IF BEES ARE FEW...
If Bees Are Few.. Inhoud Inleiding
2
Wat is een Non-Urban Garden?
5
De Tuinen van Diepenheim
8
If Bees Are Few...
11
Het Plan: De Bijentuin
16
De bijenkorf – een samenleving in het klein
47
Bijen in de kunst
50
Voetnoot bij ons onderzoek
57
Bronnen
59
2
Inleiding Eind 2012 zijn wij, Jimini Hignett en Doris Denekamp, als alumni van het Dutch Art Institute, gevraagd een plan te maken voor een Non-Urban Garden in de landelijke omgeving van Twente; een tuin van de 21ste eeuw, een tuin als kunstwerk. Deze opdracht is geformuleerd door Kunstvereniging Diepenheim in samenwerking met het Lectoraat Theorie in de Kunsten van de ArtEZ. Als titel voor ons projectvoorstel hebben we gekozen voor een regel uit het gedicht To make a prairie van de Amerikaanse dichter Emily Dickinson: If bees are few... Deze afgebroken zin, roept vragen op over de verstrekkende gevolgen van een op het eerste gezicht triviaal gegeven. Wat gebeurt er – met onze tuinen, akkers, ons fruit, de natuur – als er weinig bijen zijn? Deze vraag, die de laatste jaren steeds actueler lijkt te worden, vormt het vertrekpunt voor ons denken over een tuin van de 21ste eeuw. Door middel van artistiek onderzoek zijn we tot een schetsontwerp gekomen, gebaseerd op de specifieke omgeving van Diepenheim en haar relatie met internationale politieke, ecologische en culturele thema’s.
3 Doris Denekamp (DAI 2010/2011) woont en werkt in Rotterdam. Voor haar afstuderen aan het Dutch Art Institute heeft ze het Handboek voor de Stadswildernis gepubliceerd, een survivalgids gebaseerd op tips van dakloze mensen in de grote steden van Nederland. Het midden van dit boekje bestaat uit een gids voor eetbaar onkruid. Ook heeft Denekamp binnen Casco’s Grand Domestic Revolution een Meal Machine ontwikkeld, een geautomatiseerde kas die parasiteert op de energie van het huis en gebruik maakt van LED-verlichting voor optimale groei. Het doel van dit project was om door middel van open source technologie het stadstuinieren naar een ander niveau te tillen en zo de mogelijkheden van lokale voedselproductie te onderzoeken. Doris Denekamp is mede-oprichter van informal strategies, een collectief dat zich bezighoudt met onderzoek vanuit een kunstpraktijk naar de geglobaliseerde economie en specifiek naar nieuwe wereldmachten zoals bijvoorbeeld de multinational IKEA. Jimini Hignett (DAI 2009/2010) woont en werkt in Amsterdam. Het algemene thema van haar werk is How to go on making art when everything is all fucked up. In 2010 heeft zij als afsluiting van haar studie aan het Dutch Art Institute het boek The Detroit Diary gepubliceerd, dat als startpunt een verlaten politiebureau in de binnenstad van Detroit neemt. Opgebouwd uit
4 verschillende essays en foto’s, vormt het boek een sterke aanklacht tegen de ‘society of advanced insecurity’ – een samenleving van gevorderde onzekerheid gekweekt door neoliberalisme. Momenteel werkt zij aan Mulier Sacer, waarin de ervaringen van vrouwen die ontsnapt zijn uit de gedwongen prostitutie centraal staan. Het werk is tevens een reflectie op de omstandigheden die ertoe hebben geleid dat zij zich hier bevinden. Naast haar kunstpraktijk is Jimini Hignett gepassioneerde tuinier – de helft van het jaar woont zij op een volkstuin, waar zij haar groenten zelf verbouwt.
5
Wat is een Non-Urban Garden? Om een tuin te kunnen ontwerpen, is het belangrijk om eerst een beeld te krijgen van wat een tuin is of kan zijn. En een niet-stedelijke tuin, hoe wordt die gedefinieerd? Waar ligt de grens tussen de tuin en het landschap? Een tuin is over het algemeen in de buitenlucht – al heb je ook overdekte tuinen. Een tuin is kleiner dan een landschap of landgoed en meestal voor privé gebruik en vaak afgesloten van de publieke ruimte. Vaak heeft een tuin een recreatief karakter – soms als verlenging van de binnenruimte, maar denk ook aan de publieke beeldentuin of rozentuin. Een tuin kan functioneel ingericht zijn als groentetuin of kruidentuin, of er zijn specifieke planten om bepaalde dieren aan te trekken, zoals in een vlindertuin of vogelvriendelijke tuin. Een tuin kan ook een educatief karakter hebben, bijvoorbeeld een speeltuin of proeftuin, of hij kan een wetenschappelijke functie hebben zoals een botanische tuin of een tuin met medicinale planten.
6 In principe is een tuin een plek waar cultuur en natuur elkaar ontmoeten. Een tuin is de natuur getemd, gecultiveerd en naar onze hand gezet. Tuinieren is een doorlopende krachtmeting met de wilde natuur. In een tuin wordt de aarde gekoesterd, vruchtbaar gemaakt, er worden gewassen verbouwd. Daardoor heeft een tuin ook te maken met ontginnen, met the frontier, de menselijke strijd met het onbekende en ongetemde. Een tuin herbergt een belofte – maar het is altijd afwachten of dat wat beloofd wordt, uitkomt. De belofte kan ook worden gebroken afhankelijk van allerlei omstandigheden – het weer, de toevallige geheimen van het zaad of de plant, de overwoekering, de koestering. Soms wordt de verwachting overtroffen, maar hoeveel je ook van tuinieren weet, het blijft een soort magie of er iets gaat groeien, en hoe. De tuin is daarom een magische plek. De tuin spreekt tot de verbeelding, als afspiegeling van het paradijs. Een voorbeeld is de tuin der lusten, een ideale wereld van overvloed en vruchtbaarheid. Daartegenover heeft een verwilderde, verwaarloosde tuin iets unheimlichs, als symbool van controleverlies en het verdwijnen van de mens. Planten en tuinen hebben ook vaak een belangrijke symbolische rol in sprookjes of mythen, zoals in Sjaak en de bonenstaak, in The Secret Garden van Frances Hodgson Burnett, en in Rapunzel, waar een zwangere vrouw in de tuin van de heks de raponsjes (een soort veldsla) niet kan weerstaan.
Sjaak en de Bonenstaak – Herbert Cole
7
De grenzen van een Non-Urban Garden zijn minder duidelijk gedefinieerd dan van een tuin in stedelijke omgeving. Stadsbewoners hebben hun eigen stukje grond of volkstuintje om even te ontsnappen aan de drukte – tuinen zijn vaak afgekaderd met hekken en hagen om dicht op elkaar toch nog alleen te kunnen zijn in een eigen stukje natuur. In een niet-stedelijke omgeving lijkt een tuin eerder op te gaan in het landschap. Achter de tuin begint wellicht de akker of het bos.
8
De Tuinen van Diepenheim Wat betekent het om een tuin te ontwerpen buiten de stad? In de omgeving van Diepenheim, waar de randstad ver weg lijkt, lijkt het aanleggen van een nieuwe tuin overvloedig. De meeste huizen hebben een flinke tuin en de bossen en velden zijn nooit ver weg. Daarnaast zijn er de kasteeltuinen van de Havezaten en heeft Kunstvereniging Diepenheim al een aantal bijzondere tuinen geïnitieerd zoals de tuinen van herman de vries en Het Gazebo van kunstenaar Urbain Mulkers. Al deze tuinen liggen ingebed in een landschap dat weliswaar veel natuur bevat, maar helemaal door mensen ontworpen, aangelegd en onderhouden is. In de geschiedenis van Twente, dat een veel langere historie heeft dan het nieuwe polderlandschap, zien we steeds de nauwe relatie tussen de vorming van het landschap, en het boerenbedrijf en later ook de grootschalige textiel- en landbouwindustrie. In de middeleeuwen werden veel grote landgoederen gevormd, de Havezaten, waar boeren een stuk land pachtten. In de 18e eeuw kwam de textielindustrie op en zorgde vooral in Enschede voor een enorme stedelijke groei. Het landschap veranderde onder invloed van deze industrie met name doordat de fabrieken uitgebreide bleekvelden
9 nodig hadden. Daarnaast werden de grootindustriëlen aangemoedigd om het wilde heidelandschap verder te ontginnen. In de tweede helft van de 19e eeuw konden boeren zelf stukken land aankopen en ontstonden er veel kleine boerderijen. Al deze verschillende ontwikkelingen hebben geleid tot een karakteristiek coulisselandschap, waarin landbouw nog steeds een grote rol speelt. Inmiddels wordt de grond vooral gebruikt als weidegrond en voor de productie van maïs voor veevoer. Deze veranderende relatie tot het landschap heeft ook een invloed op de tuin, waar nieuwe technieken, weliswaar op kleinere schaal, ook worden toegepast. Bijvoorbeeld door het kruisen van planten en het gebruik van kunstmest en bestrijdingsmiddelen. Maar vooral van invloed is het idee van de gecontroleerde natuur – een natuur in dienst van de mens en zijn behoeften die in de loop van de geschiedenis de norm is geworden. Synchroon met het ontwikkelen van de wereldeconomie hebben boerenbedrijven een enorme schaalvergroting doorgemaakt, en met de bedrijven is ook de gerelateerde industrie gigantisch gegroeid. Inmiddels hebben multinationals als het biotechnologiebedrijf Monsanto en het Duitse chemiebedrijf Bayer wereldwijd grote invloed op de landbouw, op de tuinen en uiteindelijk ook op de natuur. De genetisch gemanipuleerde zaden
10 van Monsanto vormen een ernstige bedreiging voor de biodiversiteit, en de bestrijdingsmiddelen ontwikkeld door Bayer hebben verstrekkende gevolgen voor de natuur in de nabije toekomst. Daarnaast zijn zowel Monsanto als Bayer een belangrijke sponsor van toonaangevend wetenschappelijk onderzoek naar de effecten van de door hun op de markt gebrachte middelen op het milieu waardoor deze (en andere) grote bedrijven invloed uitoefenen op ons denken over de natuur en haar ecologie. Wanneer we nadenken over de tuinen van de 21e eeuw is het van enorm belang om juist deze relatief onzichtbare krachten te adresseren. Zeker wanneer we nadenken over de tuin in de niet-stedelijke context waar de natuur op grote schaal in dienst van de menselijke economie wordt ingezet en gemanipuleerd. Misschien kan juist de tuin, met zijn esthetische, didactische en symbolische eigenschappen, deze ontwikkelingen zichtbaar maken om zo, voor het te laat is, het tij te keren.
11
If Bees Are Few…
Imidacloprid
Van alle Europese landen heeft Nederland het hoogste percentage bijensterfte. De reden van de verhoogde bijensterfte – een wereldwijd probleem, is lang onduidelijk gebleven. De bijen sterven aan een combinatie van oorzaken, waaronder de varroamijt, schimmels en monocultuur. Inmiddels zijn er een aantal belangrijke onderzoeken gepubliceerd naar het verband tussen de bijensterfte en het gebruik van pesticiden in de landbouw. De voornaamste boosdoener is het relatief nieuwe middel imidacloprid, een neonicotinoïde. Dit middel werd in de jaren ‘80 door Bayer ontwikkeld, en tien jaar later op de markt gebracht onder andere onder de merknaam Admire.
12 Dat pesticiden een nadelig effect kunnen hebben op de honingbij is al langer bekend. Al in 1951 schreef Rachel Carson het boek Silent Spring waarin zij de gevaren van onzorgvuldig gebruik van allerlei bestrijdingsmiddelen uiteen zette. ‘De appelbomen begonnen te bloeien maar geen bijen zoemden tussen de bloesem, dus was er geen bestuiving en er zou geen fruit komen. […] Het was geen hekserij, geen aanval van een vijand die de hergeboorte van nieuw leven het zwijgen had verstomd in deze geteisterde wereld. Het was de mens zelf.’* Carson belicht de werking van de zogenaamde systemische pesticiden: ‘Wat een pesticide sytemisch maakt, is het vermogen om tot al het weefsel van een plant of dier door te dringen en het giftig te maken.. […] In Engeland vroeg iemand zich af wat er gebeurt als bijen het honingsap nuttigen van planten die behandeld zijn met systemische pesticiden. […] Het resultaat was te verwachten, de honing gemaakt door die bijen was ook besmet.’* (*Rachel Carson, Silent Spring)
Het boek Silent Spring sloeg enorm aan, en de discussie die het boek losmaakte leidde uiteindelijk tot een verbod op het omstreden middel DDT. Ook heeft Rachel Carson’s boek bijgedragen aan de opkomst van milieuactivisme en speelde het een rol in het formuleren van ecologie als een wereldbeeld dat zich verzet tegen een louter materialistische en wetenschappelijke visie.
13
Bijendans
Op 12 maart 2011 besteedde het documentaire programma Zembla aandacht aan het middel imidacloprid en zijn relatie met de bijensterfte, in de uitzending De Moord op de Honingbij. In deze uitzending wordt imidacloprid, een systemische pesticide die al op de zaden wordt aangebracht, aangewezen als de belangrijkste oorzaak van de bijensterfte in de laatste jaren. Dit middel verspreidt zich vanuit het zaad over de hele plant en tast, via de zaden, het stuifmeel en de nectar, het zenuwstelsel van insecten aan.
Ook wetenschapper Henk A. Tennekes (1950, Zutphen) heeft de verspreiding van neonicotinoïden in het milieu en de mogelijke effecten op bestuivers onderzocht, en ook hij wijst deze groep pesticiden aan als een oorzaak van de bijensterfte.
14 In zijn recente boek Neonicotinoïden, Een Ramp in de Maak, laat hij geen enkele twijfel bestaan over zijn conclusies: het systemisch gif beïnvloedt niet alleen de planten, maar ook de insecten die voor de bestuiving zorgen – en de dieren verder op in de voedselketen. Wat de bijen betreft, stelt hij dat de pesticiden effect hebben op de zogenaamde ACH receptoren, die een rol spelen in vele cognitieve processen, en kunnen leiden tot Colony Collapse Disorder (CCD), waarbij de werkbijen onverwachts vertrekken en de koningin in de korf achterlaten. De aanwezigheid van neonicotinoïden zou verantwoordelijk kunnen zijn voor de verwaarlozing van eitjes en larven, en voor de verstoring van de navigatievermogens van de bijen. Hele kleine hoeveelheden neonicotinoïde pesticiden zijn voldoende om hele bijenkolonies te verzwakken en op de lange duur in te laten storten. Hoewel steeds meer onafhankelijke wetenschappers het verband tussen de pesticiden en de bijensterfte leggen, en daarbij waarschuwen voor de verstrekkende gevolgen voor de bestuiving van gewassen en daarmee voor de biodiversiteit én de voedselvoorziening, is de Nederlandse regering niet van plan het middel te verbieden. Op zoek naar een verklaring ontdekten de onderzoeksjournalisten van Zembla dat het ministerie van landbouw zich baseert op rapporten van de Universiteit van Wageningen. Daar ontkent dr. Tjeerd Blacquière ieder
15 verband tussen het middel en de sterfte, net als imidaclopridproducent – en bovendien sponsor van de Wageningse universiteit – Bayer. Ter vergelijking; het nieuwe middel imidacloprid is meer dan zevenduizend keer giftiger voor bijen dan DDT – een middel dat op grote schaal verboden is naar aanleiding van Rachel Carson’s Silent Spring. Wanneer imidacloprid niet verboden wordt, maar juist op steeds grotere schaal ingezet wordt, kan dit leiden tot een ecologische ramp. Bijen zijn verantwoordelijk voor de voortplanting van tachtig procent van de plantensoorten. Zonder bijen is er geen groente, geen fruit en geen chocola. Bijen zijn van levensbelang voor de natuur, voor de mens, en daarmee voor de tuin van de 21ste eeuw. Hoewel de bijensterfte internationaal steeds meer aandacht krijgt, lijkt er in Nederland voorlopig weinig te veranderen. Door de enorme economische belangen is het verband tussen de pesticiden en de bijensterfte een politiek beladen onderwerp. Daarom zal onze tuin van de 21ste eeuw een tuin voor bijen zijn. Het wordt een tuin gevuld met planten die bijen kunnen voeden en er komen kasten waar bijenvolken in kunnen wonen. Daarnaast is het ook een tuin voor mensen omdat deze tuin streeft – juist in dit niet-stedelijke landbouwgebied, juist in Nederland – het probleem van de bijensterfte en de politieke en economische relaties onder de aandacht te brengen.
16
Het Plan: De Bijentuin De Non-Urban Garden die wij willen gaan aanleggen als onderdeel van de Tuinen van Diepenheim is in de eerste plaats bedoeld als toevluchtsoord en paradijs voor de honingbij. De beplanting van deze tuin wordt bepaald door de voorkeuren van de bij. In de verschillende seizoenen zal de tuin gevuld zijn met bloemen die rijk zijn aan nectar. Door bijen een leidende rol te geven in de ontwikkeling van deze tuin, zetten we een kleine stap naar een meer evenwichtige ecologie, want in de loop van de geschiedenis is de dominantie van de mens over de natuur steeds sterker geworden – vanaf het eerste ontginnen van landbouwgronden tot het op grote schaal chemisch bewerken en genetisch manipuleren van gewassen. De impact van het menselijk handelen op de ecosystemen van de aarde gaat zelfs zo ver, dat ecoloog Eugene Stoermer sprak van een nieuw tijdperk: het Antropoceen. Deze term, die door veel wetenschappers en eco-activisten is overgenomen, duidt op de tijd waarin wij leven en waarin, voor het eerst in de geschiedenis van de aarde, de mens het milieu op wereldniveau beïnvloedt en verandert, door het uitsterven van soorten, vermindering van de biodiversiteit, vervuiling en de opwarming van de aarde.
17 De ordening De bijen zijn leidend in de keuze voor de planten, maar de ruimtelijke ordening van de tuin onderwerpen we aan een streng patroon. De moleculaire structuur van imidacloprid vormt het uitgangspunt voor de bloembedden waaruit de tuin is opgebouwd. De bijvriendelijke planten worden uitgezet in de geometrische vormen van cirkels (de atomen) en bindingen. Door deze moleculaire structuur als ordening te gebruiken voor de tuin, vragen we aandacht voor het gebruik van imidacloprid in de landbouw en de gevolgen daarvan. De tekening van de tuin is groot genoeg om duidelijk waarneembaar te zijn op satellietfoto’s, bijvoorbeeld op Google Earth. De reden hiervoor is dat de schadelijke werking van pesticiden niet alleen een lokaal Nederlands probleem is, maar een probleem op globaal en misschien wel universeel niveau. De strenge ordening grijpt terug op de traditie van de geometrische tuin, waarin het ideaal van de (goddelijke) orde vooraf gaat aan de natuur. Vertaald naar deze tijd, duidt deze orde op het ideaal van de natuur als een systeem dat compleet beheerst kan worden door middel van wetenschap en techniek. Door deze ordening door te voeren in de bijentuin, willen we dit ideaal bevragen en de discussie hier over op gang brengen.
18
Floral clock – Geneve
Ook sluit het beeld van een tuin met beplanting in geometrische patronen aan bij de traditie van floral clocks, geïnitieerd door John McHattie in Edinburgh in 1903 en sindsdien een wijdverspreid verschijnsel. De referentie aan deze klokken is toepasselijk vanwege de korte tijd die ons rest om het tij te keren – de bijensterfte is een tikkende klok.
De tuin wordt gevuld met onbehandelde, bijvriendelijke planten, en de strenge ordening is alleen aanwezig in de ogen van mensen – de werkelijke kracht van de tuin staat in dienst van de bijen. In de loop van de tijd zal de oorspronkelijk afbeelding van het imidacloprid molecuul langzaam vervagen door de natuurlijke groei van de planten en het herhaald uitzaaien van de zaden. Door het uitblijven van menselijke interventie krijgt de natuur de kans de opgelegde vorm te overwoekeren en de
19 bestrijdingsmiddelen daarmee symbolisch te overwinnen. Na een aantal jaren zullen alleen de door bijengeliefde planten, en niet de afbeelding van het voor hun gevaarlijke bestrijdingsmiddel, zichtbaar blijven bestaan. De planten Om te bepalen welke planten geschikt zijn voor een bijentuin, hebben wij ons laten informeren door imkers en tuinders. Daarnaast hebben we het blad Bijenhouden van de Nederlandse Bijenhoudersvereniging en verschillende bronnen op internet geraadpleegd. De belangrijkste eis is dat de planten veel pollen en/of nectar dragen, zoals bijvoorbeeld phacelia tanecetifolia, dat ook wel bijenvoer of bijenvriend genoemd wordt, en de geelwitte moerasbloem (limnanthes douglasii) – dat zeer geliefd is door bijen, en als belangrijke pluspunt zich zeer makkelijk uitzaait, en bovendien zweefvliegen aantrekt, die bladluizen te lijf gaan. Daarnaast zijn er planten die een heilzame werking hebben op bijen, zoals bijvoorbeeld koriander (coriandrum sativum) – dat mijten bij bijen bestrijdt. Of citroenmelisse (melissa vulgaris), dat in Engeland ook wel bees balm, oftewel bijenbalsem of bijentroost wordt genoemd. Ook de kaardenbol (dipsacus fullonum), is een goede keuze – deze robuuste plant, zeer geliefd door bijen, houdt water vast onderin zijn bladeren.
22 Overige criteria zijn dat de planten geschikt zijn voor het Nederlands klimaat, weinig verzorging nodig hebben en dat zij het liefst een lange blad- en bloeitijd hebben – zoals bijvoorbeeld roze doofnetel (lamium maculatum), klaver (melilotus alba en melilotus officianalis), en verschillende thijmen. De vele boomsoorten en grote struiken wiens bloesem voor de bijen een belangrijke voedselbron vormen, zijn minder geschikt vanwege de tijdelijkheid van de tuin. Wel denken we aan een aantal kleinere struiken zoals de mahoniestruik (mahonia aquifolium), of een in de winter bloeiende buxus (sarcococca confusa), vooral als voedselbron in de winterperiode. De bijen zelf zullen tijdens de koele maanden niet zo actief zijn, maar desalniettemin hebben we naar planten gezocht waar ze, mochten ze toch uitvliegen om te foerageren, alsnog wat aan zullen hebben – zoals winterkamperfoelie (lonicera fragrantissima of lonicera purpusii). Ook zullen deze, vooral groenblijvende planten, er voor zorgen dat het patroon van de tuin ook in het winterseizoen zichtbaar blijft. Ten slotte kiezen wij uiteraard voor zaden en planten die niet met een systemische pesticide zijn behandeld! De bijen In de tuin plaatsen we zes bijenkasten gevuld met zes volken. Deze kasten staan op een stelling zodat ze goed zichtbaar zijn en de aanvliegroute boven de hoofden van bezoekers ligt. Geïnspireerd op een oude Sloveense
23 traditie waarbij de bijenkasten versierd werden met religieuze of verhalende motieven om de kast en het bijenvolk te beschermen, wordt iedere kast beschilderd met het portret van iemand die zich nu of in het verleden heeft ingezet voor het welzijn van de honingbij. De portretten op onze kasten worden op zo’n manier op de kasten geschilderd dat de bijen door de monden naar binnen en naar buiten vliegen. De verschillende karakters met bijen ‘in hun hoofd’ zijn: Emily Dickinson, Rachel Carson, Henk Tennekes, Sint Ambrosius (beschermheilige van imkers en bijen), Bhramari Devi (een Indiase bijengodin) en lokale imker, Jan Rabe. Het laatstgenoemde karakter, Jan Rabe, is een imker uit Diepenheim die op grote schaal bijen houdt en zijn eigen honing oogst. Jan Rabe zal een belangrijke rol spelen binnen ons project; de bijenkasten in de tuin zullen door hem beheerd en verzorgd worden. Bovendien adviseert hij ons over planten die voor bijen van belang zijn. Op deze manier krijgt onze tuin een relatie met de kennis en expertise die in Diepenheim aanwezig is en hopen we een band op te bouwen met de plaatselijke bewoners. Imkeren is van oudsher een belangrijke beroep geweest in Twente. De Overijsselse gemeentes, Borne en Hengelo, hebben zelfs bijenkorven in hun stadswapens.
28 De locatie Voor de locatie van If Bees Are Few... hebben we een aantal ideeën, maar in principe staat deze nog niet vast. Wel zijn er een aantal zaken die belangrijk zijn in het bepalen van de plek. Allereerst de beschikbaarheid; vanwege het budget voor het realiseren van het project zoeken we een locatie die tijdelijk gebruikt kan worden voor deze tuin, zonder dat we de grond moeten aankopen. Wanneer dit project de volgende fase ingaat, gaan we op zoek naar een enthousiaste partner die bij wil dragen aan de realisatie. In ons vooronderzoek hebben we ons vooral gericht op locaties in het beheer van mogelijke partners. Daarnaast is het voor het project belangrijk dat er voldoende ruimte is – het meest ideaal is een fors weiland of veld waar de moleculaire tuin op uitgezet kan worden. Bovendien zoeken we naar een plek die graag bezocht wordt door wandelaars en fietsers en die in het nabijheid ligt van Kunstvereniging Diepenheim en de reeds gerealiseerde Tuinen van Diepenheim. Dit zal bezoekers, van zowel de Kunstvereniging als van het landschap, in staat stellen om de verschillende plekken te bezoeken zonder in de auto te moeten stappen. Hierdoor gaat If Bees Are Few... een relatie aan met zowel het landschap als met de kunstcontext gecreëerd door de Kunstvereniging.
29 Ook zoeken we naar een locatie die zichtbaar en makkelijk te bereiken is, maar tegelijkertijd niet direct langs een drukke verkeersader ligt – dit om vandalisme te voorkomen. Daarnaast is de aanwezigheid van water en al bestaande voedselbronnen voor bijen een pre. Een mogelijke locatie die aan al deze eisen voldoet is het grasveld aan het begin van de Nijenhuizerlaan, naast Huize Peckedam. Dit veld ligt op een wandelroute en dicht bij het hart van Diepenheim. De imposante bomenrij langs de laan en de boomgaard van Peckedam vormen een prachtige omgeving. Bovendien is er een waterpartij (waar herman de vries mogelijk nog een waterlelietuin zal realiseren). Het grasveld is goed zichtbaar, maar door het water en een bomenrij toch beschermd van de doorgaande weg. Ook kunnen de bijen profiteren van de diversiteit aan begroeiing rond Huize Peckedam en Nijenhuis. Een andere locatie die we overwegen, maar die minder ideaal lijkt, is het gebied aan de Boven Regge. Een van de velden aan het einde van de Hazendammerweg dicht tegen de Rondweg en het Twentekanaal. Dit gebied ligt weliswaar dicht bij Diepenheim en in het verlengde van de andere tuinen, maar er is veel monocultuur door de aanwezige maïsvelden.
30 Naast de fysieke aanwezigheid van de tuin willen we graag een aantal bijeenkomsten organiseren waar de problematiek van de bijensterfte aan de orde komt. We onderzoeken de mogelijkheden om een educatief programma te ontwikkelen in samenwerking met de basisscholen uit de omgeving, een bijeenkomst te organiseren met toonaangevende sprekers, en een samenwerking met het Dutch Art Institute. Ook willen we onderzoeken of we ons project kunnen verbinden aan andere bestaande initiatieven, zoals Zutphen Bijenstad – een campagne tegen bijensterfte die gestart is in 2010.
Emily Dickinson (1830-1886) is een Amerikaanse dichter die een teruggetrokken leven leidde. Tijdens haar leven zou ze beter bekend zijn geweest als tuinierster dan als dichter. Ze studeerde plantkunde vanaf jonge leeftijd en veel van haar gedichten refereren daaraan. Ook stuurde ze haar vrienden vaak bosjes bloemen met gedichtjes eraan vast, maar die vrienden schenen de bloemen meer te waarderen dan de gedichten. To make a prarie it takes a clover and one bee, – One clover, and a bee, And revery. The revery alone will do If bees are few.
Rachel Carson (1907 -1964) is de schrijver van het boek Silent Spring (1951) waarin ze de schadelijke effecten van pesticiden op het milieu documenteerde, en dat wordt gezien als belangrijke aanleiding voor het ontstaan van de hedendaagse milieubewegingen. Ook beschuldigde zij de chemische industrie van desinformatie en ambtenaren van het klakkeloos overnemen van beweringen vanuit de industrie zelf. Haar boek maakte veel Amerikanen betrokken met het milieu, en ondanks dat Silent Spring heftig door de chemische industrie werd aangevallen heeft het uiteindelijk tot een verbod op het middel DDT geleid. Carson werd na haar dood bekroond door Jimmy Carter met de Presidential Medal of Freedom.
Henk Tenekkes (Zutphen, 1950) is een Nederlandse toxicoloog die onafhankelijk onderzoek heeft gedaan naar de verspreiding van neonicotinoïden in het milieu. Hij wijst deze groep pesticiden aan als een oorzaak van de bijensterfte en beschrijft dit in zijn recente boek Neonicotinoïden, Een Ramp in de Maak. ‘Voor deze stoffen bestaat er eigenlijk geen veilige dosis,’ zegt Tennekes ‘maar ze zitten al overal in het milieu. In de bollenstreek wordt de norm duizenden malen overschreden. Dit is niet alleen een probleem van de bijen, maar van de insecten en ongewervelde dieren in het algemeen. Zij staan aan het begin van de voedselketen. Die breek je af, een milieuramp in de maak.’
Jan Rabe is een lokale imker die op de Lochemseweg in Markelo woont en al 35 jaar bijen houdt. Hij verzorgt meer dan dertig bijenvolken en heeft een uitgesproken mening over imkeren, de natuur en kunst. Hij heeft veel kennis van de omgeving, van planten en van bijen. Hij gaat de kasten met bijenvolk leveren en verzorgen, en ons bijstaan met de bijen in dit project.
Sint Ambrosius (c. 330 – 397) was de aartsbisschop van Milaan en is de beschermheilige van bijen en imkers. Volgens een legende landde een zwerm bijen op het gezicht van Ambrosius toen hij als baby in zijn wieg lag alwaar zij een druppel honing op zijn lippen achterlieten. Zijn vader zag dit als voorteken van zijn toekomstige welbespraaktheid en ‘zoetgevooisde’ tongval. Omwille hiervan wordt deze heilige vaak afgebeeld met bijen en bijenkorven.
De Indiase bijengodin Bhramari Devi krijgt haar naam van het woord Bramari, dat bijen betekent in het Hindi. Men zegt dat Bhramari Devi de hartchakra bewoont een het gezoem van bijen maakt. De Rig-Veda, het oudste van de heilige boeken uit India, bevat vele referenties aan bijen en honing. In de Indiase mythologie richt de godin zich vaak tot de bijen om demonen af te weren en om het land te reinigen. Er wordt gezegd dat de godin honing aanbracht aan de wortels van de es om haar levend en groen te houden.
47
De bijenkorf – een samenleving in het klein Net als de tuin, heeft de bij een belangrijke symbolische waarde in verhalen, mythes en gezegdes in verschillende culturen. In de middeleeuwen stond de bijenkorf symbool voor nijverheid. Later werd het een belangrijk symbool voor de vrijmetselaars, ook voor hen stond de korf voor productie en samenwerking. Ook staat de bijenkorf vaak model voor een harmonieuze, geordende, natuurlijke samenleving. Veel denkers zoals Plato, Aristoteles, Shakespeare en Bernard de Mandeville, Michael Bakoenin, Karl Marx en Rudolf Steiner hebben deze vergelijking gemaakt. Iedere bij heeft zijn eigen taak en wanneer het volk niet verstoord wordt, is alles in balans – hoewel het de vraag is of de strikte rolverdeling en klassensysteem in de korf – koningin, werksters en darren – het meest ideaal is voor de menselijke samenleving. De perfecte, modulaire architectuur geproduceerd door de bijen is een grote inspiratie geweest voor onder andere de architecten van het Modernisme. Er zijn vele verhalen en mythen: bijen zijn gevoelig en leven met ons mee – van oudsher weet men dat het noodzakelijk is om belangrijk nieuws met de bijen te
48 delen, om ze gunstig te stemmen. Bijen functioneren als orakel en kunnen regen voorspelen of een sterfgeval aankondigen. Het is belangrijk om een sterfgeval aan de bijen te vermelden en de korf om te draaien op het moment dat het lijk het huis verlaat. In sommige streken wordt een deel van de begrafenismaaltijd aan de bijen gegeven en de korf afgedekt met een zwarte lap. Soms moeten de bijen ook worden uitgenodigd voor de begrafenis met dezelfde kaart als andere gasten. Ook een huwelijk moet worden doorgegeven, als dit niet gebeurt dan vertrekken de bijen. Bijen mogen niet worden verkocht maar slechts als cadeau worden weggegeven of worden geruild. In de Keltische mythologie is de bij een boodschapper tussen onze wereld en die van de geesten. In India wordt het gezoem van bijen gezien als een voorstelling van het essentieel geluid van het universum en worden bijen geassocieerd met wijsheid. Bijengezoem werd nagebootst in Vedische gezangen en in vele culturen worden bijen gezien als de zielen van overledenen. Mohammed heeft de bijen een plek in het paradijs toegezegd. Kortom, de bij is een betekenisvol insect.
The British Beehive – George Cruickshank
49
50
Bijen in de kunst Omdat bijen de hoofdrol spelen in ons voorstel voor een Non-Urban Garden, is het belangrijk om ook wat te schrijven over een aantal andere kunstprojecten rond de honingbij en hoe ons werk zich daartoe verhoudt. De Honingbank - Olivier Darné/Parti Poétique De Honingbank is een kunstproject in de vorm van een campagne geïnitieerd door de Franse kunstenaar Olivier Darné en het collectief Parti Poétique, en georganiseerd door Stroom Den Haag. Darné is als kunstenaar en imker gefascineerd door de bij en zet zich in om zoveel mogelijk mensen kennis te laten maken met bijen en met het belang van bijen. De Honingbank is een kunstinstallatie waarin bijenkasten zijn geïntegreerd. Deze installatie dient als ontmoetingsplek voor bijen en mensen in de stad. De stedelijke omgeving is belangrijk voor De Honingbank, omdat bijen hier minder vaak ziek worden dan op het platteland, in een landbouwomgeving. Het project vergelijkt honing (en bijen) met kapitaal en vraagt mensen te investeren in het project door middel van bijenspaarrekeningen. Afhankelijk van je investering krijg je van een bijenspaarbankboekje tot een bijenvolk en draag je bij aan het behoud van de honingbij.
51
Honingbank – Stroom Den Haag
Het project werkt, net als wij van plan zijn, met lokale imkers. Zowel De Honingbank als ons voorstel zijn kunstprojecten die zich inzetten voor bijen, hoewel de vorm en de strategie verschilt. Het belangrijkste verschil tussen het Non-Urban Garden project If Bees Are Few... en De Honingbank is de niet-stedelijke omgeving. Juist door de ligging van de tuin in een gebied dat wordt gekenmerkt door landbouw (en traditioneel ook door imkerij), krijgt het onderwerp van de bijensterfte en de specifieke aandacht voor het gebruik van imidacloprid extra urgentie.
52 Voor De Bijen - Frank Mandersloot Voor De Bijen is een grote installatie in de openbare ruimte langs het IJtramtracé in Amsterdam. Het kunstwerk bestaat uit drie reusachtige tafels die, op elkaar gestapeld, een opvallende architectonische structuur midden in de verschillende verkeersstromen vormen. Tussen de tweede en de derde tafel staat een rijtje bijenkasten. Mandersloot heeft zo een extra verkeersstroom, de vlucht van de bijen, aan de bestaande situatie toegevoegd. Mandersloot ziet de gestapelde tafels als ‘een architectonische dwaasheid’, tegelijketijd dient het beeld als een herkenningspunt op het drukke verkeersplein. Ook dit werk richt zich nadrukkelijk op de stad als gedeelde biotoop voor mens en bij. Hoewel Mandersloot spreekt van mogelijke geveltuinen, is er in het ontwerp geen rekening gehouden met de aanwezigheid van voldoende voedselbronnen voor de bijen. Untitled (2012) - Pierre Huyge In de compostzone van het Karlsaue park in Kassel heeft de Franse kunstenaar Pierre Huyge gedurende Documenta 13 een bijzondere biotoop gerealiseerd. Het werk bestaat uit een set van natuurlijke en geënsceneerde elementen zoals rotsen, aarde, wietplanten, modder, een ontwortelde eikenboom van Beuys en een hond met een fluorescerend roze poot. In het centrum van het gebied
53 ligt een beeld van een naakte vrouw, haar hoofd bestaat uit een bijennest. Huyges schrijft: ‘Er is herhaling, chemische reactie, reproductie, vorming en vitaliteit, maar het bestaan van een systeem is onzeker. De rollen zijn niet verdeeld, er is geen organisatie, geen representatie, geen tentoonstelling. Er zijn regels, maar geen beleid.’ Huyge’s werk is gelaagd en doet nog het meeste denken aan een mythische plek. De bijen spelen een belangrijke rol, als bestuiver van de verschillende planten, maar ook als het zoemende hoofd van het beeld. Het werk lijkt over onderlinge relaties en de complexiteit van een ecosysteem te gaan, maar de betekenis blijft altijd impliciet en geheimzinnig. The Lover - Kristina Buch Een ander werk op Documenta 13 heeft een sterkere relatie met ons voorstel. Kristina Buch, een Duitse kunstenaar en bioloog, heeft voor het Staatstheater in Kassel een vlindertuin aangelegd. Op een verhoogd platform heeft Buch de ideale gewassen aangeplant voor inheemse vlindersoorten. Honderden gekweekte vlinders bevolken tijdens de expositie dit tuintje. Hiermee verwijst Buch terug naar de tijd waarin het landschap nog niet was veranderd in een geïndustrialiseerde lappendeken van monoculturen en de lucht nog vol was van verschillende soorten vlinders. Hoewel vlinders het symbool zijn voor vrijheid zijn ze volledig afhankelijk
54 van de aanwezigheid van voedselbronnen. De vlinders op de Documenta zijn daardoor gekluisterd aan hun kleine paradijs. Hoewel Buch, net als wij, ingaat op de verstrekkende gevolgen van een veranderende ecologie, besteedt ze in haar werk geen speciale aandacht aan de economie en politiek die hieraan ten grondslag ligt. Honey is flowing in all directions - Joseph Beuys In het werk van Joseph Beuys is honing een belangrijk materiaal. Honing is gemaakt door bijen, en een bijenvolk representeert een ideale samenleving van warmte en broederschap. Op Documenta 6 in 1977 toonde Beuys het werk Honey is flowing in all directions dat bestond uit een pomp die tweeduizend kilo honing rond pompte door een netwerk van slangen in het Museum Fridericianum. Deze pompinstallatie vormde het centrum van de Free International University, een programma van honderd dagen gevuld met lezingen, discussies en bijeenkomsten van burgeractiecommitees. Het werk kwam voort uit Beuys’ uitgebreide begrip van wat kunst kan zijn en zijn overtuiging dat kunst én de samenleving uit noodzaak moeten veranderen. Net als Beuys zijn wij gefascineerd door de symbolische en letterlijke waarde van bijen en geloven wij ook dat kunst een plek kan creëren voor ontmoeting, dialoog en verandering.
55 Beehives - Ian Hamilton Finlay Het bekendste werk van Ian Hamilton Finlay (1925-2006), kunstenaar, dichter, filosoof, tuinier en landschapsdesigner, is zijn tuin Little Sparta die hij, samen met Sue Finlay, creëerde vanaf 1966. Een vooruitstrevend epos dat Schotse humor en de traditie van de Engelse landschapstuin combineerde in een avant-gardening werk. Het belangrijkste onderdeel van het project was het ‘tuingedicht’, maar Finlay beschouwde de compositie van bloemen, bomen, water en andere natuurlijke elementen onderdeel van het werk. Zijn werk Beehives staat in het beeldenpark Jupiter Artland, nabij Edinburgh in Scotland. Met dit werk reageert hij op het omliggende pastorale landschap en onderstreept de interactie tussen mens en natuur. Beehives refereert aan een eerder werk – 3 Beehives – beide werken bestaan uit bijenkasten waar teksten op zijn geschreven. Op de kasten van Beehives staan dichtregels; BEES - they lightly skim - and gently sip - the dimply river’s brim - BOATS. Net als ons, verbindt Finlay beeldende kunst en poëzie, maar bij Finlay lijkt de nadruk op romantiek te liggen, terwijl bij ons de politiek juist vooraan staat.
De Imkers – Bruegel, ca. 1568 (detail)
57
Voetnoot bij ons onderzoek Binnen onze werkwijze speelt het artistieke onderzoek een belangrijke rol, zowel bij het ontwikkelen van het schetsontwerp als in de mogelijke vervolgfases. Als afsluiting willen we het proces van ons onderzoek inzichtelijk maken. Naar aanleiding van de opdracht zijn wij ons in drie richtingen gaan verdiepen: the NonUrban – de omgeving van Diepenheim zelf, the Garden – de tuin in al zijn facetten, en de 21ste eeuw – voor het grootste deel nog toekomst. Door te wandelen, te observeren, met bewoners te spreken, foto’s te maken, te browsen en te lezen hebben we eerst breed geïnventariseerd wat ons opvalt met betrekking tot deze drie onderwerpen. We hebben zo een scala aan beelden, teksten, associaties, onderwerpen en ideeën verzameld waaruit we konden putten bij het ontwikkelen van het schetsontwerp. Bij the Non-Urban hebben we het onder andere gehad over het landschap, de wilde natuur en de landbouw op locale en globale schaal, maar ook over volksgeloven, lokale verhalen, mythen en spreekwoorden. Zo stuitten we bijvoorbeeld op de spreuk op een kerkklok van Diepenheim: Uren aangeven is mien opdracht, opstoan en anpakken den oewen.
58 Ook onderzochten we de rol van bijen en honing in gebieden die extreem Non-Urban zijn, zoals bij de Bayaka stam in de Centraal-Afrikaanse Republiek, waar de mannen in torenhoge bomen klimmen om daar de honing te ontfutselen aan de bijen. Bij the Garden verdiepten we ons in de taxonomie van de tuin, historische tuinen, tuinen in verschillende culturen en beroemde tuiniers zoals Capability Brown, die tuinen ontwierp die pas jaren na zijn dood op hun hoogtepunt zouden zijn. Ook bestudeerden we het gebruik van planten – de symbolische, magische en geneeskrachtige eigenschappen, maar ook het beheersen van de natuur door te snoeien, te kruisen en door middel van genetische manipulatie. Het denken over de tuin van de toekomst vertaalden we naar het denken over ecologie en het Antropoceen. Hoe zal de tuin van de toekomst eruitzien, nu het milieu en de biodiversiteit op grote schaal wordt beïnvloed door menselijk handelen? Na dit brede onderzoek volgde een periode waarin we dit uitgebreide web aan informatie weer tot een punt concentreerden, net zo lang tot we uitkwamen bij If Bees Are Few...
59
Bronnen Literatuur
Silent Spring, Rachel Carson, Houghton Mifflin, 1951 Neonicotinoiden; Een Ramp in de Maak, Henk Tennekes, 2010 De Bij; Honingmaker, meesterarchitect en rolmodel, Bee Wilson, De Bezige Bij Diepenheim, een mini-stadje op een doodlopende zandrug, Zeno Kolks, 2007 Das Beleitbuch/The Guidebook, documenta 13, 2012 Voor de bijen/For the bees, Frank Mandersloot, het Amsterdamse Fonds voor de Kunst, 2004 The Englishman’s Flora, Geoffrey Grigson, Paladin, 1958
Beleidsstukken
Beantwoording kamervragen over gewasbescherming en bijensterfte, 15 juli 2011 Bijensterfte door onduurzame maisteeld, 28 maart 2010 Conclusion on the peer review of the pesticide risk assessment for bees for the active substance imidacloprid, European Food Safety Authority, 2013
60 Links Tuinen Victoria Gardens, http://theshopatvictoriagardens.blogspot. nl/2010/03/virtual-tour-garden-of-cosmic.html Jupiter Art Land, http://www.jupiterartland.org/ Bijen Zutphen Bijenstad, http://www.zutphenbijenstad.nl/ Het Bijenlint, bijenstichting, http://www.bijenlint.nl/ De Honingbank, http://www.honingbank.nl/ Bee Lore, Bee Stories Both Past & Present, http://beelore.com/ author/beelore/ Bees and Human Metaphors, Joshua Glenn, 17 november 2011, The American Show, http://theamericanshow.com/?p=1545 Encyclopedia of Superstitions, 1949, Edwin Radford, Mona A. Radford, http://books.google.nl/books/about/Encyclopedia_of_ Superstitions_1949.html?id=Ht_02x-2JksC&redir_esc=y Beehive Design Collective, http://www.beehivecollective.org/ english/biotech.htm Blauwgroene honing door M&M, National Geographic, http:// www.nationalgeographic.nl/magazine/actueel/blauwgroenehoning-door-m-m Video Dag bijen, dag vlinders, dag vogels?, interview Henk Tennekes, http://www.youtube.com/watch?v=H6Ol5AdlPVQ
61 De moord op de honingbij, Zembla, 12 maart 2011, http://www. uitzendinggemist.nl/afleveringen/1076385 Toxicity as function of exposure time - Risk profile of neonicotinoid insecticides, Lecture at the Institute of Public Health, University of Heidelberg, February 16, 2011 by Dr. Henk Tennekes, http://www.youtube.com/watch?v=M4RIDWuCNA&feature=player_embedded Facing angry bees 40 metres high and unattached for honey, Human Planet: Jungles, BBC One, 27 januari 2011, http://www. youtube.com/watch?v=3W_iMve4xvg Flight of the Bumblebee, Nikolai Rimsky-Korsakov, Canadian Brass, http://www.youtube.com/watch?v=xZO5KTJTwhE Pesticiden Duurzame maisteelt raakt steeds verder uit zicht, Jeroen van der Sluijs, 4 maart 2010, http://www.boerderij.nl/Home/Achtergrond/2010/3/Duurzame-maisteelt-raakt-steeds-verder-uit-zichtAGD141699W/ Insecticide regulators ignoring risk to bees, say MPs, The Guardian, 12 december 2012, http://www.guardian.co.uk/ environment/2012/dec/12/mps-insecticide-regulatorsbees?INTCMP=SRCH Bird decline, insect decline and neonicotinoids, exploring the connection. Boerenlandvogels, http://www.boerenlandvogels.nl/ GE corn & sick honey bees – what’s the link? Occupy Monsanto, http://www.occupymonsanto360.org/Occupy,Monsanto,GMO,Ge netic,Engineering,Modified,Organism,Food,Sustainable,Local,Lo cavore,Organic,RoundUp/neonicotinoids/
62 3 New Studies Link Bee Decline to Bayer Pesticide, Tom Philpott, 29 maart 2012, Mother Jones, http://www.motherjones.com/ tom-philpott/2012/03/bayer-pesticide-bees-studies Pesticides pose danger to bees, Dave Keating, 16 januari 2013, EuropeanVoice.com, http://www.europeanvoice.com/article/2013/january/pesticides-pose-danger-to-bees/76158.aspx Crop pesticides are ‘killing our bees’ - says MEP, Chris Davies, 25 januari 2013, Public Service Europe, http://www.publicserviceeurope.com/article/3007/crop-pesticides-are-killing-our-beessays-mep#ixzz2JGICse6a Death knell for nerve agent pesticides in move to save bees, Charlie Cooper, 16 januari 2013, The Independent, http://www. independent.co.uk/environment/nature/death-knell-for-nerveagent-pesticides-in-move-to-save-bees-8454443.html No ban on pesticides that ‘threaten bees’, Michael McCarthy, 7 september 2012, The Independent, http://www.independent. co.uk/environment/nature/no-ban-on-pesticides-that-threatenbees-8114020.html GIVE BEES A CHANCE! New campaign priority of the Greens/ EFA Food-GMO campaign, The Greens - European Free Alliance, 21 januari 2013, http://www.greens-efa.eu/give-bees-achance-9012.html Planten Bevlieging door honingbijen, imkerpedia, http://www.imkerpedia.nl/wiki/index.php/Bevlieging_door_honingbijen Best Bee Plants, http://www.buzzaboutbees.net/bee-plants.html
63 Bedding plants and displays, Royal Horticultural Society, http:// apps.rhs.org.uk/advicesearch/Profile.aspx?pid=640#section1 Informatie over de biologische diversiteit, http://www.soortenbank.nl/index.php Antropoceen: The Anthropocene, A man-made world, The Economist, 26 mei 2011, http://www.economist.com/node/18741749 Enter the Anthropocene—Age of Man, Elizabeth Kolbert, National Geographic, maart 2011, http://ngm.nationalgeographic.com/2011/03/age-of-man/kolbert-text Overige inspiratie Network of seed keepers and organic producers in India, http:// www.navdanya.org/ Emily Dickinson, Poets.org, http://www.poets.org/poet.php/prmPID/155 Emily Dickinson and Gardening, Emily Dickinson Museum, http:// www.emilydickinsonmuseum.org/gardening BEEHIVES, Ian Hamilton Finlay, Jupiter Art Land, http://www. jupiterartland.org/artwork/21/BEEHIVES Ian Hamilton Finlay: the concrete poet as avant gardener, The Guardian, 16 november 2012, http://www.guardian.co.uk/ books/2012/nov/16/ian-hamilton-finlay-concrete-poetry Twentse Spreuken, http://www.marceltettero.nl/TwentseSpreuk/ Twentse_spreuken.html Tijdschriften Historische Verenigingen Overijssel, http:// historischetijdschriftenoverijssel.blogspot.nl/2012/05/ hoesbreef-2012-1.html
Doris Denekamp www.dorisdenekamp.nl www.informalstrategies.org Jimini Hignett www.howtogoon.com Dutch Art Institute (ArtEZ Master of Fine Art) dutchartinstitute.eu Kunstvereniging Diepenheim www.kunstvereniging.nl opmaak: Geert van Mil proofreading: Klaas de Pater