in Nederland in gebruik wordt genomen, komen de huidige douanenummers te vervallen en worden alle daarop betrekking hebbende systemen aangepast . 1.2.2. EORI na ingebruikname Communicatie met de Douane In alle communicatie tussen de marktdeelnemer en de Douane dient u gebruik te maken van het aan u toegekende EORI-nummer.
4
Verordening (EG) nr. 273/2009
5
Met algemene gevolgen wordt bedoeld de gevolgen die niet specifiek aan een systeem gekoppeld zijn
6
Zodra deze beschikbaar is, wordt u daarvan via een actueelbericht op de hoogte gebracht
7
Het EORI-nummer dat aan u wordt toegekend kunt u tot nader bericht niet in Nederland gebruiken
3 Wijziging registratie filialen Binnen onze systemen worden alle vergunningen, zekerheden e.d. geregistreerd op het EORI-nummer van de juridische eenheid van de marktdeelnemer. Algemene douane-gerelateerde zaken zullen met de juridische zetel worden afgestemd. Filialen kunnen wel (elektronisch) blijven communiceren met Douane. Het X400adres wordt niet meer automatisch gegenereerd vanuit de douanesystemen. De marktdeelnemer moet in het bericht aangeven op welk X400-adres hij de retourberichten wil ontvangen. Zie de MIG’s die hierop zijn aangepast. AEO De herkenbaarheid van de AEO-gecertificeerde bedrijven gaat na ingebruikname van het EORI-nummer niet meer via de bescheidcodes die nu in vak 44 van de aangifte moeten worden vermeld. Het gegeven dat een marktdeelnemer een AEO-certificering heeft, wordt dan zo veel mogelijk gebruikt binnen de geautomatiseerde systemen om hem de faciliteiten te bieden waarop hij als AEO recht heeft.
Tot zover de algemene informatie over de veiligheidswijziging en EORI.
Hoofdstuk 2 ICS (proces binnenbrengen) 2.1 Gevolgen van de ‘veiligheidsverordening’ Met de invoering van ICS is het mogelijk om, vóórdat goederen de EU binnenkomen, informatie uit te wisselen tussen het douanekantoor van eerste binnenkomst in de EU en opvolgende douanekantoren in andere lidstaten. De veiligheidsverordening is de wettelijke basis voor de ontwikkeling van ICS. In de transitieverordening heeft de Europese Commissie bepaald dat ICS gefaseerd wordt ingevoerd. In Nederland wordt ICS in twee fasen ingevoerd. De eerste fase van ICS omvat o.a.: • Summiere aangifte voor tijdelijke opslag voor de te lossen goederen (SAL): de SAL moet uiterlijk op het moment van aanbrengen van de goederen worden gedaan. Nationaal wordt in de Algemene Douaneregeling bepaald dat de SAL elektronisch moet worden ingediend. Tevens is nationaal bepaald dat de SAL de veiligheidsgegevens van bijlage 30 bis van Verordening (EEG) nr. 2454/93 moet bevatten. • Vooraanmelding -/melding vervoermiddel: nationaal wordt in de Algemene Douaneregeling bepaald dat deze berichten elektronisch moeten worden ingediend. • Risicoanalyse en –selectie op SAL: de Douane moet een Europese risicoanalyse voor veiligheid (safety & security) uitvoeren. Zolang de summiere aangifte bij binnenkomst niet verplicht is, verricht de Douane de risicoanalyse op de SAL. • Vervallen van berichten: bepaalde bestaande berichten in het proces Binnenbrengen vervallen als 8 gevolg van de invoering van de eerste fase ICS. De tweede fase omvat o.a.: • Summiere aangifte bij binnenkomst (ENS): een ENS moet verplicht elektronisch bij de eerste zee- of luchthaven van binnenkomst in de EU worden ingediend voor alle goederen aan boord. • Kennisgeving bij uitwijk: als een vervoerder uitwijkt naar een andere zee- of luchthaven dan de eerste beoogde zee- of luchthaven van binnenkomst dan moet de vervoerder een kennisgeving van uitwijk naar de Douane van de eerst beoogd zee- of luchthaven sturen. • Risicoanalyse en –selectie op ENS: de Douane voert een Europese risicoanalyse voor veiligheid (safety & security) uit op de gegevens in de ENS. • Doorsturen van risicogegevens: de Douane van de eerste zee- of luchthaven van binnenkomst in de EU stuurt de resultaten van de risicoanalyse door aan alle opvolgende zee- of luchthavens in de EU. • In kennis stellen van selectie voor fysieke controle: de Douane stelt houders van een AEO-certificaat veiligheid op de hoogte van selecties voor fysieke controles. • Aankomstmelding vervoermiddel: alle vervoermiddelen, ook de lege vervoermiddelen en de vervoermiddelen met alleen passagiers aan boord moeten een aankomstmelding doen. In Nederland wordt dit bericht verwerkt in het bericht Vooraanmelding -/melding vervoermiddel. 2.2 Gevolgen van EORI De invoering van ICS zal samenvallen met de invoering van EORI. ICS is zo ingericht dat alleen summiere 8
Het betreft: 1) verheffen van pre arrival informatie tot summiere aangifte, 2) wilsverklaringen, 3) nihil manifest en 4) bill berichten
4 aangiften bij binnenkomst en summiere aangifte voor tijdelijke opslag kunnen worden gedaan met gebruikmaking van het EORI-nummer. 2.3 Situatie per 1 juli 2009 Per 1 juli 2009 wordt de huidige werkwijze gecontinueerd. De eerste fase van ICS wordt in overleg met het bedrijfsleven op een nader te bepalen moment ingevoerd. In de Algemene Douaneregeling zijn bepalingen opgenomen die gaan over de verplichte elektronische vooraanmelding -/melding vervoermiddel en de verplichting van de elektronische SAL inclusief de veiligheidsgegevens van bijlage 30 bis van Verordening (EEG) nr. 2454/93. Deze worden van toepassing bij de invoering van de eerste fase van ICS. In de transitieverordening heeft de Europese Commissie bepaald dat de tweede fase van ICS uiterlijk 31 december 2010 ingevoerd moet zijn. 2.4 MIG ICS versie 9 De MIG versie 9 is op 28 november 2008 gepubliceerd . Momenteel is MIG versie 10 in ontwikkeling. Hierin
is een aantal wijzigingen opgenomen die te zijner tijd ook in MIG versie 9 moet worden doorgevoerd.
Hoofdstuk 3 DSI (proces invoer) 3.1 Gevolgen van de ‘veiligheidsverordening’ Douane Sagitta Invoer (DSI) wordt als gevolg van de veiligheidsverordening niet aangepast. In DSI worden geen veiligheidsgegevens geregistreerd. 3.2 Gevolgen van EORI DSI wordt te zijner tijd aangepast op het gebruik van het EORI-nummer. Dit betekent dat in aangiften alleen nog maar een EORI-nummer mag voorkomen. In de aangiften worden in de vakken 8 en 14 geen douanenummers en/of BTW-codenummers meer geaccepteerd. Het toch vermelden van een douanenummer en/of BTW-codenummer in deze vakken leidt tot het niet-aanvaarden van aangiften. In DSI vindt geen conversie plaats van de gedane aangiften. Dit betekent dat oude aangiften, gedaan met een douanenummer, nog worden afgehandeld op dat douanenummer en dat de marktdeelnemers geïnformeerd worden over de afhandeling op basis van dat douanenummer. Vanaf het moment van invoering van EORI kunnen alleen nog aangiften gedaan worden met het EORInummer en zal alles op basis van dat EORI-nummer worden afgehandeld. Omdat het niet meer mogelijk is om een BTW-codenummer (verlegging BTW, artikel 23 Wet op de omzetbelasting) te vermelden in vak 8 van de aangifte, is hiervoor een aparte rubriek ontwikkeld binnen vak 44 van de aangifte. 3.3 Situatie per 1 juli 2009 Op 1 juli 2009 worden geen wijzigingen in DSI doorgevoerd. In de aangiften moet men in de vakken 8 en 14 vooralsnog het douanenummer en/of BTW-codenummer blijven gebruiken. 3.4 MIG DSI versie 1.40 Op 31 maart 2009 is de MIG versie 1.40 gepubliceerd.
Hoofdstuk 4 DSU (proces uitvoer) 4.1 Gevolgen van de ‘veiligheidsverordening’ Douane Sagitta uitvoer (DSU) wordt als gevolg van de veiligheidsverordening aangepast. De aanpassing wordt in overleg met het bedrijfsleven op een nader te bepalen moment ingevoerd. De veiligheidsverordening bepaalt dat aangiften ten uitvoer elektronisch moeten worden ingediend. De
5 aangiften ten uitvoer moeten de veiligheidsgegevens zoals opgenomen in bijlage 30 bis van Verordening 9 (EEG) nr. 2454/93 bevatten . In de transitieverordening is op de algemene regel ‘verplicht elektronisch’ één uitzondering opgenomen voor de papieren domiciliëringsprocedure voor zover het douanekantoor van uitgang in dezelfde lidstaat als het douanekantoor van uitvoer is gelegen (de zgn. klassieke domproc voor directe uitvoer). 4.2 Gevolgen van EORI Douane Sagitta Uitvoer (DSU) wordt aangepast op het gebruik van het EORI-nummer. De aanpassing heeft tot gevolg dat in aangiften alleen nog een EORI-nummer mag voorkomen. In de aangiften worden in de vakken 2 en 14 geen douanenummers en/of BTW-codenummers meer geaccepteerd. Het toch vermelden van een douanenummer en/of BTW-codenummer in deze vakken leidt tot het niet-aanvaarden van aangiften. In DSU vindt geen conversie plaats van de gedane aangiften. Dit betekent dat oude aangiften, gedaan met een douanenummer, nog worden afgehandeld op dat douanenummer en dat marktdeelnemers geïnformeerd worden over de afhandeling op basis van dat douanenummer. Vanaf het moment van invoering van EORI kunnen alleen nog aangiften gedaan worden met het EORInummer en zal alles op basis van dat EORI-nummer worden afgehandeld. 4.3 Situatie per 1 juli 2009 Per 1 juli 2009 wordt DSU niet aangepast. De aanpassingen worden in overleg met het bedrijfsleven op een nader te bepalen moment ingevoerd. De huidige berichtenspecificaties blijven vanaf 1 juli 2009 tot nader bericht van toepassing. Vanaf 1 juli 2009 is het echter wel verplicht de uitvoeraangifte elektronisch in te dienen. Tot en met 31 december 2010 bestaat hierop één uitzondering en die geldt voor de klassieke domproc voor directe uitvoer. LET OP! Per 1 juli 2009 is de papieren domiciliëringsprocedure niet meer mogelijk als het douanekantoor van uitgang niet in dezelfde lidstaat is gelegen als het douanekantoor van uitvoer (klassieke domproc indirecte uitvoer). In de aangiften ten uitvoer moet men in de vakken 2 en 14 vooralsnog het douanenummer en/of BTW-codenummer blijven gebruiken. 4.4 MIG DSU versie 1.50 Op 31 maart 2009 is de MIG versie 1.50 gepubliceerd.
Hoofdstuk 5 ECS (proces uitgaan) 5.1 Gevolgen van de ‘veiligheidsverordening’ Met de invoering van ECS vindt elektronische uitwisseling plaats van informatie tussen de douanekantoren van uitvoer en de douanekantoren van uitgang. De veiligheidsverordening is de wettelijke basis voor de ontwikkeling en gefaseerde invoering van ECS. De eerste fase van ECS, die in 2008 afgerond is, omvat de elektronische uitwisseling van informatie tussen de douanekantoren in verschillende lidstaten. De tweede fase betreft het verplicht elektronisch indienen van de 10 summiere aangifte bij uitgang . Tevens moeten de veiligheidsgegevens zoals opgenomen in bijlage 30 bis van Verordening (EEG) nr. 2454/93 worden aangeleverd. In de transitieverordening heeft de Europese Commissie bepaald dat het elektronisch indienen van de summiere aangifte bij uitgang tot en met 31 december 2010 niet verplicht is. Nationaal is, via een wijziging in de Algemene Douaneregeling, aan de tweede fase van ECS toegevoegd: 11 • Verplicht elektronische aankomstmelding door trader at exit op het kantoor van uitgang 9
De uitvoeraangifte wordt als gevolg van de veiligheidsverordening met de volgende gegevens uitgebreid: 1) Codes van landen die deel
uitmaken van het vervoerstraject, 2) VN-code gevaarlijke goederen, 3) verzegelingsnummer uniek referentienummer van de zending 4) code betalingswijze vervoerskosten en 5) indicator andere bijzondere omstandigheid. 10
Summmiere aangifte bij uitgang moet verplicht elektronisch worden gedaan voor zover er geen douaneaangifte is gedaan.
11
Trader at exit is een begrip dat niet nader omschreven is. Degene die over de goederen beschikt op het moment van aankomst op een
kantoor van uitgang kan de elektronische aankomstmelding doen.
6 • •
Verplicht elektronische vooraanmelding uitgaan vertrek vervoermiddel door trader at exit op het kantoor van uitgang Verplicht elektronische douanemanifest bij uitgang voor vertrek door trader at exit op het kantoor van uitgang
5.2 Gevolgen van EORI In ECS worden wijzigingen doorgevoerd in verband met de omzetting van het douanenummer naar het EORInummer. 5.3 Situatie per 1 juli 2009 De tweede fase van ECS wordt voorlopig niet ingevoerd. Invoering wordt op een nader te bepalen moment in overleg met het bedrijfsleven vastgesteld. De bepalingen in de Algemene Douaneregeling die gaan over de verplichte elektronische aankomstmelding, - vooraanmelding uitgaan vertrek vervoermiddel en douanemanifest bij uitgang zijn pas van toepassing zodra de tweede fase van ECS wordt ingevoerd. 5.4 MIG ECS versie 8.00 en versie 8.10 In november 2008 is de MIG versie 8.00 gepubliceerd. Op 30 maart 2009 is de MIG versie 8.10 gepubliceerd.
Hoofdstuk 6 NCTS (proces vervoer) 6.1 Gevolgen van de ‘veiligheidsverordening’ De veiligheidsverordening bepaalt dat de vervoersaangifte als summiere aangifte bij binnenkomst gebruikt kan worden mits de vervoersaangifte alle gegevens bevat die voor een summiere aangifte bij binnenkomst vereist 12 zijn . Daarnaast moet de Douane een risicoanalyse uitvoeren op vervoersaangiften. 6.2 Gevolgen van EORI NCTS wordt aangepast op het gebruik van het EORI-nummer. Dit betekent dat in aangiften alleen nog een EORI-nummer mag voorkomen. In de aangiften wordt in vakken 8 en 50 geen douanenummer meer geaccepteerd. Het toch vermelden van een douanenummer in dit vak leidt tot het niet-aanvaarden van aangiften. In NCTS vindt geen conversie plaats van de gedane aangiften. Dit betekent dat oude aangiften, gedaan met een douanenummer, nog worden afgehandeld op dat douanenummer en dat marktdeelnemers geïnformeerd worden over de afhandeling op basis van dat douanenummer. Vanaf het moment van invoering van EORI kunnen alleen nog aangiften gedaan worden met het EORInummer en zal alles op basis van dat EORI-nummer worden afgehandeld. 6.3 Situatie per 1 juli 2009 Op 1 juli 2009 wordt release 7.20 van NCTS ingevoerd. Deze release heeft geen betrekking op de veiligheidsgegevens en EORI. De aanpassing in deze release zijn van verschillende aard en bevatten oplossingen voor eerder gemelde problemen en wijzigingsvoorstellen. 6.4 MIG NCTS versie 7.00 en versie 7.10 MIG versie 7.00 is in januari 2009 gepubliceerd. De MIG 7.10 is op 25 maart gepubliceerd.
Douane Nederland
eCustoms, Europese en elektronische douaneprocedures voor veilig en snel goederenverkeer 12
Dit zijn de gegevens zoals opgenomen in bijlage 30 bis van Verordening (EEG) nr. 2454/93