Nummer archiefinventaris:
2.09.66
Inventaris van het archief van de Indische Verzekeringskamer en taakvoorganger, 1924-1957
Auteur: Centrale Archief Selectiedienst Nationaal Archief, Den Haag 2003 Copyright: cc0 This finding aid is written in Dutch.
2.09.66
Justitie / Indische Verzekeringskamer
3
I N H O U D S O P G A V E Beschrijving van het archief......................................................................................5
Aanwijzingen voor de gebruiker................................................................................................6 Openbaarheidsbeperkingen....................................................................................................... 6 Beperkingen aan het gebruik...................................................................................................... 6 Aanvraaginstructie...................................................................................................................... 6 Citeerinstructie............................................................................................................................ 6 Archiefvorming...........................................................................................................................7 Geschiedenis van de archiefvormer............................................................................................ 7 Geschiedenis van het archiefbeheer........................................................................................... 9 De verwerving van het archief............................................................................................... 9 Inhoud en structuur van het archief.........................................................................................10 Inhoud....................................................................................................................................... 10 Selectie en vernietiging.............................................................................................................. 11 Verantwoording van de bewerking........................................................................................... 11 Ordening van het archief............................................................................................................ 11 Verwant materiaal....................................................................................................................12 Afgescheiden archiefmateriaal.................................................................................................. 12
Beschrijving van de series en archiefbestanddelen................................................13 1 STUKKEN VAN ALGEMENE AARD................................................................................................ 13 2 STUKKEN BETREFFENDE AFZONDERLIJKE ONDERWERPEN......................................................14 2.1 ORGANISATIE.......................................................................................................................................14 2.2 PERSONEEL..........................................................................................................................................14 2.3 TAAKUITVOERING................................................................................................................................14 2.3.1 REGELGEVING...............................................................................................................................14 2.3.2 ONDERZOEK................................................................................................................................16 2.3.3 TOEZICHT, CONTROLE EN INFORMATIEVE ONDERSTEUNING..................................................18
2.09.66
Justitie / Indische Verzekeringskamer
Beschrijving van het archief
BESCHRIJVING VAN HET ARCHIEF Naam archiefblok: Ministerie van Justitie: Indische Verzekeringskamer en taakvoorganger Periode: 1924-1957 Archiefbloknummer: J26585 Omvang: 3,40 meter; 159 inventarisnummers. Taal van het archiefmateriaal: Het merendeel der stukken is in het Nederlands. Soort archiefmateriaal: Normale geschreven, getypte en gedrukte documenten, geen bijzondere handschriften. Archiefbewaarplaats: Nationaal Archief, Den Haag Archiefvormers: Ministerie van Justitie, Indische Verzekeringskamer en taakvoorganger Ministerie van Justitie, Nederlandse Verzekeringskamer Samenvatting van de inhoud van het archief: Het merendeel van het archief van de Indische Verkeringskamer bevat onderzoeksrapporten naar de in Nederlands-Indië werkzame levensverzekeringsmaatschappijen. Het gaat hierbij om de levensverzekeringsmaatschappijen die zowel binnen als buiten Nederland gevestigd waren. Daarnaast zijn er archiefbescheiden zoals notulen, agenda's en correspondentie in het archief aanwezig.
5
6
Justitie / Indische Verzekeringskamer
2.09.66
Aanwijzingen voor de gebruiker
Aanwijzingen voor de gebruiker Openbaarheidsbeperkingen
OPENBAARHEIDSBEPERKINGEN Volledig openbaar Beperkingen aan het gebruik
BEPERKINGEN AAN HET GEBRUIK Reproductie van originele bescheiden uit dit archief is, behoudens de algemene regels die gelden voor het kopiëren van stukken, niet aan beperkingen onderhevig. Er zijn geen beperkingen krachtens het auteursrecht. Een klein aantal stukken van dit archief is in een slechte materiële staat, wat tot gevolg heeft dat het niet aangevraagd kan worden. Aanvraaginstructie
AANVRAAGINSTRUCTIE Openbare archiefstukken kunnen online worden aangevraagd en gereserveerd. U kunt dit ook via de terminals in de studiezaal van het Nationaal Archief doen. Om te kunnen reserveren dient u de volgende stappen te volgen: 1. U maakt een profiel aan op www.gahetna.nl, en logt vervolgens in; 2. Via de archiefinventaris (alleen de beschrijvingen met rode nummers) selecteert u het gewenste archiefstuk door op de knop 'Reserveren' te klikken; 3. In het volgende scherm geeft u aan op welke dag u het archiefstuk wilt inzien; 4. Indien u zich bevindt in de studiezaal en een tafelnummer heeft ontvangen kunt u dit nummer vermelden. Als u geen tafelnummer heeft kunt u tafelnummer 777 laten staan; 5. Vervolgens bevestigt u uw reservering door deze te versturen. Citeerinstructie
CITEERINSTRUCTIE Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste éénmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling. VOLLEDIG: Nationaal Archief, Den Haag, Ministerie van Justitie: Indische Verzekeringskamer en taakvoorganger, 1924-1957, nummer toegang 2.09.66, inventarisnummer ... VERKORT: NL-HaNA, Justitie / Indische Verzekeringskamer, 2.09.66, inv.nr. ...
2.09.66
Justitie / Indische Verzekeringskamer
7
Archiefvorming
Archiefvorming Geschiedenis van de archiefvormer
GESCHIEDENIS VAN DE ARCHIEFVORMER De Nederlandse Verzekeringskamer te Amsterdam werd bij de Wet op het Levensverzekeringbedrijf van 22 december 1922, Stb. 716 ingesteld. De taken van de kamer omvatten globaal het van overheidswege toezicht houden op het levensverzekeringbedrijf in ruime zin (inclusief begrafenis- en pensioenfondsen, spaar- en bouwkassen). De kamer kreeg bij Besluit van 24 juli 1923, Stb. 379 een instructie. Ondanks bemoeienissen vanuit Nederland door deze verzekeringskamer bleek in NederlandsIndië al spoedig behoefte aan een aparte wetgeving. De behandeling in de Indische Volksraad van een wetsontwerp voor het levensverzekeringbedrijf werd echter afgebroken, met terugneming van het ontwerp. Op basis van de Ordonnantie van 6 november 1928 Indisch Staatsblad (Ind. Stb. 509) begon een onderzoek onder leiding van de hoofdambtenaar van het Levensverzekeringbedrijf J. Berendsen naar in Nederlands-Indië werkzame, niet in Nederland gevestigde levensverzekeringmaatschappijen. Berendsen moest rapport uitbrengen aan zijn opdrachtgever, de directeur van Justitie in Batavia. Mede door dit onderzoek ontstond de Ordonnantie Bijzondere Voorzieningen Levensverzekeringbedrijf van 18 maart 1931 Ind. Stb. 136 ('Indische Noodwet') die het mogelijk maakte om verzekeringmaatschappijen te liquideren ('af te wikkelen'). De Indische Noodwet kon bij Ordonnantie van 15 april 1941 Ind. Stb. 102 worden ingetrokken. De Duitse bezetting van Nederland in mei 1940 bracht ook op levensverzekeringsgebied een schokeffect teweeg. Zo werden verzekeringen geblokkeerd voor in Nederlands-Indië verblijvenden. Ter regulering diende de Ordonnantie van 19 juli 1940 Ind. Stb. 385 ('Overbruggingsordonnantie') die wilde tegengaan dat teveel bescherming van de liquiditeit van levensverzekeringmaatschappijen zou ontstaan tegen overmatige afkoop en belening. De ordonnantie werd pas definitief ingetrokken bij Ordonnantie van 1948 Ind. Stb. 3. Veel reeds in Nederlands-Indië vertegenwoordigde maatschappijen brachten hun zetels naar dat land over. Op 10 augustus 1940 werd te Batavia door de Commissie voor het Rechtsverkeer in Oorlogstijd (CRO) de Centrale voor Herverzekering van Levensverzekeringsrisico's opgericht ter dekking van de uitkeringen bij overlijden. Haar taak was het vertegenwoordigen van in Nederlands-Indië 'verweesde' maatschappijen, het administreren van de verzekeringen buiten Nederland, het beheren van reserves en het sluiten van herverzekeringen. Reeds vanaf juni 1940 troffen de Indische departementen van Economische Zaken en Justitie, in samenwerking met verzekeringsbedrijven, voorbereidingen voor een algehele regeling van het toezicht op het levensverkeringwezen in Nederlands-Indië wat uitmondde in de Ordonnantie op het Levensverzekeringbedrijf van 15 april 1941 Ind. Stb. 101, waarmee tegelijk de Indische Verzekeringskamer te Batavia werd ingesteld (effectief per 1 mei 1941). De Indische Verzekeringskamer kreeg bij Ordonnantie van 19 april 1941 Ind. Stb. 113 een instructie. Gezien de labiele situatie verscherpte de kamer de dekkingsvoorwaarden voor met name de buitenlandse levensverzekeringmaatschappijen in Nederlands-Indië door de Verordening op het Levensverzekeringbedrijf van 19 april 1941 Ind. Stb. 114, waarbij de eisen aan waarborgkapitaal en depotstelling nader werden omschreven. Andere eisen aan levensverzekeringmaatschappijen waren al eerder in verschillende artikelen van de Ordonnantie van 15 april 1941 Ind. Stb. 101 gesteld: artikel 14 stond uitoefening van het bedrijf alleen toe na erkenning door de kamer; volgens artikel 20 mochten de bedrijven alleen NV's of onderlinge maatschappijen zijn; artikel 33 bepaalde dat bedrijven aan de kamer mededeling moesten doen van de acte van oprichting, statuten en reglementen en toestemming voor de wijziging daarvan; volgens de artikelen 39 en 40
8
Justitie / Indische Verzekeringskamer
2.09.66
moesten de bedrijven jaarlijks aan de kamer rapporteren en staten insturen en de artikelen 46 en 47 bepaalden dat buiten Nederlands-Indië gevestigde bedrijven in Nederlands-Indië een vertegenwoordiger moesten hebben, hetzij zelf of door de kamer gekozen. De aanval van Japan op Hawaii in december 1941 en in Oost-Azië voorjaar 1942 remden initiatieven en verdere vestiging van levensverzekeringmaatschappijen in Nederlands-Indië, terwijl na de inval van Japan op 8 maart 1942 in Nederlands-Indië het verzekeringbedrijf stokte door internering van personeel en burgers, inbeslagname en vernietiging van archiefbescheiden en het zo goed als achterwege blijven van premiebetalingen en verzekeringsuitkeringen. Hierdoor lagen de werkzaamheden van de Indische Verzekerings-kamer zo goed als stil, op wat rapportage van het gedelegeerd lid na. Opdrachten van Japanse zijde hielden weinig positiefs in en werden daarom indien mogelijk gesaboteerd. Maatregelen voor (nabestaanden van) verzekerden konden pas na de Japanse capitulatie op 15 augustus 1945 genomen worden, onder andere via een kantoor voor registratie van overledenen. Pas vanaf 1 november 1946 was weer betaling van premies mogelijk uit geblokkeerde tegoeden. Vervolgens beschermde de overheid de belangen van verzekerden door de Ordonnantie van 17 februari 1949 Ind. Stb. 55 tot regeling van de definitieve uitkeringen ter 'rehabilitatie' van oorlogsslachtoffers. Het betrof regeling A voor werknemers, B voor ambtenaren en C voor zelfstandigen en andere oorlogsslachtoffers. Deze uitkeringen waren de overheidsbijdrage in de betaling van achterstanden in verzekering- en pensioen-premies. Ten behoeve van levensverzekeringmaatschappijen moest een ordonnantie worden uitgevaardigd 'tot opschorting van verplichtingen waaraan wegens buitengewone omstandig-heden veroorzaakt door de oorlog en de daarop gevolgde Japanse bezetting althans tijdelijk niet kan worden voldaan', de zogenaamde Bevriezingsordonnantie van 29 augustus 1945 Ind. Stb. 129. Deze opgeschorte verplichtingen betroffen onder andere de uitbetaling ineens van verzekeringsuitkeringen. Vooroorlogse verzekeringsvoorwaarden waren te ruim gesteld, immers hadden geen rekening gehouden met de later gebleken veelvuldig voorkomende sterfgevallen ('moordschade') in Nederlands-Indië. Het oorlogsrisico, actief voor militairen en passief voor burgers, bleek veel groter te zijn dan de verzekeringmaatschappijen hadden verwacht. Ook hadden ze in en direct na de Japanse bezetting inkomsten gederfd doordat er bijna geen premiebetaling door de polishouders plaatsvond. De verzekeringswereld drong, ook vanuit Nederland, aan op tegemoetkoming van de overheid. De Ordonnantie Bijzondere Voorziening Oorlogsrisico Levensverzekeringen van 22 december 1949 Ind. Stb. 438 stond de maatschappijen een korting op de uitkering toe ('Kortingsordonnantie'). De toepassing van deze ordonnantie in Nederland via een Wet Indisch Oorlogsrisico bleef echter nog lang op zich wachten. Bij de Nederlandse Verzekeringskamer tekenden vanaf 1923 de voorzitter en secretaris voor de 'Indische' zaken. Voorzitter waren L.H. van 't Sant (1923-1937), F. Sleutelaar (1937-1939), P.C. van der Hiel (1939-1943), J. van Bruggen (1943-1954) en C. Campagne (vanaf 1954). Secretaris waren G.C.J. van Wickevoort Crommelin (1923-1939), C.J.F. Caljé (1939-1947) en C.C.M. Collard (19471954). In 1928 kreeg J. Berendsen, beheerder van de Pensioen-, Weduwen- en Weezenfondsen van Indische Burgerlijke en Locale Ambtenaren te Bandoeng, de opdracht tot een onderzoek naar 'buitenlandse' levensverzekeringmaatschappijen in Nederlands-Indië, dat wil zeggen maatschappijen die niet in Nederland gevestigd waren en dus niet onder de Nederlandse wet vielen. Mede dank zij zijn onderzoek en andere bemoeiingen kwam uiteindelijk de Ordonnantie op het Levensverzekeringbedrijf van 15 april 1941 Ind. Stb. 101 tot stand. Bij Ordonnantie van 15 april 1941 no. 102 kwam de onderzoekbevoegdheid aan de op dezelfde dag ingestelde Indische Verzekeringskamer. Bij verordening van 19 april 1941 no. 113 bepaalde de instructie voor de Indische Verzekeringskamer de samenstelling van de kamer tot een voorzitter, secretaris en
2.09.66
Justitie / Indische Verzekeringskamer
9
gewone leden, waaronder een gedelegeerd lid (meestal een actuaris, dit is een wiskundige op levensverzekeringsgebied), die belast werd met het algemeen toezicht over de dagelijkse werkzaamheden, de uitvoering van door de kamer genomen besluiten en vervanging van het voorzitterschap. Van mei 1941-oktober 1947 bekleedde D. Bijl deze functie, eerst in Batavia en vanaf 23 november 1945 als vertegen-woordiger van de Indische Verzekeringskamer in het gebouw van de Nederlandse Verzekeringskamer te Amsterdam. Zijn opvolger te Amsterdam was vanaf november 1947 de zich 'contactpersoon in Nederland' noemende M.P.E. de Man die, vanaf 1 juni 1950 in dienst van de Nederlandse Verzekeringskamer trad, maar zich bleef bezighouden met het toezicht op en de advisering in 'Indische' verzekeringskwesties. In Nederlands-Indië waren voorzitter van de Indische Verzekeringskamer: A.P.G. Hens (1941-1947) en P.J. Gerke (1947-1950). Secretaris waren er J.P. Tiddens (1941-1947), T.J.G. Tulfer (1947-1948) en H. van Stipriaan Luiscius (1948-1950). Na het vertrek van D. Bijl naar Amsterdam werd E.C.V. Kelder (1947-1950) in Batavia zijn opvolger als gedelegeerd lid. Ook functioneerde er B. Timmers (19461947) als actuaris. Samenvattend gaf D. Bijl in een brief van 19 juni 1947 aan voorzitter P.J. Gerke een omschrijving van de taken van de Indische Verzekeringskamer: meehelpen aan een oplossing voor de moeilijkheden voor weduwen en verzekeringmaatschappijen, het nalopen van depots van buiten Nederlands-Indië gevestigde bedrijven, het orde brengen in de chaos van de begrafenisfondsen, de stimulering van het Indische verzekeringswezen en mogelijk wat werk op het gebied van de bouwkassen. Geschiedenis van het archiefbeheer
GESCHIEDENIS VAN HET ARCHIEFBEHEER Volgens artikel 13 van de instructie van 19 april 1941 voor de Indische Verzekeringskamer moesten alle uitgaande stukken worden ondertekend door de voorzitter, het gedelegeerd lid of de secretaris. Helaas moest voorzitter A.P.G. Hens in een brief van 8 februari 1947 aan D. Bijl melden, dat in Batavia het 'register van uitgegane brieven niet op een doelmatige wijze is ingericht'. En dat er zelfs geen inschrijving plaatsvond van ingekomen brieven. Hij vroeg om nadere informatie over de inrichting van de registers in Amsterdam om meer uniformiteit in agendering te verkrijgen. De inschrijving te Amsterdam gebeurde wel integraal en wel over de periode februari 1946-februari 1950 (zie inventarisnummer 18). De verwerving van het archief
DE VERWERVING VAN HET ARCHIEF Overbrenging van een overheidsarchief
10
Justitie / Indische Verzekeringskamer
2.09.66
Inhoud en structuur van het archief
Inhoud en structuur van het archief Inhoud
INHOUD De hier beschreven stukken vormt het gedeelte van het archief van de Nederlandse Verzekeringskamer dat op het Nederlands-Indische levensverzekeringswezen betrekking heeft en het archief van de vertegenwoordiger/contactpersoon te Amsterdam van de Indische Verzekeringskamer. De archieven omvatten bijna uitsluitend op Nederlands-Indië betrokken stukken, op enkele uitzonderingen na ontvangen of opgesteld bij de Nederlandse Verzekeringskamer te Amsterdam en de Amsterdamse vestiging van de Indische Verzekeringskamer te Batavia. De enige stukken van de Indische Verzekeringskamer te Batavia die zijn aangetroffen zouden naar Amsterdam kunnen zijn meegenomen door D. Bijl die als gedelegeerd lid in Batavia in 1945 naar Amsterdam vertrok en door anderen vanuit Nederlands-Indië of het latere Indonesië. Andere stukken stuurde de hoofdvestiging in Batavia/Jakarta in origineel of afschrift naar de vertegenwoordiger/contactpersoon te Amsterdam. Dit gold in de jaren twintig en dertig ook voor de door J. Berendsen naar Nederland gestuurde stukken. Het is wel bekend dat alle archief van vóór 1945 door de Japanse bezetting verloren is gegaan. Sommige voorbereidende stukken en notulen konden bij de leden worden achterhaald. Na de oorlog kreeg de Indische Verzekeringskamer in Amsterdam en Batavia naast het alfabetisch geordende archief van correspondenten een systematisch gevormd achief op basis van een decimale archiefcode in de geest van een door D. Bijl op 19 oktober 1946 ontworpen voorlopige indeling. Daarbij kreeg de vestiging te Batavia de beschikking over de oneven cijfers 1,3,5,7,9 en Amsterdam over de even cijfers 2,4,6,8. De op grond van deze archiefcode onderwerpsgewijs ('systematisch') gevormde bundels werden weer herordend, toen per 1 mei 1947 de vertegenwoordiging van de Indische Verzekeringskamer te Amsterdam, tegelijk met de nieuwe spelling, een nieuwe archiefcode invoerde met als hoofdindeling: • Kamer als lichaam (organisatie, outillage en personeel) • Taakfundering van de kamer (wettelijke regelingen) • Taakuitvoering (toepassing van de wettelijke bepalingen door de kamer op de ondernemingen) • Justitiabelen (openlegging door ondernemingen van hun toestand) • In observatie genomen problemen (zonder beslissing of oplossing) • Andere werkzaamheden en contacten (niet op exacte wettelijke bepalingen gebaseerd) • Documentaire gegevens inzake het werkterrein (niet in bibliotheekvorm aangehouden) • Andere documentaire gegevens, anders dan op het werkterrein van de kamer • Reservenummer. Deze bovenstaande hoofdindeling kreeg ingeval van taakuitvoering op secundair niveau de cijferindeling: • 5 Levensverzekering • 6 Schadeverzekering • 7 Bouwkassen • 8 Pensioenfondsen. De code omvatte maximaal zes niveaus, dus zes cijfers. Ook kon er een aanvulling volgens de Universele Decimal Classificatie (UDC) plaatsvinden.
2.09.66
Justitie / Indische Verzekeringskamer
11
Selectie en vernietiging
SELECTIE EN VERNIETIGING Er is bij archiefbewerking, behalve dubbelen, niets vernietigd. De reden hiervoor is dat het hier gaat om oorlogsgerelateerde archieven, waarvan volgens de door het Nationaal Archief opgestelde normen niet uit zal worden vernietigd. Verantwoording van de bewerking
VERANTWOORDING VAN DE BEWERKING Hoewel er over de hele periode code-archivering had plaatsgevonden, waarvan de van vóór mei 1947 toegepaste codes weer afwijken van die erna, ontbreekt de code-aanduiding nogal eens op de stukken en bundels. Deze omissies, de weinig hanteerbare indeling van de code van 1947 en de beperkte omvang van de archieven zijn reden geweest voor de eenvoudiger indeling 'organisatiepersoneel-taakuitvoering'. Door het bijna geheel ontbreken van het hoofdarchief te Batavia van de Indische Verzekeringskamer is er beschreven vanuit het gezichtspunt van de vestigingen van de Nederlandse Verzekeringskamer en Indische Verzekeringskamer te Amsterdam. Deze archiefvormers worden daarom in de beschrijvingen alleen vermeld in gevallen waar weglating onduidelijkheid zou scheppen. Ordening van het archief
ORDENING VAN HET ARCHIEF Voor de bewerking betrof het 35 dozen archief, na de bewerking 28 dozen, dit is 3,5 meter.
12
Justitie / Indische Verzekeringskamer
2.09.66
Verwant materiaal
Verwant materiaal Afgescheiden archiefmateriaal
AFGESCHEIDEN ARCHIEFMATERIAAL Onduidelijk is of er zich in Indonesië nog archief bevindt van de Indische Verzekeringskamer.
2.09.66
13
Justitie / Indische Verzekeringskamer
Beschrijving van de series en archiefbestanddelen
BESCHRIJVING VAN DE SERIES EN ARCHIEFBESTANDDELEN 1 STUKKEN VAN ALGEMENE AARD
1 STUKKEN VAN ALGEMENE AARD 1-2
Rapporten, mededelingen en briefwisseling van de hoofdambtenaar van het Levensverzekeringbedrijf. 1928-1931 2 pakken 1 1928 - 1929 2 1930 - 1931
3
Notulen en agendastukken van de 5e-48e vergadering van de Indische Verzekeringskamer. 1941-1949
omslag
Met hiaten.
4
Rapport van het gedelegeerd lid D. Bijl van de Indische Verzekeringskamer aan de Nederlandse Verzekeringskamer over de periode mei 1940-oktober 1945 en wat er daarna in Nederlands-Indië en vanuit Nederland te doen stond. 1945 stuk
5
Totstandkoming van het verslag over de periode 1 mei 1941 tot 1 november 1947. 1945-1948 omslag
6-13
Ingekomen en minuten van uitgegane stukken, naar code geordend. 1945-1954 6 pakken en 2 omslagen Zie voor een verklaring van de gehanteerde archiefcodes inv.nr. 18.
6 7 8 9 10 11 12 13 14
15-16
120.8 - 151.7, 1945-1954 152 - 358, 1946-1952 452.511 - 551.315, 1945-1950 551.321 - 551.323, 1946-1950 551.332.1 - 551.345, 1947-1952, omslag 651.12 - 652.11, 1946-1952 652.12, 1947-1950 652.4 - 681.2, 1946-1952, omslag
Ingekomen stukken van en minuten van uitgegane stukken aan de Indische Verzekeringskamer te Batavia (vanaf 1950 Jakarta), chronologisch geordend. 1946-1950 Ingekomen en minuten van uitgegane stukken, alfabetisch geordend op persoonsnaam. 1946-1953 15 A - L. 16 M - Z.
pak
2 pakken
14
Justitie / Indische Verzekeringskamer
2.09.66
2 STUKKEN BETREFFENDE AFZONDERLIJKE ONDERWERPEN
2.1 ORGANISATIE
2 STUKKEN BETREFFENDE AFZONDERLIJKE ONDERWERPEN 2.1 ORGANISATIE
17
Samenwerking met de Nederlandse Verzekeringskamer. 1945-1948
omslag
18
Totstandkoming en invoering van een nieuwe archiefcode. 1946-1950
omslag
Begroting voor 1948. 1947
omslag
19 2.2 PERSONEEL
2.2 PERSONEEL 20 2.3 TAAKUITVOERING
2.3.1 REGELGEVING
Opzet van een cursus levensverzekeringwiskunde ('actuariële cursus'). 1945
omslag
2.3 TAAKUITVOERING 2.3.1 REGELGEVING
21-22
Voorbereiding van een wettelijke regeling tot overheidstoezicht op de uitoefening van het levensverzekeringbedrijf in Nederlands-Indië. 1924-1941 2 pakken 21 Voorbereiding, behandeling in de Volksraad en terugneming van het eerste ontwerp van een Indische wettelijke regeling van het levensverzekeringbedrijf, 1924-1927 22 Totstandkoming en publicatie in Nederland van de Ordonnantie van 28 maart 1931 (Indisch Staatsblad no. 136) houdende voorschriften ten aanzien van levensverzekeringmaatschappijen die bijzondere voorziening behoeven ('Indische noodregeling'), 1929-1941
23
Ordonnantie van 19 juli 1940 no. 385 betreffende opschorting van verplichtingen van levensverzekeringmaatschappijen wier premiereserve is belegd in waarden die zich in door de vijand bezet gebied bevinden ('Overbruggingsordonnantie'). 1940 stuk
24
Totstandkoming, wijziging en toepassing van de Ordonnantie op het Levensverzekeringsbedrijf van 15 april 1941 no. 101. 1941-1950
25-27
pak
Totstandkoming en toepassing van de Ordonnantie Bijzondere Voorziening Oorlogsrisico Levensverzekeringen van 22 december 1949, Indisch Staatsblad no. 438 ('Kortingsordonnantie'), teneinde de gevolgen van de oorlog met Japan op sociaal bevredigende wijze te regelen voor verzekerden die zich op enig tijdstip gelegen tussen 8 december 1941 en 15 augustus 1945 in Nederlands-Indië bevonden, alsmede de verlichting van de 'moordschade' voor verzekeringmaatschappijen. 1942-1954 3 pakken
2.09.66
Justitie / Indische Verzekeringskamer
25 26 27 28
15
1942 - 1946 1947 - 1948 1949 - 1954
Ordonnantie van 29 augustus 1945 no. 129 tot opschorting van verplichtingen waaraan tijdelijk niet kan worden voldaan wegens buitengewone omstandigheden veroorzaakt door de oorlog en de daarop gevolgde Japanse bezetting ('Bevriezingsordonnantie'). 1945 stuk Zie ook inv.nr. 34.
29
Nota betreffende de in Nederlands-Indië genomen maatregelen ten aanzien van het levensverzekeringbedrijf. 1946 stuk
30
Nota betreffende het Besluit van 20 oktober 1944 (KB E 133), houdende het mede voor Nederlands-Indië van toepassing verklaren van het Besluit Vijandelijk Vermogen. 1946 stuk
31
Gevolgen van de inwerkingtreding van de Ordonnantie Herstel Rechtsverkeer van 3 mei 1947 no. 70 voor hypotheekhouders. 1946-1947 omslag
32
Totstandkoming van de ontwerp-Depotverordening betreffende de depotverplichting voor levensverzekeringmaatschappijen. 1947-1949
omslag
33
Het treffen van wettelijke voorzieningen voor bouwkassen in Nederland en Nederlands-Indië. 1947-1950 omslag
34
Ordonnantie Rechtsherstel Verval en Verjaring van 18 oktober 1948 no. 266 tot onder andere de opschorting van verplichtingen ingevolge de Bevriezingsordonnantie 1945. 1948 stuk Zie ook inv.nr. 28.
35
Register houdende ordonnanties, instructies en besluiten tot regeling van het overheidstoezicht op de uitoefening van het levensverzekeringbedrijf over de periode 6 november 1928 - 4 oktober 1948. 1948 band
36
Totstandkoming en uitvoering van de Ordonnantie van 17 februari 1949 no. 55 tot vaststelling van de regelingen met betrekking tot definitieve uitkeringen ter rehabilitatie van bepaalde groepen van oorlogsslachtoffers ('Definitieve Rehabilitatieregeling'). 1948-1954 pak
37
Gevolgen van het arrest van de Hoge Raad van 19 februari 1954 betreffende levensverzekeringen. 1954 omslag
16
Justitie / Indische Verzekeringskamer
2.09.66
2.3.2 ONDERZOEK
2.3.2 ONDERZOEK 38-101
Onderzoek naar in Nederlands-Indië werkzame, niet in Nederland gevestigde levensverzekeringmaatschappijen, met vermelding van de (hoofd)plaats van vestiging. 1927-1936 10 pakken, 52 omslagen en 1 stuk Het betreft de vijfenzestig in de staat van J. Berendsen opgenomen maatschappijen.
38 39 40 41 42
43 44 45 46 47 48 49 50 51 52 53 54
55 56 57 58 59 60 61 62 63
Algemeen, 1927-1931 Algemeen Begrafenisfonds (Soerabaja), 1929-1936, pak Algemeen Begrafenisfonds voor Europeanen en met Dezen Gelijkgestelden in Nederlandsch-Indië (Batavia), 1929-1930 Algemeen Ondersteuningsfonds voor Administrateurs en Geëmployeerden bij de Suikerindustrie en Aanverwante Bedrijven in Nederlandsch-Indië (Soerabaja), 1929 Algemeene Levensverzekering Maatschappij Indonesia (Bandoeng), 1929-1933 Asia Life Insurance Company (Shanghai), 1929-1930 Begrafenisfonds Djombang (Djombang), 1929-1930 Begrafenisfonds Hoffman's Stichting (Batavia), 1929-1930 Begrafenisfonds Kampong Bandan (Batavia), 1929-1930 Begrafenisfonds Kemoerahan-Hati (Batavia), 1929-1930 Begrafenisfonds Onderling Hulpbetoon (Batavia), 1929-1930 Begrafenisfonds Onderling Hulpbetoon (Semarang), 1929-1930 Begrafenisfonds ten dienste van het Europeesch Personeel der Landsdrukkerij (Batavia), 1929-1930 Begrafenisfonds van den Algemeenen Bond van Politie-Personeel in Nederlandsch-Indië (Batavia), 1929-1930 Bond van Geëmployeerden bij de Suikerindustrie en Aanverwante Bedrijven in Nederlandsch-Indië (Soerabaja), 1929-1930 Bond van Handels- en Kantoorgeëmployeerden en Technici (Soerabaja), 1929-1930 Bond van Ondercommissarissen en Politie-Opzieners in Nederlandsch-Indië (Semarang), later de Vereeniging van Middelbare Politie-Ambtenaren in Nederlandsch-Indië (Batavia), 1929-1931 Cheribonsch Begrafenisfonds (Cheribon), 1929-1931 China Underwriters (Hongkong), 1929, pak China United Assurance Society, The (Sjanghai), 1929-1930, pak Christelijk Banjoewangisch Begrafenisfonds (Banjoewangi), 19291930 Christelijke Levensverzekering Maatschappij (Soerakarta), 1931 Christen Begrafenisfonds De Eendracht (Buitenzorg), 1929-1930 DENIS of De Eerste Nederlandsch-Indische Spaarkas en Hypotheekbank (Bandoeng), 1929-1936, pak Eerste Chineesche Indische Levensverzekering Maatschappij (Batavia), 1929-1931 Europeesche Onderofficiers-Vereeniging Ons Aller Belang (Bandoeng) en het Ondersteuningsfonds voor Weduwen, Weezen en Nagelaten Betrekkingen van Europeesche Onderofficieren en OudOnderofficieren (Bandoeng), 1929-1930, pak
2.09.66
Justitie / Indische Verzekeringskamer
64 65 66 67 68 69 70 71 72 73 74 75 76 77 78 79 80 81
82 83 84 85 86 87 88 89 90 91
17
Great Eastern Life Assurance Company, The (Singapore), 1929 Hulpfonds Afdeeling Baroe Persekoetoean onder de Christenen van Alle Natiën (Jogjakarta), 1929-1930 Hulpfonds Kemoerahan Hatie Mataram (Jogjakarta), 1929-1931 Hulpfonds tot Ondersteuning van Gegageerde en Gepensionneerde Mindere Militairen bij Ziekte en Overlijden (Poerworedjo), 1929-1930 Hulpfonds tot Ondersteuning van Gepensionneerde Mindere Militairen (Magelang), 1929 Hulpfonds tot Ondersteuning van Gepensionneerde Mindere Militairen bij Ziekte of Overlijden (Jogjakarta), 1929-1930 Indisch Begrafenisfonds, eerder Begrafenisfonds van den Indischen Bond (Batavia), 1929-1930 Kwitangsch Begrafenisfonds (Batavia), 1929-1930 Manufacturers Life Insurance Company, The (Toronto). 1931 Meiji Life Insurance Company, The (Tokyo), 1929-1930 Nederlandsch-Indische Spaarbank (Den Haag) en Nieuwe Nederlandsch-Indische Spaarbank (Lawang), 1929-1930 N.I. Roomsch-Katholieken Onderofficiersbond St. Ignatius (opgeheven), 1929 Officiers-Vereeniging tot Onderlinge Ondersteuning van Nagelaten Betrekkingen (Bandoeng), 1929-1931, stuk Onderling Begrafenisfonds Malang (Malang/Pasoeroean), 1929-1930 Onderlinge Levensverzekering Maatschappij Boemi-Poetera (Jogjakarta),1929-1934, pak Onderlinge Levensverzekering Maatschappij Roekti-Woeri (Jogjakarta), 1929-1930 Onderlinge Levensverzekering P.G.H.B. (Soerakarta), 1929-1930 Ondersteuningsfonds bij Overlijden van den Bond Van OudOnderofficieren West-Java (Batavia) en het Begrafenisfonds voor Vrouwen en Kinderen van Leden van het Ondersteuningsfonds bij Overlijden van den Bond van Oud-Onderofficieren West-Java (Batavia), 1929-1930, pak Ondersteuningsfonds van het Nederlandsch-Indisch Onderwijzersgenootschap (Batavia), 1929 Ondersteuningsfonds voor Administrateurs en Geëmployeerden van Landbouwondernemingen in Nederlandsch-Indië, genaamd Landbouwfonds (Soerabaja), 1929-1930 Pensioenfonds voor Geëmployeerden in Dienst van NederlandschIndische Suikerondernemingen (Soerabaja), 1929, pak Pensioenfonds voor Geëmployeerden van Cultuurondernemingen op Java (Semarang), 1929 Pensioenfonds voor het Personeel en Weduwen en Weezen van het Personeel der Centrale Organisaties van de Suikerindustrie (Soerabaja), 1929 Phoenix Assurance Company (Londen), 1929-1930 Steunfonds van den Spoorbond, Afdeeling Semarang (Semarang), 1929 Stichting Ondersteuningsfonds Madioen (Madioen), 1929 Sun Life Assurance Company of Canada (Montreal), 1929-1933, pak Uitkeeringsfonds bij Overlijden van den Bond van OudOnderofficieren Bandoeng en Omstreken (Bandoeng), 1929-1930
18
Justitie / Indische Verzekeringskamer
92 93 94 95 96 97 98 99 100 101
2.09.66
Uitkeeringsfonds bij Overlijden van den Bond van OudOnderofficieren Midden-Java (Semarang), 1929-1930 Uitkeeringsfonds bij Overlijden van den Bond van OudOnderofficieren Oost-Java (Soerabaja), 1929-1930 Uitkeeringsfonds Help U Zelf (Batavia), 1929-1930, pak Uitkeeringsfonds Helpt Elkaar (Bandoeng), 1929-1930 Uitkeeringsfonds Steunt Elkaar (Soerabaja), 1929 Vereeniging Personeel Landskantoren (Batavia), 1929-1930 Vereeniging Voorzorg van Europeesche Ambtenaren en Beambten bij den Dienst der Staatsspoorwegen op Java en Sumatra (Bandoeng), 1929-1930 Vrijmetselaars-Vereeniging Mataram (Batavia), 1929-1930 West-Java Pensioenfonds (Batavia), 1929-1931 Staat van vijfenzestig in Nederlands-Indië werkzame, niet in Nederland gevestigde levensverzekeringmaatschappijen, z.d., stuk
102
Staten van 'inlandse', Nederlandse en buitenlandse in Nederlands-Indië opererende verzekeringmaatschappijen, toegezonden aan de Nederlandse Verzekeringskamer door de hoofdambtenaar van het levensverzekeringbedrijf. 1931 pak
103
Onderzoek naar de bouwkassen in Nederlands-Indië. 1947
104
Enquête naar de in Indonesisch courant luidende activa en passiva, alsmede de in Nederlands courant luidende activa van Nederlandse levensverzekeringmaatschappijen in Indonesië. 1951-1952 omslag
2.3.3 TOEZICHT, CONTROLE EN INFORMATIEVE ONDERSTEUNING
omslag
2.3.3 TOEZICHT, CONTROLE EN INFORMATIEVE ONDERSTEUNING 105
Veranderingen van het verzekeringswezen in Nederland. 1940-1955
106
Standpuntbepaling ten aanzien van de positie en wensen van buitenlandse verzekeringmaatschappijen in Nederlands-Indië. 1941-1942 omslag
107
Kwesties betreffende de huizenmarkt, hypotheek en andere rechten inzake onroerend goed. 1941-1946 omslag
108
Overzicht van de 'Indische' (N.O.I.) portefeuilles per 31 december 1941 van Nederlandse levensverzekeringmaatschappijen, zonder aftrek van herverzekeringen. 1942
109-144
pak
stuk
Toezicht op en behandeling van kwesties van in Nederlands-Indië gevestigde of opererende levensverzekeringmaatschappijen, alfabetisch op naam geordend. 1943-1957 3 pakken, 30 omslagen en 3 stukken 109 Algemeene Friesche Levensverzekering-Maatschappij (Leeuwarden),
2.09.66
Justitie / Indische Verzekeringskamer
110 111 112 113 114 115 116 117 118 119 120 121
122 123 124 125 126 127 128 129 130 131 132 133 134 135 136 137 138 139
19
1946-1947 Amsterdamsche Maatschappij van Levensverzekering Amstleven (Amsterdam), 1946-1957 Arnhem, Levensverzekering-Maatschappij (Arnhem), 1946-1947 Asia Life Insurance Company (Sjanghai), 1947, stuk Begrafenisfonds Onderling Hulpbetoon (Semarang), 1947 Canada Life Assurance Company, The (Toronto), 1947, stuk Centrale Arbeiders-Levensverzekering-Maatschappij, De (Den Haag), 1946 China United Assurance Society, The (Sjanghai), 1945-1947 DENIS of De Eerste Nederlandsch-Indische Spaarkas en Levensverzekering Maatschappij (Bandoeng), 1946-1951 Djombangse Begrafenisfonds Helpt Elkaar (Surabaya), 1950 Eerste Hollandsche Levensverzekerings-Bank (Amsterdam), 19461950 Eerste Nederlandsche Verzekering-Maatschappij op het Leven en tegen Invaliditeit (Dordrecht), 1946-1954, pak Europese Onderofficiers-Vereniging Ons Aller Belang (Bandoeng) en het Ondersteuningsfonds voor Weduwen, Wezen en Nagelaten Betrekkingen van Europese Onderofficieren en Oud-Onderofficieren (Bandoeng), 1947-1952 Great Eastern Life Assurance Company, The (Singapore), 1947 Hollandsche Algemeene Verzekerings-Bank of HAV Bank (Schiedam), 1946-1947 Hollandsche Societeit van Levensverzekeringen (Amsterdam), 19461947 Manufacturers Life Insurance Company, The (Toronto), 1945-1947 Moira, Verzekeringsbank (Utrecht), 1947 Nationaal Spaarfonds (Den Haag), 1946-1947 Nationale Levensverzekering-Bank (Rotterdam), 1946-1954, pak Nederlanden van 1845, Levensverzekering-Maatschappij De (Den Haag), 1946-1947 Nederlanden van 1870, Levensverzekering-Maatschappij De (Amsterdam), 1946-1954 Nederlandsche Spaarkas, De (Amsterdam), 1947 NILLMIJ van 1859, Levensverzekeringmaatschappij (Den Haag), 1946, stuk NOG, Levensverzekering-Maatschappij Opgericht in 1863 door het (Amsterdam), 1945-1948 Olveh van 1879, De (Den Haag), 1943-1952 Ons Belang, Levensverzekering-Maatschappij (Amersfoort), 19461950 Oude Haagsche van 1836, Levensverzekering-Maatschappij (Den Haag), 1947 ROL of Rotterdamsche Onderlinge Maatschappij van Levensverzekering (Rotterdam), 1946 RVS of Rotterdamsche Verzekering-Societeiten (Rotterdam), 19461947 Sun Life Assurance Company of Canada (Montreal), 1945-1948, pak Zie ook Manufacturers Life (eveneens in deze verzamelbeschrijving) voor een reisverslag naar Canada.
20
Justitie / Indische Verzekeringskamer
140 141 142 143 144
2.09.66
Uitkeringsfonds bij Overlijden (Bandung), 1950-1951 United States Life Insurance Company, The (New York), 1946-1947 Utrecht, Levensverzekering-Maatschappij (Utrecht), 1945-1947 Vesta, Maatschappij van Levensverzekering (Arnhem), 1951 Victoria, Verzekeringsbank (Amsterdam), 1945-1947
145
Verslagen van besprekingen tussen te Batavia aanwezige vertegenwoordigers van Nederlandse levensverzekeringmaatschappijen en het gedelegeerd lid van de Indische Verzekeringskamer. 1945 omslag
146
Ingekomen stukken van en minuten van uitgegane stukken aan particulieren en particuliere organisaties, chronologisch geordend. 1945-1953 pak
147
Opheffing in Nederlands-Indië van de Contactbureaus voor Levensverzekeringszaken. 1946
omslag
148
Opstelling van een lijst van adressen van zich in Nederland bevindende hoofd- en bijkantoren van levensverzekeringmaatschappijen, waartoe gerepatrieerden zich om inlichtingen kunnen wenden. 1946 omslag
149
Publicaties in voornamelijk de Verzekeringsbode en bijdrage aan publicaties door derden. 1946-1947 omslag
150
Hervatting van de premiebetaling en het doen van uitkeringen. 1946-1948
omslag
151
Instandhouding van levensverzekeringpolissen bij achterstallige of niet-betaling van premies. 1946-1948 omslag
152
Oprichting, functionering en afwikkeling van de Centrale voor Herverzekering van Levensverzekeringrisico's door verdeling van de saldi en beleggingen over de door haar vertegenwoordigde 'verweesde' maatschappijen. 1946-1950 omslag
153
Circulaires van de Bedrijfsgroep Levensverzekering (gevestigd te Utrecht), gericht aan de leden van de Afdelingen Grote Verzekeringen, Volksverzekering en Spaarkassen. 1946-1952 pak
154
Ingekomen stukken van en minuten van uitgegane stukken aan verzekeringsinstanties, alfabetisch op naam geordend. 1946-1955
pak
Kwesties betreffende deviezen, valuta's, koersen en transfers. 1946-1955
pak
155
2.09.66 156-157
Justitie / Indische Verzekeringskamer
Correspondentie met en afschriften van stukken van de Indische Verzekeringskamer te Batavia, alfabetisch geordend op levensverzekeringmaatschappij. 1946-1956 156 A - G, 1946-1954 157 H - Z, 1946-1956
21
2 pakken
158
Benoeming van J.W.P.J. Selles tot directeur van het Algemeen Pensioenfonds van Handel en Industrie (APHI). 1947 omslag
159
Vragen over de toepassing van de Indische Oorlogsrisicoregeling en de Indische Rehabilitatieordonnantie. 1949-1955 omslag