IK KOM TERUG Adriaan Van Dis I.
AUTEUR
! biografie − In Nederland geboren (Bergen) in 1946. Zijn vader was een Indische Nederlander (uit Nederlandse ouders geboren) Just Mulder en zijn moeder het boerenmeisje Maria van Dis uit Breda. Zij hadden elkaar in Nederlands-Indië na WO II leren kennen. Zij had toen al drie dochters uit haar huwelijk met een KNIL-militair die tijdens de Japanse bezetting (1942-1945) onthoofd werd, en zij belandde met haar dochters in een interneringskamp. Ook zijn vader had al een huwelijk achter de rug. Adriaan was als het enige blanke kind en zonder eigen Indische geschiedenis in dit gezin een buitenstaander. Hij groeide op in Bergen aan Zee in een huis dat door vier repatriantenfamilies werd gedeeld. Adriaans ouders konden niet met elkaar trouwen. Zijn vaders huwelijk was weliswaar voor de islamitische wet ontbonden, maar die scheiding had in Nederland geen geldigheid. Niemand mocht dit weten en voor de buitenwereld droeg Adriaan daarom de naam van zijn vader: Mulder. Officieel kreeg hij echter de achternaam van zijn moeder: Van Dis. Toen Adriaan ging studeren is hij zich ook daadwerkelijk zo gaan noemen. Zijn vader was door zijn oorlogservaringen getraumatiseerd en arbeidsongeschikt geraakt. Bovendien vond hij het als migrant moeilijk om zijn plaats in het hem onbekende Nederland te vinden. Hij was altijd thuis en voedde Adriaan streng op en sloeg hem vaak. Adriaan herinnert zich hem als een wrede man, maar kan hem tegelijkertijd als een slachtoffer zien. https://nl.wikipedia.org/wiki/Adriaan_van_Dis studeerde Neerlandistiek in Amsterdam en specialiseerde zich in het Afrikaans tot 1982 verbonden als redacteur aan het NRC van 1983 tot 1992: televisiepresentator “Hier is Adriaan Van Dis” van 1999 tot 2002 keerde hij terug op televisie voor vier seizoenen Zomergasten in 2008 maakte hij met een zevendelige tv-reeks voor de VPRO Van Dis in Afrika, waarin hij een reisverslag maakte van een bezoek aan zuidelijk Afrika − in maart 2012 was Van Dis te zien in een serie over Indonesië, het land van zijn vader, om te zien hoe het daar nu gaat. − − − − −
! bibliografie Het oeuvre van Van Dis omvat romans, novelles, verhalen, essays, poëzie en toneel. Zijn werk is in grofweg drie categorieën in te delen. 1) Het eerste deel is geïnspireerd op de vele reizen die hij maakte naar onder meer China, Japan en Afrika (onder andere Marokko en Mozambique). • Casablanca (1986) • Een barbaar in China (1987) • In Afrika (1991) • Stadsliefde. Scenes in Parijs (2011)
2) Het tweede deel van zijn oeuvre gaat terug op zijn Indische jeugd • Nathan Sid (1983), • Indische duinen (1994) (veelvuldig vertaald; komt uit in Frankrijk, Engeland, V.S., Denemarken, Portugal, Spanje, Italië en Duitsland) • Familieziek (2002). 3) Tot slot zijn er nog de karakterromans • Zilver (1988) • Dubbelliefde (1999) ! literaire prijzen • • • • •
II.
1984 - Gouden Ezelsoor voor Nathan Sid (best verkochte literaire debuut) 1995 - Gouden Uil voor Indische duinen 1995 - Trouw Publieksprijs voor Indische duinen 2015 - Libris Literatuurprijs voor Ik kom terug 2015 - Constantijn Huygens-prijs (hele oeuvre)
ANALYSE
Fictie? non-fictie? (Eilandfestival Antwerpen 20/09/2015: gesprek tussen Mark Schaevers en Adriaan Van Dis) (zie ook de 2 motto’s) -
Zie p.44: een schrijver vertrekt van ruw materiaal dat hij polijst met zijn pen
− een volwaardige roman op basis van semi-journalistieke interviews − een testament in romanvorm: testament van de moeder, maar ook testament van de zoon
− 1. STRUCTUUR ! 2 motto’s: verwijzen allebei naar het feit dat wat volgt “fictie” is − David Vann: je moet je familie offeren op het altaar van de fictie − Karen Blixen: je kan alle verdriet verdragen als je het in een verhaal brengt of er een verhaal over vertelt ! 58 relatief korte hoofdstukken: fragmentarische roman ? plot ? ! insprong: autoliedjes/ bedenkingen terwijl hij auto rijdt /bedenkingen/
2. PERSONAGES ! Moeder • • • • •
eenzaat / gesloten, zeker bij ouder worden dominant hardvochtig / toont geen gevoelens verdraagt geen aanrakingen/fysieke nabijheid geen beschermend oudergedrag
• • • •
bijgelovig: sterke interesse in esoterie en het occulte/ paranormale verhalen zijn belangrijk voor haar/ boeken/ liefde voor planten/ tuin/ natuur ijdel Ouder worden/ aftakeling
! zoon • • • • •
haat-liefde verhouding met zijn moeder buitenstaander in het gezin / getraumatiseerd door zijn harde opvoeding zet zich af tegen zijn vader; bindingsangst; wil zich niet voortplanten therapie/ verandert/ stelt zijn visie op vader en moeder bij houdt van werken in zijn tuin
3. THEMA’S ! opvoeding & gevolgen in latere leven ! gruwel van de oorlog /oorlogstrauma’s: de oorlog had ons lelijker gemaakt, ook vanbinnen (225) − moeder: WO I, WO II Jappenkamp: ontbering, ziekte, man gemarteld en onthoofd (herleest de brief van Duitse dokter Carl opnieuw en opnieuw om de gruwel van de arbeiders die aan de dodenspoorlijn werkten niet te vergeten – 252-255) − vader: krijgsgevangene (dodenspoorlijn, overlevende van een getorpedeerd schip, ! discriminatie − moeder − Just I ! geheugen ! aftakeling / ouder worden ! euthanasie
4. TAAL Van Dis = observator die het veelzeggende detail niet schuwt, ook als het hem niet flatteert − Zeer plastische beschrijvingen: − beeldspraak: • “ik kroop in haar die nacht en alles was oud en alles deed zeer”. • − personificaties • 81: boosheid komt uit de lades en wordt verscheurd • 208: “de oorlog at jaren mee aan tafel”
5. EVALUATIE − Ik kom terug is een fraaie roman vol woede, humor en passie voor verhalen vertellen, maar ook de schrijnende geschiedenis van een zoon op zoek naar een liefhebbende moeder. (A.de Jong in de Telegraaf 8/11/2014) − In zekere zin vormt Ik kom terug een tweeluik met Indische Duinen. Dat boek bezong de Indische kant van de schrijver en stond in het teken van zijn beschadigde, dominante vader. Ik kom terug legt voor het eerst in zijn oeuvre de kant van zijn moeder bloot – misschien had zij zelfs een nog sterkere invloed op z’n leven dan zijn vader. Al gravend in haar leven trekt een eeuw voorbij, we ontmoeten Belgische vluchtelingen in de boerenstreek aan de grens waar de Van Dissen vandaan komen, we maken mee hoe ze losbreekt, een militair trouwt en naar Indië vertrekt, we ervaren het racisme waaraan haar man daar werd blootgesteld, we leren haar kennen als overlever in het Jappenkamp, we begrijpen haar hardheid. En dat alles zonder dat Van Dis haar reduceert, ze blijft een unieke, deels onbevattelijke aanwezigheid. (…) "Knap (…) Er is [veel] bevreemdends dat Van Dis al tiptoetsend via een enkel woord, een trefzekere halve waarneming vastlegt en dat het raadsel dat zijn moeder was alleen maar groter maakt. (…) Fascinerende verhalen, herinneringen, flarden, beelden die de lezer sterk nablijven. (…) In dit op zijn verleden, op zijn moeder en vooral zichzelf (als som der delen) bevochten, ongemakkelijke portret toont Adriaan van Dis het beste wat hij literair in huis heeft." – (Jeroen Vullings in Vrij Nederland 8/11/2014) − Ik kom terug is een testament in romanvorm. Niet alleen het testament van de moeder, maar ook dat van de zoon. Met zijn eerdere boeken was Van Dis ‘de schatbewaarder’ van de trauma’s van zijn ouders geworden. Nu moet de zoon terwijl hijzelf de 65 al gepasseerd is, het in beton gegoten beeld van zijn verschrikkelijke ouders alsnog bijstellen. Zijn vader was niet alleen de getraumatiseerde soldaat, slachtoffer van de gruwelijke Japanse kampen in Nederlands-Indië en dader van het geweld in het gezin (‘oorlogje, oorlogje, elke dag’). Maar hij blijkt óók een goede minnaar te zijn geweest, tekent Van Dis met frisse tegenzin op uit zijn moeders mond. En zijn moeder was niet alleen ‘een oprecht slecht mens’ en een ijskast (en ‘tegen zoveel ijs was ik niet opgewassen’), maar ook een dappere en eigenzinnige vrouw, die meeliep met de feministische ‘Baas in eigen buik’-demonstraties, en politici naar hun geboorteuur vroeg zodat ze hun horoscoop kon trekken. En bovendien blijkt ze een geheime bewonderaar te hebben gehad, een Duitse dokter. (…) Maar de roman is uiteindelijk een innerlijke zoektocht naar de eigen identiteit van de zoon. Waarom houdt die zo van tuinieren, bijvoorbeeld? Toch omdat de moeder hartstochtelijk tuinierde. Zoals zij ‘in de grond het moederschap vond’, vindt hij zijn zoonschap. En waarom kan de zoon op zijn 65ste zijn driften niet bedwingen en stampt hij de net gekochte pakken koekjes tot gort omdat zijn
moeder hem toebijt ‘Ik eet geen fabrieksspul’? Of je je verzet of verzoent: je opvoeding tekent je leven. En ‘woede is ook liefde’. Het is niet anders. Als de Indische kist na moeders dood dan toch opengaat, blijkt de 100-jarige altijd het boerenmeisje te zijn gebleven, dat haar moeder veel te vroeg verloor. En zo zal ook de schrijver altijd het kind van zijn moeder blijven. (Maria Vlaar in dSdL 21/11/2014) −
‘Eerlijk zijn.’ Het staat er drie keer achter elkaar, in het vijfde hoofdstuk van Ik kom terug, de nieuwe roman van Adriaan van Dis. Nu is het de vraag of eerlijkheid een pré is voor een roman. Als het niet zo’n versleten uitdrukking was, dan kom je bij fictie eerder uit bij ‘de waarheid liegen’. In elk geval verwacht je van een verteller meer verbeelding dan eerlijkheid. Als roman valt er dan ook het een aan ander aan te merken op de nieuwe Van Dis: het boek is eenzijdig van perspectief, bij vlagen sentimenteel en het bevat nogal wat clichématige anekdotes, vooral uit Nederlands-Indië.
Maar Ik kom terug is geen roman. Het woord zal op de titelpagina staan omdat uitgevers menen dat het een hogere literaire orde vertegenwoordigt (of een hoge marketingorde, die dingen lopen door elkaar). Dit boek is wat in de Engelstalige wereld een memoir heet, een vertelling waarin de schrijver probeert zich rekenschap te geven van een deel van zijn leven. En dan wordt eerlijkheid een sleutelbegrip, juist omdat het niet vanzelf spreekt. Vandaar het mantra: uiteindelijk kan een mens alleen maar proberen om eerlijk te zijn, wat Van Dis (1946) na acht jaar psychoanalyse heel goed weet. Zeker in de relatie met zijn moeder, die decennia lang vooral gebaat was bij zo weinig mogelijk contact. (Arjen Fortuin in NRC Handelsblad 7/11/2014) − “(…) De roman was gebaat geweest bij iets meer plot, iets meer suspense. We schieten tamelijk associatief van herinnering naar herinnering, waardoor het geheel iets opsommerigs heeft, iets willekeurigs. Dat ligt in het opzet besloten, maar niet elk verhaal krijgt de lading die het verdient. Zonde, want de losse episoden zijn afwisselend vermakelijk, pijnlijk gruwelijk, en vaak bijzonder aangrijpend. Stuk voor stuk zijn ze goed geschreven. Ik kom terug wemelt van sterke zinnen. De verbluffende uitspraken van zijn moeder – “Mildheid is een leugen” – maar ook Van Dis’ spottende en liefdevolle karakteriseringen, bijvoorbeeld van haar esoterie, de mislukte pogingen om hem te hypnotiseren: “De magnetische centraalblik liet haar ogen tranen, maar met mij gebeurde niks.” (…) Van Dis is eerlijk, op het genadeloze af – alle preutsheid laat hij varen. Hij beschrijft de geestelijke én de lichamelijke aftakeling van zijn moeder: “En ook wat ik niet kon zien kreeg een naam: spataderen, hangbillen, scheerriemen (haar borsten), voor elk lichaamsdeel een misprijzend woord. (…) Ik kom terug is woedend en dankbaar, precies zoals het zou moeten zijn. Gelijke delen rancune en sentiment. Een indrukwekkend eerbetoon met trekjes van een afrekening. (Dries Muus in HP/De Tijd 1/10/2014)