Inhoud: 1.
Inleiding en leeswijzer
3
2.
Verkavelingsplan
4
3.
Beeldkwaliteitplan 1994
5
4.
Hoenderbos in Uden-Zuid
6
5.
Hoenderbos III A. Hart van de buurt B. Langs de Karrevracht C. Bij de entree D. Buitenschil E. Binnenschil F. Centraal hofje G. Ruitersweg
7 8 9 10 11 12 13 14
6.
Tuinafscheidingen
15
7.
Groenstructuur en inrichting
17
8.
Uitgangspunten vormgeving en bebouwing
19
Beeldkwaliteitsplan -2-
1
Inleiding en leeswijzer Dit beeldkwaliteitplan moet richtlijnen en aanbevelingen geven voor de ruimtelijke kwaliteit van Hoenderbos III. Om een samenhangende en harmonieuze woonomgeving te creëren is een heldere beschrijving van groot belang. In dit plan worden zowel over de architectuur van de bebouwing als over de inrichting van de openbare ruimten uitspraken gedaan. Het beeldkwaliteitplan Hoenderbos III kan gezien worden als een verdere precisering van het beeldkwaliteitplan Hoenderbos / Velmolen. Op een aantal punten wijkt het echter ook af. In de volgende paragraaf wordt hier verder op ingegaan. In het beeldkwaliteitplan Hoenderbos / Velmolen wordt het gebied Hoenderbos III een geheel eigen karakter toegedicht. Dit eigen karakter wordt in dit beeldkwaliteitplan als ondersteuning van het bestemmingsplan Hoenderbos III inzichtelijk gemaakt. De tot nu toe gerealiseerde projecten in Uden-Zuid hebben een moderne architectuur. Om Hoenderbos III onderscheidenlijk te maken van de rest van Uden-Zuid is besloten deze woonbuurt het karakter te geven van de jaren ‘30-bouw. Om de leesbaarheid te vergroten en de onderlinge samenhang te verhelderen is als bijlage een matrix opgenomen met daarop per deelgebied samengevat alle voor de beeldkwaliteit relevante eigenschappen van woning en woonomgeving. Speciale aandacht wordt er ook besteed aan de tuinafscheidingen daar waar zij- en achtertuinen grenzen aan de openbare ruimten. Omdat de groenstructuur als een (ver)bindend element wordt ervaren is het karakter hiervan tevens opgenomen in dit beeldkwaliteitplan.
Beeldkwaliteitsplan -3-
De onderdelen van het beeldkwaliteitplan die deel uitmaken van de 1e wijziging van de Welstandsnota Uden 2004” zijn ingekaderd. Overeenkomstig het bepaalde in artikel 12, lid 4 van de Woningwet, juncto artikel 150 van de Gemeentewet is deze 1e wijziging voor inspraak ter visie gelegd alvorens door de raad te zijn vastgesteld. Het beeldkwaliteitplan zal tezamen met het bestemmingsplan door de gemeenteraad worden vastgesteld. Het plan heeft een tweeledig doel. In de eerste plaats ziet het op de architectuur van de nieuw te bouwen woningen. Dit gedeelte van het beeldkwaliteitplan, dat moet worden gezien als een uitwerking c.q. onderdeel van de Welstandsnota, zal dienst doen als toetsingskader voor de welstandscommissie bij de advisering aan het college van Burgemeester en Wethouders ter zake van bouwaanvragen. Daarnaast zijn in het beeldkwaliteitplan uitgangspunten opgenomen voor de inrichting van het openbare gebied. Het inrichtingsplan zal aan deze uitgangspunten worden getoetst. In het beeldkwaliteitplan is tevens een beschrijving gegeven van de inrichting van het openbare gebied. Het inrichtingsplan zal aan deze uitgangspunten getoetst worden.
Beeldkwaliteitplan Hoenderbos III
3
2
Verkavelingsplan Hoenderbos III is het meest westelijke plandeel van Hoenderbos / Velmolen. Langs één van de toekomstige hoofdontsluitingen van Uden-zuid, de Karrevracht, ligt aan de oostzijde het hier beschreven plangebied. Aan de overzijde van de weg ligt het toekomstige wijkdeel Eikenheuvel. Komende vanaf de Lippstadtsingel manifesteert het gebied zich met de appartementen en de praktijkwoningen achter een waterpartij. De opzet is om hier 12 appartementen en vijf vrij forse woningen (9 meter breed en drie lagen hoog) te realiseren. De woningen krijgen een extra uitbreidingsmogelijkheid aan de achterzijde van de woning om werken aan huis mogelijk te maken. De ontsluiting van het achterliggende gebied vindt plaats door middel van een tweetal aantakkingen op de Karrevracht. Deze komen al direct uit op een kruising die het verkeer over een groter gebied verdeelt. De kruisingen zijn met elkaar verbonden door een grote lusvormige buurtontsluitingsweg. Deze weg maakt deel uit van een asymmetrisch profiel van tussen de woningen 23 meter waarvan 15 meter openbaar gebied is. De weg heeft aan één zijde een rij bomen. Parkeren ten behoeve van de bewoners vindt hoofdzakelijk op eigen erf plaats. Alleen de rijwoningen vormen hierop een uitzondering. Bezoekersparkeren kan plaatsvinden in de vorm van parkeervakken tussen de bomen. Om de buurt een eigen, samenhangende identiteit te geven zal een kenmerkende boomtype over de volledige lengte van het profiel geplant worden. Deze staan in een grasberm. Aan de andere zijde van de weg worden de parkeervakken “ingebed’ in blokhagen. Beide groenstroken zorgen in combinatie met de licht gebogen weg voor Beeldkwaliteitsplan -4-
een uitnodigend straatbeeld. In de buitenste “kraag” zijn voornamelijk vrijstaande- en geschakelde woningen geprojecteerd. Deze woningen zijn in hoofdzaak georiënteerd op de buitenste ontsluitingslus. Uitzonderingen hierop zijn een achttal patio-woningen aan een hofje in het noordoostelijk deel van het plangebied.
3
Beeldkwaliteitplan 1994 In 1994 is voor het gehele gebied Hoenderbos/Velmolen een proefverkaveling gemaakt. Deze heeft als uitgangspunt gediend voor het “beeldkwaliteitplan 1994”. Op verschillende plaatsen wordt afgeweken van de proefverkaveling. Zo is de bedrijvenzone lang de Lippstadtsingel niet meer in de plannen opgenomen en is het gebied vergroot richting de Voorste Hoenderbos. Ook is de verkavelingsopzet door voortschrijdend inzicht aangepast. Het plan van 1994 toonde wel een separaat gelegen gebied maar kende hier nog niet een afwijkende bouwstijl aan toe. Juist door het gebied een meer historiserend karakter toe te kennen zal het zich onderscheiden van de overige woongebieden. Uit deze bijstelling van het beeldkwaliteitplan volgt tevens een aanpassing van het kleurgebruik. Ten aanzien van de bebouwing zijn voor de gevelkleuren bruin/rood en terra in de plaats gekomen van roodachtig en is voor de dakpan gekozen voor antraciet in plaats van hollandsrood. Voor de inrichting van het openbare gebied is de overwegend gele kleur die in de eerdere gebieden gebruikt is verlaten en zijn nuanceringen in bruin en grijs voorgeschreven. Deze kleuren sluiten beter aan bij het karakter en stijl van de woningen. De inrichting is beschreven in hoofdstuk 7 (Groenstructuur en inrichting).
Beeldkwaliteitsplan -5-
Beeldkwaliteitplan Hoenderbos III
5
4
Hoenderbos in Uden-Zuid Hoenderbos III kent een aantal relaties met plannen op hogere schaalniveau zoals de structuurschets Uden-Zuid. Mede bepalend voor de vormgeving van Hoenderbos III zijn de volgende ruimtelijke aspecten: − De Lippstadtsingel vormt de noordelijke begrenzing. Tussen het woongebied en de provinciale weg moet een geluidswerende voorziening gerealiseerd worden om het verkeerslawaai te beperken. − Direct ten westen van het plangebied is een nieuwe aansluiting op de Lippstadtsingel geprojecteerd om Uden-Zuid te ontsluiten en om het doorgaande verkeer richting Erp om de woongebieden heen te leiden. Deze weg, de Karrevracht, vormt de westelijke begrenzing van Hoenderbos III. − De Ruitersweg, een oude ontsluitingsweg van het buitengebied naar het dorp Uden, vormt de oostelijke begrenzing van het gebied.
Beeldkwaliteitsplan -6-
5
Hoenderbos III Kleurordening In hoofdstuk 2 is al aangegeven dat dit gebied een geheel eigen karakter zal krijgen. Dit geldt voor zowel de woningen als voor de inrichting van het openbare gebied. Ten aanzien van de bebouwing zijn voor de gevelkleuren bruin/rood en terra in de plaats gekomen van roodachtig en is voor de dakpan gekozen voor antraciet in plaats van hollandsrood. Voor de inrichting van het openbare gebied is de overwegend gele kleur die in de eerdere gebieden gebruikt is verlaten en zijn nuanceringen in bruin en grijs voorgeschreven. Zonering gebieden Het gebied Hoenderbos III is in meerdere identiteiten te onderscheiden. Om enerzijds de verschillende karakters van elkaar te onderscheiden en toch een zekere eenheid in het plan te brengen is een opdeling gemaakt volgens nevenstaande indeling. Te onderscheiden zijn het kleurgebruik van de woningen, de goot- c.q. nokhoogte en de kapvorm. Verder is er onderscheid te maken in de behandeling van de openbare ruimten. Gelijke hoogten en kleurgebruik zijn echter ook een verbindend element tussen de verschillende deelgebieden. Om de leesbaarheid te bevorderen is per deelgebied één pagina ingeruimd om een totale beschrijving van het gewenste beeld te geven. In de bijlage wordt hiervan in een matrix een totaalbeeld weergegeven.
Beeldkwaliteitsplan -7-
Beeldkwaliteitplan Hoenderbos III
7
A.
een gebied met een geheel eigen identiteit, het hart van het gebied.
Hart van de buurt. Omschrijving. Centraal in het gebied ligt het buurtpark. Door de woningen rond dit compacte groengebied met de voorgevels naar dit parkje te projecteren ontstaat een harde begrenzing. Dit bevordert het gevoel van sociale veiligheid en versterkt, door de contrastwerking, de openheid. Bouwhoogten. Rond het parkje wordt uitgegaan van een goothoogte van circa 6 meter (twee bouwlagen). Dit om het buurtparkje een duidelijke wand te geven. Bouwvormen. Voor de rijwoningen aan de zuidwestzijde van het parkje wordt voorgesteld de kap evenwijdig aan de voorgevel te situeren, met als beeindiging weerszijden van het blok een kap met een nokrichting loodrecht op de voorgevelrooilijn (zie figuren links en rechtsboven). De Dakhelling van de langskap zal dan circa 45° bedragen. Voor de blokbeїndiging, kan een steilere kap toegepast worden In combinatie met een lagere goothoogte en een hogere nok krijgt het dak de gewenste extra aandacht. Bij de woningen aan de andere zijden van het parkje, de geschakelde- of twee-onder-één-kap woningen, is de nokrichting dwars op de voorgevelrooilijn geprojecteerd. Hierbij kan de nok boven de woningscheidende muur liggen. Kleurstelling. Door een afwijkende gevelkleur voor te schrijven (zandgeel in plaats van bruin/rood) ontstaat Beeldkwaliteitsplan -8-
Inrichting. De inrichting van het totale openbaar gebied zal, evenals de architectuur, een geheel eigen karakter krijgen binnen de wijk Velmolen / Hoenderbos. Dit is terug te vinden in zowel de bestratingsmaterialen als de overige inrichtingselementen. Binnen Hoenderbos III zal qua inrichting geen onderscheid tussen de verschillende deelgebiedjes gemaakt worden. Gezien de totale vormgeving van het gebied moet het parkje daarbij aansluiten. Hierbij is te denken aan organische vormen met zowel struiken als bomen. Het parkje zal een enigszins “romantisch” karakter dienen te krijgen. Deels zal de ruimte als speelgebied ingericht gaan worden. De inrichting moet een intensief gebruik mogelijk maken.
B.
Langs de Karrevracht Omschrijving. De Karrevracht zelf bestaat uit twee rijstroken, gescheiden door een middenberm. Deze weg verbindt de Lippstadtsingel met UdenZuid. De weg wordt begeleid door een aantal bomenrijen. Tussen de bebouwing en de weg is een brede groenstrook die mede tot doel heeft het hemelwater te infiltreren. De woningen zullen een duidelijke begrenzing vormen tussen het woongebied en het aan de overzijde van de Karrevracht gelegen weidegebied. Daarom is het vanuit de beeldvorming gewenst hier een stevige “wand” te creëren. Deze wand wordt door een aantal elementen gevormd. Komende vanaf de Lippstadtsingel verrijzen aan de linkerzijde van de Karrevracht allereerst twee gebogen woningbouwblokken. (Deze worden bij C beschreven). Vervolgens een tweetal blokken met rijwoningen en tot slot een 10-tal twee-onder-één-kap woningen.
illustraties rechts op deze pagina). De Dakhelling van de langskap dient circa 45° te bedragen. Voor de blokbeїndiging, bestaande uit één of twee woningen, kan een steilere kap toegepast worden. In combinatie met een lagere goothoogte en een hogere nok krijgt het dak de gewenste extra aandacht. Kleurstelling. De gevels dienen van een terracottakleurige baksteen opgebouwd te zijn en gedekt met een antracietkleurige pan. Inrichting. Dit aspect wordt intergraal in hoofdstuk 7 behandeld.
Bouwhoogten. De middelste twee blokken bestaan uit rijwoningen met een hoogte van twee bouwlagen met kap. Voor de blokbeїndiging van de rijwoningen, geldt een mindere goothoogte en een wat grotere nokhoogte. Voor de twee-onder-één-kap woningen gelden soortgelijke verhoudingen Bouwvormen. Voor de rijwoningen wordt voorgesteld de kap evenwijdig aan de voorgevel te situeren, met als beëindiging weerszijden van het blok een kap met een nokrichting loodrecht op de voorgevelrooilijn (zie Beeldkwaliteitsplan -9-
Beeldkwaliteitplan Hoenderbos III
9
C.
Bij de entree Omschrijving. Dit cluster bestaat uit twee blokken woningen waarvan één tevens een aantal appartementen omvat. De blokken hebben een licht gebogen vorm waarbij de appartementen de hoek vormen en aansluiten op de geluidwerende voorzieningen. Op deze specifieke plek bestaat de mogelijkheid een bijzonder woningbouwproject te realiseren. Door de ligging aan het water en de locatie bij de entree van het woongebied Uden-Zuid. Door de garages c.q. carports van deze woningen aan de achterzijde te situeren blijft de brede verhardingsstrook tussen de woningen en het water autovrij. De woningen hebben een breedte van 9 meter aan de voorzijde. In combinatie met de relatief forse goothoogte van circa 10 meter ontstaat voldoende volume om (een deel van) de woningen mede te gebruiken voor het uitoefenen van aan huis gebonden beroepen. De woningen hebben een functie om het verkeersgeluid van het verkeer op de Lippstadtsingel en de karrevracht voor de achterliggende bebouwing te weren. De voorgevel van de woningen zal daarop aangepast moeten worden. Bouwhoogten. De woningen kunnen gebouwd worden met een hoogte, gelijk aan drie bouwlagen met een (beperkte) onderlaag en voorzien van een kap. De appartementen kunnen één extra laag bevatten. Bouwvormen. In principe wordt in een langskap voor zien met een blokbeëindiging waarbij de eindwonin Beeldkwaliteitsplan -10-
gen van een dwarskap voorzien worden. Een vermenging van verschillende kapvormen kan geaccepteerd worden mits het beeld niet onevenredig onrustig wordt. De goot en bouwhoogten dienen gerespecteerd te worden. Kleurstelling. De gevels dienen van een rood/bruine baksteen opgebouwd te zijn en gedekt met een antracietkleurige pan. Inrichting. Dit aspect wordt intergraal in hoofdstuk 7 behandeld.
D.
Buitenschil Omschrijving. Aan de buitenzijde van het plangebied zijn, in hoefijzervorm, een strook bestemd voor de bouw van vrijstaande en grotere tweeonder-één-kap woningen. De straat voor de woningen is licht gebogen van vorm. De woningen volgen deze vorm waardoor ze als coulissen achter elkaar lijken te staan. Een gedeelte van de woningen staat achter de geluidswal van de Lippstadtsingel, het andere deel grenst met de achterzijde naar de woningen langs de huidige Ruitersweg. Bouwhoogten. De goothoogte van de woningen is gesteld op twee bouwlagen, voorzien van een kap. Bouwvormen. Voor zowel de vrijstaande als de geschakelde woningen wordt een schilddak voorgestaan. Kleurstelling. De gevels dienen van een rood/bruine baksteen opgebouwd te zijn en gedekt met een antracietkleurige pan. Inrichting. Dit aspect wordt intergraal in hoofdstuk 7 behandeld.
Beeldkwaliteitsplan -11-
Beeldkwaliteitplan Hoenderbos III
11
E
Binnenschil Aan de binnenzijde van de ontsluitingslus zijn vrijstaande en/of geschakelde woningen voorzien. Deze woningen wijken in verschijningsvorm af van de tegenoverliggende woningen door met name een andere kapvorm. Bouwhoogten. De goothoogte van de woningen is gesteld op bovenzijde begane grond en/of eerste verdieping. De nokhoogte is maximaal circa12 meter om hier een steile kap te kunnen realiseren. Bouwvormen. Bij deze woningen wordt een zadeldak voorgestaan.. Ook bestaat de mogelijkheid om twee kappen per woning toe te staan. (zie illustraties). Hierbij kunnen de nokken zowel haaks op elkaar staan als parallel. Kleurstelling. De gevels dienen van een rode of rood/bruine baksteen opgebouwd te zijn en gedekt met een antracietkleurige pan. Inrichting. Dit aspect wordt intergraal in hoofdstuk 7 behandeld.
Beeldkwaliteitsplan -12-
F
Centraal hofje. Het centraal gelegen hofje zal door het woningtype een eigen karakter krijgen. Om een centraal pleintje komen hier een achttal patiowoningen te staan. Hierdoor ontstaat een kleinschaliger karakter. Door de verkaveling ontstaat een min of meer besloten hof waar omheen de woningen gesitueerd zijn. Bouwhoogten. De goothoogte van de woningen is gesteld op één bouwlaag. De nokhoogte is maximaal circa 7 meter. Om een niet te hoge kap te krijgen kan een deel van het dak, evenals de aanbouw als plat dak (één bouwlaag) uitgevoerd worden. Bouwvormen. Bij deze woningen kan een bescheiden kap aan de straatzijde van de woning komen. De kap brengt samenhang tot stand tussen de woningen. Het achterste deel van de woning kan met een plat dak (één bouwlaag) afgedekt worden. Zodoende kan er voldoende zonlicht in de patio komen. Kleurstelling. De gevels dienen van een rode of rood/bruine baksteen opgebouwd te zijn en gedekt met een antracietkleurige pan. Inrichting. Met dezelfde materialen als de overige inrichting zal dit hofje een eigen inrichting krijgen. De nadruk zal hier, meer dan bij de overige deelgebieden, op het verblijfskarakter liggen. Dit houdt in dat er geen onderscheid voor de verschillende verkeerstypologieën gemaakt zal worden. Beeldkwaliteitsplan -13-
Beeldkwaliteitplan Hoenderbos III
13
G
Ruitersweg De Ruitersweg is de bestaande weg die vroeger de verbinding tussen Erp en Uden vormde. Enkele van de bestaande woningen onderstrepen dit historisch karakter. Om in de sfeer van de woonwijk maar ook van de oude weg te blijven wordt hier een wat gevarieerder beeld voorgestaan. Deze variatie komt tot uiting in een ruimer bebouwingsprofiel. Bouwhoogten. De goothoogte van de woningen is gesteld op bovenzijde begane grond en/of eerste verdieping. De nokhoogte is maximaal circa14 meter om hier een steile kap te kunnen realiseren. Bouwvormen. Bij deze woningen wordt een zadeldak voorgestaan. Ook bestaat de mogelijkheid om twee kappen te combineren op één woning. (zie illustraties). Kleurstelling. De gevels dienen van een rode of rood/bruine baksteen opgebouwd te zijn en gedekt met een antracietkleurige pan. Inrichting. Door de omlegging van de verbindingsweg Uden-Erp krijgt de weg het karakter van een woonstraat. Om dit te accentueren wordt het asfalt verwijderd en vervangen door een profiel van keien en gebakken klinkers. Dit sluit ook goed aan bij de historische bomen langs de weg.
Beeldkwaliteitsplan -14-
6
Tuinafscheidingen In het beeldkwaliteitplan Hoenderbos / Velmolen wordt speciale aandacht gevraagd voor de erfafscheidingen, voorzover deze grenzen aan het openbare gebied. In geval van zij- en /of achtertuinen geldt dat tot één meter hoogte de tuinafscheiding dicht mag zijn, daarboven dient deze voorzien te zijn van een open constructie, waarover planten kunnen groeien. De maximale totaalhoogte bedraagt twee meter. Deze uitgangspunten zijn ook van toepassing op dit deel van Uden-Zuid. De uitvoering zal aan de bouwstijl aangepast dienen te worden. Om aan dit laatste te kunnen voldoen zijn gemetselde poeren toegelaten maximaal 30 x 30 cm.
bied door te zetten worden eenduidige muurtjes voorgestaan aan de voorzijden van de woningen. Op plaatsen waar de voor- of zijtuin grenst aan een voetpad wordt een muurtje voorgestaan van circa 60 centimeter hoogte met een “ezelsrug” met een iets hogere beëindiging (zie rechts de afbeeldingen). Daar waar de voortuin grenst aan een grasberm of openbaar groen wordt de erfafscheiding in principe vrij gelaten, maar geldt wel de maximale hoogte van één meter. Het verdient sterke aanbeveling om het ontwerp en de uitvoering van deze tuinafscheidingen mee te nemen in het ontwep- en realisatie-traject van de woningen.
Dit geldt slechts voor het onderhavige gebied. Indien op de plankaart toegelaten kunnen op een beperkt aantal plaatsen geheel dichte muren toegestaan worden. Dit betreft veelal plaatsen waar dit om privacy en/of akoestische redenen noodzakelijk is. Bij erfafscheidingen tussen de voortuin en het openbaar gebied geldt een maximale hoogte van 1 meter. Om de stijl uit de jaren ’30 ook in het openbare geBeeldkwaliteitsplan -15-
Beeldkwaliteitplan Hoenderbos III
15
Beeldkwaliteitsplan -16-
7
zelfde assortiment gebruikt worden om zodoende een eenheid in het gebied te bewerkstelligen. Hoofdelement van het openbare gebied vormt de buitenste ontsluitingslus. De inrichting hiervan is bepalend voor het hele gebied. Het profiel tussen de gevels is 23 meter breed, waarvan 15 meter tot het openbare gebied behoort. Dit deel van het profiel is als volgt opgebouwd: − Een grasberm van twee meter breed langs de buitenzijde; − Een zone van twee meter voor parkeren en groen; − Een rijstrook van zes meter; − Een zone van twee meter voor parkeren en groen; − Een groenzone van één meter; − Een voetpad van twee meter. De bestrating zal uitgevoerd dienen te worden in een combinatie van bruine steen (dikformaat, 7x 20 cm.) en grijze steen (carréformaat 15x15cm.). De trottoirs zullen in een strakke donker grijze trottoirtegel (20x20 cm. of 30x30 cm.) uitgevoerd worden.
Groenstructuur en inrichting
Materiaalkeuze van de inrichtingselementen dient afgestemd te worden op het karakter van het woongebied. Dit houdt in dat de verhardingsmaterialen in soort, kleur en afmeting verwantschap moeten hebben met de materialen die in de jaren ’20 en ’30 toegepast werden. Dit sluit betonsteen bij voorbaad niet uit. Een gemêleerde betonsteen in waalformaat (b.v. een rood-bonte Terra Nova) kan voor dit doel bij voorbeeld gebruikt worden in combinatie met een antraciet- of grijskleurige natuursteen of een goede replica hiervan. Door het hele wijkdeel heen kan hetBeeldkwaliteitsplan -17-
Beeldkwaliteitplan Hoenderbos III
17
Beeldkwaliteitsplan -18-
8
Uitgangspunten vormgeving en bebouwing De woningen in het plangebied Hoenderbos III krijgen het uiterlijk van de architectuur uit de jaren ’30. Deze stijl heeft een aantal kenmerkende elementen. Zo hebben de woningen een vrij ver overstekende dakrand waarbij extra aandacht gegeven is aan de detaillering van de dakgoot. Deze is veelal betimmerd zen heeft metalen afvoerpijpen. Bij toepassing van een schilddak heeft het dak een flauwe dakhelling, terwijl bij een dwarskap juist een steile dakhelling toegepast wordt. Volgens de aangegeven kleurstelling dienen de woningen in baksteen uitgevoerd te worden. Voor het trasraam kan een donkerder bijpassende steen toegepast worden. Woningen uit deze stijlperiode zijn voorzien van een gemetselde schoorsteen. In combinatie met een steil dak is het vaak gebruikt als karakteristiek element. Voorts zien we vaak erkers op de begane grond toegepast. Deze moeten een plat dak hebben. Aangemetselde plantenbakken maken veelal ook deel uit van het ontwerp. Grote daken lenen zich voor dakkapellen. Om het karakter van de woningen en daarmee de buurt niet te verstoren worden aan de voorzijde de dakkapellen beperkt tot de eerste verdieping en de breedte tot maximaal 50% van de breedte van het dak.
Beeldkwaliteitsplan -19-
Beeldkwaliteitplan Hoenderbos III
19
Afdeling Ruimtelijke en Economische Ontwikkeling ScM, 1 augustus 2006
Gemeente Uden Markt 145 I Postbus 83 I 5400 AB UDEN I Telefoon 0413 – 281911 I Fax 0413 – 281481 I WWW.Uden.nl