Inspectierapport Kinderdagpaleis Eigenwijs (KDV) Havikstraat 5A ED SITTARD Registratienummer

Inspectierapport Kinderdagpaleis Eigenwijs (KDV) Havikstraat 5A 7 6135ED SITTARD Registratienummer 163478843

Toezichthouder: In opdracht van gemeente: Datum inspectie: Type onderzoek: Status: Datum vaststelling inspectierapport:

GGD Zuid Limburg SITTARD-GELEEN 02-06-2014 Regulier onderzoek Definitief 30-06-2014

Inhoudsopgave Het onderzoek .................................................................................................................... 3 Observaties en bevindingen .................................................................................................. 4 Pedagogisch klimaat ........................................................................................................ 4 Personeel en groepen ....................................................................................................... 5 Veiligheid en gezondheid .................................................................................................. 7 Inspectie-items ................................................................................................................... 9 Gegevens voorziening ......................................................................................................... 12 Gegevens toezicht .............................................................................................................. 12 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum ............................................................................. 13

2 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 02-06-2014 Kinderdagpaleis Eigenwijs te SITTARD

Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 3 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd regulier onderzoek. In dit inspectierapport zijn niet alle items beoordeeld, omdat er sprake is van een zogeheten risicogestuurd toezicht. In dit onderzoek is de nadruk gelegd op voorwaarden die het meest bijdragen aan de kwaliteit van de opvang, zoals de pedagogische praktijk, het aantal beroepskrachten op de groepen en hun diploma’s en VOG’s. Dit is aangevuld met aandachtspunten uit vorige inspecties. De itemlijst (bijlage) geeft aan welke voorwaarden tijdens deze inspectie zijn beoordeeld.

Beschouwing Kinderdagpaleis Eigenwijs is een kleinschalig kinderdagverblijf dat tevens vestigingen in Landgraaf heeft. Dit kinderdagverblijf is gehuisvest in een gebouw in de nabijheid van het centrum van Sittard. In het Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspeelzalen staat kinderdagpaleis Eigenwijs geregistreerd voor maximaal 29 kindplaatsen. Er wordt opvang geboden aan kinderen in de leeftijd van 0 tot 4 jaar. Het kinderdagverblijf bestaat uit 3 horizontale stamgroepen, namelijk een babygroep, dreumesgroep en een peutergroep. De drie stamgroepruimtes zijn ingericht naar de leeftijd en de behoefte van de kinderen. Er is een aangrenzende buitenruimte, ingericht met verschillende spelelementen. Het kinderdagverblijf werkt met vaste beroepskrachten en vaste werkroosters zodat de kinderen vertrouwd raken met hen. Binnen het kinderdagverblijf werkt men met de methode "Speelplezier". Hiervoor hebben de beroepskrachten een scholing gevolgd. Gedurende 2012 en 2013 heeft er geen handhavingstraject gelopen bij deze locatie. Tijdens de inspectie staat de houder open voor verbeterpunten en geeft aan tekortkomingen zo snel mogelijk te willen oplossen. Uit de vragenlijst van de oudercommissie zijn geen negatieve signalen naar voren gekomen. Tijdens de huidige inspectie en na overleg en overreding, is gebleken dat deze opvanglocatie niet geheel voldoet aan de bij dit onderzoek getoetste voorwaarden.

Advies aan College van B&W De toezichthouder adviseert het college om te handhaven conform handhavingsbeleid.


Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De beoordeling van de pedagogische praktijk is gebaseerd op observaties in de groepen tijdens een activiteit, vrij spel binnen en buiten en een eetmoment. Emotionele veiligheid De beroepskrachten gedragen zich sensitief en responsief naar de kinderen naar elkaar en merken signalen van kinderen op en reageren adequaat. Dit blijkt uit het volgende voorbeeld: Een jongetje huilt. De beroepskracht ziet dit en gaat naar hem toe. Ze vraagt: "wat is er aan de hand, waarom huil je? Kom eens hier dan kan ik je troosten. Is er zand in gekomen en vind je dat niet fijn?" Persoonlijke competentie Kinderen hebben de mogelijkheid om eigen ervaringen op te doen middels spelmateriaal, activiteitenaanbod en inrichting. Dit blijkt uit het volgende voorbeeld: Er wordt gewerkt volgens de VVE methode Speelplezier. De tentoongestelde werkjes hebben betrekking op het huidige thema. Er worden verschillende activiteiten aangeboden in de groep om verschillende ontwikkelingsgebieden te stimuleren zoals buiten spelen, vrij spel, liedjes zingen, manipuleren met papier/plastic e.d. De meeste kinderen zijn vrijwel de gehele tijd intensief bezig. Er is een hoge mate van betrokkenheid bij alles waar zij mee bezig zijn. Zij laten zich niet makkelijk afleiden; zij zijn trots op wat zij hebben gedaan of gemaakt. Dit blijkt uit het volgende voorbeeld: De kinderen zoeken zelf een activiteit. Ze hebben nauwelijks hulp nodig. Soms hebben ze even een kleine suggestie nodig, zoals "Wat wil jij gaan doen?" Dat is voldoende om kinderen weer op weg te helpen. Sociale competentie De beroepskracht helpt de kinderen actief mee om sociale vaardigheden met leeftijdsgenootjes te ontwikkelen. Dit blijkt uit het volgende voorbeeld: Uit observatie blijkt dat in verschillende spelsituaties de beroepskracht de kinderen stimuleert de aandacht op elkaar te richten of helpt de kinderen de interacties in stand te houden, zoals bij het spelen in de zandbak. Normen en waarden Huisregels zijn vastgelegd. De beroepskrachten praten met kinderen en geven waar nodig begrijpelijke uitleg. Dit blijkt uit het volgende voorbeeld: Een kind begint te schreeuwen. Een jongetje reageert hierop door zijn handen op zijn oren te plaatsen en zegt: "pijn aan de oren" De beroepskracht ziet dit en zegt:'kijk eens dat vindt (naam kind) niet leuk. Ja, van het schreeuwen krijg je pijn aan je oren".

Gebruikte bronnen:  Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (mevrouw Houben)  Interview anderen (Beroepskrachten)  Observaties (praktijk)


Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag Niet alle personen die werkzaam zijn bij kinderdagpaleis Eigenwijs beschikken over een geldige VOG, namelijk de VOG van de houder, een beroepskracht en administratieve kracht zijn niet gescreend op de juiste functieaspecten. Overleg en overreding Tijdens het inspectiebezoek heeft er overleg plaatsgevonden met de houder m.b.t. deze tekortkoming. Afgesproken is dat de houder tot 12-06-2014 de tijd krijgt om dit te herstellen. De toezichthouder heeft alleen de nieuwe VOG van de beroepskracht ontvangen. Zodoende blijft dit item als onvoldoende beoordeeld. Op basis hiervan is geconstateerd dat aan de volgende voorwaarde(n) niet is voldaan: De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die niet ouder is dan twee jaar. (art 1.50 lid 3 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

Passende beroepskwalificatie Uit de inspectie is gebleken dat alle beroepskrachten beschikken over een passende beroepskwalificatie. Beroepskracht-kindratio Kinderdagpaleis Eigenwijs heeft drie stamgroepen namelijk de babygroep, dreumes/peutergroep en peutergroep. Op de dag van de inspectie waren er 24 kinderen in de leeftijd van 0-4 jaar aanwezig: groep babygroep

aantal kinderen 6

dreumes/peutergroep

11

peutergroep

7

leeftijd 0-2 jaar 2-4 jaar 3-4 jaar

beroepskrachten nodig 2

beroepskrachten aanwezig 2

2

2

1

1

Opvang in groepen De   

opvang vindt plaats in drie stamgroepen namelijk: babygroep (0-2 jaar) voor maximaal 9 kinderen dreumesgroep (1-4 jaar) voor maximaal 13 kinderen peutergroep (2-4 jaar) voor maximaal 7 kinderen

Houder zorgt voor schriftelijke toestemming van de ouders als een kind in een andere dan de eigen stamgroep wordt opgevangen. Hierbij wordt aangegeven over welke periode de overeenkomst geldt.


Gebruikte bronnen:  Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (mevrouw Houben)  Interview anderen (Beroepskrachten)  Verklaringen omtrent het gedrag  Diploma's beroepskrachten  Presentielijsten  Personeelsrooster


Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid Kinderdagpaleis Eigenwijs maakt gebruikt van een zelf ontwikkeld model risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid dat voldoet aan de gestelde voorwaarden. Risico's worden ondervangen in werkafspraken, huisregels en protocollen. De meest recente risico-inventarisatie is uitgevoerd op 05-08-2013. Het aandachtspunt van de vorige inspectie is goed opgepakt. In iedere, voor kinderen toegankelijke ruimte, worden de risico's vastgelegd op een apart formulier. De ongevallenregistratieformulieren zijn op locatie aanwezig en er vindt registratie van ongevallen plaats. Meldcode kindermishandeling De houder hanteert niet de meest recente versie (juli 2013) van de meldcode van de Brancheorganisatie Kinderopvang. Overleg en overreding Tijdens het inspectiebezoek heeft er overleg plaatsgevonden met de houder m.b.t. deze tekortkoming. Afgesproken is dat de houder anderhalve week de tijd krijgt om dit te herstellen. De houder heeft hier gebruik van gemaakt en de meest recente versie van de meldcode van de Brancheorganisatie Kinderopvang aangeleverd. Zodoende wordt dit item nu als voldoende beoordeeld. Tijdens de inspectie blijkt dat de beroepskrachten niet op de hoogte zijn van de actuele meldcode. Op basis hiervan is geconstateerd dat aan de volgende voorwaarde(n) niet is voldaan: De houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode. (art 1.51a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

Vierogenprincipe De houder zorgt ervoor dat alle beroepskrachten en beroepskrachten in opleiding hun werkzaamheden uitsluitend kunnen verrichten terwijl ze gezien of gehoord kunnen worden door een andere volwassene, namelijk: Er wordt gewerkt met stagiaires. Het openen en sluiten van kinderdagpaleis Eigenwijs gebeurt altijd met twee beroepskrachten in de babygroep. In de groepen zijn ramen aanwezig die uitkijken op de verzorgingsruimte. In de slaapkamer staat altijd een babyfoon aan als er kinderen in bed liggen. Beroepskrachten lopen regelmatig elkaars groepsruimtes binnen.


Gebruikte bronnen:  Vragenlijst oudercommissie  Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (mevrouw Houben)  Interview anderen (Beroepskrachten)  Risico-inventarisatie veiligheid (d.d. 05-08-2013)  Risico-inventarisatie gezondheid (d.d. 05-08-2013)  Actieplan veiligheid  Actieplan gezondheid  Ongevallenregistratie  Veiligheidsverslag  Gezondheidsverslag  Huisregels/groepsregels  Meldcode kindermishandeling (versie juli 2013)  Pedagogisch beleidsplan


Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. (art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die niet ouder is dan twee jaar. (art 1.50 lid 3 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is bij aanvang van de werkzaamheden niet ouder dan twee maanden. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1, 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)


Beroepskracht-kindratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 4 aanwezige kinderen tot 1 jaar; - 1 beroepskracht per 5 aanwezige kinderen van 1 tot 2 jaar; - 1 beroepskracht per 6 aanwezige kinderen van 2 tot 3 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 3 tot 4 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 7 en 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 10 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

Opvang in groepen De opvang vindt plaats in stamgroepen. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

De stamgroep bestaat uit maximaal 12 kinderen tot 1 jaar. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

OF De stamgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen van 0 tot 4 jaar waarvan maximaal 8 kinderen tot 1 jaar. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid van maximaal een jaar oud. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)

De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid betreffende de actuele situatie. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)

De houder beschrijft de veiligheidsrisico’s op de thema’s: verbranding, vergiftiging, verdrinking, valongevallen, verwondingen, beknelling, botsen, stoten, steken en snijden. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub a en lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de veiligheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de veiligheidsrisico’s en de maatregelen. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

De registratie van ongevallen bevat per ongeval de aard en plaats van het ongeval, het jaar waarin het ongeval zich heeft voorgedaan en een overzicht van getroffen maatregelen. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 3 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie veiligheid. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)


De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid van maximaal een jaar oud. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)

De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid betreffende de actuele situatie. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)

De houder beschrijft de gezondheidsrisico’s op de thema’s: ziektekiemen, binnenmilieu, buitenmilieu en medisch handelen. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub a en lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de gezondheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de gezondheidsrisico’s en de maatregelen. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie gezondheid. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

Meldcode kindermishandeling De houder heeft een meldcode kindermishandeling vastgesteld welke voldoet aan de beschreven eisen. (art 1.51a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2a Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

De houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode. (art 1.51a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

Vierogenprincipe De houder organiseert de opvang op zodanige wijze, dat de beroepskracht of de beroepskracht in opleiding de werkzaamheden uitsluitend kan verrichten terwijl hij gezien of gehoord kan worden door een andere volwassene. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)


Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening Aantal kindplaatsen Gesubsidieerde voorschoolse educatie

: Kinderdagpaleis Eigenwijs : 29 : Nee

Gegevens houder Naam houder KvK nummer

: Bianca Josephina Maria Hermans-Houben : 14083000

Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD Adres Postcode en plaats Telefoonnummer Onderzoek uitgevoerd door

: : : : :

Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente Adres Postcode en plaats

: SITTARD-GELEEN : Postbus 18 : 6130AA SITTARD

Planning Datum inspectie Opstellen concept inspectierapport Zienswijze houder Vaststelling inspectierapport Verzenden inspectierapport naar houder en oudercommissie Verzenden inspectierapport naar gemeente Openbaar maken inspectierapport

: : : : :

GGD Zuid Limburg Postbus 2022 6160HA GELEEN 046-8506666 K. Klinkers

02-06-2014 17-06-2014 30-06-2014 30-06-2014 30-06-2014

: 30-06-2014 : 07-07-2014


Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. Reactie: Het was een prettige inspectie en inzake de tevredenheid over de kwaliteit van de visie ben ik positief gestemd. Het feit dat Mevr. Klinkers de werkwijze, zoals beschreven in het pedagogisch beleidsplan, terug zag in de handelingen tussen de pedagogisch medewerksters en kinderen stemt mij zeer tevreden! Mijn reactie op de ongeldige VOG’s:  Deze VOG’s waren in het verleden wel geldig en door een nieuwe manier van aanvragen (sinds oktober 2013) zijn er 2 VOG’s (van mij als houder en een administratief medewerkster) op 1 verplicht punt niet gecontroleerd.  De VOG’s zijn inmiddels opnieuw aangevraagd en ontvangen, dus veiligheid rondom de VOG’s is gedekt! Mijn reactie op de onvoldoende met betrekking tot de Meldcode:  Het lijkt door de algemene omschrijving alsof de pedagogisch medewerksters (pm) niet op de hoogte zijn van de Meldcode, dat ze niet weten hoe ze moeten handelen als er sprake is van kindermishandeling. Zo zwart wit wil ik het niet stellen, want de pedagogisch medewerksters zijn op de hoogte van het belang van deze Meldcode en we bespreken dit dan ook tijdens teamvergaderingen. 1 pm heeft zelfs een training gehad over signaleren van kindermishandeling. Het antwoord van de pm op een specifieke vraag over de Meldcode werd onvoldoende beantwoord, maar deze vraag omvatte niet de gehele Meldcode. Verder geen opmerkingen. Met vriendelijke groet, Bianca Hermans-Houben Eigenaresse van Kinderdagpaleis Eigenwijs


Inspectierapport Kinderdagpaleis Eigenwijs (KDV) Havikstraat 5A ED SITTARD Registratienummer

Recommend Documents