H
1
J a a r d o C u M e n t
2 0 0 6
o v e r Z i C h t
06
‘ i; on ohi hoj u d s o p g a v e UITGANGSPUNTEN VAN DE VERSLAGGEVING
2
PROFIEL VAN DE ORGANISATIE
2.1
Algemene identificatiegegevens
2.2
Structuur van het concern
2.3
Kerngegevens
2.3.1
Kernactiviteiten en nadere typering
2.3.2
Productie, personeel en opbrengsten
2.3.3
Werkgebieden
2.4
Belanghebbenden
3
GOVERNANCE
3.1
Algemene indentificatiegegevens
3.1.1
Zorgbrede Governance Code
3.1.2
Raad van Bestuur
3.1.3
Toezichthouders (Raad van Toezicht/Raad van Commissarissen)
3.2
Bedrijfsvoering
3.3
Cliëntenraad
4
BELEID, INSPANNINGEN EN PRESTATIES
4.1
Meerjarenbeleid
4.1.1
Koersboek Mediant
4.1.2
GGz Oost-Nederland
4.1.3
Reorganisatie
4.2
Algemeen beleid
4.2.1
Mediant Beleidskader
4.2.2
Realisatie
4.3
Algemeen kwaliteitsbeleid
4.4
Kwaliteitsbeleid ten aanzien van patiënten/cliënten
4.4.1
Kwaliteit van zorg GGZ
4.4.2
Klachten
4.4.3
Toegankelijkheid
4.4.4
Veiligheid
4.5
Kwaliteit ten aanzien van medewerkers
4.5.1
Personeelsbeleid
4.5.2
Kwaliteit van het werk
4.6
Samenleving
4.7
Financieel beleid
BIJLAGE
I n h o u d s Io np hg oa uv de
1
verslaggeving
arbeiten. wurde in Kaiserslautern geboren. studierteuit siede Innenarchitektur, erhielt sie ein met nameSie in financiële zin. Het jaar startte metVon de gegevens aanbestedingsprocedure 2006 van het Menzis Zorgkantoor Twente. Meer dan 3 miljoen euro werd niet gedekt op de lopende Stipendium der Barken-Hoff-Stiftung und das Nachwuchsstipendium des Landes Niedersachexploitatie. Daarenboven bestonden grote onzekerheden aangaande eventuele bijstellingen losen sowie ein Arbeitsstipendium des Kunstfonds in Bonn und das Villa-Massimo-Stipendium in pende het jaar. In dit kader was er ultimo 2005 reeds een beperkte vacaturestop ingevoerd. Rom.Yvonne Goulbier den Preis der Heitland Foundation, Celle, und den Drabert-Kunstpreis, Dit vormde de opmaat tot verdere voorbereidingen om te kunnen anticiperen op de nieuwe onMinden/Köln. twikkelingen. Die deutschen Künstlerinnen, die mitdeskundig, Licht und fluoreszierenden Materialien Het entierfreudigsten eind 2005 uitgebrachte Koersboek ‘toegankelijk, transparant en betrouwbaar’ met daarin het meerjarenbeleidsplan voor 2006-2010 is hierin middels het beleidskader 2006 arbeiten. Sie wurde in Kaiserslautern geboren. Von studierte sie Innenarchitektur, erhielt sie ein richtinggevend geweest. In de loop van het jaar zijn verdere kostenreducties doorgevoerd en is Stipendium dervoor Barken-Hoff-Stiftung und das Nachwuchsstipendium des Landes Niedersachde basis gelegd een strakke kostenreductie/efficiency-operatie in 2007. Gezien deein verwachtingen ten aanzien van de tarieven, roldas vanVilla-Massimo-Stipendium verzekeraars en aanbieders, sen sowie Arbeitsstipendium des Kunstfonds in Bonndeund in concurrentie etc. zijn in de loop van het jaar fusieplannen tot ontwikkeling gekomen met AdRom.Yvonne Goulbier den Preis der Heitland Foundation, Celle, und den Drabert-Kunstpreis, hesie, RIAGG’s over de IJssel en de Zwolse Poort. In eerste instantie werd gedacht aan een Minden/Köln.tussenstichting. Voornemens daartoe zijn in de betreffende organisaties door de zogenaamde bestuurders kenbaar gemaakt. In 2007 is op basis van de inspraakreacties dit traject geïntensiveerd. Het verlies van de A-opleiding psychiatrie was een breed in de organisatie gevoelde tegenslag, die op vele wijzen nog lang nawerkte.
Daarenboven gingen belangrijke zaken gewoon en stevig door: de winkel draaiende houden tijdens het groot onderhoud en de verbouwing. Iets dat veel vraagt van managers en vele medewerkers. Te denken is aan:
- De voorbereidingen op ‘cliëntgebonden’ financiering (Diagnose Behandelcombinatie- en Zorgzwaartepakketten-invoering). Blijkens de rapportage aan de DIS en de rapportcijfers is dat traject vooralsnog goed onder controle. - Het verankeren van het grootste deel van de HKZ-normen in reguliere werkwijzen, ter voorbereiding het behalen van het Certificaat in de loop van 2007; de verwachting is dat anno 2007 de volledige certificering een feit zal kunnen zijn. - De voorbereidingen op de gefaseerde invoering van het elektronisch cliëntendossier in 2007.
In deze woelige periode zijn een aantal innovaties doorgevoerd: - Het project “Comfortrooms” ter vermindering van separaties. Met ondersteuning van een externe subsidie kon dit inspirerende beleid om het aantal separaties fors te doen afnemen worden ingezet;
v e r s l a g Ignehv oi u nd g
Voor u ligt het Jaardocument Maatschappelijke Verantwoording van Mediant Geestelijke Ge Die entierfreudigsten deutschen Künstlerinnen, die mit Licht und fluoreszierenden Materialien zondheidszorg Oost- en Midden-Twente. Het jaar 2006 is voor Mediant stormachtig verlopen
d e
de
v a n
van
U i t g a n g s p u n te n
‘ 1; o u o ii htj g a n g s p u n t e n
v e r s l a g g e v i n g
arbeiten. Sievan wurde Kaiserslautern studierte sie Innenarchitektur, erhielt sie ein vergroten haarinbekendheid in degeboren. interne Von organisatie middels een familieraadfolder en een intranetsite; Stipendium der Barken-Hoff-Stiftung und das Nachwuchsstipendium des Landes Niedersach- Centrum voor Arbeid en Psyche ‘Intend’ werd gestart. Een formule, die ontwikkeld is bij sen sowie ein Arbeitsstipendium des Kunstfonds in Bonn und das Villa-Massimo-Stipendium in RIAGG’s over de IJssel. Adhesie en Mediant hebben zich hierbij aangesloten. Er zijn ideeën om deze activiteiten termijn verzelfstandigen; Rom.Yvonne Goulbieropden Preis te der Heitland Foundation, Celle, und den Drabert-Kunstpreis, - Een aanmerkelijke groei van project Consultatie Eerste Lijn: ondersteuning van de klant bij Minden/Köln. huisarts in zijn praktijk; Die entierfreudigsten deutschen Künstlerinnen, diehoge mit Licht und fluoreszierenden Materialien - Opening van Centrum voor Psychotrauma, met deskundigheid op het gebied van psychotraumahulpverlening; Dit is een ‘spin-off’ van Mediant nazorg vuurwerkramp; arbeiten. Sie wurde in Kaiserslautern geboren. Von studierte sie Innenarchitektur, erhielt sie ein - Initiatieven om te komen tot de harmonisering van psychodiagnostisch onderzoek te koppelen Stipendium der Barken-Hoff-Stiftung und das Nachwuchsstipendium deshet Landes Niedersachaan effectiviteitonderzoek in de zorg en daarmede het weer opstuwen van wetenschappelijk klimaat de instelling. des Kunstfonds in Bonn und das Villa-Massimo-Stipendium in sen sowiebinnen ein Arbeitsstipendium Rom.Yvonne Goulbier den Preis der Heitland Foundation, Celle, und den Drabert-Kunstpreis, De grote uitdaging blijft het leveren van goede zorg, preventie en dienstverlening. Vernieuwen Minden/Köln. is en blijft een belangrijk beleidspunt. Deze ontwikkeling zal een groot appel doen op de professionals en het management binnen Mediant.
Enschede, 30 mei 2006
H.J. Janssen
P.J.P. Sueters
Voorzitter Raad van Bestuur
Lid Raad van Bestuur
v e r s l a g Ignehv oi u nd g
- Investering op familiebeleid. De ‘familie als derde partner in de zorg’ is als adviesorgaan voor Die entierfreudigsten deutschen Künstlerinnen, die mit Licht und fluoreszierenden Materialien de Raad van Bestuur in 2006 goed op stoom gekomen en heeft bovenal geïnvesteerd in het
d e
d e
v a n
va n
U i t g a n g s p u n te n
u a jn g s p u n t e n ‘ ; iotogi h
‘ 2; o oPRO i h j F IEL
VAN
DE
ORGANISATIE
2.1 Algemene identificatiegegevens
Broekheurnering 1050
Postcode
7546 TA
Plaats
Enschede
Telefoonnummer
053-4755755
Identificatienummer(s) NZa
120-401
Nummer Kamer van Koophandel
06089356
E-mailadres
[email protected]
Internetpagina
www.mediant.nl
2.2 Structuur van het concern Juridische structuur Mediant is sinds 7 september 1999 een statutair vastgelegde geïntegreerde stichting voor geestelijke gezondheidszorg in Oost- en Midden-Twente. Mediant is ontstaan als gevolg van een fusie van twee RIAGG’s en een Algemeen Psychiatrisch Ziekenhuis. Mediant is toegelaten voor verschillende AWBZ-functies als psychiatrisch ziekenhuis, instelling voor psychiatrische deeltijdbehandeling, psychiatrische polikliniek en als regionale instelling voor ambulante hulpverlening geestelijke gezondheidzorg.
Organisatorische structuur Mediant heeft een interne organisatiestructuur, die bestaat uit circuits en stafafdelingen. De zorg is ondergebracht in de circuits zijn ‘Jeugd’, ‘Volwassenen Acute zorg en Behandeling’, ‘Volwassenen langerdurende zorg’, ‘Ouderen’ en een specifiek Circuit voor Inloop, Dagbesteding en Arbeid. De preventieve taken worden uitgevoerd door het Centrum voor Preventieve Geestelijke gezondheidszorg. De managers rapporteren aan de Raad van Bestuur. De lijnorganisatie wordt bijgestaan en geadviseerd door vier stafafdelingen: ‘Personeel en Organisatie’, ‘Informatie, Automatisering en Financiën’, ‘Facilitaire Zaken’ en ‘Kwaliteit’, waarvan de leiding eveneens rapporteert aan de Raad van Bestuur. Mediant heeft in 2006, als erkende praktijkinstelling, mensen opgeleid tot specialismen in het kader van de A-opleiding psychiatrie, psychologie en verzorging & verpleging.
d e
Adres
v a n
Mediant Stichting voor Geestelijke Gezondheidszorg Oost- en Midden Twente
P r o e f ie l
Naam verslagleggende rechtspersoon
o r g a nI ni sh ao t ui de
Algemene identificatiegegevens
o r g a n i s at i e
Die entierfreudigsten Organogram Mediantdeutschen per 01-01-2006 Künstlerinnen, (met cicuits, die mit centra Licht enund stafafdelingen) fluoreszierenden Materialien arbeiten. Sie wurde in Kaiserslautern geboren. Von studierte sie Innenarchitektur, erhielt sie ein Raad van Bestuur Stipendium der Barken-Hoff-Stiftung und das Nachwuchsstipendium des Landes Niedersach-
sen sowie ein Arbeitsstipendium des Kunstfonds in Bonn und das Villa-Massimo-Stipendium in Stafafdeling Personeel
Stafafdeling
(P&O) A. ter Huurne
W. Koekkoek
Stafafdeling Facilitaire Zaken
Stafafdeling Informatie, Administratie en Financiën
D. Wijnen
F. Bastin
d e
Rom.Yvonne& Organisatie Goulbier den Preis der HeitlandKwaliteit Foundation, Celle, und den Drabert-Kunstpreis, Minden/Köln.
Die entierfreudigsten deutschen Künstlerinnen, die mit Licht und fluoreszierenden Materialien (FZ) (IAF) arbeiten. Sie wurde in Kaiserslautern geboren. Von studierte sie Innenarchitektur, erhielt sie ein Circuit Jeugd A. Holkers
Circuit Volwassenen
Circuit Volwassenen
Circuit Volwassenen
(VAB) P. Deursen
Midden-Twente (VLMT) A. Witte
Oost-Twente (VLOT) W. Nelemans
zorg en Behandeling Langerdurende zorg Langerdurende Stipendium derAcute Barken-Hoff-Stiftung und das Nachwuchsstipendium des Landes zorg Niedersach-
sen sowie ein Arbeitsstipendium des Kunstfonds in Bonn und das Villa-Massimo-Stipendium in Rom.Yvonne Goulbier den Preis der Heitland Foundation, Celle, und den Drabert-Kunstpreis, Minden/Köln.
Circuit Ouderen T. Tolkamp
Circuit Inloop, Dagbesteding en Arbeid (IDA) A. Witte
Centrum Preventieve GGz G. Senhorst
Besturingsmodel Mediant werkt volgens het Raad van Toezichtmodel. De Raad van Bestuur fungeert als besluitvormend orgaan met uitzondering van die aspecten waarvan de besluitvorming is voorbehouden aan de Raad van Toezicht. In een aantal gevallen dient de Raad van Toezicht de besluiten van de Raad van Bestuur goed te keuren alvorens deze kunnen worden uitgevoerd. Daarnaast houdt de Raad van Toezicht in het algemeen toezicht op de werkzaamheden van de Raad van Bestuur en staat zij deze met advies ter zijde. De Raad van Toezicht vervult ten opzichte van de Raad van Bestuur een werkgeversfunctie. De Raad van Bestuur wordt voor beleidsontwikkeling en public relations ondersteund door het secretariaat Raad van Bestuur, de beleidsmedewerker en de PR-functionaris. Voor BOPZ-zaken en algemeen beleid inzake medisch handelen wordt de Raad van Bestuur bijgestaan door de Eerste Geneeskundige van de Instelling (EGI). De Kwaliteitscommissies (Meldingen Incidenten Cliëntenzorg-commissie, BOPZ-commissie, Verpleegkundig Instrumenteel Technische zakencommissie, Formulariumcommissie) hebben een functionele advieslijn met de EGI.
Het aansturingsprincipe van de circuits is ‘Integraal met duale aspecten’. In praktijk wordt dit vormgegeven door een integrale verantwoordelijkheid van de circuitmanager, die voor inhoudelijke beleidsontwikkeling wordt geadviseerd door de beleidsprofessional en programmaleiders en voor BOPZ-zaken door de eerste geneeskundige van het Circuit.
o r g a nI ni sh ao t ui de
d e
v a n
va n
P r o e f ie l
p ‘ ;ro oo fi hi ej l
o r g a n i s at i e
De Raad van Bestuur wordt in de besluitvorming formeel geadviseerd door het Management Overarbeiten. Sie wurde in Kaiserslautern geboren. Von studierte sie Innenarchitektur, erhielt sie ein leg (Circuit- en Centrummanagers en Hoofden Stafafdelingen) de Cliëntenraad, de OndernemStipendium Barken-Hoff-Stiftung und Nachwuchsstipendium Niedersachingsraad, de der Familieraad en op indicatie de das Commissie van Opleiders endes hetLandes Psychiateroverleg. sen sowie ein Arbeitsstipendium des Kunstfonds in Bonn und das Villa-Massimo-Stipendium in Het jaarlijkse beleidkader wordt als afgeleide van het meerjarenbeleidsplan vormgegeven in afRom.Yvonne Goulbier den Preis der Heitland Foundation, Celle, und den Drabert-Kunstpreis, stemming met de leden van het Management Overleg en beleidsprofessionals/ programmaleiders in overleg met de voornoemde raden. Minden/Köln. Die entierfreudigsten deutschen Künstlerinnen, die mit Licht und fluoreszierenden Materialien Organogram Instelling algemeen per 01.01.2006 (met o.a. de adviesgremia) arbeiten. Sie wurde in Kaiserslautern geboren. Von studierte sie Innenarchitektur, erhielt sie ein Raad vanBarken-Hoff-Stiftung Toezicht Stipendium der und das Nachwuchsstipendium des Landes Niedersach(RvT) A. Bijleveld (voorzitter)
sen sowie ein Arbeitsstipendium des Kunstfonds in Bonn und das Villa-Massimo-Stipendium in Eerste Geneeskundige op Instellingsniveau (EGI) M. Meuwissen
A-opleider psychiatrie P. Vlaminck
Ondernemingsraad (OR)
Rom.Yvonne Goulbier den Preis der HeitlandJ. Wolbers Foundation, Celle, und den Drabert-Kunstpreis, (voorzitter) Minden/Köln.
Raad van Bestuur (RvB) H. Janssen (voorzitter) P. Sueters (lid)
Cliëntenraad (CR) G. Herben (voorzitter)
Familieraad (FR) A. Luycx (voorzitter)
Secretariaat RvB / archiefbeheer M. Bruggeman (teamleider) Commissie van Opleiders (CvO) voorzitter W. Koekkoek
Beleidsmedewerker RvB J. Poels
A-opleider psychiatrie (P. Vlaminck) Opleider V&V (K. van den Berg) Opleiders psychologie (H. Vos en J. Baneke)
Afdeling PR/Interne communicatie M.J. Vaanhold
Circuits, centra en stafafdelingen
1.1 1.1.1
Kerngegevens Kernactiviteiten en nadere typering Missie Mediant is een toegankelijke, deskundige, transparante en betrouwbare organisatie, die op vraaggerichte wijze hulp en advies biedt aan mensen met psychische (inclusief psychiatrische) problemen en/of hun sociaal-maatschappelijke omgeving en bijdraagt aan het voorkómen van deze problemen. Mediant is een brede en innovatieve maatschappelijke onderneming in de Geestelijke Gezondheidszorg, die haar kennis ook aanbiedt aan externe professionals en organisaties. Mediant is een goede werkgever, die investeert in de ontwikkeling van haar medewerkers en mensen opleidt tot beroepen in de Geestelijke Gezondheidszorg om zo optimaal bij te dragen aan het realiseren van haar missie en haar maatschappelijke verantwoordelijkheid voor goede GGZ in het algemeen.
o r g a nI ni sh ao t ui de
Die entierfreudigsten deutschen Künstlerinnen, die mit Licht und fluoreszierenden Materialien Medezeggenschapsstructuur
d e
d e
v a n
va n
P r o e f ie l
p ‘ ;ro oo fi hi ej l
o r g a n i s at i e
Kerngegevens
2.3.1
Kernactiviteiten en nadere typering
Missie Mediant is een toegankelijke, deskundige, transparante en betrouwbare organisatie, die op vraaggerichte wijze hulp en advies biedt aan mensen met psychische (inclusief psychiatrische) problemen en/of hun sociaal-maatschappelijke omgeving en bijdraagt aan het voorkómen van deze problemen. Mediant is een brede en innovatieve maatschappelijke onderneming in de Geestelijke Gezondheidszorg, die haar kennis ook aanbiedt aan externe professionals en organisaties. Mediant is een goede werkgever, die investeert in de ontwikkeling van haar medewerkers en mensen opleidt tot beroepen in de Geestelijke Gezondheidszorg om zo optimaal bij te dragen aan het realiseren van haar missie en haar maatschappelijke verantwoordelijkheid voor goede
o r g a nI ni sh ao t ui de
2.3
d e
d e
v a n
va n
P r o e f ie l
p ‘ ;ro oo fi hi ej l
GGZ in het algemeen.
Kernactiviteiten
Kernactiviteiten Mediant levert de behandeling, verpleging, verblijf op grond van de AWBZ, ondersteunende beMediant levert de behandeling, verpleging, verblijf op grond van de AWBZ, ondersteunende geleiding, activerende begeleiding, advisering, instructie instructie en voorlichting in ambulante, begeleiding, activerende begeleiding, advisering, en voorlichting indeeltijd ambulante, deeltijd en klinische setting. Mensen met psychiatrische, somatopsychiatrische, en klinische setting. Mensen met psychiatrische, somatopsychiatrische, psychogeriatrische aanpsychogeriatrische aandoeningen en/of ernstige psychische problemen behoren tot de doeningen en/of ernstige psychische problemen behoren tot de doelgroepen van Mediant. doelgroepen van Mediant.
2.3.2
Productie, personeel opbrengsten 2.3.2 Productie, personeel en en opbrengsten Productie Productie
De productiewaarde 2006 is ten opzichte van 2005 gestegen met € 1,8 miljoen. In grote De productiewaarde 2006 is ten opzichte van 2005 gestegen met € 1,8 miljoen. In grote lijnen is lijnen is dit als volgt te analyseren: dit als volgt te analyseren: (* € 1.000)
(* € 1.000)
De tariefwaarde van de ZRA-productie is vanaf 2006 in het wettelijk budget opgenomen:
400
Lagere vergoeding zorgvernieuwingsprojecten:
-900
Hogere vergoeding voor extramurale productie:
2.200
Overige:
100 1.800
Opbrengsten De opbrengsten zijn in 2006 ten opzichte van 2005 gestegen met ruim € 0,9 miljoen. Het budget aanvaardbare kosten is gestegen met € 1,8 miljoen (zie hierboven) en de overige opbrengsten zijn gedaald met € 0,9 miljoen. De daling van de overige opbrengsten is als volgt te analyseren: (* € 1.000) Opbrengst ZRA-productie:
470
Vordering ESF-subsidie:
240
De tariefwaarde van de ZRA-productie is vanaf 2006 in het wettelijk budget opgenomen:
400
Lagere vergoeding zorgvernieuwingsprojecten:
-900
Hogere vergoeding voor extramurale productie:
2.200
Overige: p ‘ ;ro oo fi hi ej l v a n
100
d e
o r g a n i s at i e
Opbrengsten
1.800
De opbrengsten zijn in 2006 ten opzichte van 2005 gestegen met ruim € 0,9 miljoen. Het budget Opbrengsten
o r g a nI ni sh ao t ui de
aanvaardbare kostenzijn is gestegen 1,8 miljoenvan (zie 2005 hierboven) en de overige opbrengsten zijn Het De opbrengsten in 2006met ten€ opzichte gestegen met ruim € 0,9 miljoen.
budget met aanvaardbare kosten is gestegen met opbrengsten € 1,8 miljoen (zie hierboven) en de overige € 0,9 miljoen. De daling van de overige is als volgt te analyseren: gedaald
Opbrengst ZRA-productie:
470
Vordering ESF-subsidie:
240
Voorziening ESF-subsidie ten laste van 2006:
190 900
v a n
(* € 1.000)
P ro e f ie l
(* € 1.000)
d e
opbrengsten zijn gedaald met € 0,9 miljoen. De daling van de overige opbrengsten is als volgt te analyseren:
Vanaf 2006 wordt de vergoeding voor de hulpverlening aan asielzoekers via het wettelijk
Vanaf 2006 wordt de voormeer de hulpverlening asielzoekers via het wettelijk budget vergoed envergoeding daarom niet als overigeaan opbrengst verantwoord. In budget 2006 is
gebleken de in 2005 vordering betreffende ESF-subsidie niet zal vergoed en dat daarom niet meeropgenomen als overige opbrengst verantwoord. In 2006 is geblekengrotendeels dat de in worden gehonoreerd.
2005 opgenomen vordering betreffende ESF-subsidie grotendeels niet zal worden gehonoreerd.
Kerngegeven Aantal/bedrag Patiënten/cliënten Aantal patiënten in zorg op 31 december
10.956
Capaciteit Aantal feitelijke bedden op 31 december inclusief beschermd wonen
265
JAARDOCUMENT 2006 MEDIANT – DEEL I: Maatschappelijk Verslag
Productie
Aantal verzorgingsdagen inclusief beschermd wonen exclusief BOPZ in verslagjaar 91.850 Aantal deeltijdbehandelingen in verslagjaar Aantal ambulante contacten in verslagjaar
20.805 163.495
Personeel Aantal personeelsleden in loondienst op 31 december Aantal FTE personeelsleden in loondienst op 31 december
958 710,44
Bedrijfsopbrengsten Totaal bedrijfsopbrengsten (in euro’s) in verslagjaar
52.445.816
Waarvan wettelijk budget voor aanvaardbare kosten
51.311.608
Waarvan overige bedrijfsopbrengsten
1.134.209
Pagina 9
o r g a n i s at i e
10
Het werkgebied van Mediant strekt zich uit over de gemeenten: • Gemeente Borne (Borne, Hertme, Zenderen) • Gemeente Dinkelland (Denekamp, Ootmarsum, Weerselo, Deurningen, Lattrop-Breklenkmap, Noord-Deurningen) • Gemeente Enschede (Enschede, Boekelo, Glanerbrug, Lonneker, Usselo) • Gemeente Haaksbergen (Haaksbergen, Buurse, St. Isidorushoeve) • Gemeente Hengelo (ov) (Hengelo ov, Beckum) • Gemeente Hof van Twente (Delden, Diepenheim, Goor, Markelo, Azelo, Bentelo, Hengevelde) • Gemeente Losser (Losser, Beuningen, De Lutte, Glane, Overdinkel) • Gemeente Oldenzaal (Oldenzaal)
Het concern is werkzaam in de zorgkantoorregio Twente (zie ook bijlage B.3.). Daarnaast heeft Mediant ook voorzieningen met een bovenregionale functie, waaronder ‘De Wieke’, Centrum voor klinische psychotherapie.
10 o r g a nI ni sh ao t ui de
Werkgebieden
d e
d e
v a n
2.3.3
va n
P ro e f ie l
p ‘ ;ro oo fi hi ej l
o r g a n i s at i e
11
Interne belanghebbenden Interne belanghebbenden van Mediant zijn de cliënten, hun naasten/familie, medewerkers, vrijwilligers en Raad van Toezicht. De cliënten worden vertegenwoordigd door de cliëntenraad, waarmee een samenwerkingsovereenkomst is afgesloten. De naasten/familie worden vertegenwoordigd door de Familieraad, met wie een convenant is afgesloten. Wat betreft de medewerkers is de Ondernemingsraad een belangrijke gesprekspartner, met wie een faciliteitenovereenkomst is afgesloten. De relatie met de Raad van Toezicht is gebaseerd op de zorgbrede Governancecode (2005), die zijn weerslag heeft in de statuten van Mediant. Met genoemde raden voert de Raad van Bestuur separaat structureel overleg.
Daarnaast organiseert de Raad van Bestuur ook jaarlijks het zogenaamde Vijfradenoverleg. Dit is een - uniek -gezamenlijk overleg van àlle raden van Mediant: Raad van Toezicht, Ondernemingsraad, Cliëntenraad, Familieraad en Raad van Bestuur.
Externe belanghebbenden Mediant participeert in een groot aantal samenwerkingsverbanden en streeft ernaar deze verder uit te bouwen. Er zijn samenwerkingsverbanden/is structureel extern overleg met: • GGZ-organisaties in Twente, Overijssel en op landelijk niveau • Organisaties in de OGGZ (Openbare Geestelijke Gezondheidszorg) • Zorginstellingen (ketenzorg/zorgontwikkeling) • Organisaties in het kader van opleiding en onderzoek • Overheden, toezichthoudende en regelgevende organen • Hulpverleners / organisaties eerste lijn • Cliëntenorganisaties • Wijkorganisatie(s) • Werkgeversorganisatie gezondheidszorg Twente en Oost Achterhoek • Werknemersorganisaties
Toelichting samenwerking GGZ-organisaties in Overijssel: GGz Oost-Nederland (in oprichting): Gezien de schaalvergroting om ons heen binnen en rond de sector en in het kader van financiële bedreigingen van de instellingen, deels door de invoering van marktwerking, maar vooral door veranderingen in de financieringssystematiek, is er een fusietraject gestart van vier Overijsselse GGZ-instellingen (Adhesie, RIAGGz over de IJssel, Zwolse Poort en Mediant). Kwaliteitsverbetering, efficiency/ kostenreductie en marktpositionering zijn hierbij de steekwoorden.
11 o r g a nI ni sh ao t ui de
2.4 belanghebbenden
d e
d e
v a n
va n
P ro e f ie l
p ‘ ;ro oo fi hi ej l
o r g a n i s at i e
12
Mediant heeft met een groot aantal organisaties geformaliseerde samenwerkingsovereenkomsten, contracten en overeenkomsten. Een overzicht hiervan treft u aan in bijlage 1.
Bestuurlijke samenwerkingsverbanden Mediant participeert in diverse bestuurlijke samenwerkingsverbanden die in het algemeen ten doel hebben de hulpverlening te verbeteren en beter op elkaar af te stemmen. Een overzicht van het overleg in het kader van deze samenwerkingsverbanden treft u aan in de bijlage 2. Een deel hiervan hangt samen met wat in contracten/overeenkomsten is geborgd (zie bijlage 1), waardoor bijlagen 1 en 2 elkaar deels overlappen.
12 o r g a nI ni sh ao t ui de
Formele samenwerkingsverbanden, contracten en overeenkomsten
d e
d e
v a n
va n
P ro e f ie l
p ‘ ;ro oo fi hi ej l
‘ 3; o GOVER o i h j n a n c e
13
3.1.1 Zorgbrede Governance Code Mediant werkt bestuurlijk vrijwel geheel volgens de Health Care Governance Code. Dit is door Raad van Toezicht en Raad van Bestuur vastgesteld na de Mediant werkwijze te hebben vergeleken met de code. Op twee onderdelen is gemotiveerd afgeweken van de code adviezen. De afwijkingen zijn: 1. Het ‘voordrachtsrecht leden Raad van Toezicht’ van cliëntenraad en ondernemingsraad bevalt uitstekend en wordt behouden. Na benoeming is er geen bijzondere relatie van deze leden met de voordragende partij. 2. Binnen Mediant is het uitnodigen van de een accountant in de Raad van Toezicht niet gebruikelijk en ook niet zinvol. De accountant wordt ter bespreking van de jaarrekening uitgenodigd in de financiële commissie van de Raad van Toezicht, die de bespreking van de jaarrekening in de Raad van Toezicht grondig voorbereidt en de Raad van Toezicht terzake adviseert. De statuten van Mediant worden qua tekst in 2007 gemoderniseerd conform de Zorgbrede Governance Code.
3.1.2 Raad van Bestuur Samenstelling Raad van Bestuur Naam
Bestuursfunctie Nevenfuncties
Drs. H.J. Janssen
Voorzitter Raad van Bestuur
Geen
Drs. P.J.P. Sueters
Lid Raad van Bestuur
Geen
De organisatie wordt bestuurd door een tweehoofdige Raad van Bestuur, die werkt met een vastgelegde verdeling van portefeuilles uitgaande van een collegiale werkwijze. De Raad van Bestuur legt verantwoording af aan de Raad van Toezicht door middel van financiële, kwantitatieve en inhoudelijke rapportages. Daarnaast wordt het strategische beleid besproken. De Raad van Toezicht beoordeelt het functioneren van de Raad van Bestuur. Jaarlijks worden hiertoe jaargesprekken gehouden door de voorzitter en een lid van de Raad van Toezicht .
De RvB heeft het ‘Mediant, Meerjarenbeleidsplan 2006-2010’ (MJBP 2006-2010) vastgesteld. Goedkeuring door de Raad van Toezicht (RvT) heeft plaatsgevonden. Het MJBP 2006-2010 bestaat uit twee onderdelen: het koersboek en het beleidsactiviteitenoverzicht. In het koersboek zijn de missie, visie en de strategische uitgangspunten voor de komende vier jaar vastgelegd. Het Beleidsactiviteitenoverzicht is de concrete vertaling van het koersboek in beleidsactiviteiten met een duidelijke resultaatsvoorstelling, waarbij het INK-managementmodel als leidraad is gebruikt.
13 G o v Ienr hn oa uc de
3.1 Algemene identificatiegegevens
g v ie hrj n a n c e ‘ ;o o o
14
14
de jaarlijkse uitwerking van het beleid van Mediant in (jaar)werkplannen. Daarnaast wordt er bij het opstellen van het beleidskader rekening gehouden met overlopende zaken uit het voorgaande jaar, alsook met voortschrijdend inzicht en externe maatschappelijke, politieke en sociaal-economische ontwikkelingen. Ook de Ondernemingsraad, de Cliëntenraad en de Familieraad kunnen het beleidskader gebruiken als basis voor hun werkplan. Op basis van kwartaalrapportages van de organisatorische eenheden controleert de Raad van Bestuur de voortgang.
3.1.3 Toezichthouders (Raad van Toezicht/Raad van Commissarissen) Samenstelling Raad van Toezicht/Raad van Commissarissen
Naam
Aandachtsgebied
Nevenfuncties
Drs. A.Th.B. Bijleveld-Schouten Voorzitter RvT
Burgemeester Hof van Twente
J.C. de Boer
Financiën
Tot 2005 directeur Dienst Sociale
Zaken en Werkgelegenheid,
gemeente Hengelo. Vanaf
01.09.2005 vervroegd gepensioneerd
P.C.M. van Hulzen
Fotograaf
M.J. Janssen *
Lid zorgdirectie West Friese
Zorggroep De Omring te Hoorn
F.H. Mobach
Financiën
Adjunct Directeur Dienst Burger
en Algemene Zaken, Gemeente
Enschede
Mr. I.J.T. Titulaer-Phlippeau
Programmamanager leergang
Master of Public Management,
faculteit Bedrijf, Bestuur en
Technologie, Universiteit Twente
G. Wilbrink **
Staffunctionaris Ondersteuning
Cliënten-participatie bij Tactus,
Radar, Stichting Cliënteninitiatieven
en Cliënten Vereniging Gelderland Oost
NB: Wat hierboven als ‘nevenfuncties’ betiteld is, is in feite de dagelijkse functie van betreffende personen. De functie binnen de Raad van Toezicht bij Mediant is een nevenfunctie voor deze personen. * Benoemd op voordracht Ondernemingsraad ** Benoemd op voordracht Cliëntenraad Onafhankelijkheid Raad van Toezicht
G o v Ienr hn oa uc de
Het jaarlijkse beleidskader is aan de hand van thema’s uit het Meerjarenbeleidsplan, de basis voor
g v ie hrj n a n c e ‘ ;o o o De leden van de Raad van Toezicht hebben geen last en/of ruggespraak op welke wijze dan ook.
15
15
CR (cliëntenraad) en de (OR) ondernemingsraad.
Wijze invulling taken door Raad van Toezicht Conform de statuten en de Governance Code vervult de Raad van Toezicht haar rol in de beleidscyclus, d.w.z. goedkeuren strategisch beleidsplan, begroting en jaarrekening, bespreken van de kwartaal rapportages. De specifieke taken zoals het aanstellen van de accountant, benoeming en ontslag bestuurderen zijn niet jaarlijks aan de orde.
Wijze waarop overleg met de Raad van Bestuur over de strategie en de risico’s verbonden aan de activiteiten van de organisatie plaatsvindt Met name in het begrotingstraject is er specifiek aandacht voor de risico’s. Ook heeft dit regulier bij de kwartaalrapportages de aandacht.
Wijze waarop overleg met de Raad van Bestuur over de interne beheersings- en controle systemen plaatsvindt In het kader van de begroting, de jaarrekening overlegt de financiële commissie uit de Raad van Toezicht met de Raad van Bestuur en de controller. Bij de bespreking van de jaarrekening is ook de accountant betrokken. Daarenboven is een AO/IC rapportage beschikbaar voor de Raad van Toezicht.
Wijze waarop het overleg met de externe accountant is ingericht De accountant rapporteert zijn bevindingen aan de financiële commissie Raad van Toezicht en de Raad van Bestuur. Na overleg adviseert de financiële commissie de Raad van Toezicht terzake van de bevindingen/adviezen van de accountant . De Raad van Bestuur presenteert haar beleid t.a.v. de bevindingen/adviezen van de accountant ter goedkeuring.
Wijze waarop de Raad van Toezicht periodiek het functioneren van de Raad van Bestuur/directie beoordeelt In de afsprakenset is een jaargesprek vanwege de Raad van Toezicht met de individuele bestuurderen opgenomen. In vervolg daarop is ook het functioneren van de Raad van Bestuur als geheel en de Raad van Toezicht, alsook de interactie Raad van Bestuur/Raad van Toezicht aan de orde.
De wijze waarop de Raad van Toezicht aan haar taken werkt De Raad van Toezicht vergadert zes keer per jaar, gegroepeerd rond de elementen in de beleidscyclus van de instelling. Daarnaast zijn er enkele commissievergaderingen van de financiële commissie alsook een beperkt aantal representatieve verplichtingen met name voor de voorzitter. Leden van de Raad van Toezicht wonen afwisselend een beperkt aantal overlegvergaderingen van de Raad van Bestuur met de Ondernemingsraad bij. Dat geldt mutatis mutandis ook voor de Cliëntenraad. Een aantal leden van de Raad van Toezicht neemt deel aan het Vijfradenoverleg. Bezoldiging
G o v Ienr hn oa uc de
Dit geldt ook voor de leden die zijn benoemd op basis van een bindende voordracht vanwege de
g v ie hrj n a n c e ‘ ;o o o De leden van de Raad van Toezicht hebben recht op een vergoeding op uurbasis, doch zien
16
16
feitelijk niet ten laste van de instelling gekomen.
Beleidsthema’s De volgende onderwerpen zijn in de loop van het verslagjaar aan de orde geweest: begroting, kwartaalrapportages en jaarverslagen/financieel jaarverslag en accountantsverklaring, indiensttreding nieuwe circuitmanager Ouderen, Kadernota hoofdlijnen personeelsbeleid, ARBO-jaarplan, Overleg Zorgkantoor (waaronder het inkoopbeleid 2007), voorgenomen fusie, Intend (arbeid en psyche), benoeming en installatie drie nieuwe Raad van Toezicht-leden (P.C.M. van Hulzen, J.C. de Boer, M.J. Janssen), Comfort Rooms project, beleidskader 2007, wijziging statuten i.v.m. Governance Code-enquêterecht, ontwikkelingen A-opleiding psychiatrie, de reorganisatie/kostenreductie, de kaderregeling AO/IC, voortgang HKZ-certificering, voortgang opleiding klinische psychologie, voordracht professor J. Baneke inzake het wetenschappelijk onderzoeksklimaat binnen de instelling. De Raad van Toezicht vervult op deze wijze in belangrijke mate een klankbordfunctie voor de Raad van Bestuur.
3.2 Bedrijfsvoering Risico’s Mediant heeft als gezondheidsinstelling, naast de voor iedere organisatie van toepassing zijnde risico’s, met name te maken met risico’s op het terrein van wet- en regelgeving ten aanzien van zorgfinanciering. Naast de politieke risico’s speelt ook de rol van de zorgkantoren als inkopers van zorg daarin een belangrijke rol. Gevolg is dat er toenemende onzekerheid bestaat over de te leveren zorgproductie en de tarieven. Bijzonder daarbij is dat door de beperking in de regionaal beschikbare middelen en gemaximeerde tarieven, alleen afwijking naar beneden mogelijk is. Compensatie van lagere productie en tarieven aan de ene kant door hogere productie en tarieven aan de andere kant is daardoor beperkt mogelijk. Naar de toekomst kijkend is vooral de stelselwijziging in de financiering van de gezondheidszorg als onzekerheid te noemen. Maatregelen De beheersing van de reguliere bedrijfsvoering is vooral gebaseerd op een sluitende PDCA-cyclus. Beginnend met het opstellen van een begroting, maandelijks monitoren van de resultaten, bijstellen van de bedrijfsvoering op basis daarvan en tot slot het opstellen van de Jaarrekening. Mediant werkt daarbij met een interne budgetteringsmethodiek tot op het niveau van afdelingen en teams. Verder heeft de interne controle op de productieverantwoording in 2006 bijzondere aandacht gekregen in verband met de kaderregeling AO/IC. Hoewel nog niet geheel aan de aan de kaderregeling kan worden voldaan, zijn wel grote stappen voorwaarts gemaakt.
G o v Ienr hn oa uc de
daarvan af en schenken hun recht aan Mediant. Daarmee zijn de afgesproken uurvergoedingen
g v ie hrj n a n c e ‘ ;o o o
Mediant heeft in een samenwerkingsovereenkomst geregeld dat de Cliëntenraad (CR) haar bevoegdheden conform de Wet Medezeggenschap Cliënten Zorgsector hanteert. Daarnaast functioneren op circuitniveau Circuitraden of Steunpunten Cliënten om cliëntenparticipatie en behartiging van cliëntbelangen op maat invulling te kunnen geven.
De Raad van Bestuur stelt jaarlijks een budget ter beschikking aan de CR op basis van een begroting van alle door de CR te maken kosten onder meer gerelateerd aan het jaarlijkse werkplan. Op voordracht van de CR en na advisering door de stafafdeling Personeel en Organisatie benoemt de Raad van Bestuur tenminste twee onafhankelijke ondersteuners gezamenlijk 48 uur per week, die de CR ondersteunen en advies bieden. De volgende adviesvragen zijn door de Cliëntenraad Onder we rp
Ad vies
Genomen m aat rege len
1.
Protocol Strafbare feiten
De adviezen leidden tot aanpassingen van het protocol, dat door de RvB is vastgesteld.
2.
Protocol Rechterlijke Machtiging
3.
Financieel verslag 2005
Positief advies met vragen/ kanttekeningen met name over de steun, opvang en nazorg van het slachtoffer. Positief advies met 2 vragen over informeren van de Patiëntenver-trouwenspersoon en hoe de verantwoordelijk hulpverlener moet handelen, indien de RM wordt afgewezen en ontslag kan volgen. Positef advies, met bezorgheid over de oplopende tekorten en technische vragen.
4.
Evaluatie protocollen
Wijzigingsvoorstellen
5.
Nota BOPZ (met name de visie)
6.
Levering leesmappen door nieuwe leverancier
7.
Samenwerking GGz-Oost Nederland
8.
Bedrijfsvoering Circuit Ouderen
9.
Begroting 2007
10
Reorganisatieplan Mediant
Vraagt zich af of er regels c.q. protocollen zijn voor medewerkers zodat de maatregelen eenduidig worden toegepast en of deze niet moeten worden vermeld bij de beschrijving van de visie. Met betrekking tot de behoefte binnen de afdelingen heeft de raad een aantal vragen/opmerkingen. Alvorens tot een positief besluit te komen heeft de raad een aantal vragen ter verduidelijking van de voorgenomen samenwerking. De raad heeft met de betreffende manager gesproken en haar twijfels geuit over de haalbaarheid van het niet mogen onderschrijden van de grenzen van acceptabele kwaliteit van zorg. De raad begrijpt dat de omgevingsfactoren steeds onzekerder worden. De bezuinigingen van 10% met mogelijke gevolgen voor de kwaliteit van zorg zullen nauwlettend in de gaten gehouden worden door de raad. Ondanks een goede uitleg over de bedrijfsvoering door de RvB blijven een aantal maatregelen waarover negatief wordt geadviseerd.
11
Starten kapsalon
Ongevraagd beargumenteerd advies naar aanleiding van handtekeningen-actie van groep klinische cliënten om te starten met een kapsalon op locatie Helmerzijde.
12
Huisregels
13
Implementatie-voorstel Consultatie eerste lijn in reguliere kaders
Ongevraagd advies (en enkele opmerkingen) om over te gaan tot één algemeen eenduidig format m.b.t. huisregels. Positief advies met enkele vragen over markt- en financiële positie.
Voorgestelde handelswijze van verantwoordelijk hulpverlener m.b.t. handelen, indien RM wordt afgewezen en ontslag kan volgen, werd overgenomen in het door de EGI vastgestelde protocol. De technische vragen zijn door Teamleider beantwoord. Zorg werd gedeeld door de RvB, die eind 2006 startte met een Reorganisatie ter kostenreductie. Reacties zijn verwerkt door Stafafdeling Kwaliteit. De EGI heeft de adviezen van de cliëntenraad overgenomen, de nota tekstueel aangepast en de gewijzigde versie vastgesteld en op intranet geplaatst. Nog geen reactie op advisering ontvangen van het Hoofd Facilitaire Zaken. De vragen zijn naar tevredenheid door de RvB met de CR op een transparante wijze besproken. Ondanks goede uitleg over de bedrijfsvoering van de manager blijven de opmerkingen van de CR onverminderd van kracht. De raad van bestuur heeft kennisgenomen van deze reactie.
Maatregelen met negatief advies zijn door de RvB opnieuw tegen het licht gehouden en grotendeels in belang van cliënten teruggedraaid. De Raad van Bestuur heeft middels een reactie van het Hoofd Facilitaire Zaken de onrentabiliteit van een kapsalon op locatie in het reguliere overleg met de cliëntenraad besproken. Nog geen reactie ontvangen van betrokken manager. De Projectleider heeft voorafgaand aan het definitieve besluit gereageerd met het benoemen van de uitstekende marktpositie van het project met mogelijk wijzigingen in toekomstige financiering.
In debehandeld: samenwerkingsovereenkomst is geregeld dat de Landelijke Geschillencommissie in 2006 In de samenwerkingsovereenkomst is geregeld dat de Landelijke zal Geschillenoptreden als de Commissie van Vertrouwenslieden zoals bedoeld in artikel 10 van de Wet
commissie zal optredenCliënten als de Commissie van Vertrouwenslieden zoals bedoeld in artikel 10 van Medezeggenschap Zorginstellingen. de Wet Medezeggenschap Cliënten Zorginstellingen.
17 G o v Ienr hn oa uc de
17
3.3 Cliëntenraad
prestaties
18
4.1.1 Koersboek Mediant Het Meerjarenbeleid 2006-2010 is in het ‘Koersboek’ vastgelegd in de missie, de visie op zorg, organisatie en medewerkers en in een zestal strategische uitgangspunten, waarbij het visiedocument van GGZ Nederland ‘De Krachten gebundeld’ aan de basis heeft gestaan. De zes strategische uitgangspunten zijn: 1. Mediant zet zich met accent in voor kwetsbare groepen (met ernstige meervoudige zorgvragen) in de samenleving door de markt van de complexe GGZ een leidende rol te vervullen en hierin samen te werken met ketenpartners. 2. Mediant draagt bij aan een veiliger samenleving, onder andere:
a. door samen te werken met keten-partners in de acute zorg;
b. door verder te investeren in bemoeizorg;
c. door haar aandeel te leveren in de forensische psychiatrie;
d. door intern de juridische en fysieke veiligheid van medewerkers en
cliënten te bewaken;
e. door preventieve vroegsignalering en vroeginterventie.
3. Mediant concurreert op de markt van de op genezing-gerichte-zorg (gericht op duidelijk gedefinieerde, veelal enkelvoudige zorgvragen ) en maakt hierin keuzes op basis van kwaliteit en efficiency, waarbij onderzoek is en wordt verricht naar effecten van zorg en behandeling.
4. Mediant draagt bij aan het leveren van kwantitatief voldoende en kwalitatief goed opgeleid en gespecialiseerd GGZ-personeel, ter onderhoud en stimulering van een innovatief klimaat.
5. Mediant investeert in het aanbieden van haar specialistische kennis middels preventieve en dienstverlenende activiteiten onder andere in de vorm van consultatie en E-health.
6. Mediant levert toegankelijke zorg en zo decentraal als mogelijk.
Deze strategische uitgangspunten zijn in jaarlijkse beleidsactiviteiten volgens de INK -systematiek geconcretiseerd, als basis voor het Beleidskader 2006. Evaluatie van het meerjarenbeleid 2006-2010 is dit eerste jaar identiek aan de evaluatie van het beleidskader 2006 in paragraaf 4.2 en 4.3. 1 Zie rapport ‘Gereguleerde concurrentie in de planbare curatieve GGZ?’; 2005 2 idem 3 INK = Instituut Nederlandse Kwaliteit; ten behoeve van de beleidscyclus wordt gebruik gemaakt van het INK-managementmodel.
18 p r e sI n t ah toi ue ds
4.1 Meerjarenbeleid
e n
en
i n s p a n n in g e n
i n spanningen
B e l e i d ,
‘ 4; o ob ieh lj e i d ,
p r e s tat i e s
19
In het veld van de gezondheidszorg en de geestelijke gezondheidszorg in het bijzonder zijn veel ontwikkelingen gaande. De externe omgeving is dynamisch en aan veel veranderingen onderhevig. Deze ontwikkelingen vragen om een strategisch beleid van de GGZ-instellingen. De posities en rollen veranderen en ook die van andere spelers in het veld, zoals de zorgkantoren, verzekeraars, gemeenten en andere instellingen. Instellingen en organisaties beraden zich op hun positie en rol in het marktspel, in het licht van onder meer de schaalvergroting bij de verzekeraars kiezen veel GGZ-organisaties voor schaalvergroting als strategische optie. Door schaalvergroting kan een beter antwoord worden gegeven op de uitdagingen die de externe omgeving stelt. De ontwikkelingen hebben er toe geleid dat in de loop van 2006 plannen tot schaalvergroting de Mediant-ontwikkelingen hebben beïnvloed. De bestuurders van Mediant en de GGZ-instellingen Adhesie, RIAGGz over de IJssel en Zwolse Poort hebben geconcludeerd, dat er voldoende basis is voor een verdergaande samenwerking tussen deze organisaties. Ze hebben in 2006 regelmatig met elkaar overlegd over de mogelijkheden om te komen tot een hechtere samenwerking binnen de GGZ in Oost-Nederland. In het belang van een meer efficiënte, effectieve en toekomstgerichte GGZ-hulpverlening in Oost-Nederland werd, om de bestaande samenwerking tussen de organisaties te intensiveren en verder uit te bouwen, een voorgenomen besluit genomen tot het oprichten van een tussenstichting per 1-1-2007. Deze stichting zou tot taak krijgen het proces van verregaande samenwerking en integratie verder vorm te geven met de zwaarwegende intentie op termijn tot een fusie tussen de organisaties te komen. Op basis van de reacties op het voorgenomen besluit hebben de bestuurders geconstateerd, dat het verstandig is het idee van een tussenstichting te verlaten en het proces aanzienlijk te versnellen. Deze opstelling spoort overigens ook met de voorlopige reacties die van de zijde van de NMa werden ontvangen. Gelet hierop hebben de bestuurders het volgende vastgesteld: • Een stuurgroep wordt gevormd bestaande uit de bestuurders van de vier instellingen, alsmede een projectdirectie; • De intentie om tot een fusie te komen blijft bestaan. Deze intentie zal mede gehoord de inmiddels ontvangen adviezen worden vastgelegd in een bestuurlijke intentieverklaring; • Er zal geen tussenstichting worden gevormd; • De bestuurders streven er naar om omstreeks december 2007 een fusiebesluit gebaseerd op een uitgewerkt fusieplan voor te leggen aan de organisaties/de medezeggenschapsorganen; • De beoogde datum voor een (bestuurlijke) fusie is voorshands 1 juli 2008. De bovenstaande besluitvorming is in de lijn met het doel van het eerdere voorgenomen besluit, maar het proces zal aanzienlijk worden versneld. Dit betekent ook, dat er nu (begin 2007) op korte termijn onder meer een projectbureau bestaande uit mensen afkomstig uit de bestaande organisaties zal worden ingericht. Partijen hebben besloten om de voor¬genomen fusie door te zetten en derhalve bij de NMa de meldingsprocedure te starten. De NMa heeft nog geen beslissing genomen over de voornemens van de vier Overijsselse GGZ-instellingen.
19 p r e sI n t ah toi ue ds
4.1.2 GGz Oost-Nederland
e n
e n
i n s p a n n in g e n
i n s p a n n i n g e n
B e l e i d ,
4‘ ; oB oe i lhej i d ,
p r e s tat i e s
20
Een andere ontwikkeling die de realisatie van beleidsvoornemens het hele jaar door heeft beïnvloed is de (dreigende) vermindering van inkomsten van Mediant. Door de effecten van de marktwerking in de gezondheidszorg op de inkomsten van de instelling die in oktober 2006 expliciet werden in het kader van de veranderde aanbestedingsprocedure van het zorgkantoor voor 2007, zag Mediant zich zelfs genoodzaakt op zo kort mogelijke termijn het kostenniveau van haar interne organisatie aanzienlijk te verlagen (met ruim € 4 miljoen). Hiertoe is een reorganisatieplan ontwikkeld. In het reorganisatieplan is toegelicht waarom de aanpassing van de organisatie bedrijfseconomisch noodzakelijk is en worden de taakstellingen voor de bezuinigingen onderbouwd. Ook wordt beschreven welke aanpassingen in de organisatie zullen worden doorgevoerd en wat de gevolgen van de organisatieaanpassingen voor de cliënten, het personeel en de toekomst van de organisatie zullen zijn. De Raad van Bestuur en werknemersorganisaties (in aanwezigheid van de OR) zijn overeengekomen dat er alles aan wordt gedaan om gedwongen ontslagen te voorkomen. Naast het reorganisatieplan is een sociaal plan vastgesteld, waarin wordt beschreven op welke wijze de negatieve effecten ervan voor de werknemers zoveel mogelijk worden beperkt.
4.2 Algemeen beleid 4.2.1
Mediant Beleidskader 2006
Mediant gebruikt het INK-managementmodel voor een integrale benadering van beleidontwikkeling. Dit maakt dat kwaliteitsbeleid integraal onderdeel is van het algemene Mediant-beleid en opgenomen is in het algemene Mediant Beleidskader 2006.
Uit Mediant Beleidskader 2006:
Op basis van voorgenomen beleidsactiviteiten (in het MJBP) en voorziene ontwikkelingen zijn een aantal beleidsthema’s te formuleren voor 2006. Deze thema’s zijn beschreven binnen de kaders van het INK-managementmodel op drie te onderkennen assen: Zorg-as; Medewerkers-as en de Bedrijfsvoerings-as . In alle werkplannen van 2006 worden deze beleidsthema’s opgenomen en in concrete activiteiten vertaald. De beleidsthema’s zijn willekeurig gerangschikt en staan alle ten dienste van het primaire proces van Mediant, dat zich richt op mensen met psychische (incl. psychiatrische) problemen en zich afspeelt op de domeinen: preventie, genezing, vermaatschappelijking en bemoeizorg. Het jaar 2006 zal voor Mediant een voorbereidend jaar zijn op maatschappelijk ondernemerschap.
Zorg-as omvat: leiderschap: richten/inrichten; management van processen; waardering cliënten, verwijzers; waardering maatschappij; operationele eindresultaten; medewerkers-as omvat leiderschap: verrichten; management van medewerkers; waardering medewerkers; bedrijfsvoerings-as omvat beleid en strategie; management van middelen; ondersteunende processen; financiële eindresultaten.
20 p r e sI n t ah toi ue ds
Reorganisatie
e n
e n
i n s p a n n in g e n
4.1.3
i n s p a n n i n g e n
B e l e i d ,
4‘ ; oB oe i lhej i d ,
p r e s tat i e s
21
1. Transparantie interne processen en registratie in kader Diagnose Behandel Combinaties (DBC’s) en Intramurale Zorg Arrangementen (IZA’s); 2. Registratie (o.a. scholing medewerkers) in kader Elektronisch cliëntendossier (ECD); 3. Borging van de kwaliteit van zorg middels HKZ-certificering (Harmonisatie Kwaliteit Zorginstellingen) in elk geval op rubriek Beleid en Organisatie, Personeel en Fysieke omgeving en materiaal; en voor 75% op rubrieken van het primaire proces (intake/indicatie, uitvoering/ zorgverlening en evaluatie/nazorg); 4. Veiligheid voor medewerkers en bijdragen aan een veiliger samenleving; 5. Aandacht voor leiderschap op alle organisatieniveaus (implementatie onderdeel Nota Personeelsbeleid); 6. Familiebeleid functioneert op circuitniveau. 7. Regionale ontwikkeling van Arbeidshulpverlening (INTEND). 8. Anticiperen op marktwerking door versteviging van de vermogensbasis van Mediant en onderzoeken naar mogelijkheden tot flexibilisering van personeelsbestand.
Wat betekent dit voor de zorg, de medewerkers en de bedrijfsvoering? Zorg (zie paragraaf 4.3 Algemeen kwaliteitsbeleid):
Medewerker
Voorschot nemend op de discussienota ‘’Hoofdlijnen van personeelsbeleid” wordt in 2006 geïnvesteerd in een coachende aansturing van medewerkers en in een resultaatgerichte en betrouwbare cultuur. Omdat ‘leidinggevenden de cultuurdragers zijn’ (uit de ‘discussienota’) is de verdere ontwikkeling van leiderschap binnen Mediant voor alle lagen van de organisatie speerpunt van het personeelsbeleid voor 2006.
In 2006 wordt geanticipeerd op marktwerking in de zorg door enerzijds de mogelijkheden tot flexibilisering van het personeelsbestand te onderzoeken en anderzijds te investeren in bewustwording en betrokkenheid van alle Mediant-medewerkers van de consequenties van marktwerking in de zorg.
In het kader van veiligheid draagt elke medewerker een eigen verantwoordelijkheid naar onze cliënten.
21 p r e sI n t ah toi ue ds
Beleidsthema’s voor 2006:
e n
e n
i n s p a n n in g e n
i n s p a n n i n g e n
B e l e i d ,
4‘ ; oB oe i lhej i d ,
4‘ ; oB oe i lhej i d ,
i n s p a n n i n g e n
e n
p r e s tat i e s
Het is van belang om te investeren in scholing van professionals om het belang c.q. de meerwaarde
22
22
Eind 2006 worden alle HKZ-normen voor certificering op het gebied van Personeel behaald.
In 2005 is een projectgroep DBC’s opgestart om de vertaalslag te maken van zorgprogramma’s naar DBC’s en vervolgens er voor te zorgen dat ook daadwerkelijk in DBC-termen wordt geregistreerd. Arbeidsproductiviteit zal mogelijk een belangrijk aandachtspunt zijn. De registratie in DBC’s zal in 2006 met de nodige tijdsinvestering gepaard gaan.
Medio 2006 is het ECD geïmplementeerd. Het streven is om de belasting voor medewerkers te beperken, maar dit kan niet gegarandeerd worden.
De Raad van Bestuur zal in 2006 de nodige aandacht besteden aan het behalen van de normen op rubriek ‘beleid en organisatie’ van het HKZ-certificeringsmodel. Aandachtpunt zijn de management-informatiestromen ten behoeve van de sturing van de organisatie. Eind 2006 zijn de HKZnormen op rubriek ‘Fysieke omgeving en materiaal’ behaald.
In 2006 zal een voorschot worden genomen op de ontwikkeling van het eigen vermogen van Mediant tot een niveau van Reserve Aanvaardbare Kosten (RAK) van 12% eind 2008.
Informatievoorziening voor cliënten en voor familie/naasten is eind 2006 op orde.
B e l e i d ,
Bedrijfsvoering
i n s p a n n in g e n
e n
De nota ‘Positionering artsen/psychiaters’ is uiterlijk medio 2006 geïmplementeerd.
p r e sI n t ah toi ue ds
van ICT te onderschrijven en om te kunnen werken met het ECD.
p r e s tat i e s
23
1. Project Diagnose Behandelcombinaties en Zorgzwaartepakketten In de loop van 2006 werd al duidelijk dat de planning van het projectplan van Mediant niet geheel zou worden gehaald, overigens analoog aan landelijke ontwikkelingen, mede omdat de tijdsinvestering van de implementatie onvoldoende vooraf te overzien was. Wat wel is bereikt: • Er wordt vanaf 1 januari 2006 geregistreerd. • De doelstelling dat eind 2006 alle bestaande cliënten zijn ‘omgezet’ in DBC-termen is gerealiseerd. • Iedereen die moet registreren doet dat ook. • Met ingang van 1 januari 2007 worden ook de preventieve activiteiten geregistreerd in DBC-termen. • Registratiegegevens worden middels prestatie-indicatoren via het intranet aan secretariaten, hulpverleners en leidinggevenden teruggekoppeld, hetgeen o.a. de projectgroep informatie oplevert over de stand van zaken. • Sinds oktober 2006 levert Mediant structureel aan bij het DIS en is daarmee 1 van de 10 GGZinstellingen die dit eind 2006 op orde heeft; • Afgesloten DBC’s worden gevalideerd en geautoriseerd (vanaf 1 januari 2007 door de hoofdbehandelaar). • Eind oktober 2006 waren rond de 700 DBC’s geautoriseerd. • Er is een helpdesk en een intranetsite DBC. • Er is een format voor de berekening van Mediant-kostprijzen van de productgroepen DBC GGZ; procesbeschrijvingen en andere voorbereidingen voor het voldoen aan de AO/IC DBC worden getroffen. Een knelpunt is en blijft de belasting op de secretariaten. Daarvoor is extra aandacht. De belangrijkste conclusie is dat langzaamaan iedereen doordrongen lijkt van het feit dat er zo transparant mogelijk moet worden vastgelegd wat wordt gedaan en het kostenbewustzijn (gevolgen van marktwerking) van medewerkers hierdoor gestimuleerd. Overigens wordt hier in 2007 nadrukkelijk in geïnvesteerd.
Conform landelijke aansturing zijn op peildatum 1 november 2006 145 ‘langer-dan-een-jaar-opgenomen’ cliënten op zorgzwaarte gescoord.
2. Elektronisch cliëntendossier (ECD) De implementatie van het ECD heeft in 2006 vertraging opgelopen, vanwege de kostenreducerende maatregelen. Er is besloten om Mediantbreed één uniform ECD in te voeren. Implementatie is mei 2007 ingezet. Scholing van medewerkers in deze is daarmee ook uitgesteld.
23 p r e sI n t ah toi ue ds
4.2.2 Realisatie
e n
e n
i n s pa n n in g e n
i n s p a n n i n g e n
B e l e i d ,
4‘ ; oB oe i lhej i d ,
4‘ ; oB oe i lhej i d ,
i n s p a n n i n g e n
e n
p r e s tat i e s
3. Borging van de kwaliteit van zorg middels HKZ-certificering
24
24
Met betrekking tot veiligheid en agressie in de cliëntenzorg zie paragraaf 4.4.
5. Aandacht voor leiderschap op alle organisatieniveaus In 2006 is de interne cursus ‘coachend leiderschap’ geleverd aan diverse (zorg)teams. De implementatie van de nota ‘personeelsbeleid’ is doorgeschoven naar 2007, waarbij gestart wordt met een cursus leiderschap bij de deelnemers van het ManagementOverleg.
6. Familiebeleid functioneert op circuitniveau. Zie hiertoe paragraaf 4.4
7. Regionale ontwikkeling van Arbeidshulpverlening (INTEND). Zie hiertoe paragraag 4.4
8. Anticiperen op marktwerking door versteviging van de vermogensbasis van Mediant en onderzoeken naar mogelijkheden tot flexibilisering van personeelsbestand. Deze ambitie om de vermogensbasis te verstevigen heeft ertoe bijgedragen dat er drastische kostenreducerende maatregelen doorgevoerd moesten worden. Plannen tot flexibilisering van het personeelsbestand zijn in 2006 vormgegeven, waaronder aanpassing dienstenstructuur, en worden in 2007 geïmplementeerd.
Overige ontwikkelingen Onder stimulering van een werkgroep en de uitgave van de Basisset ‘Prestatie-indicatoren GGZ en Verslavingszorg’ is het ‘sturen op informatie’ binnen Mediant steeds nadrukkelijker onder de aandacht gekomen. Dit heeft geleid tot een afstudeeropdracht om te komen tot een soort Balanced Scored card: ‘Mediant-informatiedashboard’ met prestatie-indicatoren op de gebieden personeel, financiën, primaire proces en kwaliteit. Aanzet tot implementatie in 2007 is gegeven. Het Centrum voor Psychotrauma heeft in 2006 haar deuren geopend. De deskundigheid voor traumabehandeling die binnen het project Mediant Nazorg Vuurwerkramp is opgedaan is daarmee expliciet binnen Mediant gepositioneerd. Een aanzet om te komen tot een Mediantbreed Psychodiagnostisch Academisch Centrum Twente is gegeven en wordt per 1.6.2007 werkelijkheid. De ontwikkelingen in het kader van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning zijn in 2006 gevolgd en hebben geleid tot een optimale voorbereiding op de implementatie op 1.1.2007.
e n
rijfshulpverleners worden hierin structureel geschoold.
i n s p a n n in g e n
In het kader van de veiligheid van medewerkers is een BHV-organisatie opgetuigd. Diverse bed-
B e l e i d ,
4. Veiligheid voor medewerkers en bijdragen aan een veiliger samenleving
p r e sI n t ah toi ue ds
Zie hiertoe paragraaf 4.4.
4‘ ; oB oe i lhej i d ,
i n s p a n n i n g e n
e n
p r e s tat i e s
3. Borging van de kwaliteit van zorg middels HKZ-certificering
25
25
Met betrekking tot veiligheid en agressie in de cliëntenzorg zie paragraaf 4.4.
5. Aandacht voor leiderschap op alle organisatieniveaus In 2006 is de interne cursus ‘coachend leiderschap’ geleverd aan diverse (zorg)teams. De implementatie van de nota ‘personeelsbeleid’ is doorgeschoven naar 2007, waarbij gestart wordt met een cursus leiderschap bij de deelnemers van het ManagementOverleg.
6. Familiebeleid functioneert op circuitniveau. Zie hiertoe paragraaf 4.4
7. Regionale ontwikkeling van Arbeidshulpverlening (INTEND). Zie hiertoe paragraag 4.4
8. Anticiperen op marktwerking door versteviging van de vermogensbasis van Mediant en onderzoeken naar mogelijkheden tot flexibilisering van personeelsbestand. Deze ambitie om de vermogensbasis te verstevigen heeft ertoe bijgedragen dat er drastische kostenreducerende maatregelen doorgevoerd moesten worden. Plannen tot flexibilisering van het personeelsbestand zijn in 2006 vormgegeven, waaronder aanpassing dienstenstructuur, en worden in 2007 geïmplementeerd.
Overige ontwikkelingen Onder stimulering van een werkgroep en de uitgave van de Basisset ‘Prestatie-indicatoren GGZ en Verslavingszorg’ is het ‘sturen op informatie’ binnen Mediant steeds nadrukkelijker onder de aandacht gekomen. Dit heeft geleid tot een afstudeeropdracht om te komen tot een soort Balanced Scored card: ‘Mediant-informatiedashboard’ met prestatie-indicatoren op de gebieden personeel, financiën, primaire proces en kwaliteit. Aanzet tot implementatie in 2007 is gegeven. Het Centrum voor Psychotrauma heeft in 2006 haar deuren geopend. De deskundigheid voor traumabehandeling die binnen het project Mediant Nazorg Vuurwerkramp is opgedaan is daarmee expliciet binnen Mediant gepositioneerd. Een aanzet om te komen tot een Mediantbreed Psychodiagnostisch Academisch Centrum Twente is gegeven en wordt per 1.6.2007 werkelijkheid. De ontwikkelingen in het kader van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning zijn in 2006 gevolgd en hebben geleid tot een optimale voorbereiding op de implementatie op 1.1.2007.
e n
rijfshulpverleners worden hierin structureel geschoold.
i n s pa n n in g e n
In het kader van de veiligheid van medewerkers is een BHV-organisatie opgetuigd. Diverse bed-
B e l e i d ,
4. Veiligheid voor medewerkers en bijdragen aan een veiliger samenleving
p r e sI n t ah toi ue ds
Zie hiertoe paragraaf 4.4.
p r e s tat i e s
Mediant hanteert een kwaliteitssysteem dat bestaat uit procedures, processen, verantwoordelijkheden en de organisatie voor het kunnen uitvoeren van kwaliteitszorg. Voor de ontwikkeling van ons kwaliteitssysteem werd gebruik gemaakt van het Instituut Nederlandse Kwaliteit (INK) model. Met het INK-model wordt bepaald welke gebieden het kwaliteitssysteem moet omvatten en op welke manier deze gebieden samenhangen. Het kwaliteitssysteem omvat enerzijds het gehele primaire proces van hulpverlening, dienstverlening en preventie en anderzijds geeft het een integrale uitwerking van het begrip kwaliteit weer. Dat wil zeggen dat het kwaliteitssysteem criteria bevat voor de beroepshouding, het methodisch handelen en de organisatorische voorwaarden.
Het kwaliteitssysteem wordt voortdurend verder ontwikkeld. Hoofdlijnen bij deze verdere ontwikkeling zijn: - De gehele kwaliteitscyclus (normeren, toetsen, verbeteren/bijstellen) wordt, zo mogelijk, doorlopen; - Prestatienormen zullen worden gehanteerd middels het ‘informatie-dashboard’ (zie ook pagina 21) en Mediant zal in het jaardocument 2006 zal aan de hand van deze normen de maatschappelijke verantwoording afleggen; - In oktober 2005 vond de ‘eerste adviesmeting’ in het kader van het HKZ certificeringstraject plaats. In het jaar 2006 werd gewerkt aan de noodzakelijke verbetertrajecten en certificering dient voor 2008 te zijn gerealiseerd; - Interne audits vonden plaats en op basis daarvan werden per organisatieonderdeel verbeterplannen opgezet en in uitvoering genomen; - In het traject dat leidt tot HKZ certificering zijn eisen vanuit de voorschriften voor AO/IC en DBCregistratie opgenomen op een zodanige wijze dat deze materie integraal kan worden uitgevoerd.
Opleidingen Mediant biedt een aantal specialistische opleidingen in de GGz. Per 31 december 2006 zijn dat: Opleiding
Capaciteit
Verpleegkundige (basisberoep art. 3 BIG)
13
Verpleegkundige met GGZ- functiedifferentiatie (bijvoorbeeld SPV)
14
Verpleegkundig specialist (beoogd artikel 14 BIG)
0
GZ-psycholoog (basisberoep art. 3 BIG)
7
Klinisch Psycholoog (artikel 14 BIG)
1
Psychotherapeut
0
Arts (basisberoep)
3
Arts met GGZ- functiedifferentiatie (bijvoorbeeld geriater)
0
Psychiater (artikel 14 BIG)
8
Psychiater met GGZ- functiedifferentiatie (ten behoeve van bijvoorbeeld de circuits Kinder&Jeugd, Forensisch of Ouderen)
0
Affiliatieovereenkomst met een academisch ziekenhuis inzake het lopen van co-assistentschappen voor het specialisme psychiatrie
3
26 p r e sI n t ah toi ue ds
26
4.3 Algemeen kwaliteitsbeleid
e n
e n
i n s p a n n in g e n
i n s p a n n i n g e n
B e l e i d ,
4‘ ; oB oe i lhej i d ,
p r e s tat i e s
27
Beleidskader m.b.t. de Zorg Voor het jaar 2006 werden in het beleidskader de volgende doelstellingen opgenomen: Anticiperend op de aanstaande marktwerking in de zorg en daarmee samenhangende termen als concurrentie en certificering moeten onze interne processen zo transparant mogelijk zijn. Uiterlijk 2006 moeten onze primaire en administratieve processen beschreven zijn, waarbij de werkwijze aansluit bij de DBC’s en (voor 75%) voldoet aan de normen uit het HKZ-certificeringsschema (rubrieken van het primaire proces: intake/indicatie – uitvoering/zorgverlening – evaluatie/nazorg). Daarnaast spelen op circuitniveau ontwikkelingen, die met dit primaire proces samenhangen:
- de aanstaande verhuizing van Circuit Jeugd en de inhoudelijke integratie met KJPON ;
- het samengaan van de langerdurende zorgcircuits voor volwassenen;
- de doorontwikkeling van de programma-organisatie van circuit VAB;
- het voorbereid zijn op de WMO bij o.m. circuit IDA en Centrum voor Preventieve GGz;
- de blijvende aandacht voor de klinische zorg binnen circuit Ouderen.
- aansluiting van de 3 voordeuren met het CEL-project (Consultatie Eerste Lijn).
De in 2005 expliciet benadrukte aandacht voor betrokkenheid van en informatie aan familie/naasten van onze cliënten moet in 2006 worden bestendigd als onderdeel van onze zorg. De weg naar de familie-informatiepersoon (evaluatie van deze functie medio 2006) wordt gemakkelijk gevonden, er wordt gewerkt volgens het met ‘de familie’ ontwikkelde convenant en we streven naar toenemende tevredenheid onder familieleden en naasten op basis van per circuit te bepalen normering. Mediant neemt haar verantwoordelijkheid in de bijdrage tot een veiliger samenleving te beginnen bij de veiligheid binnen Mediant. De nota van projectgroep ‘agressie en veiligheid’, de beleidsnota ‘Middelen en Maatregelen’, nota ‘huiselijk geweld’ en de aanbevelingen in ‘een boekje open’ door de cliëntenraad worden (verder) geïmplementeerd. Op het gebied van de forensische psychiatrie wordt in 2006 op strategisch niveau verder nagedacht. In het kader van de ontwikkeling van nieuwe producten zal op regionaal niveau middels de opzet van het concept ‘INTEND’ met Adhesie en de RIAGG’s over de IJssel op het gebied van arbeidsgerelateerde hulpverlening verregaande samenwerking worden voortgezet.
Realisatie De primaire en administratieve processen zijn beschreven. Registratie vindt plaats conform de DBC-richtlijnen. Het HKZ-certificeringstraject ligt op schema voor certificering in 2007. De genoemde ontwikkelingen op circuitniveau werden stevig beïnvloed door een noodzakelijke bezuinigingsoperatie. Deze kwam voort uit verminderde zorginkoop door het Zorgkantoor Twente. De voorgenomen samensmelting van de circuits voor langerdurende volwassenenzorg werd voorbereid maar nog niet geëffectueerd. Eerst na realisering van de bezuinigingsopdracht zal dat het geval zijn.
27 p r e sI n t ah toi ue ds
4.4 Kwaliteitsbeleid ten aanzien van patiënten/cliënten
e n
e n
i n s p a n n in g e n
i n s p a n n i n g e n
B e l e i d ,
4‘ ; oB oe i lhej i d ,
4‘ ; oB oe i lhej i d ,
i n s p a n n i n g e n
e n
p r e s tat i e s
Voor de doorontwikkeling van de programma-organisatie binnen het circuit VAB geldt het zelfde.
28
28
uitgevoerd is in het verslagjaar veranderd onder druk van de afslankingsoperatie. De uiteindelijke gevolgen hiervan zien we in het opheffen van de functie van Familie Informatie Persoon in 2007. De functie dient te worden ingevuld door hulpverleners binnen de zorgcircuits. Ook zal de Familieraad de informatiefunctie voor een deel op zich gaan nemen. De werkzaamheden van de Familieraad en de staffunctionaris Familiebeleid werden in 2006 onverminderd voortgezet. Voorbereidingen voor het structureel uitvoeren van familietevredenheidsonderzoek werden getroffen. In het kader van het beleid rond agressie en veiligheid werd onder meer ingeschreven op een GGZ Nederland project in het kader van het landelijke ‘Dwang en Drang’-programma. Een subsidie werd verkregen voor het project ‘Comfort rooms’. De implementatie van deze zorgvernieuwing om separaties terug te dringen wordt begeleid met onderzoek. Dit project loopt drie jaar. De samenwerking rond arbeidshulpverlening heeft geresulteerd in een Intend-vestiging in Hengelo die inmiddels de opstartfase voorbij is.
4.4.1 Kwaliteit van zorg GGZ De Basisset Prestatie-indicatoren GGz en Verslavingszorg wordt door Mediant niet alleen gebruikt ter externe maatschappelijke verantwoording, maar ook voor interne management-sturingsinformatie, als onderdeel van het in ontwikkeling zijnde Mediant Informatie-dashboard (zie ook pagina 21). De betreffende indicatoren zijn in de bijlage opgenomen.
4.4.2 Klachten Mediant Geestelijke Gezondheidszorg en de RIBW Twente hechten grote waarde aan een goede opvang, bemiddeling en behandeling van klachten van cliënten. 1. Om hier vorm aan te geven werd in juni 1996 een gezamenlijke klachtenregeling vastgesteld. De regeling betreft zowel klachten ingevolge de Wet Klachtrecht Cliënten Zorgsector (WKCZ) als klachten ingevolge de Wet Bijzondere Opnemingen Psychiatrische Ziekenhuizen (BOPZ) 2. De regeling heeft ten doel:
a. Recht te doen aan de individuele klager;
b. Een kader te bieden waarin verstoring in de relatie tussen cliënt en instelling/hulpverlener een plek kan krijgen en daarmee bij te dragen aan het zuiver houden van deze relatie;
c. Het bevorderen en bewaken van de kwaliteit van de zorgverlening binnen de instellingen.
3. Bij de opzet van de regeling is nadrukkelijk gekozen voor laagdrempeligheid en het – waar mogelijk – vermijden van een formele behandeling van klachten. Daarom worden klachtopvang, bemiddeling en klachtbehandeling tot de taken van de klachtencommissie gerekend.
e n
Familiebeleid is en blijft een belangrijke pijler binnen de zorg. De wijze waarop dit beleid wordt
i n s p a n n in g e n
mateams om op die wijze de wachttijden te bekorten.
B e l e i d ,
project eveneens beïnvloed. Er werd toegewerkt naar een snellere doorstroming naar de program-
p r e sI n t ah toi ue ds
Binnen dit circuit heeft de bezuinigingsoperatie de aansluiting van de ‘voordeuren’ met het CEL-
4‘ ; oB oe i lhej i d ,
i n s p a n n i n g e n
e n
p r e s tat i e s
4. De klacht wordt bij voorkeur eerst besproken tussen klager en degene tegen wie de klacht is
29
29
6. Indien de klager dit wenst zal de secretaris van de commissie behulpzaam zijn bij het op schrift stellen van de klacht. 7. De klachtencommissie biedt de mogelijkheid tot een onpartijdige behandeling van de klacht, waarbij commissie de bevoegdheid heeft een onderzoek naar de klacht in te stellen. Voor de behandeling van de klacht bestaan twee mogelijkheden:
a. Bemiddeling
In samenspraak met klager en degene tegen wie de klacht gericht is tracht de commissie een bevredigende en voor alle partijen aanvaardbare oplossing voor de klacht te vinden.
b. Hoorzitting en uitspraak
Na klager en degene tegen wie de klacht gericht is in de gelegenheid te hebben gesteld hun standpunt toe te lichten doet de commissie een uitspraak over de gegrondheid van de klacht. Naar aanleiding van deze uitspraak kan de commissie het bestuur van betrokken instelling adviseren over te nemen maatregelen. 8. Wanneer klager en degene tegen wie de klacht zich richt het daarover eens zijn verdient bemiddeling de voorkeur boven een klachtbehandeling die eindigt met een hoorzitting en een uitspraak van de commissie. 9. De klachtencommissie telt maximaal vijf leden en vier plaatsvervangende leden, die deels worden gerekruteerd uit de betrokken instellingen en worden benoemd door de gezamenlijke besturen van de instellingen. Bij de behandeling van een klacht bestaat de commissie uit tenminste drie personen inclusief een onafhankelijke voorzitter. De voorzitter bepaalt – afhankelijk van de aard en de herkomst van de klacht – per behandeling de samenstelling van de commissie.
Analoog aan hetgeen hierboven gesteld wordt voor cliënten, hecht Mediant grote waarde aan een goede opvang, bemiddeling bij en behandeling van klachten van familie van cliënten aan wie de instellingen zorg verlenen of verleend hebben. Onder familie wordt verstaan familieleden en andere naastbetrokkenen van de cliënt. Om hier vorm aan te geven werd in 1999 door de Raad van Bestuur van Mediant en de directie van RIBW Twente de aanzet gegeven om te komen tot een klachtenregeling voor familie. In 2003 werd deze vastgesteld. Aanleiding om te komen tot een klachtenregeling voor familie was niet alleen de toenemende aandacht voor de positie van familieleden en andere naastbetrokkenen in de zorg voor cliënten, maar
e n
missie.
i n s p a n n in g e n
5. De klager heeft het recht een klacht direct ter behandeling voor te leggen aan de klachtencom-
B e l e i d ,
deld zonder een beroep te doen op de klachtencommissie.
p r e sI n t ah toi ue ds
gericht. Wanneer beiden het daarover eens zijn kan een klacht in goed overleg worden afgehan-
4‘ ; oB oe i lhej i d ,
i n s p a n n i n g e n
e n
p r e s tat i e s
ook het feit dat beide instellingen een voortdurende kwaliteitsbevordering van de zorg voor en rond
30
30
De hier genoemde klachtenregelingen worden genoemd in de algemene informatiefolders van Mediant en ook in de circuit specifieke folders. Tijdens intakegesprekken wordt de klachtenregeling onder de aandacht gebracht en deze regeling is in te zien in op de Mediant website. (www.mediant.
Bereikbaarheid van Mediant Mediant heeft met name in 2006 een grote stap gezet in de aansluiting bij de huisartsenpraktijken in het project Consultatie Eerste Lijn. Dit betekent dat een functionaris van Mediant in de huisartspraktijk bereikbaar is. De doorstroming vanuit dit project naar de reguliere Mediant-organisatie, daar waar dit voor een cliënt aan de orde is, is geoptimaliseerd door uniformering en afstemming met de ‘voordeuren jeugd, volwassenen en ouderen’ van Mediant. Mediant heeft een 24-uurs bereikbaarheidssyteem.
Beschikbaarheid van Mediant In de managementrapporages wordt structureel managementinformatie geleverd over de wachttijden binnen Mediant. De doorstroming in het primaire proces is ook één van de pijlers van het in ontwikkeling zijnde ‘Mediant informatie-dashboard’ (zie ook pagina 21).
4.4.4 Veiligheid Informatieveiligheid De kwaliteit van de dienstverlening van Mediant is een zaak van groot belang, soms zelfs van levensbelang. Om cliënten het gewenste niveau van dienstverlening te kunnen bieden, is het noodzakelijk dat zorgverleners op ieder moment over betrouwbare gegevens kunnen beschikken. Tegelijkertijd is het van belang ervoor te zorgen dat gevoelige gegevens niet in handen van ongeautoriseerde partijen vallen om de privacy van de patiënt, de zorgverlener en van de zorginstelling te beschermen. Tenslotte is het van belang dat informatie altijd beschikbaar is. Om dit te kunnen realiseren zijn maatregelen van informatiebeveiliging nodig Informatiebeveiliging is een stelsel van maatregelen om verstoringen in de zorgvuldige en doelmatige informatievoorziening te voorkomen en eventuele schade als gevolg van desondanks optredende verstoringen te beperken. Informatiebeveiliging is gericht op de aspecten:
B e l e i d ,
4.4.3 Toegankelijkheid
i n s p a n n in g e n
e n
nl)
p r e sI n t ah toi ue ds
cliënten voorstaan. Een klachtenregeling voor familie behoort daartoe.
4‘ ; oB oe i lhej i d ,
i n s p a n n i n g e n
e n
p r e s tat i e s
1. vertrouwelijkheid: het beschermen van gegevens tegen onbevoegde kennisname;
31
31
Binnen Mediant is er al veel geregeld op dit gebied van Informatiebeveiliging. Er wordt gebruik gemaakt van moderne technieken om de veiligheid van de informatie in de ICT systemen te garanderen, en op organisatorisch niveau is er (in 2006) gestart met de invoeren van de norm voor informatiebeveiliging in de zorg, de NEN5710. Doelstelling is een pragmatisch, transparant en integraal informatiebeveiligingsbeleid en continue inzichtelijkheid in de mate van compliancy / non-compliancy inclusief verbeterplan ten behoeve van de leiding en eventuele andere stakeholders. Om een doelmatige start te maken is er in 2006 voor gekozen om in als eerste een Concept Informatiebeveiligingsbeleid op te stellen (Fase 1). Dit zal worden opgesteld door Ernst & Young EDP Audit, waarna er in het project doelstellingen worden geformuleerd op basis van prioriteiten, welke in 2007 zullen worden uitgewerkt. Fase 2 (2008) zal gericht zijn op de certificering.
Veiligheid medewerkers In het kader van de veiligheid van medewerkers op de werkplek is een BHV-organisatie inclusief bedrijfsnoodplannen opgetuigd. Diverse bedrijfshulpverleners worden hierin structureel geschoold. De bedrijfsnoodplannen zijn intern toegankelijk voor medewerkers via het Mediant Intranet. Veiligheid cliënten Met betrekking tot veiligheid en agressie in de cliëntenzorg zie paragraaf 4.4.
4.5 Kwaliteit ten aanzien van medewerkers 4.5.1 Personeelsbeleid Kwaliteit van het personeel De instelling investeert in de ontwikkeling van de kwaliteit van het personeel, onder andere door in jaargesprekken systematisch aandacht te besteden aan het POP (het persoonlijk opleidingsplan van de medewerker) en door de organisatie van een instellingsbreed intern cursusaanbod, dat in het verslagjaar bestaat uit 31 verschillende cursussen, gevolgd door 1342 medewerkers verdeeld in 155 groepen. Ten opzichte van 2005 is het aantal deelnemers gestegen met ruim 30%.
e n
beschikbaar zijn voor gebruikers.
i n s p a n n in g e n
3. beschikbaarheid: het zekerstellen dat gegevens en informatiediensten op de gewenste momenten
B e l e i d ,
gaan;
p r e sI n t ah toi ue ds
2. integriteit: het waarborgen dat gegevens niet ongecontroleerd worden gewijzigd of verloren
p r e s tat i e s
32
Beschikbaarheid van personeel
32
1. Verloop De invoering van de marktwerking in de zorg heeft voor Mediant aanzienlijke kostenreducties noodzakelijk gemaakt, die zullen leiden tot vermindering van de werkgelegenheid binnen Mediant. In dit verband is in het verslagjaar een “milde vacaturestop” ingevoerd. Daarnaast zijn nieuwe
e n
dienstverbanden vaker voor bepaalde tijd aangegaan. Deze beleidskeuzes hebben hun effect op de verloopcijfers van de instelling; die een stijgende lijn vertonen t.o.v. vorige verslagjaren. 2. Vervulling vacatures Over het geheel genomen is de instelling er goed in geslaagd ontstane vacatures te vervullen, wel zijn vacatures voor psychiaters, GGZ-artsen, klinische en gz-psychologen en psychotherapeuten moeilijker vervulbaar. 3. Verzuim Het ziekteverzuimpercentage is t.o.v. het vorige verslagjaar licht gestegen (2005: 4,4%). Hiermee is het verzuimpercentage voor het eerst sinds 2000 (een fractie) hoger dan het landelijk gemiddelde in de GGZ-sector. In 2006 is het verzuim- en reïntegratiebeleid geactualiseerd. Tevens is besloten tot een zogeheten “maatwerkconstructie arbodienstverlening”: het contract met de arbodienst is opgezegd en er is een bedrijfsarts in eigen dienst genomen.
Verloop personeel Aantal Aantal fte personeelsleden Instroom personeel in loondienst (totaal) in verslagjaar
96
54,25
Waarvan personeel met patiënt- c.q. cliëntgebonden functies
65
38,51
Uitstroom personeel in loondienst (totaal) in verslagjaar
121
71,13
61
52,90
Waarvan personeel met patiënt- c.q. cliëntgebonden functies
p r e sI n t ah toi ue ds
e n
Toelichting op verloop: De invoering van de marktwerking in de zorg heeft voor Mediant aanzienlijke kostenreducties noodzakelijk gemaakt. In dit verband is in het verslagjaar een “milde vacaturestop” ingevoerd. Daarnaast zijn vaker dienstverbanden voor bepaalde tijd aangegaan. De kostenreducties leiden tot vermindering van de werkgelegenheid binnen Mediant. Het Formatieplaatsenplan dient op 01.07.2007 t.o.v. 01.01.06 met 50 arbeidsplaatsen te zijn verminderd. Toelichting
Instroom personeel in loondienst
Instroom is gelijk aan aangenomen personeel.
Personeel in loondienst zijn werknemers op eigen loonlijst,
waarvoor loonbelasting dient te worden afgedragen (inclusief:
oproepkrachten) Exclusief: stagiaires, uitzendkrachten,
zelfstandige specialisten in vrij beroep, consulenten, alfa-
helpenden, overig ingehuurd personeel en vrijwilligers.
Toelichting
Uitstroom personeel in loondienst
Uitstroom is gelijk aan vertrokken personeel. Personeel in
loondienst zijn werknemers op eigen loonlijst, waarvoor
loonbelasting dient te worden afgedragen ( inclusief:
oproepkrachten). Exclusief: stagiaires, uitzendkrachten,
zelfstandige specialisten in vrij beroep, consulenten, alfa-
helpenden, overig ingehuurd personeel en vrijwilligers.
i n s pa n n in g e n
i n s p a n n i n g e n
B e l e i d ,
4‘ ; oB oe i lhej i d ,
p r e s tat i e s
33
Personeelsformatie Percentage
Verzuim totaal personeel in loondienst
4,7%
Toelichting op verzuim: In onze verzuimregistratie is het niet mogelijk onderscheid te maken tussen al dan niet patiëntc.q. cliëntgebonden functies. Het ziekteverzuimpercentage is t.o.v. het vorige verslagjaar licht gestegen (2005: 4,4%).
Vacatures Vacatures Totaal aantal vacatures Aantal moeilijk per 31 december van vervulbare vacatures per het verslagjaar 31 december van het verslagjaar Totaal personeel 4 2 Personeel met patiënt- c.q. cliëntgebonden functies 4 2 4.5.2 Kwaliteit van het werk Binnen de instelling krijgt de ontwikkeling van het arbobeleid veel aandacht. In het verslagjaar zijn op beleidsniveau onder meer de volgende activiteiten uitgevoerd: - de actualisatie van het verzuim- en reïntegratiebeleid, incl. de overgang naar een zogeheten “ma atwerkconstructie”(overgang van een externe arbodienst naar een bedrijfsgeneeskundige zorg in eigen regie) - beschrijving van de positionering van de arbozorg binnen de instelling - nieuw beleid m.b.t. de monitoring van de uitvoering van het arbobeleid - het ontwikkelen van een leidraad voor leidinggevenden voor het voorkomen van verzuim door psychische overbelasting - het samenstellen van enkele algemene informatiebrochures voor nieuwe medewerkers en voor stagiaires, en een brochure over beeldschermwerk - actualisatie van de RI en E voor een van de circuits van de instelling - een onderzoek naar een nieuwe opzet voor het werkbelevingsonderzoek (medewerkersonderzoek). Bij de uitvoering van de arbozorg binnen de teams blijven het voorkomen van agressie en het vergroten van de veiligheid van cliënten en medewerkers belangrijk aandachtspunten. Medewerkers worden onder andere hierop getraind door middel van het centrale cursusaanbod. In het verslagjaar werd geen medewerkersonderzoek uitgevoerd. Het beleid van de instelling is een dergelijk onderzoek 1x per twee jaar uit te voeren, het laatste onderzoek vond plaats in 2005.
33 p r e sI n t ah toi ue ds
Ziekteverzuim pesoneel exclusief zwangerschapsverlof
e n
e n
i n s p a n n in g e n
i n s p a n n i n g e n
B e l e i d ,
4‘ ; oB oe i lhej i d ,
p r e s tat i e s
34
Mens Mediant heeft in 2006 het Centrum voor Preventie geherpositioneerd naast de reguliere GGZzorg, om laagdrempelig voorlichting, trainingen en cursussen aan een ieder die daar behoefte aan heeft te kunnen bieden. Daarnaast heeft Mediant in 2006 bijgedragen aan de opening van een vestiging van Intend, instelling voor arbeidshulpverlening. Mediant draagt tevens bij aan het vergroten van de veiligheid in de samenleving, door inzet van crisisdienst, bemoeizorg en overleg met gemeentelijke organen in het kader van overlast (in de wijk).
Maatschappelijke participatie Mediant biedt in het kader van maatschappelijke participatie diverse plekken voor vrijwilligerswerk. Momenteel zijn zo’n 200 vrijwilligers op diverse manieren ingeschakeld. Er wordt gestreefd naar het behalen van de NOV6 -kwaliteitsonderscheiding voor vrijwilligerswet.
In het najaar van 2006 heeft een ‘GGz’- delegatie uit Duitsland (Schleswig-Holstein) Mediant bezocht om inzicht te verkrijgen in het functioneren van de Nederlands GGz en diverse organisaties daarbinnen.
Milieu Mediant heeft een contract met een externe partner ‘SITA, Recycling Services Noord Oost‘ omtrent het beheer van afvalstoffen.
4.7 Financieel beleid Gang van zaken tijdens het boekjaar
Opbrengsten: Het jaar 2006 werd gekenmerkt door langdurige onzekerheid over het beschikbare AWBZ budget. Begin 2006 was het verschil tussen het door het Zorgkantoor aan Mediant toegekende productievolume en het begrote volume ruim 3 mln. euro. Omdat het Zorgkantoor niet het gehele budget aan aanbieders had toegekend om optredende knelpunten op te lossen heeft Mediant ervoor gekozen de optredende knelpunten, met name zichtbaar in de vorm van wachtlijsten, zoveel mogelijk op te lossen door het leveren van meer productie dan afgesproken met het Zorgkantoor. Dit in de verwachting dat in de loop van het jaar aanvullende financiering beschikbaar zou komen. In de loop van het jaar bleek in de herschikkingrondes in juli en oktober inderdaad een deel van de 6
NOV = Nederlandse Organisatie voor Vrijwilligerswerk
34 p r e sI n t ah toi ue ds
4.6 Samenleving
e n
e n
i n s p a n n in g e n
i n s p a n n i n g e n
B e l e i d ,
4‘ ; oB oe i lhej i d ,
4‘ ; oB oe i lhej i d ,
i n s p a n n i n g e n
e n
p r e s tat i e s
overproductie door het Zorgkantoor gefinancierd te worden. Daarnaast stelde VWS extra middelen 35
35
Kosten: Op basis van de grote onzekerheden omtrent de baten is gedurende het gehele jaar een restrictief kostenbeleid gevoerd. Materiele kosten werden zoveel mogelijk beperkt en vacatures in principe alleen met tijdelijke contracten ingevuld. Vanaf eind september, toen duidelijk werd dat niet alle geplande productie zou worden gefinancierd, is zoveel mogelijk bezuinigd en zijn onder andere vacatures niet meer ingevuld tenzij absoluut noodzakelijk.
Omzet en resultaat
De totale opbrengsten bedroegen in 2006 52,4 mln. (2005: 51,5 mln.). Het resultaat ruim 2 ton positief (2005: -/- 450K). Voor gedetailleerdere informatie wordt verwezen naar de jaarrekening 2006. Na eliminatie van incidentele posten is het genormaliseerde resultaat ruim 5 ton positief. Een aanmerkelijke verbetering ten opzichte van 2005 (-/- 824) en met name toe te schrijven aan het restrictieve kostenbeleid.
Financiële positie Current ratio
2006
2005
0,44
0,49
De current ratio is de verhouding tussen de vlottende activa en het kort vreemd vermogen.
Solvabiliteit
2006
2005
7,1
7,8
De solvabiliteit geeft de verhouding weer tussen eigen vermogen en het totaal van de opbrengsten. Opgemerkt wordt dat de eigen vermogenspositie is afgenomen ten gevolge van het treffen van een voorziening voor dienstjubilea (512K), welke rechtstreeks ten laste van het eigen vermogen is geboekt
e n
erd.
i n s p a n n in g e n
productievolume nog ruim 9 ton. Uiteindelijk heeft Mediant 2 ton onbetaalde overproductie gelev-
B e l e i d ,
productievolume op. Eind september was het resterende verschil tussen het begrote en toegezegde
p r e sI n t ah toi ue ds
beschikbaar ter bestrijding van knelpunten in de jeugdzorg. Voor Mediant leverde dit 5 ton extra
p r e s tat i e s
36
Verwezen wordt naar het kasstroomoverzicht in de jaarrekening 2006.
Gebeurtenissen na balansdatum
Geen bijzonderheden.
Toekomstige ontwikkelingen
Opbrengsten: De tarieven extramurale zorg zijn in 2007 gemiddeld met 4% gedaald. De klinische tarieven liggen nog op het niveau van 2006. Vanaf 2007 geldt voor een groot deel van de extramurale productie het “geld volgt klant principe” met als bovengrens de regionale contracteerruimte van het zorgkantoor. Hierdoor blijft er sprake van onzekerheid over de te ontvangen productievergoeding.
Kosten: De externe ontwikkelingen maken het noodzakelijk het evenwicht tussen kosten en opbrengsten nauwlettend te bewaken en de kostenstructuur zo flexibel mogelijk te maken, zodat adequaat op wijzigingen in de omvang van de productie kan worden ingespeeld. De lagere tarieven brachten de noodzaak tot een reorganisatie met zich. Begin 2007 is een reorganisatieplan opgesteld, welke inmiddels in uitvoering is. Naast bezuiniging in materiele kosten zal met name bezuinigd moeten worden op de personeelskosten. Onvermijdelijk is een afname van eind 2006 tot juli 2007 van 50 arbeidsplaatsen.
De reorganisatiekosten zijn deels verwerkt in de jaarrekening 2006 en deels in de begroting 2007
36 p r e sI n t ah toi ue ds
Kasstromen
e n
e n
i n s p a n n in g e n
i n s p a n n i n g e n
B e l e i d ,
4‘ ; oB oe i lhej i d ,
‘b ; oi oj il haj g e
Bijlage bij hoofdstuk 2 Profiel van de organisatie
5
Nadere typering
5
Kerngegevens
6
Productie, personeel en opbrengsten
6
Werkgebieden
7
Personeel
8
Gegevens verblijfplaatsen naar bouwcategorie
9
GGZ-instellingen
9
Bijlage bij hoofdstuk 3 Governance
10
Bestuur en toezicht
10
Wettelijke transparantie-eisen bestuurstructuur
10
Wettelijke transparantie-eisen bedrijfsvoering
11
Samenstelling Raad van Bestuur en Raad van Toezicht M/V
11
Bijlage bij hoofdstuk 4 beleid, inspanningen en prestaties
12
Algemeen Kwaliteitsbeleid
12
Kwaliteitsbeleid ten aanzien van patiënten/cliënten
12
Kwaliteit van zorg GGZ
12
Klachten
16
Personeelsbeleid
17
Kwaliteit van het personeel
17
Kwaliteit van het werk
17
Financieel beleid
18
37 BI ni jhl oa ug de
37
Inhoudsopgave
b i j l a g e
38
38 BI ni jhl oa ug de
1 Bijlage bij hoofdstuk 2 Profiel van de organisatie
1 Nadere typering Nadere typering Mediant Typering
Ja/nee
Geïntegreerde GGZ-instelling (inclusief forensische zorg)
Ja
Algemeen psychiatrisch ziekenhuis (zelfstandig)
Nee
RIAGG (zelfstandig)
Nee
RIBW (zelfstandig)
Nee
Kinder- en jeugdpsychiatrische kliniek (zelfstandig)
Nee
Instelling voor forensische zorg (zelfstandig)
Nee
Instelling voor verslavingszorg (zelfstandig)
Nee
AWBZ-functies geleverd door Mediant Functie
Ja/nee
Huishoudelijke verzorging
Nee
Persoonlijke verzorging
Nee
Verpleging
Ja
Ondersteunende begeleiding
Ja
Activerende begeleiding
Ja
Behandeling
Ja
Verblijf op grond van de AWBZ
Ja
Overige AWBZ-prestaties geleverd door Mediant Prestatie
Ja/nee
Uitleen verpleegartikelen
Nee
Prenatale zorg
Nee
Advies, instructie en voorlichting
Ja
Voedingsvoorlichting
Ja
Overige zorg geleverd door Mediant Prestatie
Ja/nee
Dieetadvisering
Ja
Doelgroepen cliënten AWBZ-zorg Doelgroep
Ja/nee
Somatische aandoening of beperking
Ja
Psychogeriatrische aandoening of beperking
Ja
Psychiatrische aandoening
Ja
Lichamelijke handicap
Nee
Verstandelijke handicap
Nee
Zintuiglijke handicap of communicatieve stoornis
Nee
Psychosociale problemen
Ja
b ‘ ; i oj ol iahgj e
39
2.1 Productie, personeel en opbrengsten Kerngegevens productie, capaciteit, personeel en opbrengsten GGZ Kerngegeven Aantal/bedrag Patiënten/cliënten Aantal patiënten in zorg op 31 december
10.956
Capaciteit Aantal feitelijke bedden op 31 december inclusief beschermd wonen
265
Productie Aantal verzorgingsdagen inclusief beschermd wonen exclusief BOPZ in verslagjaar
91.850
Aantal deeltijdbehandelingen in verslagjaar
20.805
Aantal ambulante contacten in verslagjaar
163.495
Personeel Aantal personeelsleden in loondienst op 31 december (inclusief leerlingen)
958
Aantal FTE personeelsleden in loondienst op 31 december (inclusief leerlingen)
710,44
Bedrijfsopbrengsten Totaal bedrijfsopbrengsten (in euro’s) in verslagjaar
52.445.816
Waarvan wettelijk budget voor aanvaardbare kosten
51.311.608
Waarvan overige bedrijfsopbrengsten
39 BI ni jhl oa ug de
2 Kerngegevens
1.134.209
b ‘ ; i oj ol iahgj e
Salarissen en kosten
Aantal werkzame
Aantal fte’s per 31
in verslagjaar, in
personen per 31 de-
december verslag-
euro’s
cember verslagjaar
jaar
1.100.547
17
16,5
31.772
-7
-
413400
-
-
-
413500
7.779.946
236
177,57
413600
8.070.892
268
190,97
413700
7.807.260
143
413000
24.790.417
664
498,79
414100
110.807
7
5,67
414110
170.516
6
5,78
72.307
3
2,78
414300
-
-
-
Helpenden in opleiding (niv. 2)
414500
-
-
-
Zorghulpen in opleiding (niv. 1)
414700
-
-
-
Overig leerling-verpleegkundig,
414800
-
-
-
414000
353.630
16
14,23
411000
5.875.524
190
140,6
Personeel hotelfuncties
412000
1.335.413
79
48,38
Personeel terrein- en gebouwge-
415000
245.165
A) Personeel in loondienst
Code
1) Personeel patiënt- cq cliëntgebonden functies in loondienst Management en staf patiënt/cliënt-
413100
gebonden functies Personeel medische elektronica,
413200 +
revalidatietechniek en onderzoeks-
413300
functies Personeel behandel- en behandelingsondersteuning Personeel psychosociale behandeling en begeleiding Verpleegkundig, opvoedkundig, verzorgend en sociaal 113,72
(ped)agogisch personeel Medisch en sociaal-wetenschappelijke functies Subtotaal 2) Leerling-verpleegkundig, opvoedkundig, verzorgend en sociaal (ped)agogisch personeel in loondienst Verpleegkundigen en sociaal (ped)agogisch hulpverleners in opleiding (niveau 5) Verpleegkundigen en sociaal (ped)agogisch hulpverleners in opleiding (niveau 4) Verzorgenden (IG/AG) en
414200+
sociaal(ped)agogisch hulpverleners
414400
in opleiding (niveau 3) Opvoedkundig personeel in opleiding
opvoedkundig, verzorgend en sociaal(ped)agogisch personeel in loondienst
Subtotaal 3) Management en ondersteunend personeel in loondienst Personeel algemene en administratieve functies
bonden functies Subtotaal 7
Medewerker was op 31.12.06 niet meer in loondienst
411+412+ 415000
7.456.102
9
8,44
278
197,42
40 BI ni jhl oa ug de
40
3 Personeel
b ‘ ; i oj ol iahgj e
B) Personeel in loondienst
Code
Stagiaires verpleegkundig,
Salarissen en kosten
Aantal werkzame
Aantal fte’s per 31
in verslagjaar, in
personen per 31 de-
december verslag-
euro’s
cember verslagjaar
jaar
18.360
102
69,14
opvoedkundig, verzorgend en sociaal(ped)agogisch 7.015
41
26,62
71.939
54
80,8
Overige uitzendkrachten
100.749
13
106,7
Zelfstandige specialisten in vrij be-
296.402
8
2,42
Overige stagiaires Uitzendkrachten verpleegkundig, opvoedkundig, verzorgend en sociaal(ped)agogisch
roep en specialisten in loondienst elders Overig ingehuurd personeel
6
4,28
297
9,56
600.844
521
299,52
33.200.994
1.479
1.009,96
106.379
Vrijwilligers Alfa-helpenden Subtotaal A + B) Totaal personeel in loondienst en personeel niet in loondienst
4 gegevens verblijplaatsen naar bouwcategorie 4.1 GGZ-instellingen Doelgroep
Aantallen verblijfplaatsen per categorie zoals aangegeven in de prestatie-eisen ex artikel 10 WTZi Licht
Zwaar
Beveiligd
Somatische aandoening of beperking
-
-
-
Psychogeriatrische aandoening of beperking
-
64
-
Psychiatrische aandoening
-
163
388
Lichamelijke handicap
-
-
-
Verstandelijke handicap
-
-
-
Zintuiglijke handicap of communicatieve
-
-
-
-
9
10
stoornis Psychosociale problemen
Gesloten afdeling Scheiding met psychiatrische in praktijk lastig, omdat er bijna altijd sprake is van overlappende problematiek 10 zie voetnoot 8
9
41 BI ni jhl oa ug de
41
vervolg 3 Personeel
b i j l a g e
Verloop personeel Verloop personeel Aantal personeelsleden Aantal fte Instroom personeel in loondienst (totaal) in verslagjaar
96
54,25
Waarvan personeel met patiënt- c.q. cliëntgebonden functies
65
38,51
Uitstroom personeel in loondienst (totaal) in verslagjaar
121
71,13
61
52,90
Waarvan personeel met patiënt- c.q. cliëntgebonden functies Toelichting op verloop:
De invoering van de marktwerking in de zorg heeft voor Mediant aanzienlijke kostenreducties noodzakelijk gemaakt. In dit verband is in het verslagjaar een “milde vacaturestop” ingevoerd. Daarnaast zijn vaker dienstverbanden voor bepaalde tijd aangegaan. De kostenreducties leiden tot vermindering van de werkgelegenheid binnen Mediant. Ziekteverzuim personeel exclusief zwangerschapsverlof, volgens Vernetdefinitie Personeelsformatie Percentage Verzuim totaal personeel in loondienst
4,7%
Verzuim personeel met patiënt- c.q. cliëntgebonden functies in loondienst
?
Toelichting op verzuim: In onze verzuimregistratie is het niet mogelijk onderscheid te maken tussen al dan niet patiënt- c.q. cliëntgebonden functies. Het ziekteverzuimpercentage is t.o.v. het vorige verslagjaar licht gestegen (2005: 4,4%). Vacatures Vacatures
Totaal aantal vacatures per 31 december van het verslagjaar
Aantal moeilijk vervulbare vacatures per 31 december van het verslagjaar
Totaal personeel
4
2
Personeel met patiënt- c.q. cliëntgebonden functies
4
2
42 Bij la g e
42
5 Personeelsbeleid
C ‘ ; oo lo o i hfj o n
Voor meer exemplaren van dit jaarverslag kunt u contact opnemen met het secretariaat van de Raad van Bestuur, telefoon (053) 475 55 01.
Concept en uitvoering Van Marle Grafische Bedrijven
Tekst Mediant Geestelijke Gezondheidszorg
Eindredactie M.J.W. Vaanhold
ALG/001-mei 2007
43
43 C Ionl ho of u o n d
Colofon