Industrie en landschap
De relatie tussen bedrijventerrein en landschappelijke context
Het natuurlijke landschap, het stedelijk landschap, industrie en snelwegen zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Stad en landschap in Nederland zijn als een eenheid. Steden groeien niet in de hoogte, maar in de breedte waardoor stad en landschap zich versmelten. Unieke Nederlandse landschappen dreigen te verdwijnen...
Melanie Goed - Marijke de Jong
Industrie en landschap
De relatie tussen bedrijventerrein en landschappelijke context
Datum 26 april 2013 Versie 1.0 Auteurs Melanie Goed
[email protected] Marijke de Jong
[email protected] Opleiding Afstudeeronderzoek Van Hall Larenstein Larensteinselaan 26a 6882 CT Velp Begeleidende docenten Rob Aben Ard Middeldorp Ben ter Mull Cees Zoon
2
Industrie en landschap
De relatie tussen bedrijventerrein en landschappelijke context
3
4
Voorwoord Voor u ligt het onderzoeksrapport naar de relatie tussen industrie en landschap. Dit rapport is ontstaan naar aanleiding van de ontwerpopgave voor industriegebied De Mars en haar relatie met het omliggende landschappelijke gebied. Wij hebben gezocht naar concrete manieren waarop bedrijventerreinen een relatie aan kunnen gaan met hun contextuele landschappelijke setting. De reden hiervoor is het vaak naar binnen gekeerde karakter van bedrijventerreinen, waarbij de unieke landschappelijke locatie van deze gebieden wordt vergeten. Het resultaat van het onderzoek zult u terug vinden in dit rapport. Wij willen onze dank uitspreken voor de begeleiding, inzet en inspirerende ideeën van Ard Middeldorp en Cees Zoon.
Melanie Goed & Marijke de Jong 26 april 2013, Velp
5
Samenvatting Nederland wordt langzaam maar zeker volgebouwd met bedrijventerreinen. Deze worden in de regel aangelegd langs snelwegen aan de rand van de stad, op de plek waar stad en landschap elkaar raken. Ondertussen vormt structurele leegstand op bestaande bedrijventerreinen in Nederland een toenemend probleem. In dit rapport wordt gekeken hoe bestaande bedrijventerreinen verbeterd kunnen worden door middel van de relatie met het landschap, zodat er weer bedrijven gaan vestigen op de bestaande terreinen. De mogelijke relatie tussen bedrijventerreinen en het omliggende landschappelijke gebied wordt onderzocht aan de hand van de volgende hoofdvraag: ‘Wat zijn de middelen om de (vaak) naar binnen gekeerde bedrijventerreinen te koppelen aan het omliggende landschappelijke gebied?’ Om deze vraag te beantwoorden is het onderzoek opgesplitst in twee deelvragen: 1. - ‘Waarom zijn bedrijventerreinen vaak afgekeerd van hun omliggende context?’ 2. - ‘Wat kan de meerwaarde zijn voor het bedrijventerreinen als de relatie wordt gezocht met het landschap?’ Het antwoord op deze vragen wordt in het laatste deel van het rapport uitgebreid besproken. Kort samengevat kan worden gezegd dat de naar binnengekeerde houding van bedrijventerreinen toe te schrijven is aan het functionele 6
karakter. Bedrijven richten zich op de interne wegenstructuur om het praktische gebruik voor transport. Het antwoord op de tweede deelvraag is geformuleerd in verschillende meerwaarden: • Imagoverbetering • De verbetering van zichtbaarheid en herkenbaarheid • Verbetering van de stedelijke rand • Verbetering van het landschap • Verbetering van het werkklimaat Het antwoord op de hoofdvraag is gevonden aan de hand van een onderzoek op negen verschillende bedrijventerreinen in Nederland. De bedrijventerreinen zijn aan de hand van verschillende thema’s geanalyseerd. De thema’s die onderzocht zijn, zijn achtereenvolgens: landschapsstructuur, ontsluiting- en wegenstructuur, groenstructuur, zichtbaarheid van het bedrijventerrein vanuit het omliggende landschap en de zichtbaarheid van het landschap vanaf het bedrijventerrein. Enkele voorbeelden voor het vormen van een relatie tussen industrie en landschap, die te vinden zijn in onderzoeksdeel 3: • De landschapsstructuur wordt vanuit het landschap overgenomen in de structuur van het bedrijventerrein. • Wegenstructuur waarbij de interne ontsluitingswegen niet alleen aansluiten op de hoofdontsluitingsroute, maar ook een directe verbinding leggen met externe wegenstructuren. • Wegenstructuur waarbij de externe wandelpaden uit het omliggende gebied
toegankelijk zijn gemaakt vanaf het bedrijventerrein. • De groenstructuren uit het landschap lopen door op het bedrijventerrein, zowel in vorm als in boomsoort. • De groenstructuren uit het landschap lopen niet door op het bedrijventerrein, er worden echter wel nieuwe structuren aangelegd in dezelfde stijl. • Vanuit het landschap is zicht gecreëerd op de voorkanten van de bedrijven. • Vanaf het bedrijventerrein is de relatie met het landschap aangegaan door zichten te creëren naar het omliggend gebied. Als aanvulling op dit onderzoek naar mogelijke relaties tussen actieve bedrijventerreinen en hun landschappelijke context, geeft hoofdstuk 2 van deel 3 inzicht in de transformatieprocessen die kunnen worden toegepast om verouderde of ongebruikte bedrijventerreinen een landschappelijke meerwaarde te geven. Het laatste hoofdstuk van dit rapport gaat in op de toekomstverwachting van bedrijventerreinen. Welke lijn wordt er gevolgd? En is er nog wel een toekomst? Door constante uitbreiding van bedrijventerreinen dreigen open gebieden te verdwijnen, waardoor steden aan elkaar groeien en het eigen karakter van bijzondere landschappen verloren gaat. In de toekomst zullen bedrijventerreinen samen moeten werken met hun unieke landschappen, om bij te dragen aan een duurzame toekomst.
7
8
Inhoudsopgave Voorwoord 5 Samenvatting 6
DEEL 1
Hoofdstuk 1 - Inleiding 1.1 Aanleiding 1.2 Doel en nut 1.3 Hoofd- en deelvragen 1.4 Leeswijzer
12 13 13 13 14
Hoofdstuk 2 - Methodiek 2.1 Thema’s
16 17
2.2 2.3
1.4.1 Deel 1 1.4.2 Deel 2 1.4.3 Deel 3
2.1.1 Landschapsstructuur 2.1.2 Ontsluiting- en wegenstructuur 2.1.3 Groenstructuur 2.1.4 Zichtbaarheid bedrijventerrein vanuit het omliggende landschap 2.1.5 Zichtbaarheid van het landschap vanaf het bedrijventerrein
Onderzoeksuitkomst Transformatie
Hoofdstuk 3 - Studiegebied 3.1 Randvoorwaarden 3.2 Basismodellen
14 15 15
17 17 18 18 18
19 19 20 20 21
Onderzoeksgebied 6 - Papendorp, Utrecht 64 Onderzoeksgebied 7 - Agro-Businesspark, Wageningen 72 Onderzoeksgebied 8 - Molletjesveer, Zaandam 80 Onderzoeksgebied 9 - De Mars, Zutphen 88
DEEL 3
Hoofdstuk 1 - Onderzoeksuitkomst 98 1.1 Het naar binnen gekeerde bedrijventerrein 98 1.2 De meerwaarde van de relatie tussen bedrijventerrein en het landschap 99 1.3 Thematoelichting 100
1.3.1 Landschapsstructuur 1.3.2 Ontsluiting- en wegenstructuur 1.3.3 Groenstructuur 1.3.4 Zichtbaarheid bedrijventerrein vanuit het omliggende landschap 1.3.5 Zichtbaarheid van het landschap vanaf het bedrijventerrein
100 101 101
Hoofdstuk 2 - Transformatie 2.1 Landschapspark Duisburg Noord 2.2 Strijp R - Eindhoven
106 107 108
103 104
Hoofdstuk 3 - De toekomst van bedrijventerreinen in Nederland 110
DEEL 2
Onderzoeksgebied 1 - XL-Businesspark, Almelo 24 Onderzoeksgebied 2 - Nagelerweg, Emmeloord 32 Onderzoeksgebied 3 - Waarderpolder, Haarlem 40 Onderzoeksgebied 4 - Nieuw Vennep-Zuid, Nieuw Vennep 48 Onderzoeksgebied 5 - ‘s Graveland-Zuid, Schiedam 56
Bronnenlijst 112
9
1
Deel
10
11
1
Inleiding Nederland wordt langzaam maar zeker volgebouwd met bedrijventerreinen. Deze worden in de regel aangelegd langs snelwegen aan de rand van de stad, op de plek waar stad en landschap elkaar raken. De bouw van deze bedrijventerreinen leidt ertoe dat de openbare ruimte en het landschap worden opgeslokt door de stad. Hierdoor verdwijnt de openheid van het landschap en groeien steden aan elkaar, waardoor unieke Nederlandse landschappen dreigen te verdwijnen. Ondertussen vormt structurele leegstand op bestaande bedrijventerreinen in Nederland een toenemend probleem. Deze leegstand is de laatste jaren opgelopen tot ruim 25%. Veel gebouwen op bedrijventerreinen staan leeg, ook al zijn ze soms nog maar tien tot vijftien jaar oud. Dit leidt tot verloedering. Gemeenten lokken ondernemers met goedkope grond naar nieuwe bedrijvencomplexen, terwijl de staat van de oude terreinen steeds verder achteruit gaat. Het aan banden leggen van de bouw van nieuwe bedrijventerreinen lijkt een vanzelfsprekend antwoord op dit probleem. Het is dan echter nodig om de bestaande bedrijventerreinen te verbeteren. Vaak wordt deze verbetering gezocht in het opknappen van bebouwing, terwijl de kansen van de openbare ruimte worden vergeten. Juist de unieke Nederlandse landschappen bieden de mogelijkheid tot het creëren van bijzondere
12
imago’s voor onze bedrijventerreinen. Want wat is de relatie tussen industrie en landschap? Hoe wordt deze relatie gevormd en waar zit hem dat in? 1.1 Aanleiding Directe aanleiding voor dit onderzoek is het afstudeeronderwerp voor de richting Tuinarchitectuur. Hierbij wordt gewerkt aan de herinrichting van bedrijventerrein De Mars in Zutphen. Bij dit bedrijventerrein is geconstateerd dat er geen relatie wordt gezocht met het omliggende uiterwaardenlandschap, terwijl er juist veel kansen bestaan om dit aantrekkelijke landschap te beleven en te gebruiken bij de beleving van het bedrijventerrein. Om deze reden hebben wij besloten ons te verdiepen in de redenatie achter deze, al dan niet bewuste, ontwerpkeuze. Wij hopen met dit onderzoek te kunnen achterhalen waarom bedrijventerreinen zich vaak naar binnen keren, in plaats van zich te richten op hun omgeving. Daarnaast zal worden aangetoont dat er kansen bestaan om dit naar binnen gekeerde karakter om te vormen tot een interessantere vorm waarbij ook het landschap betrokken wordt. De gevonden informatie hopen we te kunnen gebruiken bij het maken van een gefundeerd ontwerp voor het ontwerpgebied in Zutphen. 1.2 Doel en nut In veel steden wordt op dit moment al ingestoken op een duurzaam en uniek imago dat past bij de stad. Het verbeteren van bedrijventerreinen zorgt
voor een positieve invloed op tevredenheid van ondernemers en leidt tot een vermindering van de leegstand en een steiging van de inkomens van gemeenten. De onroerendezaakbelasting (OZB) stijgt bijvoorbeeld wanneer de kantoorpanden verhuurd worden in plaats van leeg staan. Dat blijkt uit onderzoek van Keala Research uit Breda. Onderzoek onder ruim 68.000 ondernemers en analyse van gegevens van de waardering onroerende zaken (WOZwaarde) toont aan dat op dit moment een kwart van de 270.000 bedrijven op Nederlandse bedrijventerreinen leegstaat. Gemeenten kunnen voor deze panden alleen het eigenarendeel van de onroerendezaakbelasting innen. Het gebruikersdeel – 70 miljoen euro – lopen zij mis. (Bron: artikel Binnenlands Bestuur, 16 augustus 2012)
De opwaardering van de relatie tussen bedrijventerreinen en hun landschappelijke setting kan zorgen voor unieke bedrijfslocaties met een grote concurrentiekracht. Door de bestaande bedrijventerreinen op te knappen is uitbreiding aan de rand van de stad niet nodig. De openheid van het landschap blijft bewaard en het eigen karakter van de steden wordt gewaarborgd. Dit onderzoek levert de handvatten die gebruikt kunnen worden om deze opwaardering tot stand te brengen. 1.3 Hoofd- en deelvragen Stad en landschap in Nederland zijn als een eenheid. Steden groeien niet in de hoogte, maar in de breedte waardoor stad en 13
landschap zich versmelten. Het natuurlijke landschap, het stedelijk landschap, industrie en snelwegen zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Maar waaruit bestaat de relatie tussen industrie en landschap? Op welke manier worden Nederlandse bedrijventerreinen verbonden met het omliggende landschap? Zijn deze bedrijventerreinen onderdeel van het landschap of is het landschap onderdeel van het bedrijventerrein? Deze vragen liggen aan de basis voor dit onderzoek. Want in een land waar openbare ruimte schaars is en waar de stad en industrie zich onophoudelijk lijken uit te breiden, zou gezocht moeten worden naar een harmonieus samengaan van deze elementen. De handvatten die in dit onderzoek gezocht worden zullen bijdragen aan de mogelijkheden om verouderde bedrijventerreinen op een succesvolle wijze om te vormen, waarbij de relatie met het landschap de hoofdrol speelt. De mogelijke relatie tussen bedrijventerreinen en het omliggende landschappelijke gebied wordt onderzocht aan de hand van de volgende hoofdvraag: ‘Wat zijn de middelen om de (vaak) naar binnen gekeerde bedrijventerreinen te koppelen aan het omliggende landschappelijke gebied?’ Om deze vraag te beantwoorden is het onderzoek opgesplitst in twee deelvragen: 1. - ‘Waarom zijn bedrijventerreinen vaak 14
afgekeerd van hun omliggende context?’ Hier wordt ingegaan op de structuren die aan de bedrijventerreinen ten grondslag liggen en de redenering achter deze structuur zal worden onderzocht. 2. - ‘Wat kan de meerwaarde zijn voor bedrijventerreinen als de relatie wordt gezocht met het landschap?’ 1.4 Leeswijzer Dit onderzoeksrapport bestaat uit drie delen, elk met hun eigen functie. Het eerste deel geeft theoretische uitleg over de manier waarop dit onderzoek tot stand is gekomen. In het tweede deel wordt ingegaan op praktische voorbeelden en analyses. Het derde deel bestaat uit het concluderende onderzoeksdeel, met daarbij samengevatte kennispunten die als handvatten kunnen worden gebruikt bij toekomstige ontwikkelingen. 1.4.1 Deel 1 Hoofdstuk 1 - Inleiding In dit hoofdstuk wordt een introductie gegeven van het onderzoeksonderwerp: de relatie tussen bedrijventerreinen en het omliggende landschap. Er wordt ingegaan op de aanleiding tot het onderzoek, de bestaande situatie van de bedrijventerrein in Nederland. Verder wordt ingegaan op het doel van het rapport en de gestelde vragen waarop dit onderzoek antwoord geeft.
Hoofdstuk 2 - Methodiek In dit hoofdstuk wordt uitgelegd op welke wijze het gemaakte onderzoek tot stand is gekomen. De werkwijze wordt op een overzichtelijke wijze weergegeven, waardoor inzicht ontstaat in de manier waarop dit onderzoek te gebruiken en te lezen is.
de relatie tussen industrie en landschap. Dit hoofdstuk bestaat uit drie hoofdstukken die de belangrijkste uitkomsten van dit onderzoek weergeven. Er wordt antwoord gegeven op de gestelde deelvragen en er wordt ingegaan op hoe deze informatie gebruikt kan worden in de toekomst.
Hoofdstuk 3 - Studiegebied In dit hoofdstuk worden de randvoorwaarden verklaard waaraan de onderzoeksgebieden uit Deel 2 moeten voldoen. De inkadering van het onderzoek wordt in dit hoofdstuk uiteengezet.
Hoofdstuk 1 - Conclusies In dit hoofdstuk worden de conclusies van het onderzoek uiteengezet per thema. Op deze manier ontstaat een overzichtelijk geheel van mogelijke manieren om de relatie tussen bedrijventerrein en landschap te versterken.
1.4.2 Deel 2 In dit onderzoeksdeel worden de verschillende onderzoeksgebieden weergegeven. De analyse van deze gebieden zal leiden tot principes die kunnen worden gebruikt als middelen tot het koppelen van industrie en landschap. Onderzoeksgebied 1 - XL-Businesspark Onderzoeksgebied 2 - Nagelerweg Onderzoeksgebied 3 - Waarderpolder Onderzoeksgebied 4 - Nieuw Vennep-Zuid Onderzoeksgebied 5 - ‘s Graveland-Zuid Onderzoeksgebied 6 - Papendorp Onderzoeksgebied 7 - Agro Businesspark Onderzoeksgebied 8 - Molletjesveer Onderzoeksgebied 9 - De Mars
Hoofdstuk 2 - Transformatie Hier wordt ingegaan op de transformatie van bedrijventerreinen, zowel in Nederland als in andere landen. Er wordt gekeken hoe verouderde of onbruikbaar geworden bedrijventerreinen getransformeerd kunnen worden tot een succesvol terrein met een meerwaarde voor de moderne tijd. Hoofdstuk 3 - Betoog: ‘Toekomst van bedrijventerreinen in Nederland’ Gebaseerd op de door dit onderzoek verworven kennis en inzichten, wordt in dit betoog de verwachtte toekomstwaarde van bedrijventerreinen in Nederland uiteengezet.
1.4.3 Deel 3 In dit onderzoeksdeel wordt een concluderende weergave gegeven van het onderzoek naar 15
2
Methodiek Bedrijventerreinen zijn vaak erg op zichzelf staand en naar binnen gekeerd zonder een relatie met het omliggende landschap* aan te gaan. Om er achter te komen waarom dit zo is, wordt in dit onderzoek gekeken hoe bedrijventerreinen in elkaar steken en hoe de relatie met het landschap wel of niet gemaakt wordt. In dit hoofdstuk wordt toegelicht welke methode toegepast wordt om antwoord te krijgen op de hoofdvraag: ‘Wat zijn de middelen om de (vaak) naar binnen gekeerde bedrijventerreinen te koppelen aan het omliggende landschappelijke gebied?’ Om de hoofdvraag te beantwoorden wordt onderzoek gedaan naar negen bedrijventerreinen in Nederland. Deze bedrijventerreinen worden geanalyseerd op structuurniveau. Deze uitgebreide analyse bestaat uit de volgende onderdelen: • Het programma • De problematiek • Bestaande structuren • Relatie met het landschap Door het maken van deze analyse ontstaat een overzicht van de huidige stand van zaken op bedrijventerreinen en wordt duidelijk hoe de relaties met het omliggende landschap gemaakt zijn of juist achterwege gelaten worden. * Met landschap wordt hier bedoeld het omliggende gebied rondom het bedrijventerrein, waarbij er onderscheid te maken is in het natuurlijke, gecultiveerde en het stedelijke landschap.
16
2.1 Thema’s Om uit te vinden wat de huidige situatie op de bedrijventerreinen is en waar de relatie met het omliggende landschap uit bestaat, worden negen bedrijventerreinen geanalyseerd op structuurniveau. De verschillende bedrijventerreinen zullen elk een korte introductie krijgen waarin algemene zaken worden vermeld zoals constructiejaar, industriesoort en oppervlakte. Ook de externe aanleiding voor de ontwikkeling van de bedrijfslocatie en de problematiek in het gebied worden in deze introductie behandeld. Elk bedrijventerrein zal vervolgens worden geanalyseerd op vijf verschillende thema’s: • Landschapsstructuur • Ontsluiting- en wegenstructuur • Groenstructuur • Zichtbaarheid bedrijventerrein vanuit het omliggende landschap • Zichtbaarheid van het landschap vanaf het bedrijventerrein De thema’s worden ondersteund door iconen die schematisch weergeven wat de relatie met het landschap is. De iconen staan weergegeven op de flapjes aan het begin en het eind van het rapport, hier worden de iconen kort toegelicht. 2.1.1 Landschapsstructuur Dit thema beschrijft de relatie van de structuur van het landschap en de structuur van het bedrijventerrein. Hieruit zal blijken of het bedrijventerrein in plattegrond een koppeling
Industie in raster omliggende omgeving
Industrie heeft een geheel eigen raster
Fig. 2.1 Landschapsstructuur
maakt met het omliggende landschap. Komt het raster van het industrieterrein overeen met het omliggende landschap of is het bedrijventerrein als een willekeurig bouwblok in het landschap geplaatst? zie figuur 2.1. 2.1.2 Ontsluiting- en wegenstructuur Het thema ontsluiting illustreert hoe de verbinding met het omliggende gebied wordt gemaakt aan de hand van de verkeerskundige aansluiting – weg- en waterverkeer – maar geeft ook weer hoe de interne structuur van dit gebied samenhangt. Hieruit zal blijken of de verbindingen met het omliggende landschap op een heldere manier worden gemaakt. Hierbij is het van belang om te weten hoe de toegangen naar het gebied in elkaar zitten. Tevens zal hier worden onderzocht of er op plaatsen van overgang van bedrijventerrein naar omliggend gebied een merkbare verandering in materiaalgebruik of 17
schaal aanwezig is. 2.1.3 Groenstructuur Beplanting is erg bepalend voor de beleving van een gebied. In dit thema wordt onderzocht hoe de groene structuren in het gebied gebruikt worden. Een park op het bedrijventerrein zou kunnen betekenen dat het terrein niet alleen gebruikt wordt door de mensen die daar werken, maar dat mensen uit omliggende wijken daar ook een rondje gaan lopen. Dit zou voor binding kunnen zorgen met de omgeving. Ook de groenstructuur, bomenrijen of lanen, kunnen een verbinding verzorgen met het omliggende gebied. Wanneer doorlopende structuren gebruikt worden binnen en buiten het bedrijvengebied, dan kan dit worden gezien als een vorm van koppeling. Doorlopende structuren kunnen bijvoorbeeld ontstaan door het gebruik van kenmerkende boomsoorten. 2.1.4 Zichtbaarheid bedrijventerrein vanuit het
Front naar het omliggende landschap Fig. 2.2 Zichtbaarheid
18
Front gericht op bedrijventerrein
omliggende landschap Belangrijk voor het onderzoek is om te achterhalen wat voor ‘gezicht’ het bedrijventerrein heeft. Hoe wordt het terrein beleefd vanuit het omliggende landschap? . In figuur 2.2 is te zien hoe de bedrijventerreinen een front kunnen vormen naar het omliggende landschap. Het front kan bijvoorbeeld gevormd worden door een rand van woningen, of door de voorzijde van een bedrijf naar het omliggende gebied te richten. Zijn de fronten van de bedrijven naar binnen gekeerd, dan is vanuit het landschap veel ‘achterkant’ van de industrie te zien. Dit zorgt voor een versnipperd beeld, waardoor een rommelige uitstraling ontstaat. 2.1.5 Zichtbaarheid van het landschap vanaf het bedrijventerrein Hoe wordt het omliggende landschap beleefd vanaf het bedrijventerrein? Hebben de werknemers van de bedrijven hebben uitzicht op het omliggende gebied en vanuit het omliggende landschap of heeft men uitzicht op een ander pand? Sommige bedrijven willen de relatie met het landschap gebruiken voor het maken van reclame (Ikea), terwijl anderen een exclusieve en prettige landschappelijke locatie willen voor hun bedrijf. Uit de gehele analyse wordt duidelijk hoe de verschillende bedrijventerreinen in elkaar steken en hoe een koppeling gemaakt wordt met het omliggende landschap.
2.2 Onderzoeksuitkomst Na deze uitgebreide analyse zal een antwoord worden gezocht op de tweede deelvraag: ‘Wat kan de meerwaarde zijn voor bedrijventerreinen als de relatie wordt gezocht met het landschap?’. Aan de hand van de gekozen onderzoeksgebieden zal blijken welke relaties er bestaan tussen industrie en landschap. Deze zullen aan de hand van de iconen toegelicht worden. De verschillende thema’s worden afzonderlijk behandeld om er achter te komen wat de relatie tussen landschap en bedrijventerrein per thema kan zijn. Ook worden ze aan elkaar gekoppeld om een eventuele meerwaarde te kunnen vaststellen voor het bedrijventerrein en zijn omliggende omgeving.
2.4 Uitspraak over toekomstwaarde Een interessant aspect van het onderzoek is de verwachte toekomstwaarde van bedrijventerreinen in Nederland. Het laatste hoofdstuk van dit onderzoek zal daar verder op ingaan. Concludered uit de voorgaande hoofdstukken zal er een betoog worden geschreven. Er zal worden ingegaan op de kansen en mogelijkheden van bestaande plannen en de nieuwe bevindingen uit dit onderzoek.
2.3 Referentiestudie naar transformatie Om een uitspraak te kunnen doen over de mogelijke relaties tussen bedrijventerrein en landschap, bevat dit rapport een onderzoeksdeel waarin wordt gekeken naar getransformeerde bedrijventerreinen. De hervormde bedrijventerreinen zullen als alternatief voorbeeld dienen, wanneer de bestaande functies van bedrijventerreinen verdwijnen en er gezocht moet worden naar alternatieve gebruikswaarden waarbij het landschap wordt betrokken. Er zal worden geïnventariseerd hoe er in transformatiegebieden wordt omgegaan met oorspronkelijke structuren en functies en hoe deze in de moderne samenleving worden gebruikt. 19
3
Studiegebied De mogelijkheden voor het onderzoeken van bedrijventerreinen in Nederland zijn eindeloos. Om beperkt te blijven tot de hoofdzaak is afbakening van het onderzoeksgebied van groot belang. In dit onderdeel van het rapport wordt ingegaan op de gestelde randvoorwaarden waaraan de gekozen onderzoeksgebieden moeten voldoen. Ook wordt er ingegaan op de te onderscheiden basismodellen die zijn gebruikt bij het onderzoeken van de behandelde bedrijventerreinen. Om te zorgen voor een doeltreffend onderzoek is ervoor gekozen om te werken met gebieden die qua schaal en inrichting vergelijkbaar zijn met bedrijventerrein De Mars in Zutphen. Dit gezien de uitkomst van dit onderzoek in de eerste plaats een middel is om een gedegen ontwerp te maken voor het bedrijventerrein in Zutphen. 3.1 Randvoorwaarden Het projectgebied in Zutphen, bedrijventerrein De Mars, is een van de grootste bedrijventerreinen van Gelderland. Er bestaan nu plannen om De Mars door herontwikkeling beter bereikbaar te maken. Daarbij wordt ook nagedacht over een duurzamer karakter waarbij het landschap een aantrekkelijk element van de inrichting zal vormen. De voor dit onderzoek gekozen projectgebieden zullen aansluiten bij deze gedachtegang en zullen
20
om deze reden aan een aantal voorwaarden voldoen. De gekozen onderzoekslocaties voldoen aan de volgende randvoorwaarden: • Er is een duidelijke overgangsrand tussen bedrijventerrein en het landschap • Soort bedrijvigheid bestaat uit een combinatie van grootschalige en kleineschalige bedrijven • Er moet sprake zijn van een interne infrastructuur Verder is gezocht naar een variatie in bedrijventerreinen die bijdragen aan een gedegen onderzoek. 3.2 Projectgebieden Uit deze selectiecriteria zijn de volgende projectgebieden naar voren gekomen: • Almelo XL-Businesspark • Emmeloord Nagelerweg • Haarlem Waarderpolder • Nieuw Vennep Nieuw Vennep-Zuid • Schiedam ‘s Graveland-Zuid • Utrecht Papendorp • Wageningen Agro Businesspark • Zaandam Molletjesveer • Zutphen De Mars De projectgebieden bestaat zowel uit reeds uitgevoerde bedrijventerreinen, als uit geplande gebieden voor de toekomst. Deze gebieden zullen worden geanalyseerd op structuurniveau, uitgaande van de landschapsstructuur, ontsluitingsen wegenstructuur, groenstructuur, bebouwingsstructuur en zichtbaarheid.
Het ontwerp voor een nieuw gepland bedrijventerrein aan de zuidzijde van Almelo; het XL Businesspark.
Bedrijvenpark Nieuw Vennep-Zuid, 54 hectare bedrijventerrein gebouwd in 1998.
Bedrijventerrein Papendorp te Utrecht, ontworpen door West8 21
Deel
22
2
23
1
24
XL Businesspark 1.1 Gebiedsbeschrijving Plaats: Almelo Oppervlakte: 180 ha Bouwjaar: vanaf 2007 Segment: grote bedrijven in de transport-, productie- en distributiesector met een kaveloppervlak van minimaal 2 hectare. Externe aanleiding Het XL-Businesspark ligt aan de zuidzijde van Almelo en is zeer goed bereikbaar. Het gebied wordt aan de noordzijde begrensd door de A35 en aan de westzijde door de zijtak van het Twentekanaal. Aan de zuidzijde wordt de grens gevormd door een natuurontwikkelingsgebied. Kenmerkend Zoals de naam al doet vermoeden is alles in het gebied grootschalig. Dit komt onder andere tot uiting in de afmeting van de kavels, maar ook in de architectuur van de gebouwen. Het bedrijventerrein is opgedeeld in verschillende deelgebieden. Deze deelgebieden zijn grotendeels gebaseerd op de omgeving waar ze op aansluiten. Met name name langs de snelweg bestaat de mogelijkheid voor bedrijven zich van hun beste kant te laten zien. De overgang van het bedrijventerrein naar de snelweg wordt gevormd door een parkachtig landschap, waarbij langs de gehele linie hagen en schanskorven voor een eenduidig beeld zorgen. De gevels van de bedrijven hebben elk hun eigen uiterlijk, hoewel er wordt gezocht naar een ruimtelijke eenheid.
N
Fig. 1.1 Overzichtskaart XL Businesspark te Almelo
25
Zichtbaarheid van het omliggende landschap vanaf het bedrijventerrein
Zichtbaarheid bedrijventerrein vanuit het omliggende landschap
Groenstructuur
Ontsluitings- en wegenstructuur
Landschapsstructuur Fig. 1.2 Lagenbenadering van de thema’s
26
1.2
Thema’s
1.2.1 Landschapsstructuur De vorm van het bedrijventerrein wordt bepaald door het Twentekanaal aan de westzijde en de nieuwe snelweg, A35 aan de noordzijde. Aan de zuidzijde loopt het plangebied over in een natuurontwikkelingszone. In de landschapsstructuur van het bedrijventerrein XL Businesspark in Almelo is de oorspronkelijke landschapsstructuur nog te herkennen. De kavels van het bedrijventerrein Ontsluitingsweg Spoorweg Intern verkeer (zowel fietsers als auto’s) Water Kavelaanduiding
sluiten in maat, schaal en vorm aan bij het omliggende landschap. Bij het ontwerp van het gebied is de ondergrond gerespecteerd, veel kavels van het bedrijventerrein komen overeen met de ondergrond zoals deze er altijd gelegen heeft. Door het gebruik van de oorspronkelijke landschapsstructuur wordt een relatie gezocht met het omliggende landschap waarin deze verkaveling is terug te vinden. Hoewel deze relatie op structuurniveau zichtbaar is, is deze doorzetting van het landschap niet te beleven door de bezoeker van het gebied. Dit komt door het tegengestelde karakter van het bedrijventerrein in een landschap vol weilanden en akkers, die gevoelsmatig niet gelijkwaardig zijn. Het Twentekanaal is de belangrijkste waterstructuur in het gebied. Daarnaast worden er nieuwe structuren toegevoegd om de havenactiviteiten te kunnen vergroten. Ook worden watergangen gebruikt om het bedrijventerrein te omsluiten en als ecologische structuur aan de zuidzijde van het plangebied.
Fig. 1.3 Landschapsstructuur XL Businesspark
27
1.2.2 Ontsluiting- en wegenstructuur De belangrijkste ontsluiting rondom het XL Businesspark wordt gevormd door de verlengde snelweg, de A35. Deze ontsluitingsweg heeft zijn bestaande aansluitingen rondom het bedrijventerrein en past goed in het gebied. De bestaande Pastoor Ossestraat en de Entersestraat behouden de functie van lokale ontsluitingsweg, maar zullen niet als hoofdroute voor het bedrijventerrein dienen. De interne wegen van het bedrijventerrein staan in verbinding met de externe wegen die bij het Ontsluitingsweg Spoorweg Relatie interne wegen met externe wegen Intern verkeer (zowel fietsers als auto’s) Wandelgebied
Fig. 1.4 Ontsluiting- en wegenstructuur XL Businesspark
28
buitengebied horen. Hierdoor is het gebied niet alleen bereikbaar via de hoofdontsluitingswegen maar is het ook eenvoudig te bereiken vanuit het nabije gebied. De wandelpaden zorgen voor een directe relatie met het landschap. Werknemers van het bedrijventerrein beginnen hun wandeling bij het bedrijf en kunnen vervolgens de parkzone aan de zuidzijde van het gebied gebruiken om het landschap te betreden. Deze doorgaande wandelstructuur zorgt voor binding met het gebied. Hoewel het oorspronkelijke landschap niet direct wordt betreden, zorgt de parkachtige zone wel voor een gevoelsmatige betreding en beleving van het omliggende landschap. Ook wordt er een doorsteek gevormd voor mensen die hun wandeling willen vervolgen in het buitengebied.
Lijnvormige groenstructuren Doorlopende structuren met dezelfde boomsoort Afwijkende boomsoort van doorlopende structuur Groengebieden
Fig. 1.5 Groenstructuur XL Businesspark
1.2.3 Groenstructuur In het plan is, indien mogelijk, de groenstructuur van het bestaande gebied behouden gebleven. De relatie tussen bedrijventerrein en het omliggende landschap wordt aangegaan door middel van doorlopende groene lijnen langs de wegenstructuur. Zoals te zien in de kaart worden in het omliggende landschap veel kavels en wegen omzoomd door groen. Ook op het bedrijventerrein wordt dit doorgezet. Hier echter alleen langs de wegen en niet op de kavels zelf. Aan de zuidzijde loopt het plangebied over in
een natuurontwikkelingszone. Om de relatie met dit gebied te maken is er een parkachtige zone aangelegd die de harde overgang tussen bedrijventerrein en landschap verzacht. Door het gebruik van deze parkzone, in combinatie met groene wiggen op het bedrijventerrein wordt getracht een verbinding te maken met het omliggende landschap. Binnen de groene wiggen wordt, in tegenstelling tot op de rest van het bedrijventerrein, wel erfbeplanting en een aantal houtwallen toegepast. Hier bevinden zich kleinere kantoren en bedrijven waarbij deze vorm van beplanting gepast is. 29
1.2.4 Zichtbaarheid bedrijventerrein vanuit het omliggende landschap Vanuit iedere hoek van het landschap geeft het Xl Businesspark een aantrekkelijk beeld, passend bij het aangrenzende gebied. Dit komt doordat het bedrijventerrein zich naar buiten richt. De bedrijven zijn op de omgeving (de snelweg, het natuurgebied en het Twentekanaal) gericht zonder hun functionele entree aan deze zijdes te vestigen. De opslag van goederen vindt intern of tussen de bebouwing plaats. Om er voor te zorgen dat auto’s of materialen uit het zicht blijven wordt in sommige gevallen gebruik Zichtrelatie Front van het gebouw Gebouw
gemaakt van een in het gebouw mee ontworpen wand. De bouwmassa’s van de bedrijven komen op een vaste rooilijn te staan. Zo ontstaat er een sterke wandwerking, waarbij het bedrijventerrein zich als eenheid presenteert aan het omliggende landschap. Daarbinnen wordt wel gewerkt met bijzondere elementen voor enige diversiteit en eigenheid. Door een licht verspringende rooilijn of hoogte-accenten, of gevelindeling door raampartijen, wisselend materiaal- of kleurgebruik ontstaat bijvoorbeeld een boeiend en afwisselend beeld. Om de grootschaligheid te benadrukken en een overdetaillering te voorkomen wordt het materiaal- en kleurgebruik beperkt tot maximaal drie kleuren of materiaaltypes per gebouw per perceel.
Fig. 1.6 Zichtbaarheid bedrijventerrein vanuit het omliggende landschap XL Businesspark
30
1.2.5 Zichtbaarheid van het omliggende landschap vanaf het bedrijventerrein De zichten op het omliggende landschap worden overal op het bedrijventerrein gemaakt. Aan de randen van het bedrijventerrein worden gebouwen gebruikt met grote raampartijen van waaruit een prachtig zicht op het omliggende landschap ontstaat. Ook worden er vanaf de wandelpaden rondom de gebouwen en door de parkzones plaatsen gecreëerd van waaruit interessante doorzichten ontstaan in het omliggende landschap.
Door de sterk wisselende karakters van de landschappen aan de verschillende zijdes van het bedrijventerrein ontstaan bijzondere zichtlocaties rondom het gebied. Ten slotte worden er ook vanaf de wegen meerdere doorzichten naar het landschap gerealiseerd. Vanaf de noordelijke wegen bestaat er zicht op het stedelijke gebied van Almelo, aan de westzijde is het water en de bedrijvigheid van het Twentekanaal een grote trekker en aan de zuidzijde ontstaat er zicht op de kleinere lintdorpen en weidegebieden.
Zichtrelatie Gebouw
Fig. 1.7 Zichtbaarheid van het landschap vanaf het bedrijventerrein XL Businesspark
31
2
32
Nagelerweg 2.1 Gebiedsbeschrijving Plaats: Emmeloord Oppervlakte: 105 ha Bouwjaar: rond 1950 Segment: kantoren, woonwinkels, zware industrie Oorspronkelijk ontwerp door: Bureau Zuiderzeewerken, Marinus Granpré Molière, Piet Verhagen Lzn. en Cees Pouderoyen. Externe aanleiding Het gebied is ontsloten door de A6 en te bereiken via de Nagelerweg. Het bedrijventerrein heeft een directe verbinding met het centrum van Emmeloord. Kenmerkend Bedrijventerrein Nagelerweg is gesitueerd aan de zuidzijde van Emmeloord. Op het bedrijventerrein bevinden zich twee havens, waar met name agrarische verwerkingsbedrijven gevestigd zijn. Aan de rand van het bedrijventerrein zijn een woonboulevard en autoboulevard gerealiseerd. Het landschap waarin het bedrijventerrein zich bevindt kenmerkt zich door de rechtlijnigheid en vierkante verkavelingsvormen.
N
Fig. 2.1 Overzichtskaart bedrijventerrein Nagelerweg te Emmeloord
33
Zichtbaarheid van het omliggende landschap vanaf het bedrijventerrein
Zichtbaarheid bedrijventerrein vanuit het omliggende landschap
Groenstructuur
Ontsluitings- en wegenstructuur
Landschapsstructuur Fig. 2.2 Lagenbenadering van de thema’s
34
Ontsluitingsweg Spoorweg Intern verkeer (zowel fietsers als auto’s) Water Kavelaanduiding
Fig. 2.3 Landschapsstructuur Nagelerweg
2.2
Thema’s
2.2.1 Landschapsstructuur Een van de meest kenmerkende elementen van bedrijventerrein Nagelerweg is de typerende landschapsstructuur. Het relatief jonge gebied wordt gekenmerkt door een rechtlijnige verkaveling met een eenzijdige vorm. De lange, rechte wegen die vanuit het centrum langs het bedrijventerrein zijn gesitueerd vormen een doorgaande lijn in het landschap.
landschap voordoet is hierdoor ook terug te zien op het bedrijventerrein. Naast deze rechtlijnige kavelstructuur is ook de waterstructuur erg rechtlijnig. Er bevinden zich twee havens in het noorden van het bedrijventerrein. Deze havens zijn met name gericht op agrarische bedrijven uit het omliggende gebied. De Zuidervaart, waar deze havens aan gelegen zijn, staat in directe verbinding met het IJsselmeer.
De blokverkaveling die zich in het weidse 35
2.2.2 Ontsluiting- en wegenstructuur De hoofdontsluiting wordt rondom het bedrijventerrein gevormd door de Nagelerweg, die van noord naar zuid langs het bedrijventerrein is gesitueerd. De A6 vormt de zuidelijke ontsluiting van het bedrijventerrein. De rechtlijnige ontsluiting sluit aan bij het kenmerkende landschap. De interne wegenstructuur volgt grotendeels hetzelfde rechtlijnige patroon als de hoofdontsluitingswegen. De wegen sluiten aan op de A6 en de Nagelerweg, maar maken ook Ontsluitingsweg Spoorweg Relatie interne wegen met externe wegen Intern verkeer (zowel fietsers als auto’s) Wandelgebied
Fig. 2.4 Ontsluiting- en wegenstructuur Nagelerweg
36
verbinding met de woonwijk ´De Zuidert´ en het omliggende landbouwgebied. De relatie met het landschap wordt op structuurniveau duidelijk in het verkavelingspatroon. Deze structuur zorgt ervoor dat de relatie met het landschap voornamelijk is terug te vinden rondom te ontsluitingswegen. Er bestaat echter geen heldere landschappelijke beleving vanaf straatniveau door het ontbreken van doorgaande wandel- of fietsroutes.
Lijnvormige groenstructuren Doorlopende structuren met dezelfde boomsoort Afwijkende boomsoort van doorlopende structuur Groengebieden
Fig. 2.5 Groenstructuur Nagelerweg
2.2.3 Groenstructuur De landschappelijke structuur van de Noordoostpolder wordt gekenmerkt door weids uitgestrekte landbouwgronden. De rechtlijnige verkaveling is ook in de groenstructuur duidelijk terug te vinden. Wanneer men in de polder een bos tegenkomt, zal deze in de regel de vierkante kavelvorm volgen. De erfbeplanting in dit landschap is duidelijk herkenbaar en eenduidig. Rondom alle boerderijen is een dichte beplantingslaag aangebracht die de boerderijen verhullen.
Daarnaast worden in dit landschap de doorgaande wegenstructuren geaccentueerd door het gebruik van lanen en bomenrijen. Deze kenmerkende structuur is grotendeels doorgezet op het bedrijventerrein. Wel wordt er op bedrijventerrein Nagelerweg afgeweken van de typerende landschappelijke stijl door naast de hoofdwegen ook alle secundaire wegen een laanstructuur mee te geven. De relatie met het landschap gaat hierdoor echter gedeeltelijk verloren. Ook het gebruik van platanen op het bedrijventerrein wijkt af van het landschap, waar voornamelijk zomereiken worden toegepast. 37
2.2.4 Zichtbaarheid bedrijventerrein vanuit het omliggende landschap Het bedrijventerrein is vanuit het hele landschap te zien. Er zijn weinig woningen of bossages die het bedrijventerrein afschermen van zijn omliggende omgeving. Een relatie wordt echter niet aangegaan tussen bedrijventerrein en landschap doordat er voornamelijk achterkanten van loodsen en bedrijven zichtbaar zijn, zoals te zien op de foto’s.
1
Bron: www.maps.google.nl
Vanaf de ontsluitingweg Nagelerweg zijn voorkanten van gebouwen te zien
2 Zichtrelatie Front van het gebouw
3
Gebouw
Bron: www.maps.google.nl
De loodsen zijn zichtbaar vanuit het landschap. Ze vormen in plaats van een zichtrelatie, een muur tussen landschap en industrie.
3 1 2
Bron: www.maps.google.nl
Ook hier vormen de loodsen een muur aan de rand van het landschap. Fig. 2.6 Zichtbaarheid bedrijventerrein vanuit het omliggende landschap
38
2.2.5 Zichtbaarheid van het omliggende landschap vanaf het bedrijventerrein Doordat veel gebouwen op het bedrijventerrein Nagelerweg loodsen zijn zonder ramen, zijn er vanuit de bedrijfspanden weinig doorzichten op het omliggende gebied. Door de rechte wegen ontstaan lange zichten die doorlopen in het weidse landschap van de Noordoostpolder. Hierdoor is de relatie met het landschap alleen voelbaar rondom de toegangswegen tot het bedrijvengebied.
1
Bron: www.maps.google.nl
Zichtrelatie Gebouw
1
Fig. 2.7 Zichtbaarheid van het landschap vanaf het bedrijventerrein Nagelerweg
39
3
40
Waarderpolder 3.1 Gebiedsbeschrijving Plaats: Haarlem Oppervlakte: 150 ha Bouwjaar: rond 1990-2000 Segment: kantoren, woonwinkels, zware industrie Externe aanleiding Het bedrijventerrein is gesitueerd langs de rivier Spaarne waar havenactiviteiten uitgevoerd worden. Het bedrijventerrein is met de auto vanaf de A9, via de A200, goed bereikbaar Beste bedrijventerrein Nederland Het bedrijventerrein Waarderpolder heeft in 2009 en 2011 een award gekregen voor beste bedrijventerrein van Nederland. In oktober 2009 won het bedrijventerrein de Menzis Award Beste Bedrijventerrein, in de categorie ‘geherstructureerd’. De titel geldt voor drie jaar. Het bedrijventerrein is volop in beweging. De infrastructuur is aangepast aan de eisen van de toekomst. Er wordt hard gewerkt aan opmerkelijke nieuwbouw en industrieel erfgoed wordt opgeknapt en door nieuwe generaties ondernemers in gebruik genomen. Creativiteit, innovatie en duurzaamheid geven de richting aan. ‘De Waarderpolder is het voorbeeld van wat we overal in den lande al jaren willen’, oordeelde de jury. De overheid investeerde in de openbare ruimte en daarop volgt de private investering.
N
Fig. 3.1 Overzichtskaart bedrijventerrein Waarderpolder te Haarlem
41
Zichtbaarheid van het omliggende landschap vanaf het bedrijventerrein
Zichtbaarheid bedrijventerrein vanuit het omliggende landschap
Groenstructuur
Ontsluitings- en wegenstructuur
Landschapsstructuur Fig. 3.2 Lagenbenadering van de thema’s
42
Ontsluitingsweg Spoorweg Intern verkeer (zowel fietsers als auto’s) Water Kavelaanduiding
Fig. 3.3 Landschapsstructuur Waarderpolder
3.2
Thema’s
3.2.1 Landschapsstructuur De vorm van het bedrijventerrein wordt bepaald door de rivier de Spaarne en het spoor. Het bedrijventerrein ligt precies in de oksel van de oorspronkelijke structuren. Het bedrijventerrein maakt gebruik van de rivier de Spaarne door havenactiviteiten. Op deze manier vormt het bedrijventerrein een relatie met het omliggende landschap.
De verkaveling van het omliggende landschap wordt bepaald door de waterstructuur. In het gebied zijn veel slootjes, beekjes en kanalen te vinden die het gebied ontwateren. De waterstructuur van het omliggende landschap wordt niet doorgezet op het bedrijventerrein. De landschapsstructuur is wel in grote mate toegepast in het industriegebied. Het grootste gedeelte van de verkaveling op het bedrijventerrein verwijst naar deze oorspronkelijke verdeling, maar is aangepast voor een meer functionele toepassing. 43
3.2.2 Ontsluiting- en wegenstructuur Aan de zuidzijde van het bedrijventerrein is de hoofdontsluiting van het gebied gesitueerd. Deze ontsluitingwegen verbinden het gebied met de A200 en de A9. Naast de doorgaande autoroute vormt ook het spoor de zuidelijke grens van het bedrijventerrein. Opvallend aan deze ontsluitingswegen is dat ze een veel grootschaliger profiel hebben dan de interne wegen. De interne wegenstructuur maakt op verschillende punten een relatie met het Ontsluitingsweg Spoorweg Relatie interne wegen met externe wegen Intern verkeer (zowel fietsers als auto’s) Wandelgebied
Fig. 3.4 Ontsluiting- en wegenstructuur Waarderpolder
44
omliggende wegennetwerk. Aan de noordzijde geven deze wegen toegang tot het buitengebied. Vanaf het bedrijventerrein worden voor de wandelaars meerdere toegangen naar het buitengebied gemaakt. Op deze manier wordt de relatie met het omliggende landschap sterk gemaakt en wordt het betrokken bij het bedrijventerrein. De overgangszone tussen bedrijventerrein en landschap ligt aan de oostzijde van het gebied. Hier bevinden zich parken, sportvelden en een zwemplas net ten noorden van het spoor. Deze parkzone vormt het verbindende element tussen de twee gebieden.
Lijnvormige groenstructuren Doorlopende structuren met dezelfde boomsoort Afwijkende boomsoort van doorlopende structuur Groengebieden
Fig. 3.5 Groenstructuur Waarderpolder
3.2.3 Groenstructuur Vanuit het landschap worden belangrijke wegen geaccentueerd door bomenrijen. Dit principe is op versterkte wijze terug te vinden bij wegen op het bedrijventerrein. Om de relatie tussen het landschap en het bedrijventerrein te versterken is aan de rand van het bedrijventerrein op systematische wijze een aantal kavels vrij gelaten voor natuurontwikkeling. Op deze plaatsen komt de natuur het bedrijventerrein op, zoals te zien op de foto hiernaast. Het naastliggende groengebied maakt op deze manier een sterke relatie met het bedrijventerrein. 45
3.2.4 Zichtbaarheid bedrijventerrein vanuit het omliggende landschap Een sterke zichtrelatie vanuit het landschap richting het bedrijventerrein wordt op weinig plaatsen gemaakt. Opvallend is dat aan de westzijde, vanuit de Indische buurt-zuid, wel veel zicht is op het bedrijventerrein maar dat hier geen front gevormd wordt, er zijn veel achterkanten te zien. Toch vormt dit geen negatief beeld, doordat er geen verrommeling optreedt. Op de meeste plaatsen wordt het zicht op het bedrijventerrein echter geblokkeerd door het gebruik van dichte bossages.
1
Bron: www.maps.google.nl
Vanuit de woonwijk Indische buurt-Zuid zijn de gebouwen aan de Spaarne te zien, ondanks matige frontvorming een redelijk beeld.
2
Zichtrelatie Front van het gebouw Gebouw
Bron: www.maps.google.nl
Vanuit het groengebied wordt het zicht op het bedrijventerrein geblokkeerd waardoor er nog maar op enkele plaatsen zicht is.
1
3 2
3 Bron: www.maps.google.nl
Het gebouw van de IKEA maakt duidelijk een commerciële relatie met het landschap. Fig. 3.6 Zichtbaarheid bedrijventerrein vanuit het omliggende landschap
46
3.2.5 Zichtbaarheid van het omliggende landschap vanaf het bedrijventerrein Doordat de gebouwen op het bedrijventerrein van het landschap zijn afgekeerd is er op weinig plaatsen een directe zichtrelatie naar het landschap. Deze zichtrelaties worden aan de oostzijde voornamelijk gevond rondom de toegangswegen zoals te zien in de foto. Aan de westzijde van het gebied bestaan er wel zichtrelaties richting het stedelijk gebied. Dit komt voornamelijk omdat er aan deze zijde van het gebied geen zware bossages zijn aangebracht om het gebied af te schermen.
1
Bron: www.maps.google.nl
Zichtrelatie Gebouw
1
Fig. 3.7 Zichtbaarheid vanuit het bedrijventerrein naar het omliggende landschap
47
4
48
Nieuw Vennep-Zuid 4.1 Gebiedsbeschrijving Plaats: Nieuw Vennep- Zuid Oppervlakte: 54 ha Bouwjaar: 1998 Segment: gemengd Oorspronkelijk ontwerp door: OKRA Externe aanleiding Het bedrijventerrein ligt ten zuiden van NieuwVennep en ligt ingeklemd tussen de Hoofdweg, Leimuiderweg en het spoor. Het gebied staat niet in verbinding met doorgaande waterstructuren maar is vanaf de snelweg, A4 en A44, goed te bereiken. Kenmerkend Het bedrijventerrein Nieuw Vennep-Zuid is slechts 15 jaar oud en daarmee nog vrij ‘nieuw’ in Nederland. Zowel de inrichting van de openbare ruimte als de wijze waarop bedrijven geconcentreerd zijn, maken dit bedrijventerrein bijzonder. Binnen het park zijn de bedrijven geclusterd in kamers waardoor bebouwingsclusters zijn ontstaan. De bebouwingskamers worden omlijst door groen. Door een duidelijke beplantingsrand als kader aan te brengen, ontstaat er meer ruimte voor vrijheid wat betreft het inrichten van de kamers.
N
Fig. 4.1 Overzichtskaart bedrijventerrein Nieuw Vennep-Zuid te Nieuw Vennep-Zuid
49
4
2
Zichtbaarheid van het omliggende landschap vanaf het bedrijventerrein
1
Zichtbaarheid bedrijventerrein vanuit het omliggende landschap
Groenstructuur
Ontsluitings- en wegenstructuur
Landschapsstructuur Fig. 4.2 Lagenbenadering van de thema’s
50
4.2
Thema’s
4.2.1 Verkavelingsstructuur Het bedrijventerrein Nieuw Vennep-Zuid is gelegen in een landschap dat veelal rechtlijnig is verkaveld. De lange, doorgaande dreven uit de Haarlemmermeerpolder en de gebogen lijn van de N207, zijn in het plan doorgezet. De lange lijnen staan onder een andere hoek dan de lijnen vanuit het landschap. Qua verkaveling wordt er door het bedrijventerrein deels een relatie gemaakt met het landschap. Ontsluitingsweg
De vorm van het bedrijventerrein is bepaald door de wegen en het spoor die zich al in het landschap bevonden, het bedrijventerrein is daar ingepast. De belangrijkste ontsluitingswegen zijn daarmee ook bepaald. De waterstructuur sluit deels aan op de structuur die in het landschap te vinden is. Aan beide kanten van de ontsluitingsweg ten zuiden van het bedrijventerrein liep een waterstructuur. Deze structuur is op enkele plaatsen weer terug te vinden op het terrein. Parallel aan de ontsluitingsweg aan de westzijde van het gebied komt ook een waterstructuur overeen.
Spoorweg Intern verkeer (zowel fietsers als auto’s) Water Kavelaanduiding
Fig. 4.3 Landschapsstructuur Nieuw Vennep-Zuid
51
4.2.2 Ontsluiting- en wegenstructuur De wegen die zich al in het gebied bevonden hebben niet alleen de vorm bepaald van het bedrijventerrein, maar verzorgen ook de belangrijkste ontsluiting van het bedrijventerrein. Dit zorgt ervoor dat de ontsluiting van het terrein overzichtelijk is en er een goede aansluiting op de landschappelijke wegenstructuur ontstaat. Ook de interne wegenstructuur heeft verbindingen met het omliggende gebied doordat deze wegen aansluiten op het doorgaande wegennetwerk. De interne wegenstructuur is Ontsluitingsweg Spoorweg Relatie interne wegen met externe wegen Intern verkeer (zowel fietsers als auto’s) Wandelgebied
Fig. 4.4 Ontsluiting- en wegenstructuur Nieuw Vennep-Zuid
52
op deze manier verbonden met het omliggende stedelijk gebied. Aan de noordoost-zijde van het bedrijventerrein bevind zich een wandelpark, waar ook de sportvoorzieningen van het stedelijk gebied zijn gesitueerd. De wandelpaden vanuit het park zijn doorgetrokken op het bedrijventerrein. De wandelpaden vormen de verbinding tussen het bedrijventerrein en het omliggend stedelijk gebied.
Lijnvormige groenstructuren Doorlopende structuren met dezelfde boomsoort Afwijkende boomsoort van doorlopende structuur Groengebieden
Fig. 4.5 Groenstructuur Nieuw Vennep-Zuid
4.2.3 Groenstructuur De groenstructuur die in het omliggende landschap voorkomt is deels terug te vinden in de groenstructuur van het bedrijventerrein. Vanuit het landschap worden doorgaande wegen geaccentueerd door bomenrijen. Daar waar deze wegen aansluiten op het bedrijventerrein is dit principe doorgezet. Daarnaast zijn de kamers van het bedrijventerrein opgedeeld door bomenrijen in dezelfde rechtlijnige structuur die vanuit het landschap is terug te vinden.
overzicht in het gebied en maakt de verschillende kamers extra herkenbaar. Het groengebied ten noordoosten van het bedrijventerrein bestaat uit een wandelpark met sportvelden. Aan de andere zijde van het park bevind zich een woonwijk. De groene zone zorgt samen met de wandelpaden voor een verbindende structuur tussen het bedrijventerrein en het stedelijke landschap.
Deze omlijsting door groene structuren zorgt voor 53
4.2.4 Zichtbaarheid bedrijventerrein vanuit het omliggende landschap Vanuit het landschap is te zien dat het grootste gedeelte van het bedrijventerrein een relatie zoekt met omliggende gebied. Maar alleen aan de zuidzijde van het terrein richten de fronten van het gebouw zich echt naar het omliggende gebied, waar dit een aantrekkelijk beeld geeft. Vanaf het spoor zijn geen gebouwen te zien, een grote bossage schermt het bedrijventerrein af vanaf zijn omliggende omgeving en aan de zuidwestelijke zijde zijn gecombineerde voor- en achterkanten zichtbaar.
1
Bron: www.maps.google.nl
Het tuincentrum is aan de rand van het bedrijventerrein gevestigd en vormt zo een commerciële relatie met het landschap
2
Zichtrelatie Front van het gebouw Gebouw 1 Bron: www.maps.google.nl
Zichtbaarheid bedrijventerrein vanuit het omliggende landschap Nieuw Vennep-Zuid; voor- en achterkanten van gebouwen
2
3
3
Bron: www.maps.google.nl
Zichtbaarheid bedrijventerrein vanuit het omliggende landschap Nieuw Vennep-Zuid Fig. 4.6 Zichtbaarheid bedrijventerrein vanuit het omliggende landschap Nieuw Vennep-Zuid
54
4.2.5 Zichtbaarheid van het omliggende landschap vanaf het bedrijventerrein De zichten op het omliggende landschap worden vooral aan de zuidzijde en de westzijde van het bedrijventerrein gemaakt. Daar staan gebouwen met grote ramen waardoor vanuit de gebouwen een prachtig uitzicht over het omliggende landschap ontstaat. Op de foto hiernaast is te zien dat het lijkt alsof de gebouwen naar het landschap ‘kijken’. Een tweede relatie met het landschap wordt gezocht via twee lange doorzichtspunten, die het bedrijventerrein dwars doorsnijden.
1
Bron: www.maps.google.nl
Zichtrelatie Gebouw
1
Fig. 4.7 Zichtbaarheid van het landschap vanaf het bedrijventerrein Nieuw Vennep-Zuid
55
5
56
´s Graveland-Zuid 5.1 Gebiedsbeschrijving Plaats: Schiedam Oppervlakte: 61 ha Bouwjaar: rond 1950 Segment: kantoren, woonwinkels, zware industrie Oorspronkelijk ontwerp door: Externe aanleiding Bedrijventerrein ‘s-Graveland ligt aan Rijksweg A20 en aan de spoorlijn naar Rotterdam, Den Haag en Amsterdam. De havenactiviteiten vinden plaats aan de Schiedamse Schie. Toekomstplannen ’s Graveland- Zuid wordt in de periode 20112017 geherstructureerd. De openbare ruimte wordt volledig vernieuwd en investeringen in het vastgoed zullen via vernieuwde erfpachtcontracten worden gerealiseerd. Het gebied is naastgelegen aan bedrijventerrein De Spaanse Polder en wordt hiervan gescheiden door De Brauwweg die door het gebied loopt. Beide bedrijventerreinen zullen gerevitaliseerd worden, waarbij onderstaande beleidslijnen als uitgangspunten worden gehanteerd: • stimulering van intensief en duurzaam ruimtegebruik op strategische locaties • uitbreidings- en schuifruimte creëren voor bedrijvenclusters • onderzoek naar en investeren in bereikbaarheid • investeringsperspectief bieden aan bedrijven
N
Fig. 5.1 Overzichtskaart bedrijventerrein ´s Graveland-Zuid te Schiedam
57
Zichtbaarheid van het omliggende landschap vanaf het bedrijventerrein
Zichtbaarheid bedrijventerrein vanuit het omliggende landschap
Groenstructuur
Ontsluitings- en wegenstructuur
Landschapsstructuur Fig. 5.2 Lagenbenadering van de thema’s
58
Ontsluitingsweg Spoorweg Intern verkeer (zowel fietsers als auto’s) Water Kavelaanduiding
Fig. 5.3 Landschapsstructuur ´s Graveland-Zuid
5.2
Thema’s
5.2.1 Verkavelingsstructuur De vorm van het bedrijventerrein wordt bepaald door de Schiedamse Schie en de ontsluitingsweg A20, waar het bedrijventerrein door wordt omsloten. De verkaveling van het bedrijventerrein is vooral ingericht op functionaliteit: rechte wegen en een duidelijk grid. Dit is tegenstrijdig met de verkavelingstructuur die in het omliggende gebied te vinden is. Het omliggende gebied kent een veel
smallere verkaveling en ligt onder een andere hoek in het landschap. Qua verkaveling is er geen relatie gemaakt met het landschap. De Schiedamse Schie is de belangrijkste vestigingsreden geweest voor het bedrijventerrein. Het gebied maakt een relatie met het oorspronkelijke landschap door de aansluiting van havenactiviteiten op de Schiedamse Schie. Ook is de overige waterstructuur rondom het bedrijventerrein aangesloten op het omliggende waternetwerk.
59
5.2.2 Ontsluiting- en wegenstructuur Een opvallend punt van bedrijventerrein ‘s Graveland-Zuid is dat de hoofdontsluitingsweg zich niet aan de rand van het gebied bevind, maar dat deze dwars door het gebied loopt. Op deze manier bepaald de ontsluitingsweg de structuur van het gebied, alle interne wegen richten zich op deze doorlopende structuur. De ontsluitingsweg maakt, naast de verbinding met de snelweg, ook verbinding met het stadcentrum van Schiedam en andere bedrijventerreinen. Naast deze hoofdontsluiting zijn er ook een aantal
Ontsluitingsweg Spoorweg Relatie interne wegen met externe wegen Intern verkeer (zowel fietsers als auto’s) Wandelgebied
Fig. 5.4 Ontsluiting- en wegenstructuur ´s Graveland-Zuid
60
interne wegen die een relatie aangaan met het externe wegennetwerk. Deze ontsluitingen zijn gesitueerd aan de oostzijde van het gebied, waar wordt aangesloten op het omliggende landschap. Vanaf de zuidzijde van het bedrijventerrein wordt een koppeling gemaakt tussen het bedrijvengebied en het stedelijke parklandschap. Wandelpaden geven in dit gebied toegang tot de sportvelden en het naastgelegen Prinses Beatrixpark. Deze parkzone vormt het overgangsgebied tussen het bedrijventerrein en het stedelijk landschap.
Lijnvormige groenstructuren Doorlopende structuren met dezelfde boomsoort Afwijkende boomsoort van doorlopende structuur Groengebieden
Fig. 5.5 Groenstructuur ´s Graveland-Zuid
5.2.3 Groenstructuur De lijnvormige structuren die in het omliggende gebied voorkomen bevinden zich vooral in het stedelijk landschap, rondom de sportvelden en doorgaande wegen. Deze manier van accentuatie door groen wordt ook op het bedrijventerrein toegepast langs de doorgaande wegen. Deze structuren staan echter niet in een directe verbinding met de omliggende landschappelijke structuren, hoewel ze wel uitgaan van hetzelfde principe. Het principe van groen omlijstte wegen wordt in sommige gevallen ook toegepast rondom secundaire wegen op het bedrijventerrein.
Daarnaast wordt het bedrijventerrein zelf ook omlijst door een dichte groene waardoor zicht vanuit het landschap geblokkeerd wordt. Het groengebied ten westen van het bedrijventerrein bestaat uit sportvelden en het Prinses Beatrixpark en is toegankelijk vanaf het bedrijventerrein door de aanleg van doorlopende wandelpaden.
61
5.2.4 Zichtbaarheid bedrijventerrein vanuit het omliggende landschap Vanuit het landschap is een klein deel van het bedrijventerrein te zien. De bedrijven die op deze locaties zichtbaar zijn maken geen directe verbinding met het landschap, doordat het bedrijventerrein ‘ingepakt’ is met groen. De gebouwen die vanuit het landschap te zien zijn, zijn veelal van het landschap afgekeerd wat voor een onaantrekkelijk beeld zorgt. Daarnaast bestaat er een rommelig beeld in het gebied door het ontbreken van een eenduidige bouwstijl; alle gebouwen verschillen van uiterlijk en karakter.
1
Bron: www.maps.google.nl
Vanaf de ontsluitingweg zijn gemengde voor- en zijkanten te zien. Er ontstaat er een rommelig beeld door verschillende bouwstijlen.
2
Zichtrelatie Front van het gebouw 1 Gebouw
Bron: www.maps.google.nl
Vanuit de naastgelegen wijk aan de oostzijde is het afgekeerde karakter zichtbaar. Dit bestaat vooral uit verrommelde opslagplaatsen.
2 3
3
Bron: www.maps.google.nl
Fig. 5.6 Zichtbaarheid bedrijventerrein vanuit het omliggende landschap
62
Vanaf de snelweg is weinig zicht op het gebied, alleen het bord van de horeca is zichtbaar.
5.2.5 Zichtbaarheid van het omliggende landschap vanaf het bedrijventerrein Doordat veel gebouwen op het bedrijventerrein van ‘s Graveland-Zuid bestaan uit raamloze loodsen, bestaan er vanuit de panden weinig doorzichten op het omliggende gebied. Ook is het bedrijventerrein ingepakt door groen waardoor weinig zichtrelaties over blijven. Vanaf de hoofdweg is een doorzicht gecreëerd naar het omliggende landschap, zoals te zien in naaststaande foto.
1
Bron: www.maps.google.nl
Zichtrelatie Gebouw
1
Fig. 5.7 Zichtbaarheid van het landschap vanaf het bedrijventerrein ´s Graveland-Zuid
63
6
64
Papendorp 6.1 Gebiedsbeschrijving Plaats: Utrecht Oppervlakte: 60 ha Bouwjaar: 1999 Segment: kantoren, woonwinkels, zware industrie Oorspronkelijk ontwerp door: West8 Externe aanleiding Het kantorenpark ligt in de arm van verkeersknooppunt Ouderijn waar de A2 en A12 samenkomen. Ten Noordoosten van het gebied ligt de wijk Kanaleneiland. Het bedrijventerrein ligt ten zuidwesten van het AmsterdamRijnkanaal maar heeft geen havenactiviteiten die hier gebruik van maken. Kenmerkend Het kantorenpark Papendorp is een gebied dat nog volop in ontwikkeling is. Het terrein is bijzonder doordat de kantoren in een parkachtige setting zijn geplaatst of nog geplaatst gaan worden. Opvallend is dat er naast bedrijven ook volkstuinen in het gebied te vinden zijn. De kantoorpanden hebben ieder hun individuele karakter waarmee ze in een parkachtige setting gepositioneerd zijn. Voor bedrijven is het een interessante plek om te vestigen; het ligt centraal in Nederland, heeft een unieke uitstraling en is een prachtige zichtlocatie. Het bedrijventerrein is in 2009 genomineerd geweest voor de Rietveld Award.
N
Fig. 6.1 Overzichtskaart kantorenpark Papendorp te Utrecht
65
Zichtbaarheid van het omliggende landschap vanaf het bedrijventerrein
Zichtbaarheid bedrijventerrein vanuit het omliggende landschap
Groenstructuur
Ontsluitings- en wegenstructuur
Landschapsstructuur Fig. 6.2 Lagenbenadering van de thema’s
66
Ontsluitingsweg Spoorweg Intern verkeer (zowel fietsers als auto’s) Water Kavelaanduiding
Fig. 6.3 Landschapsstructuur Papendorp
6.2
Thema’s
6.2.1 Verkavelingsstructuur De vorm van het kantorenpark wordt aan de noordoostzijde bepaald door Het AmsterdamRijnkanaal, aan de zuidzijde door de A12 en aan de westzijde de A2. Deze doorgaande structuren omsluiten het bedrijventerrein. Een relatie met de bestaande waterstructuur wordt niet gezocht, het water fungeerd als grens van het gebied maar heeft verder geen aanwijsbare functie.
Het kantorenpark Papendorp is gelegen in een landschap met een smalle strookverkaveling. De verkaveling van het bedrijventerrein is daarin heel anders. Er zijn een aantal rechte lijnen te herkennen maar verder is de verkaveling gevormd om bij te dragen aan het parkachtige karakter van het kantorenpark. Qua verkaveling wordt er met het landschap geen directe relatie gezocht. Het kantorenpark Papendorp lijkt een op zichzelf staand element waarbinnen een aantrekkelijk werkklimaat is gecreëerd. De koppeling met het omliggende gebied bestaat in dit geval alleen uit doorgaande wegenstructuren. 67
6.2.2 Ontsluiting- en wegenstructuur Het bedrijvenpark Papendorp heeft meerdere ontsluitingswegen en is daardoor goed bereikbaar. De interne wegenstructuur maakt alleen een relatie met de externe wegenstructuur om het gebied te kunnen ontsluiten. Vanaf het omliggende gebied is er slechts een enkele verbinding die de entree naar het gebied mogelijk maakt voor bewoners van de naastgelegen wijk. 1 Op het bedrijventerrein zijn verschillende Ontsluitingsweg Spoorweg Relatie interne wegen met externe wegen Intern verkeer (zowel fietsers als auto’s) Wandelgebied
Fig. 6.4 Ontsluiting- en wegenstructuur Papendorp
68
mogelijkheden tot wandelen gemaakt. Doordat de gebouwen in een parkachtige setting met veel openbare ruimte staan, is het voor de gebruikers een aantrekkelijk gebied om in te vertoefen. Het ommetje bevindt zich alleen in op het kantorenpark en maakt geen relatie met het omliggende landschap, waardoor het gebruik beperkt blijft door de directe gebruikers van het kantorenpark. Daarbij wordt er ook geen relatie gemaakt met het omliggende landschap, doordat de wandelpaden intern blijven in plaats van de randen van het gebied op te zoeken.
Lijnvormige groenstructuren Doorlopende structuren met dezelfde boomsoort Afwijkende boomsoort van doorlopende structuur Groengebieden
Fig. 6.5 Groenstructuur Papendorp
6.2.3 Groenstructuur De lijnvormige groenstructuren binnen het kantorenpark dienen als begeleiding van de hoofdwegen in het gebied. Hoewel er in het omliggende landschap ook enkele rechtlijnige boomstructuren en bossages te vinden zijn, wordt er met de groenstructuur van het kantorenpark niet aangesloten op het landschappelijke gebied. De beplanting op het kantorenpark is bedoeld om bij te dragen aan de parkachtige setting van het terrein. Ook dragen de boomstructuren bij aan het ‘inpakken’ van het bedrijventerrein, waardoor
het zicht vanuit de omgeving gedeeltelijk wordt geblokkeerd. Daarnaast dragen de groene structuren bij aan een prettige beleving van het bedrijventerrein. Er wordt gezocht naar een kantorenlocatie waarbij het karakter bijdraagt aan de verkoopbaarheid van het gebied. Er wordt een locatie gecreëerd waar een wandeling binnen het terrein mogelijk is en er een algehele groene uitstraling ontstaat.
69
6.2.4 Zichtbaarheid kantorenpark vanuit het omliggende landschap Het kantorenpark Papendorp is gericht op zijn omgeving. De kantoorpanden vormen een gezicht naar de snelweg en de bestaande stad. Door zijn parkachtige setting en volkstuinen krijgt het gebied een groene uitstraling dat zorgt voor een aantrekkelijk beeld. Toch is het bedrijventerrein niet overal even goed zichtbaar. Langs de A12 staan veel bossages die het zicht afschermen, af en toe zijn er doorzichten gemaakt en bovendien zorgt de hoogte van de gebouwen er voor dat het kantorenpark zichtbaar is boven de bossages.
1
Bron: www.maps.google.nl
Tussen de bossages door is af en toe zicht op het kantorenpark Papendorp.
2
Zichtrelatie Front van het gebouw Gebouw
Bron: www.maps.google.nl
Vanaf de A2 vormt een bijzonder gebouw het gezicht van het bedrijventerrein.
2 3
1
Fig. 6.6 Zichtbaarheid bedrijventerrein vanuit het omliggende landschap
70
3
Bron: www.maps.google.nl
Als men vanuit de wijk Kanaleneiland komt, heeft men een prachtig overzicht over de parkachtige sfeer van Papendorp.
6.2.5 Zichtbaarheid van het omliggende landschap vanaf het kantorenpark De gebouwen van Papendorp zijn allemaal gericht op de omgeving. Ze hebben een aanzienlijke hoogte waardoor er vanuit de gebouwen uitzicht bestaat over het omliggende gebied. Vanaf de interne wegen is er echter vrijwel geen beleving van het omliggende landschap doordat bossages het zicht ontnemen. Aan de oostzijde van het kantorenpark bestaat er wel vrij zicht op het stedelijk gebied. Dit kan echter nog afnemen naarmate de beplanting een volwassen stadium bereikt.
Bron: www.maps.google.nl
Zichtrelatie Gebouw
Fig. 6.7 Zichtbaarheid van het landschap vanaf het bedrijventerrein Papendorp
71
7
72
Agro Businesspark 7.1 Gebiedsbeschrijving Plaats: Wageningen Oppervlakte: 56 ha Bouwjaar: rond 2000 Segment: kantoren Externe aanleiding Het plangebied ligt aan de noordwestzijde van Wageningen. Aan de oostzijde van het plangebied ligt de Kortenoordallee, een belangrijke verkeersader binnen Wageningen. De A50 is de dichtstbijzijnde snelweg. Toekomstplannen Het Agro Businesspark is een van de vele bedrijventerreinen in Wageningen. Het algemene karakter van de bedrijventerreinen in Wageningen is gericht op duurzaam ondernemen. De bedrijven zijn gericht op agroculturele bedrijvigheid en hebben in sommige gevallen een verbinding met de Universiteit van Wageningen. Het bedrijventerrein is volledig opgebouwd uit kantoorpanden, waarbij de bedrijven aan de rand gericht zijn op de Kortenoordallee. Aan de noordzijde van het bedrijventerrein bevindt zich een woonwijk, evenals aan de oostzijde van het terrein. Aan de zuidzijde van het bedrijventerrein wordt een nieuw industriegebied ontwikkeld, waarbij een combinatie wordt gezocht met een prettige verblijflocatie en woningen.
N
Fig. 7.1 Overzichtskaart bedrijventerrein Agro Businesspark te Wageningen
73
Zichtbaarheid van het omliggende landschap vanaf het bedrijventerrein
Zichtbaarheid bedrijventerrein vanuit het omliggende landschap
Groenstructuur
Ontsluitings- en wegenstructuur
Landschapsstructuur Fig. 7.2 Lagenbenadering van de thema’s
74
Ontsluitingsweg Spoorweg Intern verkeer (zowel fietsers als auto’s) Water Kavelaanduiding
Fig. 7.3 Landschapsstructuur Agro Businesspark
7.2
Thema’s
7.2.1 Verkavelingsstructuur De vorm van het bedrijventerrein is bepaald door de bestaande wegen rondom het bedrijventerrein. Met name de Kanaalweg ten zuiden van het gebied en de Kortenoordallee ten oosten van het terrein. De noordzijde van het bedrijventerrein wordt ingesloten door een woonwijk. Het bedrijventerrein is in deze structuren ingepast en heeft met name een infrastructurele relatie met de bestaande situatie. De relatie met de verkaveling wordt niet
aangegaan, het omliggende landschap is recht verkaveld met lange lijnen terwijl het bedrijventerrein een veel willekeurigere verkaveling heeft, die zich lijkt te richten op de interne wegenstructuur. Hier is te zien dat het bedrijventerrein als een op zichzelf staand element is ontworpen, waarbij de relatie met het omliggende gebied om functionele redenen qua ontsluiting wordt aangegaan. De rechtlijnige waterstructuren die in dit landschap voorkomen lopen niet door in het bedrijventerrein, waar geen waterstructuur is opgenomen. 75
7.2.2 Ontsluiting- en wegenstructuur De wegen die zich al in het gebied bevonden hebben niet alleen deels de vorm bepaald van het bedrijventerrein maar verzorgen nu ook de belangrijkste ontsluiting van het bedrijventerrein. Dit zorgt ervoor dat de ontsluiting van het terrein overzichtelijk is en een goede aansluiting vind op het overige wegennetwerk. De interne wegenstructuur maakt een relatie met de externe wegen via de ontsluitingswegen, maar er is geen interne weg die de relatie legt met de naastgelegen woonwijk. Hierdoor wordt Ontsluitingsweg Spoorweg Relatie interne wegen met externe wegen Intern verkeer (zowel fietsers als auto’s) Wandelgebied
Fig. 7.4 Ontsluiting- en wegenstructuur Agro Businesspark
76
alleen een functionele relatie aangegaan met de ontsluiting richting doorgaande wegen en bestaat er geen relatie met de directe landschappelijke context. Het is mogelijk om een wandeling te maken op het bedrijventerrein. Er bestaat een eenvoudige wandelstructuur in het centrale deel van het bedrijventerrein. Deze route geeft echter geen toegang tot het omliggende landschappelijke of stedelijke gebied, waardoor de beleving van het omliggende gebied beperkt blijft. Dit kan worden versterkt door de route te verbinden met landschappelijke wegen.
Lijnvormige groenstructuren Doorlopende structuren met dezelfde boomsoort Afwijkende boomsoort van doorlopende structuur Groengebieden
Fig. 7.5 Groenstructuur Agro Businesspark
7.2.3 Groenstructuur De lijnvormige structuren die in het omliggende gebied voorkomen bevinden zich vooral langs de wegen. Bomenrijen en lanen geven de weg extra begeleiding. Hoewel er ook lijnvormige boomstrucgturen op het bedrijventerrein zijn gebruikt, leggen zij geen directe relatie met het landschap. De afwijkende maat en schaal zorgen voor een veel kleinschaligere indeling van het bedrijventerrein en ook de afschermende functie is afwijkend van de begeleidende functie van de landschappelijke groene elementen.
In het centrale deel van het bedrijventerrein is een open groene ruimte gecreëerd, waaraan alle omliggende elementen zijn gekoppeld. De inrichting van dit gebied bestaat uit gras met enkele bomen. Deze groene zone maakt echter geen relatie met het omliggende landschap. Er wordt niet aangesloten op bestaande structuren en er bestaan ook geen doorzichten naar het omliggende gebied. De bossages en bomenrijen op het terrein zorgen er voor dat het gebied een op zichzelf staand element wordt.
77
7.2.4 Zichtbaarheid bedrijventerrein vanuit het omliggende landschap Vanuit het omliggende landschap is het bedrijventerrein slecht zichtbaar doordat het afgeschermd wordt door bomen. Op deze manier wordt de westelijke achterzijde van het bedrijventerrein uit het zicht gehouden. Aan de oostzijde zijn de fronten van de gebouwen gericht naar de ontsluitingsweg, waar een duidelijke bedrijvenwand zichtbaar is. De zuidzijde van het gebied is zichtbaar vanaf het naastgelegen bedrijventerrein, maar vormt een rommelig geheel door het ontbreken van een entreezone.
1
Bron: www.maps.google.nl
Vanuit het landschap is weinig van het bedrijventerrein zichtbaar doordat het terrein wordt afgeschermd door Italiaanse populieren.
2
Zichtrelatie Front van het gebouw Gebouw
Bron: www.maps.google.nl
Vanaf de Kortenoordallee zijn de eenduidige voorkanten van de kantoorpanden te zien. Een eigen karakter is slecht te onderscheiden
3 2 1 3
Fig. 7.6 Zichtbaarheid bedrijventerrein vanuit het omliggende landschap
78
Bron: www.maps.google.nl
Vanuit het naastgelegen bedrijventerrein aan de zuidzijde bestaat er zicht op de gebouwen. Een duidelijke entreezone ontbreekt.
7.2.5 Zichtbaarheid van het omliggende landschap vanaf het bedrijventerrein De beleving van het omliggende gebied vanaf het bedrijventerrein is alleen mogelijk rondom de toegangswegen. De beleving richt zich op de ontsluitingswegen, waarbij ook een glimp wordt opgevangen van het achterliggende stedelijke gebied. Om de relatie met het omliggende landschap te verbeteren zouden zichtlijnen gecreëerd kunnen worden naar het naastgelegen landbouwgebied, als onderdeel van de unieke locatie van het terrein. Op naaststaande foto is het uitzicht aan de zuidzijde van het terrein weergegeven, men kijkt richting andere bedrijven.
1
Bron: www.maps.google.nl
Zichtrelatie Gebouw
1
Fig. 7.7 Zichtbaarheid van het landschap vanaf het bedrijventerrein Agro Businesspark
79
8
80
Molletjesveer 8.1 Gebiedsbeschrijving Plaats: Zaandam Oppervlakte: 56 ha Bouwjaar: rond 1960 Segment: gemengd Externe aanleiding Het terrein ligt direct ten westen van de provinciale weg N246, waar het zich mee verbindt. Het gebied is gelegen aan de Nauernasche Vaart in het westen maar maakt weinig gebruik van havenactiviteiten. Vernieuwd bedrijventerrein Molletjesveer is een van de oudere bedrijventerreinen in Zaanstad-Noord. Omdat het terrein niet meer voldeed aan de huidige eisen, is in 2005 gestart met een revitalisering van het zuidelijk deel van Molletjesveer. Inmiddels is deze revitalisering klaar en heeft een verbeterde ontsluiting, parkeeroplossingen en bereikbaarheid opgeleverd. Niet alleen op verkeerskundig gebied is het gebied verbeterd, ook ruimtelijk zijn grote verbeteringen zichtbaar. De entrees van het gebied zijn duidelijker vormgegeven, er is een nieuwe boomstructuur en de uitstraling van de panden zijn verbeterd.
N
Fig. 8.1 Overzichtskaart bedrijventerrein Molletjesveer te Zaandam
81
Zichtbaarheid van het omliggende landschap vanaf het bedrijventerrein
Zichtbaarheid bedrijventerrein vanuit het omliggende landschap
Groenstructuur
Ontsluitings- en wegenstructuur
Landschapsstructuur Fig. 8.2 Lagenbenadering van de thema’s
82
Ontsluitingsweg Spoorweg Intern verkeer (zowel fietsers als auto’s) Water Kavelaanduiding
Fig. 8.3 Landschapsstructuur Molletjesveer
8.2
Thema’s
8.2.1 Landschapsstructuur De vorm van het bedrijventerrein is bepaald door de Nauernaschevaart en de ontsluitingsweg. Het bedrijventerrein is daar precies ingepast. Toch past het gebied qua verkaveling helemaal niet in het omliggende landschap. De kleinschalige landschapsstructuur van het veengebied waarin het bedrijventerrein Molletjesveer zich bevind is nergens terug te vinden in de verkaveling van het bedrijventerrein.
De verkaveling van het omliggende landschap wordt bepaald door de waterstructuur. In het gebied zijn veel slootjes, beekjes en kanalen te vinden die het gebied ontwateren. In het bedrijventerrein is geen relatie gezocht met het landschap door middel van de waterstructuur, er is geen een sloot of beek te vinden op het bedrijventerrein.
83
8.2.2 Ontsluiting- en wegenstructuur De wegen die zich al in het gebied bevonden hebben niet alleen deels de vorm bepaald van het bedrijventerrein maar verzorgen nu de belangrijkste ontsluiting van het bedrijventerrein. Dit zorgt ervoor dat de ontsluiting van het terrein overzichtelijk is en een goede aansluiting vind op het overige wegennetwerk, helaas is er een enkel punt waarop het bedrijventerrein een aansluiting heeft op de ontsluitingsweg en is de bereikbaar heid slecht. De interne wegenstructuur heeft enkele Ontsluitingsweg Spoorweg Relatie interne wegen met externe wegen Intern verkeer (zowel fietsers als auto’s) Wandelgebied
Fig. 8.4 Ontsluiting- en wegenstructuur Molletjesveer
84
verbindingen met het omliggende gebied doordat deze wegen aansluiten op het externe wegennetwerk. De verbinding aan de westzijde van het bedrijventerrein is een pond die wandelaars en fietsers naar de overzijde kan brengen. Voor auto’s is het gebied zeer slecht te bereiken doordat er maar een toegang is.
Lijnvormige groenstructuren Doorlopende structuren met dezelfde boomsoort Afwijkende boomsoort van doorlopende structuur Groengebieden
Fig. 8.5 Groenstructuur Molletjesveer
8.2.3 Groenstructuur De lijnvormige structuren die in het omliggende gebied voorkomen bevinden zich vooral in het stedelijk landschap. Enkele structuren langs wegen zijn hier doorgetrokken het bedrijventerrein in en het principe van groen omlijstte wegen wordt toegepast in enkele keren toegepast op het bedrijventerrein.
85
8.2.5 Zichtbaarheid bedrijventerrein vanuit het omliggende landschap Vanuit het landschap is het grootste deel van he bedrijventerrein te zien. Echter, een relatie wordt niet gemaakt doordat veel van het zicht vanuit het landschap op het bedrijventerrein bestaat uit achterkanten van loodsen, bossages en woningen die het bedrijventerrein afschermen van de omliggende omgeving.
1
Bron: www.maps.google.nl
Vanaf de ontsluitingweg is alleen de achterkant van de industrie zichtbaar
2 Zichtrelatie Front van het gebouw 1 Gebouw
2
Bron: www.maps.google.nl
De woningen schermen het terrein af van zijn omliggende omgeving, erg is dit niet: anders was veel achterkant van industie zichtbaar.
3
3 Bron: www.maps.google.nl
Voorkanten van de industrie maken een relatie met het landschap (hier een rommelig
Fig. 8.6 Zichtbaarheid bedrijventerrein vanuit het omliggende landschap
86
beeld door het vernieuwen van de weg).
8.2.6 Zichtbaarheid van het omliggende landschap vanaf het bedrijventerrein Doordat veel gebouwen op het bedrijventerrein van Molletjesveer loodsen zijn zonder veel ramen, zijn er vrij weinig zichten op het omliggende gebied vanuit de panden. Echter, vanaf de straat zijn wel enkele zichtenlijnen gemaakt naar het omliggende landschap. Een voorbeeld van dit zicht is te zien in naaststaande foto. Hier is een prachtig zicht gemaakt op het weidse veenpolderlandschap.
1
Bron: www.maps.google.nl
Zichtrelatie Gebouw
1
Fig. 8.7 Zichtbaarheid van het landschap vanaf het bedrijventerrein Molletjesveer
87
9
88
De Mars 9.1 Gebiedsbeschrijving Plaats: Zutphen Oppervlakte: 200 ha Bouwjaar: na 1900 Segment: kantoren, woonwinkels, zware industrie Externe aanleiding Het bedrijventerrein is oorspronkelijk ontstaan door de geschikte locatie van havenactiviteiten langs de IJssel. Toekomstplannen Bedrijventerrein De Mars wordt gerevitaliseerd. Hierbij moet gedacht worden aan herverkaveling, verbetering van de infrastructuur en de ontwikkeling van woonwijk Noorderhaven als binnenstedelijk gebied. Verwacht wordt dat door de herverkaveling tussen de 10 à 15 hectare nieuw uit te geven bedrijventerrein vrijkomt; de helft van de tot 2020 voorspelde behoefte van 28 hectare. De herverkaveling loopt parallel met een opknapbeurt van de openbare en private ruimte en het moderniseren van de wegprofielen. Tegelijkertijd wordt er gezorgd voor een duidelijkere zonering om de verschillende bedrijfsfuncties een plaats te geven, waardoor een betere aanhechting van het terrein aan de binnenstad van Zutphen ontstaat. Door op De Mars een aantal duidelijke oriëntatiepunten te creëren en wandel- en fietsroutes over De Mars aan te leggen, zal het gebied een geïntegreerd onderdeel van Zutphen worden.
N
Fig. 9.1 Overzichtskaart bedrijventerrein De Mars te Zutphen
89
Zichtbaarheid van het omliggende landschap vanaf het bedrijventerrein
Zichtbaarheid bedrijventerrein vanuit het omliggende landschap
Groenstructuur
Ontsluitings- en wegenstructuur
Landschapsstructuur Fig. 9.2 Lagenbenadering van de thema’s
90
Ontsluitingsweg Spoorweg Intern verkeer (zowel fietsers als auto’s) Water Kavelaanduiding
Fig. 9.3 Landschapsstructuur De Mars
9.2
Thema’s
9.2.1 Verkavelingsstructuur De vorm van het bedrijventerrein wordt bepaald door de IJssel aan de westzijde, het Twentekanaal aan de noordzijde en het spoor aan de zuidoostzijde van het bedrijventerrein. De Mars is daar precies ingepast. In figuur 9.3 is te zien dat de verkaveling van het landschap rondom het bedrijventerrein vrij willekeurig is. Er is weinig rechtlijnigheid en er is geen duidelijk patroon te ontdekken door de stapsgewijze ontginning van voormalige
overstromingsgebieden na de aanleg van nieuwe dijken om de IJssel in te perken. Bedrijventerrein De Mars heeft ook een willekeurige verkaveling, hoewel er meer rechte lijnen te vinden zijn dan in het omliggende landschap. Door inbreiding na sloop van voormalige structuren is er een rommelig geheel ontstaan. De waterstructuur die zich al in het landschap bevond is de reden geweest voor de vestiging van het bedrijventerrein. Het bedrijventerrein gebruikt de bestaande waterstructuur voor havenactiviteiten die een sterke relatie hebben met het landschap. 91
9.2.2 Ontsluiting- en wegenstructuur De wegen die zich al in het gebied bevonden zijn gebruikt om het bedrijventerrein te ontsluiten. Een voordeel hiervan kan zijn dat bestaande verbindingen gebruikt kunnen worden om het gebied te koppelen aan de rest van het gebied. Op bedrijventerrein De Mars zijn het echter geen logische verbindingen voor een bedrijventerrein; de ontsluitingsweg gaat dwars door een woonwijk en het spoor scheidt het gebied van Zutphen. Aan de randen van het bedrijventerrein geven een aantal (wandel)paden de mogelijkheid Ontsluitingsweg Spoorweg Relatie interne wegen met externe wegen Intern verkeer (zowel fietsers als auto’s) Wandelgebied
Fig. 9.4 Ontsluiting- en wegenstructuur De Mars
92
tot het betreden van het buitengebied en de uiterwaarden van de IJssel. Er is echter maar een klein deel bereikbaar en een rondgang ontbreekt, waardoor er geen prettige doorgaande structuur bestaat. Het interne wegennetwerk maakt op meerdere plaatsen een relatie met het externe wegennetwerk waardoor het gebied een redelijke bereikbaarheid heeft. De ontsluiting voor vrachterkeer is echter slecht, doordat dit dwars door een woonwijk moet om in het gebied te komen.
Lijnvormige groenstructuren Doorlopende structuren met dezelfde boomsoort Afwijkende boomsoort van doorlopende structuur Groengebieden
Fig. 9.5 Groenstructuur De Mars
9.2.3 Groenstructuur Op industrieterrein De Mars zijn de groenstroken gekoppeld aan de bedrijfskavels. Hierdoor ontstaan versnipperde stukken groen die geen eenheid aan het gebied geven. Er wordt weinig tot geen relatie aangegaan tussen de groenstructuren op het bedrijventerrein en de landschappelijke context. In het landschap rondom het bedrijventerrein zijn enkele sterke doorgaande groenstructuren aanwezig die als begeleiding dienen voor wegen en kavelafscheidingen. Langs de IJssel zijn deze
groenstructuren minder duidelijk aanwezig. De beplanting bestaat voornamelijk uit grasland met her en der een solitaire populier of strook wilgen. De wilgen zijn vaak gekoppeld aan de oever van de IJssel en dienen in enkele gevallen als ‘baakbomen’ die de loop van de IJssel weergeven in geval van hoog water. Ook zijn een aantal wilgenrijen gekoppeld aan afwaterstromen of dijklichamen.
93
9.2.4 Zichtbaarheid bedrijventerrein vanuit het omliggende landschap Vanuit het landschap bestaat er rondom zicht op het gehele bedrijventerrein. Er wordt echter geen relatie met het landschap gemaakt doordat er voornamelijk loodsen en achterkanten van bedrijven zichtbaar zijn. Een deel van het zicht vanuit de uiterwaarden wordt geblokkeerd door de dijk en woningen die op de grens staan van bedrijventerrein en uiterwaarden. De gebouwen op het bedrijventerrein zijn allen naar binnen gekeerd. Zij richtten zich om functionele redenen op de wegenstructuur van De Mars.
1
Bron: eigen foto
Vanuit de uiterwaarden zijn veel verrommelde achterkanten en opslagplaatsen van industrie te zien.
2
Zichtrelatie Front van het gebouw Gebouw
Bron: eigen foto
De dijk met achterliggende woningen schermen het bedrijventerrein af van zijn omliggende omgeving.
1 3
3 2
Bron: eigen foto
Fig. 9.6 Zichtbaarheid bedrijventerrein vanuit het omliggende landschap
94
Het beeld vanaf de overzijde van de IJssel, een vrij rommelig zicht op bedrijventerrein De Mars. Eenheid ontbreekt.
9.2.5 Zichtbaarheid van het omliggende landschap vanaf het bedrijventerrein Doordat veel gebouwen op het bedrijventerrein van De Mars loodsen zijn zonder veel ramen, bestaan er vanuit de panden vrij weinig doorzichten op het omliggende gebied. Wanneer men de dijk betreed zijn er echter wel indrukwekkende en weidse uitzichten over het uiterwaardenlandschap mogelijk, zoals te zien op naaststaande foto. Hier bestaat de mogelijkheid om een aantrekkelijke relatie met het landschap te maken, dit wordt in de huidige situatie echter niet gedaan.
1
Bron: eigen foto
Zichtrelatie Gebouw
1
Fig. 9.7 Zichtbaarheid van het landschap vanaf het bedrijventerrein De Mars
95
Deel
96
3
97
1
Onderzoeksuitkomst In Deel 2 van dit rapport zijn de negen onderzoeksgebieden onderzocht om te achterhalen wat hun relatie met het landschap is en hoe deze gemaakt wordt. In Deel 3 geeft dit hoofdstuk antwoord op de vraag: ‘Wat zijn de middelen om de (vaak) naar binnen gekeerde bedrijventerreinen te koppelen aan het omliggende landschappelijke gebied?’ Dit zal worden gedaan aan de hand van de thematoelichting. Per thema worden de middelen toegelicht,en de thema’s worden gekoppeld om te achterhalen welke thema’s elkaar versterken of elkaar nodig hebben om een duidelijk gebaar te maken. Allereerst wordt antwoord gegeven op de deelvragen: ‘Waarom zijn bedrijventerreinen vaak afgekeerd van hun omliggende omgeving?’ en ‘Wat kan de meerwaarde zijn voor bedrijventerreinen als de relatie wordt gezocht met het landschap?’ 1.1 Het naar binnen gekeerde bedrijventerrein In deze paragraaf wordt antwoord gegeven op deelvraag 1: ‘Waarom zijn bedrijventerreinen vaak afgekeerd van hun omliggende omgeving?’ Naar het maken van dit onderzoek is gebleken dat veel bedrijventerreinen een naar binnen gekeerd karakter hebben. Veelal is dit toe te schrijven aan het functionele karakter van bedrijventerreinen. De bedrijventerreinen hebben bijvoorbeeld een goede verbinding op het interne wegennetwerk nodig om het gebied bereikbaar te maken
98
voor transport, waarbij water- en spoorwegen ook een belangrijke rol spelen. Hierdoor is de doorgaande toegangsweg vaak de enige koppeling die met het landschap gemaakt wordt. In het verleden was een groene werkomgeving niet van belang; er moest gewerkt worden. Deze zelfde gedachte werd gebruikt bij de verkaveling. De oorspronkelijke verkaveling die zich in het gebied bevond was niet belangrijk. Rechte wegen moesten zorgen voor een duidelijke verkaveling en een overzichtelijk gebied, ongeacht de ondergrond. Belangrijker was het om grote kavels te creëren waar opslag mogelijk was en grote loodsen geplaatst konden worden. Verder werd er niet nagedacht over hoe het terrein beleefbaar zou zijn vanuit het landschap, het was voor de productiviteit van de bedrijven niet belangrijk. Tegenwoordig kampen veel bedrijventerreinen echter met leegstand, waardoor het bedrijventerrein op een nieuwe manier moet worden vormgegeven. Er wordt nagedacht over hoe het imago van de rommelige bedrijventerreinen verbeterd kan worden zodat nieuwe bedrijven zich willen vestigen, de concurrentiekracht wordt vergroot en het bedrijventerrein zich op een duurzame manier kan ontplooiien. Daarom wordt er tegenwoordig gezocht naar het gebruik van unieke bedrijfslocaties, waarbij voor het eerst de rol van het landschap in beeld lijkt te komen.
1.2 De meerwaarde van de relatie tussen bedrijventerrein en landschap In deze paragraaf wordt antwoord gegeven op deelvraag 2: ‘Wat kan de meerwaarde zijn voor bedrijventerreinen als de relatie wordt gezocht met het landschap?’ Zoals al eerder genoemd werd is in de moderne tijd het imago van het bedrijventerrein steeds belangrijker geworden. De bedrijven willen zich profileren aan de hand van een goede naam. Om deze reden is de eerste meerwaarde van een relatie tussen bedrijventerrein en landschap: • Imagoverbetering. Door een relatie te zoeken met het voor de regio kenmerkende landschap kan een imago worden gecreëerd passend bij de moderne tijd waarin duurzaamheid, ecologie en milieubewustheid vaak centraal staat. Een tweede meerwaarde is te vinden in: • De verbetering van zichtbaarheid en herkenbaarheid van het bedrijventerrein en de individuele bedrijven. Vanaf het omliggende gebied, maar ook vanaf de snelweg of andere toegangswegen, kan het bedrijventerrein zich hierdoor beter profileren. Het bedrijventerrein wordt als zodanig herkent en kan hiermee bijvoorbeeld de commerciële relatie aangaan met het landschap. • Verbetering van de stedelijke rand. De stedelijke kern heeft in de huidige situatie vaak een harde, industriële rand die bestaat uit grootschalige bedrijvigheid. Het landschap is daarnaast 99
gesitueerd als een vergeten en losstaande structuur. Wanneer een relatie wordt gezocht tussen bedrijventerrein en landschap, ontstaat een vernieuwd en aantrekkelijk stedelijk gebied, waar stad en landschap een eenheid vormen. • Verbetering van het landschap. Het decor dat de achterwand van het landschappelijke gebied vormt, kan sterk worden verbeterd wanneer de industrie als een onderdeel van het landschap wordt gezien. Door het ontwerpen van bedrijventerreinen in samenwerking met landschappelijke structuren, wordt de beleefbaarheid van het landschap vergroot. Dit kan zowel worden bereikt door aantrekkelijke architecturale werken, als door de verbetering en betrekking van de omliggende openbare ruimte. De verbetering van de stedelijke rand kan ook gerealiseerd worden door het industriegebied als doorgangszone te laten dienen tussen de stedelijke kern en het open landschap. Hier ligt een uitgelezen kans doordat de relatie van de stad met het open landschap vaak alleen gemaakt kan worden op plaatsen waar zich nu industrie bevindt. • Verbetering van het werkklimaat. De aanwezigheid van beplantingen en groene structuren in de leefomgeving bevordert het algemeen welbevinden. Mensen hebben behoefte aan natuur in de directe omgeving. Studies wijzen uit dat beleefbaar groen stressverlagend werkt en resulteert in minder ziekteverzuim en een hogere productiviteit. 100
1.3 Thematoelichting 1.3.1 Landschapsstructuur Een van de middelen die gebruikt kan worden om een relatie met landschap aan te gaan is om in te spelen op de bestaande landschapsstructuur. In dit onderzoek zijn hiervan twee voorbeelden van naar voren gekomen. 1. De landschapsstructuur wordt vanuit het landschap overgenomen in de structuur van het bedrijventerrein. Hierbij wordt de verkaveling van de afzonderlijke bedrijfslocaties verdeeld op een manier die passend is bij de maat en schaal van het omliggende landschap. Ook de vorm van structuurverdeling sluit aan; wanneer de landschappelijke verdeling van het veengebied bijvoorbeeld geschied door het gebruik van waterstructuren wordt dit doorgezet op het bedrijventerrein. Voorbeelden hiervan zijn terug te vinden op bedrijventerrein Xl-Businesspark en bedrijventerrein Nagelerweg. 2. De landschapsstructuur wordt vanuit het landschap overgenomen in de structuur van het bedrijventerrein. Hierbij wordt de verkaveling van de afzonderlijke bedrijfslocaties verdeeld op een manier die passend is bij de maat en schaal van het omliggende landschap. Echter, waar de landschappelijke verdeling in het landschap geschied door bijvoorbeeld waterstructuren,
wordt de landschappelijk verdeling op het bedrijventerrein gerealiseerd door bijvoorbeeld het gebruik van wegen in een aansluitend grid. De structuur blijf gelijk, de structuurdragers verschillen. Een voorbeeld is terug te vinden op bedrijventerrein Nieuw Vennep-Zuid. 1.3.2 Ontsluiting- en wegenstructuur De ontsluiting- en wegenstructuur kan op verschillende manieren een toevoeging bieden aan de relatie die het bedrijventerrein met het landschap aangaat. De relatie kan worden gezocht in de relatie tussen interne en externe wegen, maar ook in de vorm van bijvoorbeeld wandelof fietsverbindingen. Deze manieren worden hieronder uiteengezet. 1. Wegenstructuur waarbij de interne ontsluitingswegen niet alleen aansluiten op de hoofdontsluitingsroute, maar ook een directe verbinding leggen met externe wegenstructuren. Op deze manier is het bedrijventerrein goed bereikbaar vanuit de directe omgeving, maar ook via de ontsluitingswegen die naar de snelwegen leiden. Voorbeelden hiervan zijn terug te vinden op bedrijventerrein Xl-Businesspark, Nagelerweg, Waarderpolder, ‘s Graveland-zuid, Molletjesveer en De Mars. Wanneer de ontsluitingswegen zich al in het gebied bevonden voordat het bedrijventerrein zich vestigde, dan is de aansluiting op het omliggend gebied vaak erg goed.
2. Wegenstructuur waarbij de wandelpaden uit het landschap in verbinding staan met de paden op het bedrijventerrein. Het landschap wordt op deze manier betreedbaar van het bedrijventerrein. Voorbeelden hiervan zijn terug te vinden op bedrijventerreinen XLBusinesspark en Nieuw Vennep-Zuid. 3. Wegenstructuur waarbij de externe wandelpaden uit het omliggende gebied toegankelijk zijn gemaakt vanaf het bedrijventerrein. Op deze manier wordt er een mogelijke relatie gemaakt met het landschap zonder deze onderdeel te maken van het bedrijventerrein. Voorbeelden hiervan zijn te vinden in bedrijventerreinen Waarderpolder, ‘s Graveland-Zuid en De Mars. 1.3.3 Groenstructuur Een tweede middel om bedrijventerrein en landschap aan elkaar te koppelen is de groenstructuur. De groenstructuur kan op verschillende manieren de relatie met het omliggende landschap vergroten. Niet alleen grote groenzones kunnen deze relatie versterken, maar ook de lijnvormige structuren, zoals bomenrijen en lanen. De toepassingsmanier van lijnvormige structuren kan verschillen. In de volgende iconen zijn de verschillende te gebruiken groenstructuren weergegeven. 101
1. De groenstructuren uit het landschap lopen door op het bedrijventerrein, het principe wordt herhaald. De doorlopende structuur wordt versterkt doordat in het landschap en op het bedrijventerrein zelfde boomsoort wordt toegepast. Daarnaast worden er nieuwe structuren op het bedrijventerrein toegepast die in dezelfde stijl worden aangeplant als de oude landschappelijke groenstructuren. Voorbeelden hiervan zijn te vinden op bedrijventerreinen Nieuw Vennep-Zuid en Molletjesveer. 2. De groenstructuren uit het landschap lopen niet door op het bedrijventerrein. Wel worden er binnen het bedrijventerrein nieuwe structuren in dezelfde stijl aangeplant, zoals die ook in de oude landschappelijke structuren zijn terug te vinden. Voorbeelden hiervan zijn te zien op het terrein Waarderpolder, Papendorp, Agro Businesspark en De Mars. 3. De groenstructuren uit het landschap lopen door op het bedrijventerrein, maar er wordt op het bedrijventerrein gebruik gemaakt van een andere boomsoort dan de soort bomen die in het landschap is toegepast. Wel worden er binnen het bedrijventerrein nieuwe structuren met de eerder gebruikte boomsoort aangeplant, zoals die ook in 102
de oude landschappelijke structuren zijn terug te vinden. Door de structuren door te trekken wordt een relatie gemaakt met het landschap, maar daarbij is het is wel van belang om dezelfde boomsoort door te zetten. Anders wordt de structuur niet als eenheid beleefd. Een voorbeeld hiervan is te zien op bedrijventerrein Nagelerweg. 4. De groenstructuren uit het landschap lopen door op het bedrijventerrein, maar er wordt op het bedrijventerrein gebruik gemaakt van een andere boomsoort dan de soort bomen die in het landschap is toegepast. Ook de nieuwe groenstructuren op het bedrijventerrein worden aangeplant met een afwijkende boomsoort. Ook hier geldt dat het van belang is om binnen en buiten het bedrijventerrein dezelfde boomsoort te gebruiken om de structuur als eenheid te beleven. In deze situatie ontstaat er wel eenheid binnen het bedrijventerrein, maar niet in combinatie met het landschap. Een voorbeeld hiervan is te zien op bedrijventerrein ‘s Graveland-Zuid. De toepassing van groengebieden op of nabij een bedrijventerrein kan zorgen voor een relatie met het landschap. In het volgende voorbeeld is te zien hoe dit gerealiseerd kan worden. 5. Het groengebied is onderdeel van het bedrijventerrein en het landschap. Dit zorgt er voor dat de relatie met het omliggende
landschappelijke gebied sterk is. Deze relatie wordt versterkt wanneer er in het groengebied (wandel)paden aanwezig zijn. Voorbeelden hiervan zijn terug te vinden op bedrijventerrein XL-Businesspark en Waarderpolder. 1.3.4 Zichtbaarheid vanuit het landschap Zichtbaarheid is zeer bepalend voor de beleving van bedrijventerreinen vanuit het omliggende landschap. Een aantrekkelijk beeld waarbij de voorzijden van gebouwen te zien zijn en er een relatie gezocht wordt met het landschap, geeft het bedrijventerrein een aantrekkelijk imago. Is het beeld rommelig door de zichtbaarheid van de achterkanten en opslagplaatsen van bedrijven, dan draagt dit niet bij aan de waardering van het bedrijventerrein. De volgende iconen geven weer hoe de relatie met het landschap gevormd kan worden door middel van zichtbaarheid vanuit het landschap. 1. Vanuit het landschap is zicht gecreëerd op de voorkanten van de bedrijven. De relatie met het landschap wordt aangegaan door de situering van de bedrijven, waarbij het bedrijventerrein een aantrekkelijk beeld heeft naar het omliggend gebied. Een voorbeeld hiervan is het XL-Businesspark in Almelo. Dit bedrijventerrein stelt hoge eisen aan de zichtbaarheid vanuit het landschap. Enkele voorbeelden van maatregelen die worden getroffen: • De bouwmassa’s van de bedrijven komen op
een vaste rooilijn te staan, waarbinnen kleine verschillen in bebouwing mogelijk zijn om het karakter van het bedrijf weer te geven. Hierdoor ontstaat een sterke wandwerking, waardoor het gebied aanvoeld als een eenheid. • Om ervoor te zorgen dat auto’s of materialen uit het zicht blijven wordt in sommige gevallen gebruik gemaakt van een in het gebouw mee ontworpen wand waarachter opslag kan plaatsvinden. In andere gevallen vindt de opslag plaats aan de interne zijde van het terrein, waardoor er vanuit het landschap geen verrommeld zicht ontstaat. 2. Vanuit het landschap is deels zicht op de voorkanten van de bedrijven. In sommige gevallen wordt de relatie met het landschap aangegaan. Rondom deze gebieden ontstaat vaak een aantrekkelijk zicht vanuit het landschap. Op deze manier kan het bedrijventerrein van de ene zijde als positief landschappelijk worden ervaren, terwijl er aan de andere zijde een negatieve beleving ontstaat. Belangrijk is ook de manier waarop de bedrijven zich op het omliggende gebied richten. Wanneer het front van een bedrijf naar het landschap is gericht, moet er ook gezocht worden naar architectuur die op aantrekkelijke wijze bijdraagt aan het landschap. Voorbeelden van bedrijventerreinen die hun fronten deels naar het omliggend gebied richten zijn Nagelerweg, Waarderpolder, Nieuw Vennep-Zuid, Papendorp, Agro-Businesspark, Molletjesveer en De Mars. 103
1.3.5 Zichtbaarheid van het bedrijventerrein naar het landschap Niet alleen de zichtbaarheid vanuit het landschap in de richting van het bedrijventerrein is belangrijk, maar ook het zicht vanaf het bedrijventerrein terugkijkend naar het omliggende landschap. De beleving van het bedrijventerrein kan enorm versterkt worden door bedrijfspanden op landschappelijke locaties te vestigen. De volgende iconen geven weer hoe de relatie met het landschap gevormd kan worden door middel van zichtbaarheid naar het landschap. 1. Vanaf het bedrijventerrein is rondom een (zicht)relatie gemaakt naar het landschap. Dit kan zijn door het gebruik van hoge gebouwen met uitzichten over het landschap, maar ook door het maken van doorzichten op straatniveau. Duidelijk is het verschil in relatie. In de eerste variant hebben alleen de gebruikers van de panden voordeel van de relatie met het landschap, terwijl het landschap in de tweede variant ook door een bezoeker kan worden beleefd. Vaak zijn het de eigenaren van de kantoorpanden die een ‘exclusieve landschappelijke locatie’ ambiëren. Een voorbeeld van een bedrijventerrein waarbij zichtrelaties naar het landschap worden gemaakt is het XL-Businesspark.
104
2. Vanaf het bedrijventerrein is deels de relatie met het landschap aangegaan door zichten te creëren naar het omliggend gebied. Vaak zijn het de kantoorpanden in plaats van de zware industriële bedrijven die zich op deze zichtlocaties vestigen. Als het om een gemengd bedrijventerrein gaat, is het goed mogelijk dat de kantoorpanden de zichtrelatie maken. De zwaardere industrie, die geen baat heeft bij landschappelijk zicht, zal vaak gevestigd zijn aan de achterzijde van het bedrijventerrein. Voorbeelden hiervan zijn te vinden op bedrijventerreinen Nagelerweg, Waarderpolder, Nieuw Vennep-Zuid, ‘s Graveland-Zuid, Papendorp, Agro-Businesspark, Molletjesveer en De Mars. 1.4 Thema’s gekoppeld De thema’s zijn afzonderlijk van elkaar geanalyseerd en maken allemaal hun eigen relatie met het omliggende landschap. Als de thema’s gekoppeld worden hebben ze vaak een grotere meerwaarde voor het bedrijventerrein en het omliggende landschap. In deze paragraaf worden de koppelingen tussen thema’s besproken die samen een groter gebaar maken om de relatie tussen bedrijventerrein en landschap te versterken. • Ontsluiting en zichtbaarheid vanuit het landschap Aantrekkelijke gebouwen die zich met hun front richten op het omliggende landschap kunnen
meer beleefd worden als deze zich aan de ontsluitingswegen bevinden. Op deze manier wordt het bedrijventerrein niet alleen vanuit de nabije omgeving beleefd maar is het ook direct zichtbaar voor passerend verkeer. • Wandelgebieden en groengebieden Een wandelgebied op, of in de buurt van, een bedrijventerrein is aantrekkelijker wanneer er de beleving van groene structuren is. Een wandeling in het open landschap valt in dit geval ook onder de noemer ‘groene beleving’. • Groengebieden en zichtbaarheid vanuit het landschap Aantrekkelijke gebouwen die zich met hun front richten op het omliggende landschap komen sterker naar voren wanneer de gebruikte beplantingsstructuur hier op aansluit. Door openingen te maken in omzomende beplantingsstructuren ontstaat een sterkere werking van het zicht op de bedrijven. • Groengebieden en zichtbaarheid vanaf het bedrijventerrein Voor de verbetering van het werkklimaat hebben gebouwen meer baat bij het creëren van uitzicht op groene zones, dan bij zicht op het stedelijk gebied. Het verschil tussen ‘bedrijfspand in het stedelijk gebied’ of ‘bedrijfspand in landschappelijke setting’ kan worden bereikt door middel van doorlopende groengebieden.
105
2
Transformatie In een tijd waarin bedrijventerreinen aan constante spanning en verandering onderhevig zijn, bestaat ook de mogelijkheid tot transformatie van functie en inrichting. Als aanvulling op dit onderzoek naar mogelijke relaties tussen actieve bedrijventerreinen en hun landschappelijke context, geeft dit hoofdstuk inzicht in de transformatieprocessen die kunnen worden toegepast om verouderde of ongebruikte bedrijventerreinen een landschappelijke meerwaarde te geven. Verloederde panden die leeg staan, een slecht onderhouden openbare ruimte, parkeerproblemen, sociaal ongewenste situaties; het is aan de orde van de dag. Een bedrijventerrein kan jarenlang uitstekend functioneren en gewild zijn om in te werken totdat er, soms heel geleidelijk, knelpunten ontstaan. In sommige gevallen gaat het om een opeenstapeling van kleine problemen, een andere keer kan er fundamenteel iets mis zijn. Ook door vermindering van bedrijfsactiviteiten kan er ineens veel ruimte ontstaan. De grootste problemen op bedrijventerreinen zijn slechte bereikbaarheid, verloedering, structurele leegstand, verouderde panden en verrommelde openbare ruimte. Deze veel voorkomende problemen hebben echter ook een positieve kant voor wie de mogelijkheden zoekt: door de ligging van veel bedrijventerreinen binnen de bebouwde
106
kom, vormen zich op deze locaties interessante mogelijkheden voor nieuwe functies. 2.1 Landschapspark Duisburg Noord Een van de voorbeelden die hiervan gegeven kan worden is de transformatie van de oude hoogovens en voormalige staalfabriek in Duisburg, net over de grens van Duitsland. Een plek waar vroeger zware industrie plaatsvond, is nu getransformeerd tot succesvol stadspark. Wanneer men denkt aan staalfabrieken, is de eerste associatie over het algemeen grijs ijzer en roestend staal. In Duisburg krijgt men echter een heel nieuw beeld van dit soort voormalige industriegebieden. Het gebied is gedurende een periode van tien jaar omgevormd tot een uniek gebied met de mogelijkheid tot wandelen, fietsen, spelen, ontspannen en genieten van het schitterende uitzicht vanaf de 75 meter hoge ijzeren stellingen van de fabriek. ‘s Avonds verzorgd het gebied een geheel nieuwe beleving; het terrein licht op in verschillende kleuren, als landmark van de stad Duisburg. Naast deze eerste vorm van transformatie bestaan er ook mogelijkheden tot het op een mildere manier omvormen van oude bedrijventerreinen naar bijvoorbeeld woningen of vernieuwde soorten van bedrijvigheid. Een voorbeeld hiervan is het organiseren van evenementen in oude fabriekshallen. Deze zijn hier vanwege hun afmeting en ruime open vorm vaak erg geschikt voor.
Bron: eigen foto
De oude kraan op voormalig fabrieksterrein en hoogoven, nu landschapspark Duisburg Nord.
Bron: eigen foto
Het uitzicht vanaf de oude fabriekstoren; een weids zicht over het omliggende landschappelijke gebied.
Bron: eigen foto
Het groene karakter van het als wandelpark bestemde terrein wordt zichtbaar. De beplanting krijgt de kans om vrij te groeien.
107
2.2 Strijp R - Eindhoven Een tweede voorbeeld van een omgevormd industrieterrein is Strijp R in Eindhoven. In samenwerking met Buro Lubbers is hier een stedebouwkundig plan ontwikkeld voor de transformatie van een industrieterrein naar een groenstedelijk woonmilieu. Dit plan uit 2008 omvat een gebied van 20 hectare van het vroegere Philips-terrein. Het gebied is gelegen tussen creatief hart Strijp S en landgoed De Wielewaal. Strijp R is geen standaard nieuwe wijk midden in het lege landschap. Het is de bedoeling dat er op dit terrein een groen woongebied wordt gecreëerd rondom een aantal historische gebouwen. Het gebied heeft een aantrekkelijke ligging nabij de stad en landgoed De Wielewaal, waardoor een landelijk karakter ontstaat. Naast de bouw van nieuwe woningen op het terrein is er ook sprake van transformatie. Het RKgebouw, portiersgebouw, de loopbrug en het pompgebouw blijven grotendeels bewaard. Een van de vier gebouwen die bewaard blijft op het terrein is het RK-complex. Dit was vroeger de keramische werkplaats van Philips, waar onderdelen voor radio’s en televisies werden geproduceerd. In het kader van transformatie is het 10.0000 vierkante meter grote gebouw, dat dateerd uit de jaren vijftig van de vorige eeuw, omgevormd tot showroom en werkplaats van ontwerper Piet Hein Eek.
108
Naast de werkplaats en showroom is er in het gebouw ook een restaurant gesitueerd dat zich richt op het gebruik van streekgebonden producten. Ook is er een expositieruimte en worden er evenementen gehouden zoals concerten, theaters en tentoonstellingen. Piet Hein Eek: ‘Toen ik voor het eerst door het pand liep kon je geen hand voor ogen zien. Het was er donker, de ramen waren dicht geschilderd met afbladderende verf, schijnbaar willekeurig waren er wanden geplaatst en systeemplafonds opgehangen. Maar de contouren van het pand daagden binnen enkele minuten; een grote werkplaats in het hart van het pand met daar omheen op de eerste verdieping een showroom. Het pand van onze dromen. Waar je ook bent, je hebt zicht op waar de producten bedacht, gemaakt, verkocht en gedistribueerd worden. Een van de meest kenmerkende eigenschappen van het bedrijf is de transparantie waarmee we opereren. Wat het donkerste pand van Eindhoven was is nu misschien wel het lichtste. In elk geval het voor ons het best passende onderkomen, letterlijk en figuurlijk.’ (Bron: www.strijpr.nl) Een tweede gebouw dat bewaard wordt is het portiersgebouw. In de hallen was vroeger de garage voor de Afdeling Vervoer van de NV Philips te vinden, bestemd voor alle Philips fabrieken. Het witte voorgebouw bevatte kantoren, kleedlokalen, kantines en slaapruimten. Naast dit gebouw lag een eigen ingang van het terrein, de ingang aan de Koenraadlaan. Deze entree
werd gecontroleerd vanuit een portiersloge, het kenmerkende ronde deel van het gebouw. In het voormalige portiersgebouw ontwikkelt Piet Hein Eek met Amvest een nieuw woon-werkgebouw waar creatieve ondernemers een plek zullen krijgen. Het laatste gebouw dat bewaard wordt is het pompgebouw uit 1954. Dit complex was het machinegebouw voor perslucht en vacuüm. Door middel van de kabel- en leidingenbruggen waren deze installaties ook voor de andere gebouwen beschikbaar. Het voormalige pompgebouw blijft staan en wordt getransformeerd tot een gebouw met zowel woningen als werkruimtes. Op deze wijze blijft een van de gebouwen in kenmerkende gele baksteen (zogenaamde verblendsteen) behouden. Naast de gebouwen blijven ook historische bomen en interessante, sfeermakende relicten bewaard zoals kabel- en leidingenbruggen en de spoorlijnen met bijbehorend laadperron. De loopbrug is een van de relicten die wordt getransformeerd op Strijp R. De loopbrug vormde vroeger de verbinding tussen een aantal gebouwen. Zo werden de beeldbuizen door de loopbrug vanaf de fabriek naar de laboratoria en meetkamers gebracht. Het gebouw bestaat uit een zelfstandige constructie van staal en beton. Een eerste initiatiefnemer heeft zich gemeld met een ontwerp voor een zeer bijzonder kantoor.
Bron: strijpr
Het vroegere fabrieksterrein van Philips, met robuuste gebouwen en de typerende leidingbruggen.
Bron: strijpr
Het nieuwe plan voor Strijp R, een terrein met plaats voor wonen, werken en recreatie.
Bron: strijpr
Een visualisatie van de woningen op Strijp R, ruime kavels met een groen karakter.
109
3
De toekomst van bedrijventerreinen in Nederland Wat is de toekomstverwachting van bedrijventerreinen? Welke lijn wordt er gevolgd? En is er nog wel een toekomst? Door constante uitbreiding van bedrijventerreinen dreigen open gebieden te verdwijnen, waardoor steden aan elkaar groeien en het eigen karakter van bijzondere landschappen verloren gaat. Voor de toekomst zullen bedrijventerreinen samen moeten werken met hun unieke landschappen, om bij te dragen aan een duurzame toekomst
Als belangrijk onderdeel in een constant veranderende samenleving, zullen bedrijventerreinen een flexibele houding aan moeten nemen. Daar waar er vroeger alleen rekening gehouden hoefde te worden met een efficiënt productieproces, is er in de moderne maatschappij behoefte aan meer; duurzaamheid, ecologie en milieubewustheid staan hoog in het vaandel. Deze elementen zijn dan ook vaak terug te vinden in revitaliseringsplannen van verouderde bedrijventerreinen. Leegstand en verloedering vragen niet om de bouw van nieuwe bedrijfslocaties, maar geven juist de mogelijkheid om te investeren in het bestaande. Verbeteren wat er is en leren van 110
de fouten uit het verleden. Vaak wordt deze verbetering gezocht in het opknappen van de architectuur, terwijl de kansen van de openbare ruimte worden vergeten. Er zijn echter ook situaties waarin de bestaande bedrijfslocaties simpelweg niet meer gehandhaafd kunnen worden. Fabrieksgebouwen voldoen niet meer aan de moderne vraag en eis, of er vindt bedrijfsverhuizing plaats vanwege een gebrek aan uitbreidingsmogelijkheden. Als gevolg van deze situaties zullen zich grote terreinen in het stedelijk weefsel aanbieden die om een nieuwe functie vragen. Deze functieverandering biedt bijzondere mogelijkheden! Transformatie van ongebruikte bedrijfsgebieden kan een oplossing bieden voor de grote leegstand die zich op dit moment in ons land voordoet. Er is weinig vraag naar nieuwe bedrijventerreinen, maar het verlangen naar natuur en landschap loopt nog altijd op. Zeker in het dichte stedelijke gebied, waar open ruimtes schaars zijn en stadsparken de vraag niet meer kunnen vullen. De leeg gelopen bedrijventerreinen kunnen hier worden gebruikt om in deze behoefte te voorzien. Zoals in het voorbeeld van Strijp R en het landschapspark in Duisburg te zien is, zijn oude fabriekspanden zeer geschikt voor een grote variatie aan activiteiten. Van omvorming tot bijzondere woon- of werklocatie tot grootschalig wandelpark met wilde natuur, de mogelijkheden zijn divers en alom aanwezig. Het is tijd om te investeren in de toekomst.
Maar ook daar waar de bedrijvigheid nog in volle bloei is bestaan vele mogelijkheden. Door industrie en landschap met elkaar te verweven ontstaat een robuuste landschappelijke structuur die ook in de toekomst weerstand zal bieden aan verandering en modernisering. Door in te spelen op unieke elementen van het Nederlandse landschap zullen bedrijventerreinen onderdeel worden van de stad, of zelfs een verbindingszone vormen tussen stad en natuur. In veel steden wordt op dit moment al ingestoken op een duurzaam en uniek imago dat zowel past bij de stad als bij het landschap. Het verbeteren van bedrijventerreinen zorgt voor een positieve invloed op tevredenheid van ondernemers en leidt tot een vermindering van de leegstand en een steiging van de inkomens van gemeenten. De opwaardering van de relatie tussen bedrijventerreinen en hun landschappelijke setting zal ook zorgen voor unieke bedrijfslocaties met een grote concurrentiekracht. Door de bestaande bedrijventerreinen op te knappen is uitbreiding aan de rand van de stad niet nodig. De openheid van het landschap blijft bewaard en het eigen karakter van de steden wordt gewaarborgd. Het is tijd om te groeien; niet in de breedte, maar in de hoogte. Om uit te stijgen boven het functionele en te investeren in kwaliteit. Want daar waar een goede basis ligt, zal de bedrijvigheid nog lang bestaan.
111
Bronnenlijst Deel 1
Interview EenVandaag Leegstand industrieterreinen kost miljoen Leegstand bedrijventerrein kost gemeenten 70 miljoen Schade leegstand midden-Nederland 1 miljard
8 januari 2007 20 augustus 2012 16 augustus 2012 22 juni 2012
(Interview) (Artikel) (Artikel) (Artikel)
Deel 2
Bedrijventerrein Xl-Businesspark Beeldkwaliteit op hoofdlijnen XL-Businesspark Twente Bestemmingsplan RBT Beeldkwaliteit op kavelniveau XL-Businesspark Twente
(Rapport) (Rapport) (Rapport)
Bedrijventerrein Nagelerweg www.noordoostpolder.nl www.architectuurgids.nl Bedrijventerrein Waarderpolder www.waarderpolder.nl Bedrijventerrein Nieuw Vennep-Zuid www.okra.nl Bedrijventerrein ‘s Graveland-Zuid www.spaansepolder2015.nl/revitalisering-spaanse-polder www.schiedam.nl Bedrijventerrein Papendorp www.west8.nl www.utrecht.nl Bedrijventerrein Agro-Businesspark Bestemmingsplan Kortenoord Gemeente Wageningen 112
(Rapport)
Bedrijventerrein Molletjesveer www.zaanstreek.nl Bedrijventerrein De Mars Structuurplan De Mars (Rapport) Revitalisering Industriehaven, Bedrijventerrein De Mars te Zutphen (Rapport) www.zutphen.nl Bestemmingsplan Mars Noord en Midden (Rapport) Bestemmingsplan Fort de Pol (Rapport) Bestemmingsplan Noorderhaven (Rapport)
Deel 3
www.landschaftspark.de www.strijpr.nl
113