INTERNETRECHT mr drs Lesley Broos Geactualiseerde versie d.d. 21 september 2004
Inhoud: INTERNET EN RECHT ALGEMEEN ................................................................................ 3 ELEKTRONISCHE HANDEL ............................................................................................. 4 ELEKTRONISCHE RECLAME EN SPAM....................................................................... 7 PRIVACY............................................................................................................................... 9 INTERNETGEBRUIK OP DE WERKVLOER.................................................................12 DOMEINNAMEN................................................................................................................13 INTERNATIONALE ASPECTEN......................................................................................16 ELEKTRONISCHE HANDTEKENING ............................................................................18 INTELLECTUEEL EIGENDOM EN WEBSITES............................................................20 SOFTWARE .......................................................................................................................25 AANSPRAKELIJKHEID WEBSITES ..............................................................................26 WEBFORA .........................................................................................................................27 GESCHILLENBESLECHTING EN E-COMMERCE......................................................28 OVER DE AUTEUR...........................................................................................................29
TQL Internetrecht
2
Internet en recht algemeen 1. Bestaat er zoiets als internetrecht? Internetrecht als zelfstandig rechtsgebied binnen het Nederlandse recht bestaat niet. In principe geldt dat wat er off line in de gewone wereld gebeurt en gereguleerd is ook on line behoort te gelden. De praktijk toont aan dat er bij internet wel sprake kan zijn van een aparte situatie en dat niet alle ‘gewone’ wetten en verdragen simpelweg ook kunnen worden toegepast on line. Om die reden ontstaat er langzamerhand nieuwe regelgeving die specifiek gericht is op internet, computers et cetera en wat onder de naam informatica- of informatierecht kan worden weergegeven. Internetrecht zou als een onderdeel daarvan kunnen worden gezien.
TQL Internetrecht
3
Elektronische handel 2. Wat is elektronische handel? Elektronische handel is handel die via internet geschiedt en waarbij de partijen elkaar niet in levenden lijve ontmoeten. Om die reden dient elektronische handel met een aantal waarborgen voor de consument te worden omgeven. Zowel op het niveau van de Europese Unie als (dus) op nationaal niveau is inmiddels de nodige wet- en regelgeving opgesteld. 3. Hoe weet ik dat een internetbedrijf daadwerkelijk bestaat? Dit is te controleren aan de hand van de inschrijving van het bedrijf in het handelsregister van de Kamer van Koophandel. Is er twijfel – er is bijvoorbeeld alleen een postbusnummer vermeld alleen een B.V. als contactactpersoon - dan is het beter geen zaken te doen met een dergelijk internetbedrijf. In het buitenland bestaan vergelijkbare registers. 4. Hoe komt een on line koopovereenkomst tot stand? De Europese e-commerce richtlijn, die op korte termijn in Nederlandse wetgeving omgezet dient te zijn, stelt dat een (koop)overeenkomst als volgt tot stand komt: 1. de ondernemer biedt op zijn website goederen of diensten aan; 2. de consument zoekt wat hij wil kopen of afnemen en plaatst zijn order zoals is voorgeschreven door de ondernemer; 3. de order wordt door de ondernemer zo spoedig mogelijk elektronisch bevestigd aan de consument, waarmee de koopovereenkomst is gesloten. 4. De koopovereenkomst kan vervolgens nog wel worden aangetast indien de ondernemer op zijn website niet aan een aantal informatieverplichtingen voldoet. 5. Hoe verklaar ik op mijn website mijn algemene voorwaarden van toepassing op via internet te sluiten gesloten overeenkomsten? Het beste is dit door een voettekst op elke pagina te hanteren met daarin een hyperlink naar de algemene voorwaarden en daarnaast ook het nummer waaronder deze bij de kamer van koophandel of de griffie van de arrondissementsrechtbank (en bij welke!) is gedeponeerd te vermelden. Een handige optie is om een overeenkomst pas tot stand te laten komen als de consument eerst op een button heeft geklikt met ´ja, ik accepteer de algemene voorwaarden´ en als die knop niet wordt aangeklikt de transactie automatisch af te breken. 6. Wat moet ik allemaal vermelden op mijn website als ik goederen of diensten verkoop via internet? Er geldt voor elektronische handel een vrij uitgebreide informatieplicht, zeker als er sprake is van consumenten als afnemers. Zo moeten de aanbieder bekend en te identificeren zijn alsmede geografisch en fysiek te vinden te zijn. Voorts dienen het inschrijvingsnummer in het handelsregister, het BTW nummer en andere inschrijvings- en identificatienummer vermeld te worden. Ook moet er specifiek vermeldt worden hoe de overeenkomst technisch gezien tot stand komt en hoe invoerfouten kunnen worden verbeterd. Een via internet gesloten contract behoort verder zodanig ter beschikking gesteld te worden dat ze opgeslagen en weergegeven kunnen worden; hetzelfde geldt voor algemene voorwaarden.
TQL Internetrecht
4
7. Wat is EDI? EDI staat voor Electronic Data Interchange en is een manier om elektronisch gegevens en berichten uit te wisselen tussen de computers van een bepaalde groep (bij handelstransacties betrokken) bedrijven. Hiermee wordt snelheid van zakendoen vergroot. 8. Mag ik elektronische betaalbonnen verkopen of elektronisch geld uitgeven? Ja, mits het om bedragen onder de € 150,- gaat en de betaalbonnen alleen besteed kunnen worden bij het uitgevende bedrijf (inclusief zustermaatschappijen etc) of bij een groep bedrijven die in hetzelfde gebouwencomplex zit (bijvoorbeeld winkeliersverenigingen in een winkelcentrum). Zodra het om elektronisch geld gaat dat buiten deze grenzen valt moet er een vergunning bij De Nederlandsche Bank aangevraagd worden. Met of zonder vergunning moet overigens altijd het bedrag dat de betaalbon vertegenwoordigt minstens overeenkomen met wat voor de bon betaald wordt. 9. Welke betaalmethode heeft de minste risico’s? Uiteraard is vooruitbetaling per bank het minst riskant, voor veel goederen verdwijnt in dat geval echter de meerwaarde van online kopen voor de afnemers. Juist in de gevallen waarin men de mogelijkheid van impulsaankopen wil behouden kan het de moeite lonen om alternatieve on-line betaalmethodes te hanteren. 10. Kan een consument van de koop af als hij iets heeft gekocht via mijn website? Ja, de consument heeft volgens de Wet Koop op Afstand een bedenktijd van 7 werkdagen. Binnen die termijn mag hij zonder opgave van redenen de koop herroepen zonder dat hij een boete moet betalen. Deze termijn gaat in vanaf het moment dat de consument de bestelling daadwerkelijk heeft ontvangen. De kosten van de retourzending komen voor rekening van de consument. Terugbetaling van de koopsom moet binnen 30 dagen plaatsvinden. Als er fouten of onzorgvuldigheden in de informatie van de ondernemer staan vermeld, dan geldt zelfs een herroepingstermijn van 3 maanden. 11. Wat te doen in gevallen van identiteitsfraude? Het beste is om zowel contact op te nemen met justitie als met de persoon wiens identiteit misbruikt wordt. Identiteitsfraude kan meerdere delicten behelzen, zoals valsheid in geschrifte en oplichting, maar het kan onder omstandigheden ook als computervredebreuk worden aangemerkt. 12. Wanneer gaat de eigendom en het risico over van wat per internet gekocht is? Dat verschilt per land, in Nederland gaan eigendom en risico normaal gesproken over op het moment van de feitelijke levering. Hier kunnen partijen van afwijken: het hanteren van een eigendomsvoorbehoud door de leverancier waardoor de eigendom pas op de consument overgaat bij ontvangst van de betaling is een goede oplossing hiervoor.
TQL Internetrecht
5
13. Is Nederlands recht van toepassing als iemand uit het buitenland via mijn website iets koopt? Dit is geen eenvoudig te beantwoorden vraag. Als internetonderneming kan je in je algemene leveringsvoorwaarden een keuze voor Nederlands recht opnemen. In principe is zo een rechtskeuze geldig. De consument die via internet contracteert wordt echter via een aantal verdragen beschermd: ook het recht van zijn woonplaats kan van toepassing zijn, naast het Nederlandse recht dat in de algemene voorwaarden is genoemd. Is er geen rechtskeuze gedaan dan zal ook op grond van internationale verdragen gekeken moeten worden welk recht van toepassing is. Het zou dan zo kunnen zijn dat je bijvoorbeeld in een conflictsituatie met een Spanjaard plots geconfronteerd wordt met Spaans recht. Het kan dus zo zijn dat er twee rechtsstelsels van toepassing zijn. Een criterium dat dan gehanteerd wordt is bij welk land het meest logisch kan worden aangeknoopt. Als de internetondernemer zich niet actief heeft gericht op het land van de desbetreffende consument, dan is de kans groot dat gewoon Nederlands recht van toepassing zal zijn. Dit bewijst dus nogmaals het belang van goede algemene leveringsvoorwaarden en het van toepassing verklaren. 14. Oordeelt de Nederlandse rechter als ik een geschil heb met een consument die buiten Nederland woont? Dit is geen eenvoudig te beantwoorden vraag. In de algemene leveringsvoorwaarden kan een zogeheten forumkeuze worden opgenomen waarin de Nederlandse rechter aangewezen wordt om te oordelen over eventuele geschillen die voortvloeien uit die via internet gesloten overeenkomst. Voor geschillen die zich binnen Europa afspelen is dat voldoende om in elk geval de procedure bij de Nederlandse rechter te mogen voeren. Echter, als de wederpartij een consument is gelden er – nog steeds binnen Europa- verdragen die de consument de nodige bescherming bieden. Dat zou er uiteindelijk toe kunnen leiden dat de internetondernemer als gedaagde partij wordt gedagvaard om te verschijnen voor een rechter in het land waar de consument vandaan komt. Een aanvullende voorwaarde voor deze laatste situatie kan zijn dat de internetondernemer zich actief moet hebben gericht op de markt in het land van de consument.
TQL Internetrecht
6
Elektronische reclame en spam 15. Wat is spam? Spam is ongevraagde e-mail met veelal een commercieel karakter die meestal in grote hoeveelheden tegelijk wordt verstuurd. 16. Hoe voorkom ik dat ik word lastig gevallen met spam? Dat is lastig en eigenlijk onmogelijk. Belangrijk is in elk geval om te voorzichtig te zijn met het verspreiden van je e-mailadres op internet. Veel ISP’s bieden inmiddels spamfilters aan als onderdeel van hun dienstverlening. 17. Is direct marketing per e-mail toegestaan? Ja, dat mag. Wel is het zaak om bij reclame gericht op particulieren (natuurlijke personen) er voor te zorgen dat er sprake is van opt-in, bij reclame gericht op bedrijven en andere organisaties is een mogelijkheid van opt-out verplicht. 18. Wat is het verschil tussen opt-in en opt-out? Bij opt-in heeft de ontvanger van de reclame zelf aangegeven reclame te willen ontvangen, bij optout krijgt de ontvanger van reclame de mogelijkheid om aan te geven niet langer meer reclame te willen ontvangen. Gezien de formulering van de regelgeving is het aan te bevelen om er bij opt-in voor te zorgen dat controle plaatsvindt op de gegevens, bijvoorbeeld door een bevestiging te vragen of een terugmelding te geven van de aanmelding met daarin de mogelijkheid tot afmelden. Een mogelijkheid tot afmelden dient ook overigens ook altijd beschikbaar te zijn bij opt-out. 19. Is het toegestaan bestanden met e-mail adressen te verhandelen? Op zich is dergelijke adressenhandel toegestaan, zolang de adressen niet onmiddellijk te herleiden zijn tot individuen. Het e-mail adres
[email protected] valt onder privacywetgeving en zal niet verhandeld mogen worden,
[email protected] zal wel verhandeld mogen worden. Het is sterk af te raden om dergelijke adressenbestanden te kopen tenzij de leverancier harde garanties biedt over de kwaliteit van een dergelijk bestand. Mocht een particulier in het bestand verzeild zijn geraakt, zelfs door opt-in bij de leverancier, dan zal dit niet als opt-in in uw bestand gezien worden. Bij klachten staat u dan juridisch bijzonder zwak en wat nog veel erger is, loopt uw imago snel schade op doordat u door de internetgemeenschap als een spammer aangemerkt zult worden. 20. Wat moet ik minimaal melden over mijn bedrijf in elektronische reclame? In elke uiting zal de bedrijfsnaam met NAW-gegevens en een telefoonnummer van de ondernemer voor moeten komen. Verder zal er een gelegenheid tot afmelding uit het bestand (opt-out) gegeven moeten worden.
TQL Internetrecht
7
21. Waaraan moet elektronische reclame voldoen? Commerciële communicatie die elektronisch wordt verzonden moet als zodanig herkenbaar zijn. Verder moet uit de reclame duidelijk worden voor wiens rekening de reclame wordt uitgevoerd, Als verkoopbevorderende aanbiedingen (kortingen, premies, geschenken et cetera) worden gedaan, dan moet dat zijn vermeld net als de voorwaarden om van die aanbiedingen gebruik te kunnen maken. Die voorwaarden mogen niet onredelijk zijn en de consument moet er dus eenvoudig aan kunnen voldoen. Als er deelnemingsvoorwaarden aan een aanbieding verbonden zijn dan moeten die voorwaarden eenvoudig toegankelijk zijn (hyperlink, icoon). 22. Mag ik verzend- of bezorgkosten in rekening brengen bij on line transacties? De ondernemer moet expliciet bij de prijzen of tarieven op de website vermelden of deze inclusief of exclusief BTW gelden en of verzend- of bezorgkosten zijn inbegrepen. Liefst vermeld hij ook uitdrukkelijk wat de hoogte daarvan is of anders hoe deze worden berekend. Vermeld de ondernemer niets dan hoeft de consument geen verzend- of bezorgkosten te betalen. Let op: van deze regel kan ten nadele van de consument worden afgeweken als dat uitdrukkelijk is overeengekomen (een beding hierover in algemene voorwaarden is daarentegen vernietigbaar). Ook de Wet Koop op Afstand schrijft voor dat de consument duidelijk moet zijn geïnformeerd over leveringskosten. 23. Mag ik gebruikmaken van logo’s van merken van goederen die ik verkoop via mijn website, ook al ben ik geen geautoriseerde dealer? Ja, het is wel zaak er zorg voor te dragen om de indruk te vermijden dat u wel een geautoriseerde dealer bent. Dit kan betekenen dat bijvoorbeeld het gebruik van beeldmerken in hyperlinks naar de website van de fabrikant riskant is als u geen onderdeel uitmaakt van diens dealernetwerk. 24. Mag ik een mailinglist bijhouden van klanten en relaties? Ja, als maar om problemen met je klanten en relaties te voorkomen is het verstandig expliciet toestemming te vragen voor het plaatsen van het desbetreffende e-mailadres op je mailinglist en dat niet klakkeloos te doen. Voorts dient een klant of relatie in de mailing de mogelijkheid te worden geboden zich op ieder gewenst moment en eenvoudig af te melden voor de mailinglist, aan welk verzoek je gehoor dient te geven.
TQL Internetrecht
8
Privacy 25. Wat zijn mijn verplichtingen ten aanzien van persoonlijke gegevens van consumenten die ik via mijn site verkrijg? Volgens de Wet Bescherming Persoonsgegevens moet op een website worden aangegeven dat men zorgvuldig, behoorlijk en conform de wettelijke (privacy)regelingen met de persoonsgegevens zal omgaan en welke persoonsgegevens gebruikt zullen worden en waarvoor. De ondernemer moet erop letten dat hij geen persoonsgegevens aan derden verstrekt zonder toestemming van de consument. 26. Wat is een persoonsgegeven? Een persoonsgegeven is elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon. Concreet betekent dat dus naam, adres, woonplaats, sofi-nummer, bankrekeningnummer, autokenteken et cetera. Er bestaat nog discussie of en e-mail adres een persoonsgegeven is, met name in combinatie met het daarachter schuilende IP-adres (een getal waarmee de service provider herleid (die de beschikking heeft over IP-blokken) kan worden en daarmee uiteindelijk ook de persoon achter het e-mailadres (bij goede registratie/administratie van de provider). De registratiekamer meent dat er statische (en dan herleidbare, dus persoonsgegevens) en dynamische (niet althans heel lastig herleidbaar, dus in vele gevallen geen persoonsgegeven, al is dit een duister geval) IP-adressen bestaan. Een te hanteren criterium voor het al dan niet zijn van een persoonsgegeven is de (on)evenredigheid van de inspanning die iemand zich moet getroosten om via het (persoons)gegeven de identiteit van die achterliggende persoon te achterhalen. 27. Wat is een cookie? Een cookie is een klein tekstbestandje dat op door de bezochte webpage automatisch op de harde schijf van de bezoeker van de website wordt geplaatst. Als de bezoeker weer een keer de website bezoekt dan gaat de informatie uit de cookie mee en wordt de bezoeker ‘herkend’. 28. Schend ik door plaatsing van een cookie de privacy van mijn klant? Een cookie verschaft op zich geen informatie die direct te herleiden is tot een individueel persoon. Voor herkenbaarheid of identificeerbaarheid is meer informatie nodig die wel in combinatie met aanvullende informatie, bijvoorbeeld door de bezoeker zelf verschaft, kan leiden tot identificatie. Via zijn browser kan een bezoeker een functie inschakelen die waarschuwt voor een cookie of die niet toestaat dat een cookie geplaatst wordt. Dat laatste kan echter als uiterste consequentie hebben dat een website niet meer toegankelijk is voor de bezoeker die geen cookies wil accepteren. 29. Wat zijn verkeersgegevens? Verkeersgegevens zijn gegevens betreffende elektronisch communicatieverkeer. Verkeersgegevens zijn dan bijvoorbeeld gegevens als het oproepende telefoonnummer, het opgeroepen telefoonnummer, duur en tijdstip van een concrete verbinding en de datum waarop en in geval van een GSM oproep de zogenoemde cel-ID (een locatiegegeven dat aangeeft vanaf welke geografische locatie de oproep gepleegd is).
TQL Internetrecht
9
30. Zijn verkeersgegevens persoonsgegevens? Als verkeersgegevens herleidbaar zijn tot te identificeren natuurlijke personen dan zijn het persoonsgegevens en dat zal vaak het geval zijn: door bijvoorbeeld een telefoonabonnement te hebben zijn via een telefoonnummer de individuele gegevens van de beller te achterhalen. Een prepaid beller daarentegen heeft – doorgaans - geen naw-gegevens verstrekt aan de telecomaanbieder. 31. Wat beschermt de Wet Bescherming Persoonsgegevens? De Wet bescherming persoonsgegevens (WBP) biedt bescherming tegen de verwerking van persoonsgegevens en geldt voor alle technische verwerkingshandelingen. Het begrip verwerking is daarbij zo ruim uitgelegd dat daaronder vallen elke handeling of geheel van handelingen met betrekking tot persoonsgegevens. In het bijzonder wordt onder ‘verwerken’ begrepen het verzamelen, vastleggen, ordenen, bewaren, bijwerken, wijzigen, opvragen, raadplegen, gebruiken, verstrekken door middel van doorzending, verspreiding of enige andere vorm van terbeschikkingstelling, samenbrengen, met elkaar in verband brengen, alsmede het afschermen, uitwissen of vernietigen van gegevens, aldus artikel 1 van de WBP. Voor verwerking dient de ‘verantwoordelijke’ ook nog gerechtvaardigd doel te hebben. Deze gronden zijn limitatief in de WBP opgesomd. Voor internetondernemer zijn de categorieën toestemming voor verwerking van de betrokkene en behartiging van het gerechtvaardigd belang van de verantwoordelijke de belangrijkste en het snelst toepasbaar. Van groot belang is sowieso dat er niet meer persoonsgegevens mogen worden verzameld en bewerkt dan voor het nagestreefde doel noodzakelijk zijn. De internetondernemer zal zich daar zeker aan moeten houden. 32. Wat is datamining? Datamining is het door middel van geavanceerde statistische technieken uit een zeer grote gegevensverzameling destilleren van verbanden. Kern is dus het analyseren van grote gegevensverzamelingen. Zo kunnen profielen worden opgesteld van mensen, welke profielen vervolgens worden gebruikt voor gerichte reclameacties richting een bepaalde doelgroep. 33. Maakt datamining inbreuk op de Wet Bescherming Persoonsgegevens? Op grond van de WBP mag je slechts voor bepaalde doelen en op basis van een aantal limitatief opgesomde gronden persoonsgegevens verzamelen. Voorts mag je slechts die (persoons)gegevens verzamelen die bijdragen aan het nagestreefde doel en meer gegevens dus niet. Datamining, waarbij verzamelde gegevens veelal zullen worden gebruikt voor andere doelen dan waarvoor deze oorspronkelijk zijn verzameld en die vaak uit diverse verschillende gegevensverzamelingen zijn samengesteld, kan inderdaad in strijd komen met de WBP.
TQL Internetrecht
10
34. Wie moet de Wet Bescherming Persoonsgegevens naleven? Degene die de feitelijke macht heeft is primair formeel juridisch verantwoordelijk voor de naleving van de WBP. Hij bepaalt het doel van het verwerken van de gegevens en stelt de middelen voor verwerking vast en ter beschikking. Als een ander dan de verantwoordelijke de gegevens bewerkt is die slechts de bewerker. De bewerker zal zich wel moeten houden aan de WBP, maar is niet eindverantwoordelijk. De internetondernemer die persoonsgegevens verzameld voor de afhandeling van zijn leveringen is dus de verantwoordelijke voor die verzameling persoonsgegevens. 35. Mag ik gegevens over bezoekersaantallen van mijn website via internet openbaar maken? Ja, zolang die gegevens niet herleidbaar zijn tot individuen. De bezoekers dienen te allen tijde anoniem te blijven. Veel websites zijn echter gelinkt aan een website die bezoekersstatistieken bijhoudt en zichtbaar maakt voor iedereen. Dat is op die manier geen probleem. 36. Mag ik IP-adressen van bezoekers opslaan? Een IP-adres kan eventueel worden herleid tot een individueel persoon en is dan dus een persoonsgegeven waarop de Wet Bescherming Persoonsgegevens van toepassing is. Het verzamelen van IP-adressen is dan dus in principe niet toegestaan, tenzij je een gerechtvaardigd belang hebt bij het bewerken van de (persoons)gegevens. 37. Wat is het belang van een privacy statement op mijn website? De privacy statement is uit de Verenigde Staten over komen waaien. Het betreft een verklaring van de eigenaar van een website op zijn website die aangeeft hoe hij met de privacy van zijn bezoekers omgaat: wat doet hij met persoonsgegevens die hij verzamelt en/of verstrekt krijgt door zijn bezoekers? En wat doet hij met verkeersgegevens die hij vastlegt? Voor Europa heeft een privacy statement minder impact omdat gewoon voldaan moet worden aan de geldende privacyregels binnen het land waar de website vandaan komt. In Nederland betekent dat dat een internetondernemer zich bij zijn privacybeleid dient te houden aan de dwingende verplichtingen uit de Wet Bescherming Persoonsregistraties (WBP). Voor een bezoeker/consument kan het al met al toch interessant zijn om een kort en bondig overzicht te hebben van wat de desbetreffende ondernemer met persoonsgegevens doet.
TQL Internetrecht
11
Internetgebruik op de werkvloer 38. Een werknemer van mij bezoekt pornosites, wat kan ik hier aan doen? Afhankelijk van de vraag of er een duidelijk reglement over dergelijk gebruik van systemen van de werkgever bestaat kan dit grond voor ontslag op staande voet zijn. De trend in de rechtspraak is echter wel dat rechters milder zijn geworden en zoals altijd in arbeidszaken verdient het de voorkeur dat de werkgever een goed dossier heeft opgebouwd wil deze niet met een forse ontslagvergoeding geconfronteerd worden. Als een reglement ontbreekt dan is het doorgaans verstandiger een schriftelijke waarschuwing te geven in plaats van direct over te gaan tot ontslag op staande voet. Met een reglement in de hand staat een werkgever veel sterker om ongewenst gedrag te bestrijden: de werknemer is dan vooraf gewaarschuwd en weet wat de consequenties (kunnen) zijn van zijn (surf)gedrag . 39. Mag ik als werkgever e-mail van mijn werknemers ingezien worden? Ja, dat mag, mits er een dringende reden is. Voor stelselmatig inzien van e-mail geldt dat er een reglement voor het gebruik van e-mail moet bestaan dat aan de werknemers is meegedeeld en duidelijk aan de werknemers gecommuniceerd moet worden dat dit gebeurt. Het College Bescherming Persoonsgegevens geeft de voorkeur aan het inzien van verkeersgegevens en zoveel mogelijk gebruik maken van filtertechnieken om ongewenst e-mail gebruik tegen te gaan. 40. Mogen verkeersgegevens van bijvoorbeeld e-mail en bezoeken aan websites geregistreerd en ingezien worden? Ja, dat mag stelselmatig gedaan worden mits er een duidelijk reglement over bestaat en binnen het bedrijf is geaccepteerd en de gegevens niet onnodig lang bewaard worden. 41. Hoe zet ik een reglement over privé e-mailen en internetgebruik op de werkvloer op? Een reglement voor internetgebruik op de werkvloer valt net als andere reglementen voor werknemers onder instemmingsbevoegdheid van de ondernemingsraad in organisaties die onder de Wet op de Ondernemingsraden vallen. Juist omdat het inzien van e-mail in een dergelijk reglement geregeld moet worden is het zaak om dit in goede harmonie met de OR te regelen. Een aantal instanties heeft modelreglementen opgesteld. Afhankelijk van het uitgangspunt van de organisatie (bij CNV is dat uiteraard vanuit het werknemersperspectief) kan zo’n modelreglement een goed uitgangspunt zijn voor de discussie.
TQL Internetrecht
12
Domeinnamen 42. Wat is een domeinnaam? Een domeinnaam is een naam waaronder een website of een e-mailadres op internet te vinden of te bereiken is. Zie ook het TQL-onderwerp Domeinregistratie 43. Wat is een ´top level´ domeinnaam? Een top level domein is het laatste gedeelte van de domeinnaam. Onderscheiden worden de typische landendomeinen zoals .nl, .be, .de en een aantal andere categorieën die deels uit de tijd stammen waarin het internet nog tot de VS beperkt was zoals .mil, .edu, .gov, .com, .org, en deels meer recent zijn om meer ademruimte te krijgen en gebruikers meer informatie te verschaffen over het domein, zoals .biz, .info, .museum. 44. Hoe kom ik aan een .nl-domeinnaam? Als het om een .nl domein gaat kunt u terecht bij de deelnemers van de Stichting Internet Domeinen Nederland (http://www.sidn.nl). 45. Hoe kom ik aan een .com-domeinnaam? Voor de .com, .org, .biz, .info domeinnamen kunt u terecht bij diverse commerciële aanbieders 46. Wat zijn de eisen voor registratie van een domeinnaam? Dat verschilt per type (.com, .org .nl etc.). Voor landelijke domeinnamen (zoals .nl .be) hangt het af van het beleid van de een nationale registratieautoriteit als zodanig geregistreerd moeten worden, voor de overige top level domains geldt dat dit afhangt van het beleid van de desbetreffende tldregistratieautoriteit die daarvoor een zeker mandaat heeft gekregen van de Internet Corporation for Assigned Names and Numbers (ICANN). Voor .museum domeinen bijvoorbeeld gelden bijzonder strenge regels, voor .com geldt dat wie het eerst komt het eerst maalt. 47. Wat is een second level domein? Een second level domein is het onderscheidende en herkenbare gedeelte van de domeinnaam. Voorbeeld: bij www.tql.nl is tql het second level domein. De meeste discussies over domeinnamen hebben op deze categorie betrekking omdat de meeste bedrijven hun bedrijfsnaam als domeinnaam (willen) gebruiken en zo’n naam maar 1 keer onder een specifiek top level domein kan worden uitgegeven. Heeft een ander die naam al eerder geregistreerd dan vis je als bedrijf in principe achter het net. 48. Is een domeinnaam hetzelfde als een handelsnaam? Nee, dat hoeft niet. Wel is het zo dat het gebruik van een bepaalde domeinnaam op een bepaalde wijze een inbreuk op een handelsnaam kan opleveren. Handelsnamen zijn geregistreerd bij de kamers van koophandel
TQL Internetrecht
13
49. Is een domeinnaam hetzelfde als een merk? Net zo min als een domeinnaam een handelsnaam is, is een domeinnaam een merk. Merken moeten geregistreerd zijn bij bijvoorbeeld het Benelux Merkenbureau. Wel kan het zo zijn dat het gebruik van een bepaalde domeinnaam op een bepaalde wijze een inbreuk maakt op een merknaam. 50. Kan ik een nog niet geregistreerde domeinnaam van een bekend bedrijf registreren? Dat verschilt per land, in Nederland was dat altijd vrij moeilijk door de eis dat men ingeschreven moest staan bij de Kamer van Koophandel om een .nl domeinnaam te registreren. Men heeft die eis laten vallen maar in de registratieprocedure zijn waarborgen ingebouwd om dit te bemoeilijken. Los van de vraag of het praktisch mogelijk is, is duidelijk geworden dat ook al lukt het om de naam van een bekend bedrijf te kapen, men heel snel gedwongen kan worden om die naam weer af te staan. 51. Kan ik als individueel persoon mijn eigen naam als domeinnaam registreren? Ja, dat je kunt je eigen naam als een zogeheten ‘persoonsdomeinnaam’ laten registreren zonder dat je die als bedrijfsnaam of merk gebruikt. Ook daarvoor moet je je wenden tot een bij de Stichting Internet Domein Registratie als deelnemer geaccepteerde internet service provider. 52. Mijn naam is door een ander geregistreerd, zijn er manieren om deze te krijgen? Ja, al zal wel een ‘legitiem belang’, bijvoorbeeld inbreuk op een handels- danwel merknaam, aangetoond moeten worden, anders geldt in de praktijk het principe van ‘wie het eerst komt die het eerst maalt’. Zo heeft de bekende uitgever Penguin Books een zaak over het domein penguin.org verloren omdat de houder van dat domein al jaren de bijnaam penguin had en daarom een gerechtvaardigd belang had bij het behouden van die domeinnaam voor zijn persoonlijke website. Het registreren van een domeinnaam zonder reden om er later geld voor te kunnen vragen (ook wel ‘domain grabbing’ genoemd) pleegt in minder goede aarde te vallen bij rechters en arbitragepanels. 53. Een ander gebruikt een domeinnaam die nagenoeg hetzelfde is als de mijne, kan ik hier wat aan doen? Ook hier geldt dat het afhangt van de vraag of er sprake is van een ‘legitiem belang’. Over het algemeen geldt dat het zogenaamde typo squatten, waarbij men verkeer van andere sites probeert te trekken door een bekende domeinnaam met daarin een typefout te registreren, al snel als onrechtmatig aangemerkt zal worden. Een toevallige gelijksoortige naam waaronder geheel verschillende activiteiten ontplooid worden zal niet snel een probleem zal vormen. Zeker als partijen overeenkomen om naar elkaars websites te verwijzen om dwaalgasten van dienst te zijn kan dit in een praktijk werkbare oplossing zijn.
TQL Internetrecht
14
54. Een ander eist een door mij geregistreerd domein op, wat nu? Als u er niet samen uit kunt komen staan er twee wegen open: de gang naar de rechter of naar de arbiter. Voor .nl domeinnamen die na 29 januari 2003 zijn aangevraagd of waarvan de registratie gewijzigd is, geldt dat alleen de gang naar de arbiter mogelijk is. Dit betekent dat een panel bestaande uit een jurist en een aantal materiedeskundigen zich over de vraag zullen buigen en een bindende uitspraak zullen doen. Dit betekent ook dat voor dergelijke domeinnamen de Nederlandse rechter zichzelf onbevoegd zal verklaren. Voor een inschatting van uw kansen is het verstandig een jurist met kennis van het merken- en handelsnaamrecht in de arm te nemen, deze kan doorgaans al heel snel een indicatie geven over hoe hard u het kunt spelen.
TQL Internetrecht
15
Internationale aspecten 55. Welk recht is van toepassing? In beginsel het recht van het land van de aanbieder van goederen of diensten, tenzij deze nadrukkelijk geadverteerd heeft in het land van de afnemer. Het is niet zo dat men door middel van algemene voorwaarden een ander rechtsstelsel kan kiezen, tenzij het om handel tussen professionele partijen gaat. 56. Welke internationale instanties houden zich bezig met e-commerce? De Europese Unie heeft in de loop der jaren een aantal richtlijnen uitgevaardigd die al dan niet al in de Nederlandse wetgeving zijn verankerd. Gedacht kan worden aan de e-commerce richtlijn (nog niet geïmplementeerd) en de richtlijnen inzake de elektronisch handtekening, verkoop op afstand en privacy, die inmiddels wel in de Nederlandse wetgeving zijn opgenomen. Verder houden ook de Verenigde Naties, de OESO (o.a. aanbeveling betreffende Guidelines for Consumer Protection in the Context of Electronic Commerce) en de International Chamber of Commerce (ICC) zich min of meer met kwesties van internet en recht en e-commerce bezig. De World Intellectual Property Organization (WIPO) bewaakt het raakvlak tussen intellectuele eigendom en e-commerce. 57. Hoe zit het met de BTW afdracht? De BTW regels bij de levering van goederen zijn identiek aan die bij ‘gewone’ leveringen, BTW technisch maakt het weinig uit of iets schriftelijk, telefonisch of via het internet besteld is. Anders is het bij diensten die dankzij informatietechnologie hun materieel karakter verliezen, bijvoorbeeld de levering van muziek, ringtones etc.. 58. Hoe zit het met de BTW afdracht? De BTW regels bij de levering van goederen zijn identiek aan die bij ‘gewone’ leveringen, BTW technisch maakt het weinig uit of iets schriftelijk, telefonisch of via het internet besteld is. Anders is het bij diensten die dankzij informatietechnologie hun materieel karakter verliezen, bijvoorbeeld de levering van muziek, ringtones etc. Voor deze diensten kan de volgende tabel gehanteerd worden:
BTW-plichtige afnemer gevestigd buiten de EU Consument buiten de EU BTW-plichtige afnemer binnen de EU EU-consument
TQL Internetrecht
Leverancier gevestigd in de EU Geen Europese BTW
Niet-EU leverancier
Geen Europese BTW
Geen Europese BTW
BTW aangifte in land van de koper (z.g. verlegging) BTW aangifte in land van de verkoper
BTW aangifte in land van de koper BTW aangifte in land van de koper, eventueel met centrale BTW-registratie
Geen Europese BTW
16
58. Wat zijn de consequenties van regels in andere EU landen die bijvoorbeeld mijn diensten verbieden? Elk land kent zijn eigen opvattingen over wat wel en niet kan. Zo zal pikant beeldmateriaal eerder op verzet van de overheid stuiten in het Verenigd Koninkrijk dan in Zweden. In principe mogen EU lidstaten geen belemmeringen voor de onderlinge handel opwerpen, ook niet als het gaat om elektronische handel. Onder omstandigheden kan een aanbieder echter gedwongen worden om informatie af te schermen van bepaalde lidstaten, onder andere als het om materiaal van racistische aard gaat, bijvoorbeeld de verkoop van Mein Kampf.
TQL Internetrecht
17
Elektronische handtekening 59. Wat is een elektronische handtekening? Juridisch gezien is een elektronische handtekening niet meer dan een methode voor elektronische authenticatie. In de praktijk wordt met een elektronische handtekening inmiddels meestal een op een Public Keys Infrastructure (PKI) gebaseerde digitale ondertekening van documenten. In een PKI wordt door middel van cryptografische technieken met certificaten die door een Certificatie Autoriteit (CA) worden afgegeven gewaarborgd dat een document ook daadwerkelijk bij een bepaalde verzender afkomstig is en dat de inhoud tijdens het transport niet gewijzigd is. 60. Wat is de juridische waarde van een elektronische handtekening? Het belang van de elektronische handtekening ligt vooral in de bewijskracht die hier aan ontleend wordt als er discussie ontstaat over de vraag of er een overeenkomst tot stand gekomen is. Verder speelt de vraag een rol bij bepaalde wettelijke vormvereisten. Daarbuiten heeft een elektronische handtekening net zoveel waarde als contractspartijen hieraan toekennen. Indien dergelijke afspraken niet zijn gemaakt hebben op dit ogenblik de op PKI gebaseerde handtekeningen van partijen die certificaten van een CA gebruiken een streepje voor, daarvan bestaat een wettelijk vermoeden dat ze authentiek zijn. Met andere woorden, de rechter zal er van uit gaan dat de handtekening klopt, tenzij één van de partijen overtuigend bewijs heeft dat deze vervalst is. 61. Waarom zou ik een elektronische handtekening gebruiken? Handel staat of valt met vertrouwen. Een elektronische handtekening in de vorm van een certificaat dat door een door de overheid erkende Trusted Third Party (TTP) heeft afgegeven kan dat vertrouwen vergroten. Verder verandert een dergelijk certificaat de bewijsverdeling als er later discussies ontstaan over de transactie. Tot slot kan schade die ontstaat door een fout in een handtekening die door een TTP is afgegeven verhaald worden op een TTP. 62. Wie kunnen mijn handtekening certificeren? In Nederland zijn Pink Roccade, DigiNotar, KPN en Enschede SDU erkende Trusted Third Parties (TTP’s) die onder toezicht van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit (OPTA) elektronische certificaten afgeven die als handtekening gebruikt kunnen worden. 63. Wat is een TTP? Een TTP (Trusted Third Party) is een onafhankelijke, neutrale tussenpersoon die diensten aanbiedt in het kader van elektronische gegevensuitwisseling. Een TTP staat borg voor authenticiteit, integriteit en vertrouwelijkheid van uitgewisselde gegevens. Dit geschiedt met name door encryptietechnieken (versleuteling van berichten) toe te passen op de desbetreffende gegevens. De elektronische handtekening is een vorm waarbij in de communicatie tussen twee partijen encryptie wordt toegepast. Het sleutelbeheer dat met encryptie gemoeid is een van de kerndiensten van een TTP, samen met certificering en data recovery.
TQL Internetrecht
18
64. Wat nu als er fouten in een certificaat optreden? Door uitgifte van een certificaat verstrekt een TTP een garantie op authenticiteit van de afzender. Is er in het proces een fout opgetreden dan is een TTP aansprakelijk voor de schade die geleden wordt. 65. Wat is cryptografie? Cryptografie is het versleutelen van elektronische berichten. De verzender gebruikt een eigen publieke of private ´sleutel´ waarmee hij zijn bericht versleuteld waarna het via internet verzonden wordt. De ontvanger gebruikt zijn eigen ´sleutel´ om het ontvangen bericht te decoderen en het bericht in zijn oorspronkelijke staat te kunnen lezen. 66. Kan ik verplicht worden mijn cryptografie sleutel over te dragen? Ja, justitie kan dat bevelen in het kader van een strafrechtelijk onderzoek. Zij zal het belang van haar bevel moeten aantonen. In het uiterste geval kan ook een rechter bevelen dat de sleutel wordt overgedragen. 67. Kan een e-mail bericht dienen als bewijs in een juridische procedure? Ja, dat kan. Let er op dat zo veel mogelijk informatie in de print van het bericht is opgenomen, zoals de headers (de gegevens waarin onder andere het IP-adres van de verzender staan). Overigens kan contractueel tussen partijen zijn afgesproken dat alle berichten over en weer om rechtsgeldig te zijn schriftelijk moeten zijn geschied. Ook kunnen dan afspraken worden gemaakt hoe er wordt omgegaan met e-mail berichten (zijn dat geldige geschriften of niet).
TQL Internetrecht
19
Intellectueel eigendom en websites 68. Wat is intellectueel eigendom? Intellectueel eigendom in ruime zin is een overkoepelend begrip voor auteursrecht en naburige rechten (het intellectuele eigendom in enge zin) en octrooirecht, merkenrecht, handelsnaamrecht, kwekersrecht, modellenrecht (vroeger vaak begrepen onder het begrip industriële eigendom). 69. Wat is auteursrecht? Auteursrecht is het exclusieve recht van de maker van een werk van letterkunde, kunst of wetenschap, filmvertoning of –zoals hier relevant- een website om dat werk te openbaren en/of te verveelvoudigen. Zie ook het TQL-onderwerp Auteursrecht 70. Wat is copyright? Copyright is het begrip dat in Angelsaksische landen wordt gebruikt voor wat wij in Nederland auteursrecht noemen. 71. Moet ik een copyright teken vermelden op mijn website auteursrechtelijk te beschermen? Nee, dat hoeft niet. Auteursrecht ontstaat door de enkele creatie van een werk. De website is dus auteursrechtelijk beschermd door alleen al het maken ervan. Het copyright teken © is dus in Nederland niet een noodzakelijk vereiste. In de Verenigde Staten is dat lang wel wettelijke eis geweest, sinds een aantal jaren niet meer. 72. Is een idee auteursrechtelijk beschermd? Nee, een idee is nooit auteursrechtelijk beschermd. 73. Is een website auteursrechtelijk beschermd? Ja, een website is voor wat betreft de vormgeving auteursrechtelijk beschermd. De maker is de auteursrechthebbende. Ook op de inhoud (content) rust auteursrecht maar dan van de auteurs van die content, ongeacht of dat nu tekst, een plaatje, muziek of iets anders is. 74. Ben ik eigenaar van mijn eigen website als ik deze door een ander heb laten ontwikkelen? Laat je een website door een ander maken dan berust het auteursrecht in principe bij die ander. Dat je als opdrachtgever voor het ontwerpen betaalt doet daar niet aan af. Dat betekent dat je de nodige afspraken zal moeten maken met de ontwerper. Aan te raden is de auteursrechten over te laten dragen. Dat kan door deze overdracht uitdrukkelijk op papier (overeenkomst) te zetten. Heeft geen overdracht van auteursrecht plaatsgevonden dan heb je hooguit een gebruiksrecht op je ‘eigen’ website en moet je voor aanpassingen telkens toestemming vragen aan de ontwerper/auteursrechthebbende.
TQL Internetrecht
20
75. Is het toegestaan de opmaak van een website over te nemen? Het zal niet snel voorkomen dat de structuur van een website auteursrechtelijk beschermd is, het overnemen van opmaakelementen zoals afbeeldingen en andere visuele elementen zal echter al heel snel inbreuk maken op het auteursrecht van de oorspronkelijke website. Een eenvoudige vuistregel is de vraag of hetzelfde functionele effect, bijvoorbeeld het ondersteunen van een eenvoudige navigatie, op een andere wijze bereikt kan worden. Zo ja, dan moet er in principe een andere weg gekozen worden. Uiteraard is niet meer dan een vuistregel, een klassieke uitzondering is bijvoorbeeld een parodie op een website, waar het al snel noodzakelijk kan zijn dat dingen letterlijk overgenomen worden. 76. Is het toegestaan om teksten van de website van een ander op mijn eigen website over te nemen? Voor zover het gaat om citeren van informatie die afkomstig is van een andere website, gelden de gebruikelijke regels uit de Auteurswet. Citeren mag alleen uit teksten die openbaar zijn en in het kader van een aankondiging, beoordeling, polemiek of wetenschappelijke verhandeling. Een citaat moet verder ondergeschikt en functioneel zijn, de context niet overheersen en moet ergens op slaan. Een citaat mag niet verminkt worden en zo mogelijk moet bij het citaat de bron worden genoemd. 77. Mag ik nieuwsitems op mijn website plaatsen? Ja, maar alleen als sprake is van een aankondiging, beoordeling van het nieuwsitem, bespreking van de problematiek of een wetenschappelijke verhandeling. 78. Mag ik een foto op mijn website plaatsen? Voor het plaatsen van foto’s op de eigen website zal toestemming moeten worden gevraagd aan de maker van de foto of het bureau dat de auteursrechten heeft op die foto. Meestal zal voor gebruik een vergoeding moeten worden betaald. Ook kan het voorkomen dat de Stichting Beeldrecht (zie www.cedar.nl ) de rechten op de foto’s beheert. De Stichting zal dan de toestemming kunnen verlenen tegen betaling van de vaak vooraf vaststaande vergoeding. Is de fotograaf onbekend dan moet je uitkijken, tenzij je een vrijwaring hebt gekregen van de Stichting Foto Anoniem. Tegen betaling van een vooraf bekend zijnde vergoeding verkrijgt men een vrijwaring en mag men de foto op de eigen website plaatsen. 79. Mag ik met toestemming van de fotograaf iedere willekeurige foto plaatsen? In principe wel, wel moet er rekening gehouden worden met wat er op de desbetreffende foto staat. Staat er een persoon op dan kan deze een gerechtvaardig belang bij eerbiediging van diens portretrecht hebben. Iedere Nederlander mag zich verzetten tegen het gebruik van zijn foto met het argument dat zijn morele belangen of privacy wordt geschonden. Zeker bij bekende Nederlanders zal men hier rekening mee moeten houden. 80. Mag ik teksten en plaatjes die op internet vindt printen? Ja, dat mag mits het beperkt blijft tot eigen gebruik, oefening of studie.
TQL Internetrecht
21
81. Mag ik teksten of plaatjes scannen en op mijn website plaatsen? Er vanuit gaande dat de teksten en plaatjes door een ander zijn gemaakt, mag dat niet zonder meer. In beginsel rust er op de teksten of plaatsjes auteursrecht en zal er dus toestemming moeten worden gevraagd aan de maker/auteursrechthebbende om deze op de website te plaatsen. 82. Mag ik muziek op mijn website plaatsen? Muziek wordt beschermd door (1) auteursrecht, namelijk de componisten van het muziekstuk, en (2) naburige rechten, dus de rechten van de uitvoerende kunstenaars. De meeste componisten en artiesten hebben hun auteursrechten overgedragen aan Buma-Stemra die hun belangen zal behartigen en de gebruiksvergoedingen zal incasseren en doorbetalen aan de rechthebbenden. 83. Hoe lang duurt auteursrecht? Het auteursrecht vervalt na 70 jaar gerekend vanaf het kalenderjaar na het overlijden van de maker van het beschermde werk. 84. Wat kan ik doen als zonder mijn toestemming een artikel van mij is geplaatst op de website van een ander? Als auteursrechthebbende kan je van de inbreukmaker een schadevergoeding vragen, maar dan moet je ook daadwerkelijk schade hebben geleden. Je kunt van de inbreukmaker ook eisen dat hij het artikel verwijdert van de website of tegen een vergoeding alsnog toestemming geven. 85. Wat is een hyperlink? Een hyperlink is een doorklikverbinding op een website waarmee men kan doorspringen van de ene website naar de andere. Een hyperlink is op een website te herkennen als een stukje tekst dat ofwel onderstreept is ofwel een andere kleur heeft dan wel op een andere manier iets afwijkt van de gewone tekst. Ook kan een hyperlink de vorm van een banner of button hebben. Het via hyperlinks van de ene website naar de andere overspringen noemt men wel het ‘surfen’ over internet. Na het volgen van de link zie je in de adressenbalk vrijwel altijd een ander internetadres zodat je weet dat je op een andere website beland bent. 86. Is het toegestaan op je website te hyperlinken? In het algemeen wordt een hyperlink – die zo kenmerkend is voor het gebruiksgemak van internet niet als verboden aangemerkt. De hyperlink kan worden beschouwd als een soort voetnoot of een citaat en daarvoor heeft men ook in het auteursrecht geen toestemming van de auteursrechthebbende nodig; voor het aanbrengen van een hyperlink dus in principe ook niet. 87. Wat is een deep link? Een deep link is een bijzondere vorm van hyperlink waarbij niet naar de homepage van de andere website wordt gelinkt maar naar een ‘diepere’ pagina op die andere website. In principe zie je na het linken dat de adresregel een ander internetadres weergeeft zodat je kunt weten dat je op een andere website bent aanbeland.
TQL Internetrecht
22
88. Is het toegestaan te deep linken? Deep-linking is toegestaan mits duidelijk is dat er naar de website van een ander wordt gesprongen. Het moet duidelijk zijn dat de informatie die op de gelinkte pagina staat van een ander afkomstig is. Is dat niet duidelijk dan kan de verantwoordelijke van de oorspronkelijke website vanwaar werd gelinkt inbreuk maken op auteursrecht van degene naar wiens pagina gelinkt is. 89. Wat is framing? Framing is een vorm van een deep link en houdt in dat de gebruiker door een link aan te klikken binnen het venster (‘frame’) van de oorspronkelijke website een pagina ziet (meestal geen homepage, want die is als zodanig meestal wel te herkennen) van een andere website waarbij het erop lijkt dat deze ‘nieuwe’ pagina ook deel uitmaakt van de oorspronkelijke website. 90. Is het toegestaan om te framen? Framen, het in een zogenaamde html frame opnemen van externe webpagina’s in een eigen website, is alleen dan toegestaan als het duidelijk is dat inhoud afkomstig is van een andere informatieaanbieder en deze hierdoor geen schade lijdt in de vorm van bijvoorbeeld inkomstenderving door het mislopen van advertentieopbrengsten. 91. Wat is een zoekmachine? Een zoekmachine is een voor iedereen toegankelijke computerprogramma waarbij je door het invoeren van een of meer trefwoorden op het internet (informatie) zou moeten kunnen vinden wat je zoekt. 92. Wat is een meta-tag? Een meta-tag is een soort trefwoord die onzichtbaar aan een website wordt verbonden. Hoe meer van die trefwoorden aan je website zijn verbonden, des te groter de kans dat je website gevonden wordt als iemand op internet via en zoekmachine op zoek gaat naar bepaalde produkten of diensten. 93. Hoe kan ik het bewerkstelligen dat mijn website via een zoekmachine gevonden wordt? Dat kan door zoveel mogelijk toepasselijke meta-tags te gebruiken. Bij het intoetsen bij een zoekmachine van een trefwoord die overeenkomt met een woord dat als meta-tag aan de website is verbonden kan de website door een zoekmachine worden gevonden. 94. Mag ik als meta-tag de naam van een bekend merk of een concurrent opgeven? De eigenaar van een website beslist welke trefwoorden hij als meta-tag aan de website hangt. Dat zullen normaal gesproken begrippen zijn die concreet iets te maken hebben met de inhoud van de site, bijvoorbeeld de produkten die via de website kunnen worden gekocht. Logisch is dat namen van merken of een grote concurrent of misschien zelfs van een bekend persoon een extra trekker zullen zijn. Het gebruik van de een beschermde naam of merk als metatags levert echter in principe merkinbreuk op (uiteraard alleen als die naam of dat merk rechtsgeldig gedeponeerd is) en u zorgt voor verwarring bij de consument (horen beide bedrijven die toch concurrenten zijn bij elkaar of niet?).
TQL Internetrecht
23
95. Mag ik op mijn website verschillende producten, merken of diensten met elkaar vergelijken en het resultaat op mijn website plaatsen? Ja, dat mag. Op websites zijn dezelfde regels voor vergelijkende reclame van toepassing als bij traditionele reclame voorzover u uw website als reclamemedium gebruikt. Als u uw website als informatiemedium gebruikt zonder zelf de producten, merken of diensten te leveren, dan bedrijft u in feite gewone journalistiek en zult u hetzelfde mogen als bijvoorbeeld de Consumentengids mag.
TQL Internetrecht
24
Software 96. Is software auteursrechtelijk beschermd? Ja, computerprogrammatuur valt onder het begrip ‘werk’ zoals in de Auteurswet opgenomen en is dus beschermd. Inbreuk op de computerprogrammatuur, zoals aanpassingen en wijzigingen, zijn daarmee inbreuk op het auteursrecht en zijn derhalve verboden. 97. Ben ik eigenaar van software als ik het download via internet? Nee, bij software wordt normaal gesproken slechts een gebruiksrecht (licentie) verleend. Dat betekent dat je de software alleen mag gebruiken voor het doel waarvoor je hebt aangeschaft of een doel dat speciaal in de licentie is omschreven. De maker/auteursrechthebbende is en blijft eigenaar, tenzij uitdrukkelijk in een overeenkomst is opgenomen dat hij zijn auteursrechten overdraagt. Dit geldt in het algemeen voor software (er wordt dus geen software gekocht maar slechts een gebruiksrecht verworven) en dus ook voor software die via internet wordt gedownload. 98. Wat is softwarepiraterij? Softwarepiraterij is een begrip dat gehanteerd wordt voor het onrechtmatig, dus zonder geschikte licentie, gebruiken van software. De makers van de software lopen daarmee behoorlijk wat inkomsten mis. De Business Software Alliance (BSA) is een samenwerkingsverband van softwareproducenten, die probeert illegale software op te sporen en de gebruikers ervan aan te pakken.
TQL Internetrecht
25
Aansprakelijkheid websites 99. Wie is aansprakelijk voor de inhoud van een website? Degene die de inhoud van de website bepaalt en onder wiens naam de website openbaar gemaakt wordt is aansprakelijkheid voor de juistheid van de informatie die op de website is vermeld alsmede voor de inrichting van de site. Dat wordt niet anders als een derde de website heeft ontwikkeld of op enig moment beheert. 100. Ben ik aansprakelijk voor de inhoud van een website als een ander informatie verzorgt? Ook nu ben je nog aansprakelijk voor de inhoud van de onder jouw naam openbaar gemaakte website. Via het laten ondertekenen van een vrijwaringsverklaring door de partij die informatie aanlevert kan geprobeerd worden aansprakelijkheid voor dat deel van de inhoud te verleggen. Omdat dit echter slechts een onderlinge regeling tussen twee partijen kan dat een derde partij niet worden tegengeworpen. Een ander probleem kan ontstaan als de partij die voor de inhoud zorgt om enig moment financieel onmachtig blijkt te zijn; ook dan blijf je zelf alsnog met de (financiële) gevolgen zitten. 101. Wat is een internet service provider? Een internet service provider verzorgt de toegang tot internet en beidt via zijn servers websites aan. Als een service provider als deelnemer bij de Stichting Internet Domein Registratie (SIDN) is ingeschreven, kan een bedrijf via die service provider een .nl-domeinnaam voor een eigen website aanvragen. 102. Is een internet service provider aansprakelijk voor de inhoud van een website? Op de server van een internet service provider kunnen websites met inbreukmakende informatie staan. Voor een service provider is het onmogelijk om al het inhoudelijk materiaal dat op zijn server staat in de gaten te houden. Wel mag van hem worden verwacht dat zodra hij via een mededeling waaraan hij ‘in redelijkheid niet kan twijfelen’ kennis heeft gekregen omtrent inbreukmakend materiaal op zijn server hij dan wel maatregelen neemt. Gedacht kan worden aan het verwijderen of ontoegankelijk maken daarvan of het bekend maken van de identiteit van de inbreukmaker aan degene die getroffen is. Doet een service provider dat niet dan kan hij zelf mede-aansprakelijk worden gehouden.
TQL Internetrecht
26
Webfora 103. Ben ik verantwoordelijk voor het commentaar dat bezoekers toevoegen op bijvoorbeeld een webforum op mijn site, bijvoorbeeld als ik een online boekhandel waar bezoekers hun eigen recensies kunnen plaatsen? Dit is een onderwerp waar nog juridische onzekerheid over bestaat. De meest recente rechtspraak neigt er toe om de exploitant van de website niet verantwoordelijk te houden zolang deze commentaren die onrechtmatig zijn op een eerste verzoek verwijdert. Zo zijn veel aangiftes van het Meldpunt Discriminatie Internet gestrand omdat men onvoldoende duidelijk gemaakt had aan de eigenaren van websites waar de klachten op gebaseerd waren. 104. Wie heeft het auteursrecht op commentaren van bezoekers van webfora? In Nederland geldt nog steeds dat voor de overdracht van het auteursrecht een schriftelijke overeenkomst vereist is. Wel kan men de algemene voorwaarden zo inrichten dat de exploitant van een webforum een licentie op commentaren van bezoekers. 105. Kunnen individuele bezoekers verantwoordelijk gehouden worden voor hun commentaren op mijn webforum? Ja, dat kan. Zo is er in het verleden een veroordeling geweest van iemand die het internet gebruikte (misbruikte?) om valse informatie te verspreiden in de hoop de koers van bepaalde beursfondsen te manipuleren.
TQL Internetrecht
27
Geschillenbeslechting en e-commerce 106. Welke vormen van geschillenbeslechting zijn er bij on line conflicten? De gewone off line wijzen van geschillenbeslechting gelden ook voor on line conflicten. De gewone rechter zal dus bevoegd zijn. Een internetondernemer kan in zijn algemene voorwaarden echter ook een voorbehoud hebben gemaakt en bijvoorbeeld een arbitragebeding hebben opgenomen, De Stichting GeschillenOplossing Automatisering (SGOA) te Rijswijk doet op verzoek als arbitragepanel specifiek uitspraak in automatiseringsgeschillen en daar kunnen ook on line ecommerce conflicten onder vallen. Een ander arbitrage-instituut dat kan worden ingeschakeld is het Nederlands Arbitrage Instituut (NAI). Andere opties, voor zover overeengekomen in een on line contract, algemene voorwaarden of ten tijde van het conflict zelf, zijn het bindend advies, mediation, klachtprocedures (indien van toepassing in een specifiek geval. Voorbeeld: de branchevereniging Thuiswinkel.org heeft een eigen geschillenregeling).
TQL Internetrecht
28
Over de auteur Mr drs Lesley Broos is IT-juridisch consultant bij onafhankelijk IT-adviesbureau Mitopics BV te Gouda. Lesley Broos houdt zich in zijn dagelijkse adviespraktijk bezig met IT-juridische ondersteuning van zowel aanbieders als afnemers van IT. Hij doet dit vanuit de cominatie van de disciplines bedrijfskunde, recht en IT. Daarnaast verzorgt de heer Broos regelmatig publicaties, cursussen en lezingen over onder meer: juridische aspecten van IT, Application Service Providing (ASP), Service Level Agreements (SLA's), contractmanagement en IT-outsourcing.
TQL Internetrecht
29