Instituut voor de nationale rekeningen 2015-02-17
Links:
Publicatie
BelgoStat Online
Algemene informatie
Broos herstel in 2013 na krimp in 2012 in Brussel en Wallonië; verdere groeivertraging in 2013 in Vlaanderen Het Instituut voor de nationale rekeningen (INR) publiceert vandaag, 17 februari 2015, de volledige regionale rekeningen voor de periode 2003-2012 en gedeeltelijke voorlopige rekeningen voor 2013. De resultaten zijn coherent met de nationale rekeningen gepubliceerd in september 2014. Brussels Hoofdstedelijk Gewest Na een groeivertraging in 2011, kromp de Brusselse economische activiteit in 2012 met 2,0 %. De beloning van werknemers steeg met 2,8 %, wat minder was dan in 2011. Het aandeel van de loonmassa in de toegevoegde waarde tegen lopende prijzen nam er verder toe (van 59,1 % in 2011 naar 60,8 % in 2012), aangezien deze laatste eveneens lichtjes kromp (-0,1 %). Het aantal werkzame personen in Brussel daalde lichtjes (-0,2 %) en kwam volledig op rekening van het aantal loontrekkenden (-0,7 %) bij een stijging van de zelfstandige werkgelegenheid met 3,6 %. De bruto-investeringen in vaste activa namen toe met 2,5 %, wat ook een duidelijke groeivertraging inhield t.o.v. 2011 (+4,4 %). De krimp van de Brusselse economische activiteit manifesteerde zich in de privésector. Dit was het meest uitgesproken bij de bedrijfstakken “zakelijke dienstverlening”, “productie en distributie van elektriciteit, gas, stoom en gekoelde lucht” en “administratieve en ondersteunende diensten”. Samen trokken ze de groei met 2,89 %punt naar beneden. Bedrijfstakken met de grootste positieve bijdrage tot de groei waren de "financiële activiteiten en verzekeringen" (+0,56 %punt), de “vervaardiging van cokes en geraffineerde aardolieproducten” (+0,39 %punt) en de bouwnijverheid (+0,26 %punt). De daling van het aantal loontrekkenden (-4 100 personen) situeerde zich vooral bij de “administratieve en ondersteunende diensten”, de “metaal- en metaalverwerkende nijverheid“, de “groot- en detailhandel, reparatie van auto’s en motorfietsen”, “openbaar bestuur en defensie, verplichte sociale verzekeringen” en “financiële activiteiten en verzekeringen”, waar samen 5 100 loontrekkenden hun job verloren. De grootste stijgingen deden zich voor bij het “onderwijs”, de “vervaardiging van meubelen en overige industrie, reparatie en installatie van machines en apparaten” en “informatiediensten en dienstverlenende activiteiten op het gebied van informatie”, samen goed voor 2 700 loontrekkenden meer. De bedrijfstak zakelijke dienstverlening, meer specifiek de “adviesbureaus m.b.t. bedrijfsvoering en beheer”, leverde, net zoals in voorgaande jaren, de grootste bijdrage tot de groei van de zelfstandige werkgelegenheid (3,35 %punt). In Brussel bleef het aantal zelfstandigen binnen deze bedrijfstak verder sterk toenemen en maakt er ondertussen iets meer dan 56 % uit van het totaal aantal zelfstandigen. Ook de bouwnijverheid leverde opnieuw een significante bijdrage (0,69 %punt) tot de toename van het aantal zelfstandigen in Brussel. In 2012 in Brussel hadden de bedrijfstakken “openbaar bestuur en defensie, verplichte sociale verzekeringen”, “vervaardiging van transportmiddelen”, “gezondheidszorg” en “financiële activiteiten en verzekeringen” een positieve bijdrage van minstens 0,6 %punt tot de groei van de investeringen. De totale groei van de investeringen in Brussel werd echter naar beneden getrokken door vooral de bedrijfstakken ”administratieve en ondersteunende diensten”, ”productie en distributie van elektriciteit, gas, stoom en gekoelde lucht” en ”vervoer en opslag”. Dit zijn bedrijfstakken waar ook de toegevoegde waarde, zowel tegen lopende prijzen als in volume, daalde. Het primair inkomen van de inwoners van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bedroeg in 2012 € 24,5 mld. (+1,0 % t.o. 2011) en het beschikbaar inkomen € 19,9 mld. (+1,2 % t.o. 2011).
Communicatie Nationale Bank van België n.v.
de Berlaimontlaan 14 1000 Brussel
tel. + 32 2 221 46 28 www.nbb.be
Ondernemingsnummer: 0203.201.340 – RPR Brussel
2
Per inwoner kwam dit neer op een primair inkomen van € 21 400 of 89,4 % van het nationale gemiddelde en een beschikbaar inkomen van € 17 300 of 91,5 % van het nationale gemiddelde. T.o.v. 2011 was dit een lichte daling voor beide maatstaven die mede veroorzaakt werd door de groei van de gemiddelde bevolking in Brussel (1,6 %), die hoger lag dan die van het totaal primair en totaal beschikbaar inkomen. Op basis van de eerste voorlopige ramingen vertoonde de Brusselse economische activiteit in 2013 een licht herstel met een economische groei van 0,5 %. De bruto toegevoegde waarde tegen lopende prijzen nam toe met 2 %. Het aantal werkzame personen in Brussel steeg opnieuw lichtjes (0,1 %) en kwam volledig op rekening van het aantal zelfstandigen (2,1 %, wat wel lager was dan in 2012). De loontrekkende werkgelegenheid daalde met 0,1 %. Het herstel van de Brusselse economische activiteit manifesteerde zich vooral in de bedrijfstakken “zakelijke dienstverlening” en “openbaar bestuur en defensie, verplichte sociale verzekeringen”. De bijdrage van de totale privésector bleef echter wel licht negatief. In heel wat bedrijfstakken daalde het aantal loontrekkenden. Dit was het meest uitgesproken bij de “financiële activiteiten en verzekeringen" (-1 300 personen). De loontrekkende werkgelegenheid nam het sterkst toe bij de “administratieve en ondersteunende activiteiten” (1 100 personen) en het onderwijs (900 personen). De bouwnijverheid leverde de grootste bijdrage tot de groei van het aantal zelfstandigen. Net zoals in voorgaande jaren was ook de bijdrage van de bedrijfstak “zakelijke dienstverlening” niet onbelangrijk, maar die was beduidend kleiner dan in 2012. Vlaams Gewest In 2012 groeide de Vlaamse economie met 0,8 %, wat aanzienlijk minder was dan in 2011 (2,8 %). De werkgelegenheid trok eveneens verder aan (0,5 %), zij het ook in mindere mate dan in 2011. Het aantal zelfstandigen in Vlaanderen steeg met 0,8 % en de loontrekkende werkgelegenheid met 0,4 %. De beloning van werknemers nam toe met 3,9 %, iets meer dan de toegevoegde waarde tegen lopende prijzen (3,0 %). Hierdoor steeg het aandeel van de loonmassa in de toegevoegde waarde lichtjes tot 55,2 %. De investeringen in vaste activa namen toe met 2,0 %. Voor elk van de beschouwde variabelen werd Vlaanderen in 2012 geconfronteerd met een groeivertraging. De economische activiteit in de privésector in Vlaanderen was verantwoordelijk voor 0,59 %punt van de totale Vlaamse economische groei. Geen enkele bedrijfstak sprong er echt uit, in positieve noch negatieve zin. De best presterende bedrijfstakken - “financiële activiteiten en verzekeringen”, de voedingsnijverheid, de gezondheidszorg en “exploitatie van en handel in onroerend goed” - waren samen goed voor een bijdrage van 1 %punt tot de totale economische groei. De zwakst presterende bedrijfstakken - “groot- en detailhandel, reparatie van auto’s en motorfietsen”, “productie en distributie van elektriciteit, gas, stoom en gekoelde lucht”, “ zakelijke dienstverlening” en “administratieve en ondersteunende diensten” - remden samen de groei af met 1,03 %punt. Het aantal werknemers nam toe met 8 800 personen. Het grootste deel hiervan werd geregistreerd bij de “maatschappelijke dienstverlening” (4 450 personen), de “vervaardiging van meubelen en overige industrie, reparatie en installatie van machines en apparaten” (3 750 personen) en de “groot- en detailhandel, reparatie van auto’s en motorfietsen” (3 350 personen). Ook in de gezondheidszorg konden 2 650 personen extra aan de slag. In de metaal- en metaalverwerkende nijverheid daalde het aantal loontrekkenden het meest (-4 550 personen). De stijging van het aantal zelfstandigen (3 500 personen) kwam voor een groot deel tot stand bij de zakelijke dienstverlening (4 900 personen). Bij de handel (-1 650 personen) en de landbouw (-1 350 personen) daarentegen nam de zelfstandige werkgelegenheid verder af. In Vlaanderen leverden de bedrijfstakken “exploitatie van en handel in onroerend goed (1,68 %punt) waarvan 1,36 %punt afkomstig was van de investeringen in woongebouwen door de gezinnen -, de gezondheidszorg (0,48 %punt) en de “vervaardiging van transportmiddelen" (0,41 %punt) de grootste bijdrage tot de groei van de investeringen. De bedrijfstakken “administratieve en ondersteunende activiteiten”, de bouwnijverheid en “vervoer en opslag” samen trokken de groei met 1,85 %punt naar beneden.
Communicatie Nationale Bank van België n.v.
de Berlaimontlaan 14 1000 Brussel
tel. + 32 2 221 46 28 www.nbb.be
Ondernemingsnummer: 0203.201.340 – RPR Brussel
3
Het primair inkomen van de inwoners van het Vlaams Gewest bedroeg in 2012 € 165,6 mld. (+2,2 % t.o. 2011) en het beschikbaar inkomen € 128,2 mld.( +2,1 % t.o. 2011). Per inwoner kwam dit neer op een primair inkomen van € 26 000 of 108,8 % van het nationale gemiddelde en een beschikbaar inkomen van € 20 100 of 106,4 % van het nationale gemiddelde. De eerste voorlopige ramingen voor 2013 wijzen voor Vlaanderen op een verdere vertraging van de economische groei (0,3 %). Ook in lopende prijzen was er een duidelijke vertraging van de groei van de bruto toegevoegde waarde. De binnenlandse werkgelegenheid daalde zelfs (-0,3 %). Het aantal loontrekkenden daalde met 0,5 %, maar het aantal zelfstandigen nam wel verder toe (+0,6 %), zij het in iets mindere mate dan in 2012. In de privésector viel de economische groei nagenoeg stil. De grootste positieve bijdragen kwamen van de zakelijke dienstverlening en de farmacie (samen goed voor 0,33 %punt van de groei), maar werden volledig teniet gedaan door de daling van de toegevoegde waarde in volume in vooral de bedrijfstakken “vervoer en opslag” en de bouwnijverheid (samen goed voor een bijdrage van -0,39 %punt). Enkel in de “maatschappelijke dienstverlening” en het onderwijs konden telkens meer dan 2000 loontrekkenden extra aan de slag. Dit werd echter volledig teniet gedaan door dalingen in heel wat bedrijfstakken met als uitschieters de bouwnijverheid (-3 450 personen) en “vervoer en opslag” (-2 900 personen). In de gehele industrie verloren bijna 8 000 personen hun job. In aantal nam de zelfstandige werkgelegenheid opnieuw het meest toe bij de zakelijke dienstverlening (+2 700 personen) en daalde vooral bij de landbouw en de handel. Waals Gewest In 2012 kromp de economische activiteit in Wallonië met 0,2 %. De groei van de totale werkgelegenheid vertraagde tot 0,2 %, t.o. 1,6 % in 2011. Het aantal loontrekkenden bleef quasi op hetzelfde niveau als in 2011, tegen nog een groei van 1,6 % in 2011. De zelfstandige werkgelegenheid steeg met 1,3 %, tegen 1,5 % in 2011. De loonmassa nam toe met 3,1 %, wat minder was dan in 2011, bij een groei van de bruto toegevoegde waarde tegen lopende prijzen van 1,4 %. Hierdoor nam ook in Wallonië het aandeel van de beloning van de werknemers in de toegevoegde waarde verder toe (van 57,4 % in 2011 tot 58,4 % in 2012). De bruto-investeringen in vaste activa namen toe met 2,2 %, een stuk minder dan in 2011. Ook voor Wallonië was 2012 een jaar van minder goede prestaties in de beschouwde sleutelvariabelen. De krimp van de Waalse economische activiteit kan volledig toegewezen worden aan de privésector en dan bij uitstek aan de bedrijfstakken “groot- en detailhandel, reparatie van auto’s en motorfietsen”, de zakelijke dienstverlening en de “productie en distributie van elektriciteit, gas, stoom en gekoelde lucht”, die samen de Waalse groei met iets meer dan 1 %punt naar beneden trokken. Enkel de “gezondheidszorg” kon een noemenswaardige groeibijdrage optekenen (0,27 %punt). De overheidssector was er goed voor een bijdrage van 0,32 %punt. De totale loontrekkende werkgelegenheid veranderde nauwelijks (-400 personen). De grootste dalingen deden zich voor bij “vervoer en opslag” (-1 600 personen), “administratieve en ondersteunende diensten” (-1 250 personen), “onderwijs” (-1 050 personen) en de metaal- en metaalverwerkende nijverheid (-1 050 personen). Bij de "maatschappelijke dienstverlening" konden 1 950 personen extra aan de slag en bij gezondheidszorg 1 350 personen. Bewegingen in de andere bedrijfstakken waren telkens geringer. Het aantal zelfstandigen steeg het meest in de bedrijfstakken zakelijke dienstverlening (+2 350 personen) en de bouwnijverheid (+500 personen). De daling van de zelfstandige werkgelegenheid in de handel (-850 personen) en de landbouw (-200 personen) zette zich verder door. De toename van de investeringen werd vooral ondersteund door de bijdragen van de bedrijfstakken "openbaar bestuur en defensie, verplichte sociale verzekeringen” (1,17 %punt), “vervoer en opslag" (1,10 %punt), de gezondheidszorg (0,79 %punt) en de farmaceutische nijverheid (0,48 %punt). De groei werd naar beneden getrokken door de daling van de investeringen bij de “exploitatie van en handel in onroerend goed (-0,64 %punt) – de investeringen in woongebouwen door gezinnen tekenden zelfs een negatieve bijdrage op van -1,19 %punt – , de handel (-0,62 %punt) en de “financiële activiteiten en verzekeringen” (-0,33 %punt).
Communicatie Nationale Bank van België n.v.
de Berlaimontlaan 14 1000 Brussel
tel. + 32 2 221 46 28 www.nbb.be
Ondernemingsnummer: 0203.201.340 – RPR Brussel
4
Het primair inkomen van de inwoners van het Waals Gewest bedroeg in 2012 € 74,4 mld. (+1,8 % t.o. 2011) en het beschikbaar inkomen € 61,3 mld. (+2,0 % t.o. 2011). Per inwoner kwam dit neer op een primair inkomen van € 20 950 of 87,6 % van het nationale gemiddelde en een beschikbaar inkomen van € 17 250 of 91,1 % van het nationale gemiddelde. Op basis van de eerste voorlopige ramingen vertoonde de Waalse economie in 2013 een licht herstel (+0,5 %). De totale werkgelegenheid daalde wel (-0,3 %) en was volledig toe te schrijven aan het aantal loontrekkenden (-0,7 %). Het aantal zelfstandigen steeg met 1,2 %. De bedrijfstak zakelijke dienstverlening droeg het meest bij (+0,35 %punt) tot de economische groei van Wallonië in 2013. De overheidssector was goed voor 0,22 %punt van de groei. De totale loontrekkende werkgelegenheid daalde met 6 800 personen. In de industrie verloren 3 650 personen hun job, waarvan 2 000 in de metaal- en metaalverwerkende nijverheid. Ook in de bouwnijverheid (-1 900 personen), de handel (-1 250 personen) en “openbaar bestuur en defensie, verplichte sociale verzekeringen” (-1 100 personen) gingen heel wat jobs teloor. In het onderwijs en de “maatschappelijke dienstverlening” konden er telkens zo’n 1 000 personen extra aan de slag. Het aantal zelfstandigen nam verder toe in vooral de zakelijke dienstverlening en in mindere mate in de gezondheidszorg en de bouwnijverheid.
De tabel op de volgende pagina bevat de sleutelvariabelen uit de regionale rekeningen voor de drie recentste jaren.
Technische nota Data 2013 De cijfers over 2013 hebben een voorlopig karakter en moeten met de nodige omzichtigheid worden behandeld. Versie van het RSZ-vestigingenbestand Voor de raming van het laatste jaar, in casu 2013, werd gebruik gemaakt van het RSZ-vestigingenbestand van het jaar 2013, m.u.v. de SUT-bedrijfstakken "opslag en vervoersondersteunende activiteiten", "openbaar bestuur, m.u.v. defensie en verplichte sociale verzekeringen" en "onderwijs" binnen de overheidssector, waarvoor de structuur van 2012 overgenomen werd. Herziening van de cijfers van alle variabelen vanaf datajaar 2003 (voor de toegevoegde waarde vanaf 2009) In de september 2014-versie van de nationale rekeningen, waarmee de huidige regionale rekeningen compatibel zijn, werd overgestapt van het ESR 1995 naar het ESR 2010 waardoor alle reeksen gewijzigd werden. Structuureffect van revisies in de nationale cijfers De regionale rekeningen zijn coherent met de september 2014-versie van de nationale rekeningen. Wijzigingen in de nationale cijfers t.o. vroegere versies hebben een verschillend impact per gewest doordat de bedrijfstakken een verschillend gewicht hebben in het totaal per gewest (= structuureffect). Aanwezigheid van de bedrijfstak "vervaardiging van cokes en geraffineerde aardolieproducten" in Brussel In Brussel is er een onderneming die eigenaar is van de aangekochte en verkochte goederen, maar die de verwerking van de grondstoffen in maakloonwerk laat uitvoeren door een in een ander arrondissement gevestigde onderneming van dezelfde groep. Bedrijfstak “zakelijke dienstverlening” Deze verkorte term verwijst naar de bedrijfstak “rechtskundige en boekhoudkundige dienstverlening, hoofdkantoren, adviesbureaus, architecten en ingenieurs, technische testen en toetsen” in ESR-termen.
Communicatie Nationale Bank van België n.v.
de Berlaimontlaan 14 1000 Brussel
tel. + 32 2 221 46 28 www.nbb.be
Ondernemingsnummer: 0203.201.340 – RPR Brussel
5
SLEUTELVARIABELEN VAN DE REGIONALE REKENINGEN In absolute cijfers Aandeel van elk (€ miljoen of aantal gewest in het Rijk personen) (%) 2012 2012 Bruto toegevoegde waarde tegen basisprijzen, tegen lopende prijzen (volgens werkplaats) Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Veranderingspercentages t.o.v. het vorige jaar 2011
2012
2013 (v)
62 967,8
18,1
4,0
-0,1
2,0
Vlaams Gewest
202 081,3
58,2
4,6
3,0
1,8
Waals Gewest
82 036,4
23,6
2,7
1,4
2,0
242,0
0,1
3,7
7,0
3,9
347 327,5
100,0
4,0
2,0
1,9
Extraregionaal gebied Het Rijk
Bruto toegevoegde waarde tegen basisprijzen, in volume - referentiejaar 2012 (volgens werkplaats) - Economische groei Brussels Hoofdstedelijk Gewest
62 967,8
18,1
1,2
-2,0
0,5
Vlaams Gewest
202 081,3
58,2
2,8
0,8
0,3
Waals Gewest
82 036,4
23,6
0,5
-0,2
0,5
242,0
0,1
-2,0
4,7
-2,3
347 327,5
100,0
1,9
0,0
0,4
Extraregionaal gebied Het Rijk Aantal loontrekkenden (volgens werkplaats) Brussels Hoofdstedelijk Gewest
614 873
16,1
1,6
-0,7
-0,1
Vlaams Gewest
2 182 531
57,3
1,3
0,4
-0,5
Waals Gewest
1 009 871
26,5
1,6
0,0
-0,7
2 738
0,1
-3,5
0,3
-2,7
3 810 013
100,0
1,4
0,1
-0,5
Extraregionaal gebied Het Rijk Aantal zelfstandigen (volgens werkplaats) Brussels Hoofdstedelijk Gewest
73 089
9,8
2,9
3,6
2,1
Vlaams Gewest
454 631
61,0
1,0
0,8
0,6
Waals Gewest
217 307
29,2
1,5
1,3
1,2
Het Rijk
745 027
100,0
1,3
1,2
0,9
Brussels Hoofdstedelijk Gewest
38 296, 4
19,3
4,5
2,8
n.b.
Vlaams Gewest
111 610,0
56,4
4,3
3,9
n.b.
Waals Gewest
47 872,2
24,2
5,0
3,1
n.b.
217,9
0,1
3,6
6,9
n.b.
197 996,5
100,0
4,5
3,5
n.b.
Brussels Hoofdstedelijk Gewest
11 858,1
13,3
4,4
2,5
n.b.
Vlaams Gewest
56 863,7
62,7
7,3
2,0
n.b.
Waals Gewest
21 388,8
24,0
8,0
2,2
n.b.
28,4
0,0
3,1
-22,8
n.b.
89 139,0
100,0
7,1
2,1
n.b.
Beloning van werknemers (volgens werkplaats)
Extraregionaal gebied Het Rijk Bruto-investeringen in vaste activa (volgens werkplaats)
Extraregionaal gebied Het Rijk
Primair inkomen van de huishoudens (volgens woonplaats) Brussels Hoofdstedelijk Gewest
24 515,2
9,3
2,7
1,0
n.b.
Vlaams Gewest
165 614,7
62,6
3,1
2,2
n.b.
Waals Gewest
74 422,2
28,1
2,9
1,8
n.b.
101,2
0,0
4,5
4,4
n.b.
264 653,3
100,0
3,0
2,0
n.b.
Extraregionaal gebied Het Rijk
Beschikbaar inkomen van de huishoudens (volgens woonplaats) Brussels Hoofdstedelijk Gewest
19 869,7
9,5
1,9
1,2
n.b.
Vlaams Gewest
128 197,7
61,2
2,3
2,1
n.b.
Waals Gewest
61 313,6
29,3
2,0
2,0
n.b.
97,5
0,0
4,4
4,1
n.b.
209 478,4
100,0
2,2
2,0
n.b.
Brussels Hoofdstedelijk Gewest
1 146 745
10,4
2,2
1,6
1,1
Vlaams Gewest
6 366 312
57,5
0,8
0,6
0,5
Waals Gewest
3 554 695
32,1
0,7
0,5
0,4
-
-
11 067 751
100,0
0,9
0,7
0,5
Extraregionaal gebied Het Rijk Gemiddelde bevolking
Extraregionaal gebied Het Rijk
-
Bron: INR
Communicatie Nationale Bank van België n.v.
de Berlaimontlaan 14 1000 Brussel
tel. + 32 2 221 46 28 www.nbb.be
Ondernemingsnummer: 0203.201.340 – RPR Brussel