Kader voor Zuid-Zuiduitwisseling Het meerjarenprogramma Gemeentelijke Internationale Samenwerking (2008-2012) is een vijfjarenprogramma met als doelstelling de bestuurskracht van 14 zuidelijke gemeenten van stedenbanden te versterken. De stedenbanden die in het programma werkzaam zijn: Bornem – Nquthu (Zuid-Afrika), Brasschaat – Tarija (Bolivia), Edegem – San Jeronimo (Peru), Essen – Witzenberg (Zuid-Afrika), Evergem – Guaranda (Ecuador), Gent – Mangaung (Zuid-Afrika), Hasselt – Missour & Outat-Oulad-el-Haj (Marokko), Herent – Nimlaha’kok (Guatemala), Lommel – Ciudad Dario (Nicaragua), Mol – Santo Tomas (Nicaragua); Sint-Truiden – Nueva Guinea (Nicaragua), Sint-Niklaas – Tambacounda (Senegal). In de loop van 2012 kwamen nog de stedenbanden Bierbeek – San Felipe de Oña (Ecuador) en Mechelen – Nador (Marokko) instappen. Naast de individuele relatie tussen de stedenbandpartners, is er binnen het land of de regio (of binnen de huidige groep van 14 stedenbanden) nog veel mogelijk om via Zuid-Zuid uitwisseling ervaringen uit te wisselen en kennis over te dragen. Uitwisselen binnen eenzelfde context en binnen eenzelfde taalgebied, maakt het veel makkelijker om het geleerde toe te passen binnen de eigen gemeente. En hierbij kunnen ook een aantal kenmerken die we hanteren binnen het concept van de stedenband toepassen: de collega-tot-collega-aanpak kan tussen zuidelijke collega’s een specifieke meerwaarde bieden op de bestaande programma’s. Hieronder schetsen we het kader waarbinnen deze Zuid-Zuiduitwisseling kan plaatsvinden. Het is de bedoeling om via een snelle en eenvoudige manier toch een kader te scheppen dat duidelijkheid biedt over wat wel en wat niet kan. Tweeledige doelstelling van Zuid-Zuiduitwisseling:
Het uitdragen van een goede praktijk, die binnen de eigen werking van de gemeente is ontstaan (aanbieden, verspreiden)
Het gaan leren bij een andere gemeente die een goed praktijkvoorbeeld of ervaring heeft (ontvangen, leren)
Criteria om in aanmerking te komen voor Zuid-Zuid uitwisseling:
Er moet een aantoonbare link zijn met - minstens één - van de gemeenten uit het federale meerjarenprogramma, dit kan enerzijds door de uitwisseling te laten plaatsvinden met één van de stedenbandpartners, of dat één van de stedenbandpartners (van de hierboven vermelde lijst) bij de uitwisseling betrokken is. Als er een uitwisseling plaatsvindt, dient die idealiter dus met één van de veertien zuidelijke partners te gebeuren. De uitwisseling kan gaan over één van de sectorale thema’s: jeugd, milieu, lokale economie, maar ook over andere - meer transversale thema’s zoals: (burger)participatie, stedenbandbeheer, financieel management,…
Kader Zuid-Zuid uitwisseling, VVSG
- 1/5
De uitwisseling hoeft dus niet noodzakelijk tussen stedenbanden uit het federale subsidieprogramma onderling te gaan. Als een gemeente in Ecuador bijvoorbeeld een goed praktijkvoorbeeld heeft rond het organiseren van de afvalverwerking in een intercommunale, kan hiermee een uitwisseling georganiseerd worden.
De Zuid-Zuid uitwisseling hoeft niet noodzakelijk beperkt te blijven tot twee gemeenten, er kunnen meerdere gemeenten aan eenzelfde Zuid-Zuid uitwisseling deelnemen.
Bij de beoordeling van de aanvraag binnen het federale programma kijkt de VVSG ook naar het beschikbare budget binnen het meerjarenprogramma. Zuid-Zuid uitwisseling kan een zeer zinvolle aanvulling zijn op een bestaand programma, maar mag de uitvoering van dat bestaande programma niet in het gedrang brengen.
Voorwaarden en procedure
Dit kader is bedoeld om Zuid-Zuid uitwisseling te stimuleren en is bijgevolg enkel
Deze toelage dient enkel voor de uitwisseling en het vormingsproces dat hiermee
toepasbaar op de deelnemers van zuidelijke gemeenten. gepaard gaat. Dit wil zeggen dat categorieën van VORming en ZENding kunnen worden betoelaagd, maar geen INVesteringen (of infrastructuur) of PERsoneelskost.
Voorafgaand dient een planning ingediend te worden bij de VVSG, waarbij kort de doelstellingen, het programma en de begroting van de uitwisseling gemotiveerd worden. De VVSG beoordeelt deze planning en verbindt zich vervolgens financieel te ondersteunen zodat de aangevraagde plannen kunnen uitgevoerd worden.
Voor de uitwisseling dient één van de bovenvermelde stedenbandgemeenten zich als verantwoordelijke gemeente voor te stellen.
Na de uitwisseling krijgt de VVSG een kort verslag met de voornaamste bevindingen en een financiële afrekening gestaafd met bewijsstukken. Voor de financiële rechtvaardiging worden dezelfde richtlijnen gehanteerd als voor de uitvoering (van DG-D) van het federale meerjarenprogramma. Zijn deze richtlijnen niet gevolgd, dan wordt het niet-subsidieerbare bedrag afgetrokken van de subsidie.
De gemeenten dienen de activiteit voor te financieren. Na ontvangst en goedkeuring van het financiële verslag met bewijsstukken, wordt het bedrag door de VVSG terugbetaald.
Praktisch
Voor de Zuid-Zuid uitwisseling beschikt de VVSG over 40.000 EUR voor 2011 en 40.000 EUR voor 2012.
Per aanvraag kan maximaal 5000 EUR ingediend worden. Grotere bedragen zijn ook mogelijk, maar onder voorbehoud. Dat hangt dan namelijk af van het geheel van aanvragen.
De bijkomende subsidie voor Zuid-Zuid uitwisseling kan op elk moment van het jaar 2011 aangevraagd worden. In 2012 moet de aanvraag ten laatste vóór 1 september
Kader Zuid-Zuid uitwisseling, VVSG
- 2/5
2012 bij de VVSG ingediend worden. De afrekening dient ten laatste op 15 december 2012 bij de VVSG te zijn.
Ten laatste één maand na de effectieve uitwisseling, krijgt de VVSG de financiële afrekening en het verslag van de uitwisseling. Ten laatste één maand na goedkeuring van het verslag vindt de financiële afrekening plaats (d.i. dus de terugstorting door de VVSG van de voorgefinancierde middelen).
Enkele mogelijke (fictieve) voorbeelden: o
In Senegal vindt een uitwisseling plaats tussen Ziguinchor en Tambacounda rond afvalbeheer. Tambacounda is partnergemeente van Sint-Niklaas en deze stedenband zit in het federale programma. Sokone, een andere gemeente uit Senegal is hier ook in geïnteresseerd om hieraan deel te nemen. Sokone is de partnergemeente van Zemst, die enkel in de Vlaamse convenant zitten. De link met het mjp is aangetoond. SokoneTambacounda-Ziguinchor kunnen een aanvraag voor Zuid-Zuid-uitwisseling indienen. Tambacounda-Sint-Niklaas wordt – als gemeente in het federale programma – gevraagd dit te coördineren.
o
In Nicaragua zijn drie stedenbanden. De drie beslissen om een gezamenlijke vormingsactiviteit annex uitwisselingsevenement rond ecologische toiletten te organiseren en merken een grote belangstelling van een aantal andere gemeenten uit de regio’s. Ze beslissen dit open te stellen voor hen, een mini-seminarie in te richten rond de ecologische toiletten en kunnen hiervoor een beroep doen op de Zuid-zuiduitwisseling.
o
In Zuid-Afrika merken ze in Botswana een goed uitgewerkt jeugdbeleid en Mangaung, partnergemeente van Gent, beslist op studiereis te gaan naar een aantal gemeenten in Botswana om te leren een participatief jeugdbeleid uit te werken. Dit kan onder de Zuid-Zuiduitwisseling.
o
In Zuid-Afrika willen Mangaung (Gent) en Witzenberg (Essen) meer van elkaars werking afweten. Ze zitten beiden in het federale programma, maar hun besteding is zo groot dat binnen hun budget geen plaats meer is voor deze uitwisseling. Ze kunnen voor deze uitwisseling beroep doen op de Zuid-Zuid uitwisseling.
Onderstaand aanvraagformulier opsturen naar:
[email protected]. Binnen de twee weken volgt de beoordeling.
Kader Zuid-Zuid uitwisseling, VVSG
- 3/5
Aanvraagformulier Zuid-Zuid uitwisseling:
Naam aanvrager Functie aanvrager Contactgegevens aanvrager: (adres, gsm, email) Gemeente Bankgegevens voor internationale transfer vanuit België
Link met meerjarenprogramma Verantwoordelijke stedenband voor Z-Z uitwisseling Uitwisseling met (naam/namen andere gemeenten) Motivering voor de Z-Z uitwisseling
Doelstellingen van de Z-Z uitwisseling
Aangevraagd budget in EURO(details in annex, mogen in plaatselijke munt)
Kader Zuid-Zuid uitwisseling, VVSG
- 4/5
Periode Voorlopig programma Z-Z uitwisseling
Kader Zuid-Zuid uitwisseling, VVSG
- 5/5