INHOUD blad 2! van de redactie blad 3! van de voorzitters blad 4! Jubileumviering blad 5! Samenwerking Knnv---IVN blad 7! Wie maakt de mooiste natuurfoto? blad 8! Het IVN, een grijs verleden blad 17!Anecdotes blad 20!De vereniging van 1960 tot nu blad 28!Anecdotus van het KNNV blad 31!Dat is lang geleden!! blad 37!Leden onder de loep blad 38!Cadoelerveld toplocatie voor Icarusblauwtje blad 40!Wandeltip blad 44!Rook in de Ribben blad 46!Wolven in mijn tuin blad 47!Excursie programma blad 50!Geologie werkgroep blad 52!Agenda
“Koppel”, jaargang 2 , nummer 3, derde kwartaal 2014. Jubileumuitgave Natuurtijdschrift “Koppel” is een gezamenlijke uitgave van de KNNV en het IVN. en vervangt de bladen “De Noordwesthoek” en “Het Moerasblad” Redactie : Adrie Janne Westerneng Vormgever : Gijs Westerneng Drukwerk: drukkerij Hovens Gréve BV te Steenwijk Belangrijke informatie voor het aanleveren van kopij: graag op A5 formaat, via de mail en als platte tekst (zonder opmaak). geen pdf bestand, fotoʼs op een apart bestand. Het volgende nummer verschijnt per 1 oktober 2014. Kopij hiervoor graag voor 1 september. Redactieadres Schoolstraat 27 8371 WJ Scheerwolde. E-mail
[email protected] Kopel juli 2014
blad 1
Van de redactie
Nog even doorbijten en ons werk zit er voorlopig weer op. Pittige klus. Maar het jubileumnummer moet goed door de bus komen! Wat kan ik er nog aan toevoegen? Aan al die informatie over het samenwerken van onze verenigingen, al die leuke anekdotes, prachtige fotoʼs en verhalen! Lekker urenlang leesvoer, en als het zonnetje even doorbreekt, op excursie, fototoestel mee voor het winnende plaatje. Even de wandelschoenen aan, boekje met beschrijving mee en die trip van Theo van de Graaf maken! Heeft hij zich niet voor niets zo uitgesloofd. En mocht u dit kikkerlandje niet hebben verlaten deze zomer en toch wat meer willen weten over daarbuiten, kijk dan snel naar het aanbod van onze lezingen! Tot ziens op 20 september! Adrie Janne
Rectificatie
eum Jubil blad 2
Ve KNN
n IVN
Over de vorige Koppel nog even het volgende: Jan Feenstra zou een verstandelijke beperking hebben! Ik dacht het niet! U moet dus niet alles geloven, wat ik geschreven heb. Dus nu even heel officieel en duidelijk voor iedereen: EXCUSES. Adrie Janne
Koppel juli 2014
Van de voorzitters Jubileum klinkt zijn lied, jubileum klinkt zijn lied,Jubilea en anders niet. Deze variatie op het lied over de zang van de wielewaal, een van de meest kleurrijke en melodieuze vogels uit onze omgeving, heeft dit jaar betrekking op de jubilea die door onze beide verenigingen worden gevierd. De Noordwesthoek 60 jaar. De oprichters en de eerste leden van toen zullen wellicht nooit hebben gedacht dat hun vereniging zo lang haar bestaansrecht zou hebben. En 40 jaar aansluiting bij de KNNV met de zo fraaie omschrijving 'vereniging voor veldbiologie', de vlag die de lading dekt. De IVN-afdeling Noordwest-Overijssel, de vereniging in 'de Kop' die ook al 20 jaar haar bestaansrecht waarmaakt door het organiseren van activiteiten, niet alleen voor leden, maar juist ook voor de buitenwacht. Beide verenigingen willen graag, elk op haar eigen wijze, door de overdracht van kennis mensen in de omgeving bewust maken van de natuur in onze omgeving. Herkenning van soorten is daarbij een belangrijk hulpmiddel. Velen zullen de zang van de wielewaal in onze laagveenmoerassen hebben gehoord, maar heeft iedereen die ook herkend? En, hoeveel mensen zullen in hun leven de wielewaal hebben gezien? Het is en blijft immers een schuwe vogelsoort met uitstekende schutkleuren. Hoe dan ook, het samen genieten tijdens excursies in het veld, bij lezingen of in werkgroepverband staat voorop in de natuurbeleving voor zowel de KNNV als het IVN. Omdat beide verenigingen zich op hetzelfde terrein van natuurbeleving, natuurstudie, maar ook natuurbescherming begeven, is er twee jaar geleden voor een nauwere samenwerking gekozen. Die samenwerking wordt zichtbaar in deze Koppel, ons eigen tijdschrift in de Kop. Eén ding moet ons voorzitters nog van het hart. Uw besturen kunnen niet alles zelf doen, terwijl er wel veel plannen en ideeën zijn. Zo zou de promotie voor ons meer aandacht moeten krijgen. Daarom doen we juist in dit jubileumjaar een oproep aan onze leden om mee te doen met activiteiten, waarmee we nieuwe leden aan kunnen trekken. Belangstelling voor de natuur is er genoeg. Doet u actief mee? We heten u graag welkom op onze jubileumwandeling en -receptie in De Eese op 20 september. Ton Bode en Wilfred Ouwerkerk
Koppel juli 2014
blad 3
JUBILEUMVIERING KNNV EN IVN In het vorige nummer van Koppel maakten we melding van de jubilerende KNNV- en IVN-afdelingen in de kop van de provincie Overijssel. De jubileumactiviteiten bestaan uit een natuurfotowedstrijd en een verrassingswandeling, gevolgd door een jubileumreceptie voor leden en genodigden. Hier volgt de huidige stand van zaken. Natuurfotowedstrijd Op 1 mei jongstleden is deze wedstrijd van start gegaan. Iedereen mag er aan meedoen, zowel jeugd als volwassenen. De enige voorwaarde is dat de fotoʼs met als onderwerp ʻOnze Natuurʼ, gemaakt moeten zijn in Noordwest-Overijssel en omliggende regioʼs. Nog tot 15 augustus aanstaande kunnen fotoʼs worden ingezonden. De wedstrijd heeft tot nu toe al heel wat mooie plaatjes opgeleverd. U kunt deze bekijken op de speciaal voor dit doel gemaakte website www.natuurfotowedstrijd.com. Hier kunt u ook het wedstrijdreglement en alle andere informatie vinden. U doet toch ook mee? En vergeet vooral niet ook uw familie, vrienden en bekenden te vragen uw voorbeeld te volgen. Veel succes! (zie pagina 7 voor meer info) Jubileumwandeling en –receptie Voor de leden wordt er op zaterdag 20 september een jubileumwandeling met aansluitend een jubileumreceptie gehouden. Plaats van handeling is Buitengoed Fredeshiem in Steenwijk-De Bult, waar u om 14.30 uur wordt verwacht voor een wandeling met een educatief karakter. Hoe deze wandeling er precies gaat uitzien is nog niet bekend. Vier natuurgidsen van KNNV en IVN bereiden dit momenteel voor. U kunt er gerust vanuit gaan dat het een mooie happening wordt. De wandeling wordt om 16.30 uur gevolgd door een jubileumreceptie met uiteraard hapjes en drankjes, waarvoor ook provincie, gemeenten en andere professionele natuurorganisaties zullen worden uitgenodigd. Tijdens deze receptie zal bekend worden gemaakt wie de fotowedstrijd hebben gewonnen en zullen de prijzen worden uitgereikt. Ook zullen daar de winnende fotoʼs te zien zijn en is er een doorlopende presentatie van alle ingezonden fotoʼs. Reden genoeg dus om u als deelnemer voor de receptie aan te melden. Alle leden ontvangen in de tweede helft van de maand juli per post een uitnodiging. Laten we er een prachtig gezamenlijk evenement van KNNV en IVN van maken. We rekenen op u! De Jubileumcommissie Greet Sanderse en Sicco Hoekstra namens KNNV Lucille Keur en Jan Feenstra namens IVN
blad 4
Koppel juli 2014
Samenwerking IVN en KNNV nu en in de toekomst door Tilly Berkenbosch Al enige jaren is er regelmatig contact tussen de besturen van de IVN-afdeling Noordwest-Overijssel en de KNNV-afdeling De Noordwesthoek. Dat contact is de laatste jaren intensiever geworden en heeft ook tot zichtbare samenwerking geleid. De Koppel is daar één van de tastbare producten van. Ook op landelijk niveau wordt dezelfde samenwerking aangegaan. Er is door de landelijke besturen een werkgroep in het leven geroepen om de samenwerking te ondersteunen. Uitgangspunt daarbij is dat het inhoud geven aan de samenwerking vanuit de lokale afdelingen moet komen en dat de werkgroep daarin een stimulerende, ondersteunende en adviserende rol vervult. Dit gaat zij doen door kansrijke voorbeelden te beschrijven, door het inventariseren en aanreiken van mogelijkheden en ideeën. Landelijk is al geregeld dat IVN-leden deel kunnen nemen aan de natuurhistorische kampeervakanties en reizen die door de KNNV worden georganiseerd. De landelijke besturen steunen derhalve de initiatieven die op lokale schaal worden ontwikkeld en uitgevoerd. Waar bestaat de samenwerking plaatselijk zoal uit? De Koppel U heeft er het afgelopen jaar ervaring mee opgedaan: een gezamenlijk verenigingsblad de Koppel. Uit de reacties die wij krijgen blijkt dit idee aan te slaan en hier gaan we dan ook zeker mee door. Bedenk dat de Koppel ons verenigingsblad is en dat de inhoud van het periodiek, naast allerlei zakelijke verenigingsmededelingen, ook allerlei wetenswaardige artikeltjes kan bevatten waar alle leden een bijdrage aan kunnen leveren. Excursies Naast het gezamenlijke verenigingsblad De Koppel stemmen de beide verenigingen het excursieprogramma op elkaar af. Leden van IVN en KNNV hebben daardoor de gelegenheid om met elkaar op pad te gaan en door samen te wandelen ervaringen op natuurgebied uit te wisselen. Door de excursiecommissie wordt een gevarieerd programma met excursiemogelijkheden samengesteld. Lezingen De KNNV heeft al jaren in de wintermaanden een lezingenprogramma. Deze lezingen zijn toegankelijk voor leden en niet-leden. Inmiddels draagt het IVN een evenredig deel bij in de kosten van de organisatie van de lezingen en daarmee zijn de lezingen een gezamenlijke activiteit geworden. Door leden van beide verenigingen kunnen onderwerpen worden aangedragen voor een lezing. Koppel juli 2014
blad 5
Cursussen Deelname over en weer bij elkaars cursussen is mogelijk. Dat geeft meer kansen, zowel in de variatie in onderwerpen als de hoeveelheid cursussen die worden aangeboden. Natuur- en Milieuplatform Steenwijkerland (NMPS) Bij het ontbreken van een 'eigen' milieuwerkgroep bij zowel KNNV als IVN is, mede op initiatief van beide verenigingen het NMPS opgericht. Al jaren wordt het platform door beide verenigingen financieel ondersteund en is daarmee een van de langst lopende vormen van samenwerking binnen onze regio. De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat het werk voor het NMPS natuurlijk door de bestuursleden daarvan wordt gedaan, maar dat die bestuursleden ook verenigingslid van IVN of KNNV zijn.. Jubileum In dit juli-nummer van de Koppel leest u van alles over het jubileum van zowel de KNNV als het IVN. De jubileumcommissie die dit organiseert, is samengesteld uit leden van beide verenigingen. Gezamenlijk een feestelijke bijeenkomst organiseren en samen stilstaan bij de kroonjaren leek de besturen van beide verenigingen een goed idee. Maar op die feestelijke bijeenkomst hopen we veel leden te spreken en vragen we hen vooral met leuke ideeën te komen om gezamenlijk te doen. Denkt u met ons mee? Op weg waar naar toe? Vaak wordt gesproken over de stip op de horizon: een doel waar naar toe gewerkt wordt. Deze keer is dat doel niet precies bepaald. We willen samenwerken en we zien wel waar dat op termijn toe leidt. We bekijken ook regelmatig wat de mogelijkheden voor verdere samenwerking zijn. Daartoe komen de afdelingsbesturen tweemaal per jaar bij elkaar. Daar waar we elkaar kunnen vinden, zullen we dat ook doen. Maar vooralsnog willen de besturen niet tornen aan de eigen identiteit van hun vereniging. In de toekomst kan het betekenen dat we als twee verenigingen naast elkaar blijven bestaan, maar misschien willen we op den duur ook wel een gezamenlijke vereniging vormen. Een en ander zal ook afhangen van de ontwikkelingen die zich op landelijke schaal voordoen. De tijd zal het leren. Geniet voorlopig van de extra mogelijkheden die de samenwerking biedt.
blad 6
Koppel juli 2014
WIE MAAKT DE MOOISTE NATUURFOTO? JUBILERENDE NATUURVERENIGINGEN ORGANISEREN FOTOWEDSTRIJD Dit jaar bestaat de Koninklijke Nederlandse Natuurhistorische Vereniging (KNNV), afdeling ʻDe Noordwesthoekʼ, 60 jaar. Het Instituut voor Natuureducatie en Duurzaamheid (IVN), afdeling Noordwest-Overijssel, bestaat 20 jaar. Omdat de beide verenigingen de laatste jaren steeds nauwer met elkaar samenwerken, hebben de wederzijdse besturen besloten ter gelegenheid van deze jubilea een fotowedstrijd te organiseren, waaraan iedereen kan meedoen. Vandaag, 1 mei 2014, is hiervoor het startsein gegeven. Breng de natuur in beeld De natuur in Noordwest-Overijssel, Zuidwest-Drenthe en Zuidoost-Friesland is prachtig. Er zijn tal van natuurgebieden zowel van Staatsbosbeheer als van Natuurmonumenten en het is daarom zeer de moeite waard in dit deel van het land een mooie natuurfoto te maken. Denk maar eens aan de Weerribben en de Wieden in de kop van Overijssel, de Rottige Meenthe in Friesland EN de prachtige natuur rond het Drentse brinkdorp Havelte. En dit is slechts een greep uit de vele natuurgebieden, die dit deel van Nederland rijk is en waar heel veel moois valt te fotograferen. Of het nu om zoogdieren, vogels of insecten gaat, om planten of landschappen, overal is de natuur met zʼn rijke flora en fauna in deze regio de moeite waard om gefotografeerd te worden. Prijzen De fotowedstrijd begint op 1 mei en eindigt op 15 augustus. De prijsuitreiking is op 20 september tijdens de receptie van de jubilerende natuurverenigingen. Er zijn twee deelnamecategorieën: jeugd en volwassenen. In de categorie volwassenen (vanaf 18 jaar) worden een eerste, tweede en derde prijs van respectievelijk 200, 100 en 50 euro toegekend. Verder zijn er twee eervolle vermeldingen. In de jeugdcategorie (t/m 17 jaar) wordt de mooiste foto bekroond met 50 euro en zijn er eveneens twee eervolle vermeldingen. De beoordeling van de fotoʼs is in handen van een uit drie personen bestaande onafhankelijke jury. Speciale website Voor deze natuurfotowedstrijd is een speciale website gemaakt: www.natuurfotowedstrijd.com. Hierop is alle informatie te vinden, die voor het meedoen aan deze wedstrijd van belang is, zoals de deelnamevoorwaarden en wijze van inzending. De ingezonden fotoʼs worden op de website gepubliceerd. Koppel juli 2014
blad 7
Het IVN: een grijs verleden of spreken is zilver en zwijgen ons behoud? door Adrie Janne In het vorige nummer is er duidelijk een oproep geplaatst om herinneringsmateriaal aan te leveren. Helaas is het oorverdovend stil gebleven. Ook de mensen, die ik erover sprak, wilden er maar liever niet te diep op ingaan. Wij “ buitenlanders” weten van niets, maar horen, dat het niet altijd positief was. Wel weten we van het bestaan van “Vrienden van de Weerribben”. En die vrienden zijn op een moment wel of niet overgegaan naar het IVN 1992. Ze waren het niet altijd met elkaar eens (heel begrijpelijk trouwens) en dat kostte de nodige vrienden (het rookt in de Ribben). Wat wel duidelijk wordt, is, dat die Kern met Pit er dus al veel eerder was, ook al snap ik er soms geen sikkepit van. We moeten maar wat tussen de regels door lezen, anders wordt het nachtwerk bij deze uitgave! wat het aantal paginaʼs deze keer betreft, hebben jullie het perfect aangevoeld. De kopij van de KNNV is alom toereikend. Trouwens, het is doorlopend vakantietijd voor de meesten onder ons. U was naar de Rocky Moutains om beren te vangen, u liep langs de weg in Litouwen, en fotografeerde daar een zeldzaam boemetje,u buffelde fluitend met de camper door de “Brenner Pass” etc. Nietsvermoedend ons achterlatend! Maar de klus moet wel geklaard worden en roep ons dan ook niet op het matje als u straks weer uigerust bij de voordeur staat! Het IVN is onlosmakelijk verbonden met de excursies en de JeugdNatuurClub. Deze takken van sport oogsten dan ook de meeste waardering. IK heb hier een jaarverslag voor me liggen uit 1994 , waar staat , dat er 260 toeristen zijn rondgeleid. Wat te denken van 52 groepsexcursies met een personenaantal van 20! Grandioos toch, gouden tijden voor de gidsen! Nu zitten we nog hoofdzakelijk achter de computer, om het blad samen te stellen. Dat was een paar jaar geleden wel even anders. Ik heb er nog wat van meegemaakt. Daar zaten Colette de Haas en Joke van der Eems, kanjers van het eerste uur, aan de tafel. Een tafel bezaaid met bladen, blocnotes, scharen, lijmpotjes, koffiekopjes en de computer en kopieermachine van Colette. Het was best gezellig. Ieder deed, waar ze goed in was. Colette zat achter het scherm de binnengekomen stukken te bekijken en riep dan, waar het over ging en of Joke er nog een gepast plaatje bij kon vinden. Vervolgens werd er een uitdraai van het bestand gemaakt en zocht Joke er plaatjes bij, die dan werden opgeplakt. Ik zorgde voor een voorwoord, bekeek de volgorde, nummering , blad 8
Koppel juli 2014
en zo werd het een stapeltje gebundelde bladen, die naar de drukker gingen. Het zijn warme herinneringen, al ging het ook wel met de nodige stress gepaard. Er moesten soms wel mails de deur uit ter herinnering, om de kopij op tijd binnen te krijgen.
Het Moerasblad kwam in 1993 in beeld en verscheen twee maal in het jaar. De voorpagina bestond uit een natuurtekening en ook binnenin was de informatie opgevrolijkt door tekeningen. De inhoud gaf informatie over de planten en vogelwerkgroep, over het Amfibieën project, het Ringslangenproject en sporenonderzoek.
Met dank aan Erica en Tjallien voor het geleverd materiaal
Koppel juli 2014
blad 9
En bij Muggenbeet werden er duizenden kikkers en padden overgezet, allemaal vrijwilligerswerk. Na al die jaren zien we nu op die plek, dat de faunapassage een feit is geworden!
blad 10
Koppel juli 2014
Koppel juli 2014
blad 11
De mensen van het eerste uur hadden zelfs de tijd om samen een boekje uit te geven onder de naam “Zuurpruimen”, dat ging over bomen in een laagveenmoeras. Een uitgave van Loeki Langendoen, Erica Zwanenburg, Tjallien Muis, Jacqueline Bosman en Ger de Haan, met illustraties van Anneke de Vries. Ook leuk om te vermelden, is de PR bakfiets, die gebruikt werd om met spulletjes en reclamemateriaal present te zijn tijdens evenementen.
blad 12
Koppel juli 2014
warme herinneringen aan de JeugdNatuurClub, ontstaan in 2003. Het samen werken in teamverband, het contact met de kinderen. In de beginperiode waren er heeeeel veel kinderen, zoals u ziet!
Koppel juli 2014
blad 13
De JNC wilde graag wat meer geld omhanden hebben en schreef zich in voor subsidie voor het leefbaarheidsproject “Kern met Pit”. Bij “De Weerribben lag een verwaarloosd bospad en daar is toen een heel plan voor gemaakt. Met weinig middelen en mankracht zijn ze daar, samen met de kinderen, aan het werk gegaan en hebben het pad, onder de naam “Allemanspad” na acht maanden officieel geopend! De JNC komt met dit project als winnaar uit de bus en verdient hiermee duizend Euro!!
blad 14
Koppel juli 2014
Koppel juli 2014
blad 15
De voormalige wethouder, de heer Ensink, knijpt een oog toe! Naast hem Tjallien Muis
blad 16
Koppel juli 2014
Anecdotes Van Ymkje van der Linden, die kanoexcursies begeleidde, weet ik, dat er op een moment een zwaarlijvig iemand in de kano stapte, die direct omsloeg, waarop de omstanders hem met gepaarde krachten weer op de kant trokken! Van Bertus Otten, bij het gidsen van een schoolklas met 36 leerlingen uit het westen: “Ik stelde me aan de groep voor en even later komt er zo’n joch naar me toe en zegt; “U bent zeker een boer!” waarop Bertus reageert met “Jonchie, gao jie noe maor keurig rechts op ut pattie lope, want wie hem hier nog un pliesie, die op un groat vareke riet en die het heel graote taandn!”
Foto gemaakt tijdens ledendag bij het Engelse-laantje 2008
Koppel juli 2014
blad 17
blad 18
Koppel juli 2014
Koppel juli 2014
blad 19
Ganzentrekexcursie op 27 december 2000 door Adrie Janne
Dat wilde ik wel eens meemaken. Dus de wekker op half zes en om zes uur de deur uit, op de fiets richting de Weerribben. Het is koud, het heeft de laatste dagen flink gevroren en het sneeuwt. Er is maar een spoor te zien en dat is keihard. Ik zie geen hand voor ogen. Dat is niet slim, want ergens naast het binnendoorweggetje weet ik een brede sloot. Fietsen is al gauw onmogelijk geworden. Dan maar lopend verder. Ik wil op mijn horloge kijken, hoe laat het is, maar kan het niet zien. Uiteindelijk was ik ongeveer halverwege, toen het besef tot me doordrong, dat ik de boot ging missen. Als een geslagen hond, verkleumd door de kou, blies ik de aftocht. Om half acht stommel ik weer de schuur in, trek mijn natte kleren uit en duik weer onder de wol! Is dat even balen! nb. Ik had het destijds opgeschreven. Als ik het weer lees, dan moet ik denken aan de vorige winter, die we hadden. Het wordt steeds warmer. Zou dat ijs en die sneeuw nog zeldzaam worden?
De vereniging van 1960 tot nu door Ton Bode De reguliere activiteiten van onze vereniging door de jaren heen bestaan voor het belangrijkste deel uit het werk dat in de werkgroepen wordt gedaan en zijn gericht op het uitwisselen van kennis over de natuur in de meest brede zin van het woord. Aan het vergroten van die kennis dragen ook de in het winterhalfjaar georganiseerde lezingen en de excursies door het jaar heen in belangrijke mate bij. In de jaren zestig gaat de vereniging door met het organiseren van drie tot vier excursies per jaar en met een of twee lezingen in het winterseizoen. De aankondigingen voor deze activiteiten vinden per stencil plaats. De stencils worden, meestal per activiteit, per post aan de leden verzonden. In 1963, zo'n tien jaar na de oprichtingsdatum, telt De Noordwesthoek 150 leden, waarvan er gemiddeld 25 à 30 op de excursies verschijnen. Daaruit mag wel de conclusie worden getrokken dat de gezamenlijke tochten in die periode in een behoefte voorzien. Het delen van kennis wordt als een groot goed gezien. Dat blijkt ook wel uit het feit dat het aantal leden van De Noordwesthoek in 1970 al is gestegen tot 250. De werkwijze van uitnodigingen per stencil wordt volgehouden tot ongeveer 1976, waarbij vanaf 1974 ook wordt gewerkt met één gestencild programmaboekje per jaar, dat behalve aankondigingen blad 20
Koppel juli 2014
ook andere informatie over de natuur in onze omgeving bevat. Wel kan worden aangetekend dat De Noordwesthoek zich in de eerste twintig jaren van haar bestaan vooral richtte op het aspect vogels in de schitterende omgeving van de vestigingsplaats Steenwijk. In 1972 ontstaat bij het bestuur van de vereniging de gedachte dat meer kennis opgedaan kan worden door zich aan te sluiten bij een landelijke vereniging. Daartoe wordt Geerit Houtman, redacteur van de reeks wetenschappelijke mededelingen van de KNNV, uitgenodigd om een lezing te houden over de vereniging KNNV. Dat blijkt een vereniging die in 1901 is opgericht als NNV, Nederlandse Natuurhistorische Vereniging en die bij het vijftigjarig bestaan in 1951 het predicaat Koninklijk kreeg. Een vereniging die natuurstudie hoog in het vaandel heeft staan en die zich bezighoudt met alle aspecten van de natuur. Uitwisseling van kennis vindt ondermeer plaats in de door de KNNV georganiseerde kampen en reizen en via het lijfblad Natura. In het bestuur van De Noordwesthoek valt het besluit om zich bij de KNNV aan te sluiten, waarbij de leden kunnen kiezen om lid van de lokale vereniging te blijven of om het lidmaatschap uit te breiden door lid te worden van de KNNV. Van deze mogelijkheid wordt door ongeveer 25% van de leden gebruik gemaakt. In een brief van 19 oktober 1972 aan het landelijk bestuur van de KNNV wordt de wens tot aansluiting uitgesproken en in het antwoord van 27 december 1972 wordt deze aanmelding aanvaard en wordt gesteld dat de afdeling (lees: De Noordwesthoek) met ingang van 1 januari 1973 ook tot de KNNV behoort. KNNV-leden gaan f 12,50 en Noordwesthoekleden f 3,50 contributie per jaar betalen. Met ingang van 1977 wordt het periodiek 'De Noordwesthoek' viermaal per jaar uitgegeven. Het blijkt namelijk dat dit ongeveer even duur is als het telkenmale maken en versturen van afzonderlijke stencils. Bovendien geeft een boekje, zoals 'De Noordwesthoek' vaak werd genoemd, meer gelegenheid tot het plaatsen van artikeltjes over de natuur in onze omgeving. Een veelheid aan artikelen over diverse onderwerpen is in de afgelopen 37 jaar verschenen. Het maken van deze nummers kost de vereniging alleen papier en inkt. Het werk, zoals samenstellen, stencilen en verzendklaar maken, wordt allemaal in verenigingsverband (lees: bestuursverband) gedaan. Op 19 oktober 1981 wordt er een lezing gehouden over de inrichting en het beheer van een heemtuin. De lezing wordt verzorgd door het KNNV-lid Cees Houtman, schoolbioloog in Arnhem en zoon van Geerit Houtman, die onze vereniging in 1972 warm maakte voor aansluiting bij de KNNV. In 1987 wordt vastgesteld dat de vereniging voor het eerst sinds lang onder de 500 leden is gekomen. Maar in 1991 wordt het aantal leden van 500 weer bereikt. In latere jaren neemt het aantal leden verder af, hoewel de belangstelling voor de natuur bij velen aanwezig is, getuige de belangstelling voor de vele verenigingen die op dit gebied in het land bestaan. De terugloop in het aantal leden is een verschijnsel dat zich bij meer (vergelijkbare) verenigingen voordoet. Koppel juli 2014
blad 21
Een belangrijke organisatorische wijziging in het maken van ons periodiek De Noordwesthoek (nu: de Koppel) vindt in het jaar 1992 plaats. De vereniging koopt haar eerste computer en printer. Het gefröbel met schaar en lijm om het periodiek op te maken, hoort tot het verleden. Knippen en plakken gaat vanaf nu veel eenvoudiger met het toentertijd veelgeprezen programma WordPerfect. Daarmee wordt het blad veel aantrekkelijker om te lezen. Als in 1998 De Noordwesthoek al weer 25 jaar bij de KNNV is aangesloten, wordt een verhalenwedstrijd uitgeschreven met als onderwerp 'Mijn mooiste natuurbelevenis'. Dit levert vijf inzendingen op. In hetzelfde jaar starten twee leden van de vogelwerkgroep met een vogelcursus, die tot en met 2011 tien keer wordt gehouden. De cursus bestaat uit twaalf theorielessen en twaalf excursies. In totaal melden zich 234 mensen aan, waarvan er 162 de cursus helemaal doorlopen. Deze cursus heeft in een duidelijke behoefte voorzien. In maart 2005 wordt op een avond het 50-jarig jubileum van onze vereniging op bescheiden wijze gevierd. De werkgroepen presenteren zich en andere 'groene' verenigingen zijn uitgenodigd om kennis te maken met het werk van onze vereniging. Het jaar 2007 is, bestuurlijk gezien, een roerig jaar. Dit vraagt om enige toelichting. De landelijke KNNV, het landelijk bestuur, is nu van mening dat er in Steenwijk een afwijkende organisatievorm aangehouden wordt en dat er geen sprake is van een 'echte' KNNV-afdeling. Een echte KNNV-afdeling kent volgens de landelijke normen alleen maar KNNV-leden, maar in Steenwijk kennen we ook de zogenoemde Noordwesthoekleden, die dus geen lid van de KNNV zijn. Zo werd dat in 1973 geregeld. Nieuwe leden hadden de keus tussen het Noordwesthoek lidmaatschap en het lidmaatschap van de KNNV. Ook de statuten volgen niet geheel de normen van de landelijke vereniging. In enkele bijzondere ledenvergaderingen in maart, oktober en november worden de leden geïnformeerd en wordt er een discussie gevoerd over al dan niet definitieve aansluiting bij de KNNV. Met een nipte meerderheid wordt daarvoor gekozen. Maar ook nu wordt besloten om de leden van de Noordwesthoek de mogelijkheid te bieden om lokaal lid te blijven. Nieuw is dat nieuwe leden uitsluitend lid van de KNNV kunnen worden. Deze zogenoemde sterfhuisconstructie wordt in gewijzigde statuten vastgelegd. Deze statuten worden op 15 april 2008 bevestigd. Voor de activiteiten van onze vereniging heeft dat verder geen gevolgen. In 2010 organiseren enkele leden van de vogelwerkgroep de tiende Overijsselse vogelaarsdag met een aantal aansprekende lezingen. Op deze jaarlijks gehouden dag komen vogelaars uit de hele provincie bij elkaar om met elkaar van gedachten te wisselen over de vogelstand in Overijssel. Ook verschijnt er dan een jaarboekje. In de loop der jaren is er een interessante reeks artikelen verschenen over het weidevogelreservaat bij Giethoorn. Diverse soorten passeerden de revu. In het oktobernummer van De Noordwesthoek verschijnt een interessant artikel over het houtwallengebied bij Paasloo. Een onderwerp dat na het laatste onderhoud van de houtwallen in 2014 nog steeds actueel is. blad 22 Koppel juli 2014
Met zijn allen weten we veel over de natuur in onze omgeving. Met elkaar kunnen we ervaringen uitwisselen. Dat kan natuurlijk in verenigingsverband, maar ook door individuele deelname aan allerlei landelijke projecten die worden opgezet. Zo werden onder de auspiciën van de KNNV in het verleden oproepen gedaan voor waarnemingen om de verspreiding van goed herkenbare soorten in beeld te brengen. Zo kwamen onder andere de huismus, de vliegenzwam en waterbeestjes aan bod. Ook wordt er door diverse landelijke organisaties jaarlijks 'het jaar van ...' gepropageerd. Er wordt dan om zoveel mogelijk informatie gevraagd. Alle waarnemingen die gedaan worden, kunnen toegevoegd worden aan een landelijk databestand via de websites telmee en waarneming.nl. Elke waarneming vergroot namelijk de kennis over de verspreiding van soorten en iedereen kan daar een (bescheiden) bijdrage aan leveren. Het meedoen aan bijvoorbeeld de tuinvlindertelling in augustus en de tuinvogeltelling is januari levert georganiseerd door respectievelijk de Vlinderstichting en Vogelbescherming geeft niet alleen plezier voor de waarnemer, maar is ook een nuttige bijdrage aan landelijk onderzoek. Behalve kijken, is werken in de natuur ook van belang. Aan de jaarlijkse natuurwerkdag wordt aandacht besteed, zodat de eigen omgeving na een dag ploeteren vanuit biologisch perspectief weer een stukje aantrekkelijker is geworden. Als vereniging kunnen wij trots zijn dat onze leden zich actief opstellen en dat we als vereniging een belangrijke bijdrage leveren aan de kennis der natuur, zoals dat in 1954 nog werd genoemd. We wonen en werken in een rijke omgeving, die het mede mogelijk maakt dat onze vereniging nog steeds bestaansrecht heeft. Het aantal leden is weliswaar tot onder de 300 gedaald, maar het bestuur hoopt dat die daling zich niet voortzet en een keerpunt zal kennen. Onze leden kunnen ons daar bij helpen door in dit jubileumjaar een nieuw lid aan te dragen. Er blijft voldoende te beleven en te doen. Daarom gaat de vereniging vol vertrouwen de toekomst tegemoet. Namen In het bovenstaande overzicht zijn, op een enkele uitzondering na, geen namen genoemd. Dit is een bewuste keus geweest, omdat bij het noemen van namen heel gemakkelijk personen, die ook veel voor de vereniging hebben betekend, worden 'vergeten'. Een uitzondering kan er worden gemaakt voor de twee ereleden die De Noordwesthoek in haar midden heeft. Wim van Hulst, lid sinds 1963 en bestuurslid van 1970 tot 1991, is bij zijn aftreden als voorzitter voor zijn vele verdiensten benoemd tot erelid van de afdeling. Hij is begonnen met het maken van een 'boekje', zorgde als redacteur voor de inhoud en voor het stencilwerk. En 20 jaar voorzitter van een vereniging zijn, maar ook vele jaren een gedreven voorzitter van de plantenwerkgroep, is voorwaar een Koppel juli 2014 blad 23
prestatie. Wolter Engelsman, treedt in 2005 uit het bestuur na een lidmaatschap van 40 jaar, waarvan 30 jaar in het bestuur, 25 jaar verantwoordelijk voor de verzending van het periodiek 'De Noordwesthoek' en 9 jaar penningmeesterschap. Behalve de benoeming als erelid wordt hij ook Koninklijk onderscheiden voor het vele werk dat hij voor de vereniging heeft gedaan. De versierselen worden hem door burgemeester Hayo Apotheker tijdens de ledenvergadering opgespeld. De werkgroepen van De Noordwesthoek en hun activiteiten Vogelwerkgroep In 1971 wordt een terrein van 300 hectare ingericht als broedterrein voor weidevogels. Het gaat om de Wheempolder in de toenmalige gemeente Steenwijkerwold. Dit kan gezien worden als de start voor het beschermingswerk voor vogels. Later vond uitbreiding van de weidevogelbescherming plaats en ging 'de vogelwerkgroep' zich onder andere ook bezighouden met het ophangen en controleren van nestkasten in de bosgebieden, waar door een stringent bosbeheer (het bos moest er netjes uitzien) steeds minder natuurlijke holtes voor de holenbroeders onder onze zangvogels beschikbaar waren. Een bijzonder soort holenbroeder is de kerkuil. Enkele leden van de vogelwerkgroep houden zich al enkele decennia bezig met het maken, ophangen, controleren en schoonmaken van kasten op voornamelijk agrarische bedrijven. Na de opkomst van landelijke verenigingen als 'Sovon Vogelonderzoek Nederland', wordt door leden van de werkgroep ook meegedaan aan onderzoeken naar het voorkomen en de verspreiding van broed- en wintervogels. Zo wordt al sinds 1983 de ontwikkeling van het roekenbestand in onze omgeving gevolgd. Maar ook voor Natuurmonumenten vinden inventarisaties plaats. Jaarlijks wordt 1/6 deel van De Wieden op broedvogels onderzocht en is in zes jaar tijd het hele gebied bekeken. Een nieuwe 6-jarige periode is gestart. De weidevogelbescherming wordt nu door een aparte werkgroep georganiseerd en blijft door de jaren heen van groot belang, zeker nu we weten dat de stand van de weidevogels door diverse oorzaken achteruit is gegaan. De wintervogels kunnen in strenge winters door de jaren heen (zeker sinds 1972) nog hulp verwachten, omdat de vereniging geld beschikbaar stelt voor de wintervoedering van met name watervogels. Andere soorten worden veelal op eigen terrein door de bewoners verwend. Plantenwerkgroep In 1976 is de plantenwerkgroep opgericht. De belangstelling voor planten wordt gewekt door als eerste een cursus determineren van de voorjaarsflora te geven. Later volgen er meer cursussen, excursies en werkgroepavonden, die tot op de dag van vandaag nog steeds worden gehouden. In 1979 is nog een aparte mossenwerkgroep opgericht, die door gebrek aan deelnemers niet als aparte werkgroep is doorgegaan. In 1991 maken enkele leden zich sterk voor deelname aan het landelijk onderzoek 'Eiken in de kijker'. Hierbij werden jaarlijks (geselecteerde) eiken op hun vitaliteit beblad 24
Koppel juli 2014
keken. Reden voor dit onderzoek was de zorg over de kwaliteit van bomen, die door verslechtering van het klimaat achteruit kon gaan. Een van de oudste leden en ook leider van de plantenwerkgroep was Wim van Hulst. Een zeer gedreven plantenliefhebber, met veel kennis die hij graag met anderen wilde delen. Zijn levenswerk was de 5-delige serie de Nederlandse plantenfamilies, waar zelfs nu soms nog vraag naar is. Hij bundelde informatie over planten en maakte die toegankelijk voor leken. Ook werkte hij mee aan de wetenschappelijke mededeling: de Botanische termenlijst. Na Wim van Hulst werd Guusje ten Veen in 1993 voorzitter van de plantenwerkgroep, en in 2006 werd zij opgevolgd door Annette Bos. Een ander trouw lid was Mien Kuiper. Eind jaren tachtig werd zij lid van de plantenwerkgroep. Zij was een bijzondere natuurliefhebber. Daarnaast stond haar huis altijd open voor de plantenwerkgroep. Jarenlang was haar huis het verzamelpunt van waaruit de plantenwerkgroep op woensdagavonden in de zomer voor inventarisaties en het bezoek aan natuurgebieden vertrok. Haar uitnodiging om de tuin te laten zien leidde meestal tot vertraging van het vertrek waardoor er besloten werd om een kwartier eerder te verzamelen. Vaak werd ook het seizoen bij haar in de tuin afgesloten met koffie met koek en een rondleiding door de tuin. Dan meldde ze vol trots hoeveel honderden planten ze wel niet in de tuin had. Ze kende alle plantennamen en hield alles over de tuin bij in een map. Uit waardering voor vele jaren betrokkenheid, motivatie, inspiratie en inzet voor de plantenwerkgroep is zij in 2007 erelid gemaakt van de plantenwerkgroep. Helaas is zij in januari 2014 overleden. Vanaf 2002 worden er voor Natuurmonumenten jaarlijks inventarisaties in De Wieden uitgevoerd. Doel van de inventarisatie is om te monitoren wat de effecten van beheersmaatregelen zijn. Dit gebeurt door het regelmatig bezoeken van het gebied en het registreren van het voorkomen van bepaalde plantensoorten. Van het begin af aan was Robert Giesen onze contactpersoon met Natuurmonumenten en hij regelde enthousiast alles wat betreft de inventarisaties. Een groot verlies was zijn overlijden in 2008. Afgelopen jaren is er 3 keer een cursus planten herkennen gegeven voor beginners door de plantenwerkgroep om mensen enthousiast te maken voor onze flora. De eigen kennis wordt op peil gehouden door onder andere het volgen van cursussen over grassen, zegges en varens. De plantenwerkgroep is op dit moment een groep mensen met enthousiasme voor de natuur, waarbij de gezelligheid een leuke bijkomstigheid is. Milieuwerkgroep In 1977 wordt door enkele leden een milieuwerkgroep opgericht. Deze werkgroep houdt zich bezig met de onderwerpen ruimtelijke ordening en inrichting van het landschap. In de regelmatige contacten met de gemeente komen verschillende onderwerpen aan bod. Zo was de aanleg van de A32 en dan met name de doorsnijding van de Woldberg langdurig een punt van bespreking. Zo kon het aanvankelijke plan om de bermen van de weg van een 1 meter dikke laag teelaarde te voorzien ingetrokken worden. Ook de op- en afritten bij Steenwijk-noord werden beperkter uitgevoerd dan het oorspronkelijk geplande halve klaverblad. Door de milieuwerkgroep Koppel juli 2014 blad 25
werden de ruimtelijke ontwikkelingen altijd getoetst aan de gevolgen voor de natuur in onze omgeving. De werkgroep bestond tot ongeveer 1990 en leidde, door drukke werkzaamheden van de leden, daarna een slapend bestaan. In de periode 20022003 werd nog deelgenomen in de klankbordgroep 'gebiedsgericht beleid' van de provincie Overijssel, waarin de omzetting van 2000 hectare landbouwgrond naar natuurgebied werd besproken. In de periode 2004-2005 wordt meegepraat in de klankbordgroep 'Water op maat' van het waterschap Reest en Wieden. Hier ging het om het veranderen van het waterpeil naar 's zomers hoog en 's winters laag. Dit heeft voor de natuur en voor de rietteelt voordeel met zich meegebracht. In 2005 wordt het Natuur- en Milieuplatform Steenwijkerland (NMPS) opgericht. Deze zet, als zelfstandige stichting, maar gesteund door onze vereniging en het IVN, het nuttige werk van de milieuwerkgroep voort. Paddenwerkgroep In 1981 wordt gestart met de bescherming van de gewone pad, de kleine watersalamander en enkele kikkersoorten, die aan de Steenakkers in Steenwijk op weg van overwinteringsplaats naar voortplantingswater de weg over moeten steken en daarbij een grote kans te lopen verkeersslachtoffer te worden. Aanvankelijk wordt dit gedaan door op geschikte avonden langs de weg heen en weer te lopen en vanaf 1983 door een beveiliging in de vorm van gaas met daarachter ingegraven emmers op te zetten. Bij de controles, die door diverse leden van de vereniging worden verricht, worden de in de emmertjes gevallen dieren en die achter het gaas zitten, de weg overgezet. Deze activiteit is volgehouden tot en met 2012. In dat jaar blijkt dat de paddenpopulatie door natuurlijk verloop en door vastgestelde waterbodemverontreiniging zodanig is afgenomen (gereduceerd tot nul) dat voortzetting van de beschermingsmaatregelen geen zin heeft. Inmiddels is de vervuiling van de waterbodem in opdracht van de gemeente opgeruimd. Daarnaast is gedurende enkele jaren aan paddenbescherming gedaan in De Pol en is meegewerkt aan een inventarisatie van de problemen die zich op de N333 bij Muggenbeet voordeden. Op deze laatste locatie hebben leden van het IVN de feitelijke bescherming jarenlang gedaan. Geologiewerkgroep In 1984 wordt de geologiewerkgroep opgericht, een actieve groep waarvan de leden op werkgroepavonden ervaringen uitwisselen over geologische vondsten die onder andere tijdens vakanties zijn gedaan. Meestal gebeurt dit in de vorm van een presentatie over het betreffende gebied door een van de leden. Soms worden externe sprekers uitgenodigd. Ook worden jaarlijks een of twee excursies in werkgroepverband georganiseerd. De deelnemers aan deze, soms meerdaagse, excursies zoeken dan gezamenlijk naar sporen uit vroeger tijden. Vele zwerfstenen en fossielen zijn op die manier bemachtigd. Werkgroep Wolterholten In 1988 wordt door Rijkswaterstaat, op initiatief van G.P. Gonggrijp van het toenmaliblad 26
Koppel juli 2014
ge Rijksinstituut voor Natuurbeheer, het geologisch monument ingericht. Er wordt een wand van keileem aangelegd, waarin de verschillende grondlagen zichtbaar zijn. In 1989 zegt de gemeente haar medewerking toe voor het (groot) onderhoud aan het 'geologisch monument' aan de weg Wolterholten. Hier worden zwerfstenen getoond, die tevoorschijn zijn gekomen bij de doorsnijding van de Woldberg ten behoeve van de aanleg van de huidige A32. De stenen zijn genummerd en een beschrijving daarvan is beschikbaar, onder andere op de website van de KNNV-afdeling. Een deel van het geologisch monument is ingericht als heemtuin, hoofdzakelijk met planten die van nature in deze omgeving voorkomen. Door enkele leden van de werkgroep en een vrijwilliger van buiten de natuurvereniging wordt het (klein) onderhoud van het geologisch monument gedaan. Uitgebreide informatie is te vinden op: www.knnv.nl/afdeling-de-noordwesthoek/wolterholten
Vlinderwerkgroep De vlinderwerkgroep zag in 1986 het levenslicht. Tijdens werkgroepavonden wordt aandacht besteed aan de herkenning van dag- en nachtvlinders, worden de waarnemingen van de leden besproken en kunnen leden eigen gemaakte foto's tonen. Sinds enige tijd zijn het niet alleen de vlinders die de gemoederen bezig houden, maar worden ook de libellen beschouwd. Tenslotte komen er zo'n 50 soorten libel alleen al in de Weeribben en De Wieden voor. Er zijn twee soorten vlinder die min of meer permanent de aandacht vragen. Ten eerste is dat de grote vuurvlinder, een zeldzame soort van het moerasgebied. Jaarlijks wordt er gezocht naar de eitjes van deze soort die op waterzuring worden afgezet. De tweede soort is de sleedoornpage, een in ons land zeldzame soort, die het in de omgeving van Steenwijk best goed doet. Elke winter worden door werkgroepleden de eitjes geteld en wordt de ontwikkeling van de populatie gevolgd. Met de gemeente vindt overleg over het beheer van sleedoornstruwelen plaats, om de biotoop voor de sleedoornpage zo goed mogelijk in stand te houden.
Koppel juli 2014
blad 27
Zoogdierwerkgroep In de jaren tachtig heeft kort een zoogdierwerkgroep bestaan, die het door gebrek aan deelnemers niet lang heeft vol gehouden. Op individuele basis zijn door onze leden wel veel waarnemingen gedaan, die gebruikt zijn voor de provinciale zoogdieratlassen, die in 1999 en 2011 onder auspiciën van de 'Zoogdierwerkgroep Overijssel' zijn verschenen. Jaarlijks wordt de ijskelder in park Rams Woerthe op de aanwezigheid van overwinterende vleermuizen gecontroleerd. Paddenstoelenwerkgroep In dezelfde periode is ook een paddenstoelenwerkgroep actief geweest. Om dezelfde reden als bij de zoogdierwerkgroep, het gebrek aan leden die voldoende tijd in deze werkgroep konden stoppen, is het inventariseren van paddenstoelen in onze omgeving geen blijvende verenigingsactiviteit geworden. Wel worden er, meestal jaarlijks, een of twee paddenstoelenexcursies georganiseerd, die zich in een goede belangstelling mogen verheugen.
anekdotes van het KNNV Wolter Engelsman CHIRURGISCHE INGREEP BIJ BLOEMEN Van een van de vele excursies die door de vereniging in de loop der jaren georganiseerd zijn, herinner ik mij het volgende. De excursieleider had ons net gewezen op een vrij zeldzame bloeiende plant. Daar moest natuurlijk een foto of dia van gemaakt worden. Niet iedereen bezat toen al een spiegelreflexcamera. Een der deelnemers lag op zijn knieën en moest voor dichtbij-opnames de afstand meten voor zijn camera. Hij deed dit met behulp van een metalen rolbandcentimeter. Maar hij bewoog nog al wat en maaide prompt de bloem van de stengel. Een homerisch gelach van de andere deelnemers was zijn beloning voor deze daad. Maar de man verblikte of verbloosde niet,hij pakte een lucifer en met de precisie van een chirurg repareerde hij de bloem, zodat hij hem alsnog kon fotograferen.
blad 28
Koppel juli 2014
ADRESSEN, AARDBEVING OF OORLOG In het verleden werden de adresbanden voor het periodiek verzorgd door drukkerij Van Kerkvoorde en Hollander. Nieuwe adressen en wijzigingen werden door de ledenadministratie voor elk nummer aangeleverd. Bij Van Kerkvoorde maakte men op een machine een aluminiumadresplaatje, of werden de wijzigingen aangebracht op een bestaand plaatje. Daarna werd op een ander apparaat een adresband gemaakt. Dit was nogal arbeidsintensief. Toen Van Kerkvoorde er mee wilde stoppen, heeft de Noordwesthoek de apparatuur overgenomen. Het maken van nieuwe adresplaatjes, het aanbrengen van wijzigingen, het afdrukken van de adresbanden en het vouwen van het periodiek werd aan mij toevertrouwd. De machine waarmee de adresplaatjes gemaakt werden, was een loodzwaar apparaat, een blok gietijzer. Een elektromotor zorgde voor de aandrijving. Met behulp van een draaischijf werd een letter of cijfer op de juiste plaats gezet, waarna met een voetpedaal de motor werd geactiveerd. En .... met een fikse dreun stanste de machine dan cijfer of letter in het plaatje. Een grondige kennis van het alfabet was dus een pre. De bakken met adresplaatjes en de adresseermachine gingen mee naar mijn huis. Voor de zware stansmachine had ik geen plaats. Mijn onverwarmd fietsschuurtje bleek 's winters te vochtig. De machine kreeg toen een plaatsje in een serre van een leegstaand pand van de gemeente, in de Westwijkstraat. Wij kregen een sleutel van de serre, de rest van de woning was dichtgetimmerd. Het was een vrijstaand pand, dus niemand had last van de zware dreunen van de machine, zo dachten wij. Maar op een zaterdagmorgen, ik was zo rond een uur of acht begonnen met het maken van plaatjes, werd er op een raam van de serre geklopt en stond er iemand in pyama buiten. De jongeman, een student bleek later, had inmiddels de woning van de gemeente gehuurd en was gewekt door het gedreun van de machine. "Ik dacht dat de oorlog weer uitgebroken was, of dat er een aardbeving was", zei hij. Maar hij was vol belangstelling voor de machine, zo'n apparaat had hij nog nooit gezien. Ik heb nog een adresplaatje voor hem gemaakt, zoiets als een militair identiteitsplaatje en met hem de afspraak gemaakt om in het vervolg op een wat later (studenten)tijdstip te komen. Toen het computertijdperk aanbrak en Klaas van de Veen uit Giethoorn kans zag om adresetiketten te maken, konden de stansmachine, de adresplaatjes en adresseermachine bij het oud ijzer. De machines zijn nog aangeboden aan het Grafisch Museum in Meppel, maar die waren al in het bezit van dergelijke apparaten en hadden voor de onze geen belangstelling meer. Koppel juli 2014
blad 29
NATTIGHEID, MIST EN MUGGENLEED (eerder geplaatst in De Noordwesthoek jaargang 32 nummer 1, januari 2005)
Wim van Hulst
Ik herinner mij nog goed dat een deelnemer aan een excursie dacht over een sloot met kroosvaren te kunnen lopen en er tot het middel inzakte. En dan die avondexcursie op een warme dag door de Weerribben, waarbij een deelneemster met blote benen en gekleed in een rok een traktatie was voor de muggen. Er was ook een excursie naar Twente waar we met een lange rij auto's heenreden in een afschuwelijk dikke mist. Maar de Twentse koffietafel in "de Molen van Bels" was echt weer zo'n fijn samenzijn! Verder herinner ik mij ook nog goed het 25-jarig jubileum als penningmeester van Dirk Kuiper (1980, red.) in de kantine van camping "De Bult". PLAS EN DRAS Ton Bode Zoals we allemaal weten, worden er door onze vereniging veel excursies in de eigen omgeving georganiseerd. Met enige regelmaat worden deze excursies in het rijke, maar o zo natte gebied van de Weerribben, De Wieden, de Rottige Meenthe of de Lindevallei gehouden. Een goede gewoonte is dan om bij de aankondiging in ons lijfblad op te nemen dat het meenemen van laarzen noodzakelijk is. Net zo goed als een verrekijker of proviand kan worden aangeraden. Op enig moment was er zo'n excursie naar de Lindevallei. We zouden worden opgewacht door een boswachter van "It Fryske Gea", de beheerder van het terrein. Deze boswachter had zijn dochter van een jaar of zes meegenomen. Na hartelijk welkom te zijn geheten en een korte inleiding werd het tijd de laarzen (of de sop-maar-aans, zoals Bert en Ernie plegen te zeggen) aan te trekken. En laat nu een van de deelnemers geen laarzen bij zich hebben! Wellicht was er sprake van enige overmoed. De dochter van de boswachter zag deze deelnemer op zijn sandalen aan komen lopen, stootte haar vader aan en fluisterde hem haar waarneming in het oor. De boswachter keek om, monsterde de deelnemer en fluisterde terug dat die meneer het wel niet erg zou vinden. Uit zijn blik kon je opmaken dat als iemand eigenwijs was, hij dat zelf maar moest weten. Voor de dochter werd het spannend toen er slootje gesprongen moest worden, zonder polsstok wel te verstaan. Menig deelnemer weerde zich kranig en kwam met een ferme sprong aan de overzijde van de sloot. De man zonder laarzen sprong niet, blad 30
Koppel juli 2014
maar liep tot verbazing van het meisje gewoon door. Had hij wel in de gaten dat de sloot met modderlaag dieper was dan kniehoogte? Dat vermeldt de historie niet, maar dat hij natter (en vooral ook viezer) dan de andere deelnemers de eindstreep haalde, dat mag duidelijk zijn.
HOE MOOI KAN HET ZIJN AAN HET HAMSPAD Onze excursies lenen zich uitstekend voor het uitwisselen van ervaringen. Het herkennen van planten, vogels, vlinders tijdens een wandeling maakt die wandeling rijker en je realiseert je telkens weer wat een leuke waarnemingen er gedaan kunnen worden. En hoe plezierig is het niet als je tijdens een excursie gewezen wordt op leuke soorten. Zo was er eens een excursie naar het Hamspad, het fietspad dat aan de westzijde langs de Weerribben loopt en de grens vormt tussen Weerribben en het veenweidelandschap van Blankenham. Het was vroeg in de ochtend, mooi weer en ergens in het vroege voorjaar. De deelnemers waren vooral vogelaars, wat voor een vogelexcursie natuurlijk niet zo gek is. Kennis van vogels was er dan ook voldoende binnen de groep. Op enig moment ontstond er opwinding. Drie soorten werden geroepen, namelijk purperreiger, velduil en zomertaling. Drie ook toen al bijzondere soorten. En wat de waarneming nog meer bijzonder maakte, de drie soorten waren te vangen in één kijkerbeeld. De zomertaling, een mannetje, zwom in een smalle sloot. De purperreiger stond aan de kant van die smalle sloot te vissen en de velduil had een zitplek gevonden op een paaltje van de afscheiding die dichtbij de sloot was geplaatst. Onder een goede belichting konden deze drie vogels tegelijkertijd worden bewonderd. Zo mooi kan het zijn aan het Hamspad.
13 december 1954, 60 jaar terug, dat is lang geleden. door Machiel de Vos Om een terugblik te geven is het handig om iets anders te kunnen raadplegen dan alleen het geheugen. Naast hetgeen aan papier is toevertrouwd zijn foto's, het kan “natuurlijk”bij mij niet anders, een handige steun. Van het ontstaan is, door Henk Oost in de 17e jaargang nr. 3 van het mededelingenblad een goede weergave geschreven. Fietsend door de omgeving van Steenwijk, langs water- wei- bos en hei, genoten we als vrienden van de rijke natuur. Hierbij was mijn 6x6 klap-camera het gereedschap waarbij ik naast de natuur ook (toen ook al) de cultuurhistorie vast legde. Onze bezoeken aan de Otterskooi 26 september 1954 en aan de Bakkerskooi 8 september 1957 zijn mooie herinneringen. Koppel juli 2014
blad 31
Vogelwachten, Jeugdbonden en Bond van Friese Vogelwachten spraken tot onze verbeelding. Waarom is hier geen dergelijke vereniging terwijl wij in zo'n prachtige gevarieerde omgeving wonen vroegen wij ons af. Uit de gelegde contacten met de Natuurbeschermingswacht Meppel, de heren Hazelaar en Speek bleek al snel dat deze ons wilden steunen bij het oprichten van een Vogelwacht in Steenwijk. Een geschikte zaalruimte leek ons Het Posthuis aan de Paardenmarkt. Dus maar eens een praatje gemaakt met van der Ploeg, de eigenaar. Deze had zoveel sympathie voor de plannen -hij had contacten met Bond van Friese Vogelwachten-
Otterskooi 26-09-1954 Siem Klaver +Machiel de Vos
Bakkerskooi 8-09-1957 Henk Oost + Klaver
dat hij het Posthuis beschikbaar stelde en borg ging staan voor de te maken kosten. Voldoende om van der Ploeg als voorzitter voor te stellen, wat hij met enthousiasme deed. Henk Oost werd penningmeester. Beiden van het eerste uur zijn er niet meer. J. de Jong (inderdaad die van de kapper) kan het nu nog navertellen dat hij in de raad van adviseurs een plaats had. Van de oprichtings-bijeenkomst is het verslag (geschreven door secretaris Machiel de Vos) nog eens geplaatst in het mededelingenblad, welke ter gelegenheid van het 25 en 50 jarig jubileum zijn verschenen. De herinnering aan een tochtje met Hazelaar of Speek door de omgeving, waarbij allerlei activiteiten van de Natuurbeschermingswacht Meppel aan de orde kwamen, is wel bijzonder. Rijdend door Havelte is mij toen verteld van de plannen voor een heemtuin in een bosje te Havelte. Toen wij enkele jaren naast dit bosje – nu blad 32 Koppel juli 2014
Waterbolkpark- woonden kwam er een informatiebord te staan met hierop vermeld over die plannen van de heemtuin. De initiatiefnemers staan nu niet meer aangegeven. Het bosje zorgt voor een vogelrijkdom waarvan wij nu dagelijks genieten. De door de Meppelers gerealiseerde schaapskooi in Ruinen en de Theekoepel in het Wilhelminapark te Meppel hebben mij verschillende visioenen bezorgd. De verbinding van natuur met cultuurhistorie heb ik kunnen weergeven in het tentoonstelling, oktober 1957 Klaske de Vos in de stand namens de NWH fotoboek UTRECHT, waarvan ruim 10.000 verkocht zijn. Recentelijk heb ik de combinatie natuur en cultuurhistorie, van onze omgeving, weergegeven, in het enthousiast ontvangen, fotoboek Excursie De Noordwesthoek naar de Lindevallei 8 juni 1957 Met hoed: De Gooyer, molenaar en opzichter van It Fryske Gea, met bril: van der Ploeg, hierachter meester Gerrits, Links, militair, Henk Oost met Alie Pees. HAVELTERZAND. Gemaakt uit idealisme. Als natuurfotograaf kan ik mijn bijdrage, tot besef en behoud van alle fraais , leveren door de rijkdommen rondom ons onder de aandacht te brengen. 1957 is een memorabel jaar omdat toen deelgenomen is aan Koppel juli 2014
blad 33
de H.A.I. tentoonstelling waarvoor wij kosteloos ruimte beschikbaar kregen en Heidemaatschappij met Vogelbescherming de stand ingericht hebben. Het woord sponsors was toen nog onbekend! Henk schreef over dit gebeuren dat zes vrijwilligers ca. 100 nieuwe leden konden werven. Verder dat in die eerste jaren er een prima verstandhouding was met vele leden van de plaatselijke politie, de boswachterij en onderwijzers van de plaatselijke scholen.
Excursie naar het Zwartemeer, met Koridon. 3 oktober 1959. Bij de boot Scheenstra, links Klaske mijn vrouw.
Meester Gerrits heeft later als voorzitter veel werk verzet waarbij hij excursies met veel enthousiasme leidde. Ik herinner mij nog de speurtocht naar wolfsklauw aan de voet van de Havelterberg en de orchideeën en wolverlei bovenop de berg nabij de bomkraters.
blad 34
Koppel juli 2014
Excursie Zwartemeer 29 november 1958
Excursie Brandeveen, Rechts meester Gerrits. Midden: Klaassens leraar ambachtsschool
Excursie Brandeveen jaartal mij onbekend
Koppel juli 2014
blad 35
Excursie naar de Bakkerskooi, 14 oktober 1960
Machiel de Vos, Havelte april 2014
advertentie
blad 36
Koppel juli 2014
Leden onder de loep door Adrie Janne “Vrienden van natuur en buur” Het julinummer van “Koppel” is in de maak en ik ga weer in gesprek met een van onze leden. Deze keer ga ik op bezoek bij Harry Frantzen aan de Buitengracht in Steenwijk. Het is al weer zes jaar geleden, dat hij, samen met zijn vrouw Dieke, vanuit Culemborg hier neerstreek. Reden hiervoor was zijn aanstelling als directeur van Hogeschool “Windesheim” in Zwolle. Voorgeschiedenis Harry en Dieke leren elkaar kennen in Nijmegen tijdens hun studententijd. Daar wonen ze dan ook de eerste jaren van hun huwelijk, samen met hun driekinderen. In het jaar 2000 start er een ecologisch huizenproject in Culemborg . Enthousiast melden ze zich aan met nog vijf andere gezinnen. Harry: “ Je moet het zien als een grote landbouwkas, die in zessen gedeeld wordt. Driekwart van het jaar leef je dan met name in het buitengebied en alleen in de maanden januari en februari maak je gebruik van het “ kernhuis”. De woningen worden zo veel mogelijk opgetrokken uit natuurlijke materialen, zoals botenhout, kalkstandsteen, leem stuuk en terracotta vloeren. De tuin is ook voor gezamenlijk gebruik. Ieder kan daar zijn hart ophalen, door het planten van fruitbomen, of het kweken van een kruidenberg of een gezellige plek creëren met een bankje om elkaar te ontmoeten”. Ja, en dan, als het heerlijk toeven is in de energiezuinige kaswoning, gaat de alarmbel rinkelen en komt er een uitnodiging voor een andere werkplek! Toch hebben ze besloten ervoor te gaan. Een nieuwe uitdaging en nieuwe kansen voor hen beiden. Het wordt Steenwijk. Tien minuten lopen vanuit huis naar het station. Ideaal. Vriendelijke mensen, die elkaar groeten en elkaar leren kennen. Een fijne buurt om in te wonen, compleet met een jaarlijkse barbecue en de gebruikelijke Nieuwjaarsborrel. Nee, ze willen niet meer terug. Over Dieke: Trots is hij op haar, want ze is nog maar Koppel juli 2014
blad 37
net aangesteld als wethouder van de gemeente Steenwijkerland! De buurt gaf haar veel stemmen. Ze is dan ook super sociaal. Werken Over de Hogeschool en zijn taakveld vertelt hij het volgende: “ De school heeft ongeveer 21.000 studenten. Er is scholing voor onderwijs, techniek, economie en gezondheid en welzijn. Elke sector heeft een verantwoordelijke directeur en ik ben dat voor onderwijs”. Er is werk aan de winkel en hij is zich ervan bewust, dat gezondheid een must is om deze taak tot een goed einde te brengen. Hij is nog maar net terug van een reis van 18 dagen naar Azië om zich voor te laten lichten. Daar in Singapore zijn ze koploper in plannen van aanpak. Het gaat om educatieprogrammaʼs, en stageplekken voor studenten en o.a. serieus games(simulaties). De natuur We komen terug bij onze natuurvereniging. Belangrijke vraag is: hoe maak je mensen enthousiast? Harry: “ We moeten mensen tegemoet komen. Ze aanspreken en vertellen, wat we allemaal voor moois te bieden hebben. Alleen foldertjes in een bak stoppen langs de weg , is niet voldoende. We moeten onze gasten actief ontvangen. Daar ligt een taak voor de bezoekerscentra. Als je in Australië bent, in Melbourne bijvoorbeeld, dan tref je daar studenten aan, die je wegwijs maken naar “De twaalf apostelen”, een rotsformatie. Je krijgt verrekijkers mee, die je later weer terug kunt brengen. Er is veel mogelijk en in elke plaats is een Visitorcenter”.
Het IVN, educatie en duurzaamheid, het zijn belangrijke begrippen voor de samenleving, vindt hij. Kinderen voorlichten, het mooie van de natuur bijbrengen, het is van onschatbare waarde. Hij heef er zich tijdens zijn vorige werkplek voor ingezet. Momenteel laten hij en Dieke zich door middel van “Koppel” informeren en gebruiken ze de tijd, die rest, voor een wandeling in hun omgeving, om op te laden. Hij roemt de omgeving vanwege de vele natuurgebieden, de diversiteit ervan: het water, de bossen en de heide, waar je zo heerlijk tot rust kunt komen en ontspannen. Herinnert zich een uilentocht met SBB naar de Woldberg. Of even heel dicht bij huis: een rommelig plekje, waar een egel huist en natuurvrienden, die aan de bel trekken: “Opletten hoor, nu krijgen de reeën hun kalfjes!” Genoeg gepraat. Deze uitgave van “Koppel” wordt al extra dik. Dank je wel Harry!
Cadoelerveld toplocatie voor Icarusblauwtje door Wim Temmink
blad 38
Koppel juli 2014
Het Cadoelerveld, een 2,5 hectare groot particulier natuurterrein bij Vollenhove, was altijd al een goed vlieggebied voor het Icarusblauwtje. In de periode 2005 t/m 2012 werd gemiddeld 2,4% van alle landelijk getelde Icarusblauwtjes genoteerd op de vlinderroute van het Cadoelerveld. Volgens het jaarverslag 2013 van De Vlinderstichting zijn er dat jaar landelijk 19.713 Icarusblauwtjes geteld op 317 routes, gemiddeld per route 62 exemplaren. De route op het Cadoelerveld scoorde maar liefst 1.250 exemplaren. In percentage: 6,34% van alle landelijk getelde exemplaren! De meeste Icarusblauwtjes op het Cadoelerveld werden geteld in de maand augustus, met een top in week 32. In die week werden 302 exemplaren geteld. En dat op een terrein van ʻslechtsʼ 2,5 hectare, bestaande vooral uit vochtig en droog schraalland. Op het Cadoelerveld komt veel klaver voor, vooral Moerasrolklaver waar de rups van de vlinder op leeft. Opvallend waren ook de slaapplaatsen van het Icarusblauwtje met soms wel meer dan 100 exemplaren bijeen. De vlinders zaten vooral bovenin Biezenkoppen en Smalle weegbree. Volgens hetzelfde jaarverslag vertoont de trend voor het Icarusblauwtje sinds 2004 een matige afname. Gelukkig niet dus voor het Cadoelerveld. Vlinders die op het Cadoelerveld in vergelijking met de landelijke cijfers eveneens goed scoren, zijn: Dagpauwoog, Atalanta, Klein geaderd witje en Oranjetipje. Minder dan landelijk presteren op het Cadoelerveld met name: Zwartsprietdikkopje, Boomblauwtje, Gehakkelde aurelia en Landkaartje. www.cadoelerveld.nl Koppel juli 2014
blad 39
Wandeltip door Theo van de Graaf Blesdijkerheide - 3,5 of 5,5 km Startpunt: Neem op de A32 afslag 7, Steenwijk Noord. Aan het einde van de afrit richting Steenwijk. Neem op de rotonde de eerste afslag, richting Oldemarkt. Na Witte Paarden met de bocht mee naar links. Bij hectometerpaal 9,4 rechtsaf, de Boslaan. Nu 2,5 km, met bochten, rechtdoor. Na de tweede kruising (met de Eikenlaan) is er na 600 m aan de rechterkant een kleine parkeerplaats met een informatiebord. Routebeschrijving korte en lange route: a. Ga langs het informatiebord het gebied in en blijf rechtdoor lopen. Langs dit pad groeien veel dagkoekoeksbloem (1) en salomonszegel (2). Na 700 m op een kruising bij een paaltje met een witblauwe pijl (WaterReijkpad) gaan we linksaf. Voor we linksaf gaan, kunnen we even naar rechts lopen, naar een bank. Van hieraf hebben we uitzicht over een restant heide (3). Na 300 m maakt het pad een scherpe bocht naar rechts. Op een kruising rechtdoor. We passeren rechts van ons een open plek in het bos met een uitgegraven poel. Op 50 m na de poel op een kruising bij een paaltje met pijltjes rechtsaf. b. Nadat we een huis gepasseerd zijn gaan we 100 m verderop bij het bordje "Eigen weg" rechtsaf (4). Langs dit pad groeit salomonszegel en verderop zowel links als rechts dalkruid (bloeitijd: mei-juni). Aan het einde maakt het pad een slinger en gaat over een dam. Direct na de dam linksaf. Langs het pad groeit veel gewone ereprijs (bloeitijd: april-juni). Blijf het pad langs de sloot zo lang mogelijk volgen. Aan het einde draaien we op 10m voor prikkeldraad rechtsaf het bos in. Aan beide kanten van het pad groeit framboos . Aan het einde komen we uit op een T-splitsing. Wie de korte route loopt gaat rechtsaf (lees verder bij c). Wie de lange route wil lopen gaat linksaf, een ruiterpad (lees verder bij d). blad 40
Koppel juli 2014
c. Na 75 m linksaf. Aan het einde linksaf en terug naar de parkeerplaats. d. Na 350 m op de verharde weg rechtsaf. Bij een wegkruising rechtdoor. Op 30 m na het begin van een sparrenbos rechtsaf, een smal bospaadje. De eerste tientallen meters kunnen flink modderig zijn, maar dit houdt al snel op. Op een T-splitsing bij een paaltje met pijltjes rechts aanhouden. Bij een onduidelijke Y-splitsing rechtdoor lopen. Al snel komen we bij een volgende Y-splitsing. Hier lopen beide paden omhoog. Wij nemen de rechtse. We komen uit bij een kleine stuw. Op de kale grond rechts groeit kleine zonnedauw (bloeitijd: juli-augustus). Voor de stuw linksaf, een breed pad (5). e. Na 100 m bij de bosrand rechtsaf. We passeren een bank met uitzicht op een heideveldje (6). Na de bank draait het pad het bos in. Op 100 m na de bank rechtsaf. Op de verharde weg linksaf en naar de parkeerplaats. ------------------------------------------------------------------------------------------1. De dagkoekoeksbloem bloeit vanaf april tot in de herfst met rozerode bloemen. De plant is tweehuizig. Dit betekent dat er mannelijke planten zijn met uitsluitend bloemen met meeldraden en vrouwelijke planten waarvan de bloemen alleen stampers bevatten. In de herfst zijn de uitgebloeide vrouwelijke planten nog gemakkelijk te herkennen door de opvallende honingkleurige zaaddozen die de vorm hebben van een urntje. Als de planten door aanraking of door de wind bewogen worden kunnen de zaden uit het urntje worden gelanceerd en verspreid. De dagkoekoeksbloem is een halfschaduwplant die graag op vochtige grond groeit. Je vindt hem hier dan ook vooral langs de bosrand waar aan beide voorwaarden wordt voldaan. In de doosvruchten (de urntjes) huizen vaak insectenlarven van diverse soorten insecten. In de bladoksels vinden we dikwijls schuim, waarin de larve van de schuimcicade leeft. 2. Gewone of veelbloemige salomonszegel komt hier veel voor op houtwallen en Koppel juli 2014
blad 41
in bosranden. Deze plant groeit door middel van wortelstokken die zich op een diepte van ongeveer 15 cm bevinden. De wortelstokken bestaan uit leden waarbij er elk jaar een nieuw lid aangroeit. Aan het uiteinde van elk lid ontspringt een bloeistengel die wel meer dan een halve meter hoog kan worden. Langs de voorover buigende stengel groeien twee rijen bladeren, één rij naar links en één naar rechts. Aan de onderzijde van de stengel hangt een rij bloemtrossen met in elke tros twee tot vijf roomkleurige bloemen. Uit de bloemen ontstaan bessen die eerst groen zijn maar later blauw worden. (bloeitijd: mei-juni) 3. Bij de naam Blesdijkerheide verwacht je een open vlakte met veel heide. Helaas is daarvan niet veel meer over. Ooit was de Blesdijkerheide een groot heidegebied dat zich uitstrekte van De Blesse tot aan Paaslo. De boeren uit Steenwijkerwold lieten hier hun schapen grazen onder de hoede van een herder. Een naam als de Schapendrift bij Basse herinnert nog aan de tijd dat de schapen naar dit gebied werden gedreven. Dat is ver verleden tijd. Na het stichten van de kolonie Willemsoord werden grote delen van de zogenaamde woeste grond ontgonnen en veranderd in landbouwgebied. Een kleine rest werd ongemoeid gelaten of ingeplant met naaldbomen voor de houtproductie. Het gebied wordt in twee delen gesplitst door de Friese Veldweg, de weg waaraan zich de parkeerplaats bevindt. Vanaf de bank bij de kruising van bospaden hebben we uitzicht op het laatste restantje open heide aan de oostelijke zijde van het gebied. De vergrassing is hier zo ver voortgeschreden dat we dicht bij de bank geen heidestruiken meer zien. Iets verderop zien we ze nog wel. Door maaien en afvoeren van het maaisel probeert men de bodem nog zoveel mogelijk te verarmen, misschien in de hoop dat de heideplanten terugkeren. Zittend op de bank zien we rondom voornamelijk aangeplant bos. Op de topografische kaart van 1934 kunnen we zien dat de situatie toen geheel anders was met voornamelijk open heide en maar een enkel klein stukje bos. Verderop zullen we bij de lange route aan de andere kant van de Friese Veldweg nog over een wat groter stuk heide komen. Dit laatste gebiedje is veel natter en daarom botanisch interessanter. Zie verder bij de nummers 5 en 6.
blad 42
4. In de bossen van de Blesdijkerheide komt in de herfst de honingzwam algemeen voor. Hij groeit in dichte bundels op boomstronken en dode stammen, maar ook wel op Koppel juli 2014
nog levende bomen die daardoor ten dode zijn opgeschreven. Het zijn forse honingbruine paddenstoelen waarvan de hoed een doorsnede heeft van 4 tot 15 cm en bedekt is met donkerbruine schubben, vooral in het midden van de hoed. De schimmel verspreidt zich behalve door sporen ook door lange zwarte draden die op veters lijken en die aangetroffen kunnen worden onder de schors van geïnfecteerde bomen, op de wortels en in de bodem. Ze kunnen een flinke afstand overbruggen en andere bomen infecteren. 5. Langs dit pad zijn leuke waarnemingen te doen. In mei en juni staat het heidekartelblad er in bloei. Je vindt het op natte plekken direct langs het pad. De plant blijft veel lager dan moeraskartelblad en is hiervan bovendien te onderscheiden doordat de bloemkroon stijl rechtop staat. Bij moeraskartelblad blijft de bloemkroon vrijwel horizontaal. Het wordt begeleidt door de gele bloemen van tormentil. Van mei tot juli kun je er het klein vogelpootje vinden dat ongeveer op het pad groeit. Aan deze plant is alles zeer klein. Je zult er voor op de knieën moeten. De onopvallende witachtige vlinderbloemen zijn hooguit een halve centimeter groot. De peultjes die daaruit ontstaan zijn enigszins gekromd en staan vaak met zijn drieën bij elkaar. Het geheel maakt de indruk van een vogelpootje. In augustus bloeit hier de klokjesgentiaan. De foto van het icarusblauwtje is langs dit pad gemaakt. 6. Vanaf de bank hebben we uitzicht op een heideveld. Tot voor kort groeide hier de beenbreek. Helaas kon ik het in 2013 niet meer vinden. Op de natte plekken groeit nog wel volop kleine zonnedauw, een vleesetend plantje met langwerpige bladuiteinden. De bladeren zijn bedekt met haren die aan de top een “dauwdruppel” bevatten. Dit is geen echte dauw, maar een kleverige stof waaraan insecten blijven vastzitten. Het blad krult zich om het gevangen insect heen, waarna het verteert wordt en door de plant wordt opgenomen. Dit dient als extra voeding om te kunnen overleven op voedselarme grond.
Koppel juli 2014
blad 43
Rook in de Ribben.* door Sietske Snoeijer (Verslagje Uitwisseling met IVN Veenendaal op 12 april 2014) Zaterdagochtend, op de fiets in de mist op weg naar Kalenberg, waar IVN Noord West Overijssel vandaag gasten uit Veenendaal zal ontvangen. Na een half uur worden de mistflarden vervangen door rookflarden. Langs de weg zijn rietsnijders al druk aan het werk en stoken het rietafval meteen op: rook in de Ribben. Wat een perfect scenario om onze gasten kennis te laten maken met de geur van de Weerribben! Het nieuwe Dorpshuis in Kalenberg is een prachtig gebouw geworden met heerlijke bankjes voor de deur, waar we, inmiddels in het zonnetje, wachten op de verlate bus. De chauffeur heeft het geweten: in deze regio wordt gewerkt aan ʻDroge voeten en Nieuwe Natuurʼ met als gevolg dat veel wegen en weggetjes op de schop liggen of al zijn verdwenen. Na een run op de toiletten en de koffie kunnen we beginnen aan het programma. Loek opent met een goed doortimmerde, interessante presentatie over (het ontstaan van) de Weerribben en tijdens de lunch wordt een filmpje gedraaid over het werken in een eendenkooi En dan gaan we eindelijk ʻde weiʼ in, lekker naar buiten, want dat is wat IVN-ers bindt. De ene helft gaat wandelend naar de Kloosterkooi, de andere helft gaat, verdeeld over twee groepen, op de fiets de omgeving verkennen. In de kooi krijgen we uitleg van Wessel met zijn kooikerhondjes en van Tjallien. Na ruim een uur weten we hoe het werkt ʻachter de schermenʼ, we zijn onder de indruk van het vele werk dat vrijwilligers doen om zoʼn kooi in orde te krijgen en te houden! blad 44
Koppel juli 2014
In deze oase van rust is het genieten van de vele vogels en we boffen dat we het Oranjetipje zien. Bovendien heeft Tjallien ons uitgelegd dat er heel veel groente rechtstreeks uit de natuur te eten valt en weten we inmiddels hoe je kunt fluiten op een paardebloemsteel. Daarna wordt van activiteit gewisseld en fietsen we verder, met Bertus of met Jaap. Zij laten ons o.a. de Weren en Ribben zien vanachter een vogelkijkscherm. We krijgen uitleg over de werkzaamheden in het kader van waterberging met als prettige bijkomstigheid het ontstaan van nieuwe natuur. Waar weer vele bijzondere vogels, zoals de lepelaar, op af komen. Ook beleven we de sensatie van het bewegen van de grond als je op een kragge loopt. We fietsen langs een Tjasker en een Spinnekopmolen en van die leuke kleine vervenershuisjes. En ondertussen werken de rietsnijders stug door en krijgen we zo een indruk van hun zware werk. Maar vooral zien we hoe mooi het overal is in het Nationaal Park. Terug bij het KGH (Kalenberger Gemeenschaps Huis) wordt de dag afgesloten met dankwoorden en een afscheidsdrankje. Iedereen is enthousiast en we horen diverse keren: we komen zeker nog eens terug om hier wat meer tijd door te brengen. Duidelijk is wel dat zoʼn uitwisseling van IVN-afdelingen in de smaak valt. Misschien is het voor uitbreiding vatbaar? Er is genoeg moois te zien in Nederland en we hebben vele IVN-afdelingen……… *Rook in de Ribben, 1987, Marjan Berk. (Alleen nog 2-e hands verkrijgbaar)
Koppel juli 2014
blad 45
blad 46
Koppel juli 2014
Excursieprogramma zomer 2014 Zaterdag 26 juli een wandel ontdektocht door De Weerribben. De boeiende plantenwereld bekijken, het wonder van de verlanding van water ervaren en te luisteren naar de moerasgeluiden zijn enkele aspecten waar u van kunt genieten als u samen met gids, Bertus Otten op pad gaat. Al wandelend vertelt hij over de geschiedenis van het gebied zoals de turfwinning, de overschakeling naar de rietcultuur en hoe de mensen vroeger met dit gebied samen leefden. De wandeling start om 10.30 uur en eindigt om12.30 uur Verzamelplaats: Buitencentrum van Staatsbosbeheer, Hoogeweg 27 te Ossenzijl Aan deze wandeling zijn geen kosten verbonden. Voor extra informatie en opgave: Bertus Otten, telefoon 0561 451744. Zondag 24 augustus gezinswandeling over het laarzenpad bij Kalenberg. Ontdek het Laarzenpad met het hele gezin! Het laarzenpad van 3,5 km loopt door de moerassen en rietvelden bij Kalenberg. Tijdens deze wandeling loop je over het dichtgegroeide water en vertelt de natuurgids van de IVN afdeling Noordwest Overijssel over de planten en dieren die er in het gebied leven. Samen ga je op ontdekkingstocht door het gebied, maar vergeet niet je laarzen aan te doen! De wandeling duurt van 10.30-12.00 uur. De wandeling start bij het informatiecentrum van Nationaal Park Weerribben-Wieden aan het Kalenbergerpad 4, Kalenberg. Aan deze wandeling zijn geen kosten verbonden. Voor extra informatie en opgave: Jacco Schilder, telefoon 06 108137481.
Koppel juli 2014
blad 47
Zaterdag 20 september Jubileumdag KNNV en IVN bij Fredeshiem. De Noordwesthoek, sinds 1973 ook KNNV-afdeling, bestaat dit jaar 60 jaar en als KNNV-afdeling in 2013 40 jaar. De IVN-afdeling bestond in 2013 20 jaar. Alles bij elkaar een goede reden om gezamenlijk een jubileumactiviteit te organiseren. Zie voor uitgebreide informatie elders in deze Koppel. Zondag 31 augustus wandeling Rottige Meenthe. Het natuurreservaat Rottige Meenthe behoort evenals ʻgrote broerʼ De Weerribben tot de restanten van het laagveenmoeras dat zich ooit over een groot deel van Nederland uitstrekte. Als gevolg van de vervening is een schitterend gebied ontstaan waar onder andere de otter, de grote vuurvlinder en de roerdomp te vinden zijn. Op deze zondagochtend neemt een IVN natuurgids u mee tijdens een 1,5 uur durende wandeling door de Rottige Meenthe. Zij zal onder andere vertellen over het ontstaan van het gebied, de flora en fauna en de cultuurhistorie. De wandeling is geschikt voor het hele gezin en duurt tot 12.30 uur. De starttijd is om 10.30 uur op de parkeerplaats bij de Oldelamerbrug in Munnekeburen (aan de Grindweg). Aan deze excursie, die onder alle omstandigheden door gaat, zijn geen kosten verbonden. Voor extra informatie en opgave: Sandra Visscher, telefoon 0561 480820 of 06 25246139. Zaterdag 6 september: libellen- en vlinderexcursie naar het Uffelter Binnenveld. Op deze zaterdag in de nazomer verwachten we nog veel libellensoorten en enkele late vlinders te kunnen zien. Bezochten we vorig jaar het biotoop van het blad 48
Koppel juli 2014
Woldlakebos, dit keer gaan we het heidebiotoop met vennen verkennen. Het Uffelter Binnenveld, eigendom van het Drentse Landschap, is een gevarieerd natuurgebied. Het kent beschut gelegen heideveldjes, hooilanden en schilderachtige vennen. Keileem in de bodem zorgt ervoor dat water in de bovenlaag wordt vastgehouden, zodat er meerdere veentjes en vennetjes voorkomen. Sommige van deze vennen zijn pas in 1998 ontstaan, nadat in het gebied cultuurtechnische werken zijn uitgevoerd om verdroging tegen te gaan. Er wordt op de heide zowel door Schotse Hooglanders als door schapen gegraasd, om het terrein zijn open karakter te laten behouden. De combinatie van heide, bosranden en vennen, waarin de ontwikkeling van de libellen plaatsvindt, staat garant voor leuke waarnemingen aan diverse soorten. We vertrekken om 10.45u van de P&R aan de Eesveense zijde van station Steenwijk en om 11.00u bij de ingang van het Uffelter Binnenveld aan de Markegenotenweg te Havelte (bij het informatiebord). De excursie zal tot ongeveer 15.00u duren, dus neem wat eten en drinken mee. Nadere informatie: Ben Prins, telefoon 0521 350300. Zondag 14 september herhaling van de wandeling over het laarzenpad bij Kalenberg, Jacco Schilder Zie de tekst bij de wandeling van 24 augustus Zondag 14 september herhaling van de wandeling in de Rottige Meenthe, Sandra Visser Zie de tekst bij de wandeling van 31 augustus
Koppel juli 2014
blad 49
Activiteiten Geologiewerkgroep in 2014: Zaterdag 4 oktober: Een fietsexcursie met als thema ''Geologie en Landschap van Steenwijk''. De lengte van de fietstocht is ongeveer 30 km. Halverwege pauzeren we voor een kop koffie (voor eigen rekening) bij resort De Eese. Tijdens de excursie zal de aardkundige geschiedenis van onze streek aan de orde komen en zal op een aantal plaatsen worden gestopt om resultaten van de ijstijden in de vorm van onder andere een drumlin, zwerfstenen en een pingoruïne te tonen. We vertrekken om 10.00 uur bij de fietsenstalling op de parkeerplaats aan de Eesveense zijde van het NS-station. De excursie wordt geleid door Ernst Kleis en voor inlichtingen over de excursie en/of opgave kunt u terecht bij Zwaan Beijk:
[email protected], telefoon 0521-516777. Dinsdag 21 oktober: Op de eerste avond van het nieuwe seizoen is er voor de pauze een huishoudelijk gedeelte (korte vergadering / mededelingen) en worden meegenomen geologische vakantievondsten besproken. Na de pauze zal Zwaan Beijk een presentatie geven van het Natuurreservaat Mols Bjerge in Djursland, een van de mooiste en heuvelachtigste gedeelten van Denemarken. Let op: deze avond valt vanwege de herfstvakantie niet zoals gebruikelijk op de tweede, maar op de derde dinsdag van de maand. Dinsdag 11 november: Harry Huisman zal een algemene lezing geven over de geologie van Noord-Nederland Dinsdag 09 december: Peter Nugter geeft een lezing over de geologie van Noord-Jutland.
blad 50
Koppel juli 2014
Avonden in 2015 waarop lezingen gegeven worden: dinsdagen 13 januari, 10 februari, 10 maart en 14 april. Over de sprekers en de onderwerpen waarover gesproken zal worden, leest u in de volgende Koppel. Verder wordt er op zaterdag 25 april een dagexcursie gehouden. Waarheen deze zal gaan, wordt ook later bekendgemaakt. N.B.: Alle avonden van de Geologiewerkgroep worden (tenzij anders vermeld) op de tweede dinsdagavond van de maand gehouden, beginnen om 19:30 uur in Zaal 3 van de Meenthe en eindigen rond 22:00 uur.
Data van de lezingen voor het seizoen 2014-2015. Het gaat om de volgende data: 20 oktober 2014 17 november 2014 15 december 2014 19 januari 2015 16 maart 2015
Koppel juli 2014
blad 51
Agenda Zaterdag 26 juli een wandel ontdektocht door De Weerribben 1, 2 en 3 augustus: tuinvlindertelling, georganiseerd door de Vlinderstichting in Wageningen. Nadere informatie: www.vlindermee.nl Zondag 24 augustus gezinswandeling over het laarzenpad bij Kalenberg van 29 naar 30 augustus: Nacht van de vleermuis. Nadere informatie: www.vleermuisnet.nl Zondag 31 augustus wandeling Rottige Meenthe Zaterdag 6 september libellen- en vlinderexcursie naar het Uffelter Binnenveld Woensdag 10 september: theorieavond spinnencursus Zaterdag 13 september: excursie spinnencursus Zondag 14 september herhaling van de wandeling over het laarzenpad bij Kalenberg Zondag 14 september herhaling van de wandeling in de Rottige Meenthe Zaterdag 20 september Jubileumdag KNNV en IVN Zaterdag 20 en zondag 21 september: egelweekend. De zoogdiervereniging roept iedereen op om dit weekend naar egels uit te kijken en waarnemingen door te geven. Hoe gaat het met de egel in ons land? Nadere informatie: Zaterdag 4 oktober: Een fietsexcursie met als thema ''Geologie en Landschap van Steenwijk''. Dinsdag 21 oktober Geologiewerkgroep: een huishoudelijk gedeelte en presentatie van Denemarken. Dinsdag 11 november: Harry Huisman zal een algemene lezing geven over de geologie van Noord-Nederland Dinsdag 09 december: Peter Nugter geeft een lezing over de geologie van NoordJutland.
blad 52
Koppel juli 2014