Intentieovereenkomst
Asbest van het bedrijfsdak
Intentieovereenkomst Wij, vertegenwoordigers van bestuursorganen en organisaties die werken aan de realisatie van een gezond en veilig leefmilieu, economie en werkgelegenheid, de gebouwde omgeving, gebiedsontwikkeling, bedrijventerreinen, innovatie, onderzoek en onderwijs, constateren dat, 1. er in Overijssel mogelijke risico’s zijn ten aanzien van gezondheid door de verwering van asbestdaken en economische risico’s door asbestbranden; 2. er preventief asbestbeleid op bedrijventerreinen ontbreekt; 3. de aanwezigheid van asbestdaken een stagnerende werking kunnen hebben op de ontwikkeling van het bedrijfsleven; 4. er ondanks een toepassingsverbod van asbest vanaf 1993 en een gestage afname van de belangrijkste bronnen, er nog grote hoeveelheden asbestdaken aanwezig zijn in Overijssel; 5. uit onderzoek blijkt dat de achtergrondconcentratie asbestvezels vanaf 1993 weliswaar aanzienlijk is gedaald, maar dat deze momenteel in hoofdzaak wordt bepaald door verwering van asbestdaken en lokaal door asbestbranden of ondeskundige sloop; 6. het Ministerie van Infrastructuur en Milieu toewerkt naar een asbestverbod voor daken in 2024. Om binnen 11 jaar asbestvrij te zijn, er grote inspanningen nodig zijn van de gebouweigenaren zelf, het bedrijfsleven en de overheden. Het huidige verwijderingtempo is te laag om in 2024 asbestvrij te zijn. Wij schatten in, dat een versnelling met minimaal de factor 4 nodig is ten opzichte van het huidige tempo; 7. op basis van pilots en ervaringen blijkt, dat versneld uitfaseren van de asbesterfenis in Overijssel niet vanzelf gaat. 8. er in Nederland te weinig aandacht is voor het versneld saneren van de asbestdaken op bedrijventerreinen. Dit is opmerkelijk, omdat de maatschappelijke gevolgen van asbestbranden bij bedrijven en de omliggende woonwijken zeker groot kunnen zijn. Gemeenten en bedrijven, waar zich de afgelopen jaren asbestbranden hebben voorgedaan, hebben wel een beeld van de urgentie, maar het ontbreekt hen veelal aan een helder handelingsperspectief. De aandacht bij overheden en het bedrijfsleven voor o.a. herstructurering bedrijventerreinen, duurzame energie, duurzaamheid, verbetering van het werkklimaat en maatschappelijk verantwoord ondernemen is wel aanwezig en kan een belangrijke factor zijn in versnelde asbestverwijdering; 9. uit onderzoek naar de kosten en baten van versnelde asbestverwijdering en naar de mogelijkheden van versnelde verwijdering in Overijssel (MKBA 2012) blijkt, dat versneld verwijderen van asbestdaken op termijn loont. Mede gelet op het terugdringen van de maatschappelijke lasten van asbestbranden en van de energetische verbeteringen voor het bedrijfsleven. 10. een versnelde verwijdering van asbestdaken een positieve bijdrage levert aan verduurzaming van de maatschappij; 11. er een uitdaging ligt om vanuit de verschillende werk- en aandachtsgebieden samen te werken om asbest versneld te kunnen verwijderen.
willen bereiken, door deel te nemen aan het project Asbest van het bedrijfsdak: 1. een versnelling van asbestverwijdering, met als doel in 2018 80% reductie van de asbestdaken op bedrijventerreinen; 2. een gezonde en veilige leefomgeving in en rondom bedrijventerreinen; 3. bijdragen aan de transitie naar duurzame energie en energiebesparing; 4. bijdragen aan een verbetering van de werkgelegenheid; 5. interesseren van andere partijen en te betrekken bij de aanpak. bereiken dit door, 1. een bundeling van krachten en slim gebruiken van de mogelijkheden van aanverwante beleidsterreinen; 2. versteviging van partnerschappen tussen partijen; 3. de ontwikkeling en de uitvoering van kennis- en leertrajecten voor duurzame ontwikkeling en versnelde asbestverwijdering; 4. de inzet van bestaand en nieuw talent (stages) en werknemers met een achterstand op de arbeidsmarkt te bevorderen; 5. de ontwikkeling van een provinciaal (kennis-) netwerk verwijdering asbestdaken en het leren van elkaars ervaringen; 6. een lokale werkwijze vorm te geven met en door bedrijven; 7. gebruik te maken van gezamenlijk ontwikkelde hulpmiddelen, inzicht in de asbestopgave per gemeente op bedrijfsniveau en het toepassen van businesscases bij bedrijven; 8. gezamenlijk een ondersteunend kennispunt en projectbegeleiding in te richten; 9. een heldere communicatie over de aanpak; 10. de realisatie van aansprekende voorbeelden van deze aanpak; 11. gezamenlijk het belang van een integrale aanpak in Overijssel te positioneren bij het Rijk en ondersteunende financiële middelen te realiseren; 12. deze samenwerking open te stellen voor organisaties die ook willen bijdragen aan deze doelstellingen . De deelnemende partners geven dit vorm door: Gemeenten Voorlopergemeenten hebben een lokaal plan van aanpak, waarin de bestaande asbestsituatie op bedrijventerreinen en op bedrijfsniveau is beschreven (locatie, aantal m2 in GIS-kaarten). Er is een analyse gemaakt naar risico’s van asbest op de omgeving. In gesprek met lokale partners en bedrijven wordt nagegaan welke kansen /beleidsinitiatieven/netwerken er liggen om bij aan te sluiten om de verwijdering mogelijk te maken. De inspanning wordt gericht ingezet op bedrijven, waar zich kansen voordoen. De gemeente benut haar mogelijkheden om lokale partners te verbinden en richting te geven aan het lokale proces. Gemeenten kunnen daarvoor gebruik maken van specifiek ontwikkelde instrumenten, zoals voorbeeld businesscase, asbestsubsidie, ondersteunende kennisorganisatie, communicatiemiddelen en factsheets.
Provincie De provincie initieert en stimuleert het proces. Zij ontwikkelt met de partners een ‘stimuleringsaanbod ‘ voor bedrijven en gemeenten om het reductiedoel dichterbij te halen. Belangrijke onderdelen daarvan zijn: inventarisatie van de asbestopgave, het mede ontwikkelen van maatwerk businesscases voor (groepen van) individuele bedrijven en het stimuleren en faciliteren van lokale en provinciale expertise en samenwerkingsverbanden. De provincie stelt middelen vanuit het Programma Gezond en Veilig Leefmilieu (GVL) beschikbaar om het proces te ondersteunen als ook een specifieke subsidieregeling. De communicatie wordt met partners afgestemd. Evenals het organiseren van een gezamenlijke lobby richting organisaties die kunnen bijdragen aan de doelstellingen. Ondernemersorganisaties VNO-NCW Midden, Bouwend Nederland regio Oost en UNETO-VNI Dragen bij aan bewustwording van het bedrijfsleven, leveren input en expertise op de aanpak en hulpmiddelen. Benut haar rol en invloed om verbinding te leggen met partners en partijen. Bepalen mede de strategie en doelen.
Pioneering Draagt bij aan bewustwording van het bedrijfsleven en benut haar rol en invloed om verbinding te leggen tussen onderwijs, ondernemers, overheid en opdrachtgevers. Pioneering bepaalt mede de strategie en doelen en levert input en expertise op de aanpak en hulpmiddelen om leerervaringen om te zetten naar innovaties. Aansturen, monitoren en evaluatie Er is gekozen voor een lichte werkstructuur. In de ambtelijke kerngroep van de deelnemende partners wordt de uitvoeringsagenda, de voortgang en de koers regelmatig besproken en uitgezet. Voor de voorloperaanpak functioneert een voorlopergroep, die de voorloperaanpak heeft vormgegeven. We continueren deze beide ambtelijke groepen. Daarnaast stellen we minimaal 1x per jaar in een gezamenlijk bestuurlijk overleg de voortgang aan de orde om hierbij gezamenlijk te bepalen of wij op koers liggen en of er aanvullende acties nodig zijn. De uitvoeringsagenda voor 2014 zal in het eerste bestuurlijk overleg ( januari 2014) vastgesteld worden. De samenwerking zal jaarlijks worden geëvalueerd.
Rijssen, 1 november 2013, De initiatiefnemers: Provincie Overijssel
VNO-NCW Midden
Bouwend Nederland regio Oost
Stichting Pioneering
Ineke Bakker gedeputeerde voor Milieu, Wonen en Financieel Toezicht
Clazinus Netjes bestuurder VNO-NCW Midden
Hans Siep voorzitter BN Regio Oost
Fons Catau bestuurder
Enschede
Hardenberg
Olst-Wijhe
Steenwijkerland
Hans van Agteren wethouder oa Milieu en Duurzaamheid
Jannes Janssen wethouder Milieu, Energie en Duurzaamheid
Cor van den Berg wethouder Milieu, Duurzaamheid en Economie
Luc Greven wethouder Milieu en Duurzaamheid
Wierden
Zwartewaterland
Dalfsen*
Kampen*
Theo de Putter wethouder Milieu en Economie
Arie Speksnijder wethouder Milieu
Klaas Agricola wethouder o.a. Economische zaken, Milieu en duurzaamheid
Geert Meijering wethouder Duurzaamheid, Milieu en energie
De gemeenten:
Betrokken organisaties Zwolle*
Almelo*
Uneto-VNI
Saxion*
Filip van As wethouder o.a. Milieu
Javier Cornelissen wethouder o.a. Milieu en Duurzaamheid
Erik Fien voorzitter afdelingen Overijssel
Ineke van Oldeniel lid College van Bestuur
* getekend op 2 oktober 2014
Getekend, 9 april 2015,
Gemeente Twenterand
Bert Oudendijk MBA wethouder o.a. Economie, Milieu en Duurzaamheid
2015-186