1
Jaarverslag 2014 voor de gemeente Bergen Adviescommissie voor Ruimtelijke Kwaliteit Bergen
Colofon Auteur: Emmy Kanon Met bijdragen van: Robbert Jan Wijntjes, Maarten Overtoom en Jef Mühren
Uitgave: WZNH Alkmaar, maart 2015
2
Basisontwerp DesignArbeid Implementatie Flores Automatisering
Voor u ligt het jaarverslag 2014 van de Adviescommissie voor Ruimtelijke Kwaliteit Bergen (ARK Bergen). Deze commissie heeft opdracht gekregen van het gemeentebestuur van Bergen om mee te werken en bij te dragen aan de ruimtelijke kwaliteit van de leefomgeving.
In het jaarverslag wordt in het eerste hoofdstuk aandacht besteed aan een aantal algemene ontwikkelingen op het terrein van ruimtelijke kwaliteit. In hoofdstuk twee worden voorbeelden getoond van plannen waaraan een bijdrage is geleverd om zo zicht te bieden op het effect van het gemeentelijk beleid en op de ambities van de inwoners van de gemeente. Niet alleen bouwplannen die zich door hun omvang of publieke betekenis onderscheiden, maar ook minder prominente bouwplannen kunnen rekenen op de aandacht van de commissie. In de voorbeelden die in dit jaarverslag voorbij komen wordt vooral aandacht besteed aan die plannen waarbij de commissie in staat is gebleken een constructieve bijdrage te leveren aan de kwaliteit van het plan.
Naast dit jaarverslag bestaat er de mogelijkheid om de openbare vergadering van de commissie bij te wonen. Dit is wellicht de beste manier om inzicht te krijgen in het advieswerk. Met aanvragers aan tafel worden plannen in alle openheid besproken en niet zelden gaan bezoekers tevreden en met een beter plan naar huis. Mocht de gemeenteraad hieraan behoefte hebben dan is de commissie bereid het jaarverslag mondeling toe te lichten. De commissie heeft dit jaarverslag met plezier geschreven en hoopt dat u het met interesse zult lezen, ondertussen verheugen wij ons op voortzetting van onze adviestaak in 2015. drs. ing. Jef Mühren, directeur WZNH Robbert Jan Wijntjes, voorzitter Adviescommissie voor Ruimtelijke Kwaliteit Bergen
3
Voorwoord
In het jaarverslag is verder de samenstelling en werkwijze van de commissie beschreven. Tot slot zijn enkele conclusies en aanbevelingen geformuleerd. In de bijlagen is een overzicht met statistische gegevens opgenomen en een verslag van het jaarlijkse evaluatiegesprek met de portefeuillehouder.
Jaarverslag 2014 voor de gemeente Bergen Adviescommissie voor Ruimtelijke Kwaliteit Bergen
Ieder jaar doet de commissie verslag van de uitvoering van deze opdracht. Niet alleen omdat dit op grond van de woningwet wordt verlangd, maar ook en vooral omdat het de kans biedt deze culturele opdracht in een jaaroverzicht nog eens nader te belichten. De gemeenteraad en andere betrokkenen kunnen zo kennis nemen van de wijze waarop uitvoering wordt gegeven aan het kwaliteitsbeleid van de gemeente.
Is 2014 het jaar van economisch herstel, zij het broos? Afgemeten aan het aantal en type nieuwe bouwaanvragen in het westelijk deel van het land in elk geval wel. Na een jarenlange daling van de aantallen verleende bouwvergunningen is er nu in veel gemeenten weer sprake van een toename. Ook in Bergen is dit het geval. De commissie vindt het verheugend te merken dat dat samen gaat met een op veel plekken weer toenemende belangstelling voor de kwaliteit van de opgave. Juist in een periode waarin groei niet meer vanzelfsprekend is, de economie en de waarde van vastgoed onder druk staan, kan ruimtelijke kwaliteit de doorslag geven. Door ruimtelijke kwaliteit in een vroeg stadium agendapunt te maken kan het vanzelfsprekend bij de planontwikkeling worden meegenomen. Ruimtelijke kwaliteit is van groot economisch belang: de waarde van bouwwerken wordt bepaald door de kwaliteit van het gebouw en van de omgeving ervan; bedrijven vestigen zich niet alleen op basis van logistieke voorkeuren, maar ook waar het personeel graag wil wonen. Een aantrekkelijke en goed verzorgde leefomgeving is van belang voor het welbevinden van de inwoners. De kwaliteitsstandaard in de kernen en het landschap is hoog. Dit is niet vanzelf zo gekomen maar is de resultante van langjarig zorgvuldig bouwen en inrichten. Daar krijgt de Nederlandse traditie internationale erkenning voor en daar kunnen we best trots op zijn. De gemeenten hebben in de afgelopen decennia hierbij steeds het voortouw genomen. De komende tijd ligt het accent naar alle waarschijnlijkheid meer bij de initiatiefnemer zelf en dat is een goede zaak. Ruimtelijke kwaliteit ontstaat echter niet slechts met de optelsom van individuele belangen. Bij het organiseren van het publieke belang kan de lokale overheid niet om haar regierol heen. Die regierol zal echter minder sturend en toetsend en meer begeleidend en faciliterend zijn. Deregulering is hierbij geen doel op zich maar een middel om processen vlotter te laten verlopen zonder alle zicht op zekerheden onnodig te verliezen. De wet biedt sinds 2003 de mogelijkheid van het aanwijzen van welstandsvrije gebieden. In het begin werd hier slechts mondjesmaat gebruik van gemaakt. De laatste jaren zijn er verschillende gemeenten die een of meer welstandsvrije gebieden binnen de gemeentegrenzen hebben aangewezen. In Noord Holland is alleen de gemeente Beverwijk geheel welstandsvrij. Gemeenten als Castricum en Hollands Kroon hebben delen van de naoorlogse woningvoorraad en bedrijventerreinen welstandsvrij gemaakt. In Zaanstad is een proef met vier wijken. Bij deze gemeente worden de effecten hiervan de komende jaren heel nauwkeurig gevolgd. In Bergen zijn er geen welstandsvrije gebieden aangewezen. Het laatste jaar lijkt er sprake van een ommekeer. Er zijn gemeenten die experimenteren met andere vormen van welstandsbeleid (bijvoorbeeld bewonerswelstand in Eindhoven. Er zijn ook gemeenten die op hun schreden terugkeren en welstandsbeleid weer invoeren (bijvoorbeeld Vlissingen). Veel gemeenteraden in Noord Holland hebben de afgelopen periode brede discussies gevoerd over de noodzaak om beleid te voeren op het terrein van ruimtelijke kwaliteit. Geruststellend is dat de meeste gemeenten veel belang blijken te hechten aan goede ruimtelijke kwaliteit en heel bewust en zelfbewust beleid hierover vaststellen. Begin november 2014 heeft de rijksoverheid de mogelijkheden voor vergunningvrij bouwen verruimd. Meer dan de helft van de kleinere bouwinitiatieven als dakkapellen, aanbouwen en bijgebouwen naast en achter de woning zijn inmiddels zonder vergunning van de gemeente te realiseren.
4
1. Inleiding
De meer dan 60 omgevingsadviseurs die namens WZNH in ca. 40 gemeenten in Noord-Holland opereren, handelen vanuit onze statutaire doelstelling: het bevorderen van de ruimtelijke kwaliteit van de gebouwde omgeving in de provincie Noord-Holland. www.wznh.nu
Kanttekening is dat het zowel voor burgers als voor de gemeente niet eenvoudiger is geworden om te achterhalen wanneer er nog wel vergunning nodig is.
5
Het wetsvoorstel Omgevingswet is eind 2014 door de Tweede Kamer behandeld. Niet minder dan een revolutie in de ruimtelijke ordening is op handen. Hoewel invoering van de wet pas in 2018 wordt verwacht, wekt het wetsvoorstel nu al de nodige beroering. WZNH draagt actief bij aan de nieuwe ontwikkeling, zowel door beïnvloeding bij de totstandkoming van de wet, als door actieve informatievoorziening naar de gemeenten die bij ons zijn aangesloten. De nieuwe omgevingswet is erop gericht al het omgeving gerelateerde recht te bundelen in één wet. De Omgevingswet integreert de gebiedsgerichte onderdelen van de huidige wetten in één wet met één samenhangend stelsel van planning, besluitvorming en procedures. Dit moet leiden tot betere mogelijkheden voor integraal beleid, tot een betere bruikbaarheid en substantiële vereenvoudiging van het omgevingsrecht. De welstandsnota en de bestemmingsplannen zullen als aparte instrumenten (en weigeringsgronden) verdwijnen. Daarvoor in de plaats komt het Omgevingsplan waarin de bestaande instrumenten op een moderne manier worden ondergebracht. De nieuwe instrumenten voor ruimtelijke kwaliteit moeten bijdragen aan een goede inrichting van onze leefomgeving. Niet door deze met regels dicht te timmeren, maar door initiatieven vanuit de samenleving actief en constructief te faciliteren. Uitnodigingsplanologie wordt dat genoemd. Het nieuwe kernbegrip in de omgevingswet luidt ‘goede omgevingskwaliteit’. De nieuwe regels zullen niet meer in allerlei plannen, beleidsnota’s en –regels worden vastgelegd in papieren documenten, maar zullen in een digitale kaartstructuur op kadastraal perceel niveau raadpleegbaar worden gemaakt. Gemeenten zullen, hiertoe ondersteund door de rijksoverheid, voorbereidingen moeten treffen om voor een digitaliseringsoperatie klaar te zijn. De wetswijziging betekent ook een cultuurverandering van een regelende en gebiedende overheid, naar een servicegerichte overheid die initiatiefnemers ondersteunt waar het kan. WZNH onderschrijft de noodzaak van flexibiliteit en meer bestuurlijke afwegingsruimte. Het wetsvoorstel voor de Omgevingswet lijkt die ruimte voor maatwerk te bieden, hoewel er bij de implementatie nog flink gezocht moet worden naar de balans tussen vrijheid en rechtsbescherming. Gemeenten krijgen meer afwegingsruimte om maatwerk te faciliteren. Meer lokale afwegingsruimte betekent echter ook een grotere onzekerheid voor burgers. Een overheid die aan de ene burger ruimte biedt zal ook aan de andere burger moeten uitleggen dat diezelfde vrijheid niet altijd ook voor hem of haar is weggelegd. Grotere vrijheid voor de een, geringere rechtszekerheid voor de ander, dat kan bijna niet anders. In dat speelveld zal het (ook voor burgers) steeds belangrijker worden dat besluiten deugdelijk en belangeloos worden gemotiveerd en publieke en private belangen zorgvuldig op elkaar worden afgestemd. Voor die toekomstige taak staan onze commissieleden klaar. Uitnodigingsplanologie betekent niet dat de overheid geen rol meer heeft. Bij uitnodigingsplanologie komt het accent meer te liggen op vooroverleg en vroegtijdige begeleiding van particuliere initiatiefnemers. Bij uitnodigingsplanologie is begeleiding en beoordeling van een initiatief door een neutraal (dat wil zeggen niet eenzijdig aan initiatiefnemer of bestuurslichaam gebonden) en multidisciplinair team van deskundigen (uw commissie!), een onmisbaar element. Deze schakel van ‘deskundig gezond verstand’ kan de planvorming efficiënter en samenhangender maken en kan soms eenvoudiger en betere oplossingen opleveren waar de partijen zelf niet aan denken. Begeleiding en beoordeling zijn niet altijd nodig, maar is met name van belang bij afwijkingsactiviteiten, maatwerkconstructies en plannen met grote betekenis voor de omgevingskwaliteit (en dat kunnen soms ook kleine ingrepen zijn). De multidisciplinaire advisering verhoogt de kwaliteit
Jaarverslag 2014 voor de gemeente Bergen Adviescommissie voor Ruimtelijke Kwaliteit Bergen
De nieuwe Omgevingswet
van de besluitvorming, doordat het de basis legt voor bestuurlijke afweging en de motivering van besluiten. Het ministerie propageert dat, vooruitlopend op de nieuwe wet, gemeenten nu al ‘eenvoudig beter’ kunnen gaan werken onder andere door gemeentelijke instrumenten als structuurvisie, beleidsplannen, bestemmingsplannen, welstandsnota’s en het monumentenof erfgoedbeleid meer op elkaar af te stemmen.
Ambtelijke afhandeling kleine plannen Sinds begin 2013 is in het Besluit omgevingsrecht (Bor) opgenomen dat het college van B&W mag bepalen voor welke advisering de door de raad benoemde onafhankelijke adviescommissie wordt ingeschakeld. In de meeste gemeenten worden de minder omstreden kleine bouwplannen voor zover ze geen twijfel oproepen afgehandeld door een daartoe aangewezen ambtenaar. In Bergen is de ‘Kan-bepaling’ niet ingevoerd.
Erfgoedbeleid De gemeente gaat met zorg om ten aanzien van haar erfgoed. De erfgoedverordening 2012 is aangepast op de Wabo (Wet algemene bepalingen omgevingsrecht). De verordening sloot aan bij de Monumentenwet 1988 en de Wet op de Archeologie, conform de voorgaande monumentenverordening Bergen 2006. Een belangrijk punt van wijziging betrof de manier van advies geven betreffende bouwplannen aan monumenten en in de beschermde dorpsgezichten. Deze taak is overgedragen aan de Adviescommissie voor Ruimtelijke Kwaliteit via WZNH. De bestaande Commissie voor Cultuurhistorische Kwaliteit behield de taak om te adviseren op het gebied van cultuurhistorie in de brede zin des woords; archeologie, geografie, beleid, bijvoorbeeld het aanwijzen van monumenten. Voor het richtinggevend beleid ten aanzien van de cultuurhistorische waarden in het landschap en in de dorpen is de Cultuurhistorische Nota Bergen 20092018 opgesteld
Ruimtelijk Beleid Het ruimtelijke beleid van Bergen wordt in belangrijke mate bepaald door structuurvisie, toekomstvisie, bestemmingsplannen en beeldkwaliteitplannen. Het is het kader voor ruimtelijke ontwikkelingen en benoemt de opgaven waar Bergen de komende jaren voor staat. De structuurvisie is een integraal beleidsdocument, omdat het de maatschappelijke (sociale en economische) opgaven centraal stelt. De structuurvisie vertaalt de verschillende opgaven in ruimtelijk beleid. Nieuwe bestemmingsplannen worden gebaseerd op deze structuurvisie. Voor het landelijke gebied is de structuurvisie 2011-2015 opgesteld. Verder zijn voor diverse deelgebieden in de gemeente deelstructuurvisies opgesteld (zoals bijvoorbeeld Mooi Bergen) Nieuwe bestemmingsplannen worden gebaseerd op deze structuurvisies.
Bestemmingsplannen
6
De gemeente Bergen is in 2004 gestart met de integrale herziening van alle bestemmingsplannen. De herziening van bestemmingsplannen is inmiddels grotendeels door de gemeente afgerond. Het bestemmingsplan Landelijk Gebied Zuid is een van de laatste bestemmingsplannen in deze reeks. De gemeente Bergen heeft een grote inspanning moeten leveren om alle bestemmingsplannen voor 1 juli 2013 te actualiseren. De herziening van bestemmingsplannen is inmiddels grotendeels door de gemeente afgerond. Er zijn nog enkele voorontwerpbestemmingsplannen zoals voor het Duingebied en een herziening van landelijk gebied Noord. Voor het landgoed Merici is een ontwerpbestemmingsplan in de maak. Bij de planbehandeling wordt aangegeven aan de commissie wanneer sprake is van een afwijken van het bestemmingsplan.
Op diverse plekken zijn grotere stedenbouwkundige plannen in voorbereiding en worden zelfs al uitgevoerd. Er is aanvang gemaakt met de transformatie van Bergen Centrum. Helaas is de aanbesteding van het centrumplan Mooi Bergen nog niet voltooid en ondervindt het plan daardoor enige vertraging. In 2014 heeft de raad het besluit genomen om Mooi Bergen 2.0 te ontwikkelen als een nieuwe structuurvisie met bijhorend Beeldkwaliteitskader. In het kader van burgerparticipatie is door de raad gevraagd te reageren op het nieuwe structuurplan in de vorm van planinitiatieven. Het kwaliteitsteam heeft de initiatiefplannen in het laatste kwartaal beoordeeld en deze beoordeling weergegeven in een advies. Deze participatie vorm heeft beweging gebracht in het draagvlak en burgers een podium geboden om visies en ideeën in te brengen. Diverse ideeën krijgen hun weerslag in de eindversie van het structuurplan. De plannen voor de herontwikkeling van Schoorl zijn in volle gang en dit jaar door de bewoners van Schoorl en de gemeenteraad vastgesteld. In Egmond is in 2013 een kwaliteitsteam geïnstalleerd genaamd Dorp en Duin. Op basis van een landschapsstudie van LA4Sale heeft het Q-team bijdragen geleverd en inhoud gegeven aan een raadsconsultatie. De Adviescommissie voor Ruimtelijke Kwaliteit is nauw betrokken bij deze kwaliteitsteams. De gemeente heeft deze kwaliteitsteams ingesteld om als klankbord te dienen voor de uitwerking van de structuurvisies en de ontwikkelingen ten aanzien van de ruimtelijke kwaliteit. Een van de leden van de welstandscommissie heeft zitting in de Q-teams “Mooi Bergen”, “Schoorl Klopt” en “Dorp en Duin”. Het architect lid rapporteert periodiek aan de plenaire commissie en raadpleegt deze in geval van twijfel.
Ervenconsulent Naast een mede door de provincie ondersteunde pilot in de gemeente Wormerland zijn er in 2014 diverse aanvragen neergelegd bij de ervenconsulent, ook in Bergen. Om zorgvuldige landschappelijke inpassing van nieuwe ontwikkelingen te bevorderen werken WZNH en Landschap Noord-Holland samen bij de inzet van een ervenconsulent. Een ervenconsulent is niet een vaste persoon, maar is de juiste (proactieve) adviseur, op het juiste moment, op de juiste plek. Het gaat hier om uiteenlopende veranderingen in het landelijk gebied, van schaalvergroting tot functieverandering en herbestemming In Bergen is de ervenconsulent in 2014 diverse keren gevraagd bij te dragen in een richtinggevend advies. Het ging hierbij om landschappelijke inpassingen van erf ensembles of kleine woningclusters in het landelijk gebied. De samenspraak met aanvragers biedt de ervenconsulent en de gemeente een goed instrument om tot afstemming te komen van de aanvraag en het vigerende ruimtelijk beleid zodat navolgende vergunningsprocedures eenvoudiger kunnen worden doorlopen. Tot nu toe heeft de gemeente het ervenconsulentschap als pilot gedraaid. In 2015 volgt een evaluatie.
Duurzaamheid
7
In het kader van duurzaamheid is in de regio een nieuw initiatief ontwikkeld. De Stroomversnelling is een landelijk project waarin een aantal grote woningcoöperaties samenwerken met een aantal grote aannemers om grote hoeveelheden seriematig gebouwde verouderde woningen ingrijpend te renoveren. De renovatie betreft het plaatsen van een volledig nieuwe buitenschil (gevels en dak) en een volledige vernieuwing van de installaties, zodanig dat er ‘nul-op-de-meter’ ontstaat. De landelijke projectgroep wil ook dat er voor alle verschillende projecten in Nederland een versnelde vergunningsprocedure mogelijk moet zijn op basis van een landelijk geldend keurmerk. De pilot in Heerhugowaard leerde dat de eerste fase normaal en goed is verlopen als het gaat om de welstandelijke advisering en het gerealiseerde project, maar dat er voor de volgende fasen allerlei wijzingen zijn gedaan, die als geheel niet meer voldoet aan het oorspronkelijke advies. Het is dus zaak dat de gemeente bij dit soort initiatieven de vinger aan de pols houdt.
Jaarverslag 2014 voor de gemeente Bergen Adviescommissie voor Ruimtelijke Kwaliteit Bergen
Kwaliteitsteams
Arie Keppler Prijs 2014 In 2014 werd de tweejaarlijkse Arie Keppler Prijs uitgereikt. Arie Keppler penning
Met deze prijs wil WZNH een bijdrage leveren aan de belangstelling van o.a. het grote publiek voor architectuur, cultuurhistorie, stedenbouw en landschapsontwikkeling. Voor de categorie Woningbouw was de vrijstaande villa K aan de Eeuwigelaan ingezonden. De woning werd door de jury genomineerd vanwege de kwaliteit waarmee de woning is gerealiseerd. De jury had waardering voor de wisselwerking tussen landschap en gebouw.
8
Villa K (F. de Weert)
In dit hoofdstuk gaan wij in op • Het effect van ruimtelijke kwaliteit: enkele bijzondere adviezen in 2014 • Het Q-team “Mooi Bergen” • Het Q-team “Schoorl Klopt” • Het Q-team “Dorp en Duin” • Ervenconsulent • De welstandsnota: hoe functioneert het beleidskader
Provinciaal monument
Een bijzonder bouwplan betreft de renovatie en uitbreiding van een GEB transformator huisje. Het is een provinciaal monument. In de redengevende omschrijving wordt gemeld dat het gebouwtje van belang is als uniek voorbeeld van in Amsterdamse School stijl gebouwd transformatorhuisje uit ca. 1920 in Bergen en omgeving. De ontwerper van het gebouwtje is de Bergense gemeentearchitect J.H.Roggeveen Aan de achterkant komt een uitbreiding in de vorm van een serre en een raamopening in de kap. In de zijgevel wordt een deur vervangen door een openslaande deur. Tijdens het eerste overleg spreekt de monumentencommissie af de locatie te gaan bezoeken. Zij constateert tijdens dit bezoek dat de staat van onderhoud matig is. Aan de binnenkant zijn er geen monumentale zaken die behouden dienen te worden. Naar aanleiding hiervan wordt een bouwkundig onderzoeksrapport geschreven . Tijdens het tweede overleg met de commissie is het plan aangepast conform de opmerkingen van de commissie. Zo zijn onder andere de nieuwe deuren in de bestaande openingen gekomen en is de gootlijn van de serre onder die van het monument gekomen. Ook is de zijdeur gehandhaafd door er een glasstrook in te zetten. Het plan is op hoofdlijnen positief beoordeeld.
Voorgevel
Zijgevel
9
2. Beleid en adviezen
Nachtegalenlaantje 3 Bergen
Achtergevel
Jaarverslag 2014 voor de gemeente Bergen Adviescommissie voor Ruimtelijke Kwaliteit Bergen
Het effect van ruimtelijke kwaliteit
Gemeentelijk monument Herenweg 85 Egmond Binnen Een tweede bijzonder plan dat door de Adviescommissie wordt beoordeeld is de realisatie van een voor een ontvangstruimte bij een klooster. De bestaande poort van het monumentale klooster wordt gebruikt als entree. Daarachter komt een vierkante massa deels achter de poort bekroond met een koperen roevendak.
Eerste behandeling als schetsplan
De commissie is van mening dat de portico als toevoeging achter de bestaande entree zichtbaar zou kunnen worden gemaakt, door niet alleen de dakrand in koper te bezetten, maar deze door te zetten tot het maaiveld zodat de poortwerking nadrukkelijker wordt verbeeld. Het deel van aanbouw naast de portico is gedacht in een structurele beglazing. In plaats van een koperen boeirand als voortzetting van de portico zou een moderne detaillering zonder boeirand het onderscheid tussen monument en eigentijdse aanbouw kunnen versterken en de portico als vergroting van de entree achter bestaande poort meer afleesbaar maken.
10
Tweede behandeling als schetsplan
Tweede behandeling als schetsplan
De commissie complimenteert de architect bij de tweede behandeling als schetsplan. Er zijn nog wat opmerkingen, maar de commissie verwacht een definitieve aanvraag spoedig te ontvangen.
Herontwikkeling Voorstraat 82 Egmond aan Zee Halverwege het jaar worden aan de commissie in een vroegtijdig stadium de plannen voor een herontwikkeling van een deel van de Voorstraat in Egmond aan Zee getoond, onder andere op de locatie van het post/VVV kantoor en een voormalig benzine station. Doelen zijn onder andere het verbeteren van de leefomgeving, betaalbare woningen en een full service supermarkt. De commissie is zeer te spreken dat het overleg in een vroegtijdig stadium gebeurt, waarbij ook de stedenbouwkundige aspecten besproken worden. Aan te bevelen valt wel om bij dit soort ontwikkelingen ook omwonenden te betrekken.
11
Te ontwikkelen locatie
Jaarverslag 2014 voor de gemeente Bergen Adviescommissie voor Ruimtelijke Kwaliteit Bergen
Eerste behandeling als schetsplan
De commissie krijgt van de architect een vijftal modellen te zien voor een plaatsing van het geheel, :
Diverse modellen voor de situering
De commissie acht een differentiatie in de rooilijn nodig, gezien de differentiatie die al bestaat in het straatbeeld. De kerk op de hoek onderscheidt zich hierin door haar situering. Hierdoor krijgt het gebouw een eigen plek in de ruimte en wordt deze verbijzonderd ten opzichte van de Voorstraat. Ook de beleving vanaf de kerkzijde i s belangrijk. Hierdoor zal aandacht besteed moeten worden aan de linkergevel van het nieuwe gebouw. De afstand tot de kerk moet onderzocht worden, in relatie tot het gevelbeeld en de hoogte en breedte van het geheel.
Het gebouw dat er ooit heeft gestaan
De architectuur wordt nog niet besproken. De commissie acht een grotere massa van twee lagen met kap mogelijk, maar geeft mee dat het nieuwe ontwerp geen letterlijke overname van het historisch beeld dient te zijn. Gezien het grootschalige zal aandacht besteed moeten worden aan de parcellering. De kap dient niet gedetoneerd te worden met een rij dakkapellen. Ook zal aandacht besteed moeten worden aan de achterkant. Faciliteiten behorende bij de supermarkt (toelevering, parkeren fietsers, stalling boodschappenkarren) zullen een integraal onderdeel van het plan moeten worden.
12
De architect zal later nogmaals langskomen met meer uitgewerkte plannen. De rooilijn is gedifferentieerd. Tussen het nieuwe gebouw en kerk zal een plein komen. De gevel die daar aan grenst krijgt nadere aandacht. De achterkant zal in overleg met de bewoners, gemeente en opdrachtgever nader worden ingevuld.
Bestaande kerk en nieuw te bouwen panden
De opmerkingen van de commissie betreffen de routes, parkeren en de hoogte van de twee nieuw te bouwen vrijstaande woningen. Qua ontwerp vraagt ze om om het complex meer als een appartementencomplex in te richten in plaats van als een galerijflat. Dus bijv. ook meer entrees.
Groeneweg 28a Bergen De beoordeling van een definitief voorontwerp bestemmingsplan en het bkp voor de Groeneweg 28a, opgesteld in het kader van de regeling “Ruimte voor Ruimte” heeft in de commissievergaderingen de nodige discussie opgeleverd.
Situering
Aanzicht
13
De commissie vindt in dit buitengebied een erfclustering een betere oplossing dan de voorgestelde hof clustering. Een agrarische erfcluster kent een hiërarchische opbouw in het erfensemble. Doorzicht naar het achterliggend landschap is belangrijk. Ze kan zich niet helemaal vinden in de uitspraak van de provincie, dat het voorstel om een voor de regio kenmerkende vorm voor de erfcluster gaat. De gemeente kan zich vinden in de bezwaren van de commissie en heeft een aantal aanpassingen voorgesteld. Er zal onder andere een duidelijke hiërarchie in de bebouwing vanaf het lint verwacht worden.
Jaarverslag 2014 voor de gemeente Bergen Adviescommissie voor Ruimtelijke Kwaliteit Bergen
Beeldkwaliteitsplan
De commissie verwacht dat de woningen qua architectuur herkenbaar zijn als onderdeel van een agrarisch ensemble. Een projectmatig karakter van de clusterbebouwing dient vermeden te worden.
.Referentiebeelden
Q-team “Mooi Bergen”
In 2009 is een Qualityteam (Q-team) geformeerd dat, in samenwerking met de stedenbouwkundige supervisor A. Trompert, de opdracht heeft om de stedenbouwkundige contouren voor uitwerking van de structuurvisie voor het centrum van Bergen op te stellen. Naast de supervisor hebben o.a. een landschapsarchitect, een architectuurhistoricus, een lokaal deskundige en gemeentelijke vertegenwoordigers vanuit ruimtelijke ordening en vastgoed zitting in het team. Als vertegenwoordiger van de Adviescommissie Ruimtelijke Kwaliteit werd ir. Maarten Overtoom in het Q-team opgenomen. 2013 heeft in het teken gestaan van de aanbesteding van onderdelen van het plan Mooi Bergen! Het Kwaltiteitsteam Mooi Bergen! is in 2014 diverse keren bijeen geweest in het kader van de ontwikkeling van de nieuwe structuurvisie Mooi Bergen 2.0.
Q-team “Schoorl Klopt”
14
Het Q-team Schoorl klopt! heeft zijn eerste bijeenkomst gehad op 30 november 2010. Er wordt op aanvraag vanuit de gemeente vergaderd. Het team bestaat uit de wethouder (projectwethouder Schoorl Klopt), een aantal ambtenaren van de gemeente Bergen, een architectuurhistoricus, een landschapsarchitect, een stedenbouwkundige en een burgerlid. Vanuit de Adviescommissie voor Ruimtelijke Kwaliteit heeft de heer ir. Maarten Overtoom zitting genomen in het Q-team. Het Q-team is ondersteunend voor het ontwerp van een plan voor het centrumgebied van Schoorl. Het plan moest medio 2011 zijn voltooid als opmaat naar een bestemmingsplan. Het is een ambitieus en boeiend plan voor de verdichting van centrum van Schoorl, waarbij ook voor het parkeren een structureel goede oplossing wordt gezocht. Deels zal dit een gebouwde voorziening worden, deels een optimalisatie van het bestaande
parkeerterrein. Het programma betreft verder grondgebonden woningbouw, leisure, zorgbouw en detailhandel. In 2014 is het Q-team 1 maal bijeen gekomen. Er is een slimme en efficiënte ingreep gedaan, waarbij aandacht is besteed aan de vereenvoudiging van het centrumplan in het kader van parkeren, de vestigingsmogelijkheden van winkelbestemmingen en de kwaliteit en gebruiksmogelijkheden van de openbare ruimte.
Het Q-team Dorp en Duin is in 2013 geïnstalleerd en twee keer bijeengekomen. Het team bestaat uit de wethouder (projectwethouder Dorp en Duin), een aantal ambtenaren van de gemeente Bergen, een architectuurhistoricus, een landschapsarchitect, een stedenbouwkundige en een burgerlid. Vanuit de Adviescommissie voor Ruimtelijke Kwaliteit heeft de heer ir. Maarten Overtoom zitting genomen in het Q-team. In 2014 hebben er geen bijeenkomsten plaatsgevonden.
Ervenconsulent In 2014 is de ervenconsulent een aantal keren geconsulteerd. In samenwerking is door LNH en WZNH een advies opgesteld in samenspraak met de eigenaar/aanvragers. In deze adviezen is op basis van een “keukentafelgesprek” tot een integrale oplossing gekomen voor een zorgvuldige inpassing, uitvoering en aankleding van het erf. De aanvrager wordt gesteund met specifieke adviezen gebaseerd op cultuurhistorische en locatiegebonden landschappelijke kennis. Op basis van de welstandscriteria wordt de aanvrager ondersteund met kennis voor een goede architectonische uitvoering van de gebouwde opstallen. In alle gevallen zien zowel de aanvragers als de Adviescommissie voor Ruimtelijke Kwaliteit terug op een zinvol overleg, welke heeft geleid tot een kwaliteitsverbetering van de aanvraag en het draagvlak bij de aanvrager om het erf als een samenhangende eenheid in te richten en onderhouden.
Adviezen ervenconusulent
Heereweg 334 Schoorl
Kogendijk 93-95 Bergen
De welstandsnota De welstandsadviezen zijn gebaseerd op de welstandsnota. De nota dateert uit 2004. In 2013 is een concept van de nieuwe nota gemaakt. Eind 2013 zijn de uitgangspunten voor het deelgebied “Strand” door de raad van Bergen vastgesteld en toegevoegd aan de vigerende nota. De commissie heeft op grond van deze criteria negatief moeten adviseren op een aantal legalisatieverzoeken (voor bestaande paviljoens). Als overgang heeft de gemeente besloten om in deze specifieke gevallen contrair te gaan, aangezien het om een bijzondere situatie gaat.
15
Heereweg 308 Camperduin
Jaarverslag 2014 voor de gemeente Bergen Adviescommissie voor Ruimtelijke Kwaliteit Bergen
Q-team “Dorp en Duin”
16
De commissie heeft een aantal keren geconstateerd dat de nota niet meer actueel is. Een aantal wettelijke maatregelen is al een aantal jaren van kracht. De gemeente heeft besloten om de nota grondig te herzien en niet alleen te actualiseren. Verwacht wordt dat de nieuwe nota in 2015 van kracht zal worden. Het concept zal eerst langs de commissie komen, aangezien deze met de nota werkt.
In dit hoofdstuk gaan wij in op: • Samenstelling van de commissie • Werkwijze • Openbaarheid • Ervaringen werken onder verantwoordelijkheid van de commissie
De leden van de commissie zijn benoemd door de gemeenteraad. De commissie was in 2014 als volgt samengesteld: • Ir. Robbert Jan Wijntjes, stedenbouwkundige, voorzitter • Ir. Maarten Overtoom, architect en gemachtigde • Egon Kuchlein, architect MArch, architect • Ing. Cees Hooyschuur, restauratiearchitect • Joost Buchner, monumentendeskundige De commissie werd ondersteund door: • Drs. Emmy Kanon, beleidscoördinator (WZNH) • Jorn Schol, plantoelichter (gemeente) • Martin Dürr, plantoelichter monumenten (gemeente)
De commissie met plantoelichter en bezoek De welstandscommissie. lnr: Monumentenleden
Werkwijze De vergaderingen worden gehouden op de maandag in de oneven weken van het jaar. De gemandateerde vergaderingen zijn op locatie in het gemeentehuis van Bergen. Op de laatste maandag van de maand vindt de geïntegreerde Welstand- en Monumentencommissie plaats. Een van de monumentenleden is ook lid van de Commissie voor Cultuurhistorische Kwaliteit (CCK) van de gemeente. Na overleg met deze
Jaarverslag 2014 voor de gemeente Bergen Adviescommissie voor Ruimtelijke Kwaliteit Bergen
De Adviescommissie Ruimtelijke Kwaliteit Bergen is een van de 38 commissies die in Noord-Holland werkzaam zijn onder verantwoordelijkheid van WZNH. De Adviescommissie voor Ruimtelijke Kwaliteit bestaat uit een geïntegreerde commissie Welstand en Monumenten. Hierin vindt de beoordeling plaats van bouwplannen aan monumenten en in beschermde dorpsgezichten.
17
3. Organisatie en werkwijze
Samenstelling van de commissie
commissie is besloten om de notulen van de ARK Bergen ook naar de CCK te sturen. Het monumentenlid is zeer te spreken over de samenwerking met de welstandsleden van de commissie en juicht het breder gedragen advies van een geïntegreerde commissie toe. In totaal hebben er in 2014 voor de gemeente 280 planbehandelingen plaatsgevonden. Het aantal nieuwe aanvragen was 172 en het aantal aanvragen dat betrekking had op aanvragen van voorgaande jaren was 21. De geïntegreerde commissie heeft 29 aanvragen behandeld. Hierbij zitten niet alleen monumenten, maar ook plannen binnen het beschermd dorpsgezicht. Meer cijfers treft u aan in bijlage 1. Op 25 augustus vond het jaarlijkse evaluatiegesprek met de portefeuillehouders plaats. Aangezien nieuwe wethouders zitting hebben, had het gesprek voornamelijk de vorm van een kennismakingsgesprek. Het verslag van het gesprek is opgenomen als bijlage 2. Op 23 maart heeft een gesprek plaatsgevonden over het jaar 2014. Wethouder Zeeman neemt de honneurs waar voor het monumentendeel (portefeuille wethouder Rasch). Eventuele relevante opmerkingen zijn meegenomen in het jaarverslag.
Vlnr: Rob Zeeman (wethouder), Jorn Schol (plantoelichter), Joost Buchner (monumentenlid commissie), Maarten Overtoom (gemandateerd architectlid commissie), Robbert Jan Wijntjes (voorzitter commissie)
Openbaarheid De vergaderingen van de commissie zijn openbaar. Er is een ‘publieke tribune’ voor toehoorders en belangstellenden. Planindieners kunnen een afspraak maken om een toelichting te geven op hun plan; in sommige gevallen vraagt de commissie daar ook expliciet om. In 2014 heeft de commissie bij 102 planbehandelingen de planindiener en/of de ontwerper aan tafel mogen ontvangen. Dit is 35% van het totaal aantal behandelingen. Een forse groei ten opzichte van 2013.
Ervaringen werken onder verantwoordelijkheid van de commissie
18
Januari 2010 is in Bergen werken onder verantwoordelijkheid van de commissie ingevoerd. Een architectlid van de adviescommissie is gemachtigd voor het behandelen van de kleinere plannen. De gemachtigde komt eens in de veertien dagen op locatie voor de planbehandeling. De gemandateerde zitting vindt plaats in het gemeentehuis van Bergen. Aansluitend is er in de middag een regiovergadering met de volledige commissie op het WZNH-kantoor in Alkmaar. Eventueel kunnen plannen door de gemachtigde aangehouden worden en in de volledige commissie behandeld worden.
19
Gemachtigd commissielid Maarten Overtoom en plantoelichter Jorn Schol
Jaarverslag 2014 voor de gemeente Bergen Adviescommissie voor Ruimtelijke Kwaliteit Bergen
Afgesproken is dat in het geval van een monumentenaanvraag ook door een van de monumentenleden van de commissie de aanvraag onder verantwoordelijkheid van de commissie beoordeeld kan worden. Het doel van het werken onder verantwoordelijkheid van de commissie vooral om de welstandsbeoordeling laagdrempelig en meer efficiënt te maken. Met laagdrempelig wordt bedoeld dat aanvragers van kleinere plannen, vaak geen professionals, vooroverleg over hun bouwvoornemen kunnen voeren of een toelichting op hun bouwaanvraag kunnen geven. Van deze mogelijkheid wordt in Bergen regelmatig gebruik gemaakt. Ook door de professionals. Een enkele keer wordt de aanvraag alsnog voorgelegd aan de grote commissie. Grotere en meer complexe aanvragen blijven een zaak voor de grote commissie. Het gemandateerd werken geeft ook een intensiever contact met de plantoelichter van Bergen. Bovendien is het eenvoudig om aansluitend of voorafgaand aan de behandeling locaties in Bergen te bezoeken, wat een locatie specifieke afweging bevordert. Het gemachtigd overleg beschikt over een smartboard. De plantoelichter Jorn Schol heeft de commissievergadering altijd zeer goed voorbereid, door de locaties van de aanvragen met Cyclomedia in beeld te brengen via het smartboard. Hierdoor kan snel en slagvaardig worden beoordeeld. Via het netwerk is ingelogd op het Corsyssyteem, zodat de verslaglegging van de beoordeling ter plaatse kan worden ingevoerd en vastgelegd. De gemachtigde vergadering verloopt daardoor altijd snel en efficiënt.
De commissie concludeert dat ze haar grootste meerwaarde heeft in die gevallen waarin publieke en private belangen botsen en het voeren van constructieve gesprekken aanvragers noodzakelijk is om de belangen bij elkaar te brengen. Het grootse rendement ontstaat als niet aan het eind wordt getoetst maar als we als commissie in staat worden gesteld een planproces vanaf een vroeg moment goed te begeleiden, samen met de lokale ambtelijk specialisten op het terrein van landschap, stedenbouw en erfgoed. De ervaringen en inzichten die in 2014 zijn opgedaan brengt de commissie tot enkele beleidsaanbevelingen. • De commissie wordt steeds vaker ingeschakeld voor de moeilijke situaties. Gevallen waarbij de gemeente maatwerk wil of moet organiseren. De advisering die daarbij gevraagd wordt is over het algemeen meer gericht op integrale afweging, stedenbouw, erfgoed, inrichting openbare ruimte enzovoort. De commissie juicht dit toe. • In het licht van de naderende omgevingswet adviseert de commissie de komende jaren de gemeentelijke beleidsregels in bestemmingsplannen, welstandsnota’s en het monumenten- of erfgoedbeleid op elkaar af te stemmen. Dit vooruitlopend op de integratie van deze beleidsdocumenten in het nieuwe omgevingsplan. • Met de omgevingswet worden gemeenten ook geacht de omgevingsplannen op kavelniveau te digitaliseren. Ook voor beleidsregels die nu nog onder de welstandsnota vallen wordt dat naar alle waarschijnlijkheid binnen enkele jaren verplicht. Het is raadzaam bij herziening van het beleid hiermee rekening te houden. • De commissie wil graag bij de afrondende werkzaamheden betreffende het herzien van de welstandsnota worden betrokken. • De commissie constateert, dat zij steeds beter (en tijdig) betrokken wordt bij de totstandkoming van complexe (her-) ontwikkelingen. Ze kan ook een rol spelen in het kader stellende deel, waarbij samenspraak met de direct belanghebbenden een aan te bevelen onderdeel is. Er is sprake van een verbetering in de zorgvuldigheid van de aanpak bij de betrokkenen. Wel heeft de commissie geconstateerd dat het in deze moeilijke economische tijd een uitdaging is om de beloofde kwaliteit uit een beeldkwaliteitsplan vast te houden.
20
4. Conclusies en aanbevelingen
De Adviescommissie voor Ruimtelijke Kwaliteit Bergen werkt vanuit de overtuiging dat een constructieve opstelling om te werken aan een mooier Nederland op brede steun kan rekenen, niet alleen onder professionals in de ruimtelijke ordening, maar vooral in de samenleving.
Planbehandelingen In 2014 heeft de Adviescommissie voor Ruimtelijke Kwaliteit Bergen 193 vergunningaanvragen behandeld, waarvan 21 betrekking hadden op aanvragen van voorgaande jaren. In verband met herhalingen was het totaal aantal planbehandelingen 280.
aantal aanvragen
aantal behandelingen
percentage herhalingen t.o.v. de aanvragen
144
207
44 %
waarvan een monument
14
21
50 %
waarvan nieuwbouw
47
75
60 %
waarvan verbouwing
83
111
34 %
35
50
43 %
Reclameaanvraag
2
2
0%
Advies ruimtelijke plannen
2
2
0%
10
19
90 %
193
280
45 %
soort aanvraag Omgevingsvergunning
Preadvies*
Overige vergaderonderwerpen Totaal
* Dit zijn de preadviezen waarvoor nog geen omgevingsvergunning is ontvangen.
In vergelijking met de voorgaande jaren ontstaat het volgende beeld: soort aanvraag
2013
2012
172
61 %
166
63 %
168
60 %
Aanvragen van voorgaande jaren
21
8%
24
9%
22
8%
Herhalingen
87
31 %
74
28 %
90
32 %
280
100 %
264
100 %
280
100 %
2
1%
3
1%
0
0%
Totaal behandelingen waarvan reclameaanvraag
Verdeeld over de soorten bouwwerken ontstaat het volgende beeld: soort bouwwerk
2014
2013
2012
Individuele woningen
97
50 %
89
47 %
100
53 %
Woningcomplexen
17
9%
9
5%
14
7%
Bedrijfsgebouwen
26
13 %
25
13 %
16
8%
3
2%
8
4%
3
2%
Openbare en bijzondere bouwwerken
18
9%
19
10 %
21
11 %
Kleine bouwwerken
18
9%
30
16 %
31
16 %
Reclameobjecten
2
1%
1
1%
0
0%
Overige plannen
12
6%
9
5%
5
3%
Totaal aanvragen
193
100 %
190
100 %
190
100 %
Agrarische gebouwen
Bezoek Er hebben dit jaar 102 behandelingen plaatsgevonden in aanwezigheid van architecten en/of de planindieners. Dit is 35% van het totaal aantal behandelingen.
21
Bijlage 1: Cijfers
Nieuwe aanvragen
2014
Jaarverslag 2014 voor de gemeente Bergen Adviescommissie voor Ruimtelijke Kwaliteit Bergen
Deze zijn als volgt verdeeld:
Adviezen De adviezen over het totaal aantal planbehandelingen zijn als volgt verdeeld: adviezen aan B&W Akkoord
2014
2013
2012
118
42 %
141
53 %
144
51 %
Akkoord op hoofdlijnen
42
15 %
20
8%
22
8%
Niet akkoord, tenzij
26
9%
24
9%
30
11 %
Niet akkoord, nader overleg
47
17 %
54
20 %
57
20 %
Niet akkoord
2
1%
7
3%
3
1%
Aanhouden
15
5%
7
3%
12
4%
Andere adviezen
30
11 %
11
4%
11
4%
Beleidsadviezen
0
0%
0
0%
1
0%
280
100 %
264
100 %
280
100 %
Totaal
Akkoord wil zeggen: het plan voldoet op basis van de welstandscriteria aan redelijke eisen van welstand; het wordt met positief advies aan het college van B&W voorgelegd. Bij ‘niet akkoord tenzij‘ wordt een duidelijk omschreven voorwaarde geformuleerd.
Hoe vaak behandeld? In 2014 werden 171 nieuwe aanvragen* beoordeeld. Het aantal keren dat deze aanvragen behandeld werden tot een eindadvies is als volgt: adviezen aan B&W Bij eerste behandeling akkoord (geen interventie van de commissie)
2014
2013
2012
81
47 %
86
52 %
82
49 %
Bij eerste behandeling niet akkoord tenzij (kleine aanpassing nodig)
9
5%
11
7%
15
9%
Bij tweede behandeling akkoord (of niet akkoord tenzij)
13
8%
20
12 %
27
16 %
Bij derde behandeling akkoord (of niet akkoord tenzij)
9
5%
10
6%
13
8%
Bij een vierde of verdere behandeling akkoord (of niet akkoord tenzij)
2
1%
4
2%
5
3%
Nog in behandeling of definitief niet akkoord of aanvraag ingetrokken
32
19 %
27
16 %
20
12 %
Plan wel akkoord op hoofdlijnen maar nog geen aanvraag voor vergunning
25
15 %
8
5%
6
4%
171
100 %
166
100 %
168
100 %
* Dit zijn alle nieuwe aanvragen exclusief beleidsadviesaanvragen en handhaving aanvragen.
Het aantal keren dat een nieuwe aanvraag ´terug´ komt bij de welstandscommissie geeft een indicatie van het effect van het gemeentelijke welstandsbeleid op de bouwproductie.
Adviezen namens de commissie Van het totaal van 280 planbehandelingen in 2014 werden er 109 door één commissielid uitgevoerd, daartoe door de commissie gemachtigd. Dat is 39% van het aantal planbehandelingen. Het commissielid adviseert onder verantwoordelijkheid van de commissie op basis van de welstandsnota en legt hierover steeds verantwoording af aan de commissie. Het betreft aanvragen, waarbij het oordeel van de commissie op basis van de welstandscriteria bekend mag worden verondersteld. Een negatief eindadvies of een advies afwijkend van de welstandscriteria, dan wel een aanvraag die alleen op de algemene welstandscriteria kan worden beoordeeld, wordt meestal voorgelegd aan de gehele commissie.
22
Totaal nieuwe aanvragen*
Monumentenadviezen De gemeente Bergen werkt met een geïntegreerde commissie voor monumentenadviezen. In 2014 werden 46 monumentenadviezen gegeven. Deze zijn als volgt verdeeld: 2014
Aantal monumentenaanvragen
2013
2012
29
100 %
33
100 %
22
100 %
rijksmonumenten
8
28 %
10
30 %
9
41 %
gemeentelijke monumenten
2
7%
6
18 %
4
18 %
10
34 %
13
39 %
6
27 %
karakteristieke panden
1
3%
1
3%
1
5%
provinciale monumenten
8
28 %
3
9%
2
9%
Totaal aantal behandelingen
46
100 %
60
100 %
43
100 %
panden in beschermd stadsgezicht
Gebruik welstandscriteria De aanvragen worden steeds beoordeeld op grond van vastgestelde welstandscriteria, welke in een welstandsnota of in aanvullingen in de vorm van beeldkwaliteitplannen zijn opgenomen. Voor de gemeente Bergen is het gebruik van de verschillende soorten criteria als volgt: welstandscriteria
2014
Gebiedsgerichte criteria
195
70 %
19
7%
Algemene welstandscriteria
5
2%
Beeldkwaliteitplan en andere bouwregels
2
1%
Objectgerichte criteria
7
3%
Reclamecriteria
2
1%
50
18 %
280
100 %
Sneltoetscriteria / Criteria voor kleine bouwwerken
Geen Criteria/ anders Totaal
Bestemmingsplannen De aanvragen worden meestal voorafgaande aan de welstandsvergadering getoetst aan het vigerende bestemmingsplan. Indien de aanvraag niet voldoet aan de bestemmingsplanbepalingen wordt vaak een afwijking (ontheffing) verleend. Soms is de afwijking mede afhankelijk van een positief welstandsadvies. Dit is het geval indien de ruimtelijke kwaliteit als argument voor het verlenen van een ontheffing in het bestemmingsplan genoemd wordt. De plannen voorgelegd aan de commissie hadden wat betreft bestemmingsplan de volgende status: bestemmingsplannen
2014
Voldoet aan bestemmingsplan
100
52 %
Voldoet niet aan bestemmingsplan, maar gemeente werkt mee aan binnenplanse afwijking
46
24 %
Voldoet niet aan bestemmingsplan, maar gemeente werkt mee aan een afwijking op basis van een uitgebreide procedure of partiële herziening van het bestemmingsplan
32
17 %
Voldoet niet aan bestemmingsplan, over afwijking wordt beslist na advies van de welstandscommissie
8
5%
Voldoet niet aan bestemmingsplan aan commissie wordt advies gevraagd over ruimtelijke onderbouwing om van bestemmingsplan af te wijken
1
1%
Anders
7
4%
193
100 %
23
Totaal
Jaarverslag 2014 voor de gemeente Bergen Adviescommissie voor Ruimtelijke Kwaliteit Bergen
adviezen aan B&W
Aanwezig: • Namens de gemeente: de heer R. Zeeman (wethouder RO), mevrouw O. Rasch (wethouder Monumenten), de heren J. Schol en M. Dürr (plantoelichters) en de heer P. Korstanje (beleidsmedewerker cultuurhistorie) • Namens de commissie: Ir. Robbert Jan Wijntjes (voorzitter), ir. Maarten Overtoom (architectlid en gemachtigde), Egon Kuchlein, architect MArch (architectlid), Cees Hooyschuur en Joost Buchner (monumentenleden) • Namens WZNH: Drs. Ing. JEF Mühren (directeur WZNH) en drs. Emmy Kanon (coördinator) De heer Wijntjes geeft aan dat het gesprek vooral om een kennismaking zal gaan, waarbij het jaarverslag 2013 als handvat kan dienen
Kennismaking en reactie op het jaarverslag 2013 Het jaarverslag is naar de Raad gestuurd. De gemeente vertelt dat er geen discussiepunten waren. Na een voorstelronde wordt ingegaan op de werkwijze van de Adviescommissie voor Ruimtelijke Kwaliteit. Sinds 2012 zijn twee monumentenleden toegevoegd aan de commissie. Hierdoor zijn de procedures verkort en de deskundigheid toegenomen. In Bergen worden vaak interessante plannen aan de commissie voorgelegd. Het is de commissie opgevallen dat het aantal complexe aanvragen is toegenomen. Ook krijgt ze steeds meer bezoek. De commissie juicht dit toe. Ook het vaker voorleggen van beeldkwaliteitplannen en ruimte voor ruimteregelingen wordt zeer gewaardeerd. Zeker als deze in een vroegtijdig stadium ter advisering bij de commissie komen. De laatste jaren is naast de vergunningstoets het constructief meedenken door de commissie steeds belangrijker geworden. De commissie werkt wel met een verouderder welstandsnota (uit 2004). Er ligt al wel een concept voor een meer geïntegreerde nota. Intussen is de gemeente ook het beleid aan het inventariseren. De commissie erkent de cultuurverschillen tussen de kernen. De diversiteit zou in een geactualiseerde nota moeten worden gehonoreerd. Op de ene plak kan de lat hoger (bijvoorbeeld ook ten aanzien van materiaal en kleurgebruik, op de andere plek kan er wellicht meer ruimte worden gegeven. De structuur van de nota voldoet verder goed voor de beoordeling van aanvragen. De gemeente zal behoefte onderzoek doen naar de toevoeging van een burgerlid. Een burgerlid is al wel lid van de Q-teams..
Actuele ontwikkelingen De stand van zaken van de verschillende projecten in de Q-teams worden toegelicht door de wethouders. Een onderzoek naar het de mogelijkheden voor het cultuurhistorisch waardevolle Slotkwartier in Egmond aan den Hoef is gestart. Met verschillende partijen is gesproken over de toekomstvisie 2040 voor Bergen
Rondvraag/Wat verder ter tafel komt De heer Mühren vertelt over (de invoering van) de Omgevingswet. Belangrijk is dat gemeenten hier al rekening mee houden in aanpak, visie en middelen. Op 24 oktober organiseert WZNH voor portefeuille houders een bijeenkomst over de gevolgen van de wet. De beide wethouders worden van harte uitgenodigd.
24
Bijlage 2: Verslag evaluatiegesprek
Verslag evaluatiegesprek van de Adviescommissie voor Ruimtelijke Kwaliteit met de wethouder van Bergen, gehouden op 25-8-2014 in het gemeentehuis van Bergen
25
Jaarverslag 2014 voor de gemeente Bergen Adviescommissie voor Ruimtelijke Kwaliteit Bergen
De heer Schol informeert naar de mogelijkheden voor het digitaal stempelen van plannen. WZNH biedt deze mogelijkheid al, maar niet via het omgevingsloket. Plannen hiervoor zullen binnenkort komen. De heer Buchner informeert naar de toekomst van de “Geveerde Kikker”. Deze blijkt niet meer te restaureren en wordt gesloopt. Als er een wens is voor een replica, dan zal de gemeente aanbieden te faciliteren. De heer Zeeman informeert naar de ontwikkelingen rondom de Petrus en Pauluskerk. De voorzitter antwoordt dat plannen voor het terrein al enkele malen in goed overleg zijn besproken met aanvrager, architect en de gemeentelijke projectleiders. De portefeuillehouders zijn welkom om tussentijds contact op te nemen met de Adviescommissie. De heer Wijntjes nodigt hen van harte uit om een commissievergadering bij te wonen
Robbert Jan Wijntjes, stedenbouwkundige Opleiding: 1971-1980 Technische Universiteit Delft (stedenbouw en architectuur) Werkzaamheden: stedenbouwkundige, directeur van TSC townscape bv. Daarvoor werkzaam als directeur van HzA stedebouw&landschap bv en IS Maatwerk bv, als adviseur onder andere bij Zandvoort Ordening & Advies en als Hoofd Ruimte van de gemeente Lelystad. Brede werkervaring als ontwerper, als conceptueel denker maar ook als leidinggevende, als strateeg. Robbert Jan is bruggenbouwer met een sterke betrokkenheid bij de projecten waaraan hij werkt. Supervisie over grote uitbreidingsplannen in bijvoorbeeld Purmerend en Lelystad, het maken van dorpsontwikkelingsplannen voor kernen rondom de Blauwe Stad, begeleiding van de herstructurering en transformatie van Schalkwijk in Haarlem en winkelcentrum Broekerveiling in Langedijk, maar ook het chirurgisch werken in historische binnensteden als Hoorn en Enkhuizen en het ontwerpen in kwetsbare landschappen zijn hiervan enkele voorbeelden. In zijn aanpak is het werken met mensen erg belangrijk. Recent is op basis van community-planning gereed gekomen “de Bergerhof” te Renkum. Robbert Jan Wijntjes is sinds 2005 aan WZNH verbonden is nu voorzitter van de Adviescommissie voor Ruimtelijke Kwaliteit Heiloo en van de Commissie Kennemerland.
Opleiding: Academie voor Bouwkunst Amsterdam, architectuur (1999) voorafgegaan door de Academie voor Beeldende Kunsten Arnhem afd. architectonisch/ omgevingsontwerp(1984). Werkzaamheden: Is sinds 2003 werkzaam als architect onder de naam Egeon Architecten te Amsterdam in nieuwbouw en restauratie. Daarnaast treedt hij op als ontwikkelend architect oa. in Almere. Van 1984-2004 werkzaam geweest als monumentaal werkend beeldend kunstenaar. Hij heeft, naast tentoonstellingen, kunstopdrachten en omgevingsontwerpen, deel uitgemaakt van ontwerpteams op stedenbouwkundig niveau, oa in Helmond. Tevens als cultureel entrepreneur verantwoordelijk voor de organisator van een reeks van culturele projecten en manifestaties oa in Madurodam en als adviseur beeldende kunst diverse gemeenten en provinciale overheden van advies gediend oa Nieuwegein. Als supervisor van “De Draai” adviseert hij de gemeente Heerhugowaard. Voor die gemeente is hij ook (gemandateerd) architect lid. Egon Kuchlein is sinds 2005 aan WZNH verbonden en sinds januari 2010 architect lid van de regionale commissie Kennemerland. Sinds november 2012 heeft hij ook zitting in het K-team Duin en Bosch van de gemeente Castricum.
Maarten Overtoom, architect Opleiding: 1981 – 1989 Technische Universiteit Delft, afdeling Bouwkunde vakgroep Architectuur (cum laude afgestudeerd). Werkzaamheden: Van 1988-1994 werkzaam als zelfstandig architect en als freelancer bij prof. Tjeerd Dijkstra. Van 1994-2009 architect/ directielid BBHD-architecten te Schagen. Vanaf 2009 mede eigenaar van GeO architecten te Schagen. Woningbouw, scholenbouw, utiliteitsbouw, zorghuisvesting en renovatie/ restauratie stedenbouwkundige ontwerpen, supervisie en ruimtelijke onderbouwingen behoren tot zijn brede pakket van werkervaring. Hij nam deel aan diverse projectteams als participerend architect (projectmatige
26
Bijlage 3: Curricula
Egon Kuchlein, architect
ontwikkelingen in oa. Bergen op Zoom, Leiden, Almere, Castricum, Hoorn en Den Helder) en was als superviserend stedenbouwkundige betrokken bij diverse projecten in Noord-Holland (Prinsenhof Beverwijk, Enkhuizen Kadijken-Hagen en Westeinde, Sokkerwei Castricum, reconstructie Marsdiepstraat gemeente Den Helder). Tevens nam Maarten deel aan diverse prijsvraag- en selectiebeoordelingen onder andere aan de publieksprijsvraag 100 jaar Woningstichting Den Helder en aan de architectenselectie Westerpark te Schagen. Maarten Overtoom is sinds 2011 aan WZNH verbonden en sinds die tijd als architect lid benoemd in de Commissie Kennemerland. Sinds 1 november 2012 is hij architectlid van de Adviescommissie voor Ruimtelijke Kwaliteit Heiloo. Daarnaast is hij benoemd als afgevaardigde namens de commissie in diverse Q-teams zoals Mooi Bergen, Schoorl klopt!, Dorp en Duin Egmond en de Limmer Linten.
Opleiding : Hoger Technisch instituut voor bouwkunde, Bouwkundige, bouwfysica, projectleiding; HTS Den Bosch Bouwfysica; Academie voor bouwkunst Amsterdam. Werkzaamheden: Architect Gemeentewerken Oostzaan, INBO architecten, lid Projectontwikkeling planteam Hillen en Roosen Amsterdam; Architecten bureau Reinbergen Amsterdam chef de bureau. Huidige functie: directeur van Hooyschuur architecten te Wormerveer. Cees Hooyschuur is vanaf 2002 aan WZNH verbonden. Sinds 2002 is hij lid van de welstand- en Monumentencommissie gemeente Hoorn en thans deel uitmakend van de regionale welstandscommissie West-Friesland. Hij is tevens lid ( en plv. voorzitter) van de Monumentencommissie Zaanstad, adviseur van het Landelijk Hofjesberaad, lid van de begeleidingscommissie stichting bouw research (SBR). Vanaf 1 januari 2012 is hij monumentenadviseur van de Adviescommissie voor Ruimtelijke Kwaliteit Bergen en vanaf 1 november 2012 monumentenadviseur van de Adviescommissie voor Ruimtelijke Kwaliteit Heiloo.
Joost Buchner, monumentendeskundige
27
Opleiding: Academie van Bouwkunst, architectuur, 1984. Werkzaamheden: verbonden aan diverse architectenbureaus van 1970 tot 1978, waaronder Van Latum, Alkmaar. Van 1978 tot heden Gemeente Hoorn. (tot 1998 architect bij bureau Bouwkunde, daarna bureau Monumentenzorg), sinds 2008 bureauhoofd Erfgoed. Restauraties (op naam) van onder meer: Statenlogement, Waaggebouw, Ridderikhoffpanden, Mariakapel, Grote Kerk (toren), Herv Kerk Zwaag, St. Jozefhuis, Ireneschool te Hoorn. Restauratie kerk Venhuizen ism 2HB. Nieuwbouw Villa Aerdenhout, vakantie huis Bretagne, nieuwbouw havenkantoor, buurthuis Hop, Wijkcentrum Kersenboogerd 2e deel, div uitbreidingen scholen. Bestuurslid BasBaltus Publicatiestichting. Tevens medeoprichter en bestuurslid Architectuurcentrum Hoorn ( 1995-heden).Joost is auteur van meerdere hoofdstukken in de Hoornse Bouwhistorische reeks en auteur van de Architectuurgids Hoorn (2012). Hij was lid van de monumentencommissie Opmeer van 1996 tot 2010, is lid (restauratiearchitect) van de CCK Bergen en is voorzitter van de monumentencommissie Langedijk. Vanaf 1 januari 2012 is hij monumentenadviseur van de Adviescommissie voor Ruimtelijke Kwaliteit van de gemeente Bergen.
Jaarverslag 2014 voor de gemeente Bergen Adviescommissie voor Ruimtelijke Kwaliteit Bergen
Cees Hooyschuur, restauratiearchitect