Inspectierapport Buitenschoolse opvang De Speeldoos (BSO) Jancko Douwamastraat 35 8602 BK Sneek Registratienummer 186512259
Toezichthouder: In opdracht van gemeente: Datum inspectie: Type onderzoek: Status: Datum vaststelling inspectierapport:
GGD Fryslân Súdwest-Fryslân 09-06-2015 Incidenteel onderzoek Definitief 24-08-2015
Inhoudsopgave Het onderzoek .................................................................................................................... 3 Observaties en bevindingen .................................................................................................. 4 Pedagogisch klimaat ........................................................................................................ 4 Personeel en groepen ....................................................................................................... 5 Veiligheid en gezondheid .................................................................................................. 6 Accommodatie en inrichting .............................................................................................. 8 Inspectie-items .................................................................................................................. 10 Gegevens voorziening ......................................................................................................... 13 Gegevens toezicht .............................................................................................................. 13 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum ............................................................................. 14
2 van 14 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang incidenteel onderzoek 09-06-2015 BSO De Speeldoos te Sneek
Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 4 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een aangekondigd incidenteel onderzoek. naar aanleiding van een verzoek tot een adreswijziging van buitenschoolse opvang De Speeldoos. Een verzoek tot een adreswijziging van een kindercentrum wordt aangemerkt als een aanvraag voor registratie als bedoeld in de artikelen 1.45, eerste of tweede lid, of 2.2, eerste lid, van de Wko. Omdat het betreffende kindercentrum of peuterspeelzaal op het moment van de wijziging feitelijk al bestaat wordt een incidenteel onderzoek uitgevoerd en geen onderzoek voor of na registratie. De werkzaamheden van de toezichthouder bestaan in dit onderzoek uit: • een bureauonderzoek van verkregen zakelijke gegevens en bescheiden betreffende het kindercentrum; • een bezoek aan de nieuwe vestiging. Daarnaast heeft de toezichthouder overleg gevoerd met de teamcoach van de vestiging. Beschouwing Algemeen Buitenschoolse opvang De Speeldoos is met spoed verhuisd naar een ruimte in De Johannes Postschool. In het oude pand aan de Jancko Doumastraat 33 is in de CV ruimte asbest geconstateerd. Timpaan Kinderopvang heeft besloten om hier onverwijld geen opvang meer aan te bieden. In het oude pand wordt nog een asbestinventarisatie uitgevoerd wat duidelijkheid moet geven naar de aanwezigheid van asbesthoudende materialen in de andere ruimten in het pand. Buitenschoolse opvang De Speeldoos maakt tot aan de zomervakantie gebruik van een groepsruimte op de 1e verdieping van de Johannes Postschool. Geen ideale situatie mede omdat er vanuit de groepsruimte geen zicht is op de buitenspeelruimte. Timpaan Kinderpopvang heeft om die reden besloten om tot aan de zomervakantie structureel met twee beroepskrachten op de groep te werken. Na de zomervakantie krijgt de buitenschoolse opvang de beschikking over twee ruimtes op de begane grond. Een groepsruimte en een speelruimte. De speelruimte wordt gedeeld met de peuterspeelzaal. Tijdens het onderzoek op de vestiging dient de groepsruimte nog geschikt gemaakt en ingericht te worden voor de buitenschoolse opvang. De houder heeft aangegeven aantoonbaar aandacht te zullen schenken aan de inrichting en de veiligheid- en gezondheidsrisico’s van de nieuwe opvang locatie en de ruimte(s). Buitenschoolse opvang De Speeldoos maakt voor de buitenspeelruimte eerst gebruik van het schoolplein van De Johannes Postschool. Na de zomervakantie wordt naast het schoolplein een eigen aangrenzende buitenspeelruimte in gebruik genomen. Buitenschoolse opvang De Speeldoos biedt opvang aan maximaal 20 kinderen in de leeftijd van 4 – 13 jaar. De buitenschoolse opvang biedt voorschoolse- en naschoolse opvang aan en is geopend op maandag, dinsdag en op donderdag van 7.30 – 8.30 en van 14.00 tot 18.30 uur. Op woensdag en vrijdag en in de schoolvakanties kunnen de kinderen opvangen worden op buitenschoolse opvang De Petteflet te Sneek. Advies aan College van B&W Geen handhaving. Daarnaast adviseert de toezichthouder het college om het verzoek tot registratie en/of wijziging van gegevens in het Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspeelzalen (LRKP) toe te wijzen. In het Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspelzalen staat maximaal 50 kindplaatsen geregistreerd. Op de nieuwe opvanglocatie vangt de buitenschoolse opvang maximaal 20 kinderen op. 3 van 14 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang incidenteel onderzoek 09-06-2015 BSO De Speeldoos te Sneek
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat In dit onderdeel van de inspectie worden de inspectiebevindingen over het domein ‘Pedagogisch klimaat’ belicht. In een incidenteel onderzoek naar aanleiding van een verzoek tot een adreswijziging gaat het alleen om de beoordeling van de inhoud van het pedagogisch beleidsplan op basis van de wettelijke criteria.
Pedagogisch beleid De houder van een kindercentrum draagt zorg voor een zodanig pedagogisch beleid dat leidt tot verantwoorde kinderopvang. De inhoud van het pedagogisch beleid kan bij een incidenteel onderzoek naar aanleiding van een verzoek tot een adreswijziging nog niet aan de pedagogische praktijk getoetst worden. Timpaan Kindercentra hanteert een algemeen pedagogisch beleidsplan, waarin de voor alle locaties geldende pedagogische visie op de omgang met kinderen en de vier pedagogische basisdoelen worden beschreven, zoals genoemd in de Wet kinderopvang. Daarnaast hanteert elke vestiging haar eigen pedagogisch werkplan met het locatie gebonden beleid. Het • • • • • • •
pedagogisch werkplan van buitenschoolse opvang De Speeldoos bevat informatie over: De werkwijze, de maximale omvang en de leeftijdsopbouw van de basisgroep; Bij welke (spel)activiteiten de kinderen hun basisgroep verlaten; Hoe beroepskrachten bij hun werkzaamheden worden ondersteund door andere volwassenen; Hoe ondersteuning is vormgegeven indien slechts één beroepskracht in het kindercentrum aanwezig is; Hoe ondersteuning is vormgegeven indien slechts één beroepskracht in het kindercentrum wordt ingezet in afwijking van de beroepskracht-kindratio; De wijze waarop kinderen kunnen wennen aan een nieuwe basisgroep waarin zij zullen worden opgevangen; Het beleid ten aanzien van het gebruik maken van kinderopvang gedurende extra dagdelen.
Het item 'Bij activiteiten in groepen groter dan dertig kinderen besteedt de houder in het pedagogisch beleidsplan aantoonbaar extra aandacht aan de omgang met de basisgroep' is niet beoordeeld aangezien de basisgroep van buitenschoolse opvang De Speeldoos uit maximaal 20 kinderen bestaat. Conclusie: Het pedagogisch beleidsplan en het locatie specifieke werkplan voldoen gezamenlijk aan de gestelde wettelijke criteria die getoetst worden tijdens een incidenteel onderzoek naar aanleiding van een verzoek tot een adreswijziging. Gebruikte bronnen: • Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (met de regio assistente, op 09-06-2015) • Observaties (op 09-06-2015) • Pedagogisch beleidsplan (versienummer 6/20130406, ontvangen op 09-06-2015) • Pedagogisch werkplan (versie 1 2015, ontvangen op 09-06-2015).
4 van 14 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang incidenteel onderzoek 09-06-2015 BSO De Speeldoos te Sneek
Personeel en groepen In dit onderdeel van de inspectie worden de inspectiebevindingen over het domein ‘Personeel en groepen’ belicht. In een incidenteel onderzoek naar aanleiding van een verzoek tot een adreswijziging gaat het alleen om de beoordeling van de verklaring omtrent het gedrag van de houder.
Verklaring omtrent het gedrag Bij een aanvraag voor de exploitatie van een nieuwe locatie moet er een VOG worden overgelegd die niet ouder is dan twee maanden op het moment dat de aanvraag wordt ingediend bij de gemeente. Indien de houder een rechtspersoon is, dan dient de houder een VOG Rechtspersoon te overleggen, dit geldt ook voor bijvoorbeeld een VOF. Enige uitzondering op deze regel is de eenmanszaak waarvoor de houder een VOG Natuurlijke Personen dient te overleggen. Als een houder/bestuurder van een rechtspersoon ook de functie van pedagogisch medewerker wil gaan uitoefenen, dan dient apart een VOG natuurlijke personen (houder NP organisatie zorg kinderen) te worden ingediend (bron: www.rijksoverheid.nl). Buitenschoolse opvang De Speeldoos maakt onderdeel uit van Timpaan Kindercentra BV. In verband met de spoedverhuizing kon de houder niet gelijk een VOG Rechtspersoon overleggen die bij de aanvraag niet ouder is dan 2 maanden. De houder heeft een nieuwe VOG aangevraagd. Op 30-06-2015 heeft de regio assistent de nieuwe VOG naar de toezichthouder opgestuurd. Bij de beoordeling is gebleken dat Timpaan een VOG van de bestuurder (natuurlijk persoon) heeft aangevraagd in plaats van een VOG Rechtspersoon. Timpaan heeft een nieuwe aanvraag bij Dienst Justis ingediend. Op 24-08-2015 heeft de toezichthouder de VOG Rechtspersoon van Timpaan Kinderopvang BV ontvangen. Conclusie: De VOG Rechtspersoon van Timpaan Kindercentra BV voldoet aan de gestelde eisen. Gebruikte bronnen: • Verklaringen omtrent het gedrag (ontvangen op 30-06-2015 en) • Uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel (ontvangen op 30-06-2015) • Verklaring omtrent gedrag Rechtspersoon (ontvangen op 24-08-2015).
5 van 14 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang incidenteel onderzoek 09-06-2015 BSO De Speeldoos te Sneek
Veiligheid en gezondheid In dit onderdeel van de inspectie worden de inspectiebevindingen over het domein ‘Veiligheid en gezondheid’ belicht. In een incidenteel onderzoek naar aanleiding van een verzoek tot een adreswijziging gaat het alleen om de beoordeling van de risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid en de plannen van aanpak. In dit onderzoek zijn eerst de bevindingen beschreven over het kindercentrum. Daarna volgt een oordeel op basis van de wettelijke criteria.
Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De houder van een kindercentrum voert een beleid dat ertoe leidt dat de veiligheid en gezondheid van de op te vangen kinderen in elk door hem geëxploiteerd kindercentrum zoveel mogelijk is gewaarborgd. De houder van het kindercentrum legt in een risico-inventarisatie schriftelijk vast welke risico's de opvang van kinderen met zich meebrengt. De toezichthouder beoordeelt of de houder op het moment van de exploitatie alle relevantie items in kaart heeft gebracht. De risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid zijn voor de start van de opvang door de regioassistente uitgevoerd met behulp van het model van de Stichting Consument en Veiligheid en het model van het Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid. Er is een risico-inventarisatie voor de tijdelijke situatie uitgevoerd en een risico-inventarisatie voor alle ruimtes die na de zomervakantie worden betrokken. De regio assistent heeft naar aanleiding van de risico-inventarisatie een actieplan in het veiligheidsverslag opgesteld. De acties m.b.t. de ruimtes die na de zomervakantie door de buitenschoolse opvang in gebruik worden genomen zullen voor de start van de opvang gerealiseerd worden. Om het veiligheids- en gezondheidsbeleid te borgen zijn er verschillende documenten opgesteld waarin afspraken staan vermeld om veiligheids- en gezondheidsrisico's te reduceren. Daarnaast worden risico's geborgd middels het werken met onder andere gedrag- en huisregels en protocollen. Timpaan werkt met een ongevallenregistratie systeem. Ingevulde formulieren gaan naar de regio assistente van de vestiging. Binnen drie maanden na het in gebruik nemen van de nieuwe ruimtes, zullen de risicoinventarisaties nog een keer doorgelopen dienen te worden om de risico's van de praktijk te beoordelen bij de aanwezigheid van meubels, spelmateriaal en kinderen. Conclusie: De toezichthouder constateert uit bovenstaande bevindingen dat de houder voldoet aan die items die getoetst worden tijdens een incidenteel onderzoek naar aanleiding van een verzoek tot een adreswijziging.
Meldcode kindermishandeling Ter versterking van de aanpak van kindermishandeling is vanaf 1 juli 2013 de 'Wet meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling' van kracht. Timpaan Kindercentra werkt met de meldcode kindermishandeling van de Brancheorganisatie Kinderopvang (juli 2013) waarin een duidelijke procedure is vastgelegd die gevolgd wordt in het geval van een (vermoeden) van kindermishandeling en/of seksueel geweld. Daarnaast werkt Timpaan Kindercentra met de handleiding voor de meldcode. De sociale kaart is aangepast op de organisatie en op de gemeente. De medewerkers kunnen de documenten via intranet raadplegen. Conclusie: De toezichthouder constateert uit bovenstaande bevindingen dat de houder hiermee voldoet aan de voorwaarden die getoetst worden tijdens een incidenteel onderzoek naar aanleiding van een verzoek tot een adreswijziging. 6 van 14 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang incidenteel onderzoek 09-06-2015 BSO De Speeldoos te Sneek
Gebruikte bronnen: • Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (met de regio assistente, op 09-06-2015) • Observaties (op 09-06-2015) • Risico-inventarisatie veiligheid (begane grond, ontvangen op 09-06-2015) • Risico-inventarisatie gezondheid (28-05-2015/juni 2015, ontvangen op 09-06-2015) • Veiligheidsverslag (28-05-2015, ontvangen op 09-06-2015) • Gezondheidsverslag (28-05-2015, ontvangen op 09-06-2015) • Risico-inventarisatie 1e verdieping (28-05-2015, ontvangen op 09-06-2015) • Borging RI Veiligheid entree Johannes Postschool 28-05-2015 (ontvangen op 09-06-2015) • Borging veiligheid kantoor 28-05-2015 (ontvangen op 09-06-2015) • Borging veiligheid BSO sanitair 28-05-2015 (ontvangen op 09-06-2015) • Borging veiligheid groepsruimte 28-05-2015 (ontvangen op 09-06-2015) • Borging veiligheid nso buitenruimte 28-05-2015 (ontvangen op 09-06-2015) • Borging veiligheid omgeving BSO 28-05-2015 (ontvangen op 09-06-2015) • Huisregels nso per ruimte (ontvangen op 09-06-2015) • Hygiëne regels 2015 (ontvangen op 09-06-2015).
7 van 14 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang incidenteel onderzoek 09-06-2015 BSO De Speeldoos te Sneek
Accommodatie en inrichting In dit onderdeel van de inspectie worden de inspectiebevindingen over het domein ‘Accommodatie en inrichting’ belicht. In dit onderzoek zijn eerst de bevindingen beschreven over het kindercentrum. Daarna volgt een oordeel op basis van de wettelijke criteria.
Binnenruimte Er zijn eisen gesteld aan de accommodatie en inrichting van een binnenruimte van een kindercentrum, onder andere dat er per kind ten minste 3,5 m² binnenspeelruimte beschikbaar is. Tijdelijke situatie Tot aan de zomervakantie kan de buitenschoolse opvang gebruik maken van een groepsruimte op de 1e verdieping met een oppervlakte van 56 m². Deze ruimte heeft voldoende m² voor de tijdelijke situatie. De basisgroep bestaat tot aan de zomervakantie uit maximaal 10 kinderen. Interne verhuizing Na de zomervakantie krijgt de buitenschoolse opvang de beschikking over twee ruimtes op de begane grond in De Johannes Postschool. De groepsruimte heeft een oppervlakte van 56 m². Daarnaast kan de buitenschoolse opvang gebruik maken van de groepsruimte van de peuterspeelzaal met een oppervlakte van 50 m². Uit onderstaand tabel blijkt dat de buitenschoolse opvang voldoende m² oppervlakte heeft voor het opvangen van maximaal 20 kinderen, conform de aanvraag exploitatie buitenschoolse opvang. Maximaal aantal kinderen buitenschoolse opvang 1 basisgroepen met maximaal 20 kinderen
Aantal beschikbare m² oppervlakte Groepsruimte BSO lokaal 56 m² Groepsruimte PSZ 50 m²
Benodigde oppervlakte van 3,5 m² per kind 106 m² : 20 kinderen = 5,3 m² per kind
Conclusie: De toezichthouder constateert dat de binnenruimte over voldoende vierkante meters beschikt voor het gelijktijdig opvangen van maximaal 20 kinderen.
Buitenspeelruimte Er zijn eisen gesteld aan de accommodatie en inrichting van een buitenspeelruimte van een kindercentrum, onder andere dat er is ten minste 3 m² buitenspeelruimte per aanwezig kind is. Tijdelijke situatie Tot aan de zomervakantie kan de buitenschoolse opvang gebruik maken van het schoolplein van De Johannes Postschool. Het schoolplein heeft een oppervlakte van 390 m², voldoende m² voor maximaal 20 kinderen. De buitenspeelruimte is niet aangrenzend aan de groepsruimte. Timpaan Kindercentra werkt tot aan de zomervakantie structureel met 2 beroepskrachten op de groep, zodat de kinderen te allen tijden (onder toezicht) buiten kunnen spelen. Interne verhuizing Na de zomervakantie heeft de buitenschoolse opvang de beschikking over een eigen omheinde buitenspeelruimtes. De buitenspeelruimte is aangrenzend aan de groepsruimte van de buitenschoolse opvang en heeft een oppervlakte van 100 m². Uit onderstaande tabel blijkt dat de buitenschoolse opvang voldoende m² oppervlakte heeft voor het gelijktijdig opvangen van maximaal 20 kinderen.
8 van 14 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang incidenteel onderzoek 09-06-2015 BSO De Speeldoos te Sneek
Maximaal aantal kinderen buitenschoolse opvang
Aantal beschikbare m²
1 basisgroep met maximaal 20 kinderen
Buitenspeelruimte BSO: 100 m²
Benodigde oppervlakte van3,5 m²per kind 100 m² : 20 kinderen = 5 m² per kind
Daarnaast kan de buitenschoolse opvang gebruik maken van het schoolplein van De Johannes Postschool met een oppervlakte van 390 m². Conclusie: De toezichthouder constateert dat de aangrenzende buitenruimte over voldoende vierkante meters beschikt voor het gelijktijdig opvangen van maximaal 20 kinderen. Gebruikte bronnen: • Observaties (op 09-06-2015) • Plattegrond (ontvangen op 16-06-2015) • Interview met regio assistente (op 09-06-2015) • Document m2 per ruimte NSO speeldoos (ontvangen op 09-06-2015) • Informatieboekje 'Welkom op BSO de Speeldoos' 2015 (ontvangen op 09-06-2015).
9 van 14 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang incidenteel onderzoek 09-06-2015 BSO De Speeldoos te Sneek
Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogisch beleid De houder heeft een pedagogisch beleidsplan waarin de voor dat kindercentrum kenmerkende visie op de omgang met kinderen is beschreven. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
In het pedagogisch beleidsplan staat in duidelijke en observeerbare termen het volgende beschreven: de wijze waarop de emotionele veiligheid van kinderen wordt gewaarborgd, de mogelijkheden voor kinderen tot de ontwikkeling van hun persoonlijke- en sociale competentie, en de wijze waarop de overdracht van normen en waarden aan kinderen plaatsvindt. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de werkwijze, de maximale omvang en de leeftijdsopbouw van de basisgroep. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub b Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen bij welke (spel)activiteiten kinderen hun basisgroep verlaten. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub c Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Bij activiteiten in groepen groter dan dertig kinderen besteedt de houder in het pedagogisch beleidsplan aantoonbaar extra aandacht aan de omgang met de basisgroep. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 en art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 7 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe beroepskrachten bij hun werkzaamheden worden ondersteund door andere volwassenen. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub d Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe ondersteuning is vormgegeven indien slechts één beroepskracht in het kindercentrum aanwezig is. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub g Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe ondersteuning is vormgegeven indien slechts één beroepskracht in het kindercentrum wordt ingezet in afwijking van de beroepskracht-kindratio. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub g Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop kinderen kunnen wennen aan een nieuwe basisgroep waarin zij zullen worden opgevangen. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub e Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen het beleid ten aanzien van het gebruik maken van kinderopvang gedurende extra dagdelen. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub f Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
10 van 14 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang incidenteel onderzoek 09-06-2015 BSO De Speeldoos te Sneek
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag Een verklaring omtrent het gedrag van de houder is bij het indienen van de aanvraag tot registratie aan het college van B&W overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden. (art 1.50 lid 5 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De houder stelt jaarlijks een risico-inventarisatie veiligheid op voor alle voor kinderen toegankelijke ruimtes in een kindercentrum, waaronder de buitenspeelruimte. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 sub f Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid betreffende de actuele situatie. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder beschrijft de veiligheidsrisico’s op de thema’s: verbranding, vergiftiging, verdrinking, valongevallen, verwondingen, beknelling, botsen, stoten, steken en snijden. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub a Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn, respectievelijk worden genomen in verband met de veiligheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de veiligheidsrisico’s en de maatregelen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder stelt jaarlijks een risico-inventarisatie gezondheid op. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 onder f Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid betreffende de actuele situatie. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder beschrijft de gezondheidsrisico’s op de thema’s: ziektekiemen, binnenmilieu, buitenmilieu en medisch handelen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub a Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de gezondheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de gezondheidsrisico’s en de maatregelen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Meldcode kindermishandeling De houder heeft een meldcode kindermishandeling vastgesteld welke voldoet aan de beschreven eisen. (art 1.51a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2a Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
11 van 14 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang incidenteel onderzoek 09-06-2015 BSO De Speeldoos te Sneek
Accommodatie en inrichting Binnenruimte Per aanwezig kind in het kindercentrum is ten minste 3,5 m² passend ingerichte binnenspeelruimte beschikbaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 8 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Buitenspeelruimte Per aanwezig kind in het kindercentrum is ten minste 3 m² buitenspeelruimte beschikbaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 10 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De buitenspeelruimte is voor kinderen toegankelijk. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 10 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De buitenspeelruimte is vast beschikbaar voor de buitenschoolse opvang. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 10 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
12 van 14 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang incidenteel onderzoek 09-06-2015 BSO De Speeldoos te Sneek
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening Aantal kindplaatsen
: BSO De Speeldoos : 50
Gegevens houder Naam houder Adres houder Postcode en plaats KvK nummer
: : : :
Timpaan Kindercentrum Badweg 28 8401 BL Gorredijk 01109029
Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD Adres Postcode en plaats Telefoonnummer Onderzoek uitgevoerd door
: : : : :
GGD Fryslân Postbus 612 8901 BK LEEUWARDEN 088-2299222 Mevrouw H. Bijl
Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente Adres Postcode en plaats
: Súdwest-Fryslân : Postbus 10000 : 8600 HA SNEEK
Gegevens toezicht
Planning Datum inspectie Opstellen concept inspectierapport Zienswijze houder Vaststelling inspectierapport Verzenden inspectierapport naar houder Verzenden inspectierapport naar gemeente Openbaar maken inspectierapport
: 09-06-2015 : 24-08-2015 : : : : :
13 van 14 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang incidenteel onderzoek 09-06-2015 BSO De Speeldoos te Sneek
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport.
14 van 14 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang incidenteel onderzoek 09-06-2015 BSO De Speeldoos te Sneek