opleidingspartner in het
Jaarverslag 2014 Benaming en doel De vzw West-Vlaamse Brandweerschool werd in de Algemene Vergadering van 23 juni 1999 omgevormd in de vzw “West-Vlaams Opleidingscentrum voor Brandweer-, Reddings- en Ambulancediensten" (afgekort vzw WOBRA). De vzw WOBRA heeft tot doel zich in te zetten voor de problematiek van de civiele hulpverlening en in het bijzonder voor opleiding, advies en organisatie in dat verband. Daartoe behoren in het bijzonder het onderricht in verband met het voorkomen en bestrijden van brand en aanverwante gevaren, het onderricht in verband met het toedienen van eerste hulp bij ongevallen en dringende medische hulpverlening, het onderricht bij het redden van personen en het onderricht inzake rampenbestrijding. Deze opsomming is niet limitatief.
Personeel Er zijn vier voltijdse betrekkingen voor het secretariaat van het WOBRA. Een secretaris, en drie administratief medewerkers. Voor elke opleidingszuil is een opleidingscoördinator in dienst. Voor de brandweeropleidingen is dat een voltijdse betrekking, voor de opleidingen redder aan zee betreft het een deeltijdse (1/5e) functie en voor de opleidingen hulpverlener-ambulancier betreft het een voltijdse functie die ook ter versterking van de opleidingscoördinator brandweeropleidingen kan ingezet worden. Voor de technische ondersteuning zijn er twee technisch medewerkers in dienst. Zij verrichten echter ook diverse taken binnen de globale werking van het POV. Voor de lessen werkt Wobra met freelance lesgevers met contract van bepaalde duur en bepaald werk. Zo werden in het dienstjaar 309 lesgevers ingezet. Zij stonden in voor 13.537 lesuren.
De brandweeropleiding Reguliere opleidingen: De brandweeropleiding is gereglementeerd door het Koninklijk Besluit van 8 april 2003 betreffende de opleiding van de leden van de openbare hulpdiensten. Voor haar opleiding beschikt het WOBRA over 6 lescentra gevestigd in brandweerkazernes van Brugge, Roeselare, Kortrijk, Oostende, Poperinge en Veurne. In de centra Brugge, Roeselare en Kortrijk zijn er ook oefenkelders ter beschikking.
de
Sedert begin 2009 gebruikt de vzw Wobra ook de infrastructuur van het Provinciaal Opleidingscentrum te Zedelgem voor specifieke brandweeropleidingen. In 2014 werden volgende opleidingen ofwel gestart ofwel afgewerkt, ofwel beide: Het brevet Brandweerman wordt jaarlijks georganiseerd en neemt 130 lesuren in beslag. In 2014 waren er;
165 ingeschreven kandidaten; 6 annulaties voor de cursus Er werd opleiding gegeven in 8 lesgroepen; 134 geslaagden voor de volledige opleiding en bekwamen het brevet; Kandidaten bekwamen een slaagattest voor een bepaalde module; 7 slaagattesten voor Brandbestrijding en Hulpverlening, 18 slaagattesten voor Persoonlijke Bescherming, 8 slaagattesten voor Levensreddende Handelingen Deze slaagattesten geven hen een vrijstelling voor desbetreffende modules.
Grafiek resultaten Brandweerman 2014: Cijfers houden rekening met het aantal cursisten die hebben geannuleerd of gestopt zijn tijdens de cursus.
Brandweerman 2014: resultaten Inschrijvingen 162
139
BBHV
Geslaagd
152 147
153 138
138 134
PEBE
LERE
GIPO
165
134
BREVET
De opleiding Korporaal 2013/2014 werd aangevat in september 2013. De examens worden afgesloten met een 2° zittijd in februari 2014. Het brevet Korporaal wordt tweejaarlijks georganiseerd en neemt 80 lesuren in beslag; in 2013 waren er;
251 ingeschreven kandidaten; 5 cursisten hebben geannuleerd en 5 cursisten zijn gestopt 8 groepen voor de verplichte modules Brandbestrijding en Hulpverlening en Pompen en Bedienen van Tuigen; 3 groepen voor de keuzemodule Pompbediening en Besturen van Voertuigen; 5 groepen voor de keuzemodule Reddingen;
De examens 1° zittijd werden reeds afgelegd. De examens 2° zittijd werden gepland in februari 2014.
168 geslaagden voor de volledige opleiding en bekwamen het brevet; Kandidaten bekwamen een slaagattest voor een bepaalde module; 11 slaagattesten voor Brandbestrijding en Hulpverlening, 11 slaagattesten voor Pompen en Bedienen van Tuigen, 10 slaagattesten voor Pompbediening en Besturen van Voertuigen, 42 slaagattesten voor Reddingen,
Deze slaagattesten geven hen een vrijstelling voor desbetreffende modules.
Korporaal 2013: resultaten Inschrijvingen 233
179
225
Geslaagd 251
179
173 153
168
65 57
BBHV
POBT
PBBV
REDD
BREVET
De opleiding Officier 2014 werd aangevat in maart 2014. Het brevet Officier wordt vierjaarlijks georganiseerd en neemt 100 lesuren in beslag; in 2014 waren er;
45 ingeschreven kandidaten;
1 groep werd voorzien voor de verplichte modules; Brandbestrijding en Hulpverlening, Organisatie van de Hulpdiensten, Verbindingen en Communicatiemiddelen. Voor de modules Human Resources Management en keuzemodule Instructeur werd de groep in twee subgroepen ingedeeld.
De examens 1ste zittijd voor de modules Brandbestrijding en Hulpverlening, Organisatie van de Hulpdiensten, Verbindingen en Communicatiemiddelen werden afgenomen in juni. Deze voor de modules Human Resources Management en keuzemodule Instructeur werden afgenomen in november.
De 2de zittijd is voorzien in februari 2015. De eindresultaten zullen dan ook worden opgenomen in het verslag van 2015.
Resultaten na 1ste zittijd:
14 geslaagden voor de volledige opleiding en bekwamen het brevet na de 1 ste zittijd;
Kandidaten bekwamen een slaagattest voor een bepaalde module; 14 slaagattesten voor Brandbestrijding en Hulpverlening, 10 slaagattesten voor Organisatie van de Hulpdiensten, 10 slaagattesten voor Verbindingen en Communicatiemiddelen, 21 slaagattesten voor Human Resources Management, 23 slaagattesten voor Instructeur.
Officier 2014: resultaten na 1ste zittijd Inschrijvingen
41
41 28
40 24
Geslaagd
40
35
42
37
45
24 14
BBHV
ORHD
VECO
HURM
INSTR
BREVET
De opleiding Sergeant 2014 werd aangevat in maart 2014. Het brevet Sergeant wordt tweejaarlijks georganiseerd en neemt 80 lesuren in beslag; in 2014 waren er;
119 ingeschreven kandidaten; 3 cursisten hebben geannuleerd en 10 cursisten zijn gestopt 5 groepen voor de verplichte modules Brandbestrijding en Hulpverlening en Organisatie- Human Resources Management; 3 groepen voor de keuzemodule Bevelvoering Operaties; 2 groepen voor de keuzemodule Gevaarlijke Stoffen;
51 geslaagden voor de volledige opleiding en bekwamen het brevet; Kandidaten bekwamen een slaagattest voor een bepaalde module; 9 slaagattesten voor Brandbestrijding en Hulpverlening, 21 slaagattesten voor Organisatie- Human Resources Management,
15 slaagattesten voor Gevaarlijke Stoffen, 8 slaagattesten voor Bevelvoering Operaties,
Sergeant 2014: resultaten Inschrijvingen
Geslaagd 119
112
111 59
BBHV
66
OHRM
52
61 37
GVST
51
32
BVOP
BREVET
De opleiding Sergeant 2014, BIS werd aangevat in september 2014. Het brevet Sergeant neemt 80 lesuren in beslag; in 2014 voor de BIS waren er;
103 ingeschreven kandidaten; 3 cursisten hebben geannuleerd 4 groepen voor de verplichte modules Brandbestrijding en Hulpverlening en Organisatie- Human Resources Management; 3 groepen voor de keuzemodule Bevelvoering Operaties; 1 groep voor de keuzemodule Gevaarlijke Stoffen;
De verplichte modules Brandbestrijding en Hulpverlening en Organisatie- Human Resources Management werden afgewerkt in het najaar en de examens 1ste zittijd werden afgenomen in december. De keuzemodules Bevelvoering Operaties en Gevaarlijke Stoffen worden gegeven in januari 2015. De resultaten examens zullen dan worden opgenomen in het verslag 2015.
Specialisatieopleiding brandweerduiker: In het kader van het Ministerieel Besluit van 07 juni 2010, betreffende het getuigschrift en de opleiding duiker voor de leden van de openbare hulpdiensten werden in 2014 proeven georganiseerd voor de verlenging van dit getuigschrift. In het MB wordt bepaald dat het getuigschrift duiker een geldigheidsduur heeft van 5 jaar vanaf de deliberatie die het examen over de laatste module van de opleiding afsluit. De geldigheidsduur wordt verlengd, met telkens vijf jaar, onder de volgende voorwaarden:
-
Het slagen in een test georganiseerd door een van de in artikel 2 vermelde opleidingscentra; Het uitvoeren van minstens zes duiken per jaar in het kader van oefeningen of interventies van de hulpdiensten
In het najaar 2014 werden dan ook deze proeven georganiseerd. Deze proeven werden afgenomen in de Blaarmeersen in Gent. Deze proeven werden afgenomen in 6 voorziene sessies en een sessie 2de zittijd. Er waren 107 duikers ingeschreven voor het afleggen van de proeven. 8 hebben niet deelgenomen. 90 duikers op 99 deelnemers zijn geslaagd voor hun proeven en krijgen een verlenging van hun getuigschrift voor 5 jaar. 9 duikers zijn niet geslaagd.
Specialisatieopleiding gaspakdrager: Er werd vanuit WOBRA dit jaar een dossier gaspakdragers ingediend bij de Commissie Gelijkstelling en Vrijstelling, zodat de gaspakdragers straks in het voorjaar 2015, kunnen worden ingeschaald om het getuigschrift Gaspakdrager te kunnen verlengen met 3 jaar. Dit conform het MB 17 JULI 2013. - Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 22 november 2004 betreffende het getuigschrift en de opleiding van gaspakdrager. Dit besluit is in werking getreden op 01 september 2012. « HOOFDSTUK IV/1. - De geldigheidsduur en de verlenging van de geldigheidsduur van het getuigschrift van gaspakdrager Art. 11/1. Het getuigschrift van gaspakdrager heeft een geldigheidsduur van drie jaar, vanaf de deliberatie die het in artikel 10 bedoelde examen afsluit. Art. 11/2. De geldigheidsduur wordt verlengd, met telkens drie jaar, onder volgende voorwaarden : 1° het voldoen aan de toelatingsvoorwaarden bepaald in artikel 3; 2° het deelnemen aan minstens zes uren training gaspakdrager per jaar, te bewijzen door middel van een verklaring van de dienstchef; 3° het volgen van een module voortgezette opleiding van zes uren, bij een van de in artikel 2 vermelde opleidingscentra, bestaande uit : - één uur theoretische opleiding; - twee uren controle van materieel;
- drie uren praktische oefeningen; 4°. het slagen in een examen dat een schriftelijk en praktisch gedeelte omvat en dat georganiseerd wordt door een van de in artikel 2 vermelde opleidingscentra. De module voortgezette opleiding van 6 uur, waarvan sprake in het besluit, zal voor een kleine 400 gaspakdragers in onze provincie worden georganiseerd in het voorjaar 2015.
Provinciaal Opleidingscentrum voor Veiligheidsdiensten te Zedelgem: In de loop van 2009 werd te Zedelgem een Provinciaal Opleidingscentrum voor Veiligheidsdiensten opgestart. Intussen worden reeds heel wat opleidingen daar georganiseerd. 1° Technische Hulpverlening bij Verkeersongevallen voor korpsen Er werden in 2014, 8 dagopleidingen gegeven, telkens voor 8 deelnemers per sessie. Er werden in 2014, 64 deelnemers opgeleid. De korpsopleidingen Technische hulpverlening werden ook in 2014 wat verdrongen door het prioritair aanbieden van de Snelste adequate Hulp, bijscholing voor (onder)officieren, module Technische Hulpverlening.
2° CFBT (Compartiment Fire Behaviour Training), houtgestookte container Voor dit soort trainingen beschikt WOBRA over een 40-tal instructeurs. Elke instructeur heeft een minimum specifieke opleiding van 8 dagen genoten om instructeur te kunnen worden. Een groot deel van onze instructeurs volgde ook een internationale gevorderden opleiding in CFBT. AANTAL OPLEIDINGEN CFBT (houtgestookte container) In 2014 werden volgende opleidingen gegeven in de houtgestookte containers te Zedelgem: In tegenstelling tot voorgaande jaren werden vanuit het KCCE geen rechtstreeks gesubsidieerde opleidingen verdeeld aan de korpsen. Korpsen konden wel op eigen initiatief bij WOBRA opleiding komen volgen. WOBRA kan dan op haar beurt een subsidie aanvragen bij het KCCE.
-
Voor de cursisten Brandweerman 2014 werden 26 dagopleidingen voorzien telkens voor 6 deelnemers, is 156 deelnemers; Vanuit onze brandweerkorpsen werden ook nog opleidingen geboekt. Er werden 25 dagopleidingen gegeven voor een totaal van 150 deelnemers. Er werden ook nog 7 sessies SAH voor bevelvoerders ingericht. Binnen de module Binnenbrandbestrijding werden voor deze sessie 28 dagopleidingen voor telkens 6 deelnemers ingericht en dit voor een totaal van 168 deelnemers
Er werden in 2014, 79 opleidingen CFBT gegeven aan 474 deelnemers. Internationale opleidingen CFBT: WOBRA heeft op vandaag op twee attackcontainers waar CFBT trainingen worden gegeven. PIVO ( school Vlaams Brabant) heeft een multi-container opstelling gecreëerd, de T-cell, dit mede met een aantal instructeurs van WOBRA, die ook reeds een aantal buitenlandse opleidingen hebben gevolgd en zo heel wat expertise hebben opgebouwd. In dit opleidingsobject kan men een stap verder gaan en dit vooral om bevelvoerders te trainen in een realistische omgeving om vooral techniek en tactische vaardigheden aan te leren en te trainen. Het concept van een T-cell werd in Australië ontwikkeld door John Mcdonough. Het is dan ook John, die samen met onze instructeur Karel Lambert, deze opleiding heeft verzorgd. In de loop van 2014 werd bij WOBRA ook een T-cell geconstrueerd op de nieuwe oefenplaat. In augustus werd deze dan door onze instructeurs ingebrand en goed bevonden. In september 2014 werden bij WOBRA 2 internationale weken georganiseerd voor CFBTinstructeurs in de T-cell. De deelnemers kwamen uit Hong Kong, Duitsland, Nederland, Spanje, België. Aan deze opleiding hebben ook WOBRA instructeurs deelgenomen. In PIVO werden dit jaar ook 3D firefighting cursussen gegeven wat een vervolgopleiding is op de T-cell. Deze opleiding werd ook gegeven door de internationale instructeurs. 7 van onze WOBRA instructeurs hebben aan deze internationale opleiding deelgenomen.
3° 7° jaar integrale veiligheid: In het Technisch secundair onderwijs geeft men een nieuwe richting, 7° jaar integrale veiligheid. 2 scholen in West-Vlaanderen hebben zich geëngageerd om deze richting aan te bieden. KA Roeselare en SiVi Torhout. START VAN schooljaar 2012-2013: Voor het schooljaar 2012-2013 werd voor het 7de jaar veiligheid niet meer de volledige 130 uur opleiding van brandweerman gegeven, maar een light versie. Een verlicht programma, gericht op de voorbereiding en het vertrouwd worden met de sector. Dit werd beslist door de kabinetten van de BiZa en Onderwijs. De voorgaande jaren werd dit wel gedaan. De reden van een light versie is de enorme opleidingskost voor deze opleiding en waarbij de aanwerving van leerlingen in de brandweersector nog geen 10% bedraagt.
Dit programma bestaat uit 3 delen. Het kan recht geven op een slaagattest van module 3 van de opleiding “brandweerman“ (blijft 5 jaar geldig), alsook op 3 andere certificaten: - Brandwacht - Ploeglid eerste interventie - Nijverheidshelper Inhoud: Deel 1: Initiatie brandweerman; brandbestrijding en ontzetting; zijnde 30 uren theoretische en praktische opleiding in de brandweerschool. Het onderdeel kleine blusmiddelen wordt waar nodig aangevuld om aan het certificaat „Ploeglid eerste interventie‟ te voldoen. Dit deel 1 wordt gegeven in de brandweerscholen, door instructeurs van de brandweerscholen, vaak in kleinere groepen en met meerdere instructeurs of praktijkbegeleiders aanwezig. Deel 2: Werkplekleren; zijnde 17 uren kennismaking met het terrein en lessen op locatie. Dit kan een brandweerkazerne zijn of een andere locatie zoals bvb een ziekenhuis, een rusthuis, een groot bedrijf, … Dit deel 2 wordt dus gegeven buiten de brandweerscholen, met andere begeleiders die de school aantrekt, zoals leden van het brandweerkorps waar men bvb te gast is of de veiligheidsverantwoordelijke van bvb. het bezoekende rusthuis. Deel 3: Levensreddende handelingen; zijnde 20 uren theoretische en praktische opleiding. Dit is de volledige derde module zoals die in de reguliere brandweeropleiding zit. Dit deel kan ofwel in de brandweerschool worden gegeven, met instructeurs van de brandweerschool, maar kan evengoed worden gegeven in de secundaire school, door een verpleegkundige of door het rode kruis. Aan deel 3 wordt nog een bijkomend hoofdstuk toegevoegd voor het gebruik van de automatische defibrillator, zijnde 8 uren theoretische en praktische opleiding. Dit hoofdstuk kan worden gegeven door de brandweerschool of door ieder ander competent lesgever (verpleegkundige, rode kruis) Voor het schooljaar 2013-2014 zijn 115 leerlingen gestart. De opleiding liep uiteraard tot einde schooljaar, eind juni 2014. De leerlingen kregen de nodige attesten van de gevolgde pakketten. Voor het schooljaar 2014-2015 zijn 140 leerlingen gestart. 4° SAH (Bijscholing voor bevelvoerders in het kader van de SAH): Bijscholing voor bevelvoerders was een van de actiepunten opgenomen in de overeenkomst betreffende de brandweerhervorming, met name de snelste adequate hulp. Elke bevelvoerder die in het kader van de snelste adequate hulp op de eerste autopomp effectief fungeert als bevelvoerder, moet een bijscholing krijgen. Dit bijscholingstraject omvat 3 modules voor een totaal van 54 uur. Elke bevelvoerder kan dit traject over 3 jaar spreiden en per jaar 1 module volgen bij de brandweerschool. Het WOBRA heeft zich geëngageerd om dit traject aan te bieden vanaf 2012. In 2013 hebben we dit traject verder gezet. Hiervoor werden reeds instructeurs CFBT, instructeurs THV en instructeurs Gevaarlijke Stoffen ingezet.
Inhoud: Module 1: Binnenbrandbestrijding: 18 uur Theorie 1. Inleiding 2. Realistisch brandverloop 3. Gevaarlijke brandfenomenen 4. G-RSTV 5. Straalpijptechnieken 6. Tactische ventilatie Praktijk 1. Vernieuwde kijk op aflegsysteem (O-bundel) 2. Directe en indirecte blussing 3. Gecombineerde straalpijptechnieken 4. 3 D rookgaskoeling 5. Straalpijptechnieken grote en brede ruimten 6. Blustechnieken FO – H-container 7. Vorderingstechnieken
Module 2: Technische Hulpverlening: 15 uur Theorie 1. Inleiding 2. Wat is een ongeval 3. Patiëntgericht redden 4. De brandweertaak 5. Inzetprocedure ongeval 6. Hydraulische gereedschappen 7. Bevelvoering 8. Inzetstrategieën 9. Speciale gevallen 10. Tips en trucs Praktijk 1. Basistechnieken – Voertuig op vier wielen 2. Voertuig op zijde tegen voorwerp 3. Voertuig op dak in gracht 4. Voertuig onder trailer (tot tegen dashboard) 5. Voertuig waar bovenop een vrachtwagen staat 6. Voertuig op zijn dak op vangrail 7. Voertuig onder trein 8. Kettingbotsing op autosnelweg
Module 3: Gevaarlijke stoffen: 21 uur Theorie en Praktijk 1. Inleiding en herhaling basisprincipes 2. Herkennen van de gevaarlijke stoffen 3. Pijpleidingen (herhaling HD en introductie MD en LD) 4. Zuurstof- en explosiemeting 5. Andere meettoestellen 6. Radioactiviteit 7. Kaartlezen – gecombineerde kaarten 8. Procedure gevaarlijke stoffen 9. Zonaal meetplan en meetploegen 10. Eric-cards en andere hulpmiddelen 11. Blusmiddelen in de praktijk 12. Cases Eindtermen: Module 1: Binnenbrandbestrijding Kennen: 1) de verschillende soorten blustactiek bij binnenbranden 2) de verschillende soorten brandfenomen . Kunnen: 1) het kunnen lezen van een brand door toepassing van G-RSTV 2) leiding geven en aansturen van een ploeg bij binnenbrandbestrijding 3) gevaren van brand kunnen inschatten Module 2: Technische hulpverlening Kennen: de laatste technieken en strategieën met betrekking tot de technische hulpverlening bij ongevallen met geknelden. Kunnen: Op een gestructureerde manier leiding geven bij interventies technische hulpverlening bij ongevallen met geknelden Module 3: Gevaarlijke stoffen Kennen: 1) de verschillende natuurkundige basisprincipes 2) Begrippen rond brand- en explosiegevaar, vergiftigingsgevaar en radio-activiteit 3) de verschillende meettoestellen en procedures die gebruikt kunnen worden bij interventies met gevaarlijke stoffen Kunnen: 1) organiseren van metingen 2) werkzaamheden uitvoeren in situaties met gevaarlijke stoffen Iedere instructeur CFBT en THV heeft een dag bijscholing gekregen in het najaar 2012, dit om optimaal de opleidingen te kunnen voorbereiden en aan de cursisten een kwaliteitsvolle opleiding te kunnen aanbieden.
In 2014 hebben we volgende opleidingen in het kader SAH, bijscholing bevelvoerders gegeven: Module 1:Binnenbrandbestrijding: Er werden 7 sessies gegeven telkens aan 24 deelnemers. Is 168 deelnemers. Module 2: Technische Hulpverlening: Er werden 6 sessies gegeven telkens aan 24 deelnemers. Is 144 deelnemers. Module 3: Gevaarlijke Stoffen: Er werden 5 sessies gegeven telkens aan 24 deelnemers. Is 120 deelnemers. 5° Beveiliging interventies openbare weg: Op 4 maart 2008 verscheen een Ministeriële omzendbrief inzake de bevoegdheid van de brandweer tot het regelen van het wegverkeer bij een interventie op de openbare weg. In de loop van 2011 werd een SOP (standaard operatieprocedure) uitgetest en goedgekeurd. De in de omzendbrief bedoelde opleiding werd ontwikkeld en in het najaar 2011 werden voor onze provincie 4 trainers opgeleid door het KCCE. Er werd in de Hoge Raad opleiding een opleidingsfiche voor het basisniveau en een opleidingsfiche voor het bevelvoerders niveau goedgekeurd. Basisniveau: Inhoud opleiding: 1°. Het belang van beveiliging 2°. Het te gebruiken materiaal 3°. De afbakening 4°. De verkeersregeling 5°. De opstelling van voertuigen 6°. De standaard procedures op sec. wegen 7°. De standaard procedures op snelwegen Eindtermen: De kandidaat moet: - kennis hebben van de uitrukprocedure voor het beveiligingsvoertuig; - kennis hebben van de diverse types van wegen en hun mogelijke gevaren; - kennis hebben van het belang van de aangewezen signalisatiekledij; - kennis hebben van de beschikbare uitrusting van het beveiligingsvoertuig en moet deze kunnen gebruiken; - de procedure voor het afbakenen van de interventiezone kennen en kunnen toepassen; - in staat zijn de veiligheid van de interventiezone en het personeel te waarborgen door de wettige verkeersbevelen te geven in afwachting van de politie; - de te hanteren gedragsregels bij interventies op de openbare weg kennen en kunnen toepassen.
Bevelvoerdersniveau: Inhoud opleiding: 1°. Samenvatting van de opleiding op het niveau ‘Brandweerman’ ; 2°. De wetgeving; 3°. De opstelling van commandovoertuigen en de rol van de bevelvoerder; 4°. Het multidisciplinair overleg i.f.v. de beveiliging; 5°. De variatie op de standaard procedures. Eindtermen: De kandidaat moet: kennis hebben van het wettelijke kader van de beveiliging van interventies op de openbare weg; kennis hebben van de inzetbaarheid en de uitrukprocedure voor het beveiligingsvoertuig; kennis hebben van de diverse types van wegen en hun mogelijke gevaren; moet kennis hebben van het belang van de aangewezen signalisatiekledij; kennis hebben van de beschikbare uitrusting van het beveiligingsvoertuig en het toepassingsveld ervan; de verschillende signalisatiemiddelen kennen en het gebruik ervan kunnen bevelen; de procedure voor het afbakenen van de interventiezone kennen en moet het toezicht hierop kunnen uitvoeren; de te hanteren gedragsregels bij interventies op de openbare weg kennen en kunnen doen naleven; inzicht hebben in de verkeerssituatie; op een adequate manier kunnen communiceren met andere disciplines op het terrein. WOBRA heeft in juni 2012 een train the trainer cursus georganiseerd, dit om te kunnen beschikken over extra instructeurs. Er werden per zone 12 instructeurs opgeleid. Vanaf het najaar konden de zones deze opleidingen beginnen organiseren. Alle lestools werden ter beschikking gesteld van de opgeleide instructeurs. In 2014 werden volgende opleidingen gegeven: - Basisniveau: Er werden In Lc Poperinge 2 sessies gegeven aan 51 deelnemers. Er werden in Lc Kortrijk 6 sessies gegeven aan 141 deelnemers. Er weren in Lc Roeselare 3 sessies gegeven aan 68 deelnemers. - Bevelvoerdersniveau: Er werd in Lc Poperinge 1 sessie gegeven aan 22 deelnemers. Er werd in Lc Roeselare 1 sessie gegeven aan 18 deelnemers. Er werden in 2014 voor het basisniveau 11 sessies gegeven aan 260 deelnemers.
Er werden in 2014 voor het bevelvoerdersniveau 2 sessies gegeven aan 40 deelnemers.
6° ASBEST: In het kader van het omgaan met ASBEST bij interventies van de brandweer werd door het KCCE een opleiding gecreëerd. Trainers werden opgeleid voor elke school. Deze opleiding werd door WOBRA aangeboden aan de korpsen. In 2014 hebben we 10 sessies ingericht voor telkens 24 deelnemers = 240 deelnemers
7° Projecten: De vzw West-Vlaams Opleidingscentrum voor Brandweer-, reddingsen ambulancediensten (WOBRA) is toegetreden tot de koepelorganisatie vzw West-Vlaams Facilitair Instituut voor de Veiligheidsdiensten (WFIV). Deze vereniging heeft tot doel, met uitsluiting van elk winstoogmerk: zich in te zetten voor de problematiek van de door de overheid gereglementeerde openbare veiligheid en hulpverlening, zowel de politionele als de civiele veiligheid, vanuit een multidisciplinaire en geïntegreerde visie; - in het bijzonder door het ter beschikking stellen van mensen en middelen om de diverse opleidingsinstituten en opleidingsinitiatieven te ondersteunen in hun activiteiten en dit op het vlak van ondermeer de administratieve, juridische, financiële en logistieke werking; - het uitbouwen van een multidisciplinaire oefen- en trainingsinfrastructuur die ter beschikking wordt gesteld van de diverse opleidingsinstituten en opleidingsinitiatieven; - haar kennis en infrastructuur ter beschikking te stellen van de private en publieke sector voor zover deze activiteiten verenigbaar zijn met het doel van de vereniging en ten gunste komen aan de exploitatie. Deze opsomming is niet limitatief. -
De vzw WFIV beschikt thans al over de nodige infrastructuur in het Provinciaal Opleidingscentrum voor de Veiligheidsdiensten (POV) te Zedelgem, waarbinnen de vzw WOBRA zal overgaan tot het inrichten van een vuurhal en oefenplaat voor het plaatsen van houtgestookte containers. Volgende motivering schraagt de uitbouw van een vuurhal: 1. België en Vlaanderen profileren zich als een distributieland en -regio. Ook de provincie West-Vlaanderen zet zich daar ten volle voor in. West-Vlaanderen beoogt: o een Europese topregio te zijn op het gebied van industriële logistiek zodat de concurrentiële positie van de West-Vlaamse productiebedrijven continu verbetert; o de West-Vlaamse gateways uit te bouwen tot efficiënte draaischijven in de logistieke ketens van verladers. (Logistieke Poort West-Vlaanderen, WES, Facetten van West-Vlaanderen nr. 56, blz 54) Opslag, overslag en distributiebedrijven zijn een specifiek industrieel risico dat voor de brandweer specifieke risico’s oplevert (hoogte, opslag in rekken met snelle
brandvoortplanting…). Deze bedrijven zijn in de meeste gevallen uitgerust met actieve brandbeveiligingsinstallaties. Deze actieve brandbeveiligingsinstallaties zijn een wezenlijk onderdeel van de nieuwe voorschriften voor industriële gebouwen (van toepassing op alle industriegebouwen, dus ook op gebouwen voor processen en opslag). Deze nieuwe voorschriften zijn opgenomen in bijlage 6 van de basisnormen. De brandweer wordt in de toekomst zeker geconfronteerd met brandbestrijding, die beïnvloed wordt door deze actieve brandbeveiligingsinstallaties (Rook- en Warmte Afvoer – RWA, gestuurd door detectie, sprinkler,…). De brandweer dient zich hierop voor te bereiden gedurende de ganse cyclus van de veiligheidsketen (proactie, preventie, preparatie, bestrijding en nazorg). Een realistische training-, oefen- en testsite is dan ook noodzakelijk om de brandweerdiensten voor te bereiden op deze nieuwe ontwikkelingen. Het POV – West-Vlaanderen en de vzw WOBRA hebben de ambitie om op dit vlak uit te groeien tot een kenniscentrum dat ten dienste staat van alle brandweerkorpsen. 2. Een tweede belangrijke pijler van de nieuwe oefeninfrastructuur is de invloed van de recente ontwikkeling inzake berekeningsmethodes (CFD – Computational Fluid Dynamics) die meer en meer zuivere prescriptieve benadering van preventie aanvullen of vervangen. Om de brandweer (en andere belangrijke actoren) hierin voldoende achtergrondinformatie te geven en de brandweer voldoende bekend te maken met Fire Safety Engineering is een vuurhal met realistische afmetingen waarin berekeningsmethoden worden getoetst met de realiteit zeer zinvol. De wetenschappelijke meerwaarde van deze mogelijkheid is niet te onderschatten. Ook de samenwerking met Universiteiten en andere onderzoeksinstituten kan hier leiden tot een dynamiek in het onderzoek naar brand en gedrag van rookgassen. Gedurende het jaar 2012 zijn heel wat voorbereidende vergaderingen geweest, waar stilaan het masterplan voor de uitbouw van een oefensite, vorm kreeg. Dit zou moeten de aanzet geven om in 2013 te kunnen overgaan tot het verwerven van een bouwvergunning, de plannen te concretiseren en te kunnen overgaan tot het starten van de bouwwerken. In de nieuwe vuurhal zullen opleidingen kunnen worden gegeven aan bedrijven en korpsen en zou deze uiteraard het oefengebouw in Roeselare vervangen. In 2013 werden intussen de bouwvergunning en milieuvergunning bekomen voor de uitbouw van een oefenplaat en de vuurhal. Bestek voor de eerste fase werd geschreven en gepubliceerd, namelijk het bestek voor het aanleggen van de oefenplaat, aanleg wegenis, aanleg waterbuffer en grondwerken voor de vuurhal. Deze werken werden gegund en gingen van start gaan begin 2014. Intussen werd de oefenplaat gefinaliseerd, werd de waterbuffer aangelegd en werd de verbindingsweg aangelegd van de site naar de plaat. In augustus werd onze T-cell containeropstelling gefinaliseerd op de oefenplaat en werd deze reeds gebruikt voor een internationale opleiding. In september werden de werken gestart aan de vuurhal. Intussen staan deze werken wat betreft de ruwbouw reeds in een ver gevorderd stadium. Bedoeling is dat de vuurhal zou kunnen worden gebruikt tegen het verlof van 2015.
Ook de verbouwingswerken voor blok M, die zal dienen als facilitair gebouw voor de opleidingen, zijn reeds ver gevorderd. In blok M zijn ook de werken bezig voor een eigen labo perslucht. De aankopen zijn hiervoor gebeurd. We zullen in 2015 het grootste deel van persluchtapparatuur voor warme oefeningen in eigen beheer doen.
Opleidingen Oefencentrum Roeselare 2014. Binnenbrandbestrijding: Gedurende het jaar 2014 werden 11 opleidingen Binnenbrand gegeven aan diverse korpsen. Per opleiding binnenbrand worden 6 deelnemers opgeleid gedurende 6 uur. Dit maakt dat 66 mensen werden opgeleid van diverse korpsen. Daarenboven werden nog eens 90 deelnemers (15 opleidingen) van het korps Roeselare praktisch opgeleid. Tijdens de reguliere cursus brandweerman werden ook 145 kandidaten (13 opleidingen) voor drie uur opgeleid in het oefencentrum, dit op vuurgewenning en tactiek Binnenbrandbestrijding. Totaal hebben we 39 opleidingen binnenbrand gegeven en dit aan 301 deelnemers.
Opleidingen Binnenbrandbestrijding 2012
2013
2014 168 156 145
90 90 90 48 54 8 9 11
66
15 15 15
13 14 13
De opleidingen bedrijfsbrandweer
1° In het oefencentrum Roeselare In het oefencentrum Roeselare werden volgende opleidingen gegeven; Bedrijfsopleiding: Basisopleiding Brandbestrijding voor Bedrijven: Er werden 39 basisopleidingen gegeven aan gemiddeld 12 deelnemers per opleiding. Dit maakt een totaal van 468 deelnemers. Opleiding Brandbestrijding en Adembescherming voor het STCW brevet: Er werden 29 tweedaagse opleidingen gegeven voor deelnemers STCW. Dit maakt een totaal van 348 deelnemers. Opleiding Brandbestrijding en Adembescherming voor STCW brevet, refresher course: Er werden 12 dagopleidingen gegeven voor deelnemers STCW. Dit maakt een totaal van 144 deelnemers. Opleiding Brandbestrijding voor HORECA: Er werden 5 dagopleidingen Brandbestrijding voor HORECA-personeel gegeven. 60 deelnemers werden opgeleid. Opleiding Brandbestrijding voor IPV: Er werden geen dagopleidingen voedingsnijverheid gegeven.
Brandbestrijding
voor
personeel
uit
de
Opleiding brandbestrijding gevorderden: Er werden 2 opleidingen gegeven. 24 deelnemers werden opgeleid. Opleiding Adembescherming voor Bedrijven: Er werden 3 opleidingen Adembescherming gegeven aan deelnemers van bedrijven. In totaal werden 18 deelnemers opgeleid. Opleiding Kleine Blusmiddelen – EHBO – CPR, praktijk: Er werd 1 opleiding voorzien van 4 uur voor INFRAX, BRBE, EHBO en CPR en dit voor 30 deelnemers. Er werden 8 geboekte opleidingen geannuleerd. Samengevat betekent dit dat 1.092 mensen deelnamen aan 91 opleidingen voor bedrijven in het oefencentrum Roeselare. In totaal werden in 2014 in het oefencentrum Roeselare 130 opleidingen gegeven aan 1.393 deelnemers.
Bedrijfsopleidingen 2014 2012 49 4239
2013
2014
43 3229 13 4
BRBE basis
12 2
BRBE gevord.
0 0 STCW basic
STCW basic refresh
13 6
1
5
Horeca
5 3 0 IPV
2 3 Ademb.
0 0 1 Infrax
2° Bedrijfsopleidingen andere Lescentra: Lescentrum Brugge: Basisopleiding Brandbestrijding voor Bedrijven: Er werden 5 basisopleidingen Brandbestrijding voor bedrijven gegeven in het lescentrum Brugge aan 12 deelnemers per opleiding. Dit maakt een totaal van 60 deelnemers. Er werden 4 opleidingen Adembescherming gegeven aan deelnemers van bedrijven. In totaal werden 24 deelnemers opgeleid. Lescentrum Kortrijk: Basisopleiding Brandbestrijding voor Bedrijven: Er werd 1 basisopleiding Brandbestrijding voor bedrijven gegeven in het lescentrum Kortrijk aan 12 deelnemers per opleiding. Dit maakt een totaal van 12 deelnemers. Lescentrum Veurne: Basisopleiding Brandbestrijding voor Bedrijven: Er werden 3 basisopleidingen Brandbestrijding voor bedrijven gegeven in het lescentrum Brugge aan 12 deelnemers per opleiding. Dit maakt een totaal van 36 deelnemers. Totaal bedrijfsopleidingen Oefencentrum Roeselare en andere lescentra: Basisopleiding Brandbestrijding: 48 opleidingen aan 576 deelnemers Opleiding voor het STCW brevet: 29 opleidingen aan 348 deelnemers Opleiding Brandbestrijding en Adembescherming voor STCW brevet, refresher course: 12 opleidingen aan 144 deelnemers
Opleiding Brandbestrijding voor HORECA: 5 opleidingen aan 72 deelnemers Opleiding Adembescherming voor Bedrijven: 7 opleidingen aan 42 deelnemers Opleiding brandbestrijding gevorderden:2 opleidingen aan 24 deelnemers Opleiding Kleine Blusmiddelen – EHBO – CPR, praktijk: 1 opleiding aan 30 deelnemers Totaal opleidingen Bedrijven 2014: 104 opleidingen Totaal deelnemers Bedrijven 2014: 1.236 deelnemers
Opleiding “ Redder aan Zee” Algemeen
In september 2014 startte de vzw voor de achttiende keer met haar opleiding “Redder aan Zee”. De opleiding “Redder aan Zee” bestaat uit een basisopleiding, de bekwaamheidsproeven en een gespecialiseerde opleiding tot postoverste. De basisopleiding loopt over twee kalenderjaren.
Evolutie aantal inschrijvingen 600 500 400
504 436
432
421
397
300
Aantal rechtmatig ingeschreven kandidaten
200 100 0 2010
2011
2012
2013
2014
Rechtmatig ingeschreven kandidaten zijn kandidaten die voldoen aan de leeftijdsvoorwaarde en het inschrijvingsgeld hebben betaald. Het inschrijvingsgeld bedraagt vanaf 1/09/14 € 165 voor de kandidaten zonder vrijstelling en € 150 voor de kandidaten met vrijstelling. Aan de kandidaten die betalen na de voorgeschreven datum wordt een administratieve boete aangerekend van 10€. Aan de kandidaten met herexamens wordt er per herexamen (theorie en of praktijk) een administratieve kost aangerekend van €10.
De Basisopleiding De basisopleiding verloopt over twee kalenderjaren. De opleiding start begin september en eindigt op 31 augustus van het daaropvolgend jaar. Deze basisopleiding omvat een theoretisch gedeelte, een praktisch gedeelte zwemmen - reanimatie en een zeezwemproef. Aan de kandidaten die slagen voor het theoretisch gedeelte wordt een blijvende vrijstelling toegekend. Aan de kandidaten die slagen voor het theoretisch en het praktisch deel wordt een attest verleend. Het attest draagt als naam het jaar van het praktisch examen. Voor de opleiding 2013-2014 werd aan de geslaagden het “attest 2014” toegekend. Met dit attest konden de kandidaten aan het strand worden aangesteld voor het seizoen 2014. Aan de kandidaten die dan ook nog slaagden voor de zeezwemproeven, die omwille van de strandwatertemperatuur, pas in de zomer 2014 konden worden ingericht werd het brevet “Redder aan Zee” toegekend. Met dit brevet kunnen de redders aan het strand worden aangesteld tot en met 30 juni 2017. Vanaf 1 juli 2017 dient dit brevet te worden aangevuld met een geldig bekwaamheidsgetuigschrift. Het bekwaamheidsgetuigschrift wordt toegekend aan de redders die slagen voor de bekwaamheidsproeven. Deze bekwaamheidsproeven zorgen er voor dat onze redders zowel hun fysieke als reanimatievaardigheden onderhouden. (Zie ook hieronder bekwaamheidsproeven) De Praktijkcentra De opleiding kan worden gevolgd in één van onderstaand vernoemde centra:
Brugge – Olympiabad Adres: Doornstraat 110, 8200 Sint- Andries( Brugge) Onze opleiding maakt voor de laatste keer gebruik van dit zwembad in 2014-2015. Dit zwembad sluit definitief haar deuren op 29/03/15. Koksijde – Gemeentelijk zwembad Adres: Pylyserlaan 32, 8670 Koksijde Kortrijk – Magdalenazwembad Adres: Sint-Martens-Latemlaan 1, 8500 Kortrijk Oostende – Stedelijk zwembad Adres: Koninginnelaan 1, 8400 Oostende
De Theoriecentra De theorielessen grijpen voor de groep Oostende plaats in het Vesaliusinstituut te Oostende. In de Provincieraadszaal “ Boeverbos” te Brugge voor de groep Brugge. In de school voor
Bestuursrecht te Brugge voor de groep Kortrijk en in de Hotelschool ter Duinen voor de groep Koksijde. Overzicht huidige opleiding 2014 - 2015 Aantal kandidaten Praktijkcentrum
2013 - 2014
2014 - 2015
Brugge
138
141
Koksijde
77
80
Kortrijk
74
60
Oostende
143
116
Totaal
432
397
160
Aantal kandidaten per centrum
140 120
138
143
141
116
100 80 77
60
80
74
2013-2014
60
2014-2015
40 20 0 Brugge
Koksijde
Kortrijk
Oostende
Overzicht voorgaande opleidingen 2012-2013+ 2013-2014 Cursus 2012-2013 Aantal rechtmatige kandidaten : Aantal kandidaten die het attest “2013” behaalden Aantal kandidaten niet-geslaagd voor het geheel van de opleiding:
504 243 (48%) 261 (52%)
Cursus 2013 -2014 Aantal rechtmatige kandidaten : Aantal kandidaten die het attest “2014” behaalden: Aantal kandidaten niet-geslaagd voor het geheel van de opleiding:
432 238 (55%) 194 (45%)
Eindresultaat na de zeezwemproef 2013 en 2014 (Brevethouders) Aantal kandidaten die slaagden na de zeezwemproef in 2013: 222 (behaalden het brevet “Redder aan Zee). Aantal kandidaten die slaagden na de zeezwemproef in 2014: 226
De bekwaamheidsproeven De geldigheidsduur van het brevet “Redder aan Zee” is vanaf 2003 vastgelegd op 3 jaar. Na drie jaar moeten de kandidaten terug een bekwaamheidsproef afleggen. De bekwaamheidsproef omvat alle zwemproeven uit de basisopleiding + praktijk reanimatie. Deze bekwaamheidsproeven moeten erover waken dat redders te allen tijde over de nodige fysieke conditie beschikken evenals over de nodige reanimatievaardigheden. Kandidaten die slagen voor deze bekwaamheidsproef bekomen een bekwaamheidsgetuigschrift voor 3 jaar. De bekwaamheidsproeven zijn modulair ingedeeld. Module I bestaat uit drie zwemproeven. Module II bestaat een praktisch examen reanimatie en EHBO. Ook is er een bijscholingsgedeelte voor de onderdelen vervoer- en transporttechnieken (zonder evaluatie). Aan kandidaten die een totaal behalen voor het zwemgedeelte van minstens 50% en voor reanimatie 60% maar niet de helft halen voor één of meerdere zwemproeven wordt een attest toegekend met een beperkte geldigheidsduur (één jaar). Kandidaten die voor het geheel van de bekwaamheidsproeven geen 50% halen bekomen geen enkel getuigschrift. Alle kandidaten hebben recht op één examen en één herexamen. Ook kan er geen bekwaamheidsgetuigschrift aan een kandidaat worden toegekend wanneer hij of zij geen 60% haalt voor het onderdeel praktijk reanimatie en EHBO. Het inschrijvingsrecht voor deze aanvullende opleiding bedraagt €30. Het inschrijvingsrecht voor een herexamen bedraagt €10 Hierbij de resultaten voor het jaar 2014: De bekwaamheidsgetuigschriften met een geldigheidsduur van 3 jaar vervallen op 30/06/2018. De bekwaamheidsgetuigschriften met een geldigheidsduur van één jaar vervallen op 30/06/2016.
Tot onze spijt stelden we de vast dat vele kandidaten onvoldoende de nieuwe Europese reanimatierichtlijnen kennen en nog minder kunnen toepassen. Dit gaf aanleiding tot een groot aantal herexamens. Na analyse van de uitslagen stelde de opleidingscoördinator voor om voorafgaand aan iedere bekwaamheidsproef een oefensessie te organiseren. De kandidaten kregen hierdoor de kans om voorafgaand aan de examens de reanimatievaardigheden te oefenen en eventueel vragen te stellen. In de hieronder geplaatste tabel staan de resultaten van de bekwaamheidsproeven die in 2014 werden gehouden. Voor de kandidaten die konden aantonen dat ze onmogelijk konden aanwezig zijn op één van onze reguliere proeven werd een afzonderlijke bekwaamheidsproef georganiseerd eind maart 2015(Uitzonderingsgroep). Overzicht Bekwaamheidsproeven 2014
Getuigschrift geldig tot 30/06/18
272
Getuigschrift geldig tot 30/06/16
13
Niet aangeboden
30
Niet geslaagd
13
Totaal aantal kandidaten
328
De bijkomende opleiding tot postoverste Om aan deze opleiding te kunnen deelnemen dient een kandidaat aan volgende voorwaarden te voldoen: -
een dienstanciënniteit hebben van twee opeenvolgende aanstellingsjaren als “Redder aan Zee”. Met een aanstellingsperiode van minstens één maand per jaar;
-
door de hoofdredder een gunstige evaluatie bekomen als toekomstig postoverste;
-
een inschrijvingsbijdrage betalen van €20.
De evaluatie van de kandidaten is modulair opgemaakt. Tijdens de zomer worden de kandidaten opgeleid op de badplaats van aanstelling. De proeven worden afgenomen op de badplaats waar de kandidaat als redder is aangesteld. Bij voldoende aantal kandidaten wordt een door het WOBRA erkend jurylid aangeduid, die de proeven organiseert en de deliberatie leidt. Kandidaten die slagen voor de kennismodule (=module I) worden toegelaten tot de vaarmodule (=module II) Postoverste 2014 Totaal aantal personen in het bezit van het getuigschrift van Postoverste op 31/12/13
1109
Aantal nieuwe postoversten in 2014
89
Totaal aantal personen in het bezit van het getuigschrift van Postoverste op 31/12/14
1198
De Wobra site “Redder aan Zee” (www.redderaanzee.wobra.be)
De opleiding “Redder aan Zee” ligt aan de basis van het ontstaan en de ontwikkeling van de verschillende WOBRA-sites. Op jaarbasis telt de site van de opleiding RAZ ongeveer 100.000 bezoekers waarvan 2% uit Nederland. Door het invoeren van dit communicatiesysteem zijn we er in geslaagd de algemene werkingskosten aanzienlijk te verlagen. De cursussen kunnen gratis van de site geplukt worden en hoeven niet meer door het Wobra te worden aangemaakt. Daarnaast worden de kandidaten praktisch dagelijks ingelicht over alles wat met de opleiding te maken heeft. Kort na de examens kunnen zij hun scores via onze site raadplegen. Dit spaart heel wat werk- en verzendingskosten uit.
Samenwerkingsovereenkomst tussen het Vlaams Gouverneur van de provincie West-Vlaanderen
Gewest,
de
IKWV
en
In het kader van deze samenwerkingsovereenkomst werden conform art. 2, 2° voor de opleiding “Redder aan zee” volgende aspecten uitgewerkt: 1. In de basiscursus van onze opleiding werd de afsprakenregeling met betrekking tot het redden van drenkelingen aan de Vlaamse Kust opgenomen en gedoceerd.
de
2. In de gespecialiseerde opleiding tot postoverste, werd de afsprakenregeling met betrekking tot het redden van drenkelingen aan de Vlaamse Kust opgenomen en gedoceerd en werd tevens de rol van het MRCC hierin toegelicht. 3. In alle cursussen werden de belangrijkste artikels van het politie- en scheepvaartreglement voor de Belgische territoriale zee, de havens en de stranden van de Belgische kust (KB van 4 augustus 1981), evenals de belangrijkste artikels en definities uit het KB van 4 juni 1999, opgenomen en gedoceerd. 4. In alle cursussen werd de gecoördineerde reglementering met betrekking tot kustveiligheid onderwezen. In het bijzonder de reglementering betreffende het plankzeilen, het plank vliegeren en andere vormen van surfen, evenals de reglementering over tuigen voor strandvermaak, vaartuigen zonder zeil of motor (kano’s, kajakken, enz.). 5. Voor alle cursussen wordt onderricht gegeven door gekwalificeerd personeel. Hierbij wordt steeds getracht gebruik te maken van aangepast en actueel didactisch materieel. Bovengenoemde aspecten werden in 2014 verder uitgewerkt. Het spreekt voor zich dat naast een éénmalige opname van bovengenoemde zaken en aanpassing van onze cursussen dit jaarlijks moet geactualiseerd en indien nodig bijgestuurd worden. Enkel op die manier kunnen wij garanderen dat onze cursussen aangepast zijn aan de meest recente afspraken, richtlijnen en wetgeving. Een goed inzicht in en interpretatie van de meteorologische gegevens is voor de werking van een strandreddingsdienst en dus ook de strandredder van zeer groot belang. Daarom werden, aanvullend op deze overeenkomst, in onze cursussen de nodige aanpassingen gedaan betreffende het doceren van kust specifieke meteorologische gegevens en werden hierbij de nodige toelichtingen gegeven bij de verschillende websites van de Vlaamse Overheid. Zo werden volgende websites opgenomen en gedoceerd in onze lessen: - www.kustweerbericht.be -
www.meetnetvlaamsebanken.be
-
www.safekiting.be
Ook bij de organisatie van onze zeezwemproeven is het kennen van de juiste meteorologische gegevens van cruciaal belang. Dit is ook gebleken op 4 augustus 2010 toen een 15-jarige jongen op dezelfde plaats en tijdstip, waar normaal de zeezwemproeven zouden doorgaan, werd neergebliksemd. Op basis van de zeer nauwe samenwerking en accurate voorspellingen van het OMS werd door de opleidingsverantwoordelijke toen beslist om de zeezwemproef af te gelasten. Sindsdien is er een zeer nauwe samenwerking met het OMS (Dhr. ir. David Dehenauw) opgezet om tijdens de zomermaanden de zeezwemproeven te laten doorgaan in optimale en veilige meteorologische omstandigheden. Ook toegang tot en het verkrijgen van kus tspecifieke wind- en stromingsgegevens stellen ons in staat onze lessen verder uit te werken tot goed gedocumenteerde en geactualiseerde cursussen. Ook belangrijk in 2014 is het aanbieden van een nieuw hoofdstuk over “communicatie”. Daarnaast werden er vanaf 2014 instructiefilmpjes over “Reanimatie en EHBO “op onze site geplaatst. Deze beelden moeten de kandidaten de nodige ondersteuning geven ter voorbereiding van de praktijklessen en examens “reanimatie en EHBO”.
De opleidingen hulpverlener-ambulancier De dagelijkse werking van het opleidingscentrum is in handen van de opleidingscoördinator. Hij wordt hiervoor bijgestaan door de opleidingsraad ( directie ). De samenstelling van de opleidingsraad is vastgelegd via het KB van 13 februari 1998, bijlage 1 en bestaat uit drie cellen: o o o
de administratieve cel; de wetenschappelijke cel; de pedagogische cel.
De administratieve cel is belast met de organisatie van de opleiding hulpverlenerambulancier, onder meer met : o o o o o o o
de naleving van de reglementaire bepalingen betreffende de erkenning en het behoud ervan ; de materiële organisatie van de lessen basisopleiding en permanente opleiding ; de inschrijvingsformaliteiten ; de voorbereiding en de afgifte van de reglementaire stukken ; de controle op de aanwezigheid en de stiptheid van de referenten en de kandidaten hulpverlener-ambulancier ; de discipline ; de procedures met betrekking tot de rekeningen en de subsidies.
De wetenschappelijke cel is ermee belast de inhoudelijke kwaliteit van de opleiding te garanderen. Daartoe dient ze onder meer : o
o o
toe te zien op de wetenschappelijke inhoud van de leerstof en de bijwerking ervan overeenkomstig de reglementaire bepalingen inzake dringende geneeskundige hulpverlening en geneeskundepraktijk alsook op de evolutie van de wetenschappelijke kennis ; de toewijzing van de leeropdrachten te regelen ; de activiteit van de leden van het referentenkorps te regelen en te coördineren.
De pedagogische cel is ermee belast te zorgen voor de samenhang van de opleiding en de kwaliteit van de kennisoverdracht. Daartoe dient ze onder meer : o o o o o o o
de behoeften inzake permanente opleiding te analyseren, rekening houdend met de specifieke situatie ter plaatse ; de onderwijsmethoden te controleren en bij te sturen en een evaluatierooster voor de leerkrachten op te stellen ; het lesrooster en de chronologie van de vakken op te stellen ; de didactische middelen te beheren en uit te breiden (oefenpop, materieel voor hulp- en zorgverlening, projectoren, vakdocumentatie) ; de opleiding en de resultaten ervan te evalueren ; te zorgen voor de begeleiding van het referentenkorps ; de stages te organiseren en te controleren.
De opleidingsraad komt tweemaandelijks samen om het beleid van het opleidingscentrum te bepalen en de dagelijkse werking van de opleidingscoördinator te valideren.
De opleidingen Inleidend: De opleiding hulpverlener-ambulancier is gereglementeerd door het Koninklijk Besluit van 13 februari 1998 betreffende de opleidings- en vervolmakingscentra voor hulpverlenerambulancier. De vzw WOBRA werd als provinciaal opleidingscentrum voor hulpverlenerambulancier in West-Vlaanderen erkend bij KB van 16 mei 2001 (BS van 18/7/2001).
De Basisopleidingen hulpverlener-ambulancier: De basisopleiding hulpverlener-ambulancier wordt jaarlijks minstens twee maal georganiseerd. Afhankelijk van het aantal ingeschreven kandidaten en de lokale noden ( opstartende diensten en personeelsuitbreidingen ) worden meerdere opleidingen voorzien. 1° Het programma omvat 132 uur theoretisch en praktisch onderricht dat de kandidaat in staat moet stellen om voldoende kennis en praktische vaardigheden op te doen in voorbereiding op de examens en de stageperiode. Hiervoor kunnen we rekenen op een grote groep verpleegkundigen en ervaren hulpverlenerambulanciers die hun kennis en praktische ervaring gebruiken om de lessen zo boeiend en leerrijk mogelijk te maken.
2° De docenten: Voor de basiscursus hulpverlener-ambulancier voorjaar 2014 werden 24 docenten ingezet daar dit een ontdubbelde cursus was. Daarvoor wordt jaarlijks beroep gedaan op een enthousiaste groep van verpleegkundigen en ervaren Hulpverlener-Ambulanciers. De docenten en referenten komen uit alle West-Vlaamse ziekenhuizen en veel DGH ambulancediensten 112.
3° opleidingsdag Medisch Interventie Plan ( MIP ): Het KB van 13 februari 1998 bepaalt in art. N2: bijlage 2, hoofdstuk 1, punt 2b de omschrijving van de inhoud van de praktijklessen. Volgende onderwerpen moeten aan bod komen: o o
een geleid bezoek aan een éénvormig oproepcentrum het ontplooien van de logistieke uitrusting bij rampen
Jaarlijks wordt op het einde van de opleiding een dergelijke opleidingsdag noodplannen voorzien. Dit jaar ging dit voor de vierde maal door in het POV te Zedelgem. Een dergelijke opleidingsdag noodplannen werd georganiseerd op zaterdag 24 mei 2014. Deze opleidingsdag werd ook opengesteld voor ambulanciers uit de diverse korpsen om hun kennis van het rampenplan te onderhouden. Tevens namen verpleegkundigen BaNaBa van Vives Kortrijk en een aantal leden van defensie deel aan deze opleidingsdag.
4° De eindproeven: De opleiding wordt afgesloten met een schriftelijk examen over de theoretische kennis en een mondeling examen over zowel de theoretische kennis en de praktische vaardigheden. Alle cursisten die minstens 80% van de lessen gevolgd hebben, kunnen zich inschrijven voor de eindproeven. 5° De stage: Kandidaten die geslaagd zijn in de eindproeven en bovendien minstens 50% behaalden op elk examen afzonderlijk en 60% voor beide examens samen, kunnen zich inschrijven voor de stageperiode van minstens 40 uur. Om te voldoen aan de vraag van de cursisten en hen de mogelijkheid te geven hun technieken beter te oefenen, werd deze periode door de opleidingsraad opgetrokken tot 52 uur. Dit verdeeld over 36 uur ambulancestage en 16 uur MUG-stage (spoedgevallen). De kandidaat beschikt over zes maanden stageperiode om voldoende uren en interventies te bekomen en het stageschrift af te werken. Sinds het jaar 2005 werd de stage volledig herwerkt met bijkomende stageplaatsen en een verdeling van de stageduur. Om te voldoen als ambulance stageplaats werden een aantal eisen gesteld. De ambulancedienst moet minstens 1000 oproepen op jaarbasis kunnen aantonen en bovendien kunnen beschikken over voldoende stagebegeleiders, een stagemeester en een stagecoördinator. Alle erkende MUG diensten werden bereid gevonden om onze kandidaat hulpverlenerambulancier op te leiden, gedurende een korte periode, om hen inzicht te geven in de totale zorg van een patiënt vanaf de prehospitaal fase tot de einddiagnose en behandeling in het ziekenhuis. Dit is voor de kandidaat een unieke kans om de patiënt te volgen vanaf de plaats van de oproep tot in de spoedopname en kan de verdere behandeling gevolgd worden. Bovendien kunnen heel wat technieken die bij ambulancediensten onvoldoende aan bod komen, extra geoefend worden onder het waakzame oog van de verpleegkundigen en artsen. Daarnaast leert de kandidaat omgaan met het MUG team en leren de personeelsleden van het ziekenhuis hun toekomstige ambulanciers beter kennen.
Stageplaatsen ambulancediensten:
Brugge Oostende Knokke-Heist Blankenberge Roeselare Ieper, Kortrijk Harelbeke ( sinds 2012 ) Waregem ( sinds 2012 )
Stageplaatsen MUG-diensten:
Blankenberge Brugge Ieper Knokke – Heist Kortrijk Oostende AZ St-jan Oostende AZ Damiaan Roeselare AZ Delta (2 campi) Tielt Torhout Veurne
6° de basiscursussen HVA: Tijdens het jaar 2014 werden twee basisopleidingen opgestart 1)
Basiscursus 2014 voorjaar: De basiscursus werd opgesplitst in een groep A en groep B In totaal namen 72 cursisten deel Cursus startte op zaterdag 11 januari 2014 Laatste cursusdag was op zaterdag 31 mei 2014 Examens vonden plaats op 7 en 14 juni 69 namen er deel aan de examens Herexamens vonden plaats op 21 juni Na de examens en herexamens waren 59 cursisten geslaagd (82%) Allen werden toegelaten tot de stage 54 personen slaagden voor de stage + 2 moeten stage herdoen op 10 november ‘14 kregen bovenstaande 54 personen hun brevet HVA.
2) Basiscursus 2014 najaar: Tot deze basiscursus werden 40 kandidaten toegelaten Cursus startte op zaterdag 6 september 2014 Laatste cursusdag is gepland op zaterdag 28 februari 2015 Examens vinden plaats op zaterdag 7 en 14 maart 2015 Herexamens zijn gepland op zaterdag 21 maart 2015 Stageperiode loopt van 1 april t.e.m. 31 augustus 2015 Validering van het brevet HVA is gepland voor september 2015.
De permanente vormingen: Het voornoemde KB van 13 februari 1998 voorziet tevens dat elke hulpverlener-ambulancier jaarlijks een verplichte bijscholing dient te volgen van 24 uren. Daarnaast dient elke ambulancier om de 5 jaar een gunstige beoordeling te bekomen bij een evaluatieproef om zijn/haar brevet (en badge) geldig te houden. De permanente opleiding omvat de bijwerkingen en herhalingen van alle leerstof uit de basiscursus dit in overeenstemming met een programma opgesteld door de pedagogisch verantwoordelijken van de lescentra en goedgekeurd door de medische directie van de school ( wetenschappelijke en pedagogische cellen ) Over de volledige bijscholingsperiode van vijf jaar dienen alle onderwerpen van het handboek aan bod te komen. Het programma bestaat uit maximaal zes uur theoretisch onderricht en 12 uur praktijk. Daarnaast zijn er twee uur voorzien om de ambulanciers jaarlijkse te evalueren binnen de eigen dienst dit als voorbereiding op hun vijfjaarlijkse proef. De overige 4 uren zijn bedoeld om de diensten voldoende vrijheid te geven om in hun programma onderwerpen te voorzien die rekening houden met recente of actuele gebeurtenissen of probleemstellingen die zich in hun dienst voordeden. De permanente vormingen moeten gevolgd worden in groepen van maximaal 12 cursisten per groep om iedereen de kans te geven om voldoende aan bod te komen bij de praktijkoefeningen. De theoretische onderwerpen kunnen gevolgd worden met drie groepen samen. Om een ruim aanbod te garanderen voor de diensten met een grote diversiteit aan docenten, kennis en inzicht en tevens om de groepsvorming te vergemakkelijken werd in 2005 overgegaan tot het centraliseren van deze vormingen binnen het lescentrum. Ieder lescentrum beschikt nu over een werkgroep, met vertegenwoordigers uit alle deelnemende diensten, die de permanente vorming organiseren en een programma opstellen dat voldoet aan de eisen en verwachtingen van hun hulpverlener-ambulanciers. Deze meer gecentraliseerde werking biedt een aantal voordelen aan de HVA zonder te moeten afstappen van het doel van deze vorming, namelijk het aanbieden van een scholing dicht bij het werkveld. Daarnaast worden de beschikbare didactische middelen beter benut en worden de veelvuldige administratieve taken gecentraliseerd en gedigitaliseerd. De doorstroming van informatie gebeurt op een snellere en efficiënte manier. Deze centralisatie van vorming met een permanente inbreng vanuit het werkveld heeft uiteindelijk geleid tot een kwalitatief onderwijs met een grotere betrokkenheid van de hulpverlener-ambulancier. Sinds 2011 wordt de theoriemodule van zes uur, centraal georganiseerd in het P.O.V. te Zedelgem. In 2014 kwamen volgende onderwerpen aan bod: Agressie (gegeven door het crisisresponsteam) Monitoring en defibrillatie CVA/TIA Borstkasletsels Er werden daarvoor 13 specifieke opleidingsdagen voorzien. In het totaal namen 947 Hulpverlener-Ambulanciers deel aan deze theoriemodules.
In 2014 werd aan 82 groepen (voorzien voor 12 deelnemers) de verplichte bijscholing van 18 uren gegeven verdeeld over zes lescentra. In totaal werd voor 964 ambulanciers een opleidingsprogramma voorzien. In 2008 werd besloten om in te stappen in het federaal programma voor permanente vormingen met een vijfjarenplan. Rekening houdende met de omzendbrief van 1 maart 2001 aan alle ambulancediensten betreffende de bijscholingen voor de Hulpverlener-Ambulancier werd afgesproken dat 2 uur moeten voorzien worden voor een praktische ( gecombineerde ) oefening ter voorbereiding van de vijfjaarlijkse evaluatieproef. Deze proef had als doel een jaarlijks opbouwende indicatieve en ondersteunde beoordeling te vormen om de kandidaat te leiden naar een positieve beoordeling na vijf jaar. ( bijlage 5 van het KB 13/02/1998 ) Als gevolg werden de vrije uren beperkt tot 4 uur per jaar. Aan de diensten ( lescentra ) werd zo de vrijheid gegeven om in hun programma enkele uren te voorzien om recente of actuele gebeurtenissen of probleemstellingen die zich binnen de dienst voordeden, te behandelen.
Vijfjaarlijkse evaluatieproeven: Na een periode van vijf jaar opleiding moet de hulpverlener-ambulancier zich aanbieden voor een vijfjaarlijkse evaluatieproef. De beoordeling van de bekwaamheid van de hulpverlener-ambulancier is gebaseerd op de algemene componenten van een interventie betreffende de dringende geneeskundige hulpverlening, welke berusten op vaardigheid en attitude. De proef bestaat uit: -reanimatie van een volwassen persoon met gebruik van hulpmiddelen -reanimatie van een baby met gebruik van hulpmiddelen -Casus (praktisch en theoretisch) Het opleidingscentrum organiseerde 12 evaluatieproeven in 2014. Er waren in totaal 130 inschrijvingen voor deze proeven waarvan er 121 effectief deelnamen. In totaal slaagden 98 kandidaten in 1ste zittijd en 9 kandidaten na een 2de zittijd. Hun brevet werd verlengd voor een duurtijd van 5 jaar.
Om de vijfjaarlijkse evaluatieproeven zo professioneel en objectief mogelijk te laten verlopen, werd een werkgroep samengesteld om de werkwijze, de formulieren en het materiaal kritisch te bekijken. Ondertussen werd al overgegaan op de aankoop van baby reanimatiepoppen met software feedback. Dit naar analogie van de reeds bestaande software voor de volwassen reanimatiepoppen. Ook werden afspraken gemaakt met de evaluatoren om op een gestandaardiseerde manier de evaluaties af te nemen. Hiervoor maken de evaluatoren gebruik van uniforme federale beoordelingsformulieren gevalideerd door FOD Volksgezondheid. Ook de casussen zijn gezamenlijk met de evaluatoren opgesteld en uitgetest. WEBSITE: http://www.ambulancier.wobra.be
Sinds september 2006 is de website voor de hulpverlener-ambulancier West-Vlaanderen, in gebruik. De vzw. WOBRA kiest duidelijk voor een open communicatie. Waar vroeger enkel de dienstverantwoordelijken de interne communicatie kregen, wordt deze nu voor iedereen toegankelijk gemaakt. Door de jaren heen werd echter duidelijk dat er nood is aan een uitbreiding/aanpassing van de huidige website. Hiervoor werd in 2014 al een aanzet gegeven. Waarschijnlijk zal in de loop van maart 2015 de nieuwe website online komen.
Een belangrijke troef in de nieuwe website is de kalenderfunctie waar de bezoekers te allen tijde alle permanente vormingen in West-Vlaanderen kunnen terugvinden. Via strikt vastgelegde ‘spelregels’ kunnen de HVA vlot PV inhalen of extra volgen.
Facebook profiel Sinds oktober 2012 beschikt WOBRA ook over een facebookprofiel pagina. Naast enkele officiële mededelingen is er ook plaats voor ervaringen, gebeurtenissen en allerhande nieuwtjes. Via deze weg willen we een goed zicht geven op de algemene werking van
WOBRA.
Tevens gebruiken alle partners binnen Wobra dit medium om snel en efficiënt belangrijke informatie met betrekking tot opleidingen door te geven.
Digitaal systeem Wobra vzw Om in te spelen op de verhoogde vraag naar een digitaal systeem, werden in 2014 reeds de eerste stappen gezet richting verdere digitalisering. Hiervoor werd een tweedaagse workshop in samenwerking met FOD Volksgezondheid georganiseerd. Tijdens deze tweedaagse werd een behoefte-analyse uitgevoerd door de verschillende provinciale scholen, werd een marktonderzoek besproken en werd reeds een shortlist opgesteld. Het doel is om begin 2015 een definitief rapport te kunnen overhandigen aan de minister van Volksgezondheid om zo een uniformiteit over de provinciale grenzen heen te krijgen. In dit project worden ook de politie- en brandweerscholen betrokken.
Opleidingen eerste hulp Op vraag van derden geeft Wobra vzw op regelmatige basis opleiding inzake reanimatietraining, gebruik van een AED, EHBO,… In 2014 was dit goed voor een 30-tal lesdagen. Tevens hebben wij een erkenning via Kind & Gezin om opleidingen te geven aan personeel van kinderdagverblijven. Een erkenning voor dienstencheque bedrijven werd ook in de loop van 2014 aangevraagd en gehaald.
Multidisciplinaire opleidingen: In samenwerking met de diensten van de gouverneur organiseerden we opleidingen ikv noodplanning. ASTRID-communicatie, OSR en terugkomdag voor noodplanningsambtenaren
werden aangeboden aan de hulpverleners van de verschillende disciplines en leden van gemeentelijke veiligheidscellen. Tevens werd een nieuwe basisopleiding Nood- en Interventieplanning gepland voor begin 2015.
Extra bijscholingen en symposia De Hulpverlener-Ambulancier heeft de mogelijkheid om de jaarlijkse permanente vorming aan te vullen met extra bijscholingen. Deze bijkomende bijscholingen mogen aanzien worden als aanvulling van een tekort aan opleidingsuren of als bijkomende informatie ter verrijking van de kennis van de HulpverlenerAmbulancier. Het aantal uren extra bijscholingen, buiten het jaarprogramma van het lescentrum, is beperkt tot 6 uur per jaar. Provincie overschrijdende opleidingen, congressen en symposia krijgen een erkenning van het opleidingscentrum waartoe de organisator behoort. Deze erkenning is automatisch ook geldig voor de vzw. WOBRA. De aanvraag voor deze bijscholingen kan komen van een lescentrum of van een externe organisator. De medische raad beslist welke onderwerpen in aanmerking komen en hoeveel uren bijscholing een erkenning krijgen. De organisator krijgt het erkenningsnummer schriftelijk meegedeeld. Wobra vzw heeft in 2014 een erkenning gegeven aan 28 aanvragen voor extra bijscholingen. Al deze bijscholingen kregen een erkenning voor een totaal van 76,5 uur bijscholing. In het totaal namen 523 cursisten deel aan één of meerdere bijscholingen.
Project spinale immobilisatie Eind 2013 hebben een aantal (praktijk)docenten zich geëngageerd om zich verder te specialiseren in spinale immobilisatie. Er werd door deze werkgroep een syllabus opgesteld met bijhorende powerpoint® presentaties. Op basis van beschikbaarheden, loyauteit naar Wobra, geografische verdeling en ervaring werden een 15 tal (praktijk)docenten opgeleid om deze lessen te kunnen geven. In 2014 kregen alle HVA van West-Vlaanderen een 6 uur durende opleiding omtrent dit specialisme. Dit in de vorm van permanente vorming. Al snel bleken ook personeelsleden van ziekenhuizen, MUG’s en PIT’s een interesse te vertonen in deze opleidingen. Hiervoor werd besloten om een aantal extra docenten op te leiden, de syllabus te herbekijken (evidence based) en specifiek materiaal aan te kopen. In de loop van 2015 zullen deze docenten opgeleid worden en zal de opleiding aan ziekenhuizen aangeboden worden.
Evacuatie module voor verzorgingsinstellingen Wat in 2009 begon als een idee en vorm kreeg dankzij de materiële ondersteuning van vooral het Jan Yperman ziekenhuis te Ieper maar ook het Heilig hart ziekenhuis van Roeselare en het ziekenhuis van Waregem, werd in 2010 verder uit gewerkt. Een stuurgroep kwam samen, een handboek werd geschreven, een presentatie werd gemaakt. Enkele belangrijke infrastructuurwerken lieten nog even op zich wachten. In 2011 werd de afdeling afgewerkt, kreeg een splinternieuwe trap, compartimentdeuren, veel didactische middelen om een realistisch scenario klaar te zetten voor de diverse doelgroepen. De ziekenhuizen werden aangesproken en het draaiboek werd verfijnd. Door de werken aan het gebouw waar de evacuatiemodule gevestigd is, konden niet veel opleidingen doorgaan. Eind 2014 organiseerden we alsnog een drietal opleidingen. Enkele sfeerbeelden:
°°°°°°°°°°°°°°° °°°°°°°