Installatiehandleiding voor de N300 draadloze router WNR2000v3
NETGEAR, Inc. 350 E. Plumeria Drive San Jose, CA 95134 USA
Augustus 2010 208-10662-01 v1.0
©2010 door NETGEAR, Inc. Alle rechten voorbehouden.
Handelsmerken NETGEAR, NETGEAR Genie en het NETGEAR-logo zijn handelsmerken van NETGEAR. Inc. Microsoft, Windows en Windows NT zijn gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation. Wi-Fi Protected Setup is een handelsmerk van de Wi-Fi Alliance. Andere merk- en productnamen zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van hun respectieve eigenaars.
Verklaring van de voorwaarden NETGEAR behoudt zich het recht voor om het in dit document beschreven product zonder voorafgaande kennisgeving te wijzigen in het belang van de verbetering van het interne ontwerp, de functionaliteit en/of de betrouwbaarheid. NETGEAR is niet aansprakelijk voor schade ten gevolge van het gebruik of de toepassing van het (de) hierin beschreven product(en) of circuit(s).
ii
Inhoud
Installatiehandleiding voor de N300 draadloze router WNR2000v3 Aan de slag met uw draadloze router .................................................................................. 1 Uw nieuwe router uitpakken .............................................................................................. 1 Hardware-eigenschappen ................................................................................................. 3 Voorpaneel .................................................................................................................. 3 Achterpaneel ............................................................................................................... 5 Etiket van de router ..................................................................................................... 6 Uw draadloze router neerzetten ........................................................................................ 6 Uw draadloze router installeren ......................................................................................... 7 De firmware van uw router bijwerken ................................................................................ 8 Uw router installeren met behulp van de NETGEAR Genie ............................................... 9 De NETGEAR Genie gebruiken ........................................................................................ 9 Toegang tot de router na de installatie ............................................................................ 11 Uw router handmatig installeren ........................................................................................ 12 De draadloze router aansluiten ...................................................................................... 13 Uw verbinding controleren ............................................................................................... 17 Uw router instellen voor internettoegang ......................................................................... 18 Uw draadloze netwerk configureren .................................................................................. 21 De SSID en de draadloze beveiliging instellen ......................................................... 22 Push 'N' Connect (WPS) gebruiken om uw draadloze netwerk te configureren ....... 23 Problemen oplossen............................................................................................................ 26 Controlelijst voor de basisinstallatie ................................................................................ 26 De basisfuncties van de router controleren ..................................................................... 27 Problemen met de aanmelding oplossen ........................................................................ 29 De internetverbinding controleren ................................................................................... 30 Een IP-adres verkrijgen ................................................................................................... 31 Problemen met PPPoE oplossen .............................................................................. 32 Problemen met surfen op het internet oplossen ....................................................... 32 iii
Het ping-hulpprogramma gebruiken om problemen op te lossen .................................... 33 Het pad van uw computer naar uw router testen ...................................................... 33 Het pad van een computer naar het internet testen .................................................. 34 Technische specificaties ..................................................................................................... 35 Fabrieksinstellingen ......................................................................................................... 35 Het standaardwachtwoord en de fabrieksinstellingen herstellen ..................................... 37 Relevante documenten........................................................................................................ 38 Registratie en certificaten ................................................................................................... 39
iv
Aan de slag met uw draadloze router
Gefeliciteerd met uw aankoop van een supersnelle, draadloze NETGEAR®-router, de N300 draadloze router, model WNR2000v3. Controleer voordat u uw router installeert de inhoud van de verpakking (raadpleeg “Uw nieuwe router uitpakken” op pagina 1). Bekijk het voor- en achterpaneel van uw router (met name de lampjes) en de belangrijke informatie op het etiket van de router (raadpleeg “Hardwareeigenschappen” op pagina 3). Lees vervolgens het gedeelte “Uw draadloze router neerzetten” op pagina 6 om ervoor te zorgen dat u de beste locatie voor uw router uitkiest.
Uw nieuwe router uitpakken De productverpakking dient de volgende items te bevatten: •
De N300 draadloze router
•
Een standaard die aan uw draadloze router kan worden geklikt
•
Een netvoedingsadapter (verschilt per regio)
•
Een gele Ethernet-kabel
•
De installatiehandleiding van NETGEAR
•
De installatie-cd met: –
De NETGEAR Genie™-installatieassistent (Autorun.exe)
–
een pdf-versie van deze handleiding
–
een koppeling naar de online documentatie
Als een van de onderdelen defect is, ontbreekt of is beschadigd, dient u contact met uw NETGEAR-dealer op te nemen. Bewaar het karton en de originele verpakking voor het geval u het product ter reparatie dient te retourneren.
Aan de slag met uw draadloze router
1
De router installatieklaar maken: 1. Verwijder de beschermende film voorzichtig van beide zijden van de router (Afbeelding 1).
Afbeelding 1 2. Installeer uw draadloze router door de bevestigingspunten van de standaard (met de router
meegeleverd) in de uitsparingen aan de onderzijde van de router te klikken (Afbeelding 2). Verwijder vervolgens de beschermende film van het paneel met statuslampjes van de router.
Afbeelding 2 3. Plaats uw router op een geschikte locatie (in de buurt van een stopcontact en bereikbaar voor
de Ethernet-kabels van uw bekabelde computers). Om voor een goede afvoer van de warmte en stabiliteit van de router te zorgen, is het belangrijk dat u de standaard bevestigt en uw router rechtop plaatst. Aan de slag met uw draadloze router
2
Hardware-eigenschappen Bekijk voordat u uw router installeert en aansluit het voor- en achterpaneel van de router en met name de lampjes op het voorpaneel.
Voorpaneel De statuslampjes bevinden zich op het voorpaneel van de router (zie Afbeelding 3). Raadpleeg “Uw verbinding controleren” op pagina 17 en “De basisfuncties van de router controleren” op pagina 27 voor meer informatie over de statuslampjes.
1 2 3
4
5
Afbeelding 3
U kunt de statuslampjes gebruiken om de verschillende statussen te controleren.
Aan de slag met uw draadloze router
3
Tabel 1.
Omschrijving van de statuslampjes
Afbeelding
1. Voeding
2. Internet
3. Draadloos
Activiteit
Beschrijving
Aan (oranje)
De router voert de opstartzelftest uit.
Aan (groen)
De router is ingeschakeld en klaar voor gebruik.
Uit
De router is niet ingeschakeld.
Aan (oranje)
De router heeft geen IP-adres ontvangen.
Aan (groen)
De draadloze router heeft een internetadres ontvangen.
Uit
De Ethernet-kabel is niet op de modem aangesloten.
Aan (blauw)
De draadloze interface is ingeschakeld.
Uit
De draadloze interface is uitgeschakeld.
Aan (groen)
Er is een apparaat dat 100 Mbps ondersteunt op de lokale poort aangesloten.
Aan (oranje)
4. LAN (Poort 1–4) Uit
Er is een apparaat dat 10 Mbps ondersteunt op de lokale poort aangesloten. Er is geen verbinding gedetecteerd op deze poort.
5. Push 'N' Connect
Aan (groen)
Geeft aan dat de draadloze beveiliging (WEP, WPA-PSK of WPA2PSK) is ingeschakeld.
Uit
Er is geen WPS-verbinding.
Aan de slag met uw draadloze router
4
Achterpaneel De poortaansluitingen bevinden zich op het achterpaneel van de router (zie Afbeelding 4).
1 2
3
4
5 6
Afbeelding 4
Van boven naar beneden bevat het achterpaneel de volgende onderdelen: 1. Knop voor het in-/uitschakelen van het draadloze access point. 2. Knop voor het herstellen van de fabrieksinstellingen. Druk gedurende ongeveer 5 seconden op deze knop om de fabrieksinstellingen van de router te herstellen. 3. Vier Local Area Network (LAN) 10/100 Mbps Ethernet-poorten om de router op de lokale computers aan te sluiten. 4. Internet/Wide Area Network (WAN) Ethernet-poort om de router op een kabel- of DSLmodem aan te sluiten. 5. Uitgang voor de netvoedingsadapter om de netvoedingsadapter aan te sluiten. 6. Aan-uitknop.
Aan de slag met uw draadloze router
5
Etiket van de router Op het etiket op het achterpaneel van de draadloze router staan het MAC-adres, het serienummer, de beveiligings-PIN en de standaardaanmeldingsgegevens van de router. 1. De poorten op de router hebben elk een eigen kleur om de internetpoort te onderscheiden van
de vier andere poorten waarmee de bekabelde computers op uw Local Area Network (LAN) worden aangesloten.
Afbeelding 5
Uw draadloze router neerzetten Met de draadloze router krijgt u binnen het bereik van uw draadloze netwerk vanaf bijna elke locatie toegang tot uw netwerk. Het bereik van uw draadloze verbinding kan afhankelijk van de locatie van de draadloze router echter aanzienlijk variëren. De dikte van de muren en het aantal muren dat het draadloze signaal dient te overbruggen, kunnen het bereik bijvoorbeeld beperken. Plaats voor het beste resultaat uw router: •
zo veel mogelijk in het midden van de ruimte waarin u de computers en andere apparaten gebruikt, bij voorkeur binnen het detectiegebied van uw draadloze apparaten,
•
in de buurt van een stopcontact en de Ethernet-kabels van bekabelde computers,
•
op een hoge positie, zoals een hoge plank, en beperk het aantal muren en plafonds tussen de draadloze router en uw andere apparaten,
•
uit de buurt van elektrische apparaten die mogelijk storingen kunnen veroorzaken, zoals plafondventilatoren, beveiligingssystemen, magnetrons of de basiseenheid van een draadloze telefoon,
Aan de slag met uw draadloze router
6
•
uit de buurt van grote metalen oppervlakken, zoals een solide metalen deur of aluminium steunbouten. Grote oppervlakken van andere materialen, zoals glas, geïsoleerde muren, aquaria, spiegels, baksteen en beton, kunnen uw draadloze signaal ook beïnvloeden. Als u deze richtlijnen niet opvolgt, kunnen de prestaties aanzienlijk teruglopen of kunt u mogelijk geen draadloze verbinding met het internet tot stand brengen.
Uw draadloze router installeren Om u te helpen uw router snel in te stellen en snel toegang tot het internet te krijgen, staat er op de installatie-cd een NETGEAR Genie™-installatieassistent. De installatieassistent helpt u uw router, modem en computers aan te sluiten, uw draadloze instellingen te configureren en draadloze beveiliging voor uw netwerk in te schakelen. Zodra u deze stappen hebt uitgevoerd, bent u klaar om het internet op te gaan! NETGEAR raadt het toevoegen van een NETGEAR-router achter een andere router of het vervangen van een gateway door een NETGEAR-router af en biedt hier geen ondersteuning voor. Als u Linux gebruikt, dient u de installatie handmatig uit te voeren (raadpleeg Uw router handmatig installeren op pagina 12). Er zijn twee methoden om uw draadloze router in te stellen: • Installatie met de NETGEAR Genie: de NETGEAR Genie-installatieassistent is beschikbaar op uw Installatie-cd. Raadpleeg “Uw router installeren met behulp van de NETGEAR Genie” op pagina 9 om de NETGEAR Genie-installatieassistent te gebruiken. –
Dit is de gemakkelijkste methode. De wizard leidt u door de installatieprocedure, voert verschillende stappen automatisch uit en controleert of alle stappen met succes zijn voltooid. Vraag voordat u de NETGEAR Genie-installatieassistent op een bedrijfscomputer uitvoert om uw router voor thuisgebruik te installeren toestemming aan de netwerkbeheerder van uw bedrijf. De instellingen van het bedrijfsnetwerk of de Virtual Private Network (VPN)-clientsoftware zorgen mogelijk voor conflicten met de standaardinstellingen van een router voor thuisgebruik. Gebruik als u niet zeker weet of er conflicten kunnen ontstaan een andere computer.
Aan de slag met uw draadloze router
7
•
Handmatige installatie: raadpleeg Uw router handmatig installeren op pagina 12 als u de NETGEAR Genie-installatieassistent niet kunt of niet wenst te gebruiken. Selecteer deze optie bijvoorbeeld als u een Linux-besturingssysteem gebruikt of over de nodige technische vaardigheden beschikt. Installeer als u voor deze optie kiest en u uw router handmatig installeert de router in deze volgorde: 1. Installeer uw draadloze router en verbind deze met uw netwerk (raadpleeg “De draadloze router aansluiten” op pagina 13). 2. Stel uw draadloze router voor internettoegang in (raadpleeg “Uw router instellen voor internettoegang” op pagina 18). 3. Configureer uw draadloze netwerk en selecteer de draadloze beveiligingsinstellingen om uw draadloze netwerk te beschermen (raadpleeg “Uw draadloze netwerk configureren” op pagina 21).
De firmware van uw router bijwerken NETGEAR streeft ernaar de werking en de functies van uw router voortdurend te verbeteren. Om het voor u eenvoudiger te maken om van de beste en recentste functies van uw router te profiteren, voorziet NETGEAR in een reeks verschillende methoden om uw product bij te werken. •
Met de NETGEAR Genie-installatieassistent kunt u als onderdeel van de installatie op updates controleren en deze installeren (raadpleeg “De NETGEAR Genie gebruiken” op pagina 9).
•
De router beschikt over een updatefunctie waarmee u op updates kunt controleren en deze kunt installeren. U dient zich bij de router aan te melden om deze functie te kunnen gebruiken (raadpleeg “Uw router instellen voor internettoegang” op pagina 18 of de online Gebruikershandleiding).
Aan de slag met uw draadloze router
8
Uw router installeren met behulp van de NETGEAR Genie
De NETGEAR Genie-installatieprocedure neemt ongeveer vijftien minuten in beslag. Controleer voordat u NETGEAR Genie gebruikt of: •
u een pc met een Mac-besturingssysteem of een Windows-besturingssysteem (Windows 7, Windows Vista, Windows 2000 of Windows XP met Service Pack 2) gebruikt,
•
u over een internetverbinding via een internetprovider (ISP) beschikt,
•
uw pc over een bekabelde Ethernet-verbinding beschikt (geen draadloze verbinding),
•
over de configuratiegegevens van uw internetprovider beschikt.
De NETGEAR Genie gebruiken De NETGEAR Genie leidt u door de procedure om uw router, modem en pc's aan te sluiten. Vervolgens helpt het programma u bij het configureren van uw draadloze instellingen en het beveiligen van uw draadloze netwerk. De NETGEAR Genie leidt u door de installatieprocedure en voert verschillende stappen automatisch uit. Bij elke stap in de installatieprocedure controleert de NETGEAR Genie bovendien of de stappen die u uitvoert met succes zijn voltooid. De router met behulp van de NETGEAR Genie installeren: 1. Ga als volgt te werk om de NETGEAR Genie te starten:
•
Windows-gebruikers: –
Plaats de installatie-cd in uw pc. De cd wordt automatisch opgestart en detecteert de taal die u op uw pc gebruikt. Selecteer indien gewenst een andere taal. Blader als de cd niet automatisch wordt opgestart naar de cd en . dubbelklik op
– •
Klik in het cd-menu op Setup (Installeren) om de NETGEAR Genie te starten.
Mac-gebruikers: dubbelklik op MacWizard.
Uw router installeren met behulp van de NETGEAR Genie
9
2. Klik als de NETGEAR Genie vraagt of u op updates wilt controleren op Yes (Ja) om te
controleren of er updates voor uw router beschikbaar zijn of op No (Nee) om later een update uit te voeren (raadpleeg “Uw router instellen voor internettoegang” op pagina 18 of de online Gebruikershandleiding voor meer informatie).
3. Volg alle andere aanwijzingen op.
De NETGEAR Genie helpt u de router te installeren, de router met het internet te verbinden, de draadloze netwerkinstellingen te configureren en de optimale beveiliging voor uw netwerk te selecteren. Als u ervoor kiest om tijdens de installatie geen beveiliging in te stellen, kunt u later naar de gebruikersinterface van de router terugkeren om een beveiligingsoptie te selecteren (raadpleeg “Uw draadloze netwerk configureren” op pagina 21). Om ervoor te zorgen dat uw supersnelle draadloze router optimaal presteert, dient de draadloze adapter van elke computer in uw netwerk dezelfde technologie als uw router te ondersteunen. Raadpleeg de online Gebruikershandleiding voor meer informatie. Na afloop van de installatie: •
Windows-gebruikers: de NETGEAR Genie plaatst een Router_Setup.html-bestand op het bureaublad van de computer zodat u de instellingen kunt doornemen. Ook wordt er -snelkoppeling op het bureaublad geplaatst. Via voor aanmelding bij de router een deze snelkoppeling hebt u eenvoudig toegang tot het hoofdmenu van de router.
•
Mac-gebruikers: de NETGEAR Genie plaatst een Router_Setup.pdf-bestand op het bureaublad.
U hebt nu verbinding met internet.
Internet
8+.
• • • • • •
Afbeelding 6
Raadpleeg “Uw draadloze netwerk configureren” op pagina 21 om extra draadloze computers aan de router toe te voegen en toegang tot het internet te geven. Uw router installeren met behulp van de NETGEAR Genie
10
Toegang tot de router na de installatie De NETGEAR Genie verschijnt alleen als u de router voor het eerst installeert of als de router op de fabrieksinstellingen is ingesteld (bijv. als u de fabrieksinstellingen van de router hebt hersteld). Als u de instellingen na installatie en configuratie met behulp van de NETGEAR Genie wenst te wijzigen, dient u een browservenster te openen en u bij de router aan te melden. U wordt ook gevraagd op nieuwe routerfirmware te controleren. Raadpleeg “Uw draadloze netwerk configureren” op pagina 21 voor meer informatie.
Uw router installeren met behulp van de NETGEAR Genie
11
Uw router handmatig installeren
Neem voordat u uw router handmatig installeert en aansluit de onderstaande lijst door en controleer of u over alle noodzakelijke informatie beschikt. Gebruik de procedures in dit onderwerp als u een geavanceerde gebruiker bent of als u een Linux-systeem gebruikt. • •
Internetverbinding via een Internet Provider (ISP). De configuratiegegevens die u van uw internetprovider (ISP) hebt gekregen. Afhankelijk van hoe uw internetaccount is ingesteld, hebt u mogelijk de volgende gegevens nodig om uw draadloze router te installeren en toegang tot het internet te krijgen: –
Host- en domeinnaam
–
Aanmeldingsnaam en wachtwoord voor internettoegang (vaak een e-mailadres plus wachtwoord)
–
Adressen van de domeinnaamserver (DNS)
–
Vast of statisch IP-adres
Uw internetprovider zou u alle informatie moeten hebben gegeven die u nodig hebt om verbinding met het internet te maken. Vraag als u deze informatie niet kunt vinden uw internetprovider om deze gegevens. •
Controleer als u via een kabelmodem bent verbonden of u de computer gebruikt waarmee u aanvankelijk uw internetaccount hebt ingesteld.
Als u dit nog niet hebt gedaan: •
Controleer of de inhoud van de verpakking van de router volledig is (raadpleeg “Uw nieuwe router uitpakken” op pagina 1).
•
Kies nadat u de richtlijnen in “Uw draadloze router neerzetten” op pagina 6 hebt doorgenomen de beste locatie voor uw draadloze router.
Uw router handmatig installeren
12
De draadloze router aansluiten Controleer voordat u uw draadloze router installeert of de instellingen voor het internetprotocol (TCP/IP) op uw computer zijn ingesteld om het IP-adres via DHCP en het adres van de DNSserver automatisch te verkrijgen. Ga via het configuratiescherm van uw computer naar de TCP/IPinstellingen van uw interne netwerkverbindingen om deze instellingen te controleren. Raadpleeg als u twijfelt de documentatie bij uw computer of klik op de koppeling naar TCP/IP-adressen in Relevante documenten op pagina 38. Koppel als u een bestaande router vervangt deze volledig van uw netwerk los en berg deze op voordat u uw nieuwe router installeert. Ga vervolgens verder met stap 5 hieronder. NETGEAR raadt het toevoegen van een NETGEAR-router achter een andere router of het vervangen van een gateway door een NETGEAR-router af en biedt hier geen ondersteuning voor. De draadloze router, de computer en de modem aansluiten: 1. Zet de computer uit. 2. Zet de kabel- of DSL-breedbandmodem uit en haal de stekker uit het stopcontact. 3. Zoek de kabel (A) waarmee uw computer op de modem is aangesloten. 4. Haal de kabel alleen uit de modem (B). U dient de modem later opnieuw op de router aan te
sluiten.
A
B Afbeelding 7 Uw router handmatig installeren
13
5. Pak de met het NETGEAR-product meegeleverde Ethernet-kabel. Sluit het ene uiteinde van
de Ethernet-kabel op de modem (C) en het andere uiteinde op de internetpoort van de draadloze router (D) aan. (De kabel en het label van de internetpoort hebben dezelfde kleur).
Internet
Internet
C
1 2 3 4
D Afbeelding 8 6. Zoek de kabel (A) die nog op uw computer is aangesloten (zie stap 4). Sluit deze kabel zoals
aangegeven in Afbeelding 9 aan op een van de poorten van de router, bijvoorbeeld op poort 4 (E).
Internet
A
1 2 3 4
E
Afbeelding 9 7. Sluit alle extra bekabelde pc's op uw router aan door de Ethernet-kabel van de pc op een van
de drie overblijvende LAN-poorten aan te sluiten.
Uw router handmatig installeren
14
8. Controleer of uw netwerk zoals aangegeven in Afbeelding 10 is geïnstalleerd. Vervolgens kan
het netwerk worden opgestart.
Internet
8+.
• • • • • •
Afbeelding 10 9. Start het netwerk zoals hieronder beschreven in de juiste volgorde op.
Als u het netwerk niet in de juiste volgorde (opnieuw) opstart, is het misschien niet mogelijk om een verbinding met het internet tot stand te brengen.
Uw router handmatig installeren
15
Uw netwerk opstarten: 1. Stop de stekker van de kabel- of DSL-modem in het stopcontact en zet de modem aan. Wacht
2 minuten. 2. Steek de stekker van de netvoedingsadapter in het stopcontact of een verlengsnoer en sluit het
andere uiteinde aan op de uitgang voor de netvoedingsadapter van de draadloze router (F). Wacht 1 minuut.
Internet
1 2 3 4
F Afbeelding 11 3. Zet de computer aan. Het neemt enkele minuten in beslag voordat de router verbinding met uw
computer en uw Internet Provider heeft gemaakt. Als u een DSL-verbinding hebt en software gebruikt om verbinding met het internet te maken, dient u deze software niet uit te voeren. Selecteer hiervoor op de pagina Verbindingen van Internet Explorer (onder Extra > Internetopties) de optie Nooit een verbinding kiezen.
Uw router handmatig installeren
16
Uw verbinding controleren Controleer of uw router juist is aangesloten door naar de statuslampjes van de draadloze router te kijken (Afbeelding 12). Voeding. Het netvoedingslampje moet groen zijn. Raadpleeg “De basisfuncties van de router controleren” op pagina 27 als dit niet het geval is. Internet. Het lampje van de internetpoort dient te branden. Controleer als het lampje niet brandt of de Ethernet-kabel juist op de internetpoort van de draadloze router en op de modem is aangesloten en of de modem is ingeschakeld. Draadloos. Het statuslampje voor draadloze verbinding dient te branden nadat de draadloze router is ingeschakeld. LAN. Voor elke computer die met uw netwerk is verbonden, dient er een LAN-lampje (1-4) te branden. Groen betekent dat uw computer met een snelheid van 100 Mbps communiceert en oranje dat uw computer met een snelheid van 10 Mbps communiceert. Als geen van de LAN-lampjes brandt, dient u te controleren of de Ethernet-kabel tussen de computer en de router aan beide uiteinden juist is aangesloten en of de computer is ingeschakeld. WPS. Het WPS-lampje gaat pas branden als u erop drukt om Push ‘N’ Connect (WPS)-beveiliging in te schakelen. Raadpleeg “Push 'N' Connect (WPS) gebruiken om uw draadloze netwerk te configureren” op pagina 23.
Afbeelding 12
Uw router handmatig installeren
17
Uw router instellen voor internettoegang Als u uw draadloze router handmatig configureert, dient u zich bij de draadloze router aan te melden om een eerste installatie uit te voeren en later wijzigingen in de instellingen van de draadloze router aan te brengen. Druk op de knop voor het herstellen van de fabrieksinstellingen om de fabrieksinstellingen opnieuw in te stellen. Raadpleeg “Het standaardwachtwoord en de fabrieksinstellingen herstellen” op pagina 37 voor meer informatie. Toegang tot de router krijgen: 1. Voer http://www.routerlogin.net in de adresbalk van uw browser in en druk op Enter.
U kunt een van de volgende adressen invoeren om verbinding met uw draadloze router te maken: http://www.routerlogin.net of http://www.routerlogin.com. Er wordt een aanmeldingsscherm weergegeven (Afbeelding 13).
Afbeelding 13 2. Voer als hier om wordt gevraagd admin in als de gebruikersnaam en password als het
wachtwoord voor de router. Beide dienen zonder hoofdletters te worden ingevoerd. Om veiligheidsredenen heeft de router een eigen gebruikersnaam en wachtwoord. De gebruikersnaam en het wachtwoord van de router zijn niet de gebruikersnaam en het wachtwoord die u gebruikt om verbinding met het internet te maken. Het scherm Firmware Upgrade Assistant (Firmware-upgradeassistent) wordt weergegeven. Uw router handmatig installeren
18
3. Klik op Yes (Ja) om op nieuwe firmware te controleren (aanbevolen).De router controleert de
NETGEAR-databank automatisch op nieuwe firmware-imagebestanden. Als er geen nieuwe firmwareversie beschikbaar is, wordt het bericht No New Firmware Version Available (Geen nieuwe firmwareversie beschikbaar) weergegeven. (Als u No (Nee) selecteert, kunt u later alsnog op nieuwe firmware controleren. Raadpleeg de online Gebruikershandleiding.) 4. Klik als er nieuwe firmware beschikbaar is op Yes (Ja). De router voert automatisch een
upgrade met de meest recente firmware uit. Ga nooit online, schakel de router en de computer niet uit en doe niets anders met de router totdat de router volledig opnieuw is opgestart. Wacht als het netvoedingslampje niet langer knippert een paar seconden voordat u de router gebruikt. 5. Klik in de menu-opties in het navigatievenster aan de linkerzijde op Setup Wizard
(Installatiewizard). De Setup Wizard (Installatiewizard) wordt weergegeven.
Afbeelding 14 6. Selecteer een van de volgende opties:
•
Selecteer Yes (Ja) als u wilt dat de installatiewizard uw internetverbinding detecteert. Klik als hier om wordt gevraagd op Next (Volgende). De wizard helpt u de draadloze router voor verbinding met het internet te configureren. Controleer als u nog steeds geen verbinding met de draadloze router kunt maken de Internet Protocol (TCP/IP)-eigenschappen op het tabblad Netwerkverbinding van het configuratiescherm. Deze dienen zo te zijn ingesteld dat zowel het IP-adres als het adres van de DNS-server automatisch worden verkregen. Raadpleeg voor meer informatie de met uw computer meegeleverde documentatie of de koppelingen in “Relevante documenten” op pagina 38.
Uw router handmatig installeren
19
•
Selecteer No (Nee) om de verbinding handmatig te configureren. Klik op Next (Volgende) om naar het scherm Basic Settings (Basisinstellingen) te gaan. Voer de vereiste informatie voor uw ISP-verbinding in de overeenkomstige velden in. Volg als u hulp nodig hebt de aanwijzingen op het scherm Basic Settings Help (Hulp bij de basisinstellingen) in de interface van de router op of raadpleeg de online Gebruikershandleiding van de draadloze router. Raadpleeg “Uw draadloze netwerk configureren” op pagina 21 voor meer informatie over het configureren van de instellingen.
7. Klik op Apply (Toepassen) om uw instellingen op te slaan en uw verbinding te voltooien.
U hebt nu verbinding met het internet. Als de verbinding niet met succes tot stand wordt gebracht:
•
Controleer de instellingen en controleer of u de juiste opties hebt geselecteerd en alles juist hebt ingevoerd.
•
Neem contact op met uw internetprovider om te controleren of u over de juiste configuratiegegevens beschikt.
•
Raadpleeg “Problemen oplossen” op pagina 26.
Registreer als de problemen blijven aanhouden uw NETGEAR-product en neem contact op met de technische ondersteuning van NETGEAR.
Uw router handmatig installeren
20
Uw draadloze netwerk configureren
Nadat u de router hebt geïnstalleerd, dient u zich bij de router aan te melden om de draadloze installatie te voltooien. De draadloze netwerkinstellingen van de router dienen overeen te komen met de draadloze netwerkinstellingen van de draadloze apparaten die draadloos verbinding met de router maken (bv. draadloze adapterkaarten en draadloze computers). Om een draadloze verbinding tot stand te brengen, moeten de router en de draadloze computer(s) dezelfde SSID (ook wel de naam van het draadloze netwerk genoemd) en dezelfde draadloze beveiliging gebruiken. NETGEAR raadt ten zeerste aan dat u uw draadloze netwerk beveiligt. Binnenshuis kunnen computers verbinding maken via draadloze netwerken met een bereik van tientallen meters. Deze afstanden kunnen anderen buiten uw directe omgeving de mogelijkheid bieden om toegang tot uw netwerk te krijgen. Op het scherm Wireless Settings (Draadloze instellingen) kunt u uw draadloze netwerkverbindingen instellen en de draadloze beveiliging voor uw netwerk en router configureren. Om uw draadloze netwerk te configureren, kunt u de netwerknaam (SSID) en de draadloze beveiligingsinstellingen handmatig invoeren (raadpleeg “De SSID en de draadloze beveiliging instellen” op pagina 22). Als de clients in uw netwerk met WPS compatibel zijn, kunt u Wi-Fi Protected Setup (WPS) gebruiken om de router automatisch te configureren en tegelijkertijd de WPS-apparaten op uw veilige draadloze netwerk aan te sluiten (raadpleeg “Push 'N' Connect (WPS) gebruiken om uw draadloze netwerk te configureren” op pagina 23). U kunt Push 'N' Connect (WPS) ook gebruiken om WPS-apparaten aan te sluiten nadat u de SSID en de draadloze beveiliging op de handmatige of traditionele manier (bij voorkeur) hebt ingesteld. Als u de router vanaf een draadloze computer configureert en u de SSID, het kanaal of de beveiligingsinstellingen van de router verandert, wordt de draadloze verbinding verbroken als u op Apply (Toepassen) klikt. Vervolgens dient u de draadloze instellingen van uw computer zo te wijzigen dat deze met de nieuwe instellingen van de router overeenkomen. Om dit te vermijden, kunt u een computer gebruiken die met behulp van een Ethernet-kabel op de router is aangesloten. Raadpleeg voor een volledig overzicht van alle beveiligingsinstellingen die op deze router kunnen worden geconfigureerd de online Gebruikershandleiding. Op de installatie-cd vindt u een koppeling naar de gebruikershandleiding. Uw draadloze netwerk configureren
21
De SSID en de draadloze beveiliging instellen U dient over de volgende informatie te beschikken om de draadloze instellingen te configureren: •
SSID. De standaard-SSID van de router is NETGEAR.
•
De draadloze modus (802.11g/b of 802.11n) die door elke draadloze adapter wordt ondersteund.
•
De draadloze beveiliging. NETGEAR raadt ten zeerste aan dat u uw draadloze netwerk beveiligt. Controleer om de draadloze beveiliging met succes te configureren elke draadloze adapter om na te gaan welke vorm van draadloze beveiliging deze ondersteunt.
Een draadloze basisverbinding instellen: 1. Meld u aan bij de router op http://www.routerlogin.net of http://www.routerlogin.com.
Gebruik hiervoor de standaardgebruikersnaam admin en het standaardwachtwoord password. Als u een ander LAN-adres of een ander wachtwoord hebt ingesteld, dient u deze te gebruiken. U kunt ook een van de volgende adressen invoeren om verbinding met uw draadloze router te maken: http://www.routerlogin.net of http:// www.routerlogin.com. 2. Selecteer Wireless Settings (Draadloze instellingen) in het hoofdmenu om het scherm
Wireless Settings (Draadloze instellingen) weer te geven. Onthoud dat de standaard-SSID NETGEAR is. De SSID van alle draadloze adapters moet overeenkomen met de SSID die u in de draadloze router configureert. Als deze niet overeenkomen, kunt u geen draadloze verbinding tot stand brengen. 3. Stel bij Region (Regio) de regio in. Selecteer de regio waarin u de router gebruikt. 4. Laat bij Wireless mode (Draadloze modus) de standaardinstelling staan (u kunt deze modus op
een later tijdstip veranderen. Raadpleeg de online gebruikershandleiding). 5. Selecteer uw draadloze beveiliging en passphrase (raadpleeg de online gebruikershandleiding
voor een volledige uitleg van de verschillende beschikbare typen beveiliging). 6. Klik op Apply (Toepassen) om de wijzigingen op te slaan.
Uw draadloze netwerk configureren
22
De draadloze verbinding van uw computers instellen: 1. Configureer de draadloze instellingen van elke computer of elke draadloze adapter zo dat deze
dezelfde SSID (draadloze netwerknaam) als de router hebben. 2. Controleer of de draadloze adapter op elke computer de modus- en beveiligingsopties
ondersteunt die u hebt geselecteerd. (Raadpleeg als u vragen hebt de online gebruikershandleiding of bekijk de instellingen die u in “De SSID en de draadloze beveiliging instellen” op pagina 22 hebt geselecteerd). 3. Controleer of de beveiligingsinstellingen op elk draadloos apparaat met de
beveiligingsinstellingen van de router overeenkomen. Een voorbeeld: als u een beveiligingsoptie met een passphrase hebt geselecteerd, dient op elke draadloze computer dezelfde passphrase te worden gebruikt. 4. Controleer of elke draadloze computer een draadloze verbinding heeft en in staat is via DHCP
een IP-adres van de router te verkrijgen. Ga in het geval van een Windows-pc naar het configuratiescherm en selecteer Netwerkverbindingen. Selecteer in het geval van een Apple-pc Menu > Systeemvoorkeuren en selecteer vervolgens Netwerk. Controleer de instellingen bij Draadloze verbindingen en controleer of de TCP/ IP-instellingen zijn ingesteld op Automatisch een IP-adres verkrijgen. Om toegang tot het internet te krijgen vanaf elke computer die op uw draadloze router is aangesloten, opent u een browser zoals Microsoft Internet Explorer of Mozilla Firefox. De browser dient een webpagina weer te geven.
Push 'N' Connect (WPS) gebruiken om uw draadloze netwerk te configureren Als de draadloze clients Wi-Fi Protected Setup (WPS) ondersteunen, kunt u deze functie gebruiken om de draadloze clients veilig en eenvoudig met de router te verbinden. Zoek naar het symbool op uw client-apparaat.1 Push 'N' Connect van NETGEAR is gebaseerd op de WPS (Wi-Fi Protected Setup)norm. Alle andere voor Wi-Fi goedgekeurde en voor WPS geschikte producten zijn in principe compatibel met NETGEAR-producten waarop Push 'N' Connect is geïmplementeerd. 1. Ga voor een lijst met andere voor Wi-Fi goedgekeurde producten van NETGEAR naar http://www.wi-fi.org. Uw draadloze netwerk configureren
23
U kunt WPS op twee manieren gebruiken: •
Als de SSID en de beveiligingsopties van de router reeds zijn ingesteld (raadpleeg “De SSID en de draadloze beveiliging instellen” op pagina 22), kunt u met WPS snel en eenvoudig een draadloos apparaat op uw draadloze netwerk aansluiten. In dit geval worden de bestaande draadloze instellingen naar het WPS-apparaat uitgezonden.
•
Als de draadloze opties van de router nog niet zijn geconfigureerd en de beveiliging niet is ingeschakeld (de router is met de fabrieksinstellingen geconfigureerd), configureert WPS de SSID en de draadloze beveiligingsinstellingen van de router automatisch en worden deze instellingen vervolgens uitgezonden naar het draadloze apparaat, zoals een draadloze pc.
De eerste manier wordt hier uitgelegd. Raadpleeg voor meer informatie over de tweede manier de gebruikershandleiding. Als uw netwerk uit WPS-apparaten en niet-WPS-apparaten bestaat, raadt NETGEAR u aan om uw draadloze netwerk en beveiligingsinstellingen eerst op de traditionele manier (handmatig) in te stellen (raadpleeg “De SSID en de draadloze beveiliging instellen” op pagina 22) en WPS uitsluitend te gebruiken om extra WPS-apparaten toe te voegen. De enige beveiligingsinstelling die niet met WPS werkt, is WEP met verificatie van de gedeelde sleutel.
Uw draadloze netwerk configureren
24
WPS gebruiken om een draadloos apparaat toe te voegen: 1. Druk op de WPS-knop op uw router. De router begint de draadloze instellingen te verzenden.
U hebt 2 minuten de tijd om op de betreffende WPS-knop op uw draadloze apparaat te drukken. 2. Ga op het draadloze apparaat als volgt te werk:
•
Druk op een externe WPS-knop aan de buitenkant van het apparaat of
•
Open het WPS-hulpprogramma op het apparaat en volg de instructies om via WPS verbinding te maken op.
Het WPS-lampje op de router blijft tijdens de periode van 2 minuten knipperen. Als er verbinding is, gaat het WPS-lampje continu groen branden. Als er geen verbinding is gemaakt als het lampje ophoudt met knipperen, gaat het lampje uit. Als beveiliging al volgens de traditionele methode is geconfigureerd, blijft het WPS-lampje aan. Open om vanaf het apparaat toegang tot het internet te krijgen een browser (zoals Microsoft Internet Explorer of Mozilla Firefox). Het internetlampje van de draadloze router dient te knipperen om communicatie met de Internet Provider aan te geven. Raadpleeg voor meer informatie over het instellen van uw draadloze netwerk en het configureren van de beveiligingsinstellingen de gebruikershandleiding. Op de installatie-cd vindt u een koppeling naar de online gebruikershandleiding.
Uw draadloze netwerk configureren
25
Problemen oplossen
Raadpleeg als u problemen met de internettoegang hebt, de controlelijst voor de basisinstallatie om te controleren of u de router juist hebt aangesloten en ingesteld. Zoek als de basisinstellingen juist zijn uw probleem in een van de volgende gedeelten op. Raadpleeg de online Gebruikershandleiding voor meer informatie. Er staat een koppeling naar dit document op de installatie-cd. Na de installatie van de router is deze koppeling ook beschikbaar via de interface van de router. Klik op Documentation (Documentatie) in het hoofdmenu.
Controlelijst voor de basisinstallatie Hieronder staan de meest voorkomende fouten bij het instellen van de router. Neem deze controlelijst aandachtig door om te controleren of u de aanbevolen procedures hebt opgevolgd. •
Start uw netwerk altijd in deze volgorde op: 1. Zet de modem uit en haal de stekker uit het stopcontact. Zet vervolgens de draadloze router en uw computer uit. 2. Zet de modem aan en wacht 2 minuten. 3. Zet de draadloze router aan en wacht 1 minuut. 4. Zet de computer aan.
•
Controleer of de Ethernet-kabels juist zijn aangesloten. –
Het internetstatuslampje op de draadloze router brandt als de Ethernet-kabel tussen de draadloze router en de modem juist is aangesloten en de modem en de draadloze router beide zijn ingeschakeld (raadpleeg “De draadloze router aansluiten” op pagina 13).
–
Voor elke ingeschakelde computer die juist met een Ethernet-kabel op de draadloze router is aangesloten, gaat het bijbehorende LAN-poortstatuslampje van de draadloze router branden. Op het etiket aan de onderzijde van de draadloze router vindt u het nummer van de verschillende LAN-poorten terug (zie “LAN (Poort 1–4)” op pagina 4).
Problemen oplossen
26
•
•
Controleer of de netwerkinstellingen van de computer juist zijn. –
Via LAN aangesloten computers moeten zijn geconfigureerd om via DHCP automatisch een IP-adres te verkrijgen. Raadpleeg de koppelingen in Relevante documenten op pagina 38 voor meer informatie.
–
Als u een kabelmodem hebt, dient u over het algemeen het MAC-adres van de bij de account geregistreerde computer te gebruiken. Selecteer als dit het geval is in het gedeelte Router MAC Address (MAC-adres van de router) van het menu Basic Settings (Basisinstellingen) de optie Use this Computer's MAC Address (MAC-adres van deze computer gebruiken). Klik op Apply (Toepassen) om de instellingen op te slaan. Start het netwerk in de juiste volgorde opnieuw op.
Controleer de statuslampjes op de router om te zien of deze juist werkt. Stel als het netvoedingslampje twee minuten na het inschakelen van de router niet groen brandt de router opnieuw in aan de hand van de instructies in “Het standaardwachtwoord en de fabrieksinstellingen herstellen” op pagina 37.
De basisfuncties van de router controleren Nadat u de router hebt ingeschakeld, zou het volgende moeten gebeuren: 1. Controleer nadat u de router hebt ingeschakeld of het netvoedingslampje brandt (zie “Voorpaneel” op pagina 3). 2. Controleer of het netvoedingslampje na een paar seconden oranje wordt. Dit geeft aan dat de zelftestprocedure wordt uitgevoerd. 3. Controleer na ongeveer 20 seconden of a. het netvoedingslampje groen is geworden, b. de LAN-poortlampjes van alle aangesloten LAN-poorten branden, Als het lampje van een van de poorten brandt, is er verbinding met het aangesloten apparaat. Als er een apparaat dat 100 Mbps ondersteunt op een LAN-poort is aangesloten, dient u te controleren of het lampje van de poort groen brandt. Als er een apparaat dat 10 Mbps ondersteunt op de poort is aangesloten, brandt het lampje oranje. c. de internetpoort is aangesloten en het bijbehorende lampje brandt. 4. Controleer als u WPS-beveiliging hebt ingeschakeld of het WPS-lampje op het voorpaneel uitgaat. Zoek als dit niet gebeurt de oplossing in de volgende lijst:
Problemen oplossen
27
•
Het netvoedingslampje brandt niet. Als het netvoedingslampje en de andere lampjes niet branden (raadpleeg “De draadloze router aansluiten” op pagina 13), dient u het volgende te controleren: –
Controleer of het netsnoer juist op de router is aangesloten en of de netvoedingsadapter juist op een functionerende stroombron is aangesloten.
–
Controleer of u de netvoedingsadapter gebruikt die door NETGEAR met dit product is meegeleverd.
Als het probleem niet is opgelost, is er een probleem met de hardware en dient u contact met de technische ondersteuning op te nemen. •
Het netvoedingslampje knippert langzaam en ononderbroken groen. De firmware van de router is corrupt. De firmware herstellen: a. Controleer of de computer op de router is aangesloten en of de router is ingeschakeld. b. Plaats de met uw router meegeleverde installatie-cd in uw computer. –
De cd wordt automatisch opgestart en detecteert de taal die u op uw pc gebruikt. Selecteer indien gewenst een andere taal.
–
Blader als de cd niet automatisch wordt opgestart naar de cd en dubbelklik op
.
c. Klik eerst op Supporting Software (Ondersteuningssoftware) en vervolgens op Netgear Firmware Recovery Utility (Herstelprogramma voor NETGEAR-firmware). Volg de aanwijzingen op het scherm op om de firmware te herstellen. d. Volg nadat de firmware is hersteld de aanwijzingen op het scherm op om de configuratieinstellingen te herstellen. •
Het netvoedingslampje blijft oranje. Als de router wordt ingeschakeld, brandt het netvoedingslampje gedurende ongeveer 20 seconden oranje. Vervolgens wordt het lampje groen. Als het lampje niet groen wordt, is er een probleem met de router. Als het netvoedingslampje 1 minuut na het inschakelen van de router nog steeds oranje brandt: a. Zet de router uit en weer aan om te zien of het probleem zo wordt verholpen. b. Herstel de fabrieksinstellingen van de router. Hierdoor wordt het IP-adres van de router ingesteld op 192.168.1.1. Deze procedure wordt uitgelegd in “Het standaardwachtwoord en de fabrieksinstellingen herstellen” op pagina 37. Als het probleem niet is opgelost, is er mogelijk een probleem met de hardware en dient u contact met de technische ondersteuning op te nemen.
Problemen oplossen
28
•
Het internetlampje blijft oranje. Als de router wordt ingeschakeld, brandt het internetlampje gedurende ongeveer 20 seconden oranje. Vervolgens wordt het lampje groen. Als het lampje niet groen wordt, is er een probleem met de router. Als het internetlampje 1 minuut na het inschakelen van de router nog steeds oranje brandt: a. Er kan geen verbinding met het internet tot stand worden gebracht. Controleer of u de juiste internetinstellingen hebt ingevoerd. b. Herstel de fabrieksinstellingen van de router. Hierdoor wordt het IP-adres van de router ingesteld op 192.168.1.1. Deze procedure wordt uitgelegd in “Het standaardwachtwoord en de fabrieksinstellingen herstellen” op pagina 37. c. Zet de router uit en weer aan om te zien of het probleem zo wordt verholpen.
•
De lampjes van de LAN-poorten en de internetpoort branden niet. Als het internetlampje of de LAN-lampjes niet branden als de Ethernet-verbinding tot stand is gebracht, dient u te controleren of: a. de Ethernet-kabel juist op de router en de computer is aangesloten, b. de aangesloten computer is ingeschakeld, c. u hetzelfde type Ethernet-kabel gebruikt als met de draadloze router is meegeleverd. Raadpleeg “De draadloze router aansluiten” op pagina 13 voor instructies.
Raadpleeg de online Gebruikershandleiding voor meer informatie over WPS en geavanceerde functies.
Problemen met de aanmelding oplossen Als u zich niet bij de draadloze router kunt aanmelden, dient u het volgende te controleren: •
Als u een computer met Ethernet-verbinding gebruikt, dient u de Ethernet-verbinding tussen de computer en de router te controleren (zoals beschreven in “De basisfuncties van de router controleren” op pagina 27).
•
Controleer of u de juiste aanmeldingsgegevens gebruikt. De standaardgebruikersnaam is admin en het wachtwoord is password. Zorg ervoor dat Caps Lock is uitgeschakeld wanneer u deze informatie invoert.
Problemen oplossen
29
•
Controleer of het IP-adres van uw computer op hetzelfde subnet als de router zit. Als u het aanbevolen adresschema gebruikt, moet het adres van uw computer tussen 192.168.1.2 en 192.168.1.254 liggen. Raadpleeg de documentatie bij uw computer of Een computer klaarmaken voor toegang tot een netwerk in Relevante documenten op pagina 38 voor hulp bij het configureren van uw computer. Als uw computer geen verbinding met een DHCP-server kan maken, wijzen sommige besturingssystemen een IP-adres in het bereik van 169.254.x.x toe. Als het IP-adres in dit bereik ligt, dient u de verbinding tussen de computer en de router te controleren en vervolgens de computer opnieuw op te starten.
•
Als het IP-adres van de router is gewijzigd en u het huidige IP-adres niet weet, dient u de fabrieksinstellingen van de router te herstellen. Met deze procedure wordt het IP-adres van de router opnieuw ingesteld op 192.168.1.1 (raadpleeg “Het standaardwachtwoord en de fabrieksinstellingen herstellen” op pagina 37).
•
Java, JavaScript of ActiveX dient op uw browser te zijn ingeschakeld. Als u Internet Explorer gebruikt, dient u op Vernieuwen te klikken om ervoor te zorgen dat het Java-applet wordt geladen. Sluit de browser en start deze opnieuw op.
•
Als u probeert uw NETGEAR-router als een extra router achter een bestaande router te installeren, kan het verstandig zijn om in plaats hiervan de bestaande router te vervangen. NETGEAR biedt geen ondersteuning voor dergelijke configuraties.
•
Houd er als u een ADSL-gateway in het netwerk door uw NETGEAR-router wilt vervangen rekening mee dat de router vele gatewayfuncties niet kan uitvoeren. Denk hierbij aan het omzetten van ADSL- of kabelgegevens in Ethernet-gegevens. NETGEAR biedt geen ondersteuning voor dergelijke configuraties.
De internetverbinding controleren Controleer als uw router geen verbinding met het internet kan maken eerst de internetverbinding en vervolgens de draadloze router. •
De internetverbinding. De statuslampjes op de kabel- of DSL-modem geven aan of de verbinding in orde is. Raadpleeg de documentatie bij de modem of bel uw Internet Service Provider voor meer informatie over het controleren van de verbinding van de modem.
•
Het internetlampje van de draadloze router is groen. Als het internetlampje groen brandt, is de internetverbinding in orde en zijn de kabels juist aangesloten.
•
Het internetlampje van de draadloze router brandt niet. Als het internetlampje niet brandt, dient u te controleren of de Ethernet-kabel juist op de kabel- of DSL-modem en de computer is aangesloten en of zowel de modem als de draadloze router zijn ingeschakeld.
Problemen oplossen
30
Een IP-adres verkrijgen Als de draadloze router geen verbinding met het internet kan maken en het internetlampje oranje is, dient u te controleren of de draadloze router een internet-IP-adres van uw serviceprovider ontvangt. Als u geen statisch IP-adres hebt, vraagt de draadloze router automatisch een IP-adres aan bij uw serviceprovider. Het IP-adres via de browserinterface controleren: 1. Meld u bij de draadloze router aan. 2. Gebruik de koppeling Router Status (Status van de router) onder Maintenance (Onderhoud)
om te controleren of er een IP-adres voor de internetpoort wordt weergegeven. Als 0.0.0.0 wordt weergegeven, ontvangt de draadloze router geen IP-adres van uw serviceprovider. Als de router geen IP-adres van uw serviceprovider ontvangt, kan dit de volgende oorzaken hebben: •
Uw serviceprovider vereist aanmelding. Vraag uw serviceprovider of PPP over Ethernet (PPPoE)-aanmelding is vereist.
•
Mogelijk hebt u de servicenaam, de gebruikersnaam of het wachtwoord verkeerd ingesteld. Raadpleeg “Problemen met PPPoE oplossen” op pagina 32.
•
Mogelijk controleert uw serviceprovider de hostnaam van uw computer. Wijs in het menu Basic Settings (Basisinstellingen) de hostnaam van de computer van uw ISP-account aan de draadloze router toe.
•
Mogelijk mag van uw serviceprovider slechts één Ethernet MAC-adres verbinding met het internet maken en controleert de provider het MAC-adres van uw computer. Als dit het geval is: –
Vertel uw serviceprovider dat u een nieuw netwerkapparaat hebt aangeschaft en vraag deze het MAC-adres van de draadloze router te gebruiken of
–
Configureer de router zo dat deze het MAC-adres van uw computer spooft. Selecteer op het scherm Basic Settings (Basisinstellingen) van het gedeelte Router MAC Address (MAC-adres van de router) de optie Use this Computer’s MAC Address (MAC-adres van deze computer gebruiken) en klik op Apply (Toepassen).Start uw netwerk in de juiste volgorde opnieuw op (raadpleeg “Controlelijst voor de basisinstallatie” op pagina 26).
Problemen oplossen
31
Problemen met PPPoE oplossen Los als u PPPoE gebruikt eerst eventuele problemen met uw internetverbinding op. Problemen met de PPPoE-verbinding oplossen: 1. Meld u bij de draadloze router aan. 2. Selecteer Router Status (Status van de router) onder Maintenance (Onderhoud) in het
hoofdmenu. 3. Klik op Connection Status (Status van de verbinding). Als bij alle stappen OK wordt
weergegeven, is de PPPoE-verbinding in orde. Als bij een van de stappen Failed (Mislukt) wordt weergegeven, kunt u proberen om de verbinding te herstellen door op Connect (Verbinden) te klikken.De draadloze router blijft proberen om verbinding te maken. Als u na een paar minuten nog steeds geen verbinding kunt maken, gebruikt u mogelijk een verkeerde servicenaam, een verkeerde gebruikersnaam of een verkeerd wachtwoord. Het is mogelijk dat er een provisioning probleem met uw internetprovider is. Tenzij u de verbinding handmatig instelt, voert de draadloze router geen verificatie met PPPoE uit totdat er gegevens naar het netwerk worden verzonden.
Problemen met surfen op het internet oplossen Als de draadloze router een IP-adres ontvangt, maar de computer geen webpagina's van het internet kan laden, dient u het volgende te controleren: •
Uw computer herkent de adressen van de DNS-servers mogelijk niet. Een DNS-server is een host op het internet die internetnamen (zoals www-adressen) in numerieke IP-adressen omzet. Uw Internet Provider verstrekt meestal de adressen van een of twee DNS-servers die u kunt gebruiken. Als u tijdens de configuratie van de draadloze router een DNS-adres hebt ingevoerd, dient u uw computer opnieuw op te starten. U kunt uw computer ook handmatig met een DNS-adres configureren, zoals uitgelegd in de documentatie bij uw computer.
•
Uw computer heeft de draadloze router mogelijk niet als de standaardgateway geconfigureerd. Start de computer opnieuw op en controleer of het adres (192.168.1.1) van de draadloze router als het standaardgateway-adres van de computer is ingesteld.
Problemen oplossen
32
Het ping-hulpprogramma gebruiken om problemen op te lossen De meeste computers en routers beschikken over een diagnosehulpmiddel dat ping wordt genoemd. Bij een ping wordt een verzoek naar het doelapparaat verzonden. Dat apparaat geeft vervolgens antwoord. Met het ping-hulpprogramma kunnen problemen met netwerken eenvoudig worden opgelost.
Het pad van uw computer naar uw router testen U kunt de draadloze router pingen om te controleren of het LAN-pad van de computer naar de router juist is ingesteld. De draadloze router vanaf een Windows-pc pingen: 1. Klik in de Windows-taakbalk op Start en selecteer Uitvoeren. 2. Voer in het veld ping in, gevolgd door het adres van de router (zie het onderstaande
voorbeeld): ping www.routerlogin.net
3. Klik op OK. Er verschijnt een bericht zoals in het onderstaande voorbeeld:
Pingen naar www.routerlogin.net met 32 bytes gegevens Als het pad werkt, verschijnt het volgende bericht: Antwoord van www.routerlogin.net: bytes=32 time=NN ms TTL=xxx Als het pad niet werkt, verschijnt het volgende bericht: Time-out bij opdracht Als het pad niet juist functioneert, hebt u mogelijk een van de volgende problemen: •
•
Slechte fysieke verbindingen –
Controleer of het lampje van de LAN-poort brandt. Als het lampje niet brandt, dient u de instructies in “Controlelijst voor de basisinstallatie” op pagina 26 op te volgen.
–
Controleer of de betreffende lampjes van de netwerkinterfacekaart van de computer branden.
Onjuiste netwerkconfiguratie –
Controleer of de besturingssoftware van de Ethernet-kaart en de TCP/IP-software beide zijn geïnstalleerd en op uw pc zijn geconfigureerd.
–
Controleer of de IP-adressen van uw router en uw computer correct zijn en of deze op hetzelfde subnet zitten (bijv. 192.168.1.x/255.255.255.0).
Problemen oplossen
33
Het pad van een computer naar het internet testen Nadat u hebt gecontroleerd of het pad tussen de computer en de draadloze router juist werkt, dient u het pad van uw pc naar het internet te testen. Het pad van een Windows-pc met ping testen: 1. Klik in de Windows-taakbalk op Start en selecteer Uitvoeren. 2. Voer in het betreffende veld cmd in.Er wordt een opdrachtscherm weergegeven. 3. Voer bij de >-prompt het volgende in:
ping -n 10
waarbij het IP-adres van een extern apparaat zoals de DNS-server van uw internetprovider is. 4. Druk op Enter.
Als het pad juist functioneert, worden antwoorden zoals in het vorige gedeelte teruggestuurd. Als u geen antwoorden ontvangt: •
Controleer of uw pc het IP-adres van de router als de standaardgateway heeft ingesteld. Als de IP-configuratie van uw pc via DHCP wordt toegewezen, is deze informatie niet zichtbaar op het netwerkconfiguratiescherm van uw pc. Controleer of het IP-adres van de router als de standaard-TCP/IP-gateway is ingesteld.
•
Controleer of het netwerkadres van uw pc (het gedeelte van het IP-adres aangegeven door het netmasker) verschilt van het netwerkadres van het externe apparaat.
•
Voer als uw internetprovider een hostnaam aan uw pc heeft toegewezen die hostnaam in bij Account Name (Accountnaam) in het menu Basic Settings (Basisinstellingen).
Problemen oplossen
34
Technische specificaties
Fabrieksinstellingen In dit gedeelte staan de fabrieksinstellingen en de technische specificaties van de N300 draadloze router, model WNR2000v3. Tabel 2.
Fabrieksinstellingen van de router voor thuisgebruik
Functie
Fabrieksinstelling
Router aanmelden Aanmeldings-URL router
http://www.routerlogin.net, http://www.routerlogin.com of http://192.168.1.1
Aanmeldingsnaam (hoofdlettergevoelig)
admin
Aanmeldingswachtwoord (hoofdlettergevoelig)
password
Internetverbinding WAN-MAC-adres
Standaardhardware-adres (op het etiket)
MTU-grootte
1500
Lokaal netwerk LAN-IP-adres router (het IP-adres van de gateway)
192.168.1.1
IP-subnetmasker
255.255.255.0
DHCP-server
Ingeschakeld
Tijdzone
GMT
Aanpassing van tijdzone aan zomertijd
Uitgeschakeld
Technische specificaties
35
Tabel 2.
Fabrieksinstellingen van de router voor thuisgebruik (vervolg)
Functie
Fabrieksinstelling
Firewall Inkomend verkeer (communicatie vanaf het internet)
Uitgeschakeld (alle ongevraagde verzoeken worden geblokkeerd, behalve voor verkeer op poort 80, de http-poort)
Uitgaand verkeer (communicatie naar het internet)
Ingeschakeld (alle verzoeken)
Draadloos Draadloze communicatie
Ingeschakeld
SSID-naam
NETGEAR
Beveiliging
Uitgeschakeld
SSID uitzenden
Ingeschakeld
Overdrachtssnelheid
Automatischa
Land/regio
Verenigde Staten (alleen Noord-Amerika; in alle andere gevallen varieert deze instelling per land en regio)
RF-kanaal
11 in Noord-Amerika, 13 in de meeste andere regio's
Bedrijfsmodus
Maximaal 145 Mbps
Gegevenssnelheid
Optimaal
Uitgangsvermogen
Volledig
a. De maximale draadloze signaalsnelheid is afgeleid van de specificaties in IEEE-norm 802.11. De daadwerkelijke overdrachtssnelheid varieert. Netwerkomstandigheden en omgevingsfactoren zoals het volume van het netwerkverkeer, bouw- en constructiematerialen en netwerkoverhead verlagen de daadwerkelijke snelheid van de gegevensoverdracht.
Technische specificaties
36
Het standaardwachtwoord en de fabrieksinstellingen herstellen U kunt de fabrieksinstellingen herstellen en de gebruikersnaam van de router opnieuw op admin, het wachtwoord opnieuw op password en het IP-adres opnieuw op 192.168.1.1 instellen. Tijdens deze procedure worden alle momenteel geldende configuratie-instellingen gewist en de fabrieksinstellingen hersteld. De fabrieksinstellingen herstellen: 1. Gebruik een scherp voorwerp, bijvoorbeeld een pen of een paperclip, om de knop voor het
herstellen van de fabrieksinstellingen op het achterpaneel van de router ongeveer 5 seconden ingedrukt te houden totdat het netvoedingslampje gaat knipperen (raadpleeg “Achterpaneel” op pagina 5). 2. Laat de knop voor het herstellen van de fabrieksinstellingen los en wacht totdat de router opnieuw is opgestart en het netvoedingslampje stopt met knipperen en groen brandt. De fabrieksinstellingen worden hersteld en u krijgt met behulp van de fabrieksinstellingen vanaf uw webbrowser toegang tot de router.
Technische specificaties
37
Relevante documenten
In dit gedeelte vindt u koppelingen naar het referentiemateriaal met meer informatie over de technologieën in uw NETGEAR-product. Tabel 3.
Relevante documenten
Document
Koppeling
Internetnetwerken en TCP/IP-adressen
http://documentation.netgear.com/reference/enu/tcpip/index.htm
Een computer klaarmaken voor toegang tot een netwerk
http://documentation.netgear.com/reference/enu/wsdhcp/index.htm
Verklarende woordenlijst (Engels)
http://documentation.netgear.com/reference/enu/glossary/index.htm
Relevante documenten
38
Registratie en certificaten
Productregistratie, ondersteuning en documentatie Registreer uw product op http://www.NETGEAR.com/register. U dient zich te registreren voordat u onze telefonische ondersteuningsdienst kunt gebruiken. Ga naar http://www.NETGEAR.com/support voor productupdates en ondersteuning via het internet. De documentatie staat op de cd, de ondersteuningswebsite en de documentatiewebsite. Klik als de draadloze router met het internet is verbonden op de koppeling KnowledgeBase (Kennisbank) voor ondersteuningsinformatie of op Documentation (Documentatie) voor de online Gebruikershandleiding van de draadloze router.
De maximale draadloze signaalsnelheid is afgeleid van de specificaties in IEEE-norm 802.11 De daadwerkelijke overdrachtssnelheid varieert. Netwerkomstandigheden en omgevingsfactoren zoals het volume van het netwerkverkeer, bouw- en constructiematerialen en netwerkoverhead verlagen de daadwerkelijke snelheid van de gegevensoverdracht.
Conformiteitsverklaring van de Federal Communications Commission (FCC): verklaring betreffende radiofrequentie Dit apparaat is getest en in overeenstemming bevonden met de grenswaarden voor een digitaal apparaat Klasse B conform deel 15 van de FCC-regels. Deze grenswaarden bestaan om een redelijke bescherming te bieden tegen schadelijke storing in een particuliere installatie. Door deze apparatuur wordt radiofrequentie-energie gegenereerd, gebruikt en mogelijk uitgestraald. Als de apparatuur onjuist wordt geïnstalleerd en gebruikt, kan radiostoring worden veroorzaakt. Er is echter geen garantie dat in een bepaalde installatie geen storing zal optreden. Als het apparaat storing in radio- of televisieontvangst veroorzaakt, hetgeen kan worden vastgesteld wanneer de apparatuur wordt uit- en aangezet, kunt u met de volgende maatregelen trachten de storing te verhelpen: •
Verander de positie van de ontvangstantenne.
•
Zet de apparatuur en het ontvangende apparaat verder bij elkaar vandaan.
•
Sluit de apparatuur niet aan op hetzelfde stopcontact als het ontvangende apparaat.
•
Raadpleeg de dealer of een ervaren radio-/tv-technicus voor hulp.
39