Inspectierapport Gastouderbureau Hayat Ede (GOB) Doornlaan 12B 6717BR EDE GLD Registratienummer

Inspectierapport Gastouderbureau Hayat Ede (GOB) Doornlaan 12B 6717BR EDE GLD Registratienummer 133721085

Toezichthouder: In opdracht van gemeente: Datum inspectie: Type onderzoek: Status: Datum vaststelling inspectierapport:

Veiligheids- en Gezondheidsregio Gelderland Midden Ede 13-04-2015 Jaarlijks onderzoek Definitief 08-06-2015

Inhoudsopgave Het onderzoek .................................................................................................................... 3 Observaties en bevindingen .................................................................................................. 5 Gastouderbureau in de zin van de Wet kinderopvang ........................................................... 5 Pedagogisch beleid .......................................................................................................... 6 Personeel ....................................................................................................................... 7 Veiligheid en gezondheid .................................................................................................. 8 Ouderrecht .................................................................................................................... 10 Kwaliteit gastouderbureau ............................................................................................... 11 Inspectie-items .................................................................................................................. 13 Gegevens voorziening ......................................................................................................... 18 Gegevens toezicht .............................................................................................................. 18 Bijlage: Zienswijze houder gastouderbureau .......................................................................... 19

2 van 19 Definitief inspectierapport gastouderbureau jaarlijks onderzoek 13-04-2015

Gastouderbureau Hayat Ede te EDE GLD

Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een aangekondigd jaarlijks onderzoek. Tijdens dit onderzoek op 13 april en 4 mei 2015 bij Gastouderbureau Hayat zijn alle voorwaarden die op dit gastouderbureau van toepassing zijn beoordeeld. Dit onderzoek dient tevens als nader onderzoek om te bepalen of de overtredingen, geconstateerd in het onderzoek van dec. 2014, binnen de gegeven hersteltermijn van 4 weken zijn hersteld. Beschouwing Algemeen: Gastouderbureau Hayat biedt bemiddeling en koppeling aan zo'n 30 geregistreerde gastouders. Naast de houder van Hayat, is er 1 bemiddelingsmedewerker in dienst. De gastouders die bij Hayat staan ingeschreven bevinden zich voornamelijk in het midden van Nederland. Inspectiegeschiedenis; 2010: Gastouderbureau Hayat heeft een achterstand mbt. de huisbezoeken en de risicoinventarisaties. 2012: Gastouderbureau Hayat heeft het klachtenjaarverslag niet voor 1 juni verstuurd aan de GGD 2013: Gastouderbureau Hayat heeft de volgende tekortkomingen: • Het laatste rapport is niet op de website geplaatst • Juiste versie meldcode kindermishandeling en pedagogisch beleidsplan zijn niet op de website geplaatst • Klachtenjaarverslag is niet juist opgesteld en toegestuurd voor 1 juni van dat jaar. April 2014: Gastouderbureau Hayat heeft de volgende tekortkomingen: Veiligheid en gezondheid: • De houder draagt onvoldoende zorg voor een inventarisatie van veiligheid en gezondheidsrisico's door een bemiddelingsmedewerker van het bureau voor aanvang van de opvang en daarna jaarlijks voor elke woning waar opvang plaatsvindt. Kwaliteit gastouderbureau: • De houder draagt er onvoldoende zorg voor dat ieder opvangadres minstens twee maal per jaar wordt bezocht, waarbij het jaarlijkse voortgangsgesprek met de gastouder een onderdeel is van deze bezoeken. • De houder evalueert niet jaarlijks mondeling de gastouderopvang met de vraagouder en legt deze niet schriftelijk vast. Ouderrecht: • Het inspectierapport wordt niet zo spoedig mogelijk op de website geplaatst. Onterecht geregistreerde gastouders: • De houder draagt er onvoldoende zorg voor dat gastouders die niet meer werkzaam zijn voor het GOB ook worden uitgeschreven uit het LRKP. Op 6 augustus 2014 is er een aanwijzing gestuurd door de gemeente Ede. Conform het gemeentelijk handhavingsbeleid is er een hersteltermijn van 4 weken na dagtekening (voor veiligheid en gezondheid en onterecht geregistreerde gastouders) en 4 maanden na dagtekening (voor kwaliteit en ouderrecht) 2 december 2014: de houder heeft onvoldoende maatregelen heeft getroffen om recidive van eerder geconstateerde tekortkomingen in haar vestiging te voorkomen. De volgende tekortkomingen werden geconstateerd: • De houder, bemiddelingsmedewerker beschikken niet over een verklaring omtrent gedrag. Uit de steekproef werd duidelijk dat ook een gastouder en huisgenoot niet beschikken over een verklaring omtrent gedrag die voldoet aan de wettelijke eisen. Nieuwe overtreding. De gemeente Ede verstuurde op 25 feb. 2015 op dit item een voornemen tot last onder dwangsom met een hersteltermijn van 4 weken. • De houder draagt onvoldoende zorg voor een inventarisatie van veiligheid en gezondheidsrisico's door een bemiddelingsmedewerker van het bureau voor aanvang van de opvang en daarna jaarlijks voor elke woning waar opvang plaatsvindt. Niet hersteld na hersteltermijn. De gemeente Ede verstuurde op 25 feb. 2015 op dit item een voornemen tot last onder dwangsom met een hersteltermijn van 4 maanden. 3 van 19 Definitief inspectierapport gastouderbureau jaarlijks onderzoek 13-04-2015


•

Intake- en koppelingsgesprekken worden niet schriftelijk vastgelegd en bewaard. Nog niet hersteld binnen hersteltermijn. • De houder draagt er onvoldoende zorg voor dat ieder opvangadres minstens twee maal per jaar wordt bezocht, waarbij het jaarlijkse voortgangsgesprek met de gastouder een onderdeel is van deze bezoeken. De houder evalueert niet jaarlijks mondeling de gastouderopvang met de vraagouder en legt deze niet schriftelijk vast. Nog niet hersteld binnen hersteltermijn. De gemeente Ede verstuurde op 25 feb. 2015 op dit item een voornemen tot last onder dwangsom met een hersteltermijn die afloopt op 31 dec. 2015 • Er kan geen overzicht getoond worden hoe deze werkzaamheden worden ingedeeld. nieuwe overtreding. • Het inspectierapport, d.d. 30 december 2013 staat op de website. Het laatste rapport, d.d. 0304-2014 ontbreekt. Niet hersteld na hersteltermijn. De gemeente Ede verstuurde op 25 feb. 2015 op dit item een voornemen tot last onder dwangsom met een hersteltermijn van 4 weken. De houder kan aantonen dat zij wijzigingen en uitschrijvingen van de gastouders bij de betreffende gemeentes heeft ingediend. Overleg en overreding bij deze inspectie: - binnen de termijn van overleg en overreding heeft de houder een VOG Rechtspersoon aangevraagd en getoond aan de toezichthouder. De geconstateerde tekortkomingen bij de inspectie waarvan dit rapport een weergave is zijn vermeldt bij het advies aan de gemeente. Advies aan College van B&W De toezichthouder adviseert het college om te handhaven conform handhavingsbeleid. De houder draagt er zorg voor dat de risico-inventarisatie de veiligheidsrisico’s die de opvang van de kinderen met zich meebrengt, beschrijft op de thema’s: verbranding, vergiftiging, verdrinking, valongevallen, verwondingen, beknelling, botsen, stoten, steken en snijden. (art 1.56 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 7 lid 2, 3 en 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11 lid 3 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt er zorg voor dat de risico-inventarisatie de gezondheidsrisico’s die de opvang van de kinderen met zich meebrengt, bijschrijft op de thema’s: ziektekiemen, binnenmilieu, buitenmilieu en medisch handelen. (art 1.56 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 7 lid 2, 3 en 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11 lid 3 sub b Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt er zorg voor dat ieder opvangadres minstens twee maal per jaar wordt bezocht, waarbij het jaarlijkse voortgangsgesprek met de gastouder een onderdeel is van één van deze bezoeken. (art 1.56 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 9 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11a lid 1 sub d en f Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De administratie van het gastouderbureau bevat een jaaroverzicht per voorziening voor gastouderopvang. (art 1.56 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 11 lid 3 sub f Regeling Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) De administratie van het gastouderbureau bevat een jaaroverzicht per vraagouder. (art 1.56 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 11 lid 3 sub g Regeling Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) In het landelijk register kinderopvang staan op de dag van inspectie 30 gastouders geregistreerd. Vijf gastouders zijn reeds gestopt met het bieden van opvang. GOB Hayat zal deze gastouders alsnog uitschrijven. Per 1 mei 2015 zullen nog 2 gastouders stoppen met het verzorgen van opvang als gastouder.



Observaties en bevindingen Gastouderbureau in de zin van de Wet kinderopvang

Gastouderbureau in de zin van de wet Gastouderbureau Hayat bemiddelt en begeleidt gastouderopvang en draagt zorg voor de betaling aan gastouders. Gebruikte bronnen: • Interview houder gastouderbureau (Mw. N. Görgülü) • 'Voornemen tot last onder dwangsom' door de gemeente Ede op 25 feb. 2015 verstuurd aan de houder van GOB Hayat.



Pedagogisch beleid Bij een inspectie wordt beoordeeld op welke wijze het pedagogisch beleidsplan onder de aandacht van de gastouders wordt gebracht. Daarnaast wordt getoetst of de volgende vier competenties praktisch en observeerbaar omschreven staan: • emotionele veiligheid • persoonlijke competentie • sociale competentie • overdracht van normen en waarden

Pedagogisch beleidsplan Het pedagogisch beleidsplan omvat alle items die conform de eisen van de wet dienen te zijn beschreven. In het pedagogisch beleidsplan heeft de houder in algemene termen de pedagogische visie van het gastouderbureau beschreven.

Pedagogische praktijk De houder en/of de bemiddelingsmedewerker bespreken bij de huisbezoeken onderdelen van het pedagogisch beleid, passend bij de situatie bij de betreffende gastouder. Gebruikte bronnen: • Vragenlijst houder gastouderbureau (ingevuld door mw. N. Görgülü) • Interview houder gastouderbureau (Mw. N. Görgülü) • Interview anderen (bemiddelingsmedewerker mw. F. Yazici) • Pedagogisch beleidsplan (versie 2015)



Personeel Bij deze inspectie wordt getoetst of de houder en/of medewerkers die bij het gastouderbureau werkzaam zijn een verklaring omtrent het gedrag hebben overlegd. In 2015 wordt getoetst of de VOG's zijn opgenomen in continue screening. Tevens wordt getoetst of de bemiddelingsmedewerkers over een relevant diploma en/of werkervaring beschikken. In de gastouderopvang hebben bemiddelingsmedewerkers pedagogische bagage nodig om gastouders te kunnen begeleiden in hun werk. In de wet kinderopvang zijn geen eisen ten aanzien van de beroepskwalificatie vastgelegd voor bemiddelingsmedewerker vastgelegd. Vanaf 1 januari 2012 is een kwalificatie-eis in de CAO vastgelegd van minimaal mbo 3 diploma met een pedagogische component. Onderdeel hiervan is een bewijs dat een branche-erkende 'bijscholing pedagogische component' is afgerond.

Verklaring omtrent het gedrag Zowel de houder als de bemiddelingsmedewerker beschikken over een bewijs dat een brancheerkende 'bijscholing pedagogische component' is afgerond. De bemiddelingsmedewerker heeft een juiste en geldige VOG getoond die is afgegeven op 10 dec. 2014. Bij de inspectie in dec. 2014 is geconstateerd dat de houder geen juiste Verklaring omtrent het gedrag kon tonen. De houder dient een VOG Rechtspersoon aan te vragen. Deze overtreding moest zijn opgeheven op 25 maart jl. Tijdens de inspectie waarvan dit rapport een weergave is, had de houder het aanvraagformulier VOG RP klaar liggen maar had deze nog niet ingevuld en aangevraagd. Met haar is afgesproken dat op 15 april 2015 deze VOG RP alsnog aangevraagd wordt. Per mail heeft ze laten weten dat de aanvraag is ingediend/verstuurd op 15 april 2015. Op 4 mei 2015 heeft de houder een VOG RP getoond die is afgegeven op 29 april 2015. De houder voldoet hiermee aan de gestelde eisen.

Personeelsformatie per gastouder De houder heeft ten tijde van de inspectie 30 bemiddelde gastouders in het LRKP staan. Voor deze gastouders zijn per jaar minimaal 480 uren bemiddeling en begeleiding nodig. De houder en de bemiddelingsmedewerker werken samen ruim voldoende uren om aan deze eis te kunnen voldoen. Gebruikte bronnen: • Vragenlijst houder gastouderbureau (ingevuld door mw. N. Görgülü) • Interview houder gastouderbureau (Mw. N. Görgülü) Verklaringen omtrent het gedrag (Van mw. F. Yazici en mw. N. Görgülü, alle gastouders en alle • volwassen huisgenoten) • Certificaten branche-erkende bijscholing pedagogisch component bemiddelingsmedewerker gastouderopvang van mw. Yazici en mw. Görgülü



Veiligheid en gezondheid Tijdens een inspectie wordt getoetst of het beleid rondom veiligheid en gezondheid en de meldcode kindermishandeling voldoende gewaarborgd zijn in de praktijk.

Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De houder maakt voor het uitvoeren van de risico-inventarisatie gebruik van een format. Sinds ca. een half jaar worden bijna alle risico's gekenmerkt als 'uitgesloten' terwijl het risico wel aanwezig is. Bv.: in het huis van de gastouder is een trap aanwezig die door de kinderen wordt gebruikt. Alle risico's die in het format zijn omschreven zijn beoordeeld als 'uitgesloten'. In werkelijkheid zijn de risico's verkleind doordat er afspraken zijn gemaakt over het gebruik van de trap en/of er is een traphekje geplaatst. De medewerkers van GOB Hayat geven hierop de volgende reactie: " bij inspecties van gastouders in een andere GGD-regio werd Hayat gevraagd waarom jaar in jaar uit de risico's als 'klein' werden beoordeeld. De gastouder werkt al jaren met dezelfde kinderen, en weet waar de risico's in haar huis zich bevinden, waardoor de risico's inmiddels als 'uitgesloten' kunnen worden beoordeeld". In een gesprek tussen toezichthouder en medewerkers is besproken dat elk risico dat aanwezig is niet als 'uitgesloten' kan worden beoordeeld. Het is er, en door maatregelen en/of afspraken is dit risico alleen verkleind. De medewerkers van GOB Hayat zijn bezig met de implementatie van de risicoinventarisatie Veiligheid en Gezondheid die voor gastouders is ontwikkeld door de MO-groep. Deze risico-inventarisatie is voor alle partijen prettiger in gebruik. Binnen enkele maanden zal Hayat dit model gaan gebruiken waarmee uitsluiten van risico's niet meer mogelijk is.

Uit bovenstaande constatering(en) / bevinding(en) blijkt dat aan de volgende voorwaarde(n) niet is voldaan.

De houder draagt er zorg voor dat de risico-inventarisatie de veiligheidsrisico’s die de opvang van de kinderen met zich meebrengt, beschrijft op de thema’s: verbranding, vergiftiging, verdrinking, valongevallen, verwondingen, beknelling, botsen, stoten, steken en snijden. (art 1.56 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 7 lid 2, 3 en 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11 lid 3 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

De houder draagt er zorg voor dat de risico-inventarisatie de gezondheidsrisico’s die de opvang van de kinderen met zich meebrengt, bijschrijft op de thema’s: ziektekiemen, binnenmilieu, buitenmilieu en medisch handelen. (art 1.56 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 7 lid 2, 3 en 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11 lid 3 sub b Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

Meldcode kindermishandeling Gastouderbureau Hayat gebruikt de meldcode voor de kinderopvang, versie juli 2013, die is gebaseerd op de basis meldcode Huiselijk geweld en kindermishandeling van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. (ontwikkeld in opdracht van Brancheorganisatie Kinderopvang).



De gastouders hebben een verkorte versie met stappenplan op papier uitgereikt gekregen, daarnaast staat op de website van gastouderbureau Hayat de volledige versie onder het kopje 'downloads'. In maart 2014 hebben alle gastouders, op 1 na, een dagdeel scholing gevolgd over de inhoud en het gebruik van deze meldcode. De toezichthouder heeft van deze scholing de presentielijst gezien waarop de deelnemers zelf hun aanwezigheid noteerden, voorzien van een handtekening. Aandachtspunt: Een gastouder kreeg op 27 nov. 2014 een nader onderzoek op de risico-inventarisatie en de meldcode. De meldcode was nog niet in haar bezit ondanks het feit dat GOB Hayat weet dat deze gastouder geen beschikking heeft over internet. Naar aanleiding hiervan ontving deze gastouder een voornemen tot last onder dwangsom van de gemeente Deventer. Omdat het om één van de 30 aangesloten gastouders gaat kan dit worden gezien als een incident waardoor geen advies tot handhaving zal worden gegeven op het item: "De houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode bij alle bij zijn gastouderbureau aangesloten gastouders." Gebruikte bronnen: • Vragenlijst houder gastouderbureau (ingevuld door mw. N. Görgülü) • Interview houder gastouderbureau (Mw. N. Görgülü) • Interview anderen (bemiddelingsmedewerker mw. F. Yazici) Risico-inventarisatie veiligheid (van gastouder: Ajattar, Argün, Bekar, Delice, Gemici, Kose, • Kucuk, Riggio, Sahin, Yalcin en Yavas.) Risico-inventarisatie gezondheid (van gastouder: Ajattar, Argün, Bekar, Delice, Gemici, Kose, • Kucuk, Riggio, Sahin, Yalcin en Yavas.) • Meldcode kindermishandeling (versie juli 2013) • Rapport nader onderzoek Mw. Sahin-Unal op 27 nov. 2014



Ouderrecht Bij een inspectie worden de normen getoetst die in de Wet kinderopvang gelden voor de informatieverstrekking aan vraagouders, het instellen van een oudercommissie, het reglement, de samenstelling en werkwijze van de oudercommissie en het adviesrecht van de oudercommissie. Informatie In de schriftelijke overeenkomst met de vraagouder is duidelijk welk deel van het bedrag naar het GOB gaat en welk deel naar de gastouder. De houder informeert de vraagouders over het te voeren beleid via een informatiepakket dat via de website te downloaden is. De telefonische bereikbaarheid van GOB Hayat is vermeldt op de website. De houder plaatst in ieder geval het laatste inspectierapport op haar website. Aandachtspunt: bij het publiceren van meerdere rapporten is het vermelden van maand en jaar van inspectie bij het betreffende rapport aan te raden. Het laatste rapport is per abuis niet verzonden aan de houder waardoor deze pas in een later stadium is gepubliceerd op de website. Bij de inspectie in dec. 2014 is geconstateerd dat de houder het laatste inspectierapport niet op haar website had geplaatst. Inmiddels heeft de houder dit rapport gepubliceerd. De houder voldoet hiermee aan de gestelde eisen. Oudercommissie De houder tracht steeds een oudercommissie te hebben. Sinds een week is er een twee-kopppige oudercommissie die nog niet met de houder vergadert heeft. Om die reden is de oudercommissie dan ook niet bevraagd over de samenwerking met de houder. Klachten De houder is voor de gast- en vraagouders aangesloten bij de Klachtencommissie Kinderopvang. Voor de oudercommissie is er een aansluiting bij de Klachtenkamer. Het openbaar klachtenjaarverslag over 2014 is door de toezichthouder ontvangen en voldoet aan de eisen die de wet Kinderopvang daaraan stelt. De klachtenregeling is voor gastouders en vraagouders te vinden onder andere in het pedagogisch beleidsplan. In 2014 zijn er diverse signalen binnengekomen bij de VGGM van gastouders en toezichthouders kinderopvang. Het betreft o.a. de bereikbaarheid van het gastouderbureau (vooral in vakantieperiodes) en het onvoldoende aanwezig zijn van documenten ( o.a. risico-inventarisaties en urenregistratie) bij gastouders op de opvanglocaties. Gebruikte bronnen: • Vragenlijst houder gastouderbureau (ingevuld door mw. N. Görgülü) • Interview houder gastouderbureau (Mw. N. Görgülü) • Interview anderen (bemiddelingsmedewerker mw. F. Yazici) Informatiemateriaal voor ouders (informatiepakket voor gastouders en ouders, te downloaden • op de website van Hayat) • Website (www.gob-hayat.nl) • Klachtenregeling • Jaarverslag Wet klachtrecht cliënten zorgsector (klachtenjaarverslag over 2013) • Klachtenregeling oudercommissie • Jaarverslag klachtenregeling oudercommissie (klachtenjaarverslag over 2013) • registratie signalen bij de VGGM 10 van 19 Definitief inspectierapport gastouderbureau jaarlijks onderzoek 13-04-2015


Kwaliteit gastouderbureau Onder de Wet kinderopvang gelden normen voor de kwaliteit van het gastouderbureau, de wijze waarop zij de gastouders begeleidt en de kwaliteit van de opvang bewaakt. Ook gelden er normen voor een adequate en inzichtelijke administratie. Kwaliteitscriteria De houder bepaald aan de hand van de gezinsgrootte, de woonsituatie, de leeftijd van de kinderen en de leeftijd van de gastouder hoeveel kinderen er max. opgevangen mogen worden op de betreffende locatie. De houder communiceert zowel schriftelijk als mondeling dat de Wet Kinderopvang vereist dat de voertaal tijdens de opvang de Nederlandse taal dient te zijn. In de praktijk kwamen toezichthouders tegen dat er (deels) een andere taal dan de nederlandse wordt gesproken omdat met name de vraagouders het zeer wenselijk vinden dat de gastouders, veelal grootouders van de op te vangen kinderen, hun moedertaal spreken met- en leren aan de kinderen. Na de inspectie in dec. 2014 zijn er bij de bezochte gastouders geen overtredingen meer aangetroffen op het gebruik van de Nederlandse taal als voertaal tijdens de opvang. Voor de start van de opvang wordt zowel met de gastouder als de vraagouder een intakegesprek gevoerd. Daarna vindt een koppelingsgesprek plaats, veelal tegelijkertijd met het inventariseren van de risico's omtrent Veiligheid en gezondheid. De bezoeksverslagen van huisbezoeken die zijn gedaan nadat de opvang is gestart, zijn standaard brieven die bij elk bezoek aan elke gastouder exact dezelfde inhoud hebben. Een bezoekdatum is in deze verslagen niet vermeldt. Het verslag is wel ondertekend door de gastouder en de medewerker van het GOB. De toezichthouder adviseert de houder om de bezoeksverslagen toe te spitsen op de situatie en het gesprek met de gastouder, waarbij de volgende zaken worden beschreven: • Datum en doel van het bezoek • Leeftijd van de op te vangen kinderen • Bijzonderheden m.b.t. deze kinderen • Waarover is met de gastouder gesproken; risico-inventarisatie, ped. beleid, meldcode kindermishandeling, voertaal, communicatie met vraagouder en/of GOB, • Welke afspraken zijn er gemaakt • Indien de vraagouder ook aanwezig is kan in het bezoekverslag ook de evaluatie van de opvang worden opgenomen. • Naam en handtekening van de aanwezigen bij het betreffende gesprek Uit bovenstaande constatering(en) / bevinding(en) blijkt dat aan de volgende voorwaarde(n) niet is voldaan.

De houder draagt er zorg voor dat ieder opvangadres minstens twee maal per jaar wordt bezocht, waarbij het jaarlijkse voortgangsgesprek met de gastouder een onderdeel is van één van deze bezoeken. (art 1.56 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 9 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11a lid 1 sub d en f Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)



Administratie gastouderbureau Bij de vorige inspectie werd niet voldaan aan de voorwaarde waarin wordt gesteld dat GOB Hayat met elke vraagouder een overeenkomst gesloten dient te hebben, voorzien van handtekening van vraag- en gastouder. De toezichthouder heeft bij deze inspectie van alle bemiddelde vraagouders ondertekende overeenkomsten gezien waarin de burokosten per uur staan beschreven, en het uurtarief dat is overeengekomen (art. 7). Het format voor nieuw af te sluiten overeenkomsten is daarnaast nog aangevuld met artikel 15, Naleving geldende wet en regelgeving. Dit artikel luidt alsvolgt (citaat): " De gastouder en ouder verklaren dat zij op de hoogte te zijn en zich te houden aan de wet en regelgeving rondom het Gastouderopvang. Voorts verklarend de gastouder en de ouder dat ze op de hoogte zijn dat Nederlands de verplichte voertaal is tijdens de gastouderopvang. Tot slot verplichten de gastouder en de ouder zich de wijzingen in het wet en regelgeving te volgen en binnen de daarvoor geldende termijnen eigen te maken. " De houder verstrekt aan alle gastouders en vraagouders jaarlijks een jaaropgave. In de jaaropgave van zowel de gastouders ontbreekt: • De geboortedatum van de gastouder In de jaaropgave van de vraagouders ontbreken: • De geboortedatum van de vraagouder • het BSN van de vraagouder De toezichthouder heeft de houder voorzien van informatie waarmee de applicatiebeheerder van Rosa, het softwarepakket waarmee GOB Hayat werkt, de lay-out van de jaaropgaven kan aanpassen waardoor op de jaaropgave over 2015, die in feb. 2016 wordt verstrekt, alle benodigde gegevens staan. Bij de vorige inspectie, dec. 2014, werd niet voldaan aan de volgende eis: De administratie van het gastouderbureau bevat kopieën van de verklaringen omtrent gedrag van de gastouders en andere personen zoals huisgenoten van 18 jaar en ouder die op hetzelfde adres hun hoofdverblijf hebben, vrijwilligers en stagiair(e)s. Bij deze inspectie heeft de toezichthouder van alle aangesloten gastouders van GOB Hayat juiste en recente VOG's ingezien, evenals van alle volwassen huisgenoten. Uit bovenstaande constatering(en) / bevinding(en) blijkt dat aan de volgende voorwaarde(n) niet is voldaan.

De administratie van het gastouderbureau bevat een jaaroverzicht per voorziening voor gastouderopvang. (art 1.56 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 11 lid 3 sub f Regeling Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

De administratie van het gastouderbureau bevat een jaaroverzicht per vraagouder. (art 1.56 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 11 lid 3 sub g Regeling Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

Gebruikte bronnen: • Vragenlijst houder gastouderbureau (ingevuld door mw. N. Görgülü) • Interview houder gastouderbureau (Mw. N. Görgülü) • Interview anderen (bemiddelingsmedewerker mw. F. Yazici) • Dossiers van alle bemiddelde gastouders en vraagouders • Jaaropgave van gastouders en vraagouders



Inspectie-items Gastouderbureau in de zin van de Wet kinderopvang Gastouderbureau in de zin van de wet Het gastouderbureau is een organisatie die gastouderopvang tot stand brengt en begeleidt en door tussenkomst van wie de betaling van ouders aan gastouders geschiedt. (art 1.1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

Pedagogisch beleid Pedagogisch beleidsplan De houder heeft een pedagogisch beleidsplan waarin de voor dat gastouderbureau kenmerkende visie op de omgang met kinderen is beschreven. (art 1.56 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 11 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

In het pedagogisch beleidsplan staat in duidelijke en observeerbare termen het volgende beschreven: de wijze waarop de emotionele veiligheid van kinderen wordt gewaarborgd, de mogelijkheden voor kinderen tot de ontwikkeling van hun persoonlijke- en sociale competentie, en de wijze waarop de overdracht van normen en waarden aan kinderen plaatsvindt. (art 1.56 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 12a lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen het aantal kinderen dat door de gastouder wordt opgevangen en de leeftijden van die kinderen. (art 1.56 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 11 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 12a lid 1 sub b Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

Het pedagogisch plan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de eisen die gesteld worden aan de voorzieningen waar opvang plaatsvindt. (art 1.56 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 11 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 12a lid 1 sub c Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

Pedagogische praktijk De houder draagt er zorg voor dat alle bij zijn gastouderbureau aangesloten gastouders het pedagogisch beleid uitvoeren. (art 1.56 lid 1 en 1.56b lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

Personeel Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij een onderneming waarmee de houder het gastouderbureau exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven na 1 maart 2013. Indien een verklaring omtrent het gedrag is afgegeven vóór 1 maart 2013 dan is deze niet ouder dan twee jaar. (art 1.56 lid 3 en 1.50 lid 3 en 3.8g lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

Personeelsformatie per gastouder De houder van het gastouderbureau draagt er zorg voor dat er per aangesloten gastouder op jaarbasis tenminste 16 uur wordt besteed aan begeleiding en bemiddeling. (art 1.56 lid 7 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; artikel 11b lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)



Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De houder draagt er zorg voor dat samen met de gastouder op elk opvangadres in elke voor de op te vangen kinderen toegankelijke ruimte de veiligheidsrisico’s in een risico-inventarisatie vastgelegd worden. (art 1.56 lid 1 en 2 en 1.56b lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 7 lid 2 en 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11 lid 3 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

De houder draagt zorg voor een inventarisatie van de veiligheidsrisico’s door een bemiddelingsmedewerker van het bureau vóór aanvang van de opvang en daarna jaarlijks voor elke woning waar gastouderopvang plaatsvindt. (art 1.56 lid 1 en 2 en 1.56b lid 6 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 7 lid 2 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen, art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)

De houder draagt er zorg voor dat de risico-inventarisatie de veiligheidsrisico’s die de opvang van de kinderen met zich meebrengt, beschrijft op de thema’s: verbranding, vergiftiging, verdrinking, valongevallen, verwondingen, beknelling, botsen, stoten, steken en snijden. (art 1.56 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 7 lid 2, 3 en 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11 lid 3 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

De houder draagt er zorg voor dat samen met de gastouder op elk opvangadres in elke voor de op te vangen kinderen toegankelijke ruimte de gezondheidsrisico’s in een risico-inventarisatie vastgelegd worden. (art 1.56 lid 1 en 2 en 1.56b lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 7 lid 2 en 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11 lid 3 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

De houder draagt zorg voor een inventarisatie van de gezondheidsrisico’s door een bemiddelingsmedewerker van het bureau vóór aanvang van de opvang en daarna jaarlijks voor elke woning waar gastouderopvang plaatsvindt. (art 1.56 lid 1 en 2, 1.56b lid 6 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 7 lid 2 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen, art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)

De houder draagt er zorg voor dat de risico-inventarisatie de gezondheidsrisico’s die de opvang van de kinderen met zich meebrengt, bijschrijft op de thema’s: ziektekiemen, binnenmilieu, buitenmilieu en medisch handelen. (art 1.56 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 7 lid 2, 3 en 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11 lid 3 sub b Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

De houder draagt er zorg voor dat de risico-inventarisatie gezondheid inzichtelijk is voor de vraagouders. (art 1.56 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 7 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

Meldcode kindermishandeling De houder heeft een meldcode kindermishandeling vastgesteld welke voldoet aan de beschreven eisen. (art 1.51a lid 1 en 5 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 8 lid 1 en 2 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

De houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode bij het personeel. (art 1.51a lid 1 en 4 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

De houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode bij alle bij zijn gastouderbureau aangesloten gastouders. (art 1.51a lid 1 en 4 en art 1.56 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

Ouderrecht Informatie De houder laat in de schriftelijke overeenkomst met de vraagouder duidelijk zien welk deel van het betaalde bedrag naar het gastouderbureau gaat (uitvoeringskosten) en welk deel van het betaalde bedrag naar de gastouder gaat. (art 1.56 lid 4 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 11b Regeling Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)



De houder informeert de vraagouders over het te voeren beleid. (art 1.54a lid 1 en 1.56 lid 6 sub c Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 7 lid 6 en art 11 lid 2 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 12a lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

De houder draagt zorg voor een goede bereikbaarheid van het gastouderbureau voor de vraagouder en de gastouder en informeert de vraagouders en gastouders hierover. (art 1.56 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 11b lid 3 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

De houder informeert vraagouders, gastouders en personeel over het inspectierapport door het zo spoedig mogelijk na ontvangst op de eigen website te plaatsen. Indien geen website aanwezig is, legt de houder een afschrift van het inspectierapport op een voor vraagouders, gastouders en personeel toegankelijke plaats. (art 1.54a lid 2 en 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

Oudercommissie De houder heeft een reglement oudercommissie vastgesteld. (art 1.59 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

Het reglement omvat regels omtrent het aantal leden. (art 1.59 lid 2 sub a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

Het reglement omvat regels omtrent de wijze van kiezen van de leden. (art 1.59 lid 2 sub b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

Het reglement omvat regels omtrent de zittingsduur van de leden. (art 1.59 lid 2 sub c Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

Het reglement omvat geen regels omtrent werkwijze van de oudercommissie. (art 1.59 lid 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

De houder wijzigt het reglement na instemming van de oudercommissie. (art 1.59 lid 5 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

De houder heeft een oudercommissie ingesteld. (art 1.58 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

De houder en personen werkzaam bij het gastouderbureau zijn geen lid. (art 1.58 lid 2 en 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

De leden worden gekozen uit en door de vraagouders. (art 1.58 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

Klachten De houder treft een regeling voor de behandeling van klachten van vraagouders die voldoet aan de beschreven eisen. (art 2 lid 1 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)

De houder brengt de klachtenregeling voor vraagouders op passende wijze bij hen onder de aandacht. (art 2 lid 1 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)

Een houder ziet erop toe dat de klachtencommissie voor vraagouders werkt met een reglement. (art 2 lid 3 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)

De houder hanteert de termijn waarbinnen schriftelijk wordt gereageerd naar aanleiding van een oordeel van de klachtencommissie. (art 2 lid 5 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)

De houder leeft de geheimhoudingsplicht na. (art 4 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)

De houder draagt er zorg voor dat over elk kalenderjaar een openbaar klachtenverslag van vraagouders wordt opgesteld, waarin ten minste een aantal vaste onderdelen wordt aangegeven. (art 2 lid 7 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)

De houder zendt het klachtenverslag van vraagouders voor 1 juni van het daaropvolgende kalenderjaar aan de GGD. (art 2 lid 9 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)



De houder treft een regeling voor de behandeling van klachten van de oudercommissie over een door hem genomen besluit als bedoeld in artikel 1.60, eerste lid die voldoet aan de beschreven eisen. (art 1.60a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

De houder brengt de klachtenregeling oudercommissie op passende wijze bij hen onder de aandacht. (art 1.60a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

De houder zorgt voor naleving van de klachtenregeling oudercommissie. (art 1.60a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

De houder draagt er zorg voor dat over elk kalenderjaar een openbaar klachtenverslag oudercommissie wordt opgesteld, waarin ten minste een aantal vaste onderdelen wordt aangegeven. (art 1.60a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen en art 2 lid 7 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)

De houder zendt het klachtenverslag oudercommissie voor 1 juni van het daaropvolgende kalenderjaar aan de GGD. (art 1.60a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen en art 2 lid 9 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)

Kwaliteit gastouderbureau Kwaliteitscriteria De houder draagt er zorg voor dat per voorziening voor gastouderopvang beoordeeld wordt hoeveel kinderen en van welke leeftijd verantwoord opgevangen kunnen worden. (art 1.56 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 14 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11b lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

De houder draagt er zorg voor dat alle bij zijn gastouderbureau aangesloten gastouders tijdens de opvang de voorgeschreven voertaal spreken (art 1.56 lid 1, 1.56b lid 6 en 1.55 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

De houder draagt zorg voor een intakegesprek met de gastouder. (art 1.56 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 9 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11a lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

De houder draagt zorg voor een intakegesprek met de vraagouder. (art 1.56 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 9 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11a lid 1 sub b Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

De houder draagt zorg voor een koppelingsgesprek voor elke nieuwe koppeling tussen vraag- en gastouder in de woning waar de opvang plaats vindt. (art 1.56 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 9 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11a lid 1 sub c Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

De houder draagt er zorg voor dat ieder opvangadres minstens twee maal per jaar wordt bezocht, waarbij het jaarlijkse voortgangsgesprek met de gastouder een onderdeel is van één van deze bezoeken. (art 1.56 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 9 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11a lid 1 sub d en f Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

De houder evalueert jaarlijks mondeling de gastouderopvang met de vraagouders en legt deze schriftelijk vast. (art 1.56 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 9 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11a lid 1 sub e Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

Administratie gastouderbureau De administratie van het gastouderbureau bevat een schriftelijke overeenkomst per vraagouder. (art 1.56 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 11 lid 3 sub c Regeling Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)



De administratie van het gastouderbureau bevat kopieën van de verklaringen omtrent gedrag van de gastouders en andere personen zoals huisgenoten van 18 jaar en ouder die op hetzelfde adres hun hoofdverblijf hebben, vrijwilligers en stagiair(e)s. (art 1.56 en 1.56b lid 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 11 lid 3 sub b Regeling Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

In de administratie van het gastouderbureau is de betaling van de vraagouders aan het gastouderbureau inzichtelijk. (art 1.56 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 11 lid 3 sub d Regeling Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

In de administratie van het gastouderbureau is de betaling van het gastouderbureau aan de gastouder inzichtelijk. (art 1.56 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 11 lid 3 sub e Regeling Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

De administratie van het gastouderbureau bevat een door de gastouder en bemiddelingsmedewerker ondertekende versie van iedere risico-inventarisatie. (art 1.56 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 7 lid 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11 lid 3 en 2 sub c Regeling Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

De administratie van het gastouderbureau bevat één overzicht van de omvang en de samenstelling van de oudercommissie. (art 1.56 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 11 lid 2 sub d Regeling Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

De administratie van het gastouderbureau bevat één overzicht van alle bij dat gastouderbureau werkzame beroepskrachten. (art 1.56 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 11 lid 2 sub a Regeling Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

De administratie van het gastouderbureau bevat één overzicht van alle bij het gastouderbureau ingeschreven kinderen. (art 1.56 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 11 lid 2 sub f Regeling Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

De administratie van het gastouderbureau bevat één overzicht van alle bij dat gastouderbureau aangesloten gastouders. (art 1.56 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 11 lid 3 sub a Regeling Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

De administratie van het gastouderbureau bevat een jaaroverzicht per voorziening voor gastouderopvang. (art 1.56 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 11 lid 3 sub f Regeling Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

De administratie van het gastouderbureau bevat een jaaroverzicht per vraagouder. (art 1.56 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 11 lid 3 sub g Regeling Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

De administratie van het gastouderbureau is zodanig ingericht dat de gegevens tijdig kunnen worden verstrekt ter controle op de naleving van de wettelijke eisen die voor het gastouderbureau gelden. (art 1.56 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 11 lid 1 Regeling Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)



Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening Website Aantal kindplaatsen

: Gastouderbureau Hayat Ede : http://www.gob-hayat.nl :

Gegevens houder Naam houder Adres houder Postcode en plaats KvK nummer

: : : :

Zema B.V. Doornlaan 12B 6717BR EDE GLD 09166961

Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD Adres Postcode en plaats Telefoonnummer Onderzoek uitgevoerd door

: : : : :

Veiligheids- en Gezondheidsregio Gelderland Midden Postbus 5364 6802EJ ARNHEM 0800-8446000 Karen Stegeman Aanwezig bij een deel van het onderzoek op 13 april 2015: Mw. M. Bootsma, medewerker Kinderopvang, gem. Ede

Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente Adres Postcode en plaats

: Ede : Postbus 9022 : 6710HK EDE GLD

Gegevens toezicht

Planning Datum inspectie Opstellen concept inspectierapport Zienswijze houder Vaststelling inspectierapport Verzenden inspectierapport naar houder en oudercommissie Verzenden inspectierapport naar gemeente Openbaar maken inspectierapport

: : : : :

13-04-2015 21-05-2015 05-06-2015 08-06-2015 08-06-2015

: 08-06-2015 : 15-06-2015



Bijlage: Zienswijze houder gastouderbureau De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport.

Na ons gesprek van vorige week donderdag 28 mei 2015 wil ik hierbij mijn zienswijze schriftelijk aan u kenbaar maken. Hieronder wil ik graag per punt reageren op uw bevindingen: • Intake & koppelingsgesprekken: in onze eerdere gesprekken hebben wij altijd meegedeeld dat wij zelden gastouders en ouders aan elkaar koppelen. Veelal hebben gastouder en ouder elkaar al gevonden en melden zich samen bij ons. Aanmelding gebeurt meestal telefonisch of via de mail. Wij geven informatie en maken een afspraak om het een en ander toe te lichten. De toekomstige gastouder en ouder worden door ons op het opvangadres bezocht. Indien er een wederzijds goedkeuring is wordt er meteen een risico inventarisatie gezondheid en veiligheid afgenomen. Dit gesprek wordt in onze verslag weergegeven.Tijdens het laatste GGD bezoek kan ik mij niet herinneren dat dit onderwerp is besproken. • Bezoeken opvangadres twee maal per jaar: zoals telefonisch aan u doorgegeven dragen wij er zorg voor dat de bezoekverslagen niet alleen in ons elektronisch dossiers worden bewaard, maar dat wij deze ook nu ook printen en in het klantdossier bewaren. U hebt al onze dossiers op twee verschillenden momenten, te weten op maandag 13 april en op maandag 4 mei 2015 één voor één bekeken. Onze bezoekverslagen zitten in onze dossiers. U bent van harte welkom om nogmaals langs te komen om dit in te zien. • Wat betreft uw opmerking over voortgangsgesprekken met de vraagouders. Wij hebben met u besproken dat wij veelvuldig telefonisch contact hebben met onze vraagouders en dat wij de contactmomenten en besproken onderwerpen in onze elektronisch dossier bewaren. Dit heeft u ook ingezien. U hebt aan ons doorgegeven dat de notities in ROSA voldoende zijn. • Veiligheid en gezondheid; hier stelt u dat ons bureau onvoldoende zorg draagt voor invenatrisatie van veiligheid en gezondheid . Dit is onjuist. In al onze nieuwe lijsten kunt u zien dat wij conform afspraken die wij met elkaar gemaakt hebben handelen. Ook hebben wij gemeld dat wij in de toekomst zullen gaan werken met de inventarisatie lijst van de MO groep. U hebt aangegeven dat deze lijst ook uw voorkeur heeft. • In onze administratie hebt u de jaaropgaven die wij onze klanten hebben verstuurd gezien. Echter u hebt tijdens ons gesprek aangegeven dat de BSN nummer van de vraagouder bij de jaaroverzicht van de vraagouder ontbreekt. Bij de gastouder hebt u aangegeven dat de geboortedatum van de gastouder ontbreekt. Wij hebben contact gehad met Muldata, leverancier van onze systeem. Wij hebben nu nieuwe sjablonen waar we mee kunnen werken. Verder hebben wij over dit onderwerp geen afspraken met u gemaakt. Met vriendelijke groet, Necla Gorgulu



Inspectierapport Gastouderbureau Hayat Ede (GOB) Doornlaan 12B 6717BR EDE GLD Registratienummer

Recommend Documents