I Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna)
Inhoudsopgave Toelichting
4
Hoofdstuk 1 Inleiding
5
1.1 1.2 1.3 1.4
5 5 5 5
Aanleiding Het plangebied Voorgaande plannen Leeswijzer
Hoofdstuk 2 Beschrijving plangebied
6
Hoofdstuk 3 Uitgangspunten, randvoorwaarden en beleidskader
7
3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6
Inleiding Provinciaal beleid Archeologische en cultuurhistorische waarden Verkeer en parkeren Groen Kabels en leidingen
7 7 8 8 11 12
Hoofdstuk 4 Milieuparagraaf
13
4.1 4.2 4.3 4.4
Luchtkwaliteit Externe veiligheid Bodem Natuur
13 13 15 15
Hoofdstuk 5 Waterparagraaf
16
5.1 5.2 5.3 5.4 5.5
16 16 16 17 17
Inleiding Gemeentelijk beleid Beleid waterschap en provincie Beschrijving watersysteem plangebied Toekomstige situatie van het watersysteem
Hoofdstuk 6 Juridische vormgeving
18
6.1 6.2 6.3 6.4
Algemeen Planmethodiek Verbeelding Planregels
18 18 18 18
Hoofdstuk 7 Handhaving
20
Hoofdstuk 8 Financiële aspecten
21
Hoofdstuk 9 Procedure en maatschappelijke uitvoerbaarheid
22
9.1 9.2 9.3
22 22 22
Bekendmaking ex artikel 1.3.1 Bro Overleg ex artikel 3.1.1 Bro Inspraak
Bijlage Bijlage 1
Regels 2
23 Verkeersonderzoek SEN
24
25 onherroepelijkI Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna) Gemeente Eindhoven
Hoofdstuk 1 Inleidende regels
26
Artikel 1 Artikel 2
26 28
Begrippen Wijze van meten
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
29
Artikel 3 Artikel 4
29 30
Verkeer - Verblijfsgebied Leiding - Hoogspanningsverbinding
Hoofdstuk 3 Algemene regels
32
Artikel 5 Artikel 6
32 33
Anti-dubbeltelregel Algemene afwijkingsregels
Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotregels
34
Artikel 7 Artikel 8
34 35
Overgangsrecht Slotregel
onherroepelijkI Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna) Gemeente Eindhoven
3
Toelichting
4
onherroepelijkI Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna) Gemeente Eindhoven
Hoofdstuk 1
1.1
Inleiding
Aanleiding
In het noorden van de gemeente Eindhoven is het Sportconcentratiegebied Eindhoven-Noord (SEN) gelegen. In het SEN, aan de Fakkellaan, is sauna 'Thermen Prinsejagt' gevestigd. Voor deze sauna zijn momenteel 25 parkeerplaatsen gerealiseerd. In de praktijk betekent dit dat veelvuldig auto's worden geparkeerd in de groenvoorzieningen naast deze parkeerplaats of in de directe omgeving, waardoor omwonenden hinder ondervinden. Ten behoeve van het SEN wordt een aantal centrale parkeerterreinen gerealiseerd. Doordat de sauna georiënteerd is aan de Fakkellaan, is het niet reëel te veronderstellen dat bezoekers aan de sauna gebruik maken van de centraal gelegen parkeervoorzieningen. Om de parkeersituatie structureel te verbeteren is ervoor gekozen een parkeerterrein te realiseren tegenover de sauna, aan de overzijde van de Fakkellaan. Om dit mogelijk te maken moet het bestemmingsplan worden herzien. Het bestemmingsplan "I Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna)" bestaat uit een digitale en analoge verbeelding met de daarbijbehorende regels waaraan een toelichting is toegevoegd. Naast de digitale versie is er tevens een versie op papier van het bestemmingsplan beschikbaar.
1.2
Het plangebied
Het plangebied van het onderhavige bestemmingsplan is gelegen in het noordelijk deel van het stedelijk gebied van Eindhoven. Het plangebied is gelegen in het stadsdeel Woensel Noord in de wijk Ontginning. Het plangebied betreft een deel van het perceel kadastraal bekend gemeente Woensel, sectie P, nummer 2547. Het plangebied wordt globaal begrensd door de Fruinlaan, de Fakkellaan en de Huizingalaan. Aan de zuidzijde vormt het grasveld voor de woningen aan de Japiksestraat 74 t/m 108 de begrenzing. Het plangebied beslaat ca. 1.150 m².
1.3
Voorgaande plannen
Het voorliggende bestemmingsplan "I Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna)" vervangt voor een zeer klein gedeelte het bestemmingsplan "Prinsejagt-Driehoeksbos 2004", vastgesteld door de raad op 6 juni 2006; besluit van Gedeputeerde Staten omtrent goedkeuring d.d 9 januari 2007, nr. 1207901.
1.4
Leeswijzer
Deze toelichting bestaat uit de volgende delen. Na deze inleiding volgt paragraaf 2 met de beschrijving van de bestaande situatie in het plangebied. Paragraaf 3 bevat de uitgangspunten bij, de randvoorwaarden voor en het beleidskader voor de opstelling van het voorliggende bestemmingsplan. Paragraaf 4 geeft inzicht in de milieuaspecten. Paragraaf 5 bevat de waterparagraaf. De juridische vormgeving van het bestemmingsplan is neergelegd in paragraaf 6. In paragraaf 7 wordt aandacht besteed aan de handhaving van het bestemmingsplan. De financiële uitvoerbaarheid is neergelegd in paragraaf 8. Paragraaf 9 gaat ten slotte in op de gevolgde procedure inclusief de maatschappelijke uitvoerbaarheid (met name de resultaten van het gevoerde overleg en de inspraak).
onherroepelijkI Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna) Gemeente Eindhoven
5
Hoofdstuk 2
Beschrijving plangebied
Het plangebied is een perceel van ca. 1.150 m² en is aan drie zijden omringd door wegen; de Fruinlaan, de Fakkellaan en de Huizingalaan. Het is momenteel in gebruik als openbaar groen in de vorm van een gazon. Ten zuiden van het plangebied zijn de woningen aan de Japiksestraat 74 t/m 108 gelegen. Ten noorden van de Fakkellaan is het Sportconcentratiegebied EindhovenNoord gelegen, met aan deze zijde van de Fakkellaan een sauna en een squashcentrum. Verder zijn aan de Fakkellaan, naast de sauna, twee burgerwoningen gesitueerd. Zuidwestelijk van het plangebied, langs de Fruinlaan, is een woongebouw gesitueerd (Fruinlaan 37 t/m 287).
6
onherroepelijkI Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna) Gemeente Eindhoven
Hoofdstuk 3 beleidskader
3.1
Uitgangspunten, randvoorwaarden en
Inleiding
In het Sportconcentratiegebied Eindhoven-Noord (SEN), aan de Fakkellaan, is een sauna gevestigd. Voor deze sauna zijn momenteel 25 parkeerplaatsen gerealiseerd, terwijl in de praktijk blijkt dat deze sauna meer parkeerplaatsen nodig heeft. Daarom worden vaak auto's geparkeerd in de groenvoorzieningen naast deze parkeerplaats langs de Fakkellaan of in de directe omgeving (bijv. achter de woningen aan de Japiksestraat 74 t/m 108). Ten behoeve van het SEN wordt een aantal centrale parkeerterreinen gerealiseerd. Doordat de sauna georiënteerd is aan de Fakkellaan, is het niet reëel te veronderstellen dat bezoekers aan de sauna gebruik maken van de centraal gelegen parkeervoorzieningen. Om de parkeersituatie structureel te verbeteren is ervoor gekozen het gazon aan de zuidzijde van de Fakkellaan (direct tegenover de sauna), in te richten als parkeerplaats. Hiervoor moet het bestemmingsplan worden herzien.
3.2
Provinciaal beleid
3.2.1
Structuurvisie Ruimtelijke Ordening
De Wet ruimtelijke ordening (Wro) verplicht overheden een ruimtelijke structuurvisie op te stellen met een uitvoeringsagenda. De Brabantse structuurvisie bevat een overzicht van de ruimtelijke belangen, doelen en hoofdlijnen van het Brabantse ruimtelijk beleid. Ook benoemt ze op hoofdlijnen hoe het beleid wordt uitgevoerd. De uitwerking van het beleid is opgenomen in de Paraplunota ruimtelijke ordening. De onderwerpen uit de Paraplunota worden verwerkt in de nu in voorbereiding zijnde Verordening Ruimte. In de uitvoeringsagenda staat welke (juridische, financiële en/of communicatieve) instrumenten de provincie Noord-Brabant inzet om haar beleid uit de structuurvisie te realiseren. Op provinciaal niveau vervangt de structuurvisie het streekplan. Op dit moment beschikt Brabant over een Interimstructuurvisie Noord-Brabant 'Brabant in Ontwikkeling'. De Interimstructuurvisie Noord-Brabant is met ingang van 1 juli 2008 in werking getreden. Er wordt momenteel gewerkt aan een nieuwe structuurvisie (Structuurvisie Ruimtelijke Ordening). De basis is vastgelegd in de Startnotitie Structuurvisie Ruimtelijke Ordening.
3.2.2
Paraplunota ruimtelijke ordening
Op basis van de kaart 'Zonering van het buitengebied' behorend bij de Paraplunota is onderhavig plangebied gelegen binnen bestaand stedelijk gebied. De Paraplunota bestaat uit drie delen, waarbij deel II bestaat uit een uitwerking van de beleidslijnen ruimtelijke ordening. Het betreft een aantal nota's en beleidsregels die deel uitmaken van de Paraplunota. Daarbij is het 'Uitwerkingsplan stedelijke regio Zuid-Oost Brabant' voor voorliggend bestemmingsplan van belang. Gedeputeerde staten van Noord-Brabant hebben op 8 maart 2005 het 'Uitwerkingsplan Zuid-Oost Brabant' vastgesteld. Ingevolge de plankaart behorende bij dit uitwerkingsplan is het plangebied van onderhavig bestemmingsplan gelegen binnen het stedelijk gebied, waar het beleid nu en in de toekomst is gericht op het beheer van de bestaande kwaliteiten. Intensivering van het ruimtegebruik en aanpassing van het stedelijk gebied, waar dat vanwege bestaande ruimtelijke kwaliteiten mogelijk en verantwoord is, kan verder nodig zijn.
onherroepelijkI Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna) Gemeente Eindhoven
7
3.2.3
Verordening Ruimte
De Verordening Ruimte draagt bij aan het realiseren van de provinciaal ruimtelijke belangen en doelen zoals die benoemd zijn in de (Interim)structuurvisie Ruimtelijke Ordening en bevat hiertoe instructieregels die van belang zijn voor gemeenten bij het opstellen van hun bestemmingsplannen. Op 12 december 2008 hebben Provinciale Staten besloten tot vaststelling van de Startnotitie Verordening Ruimte. Deze startnotitie legt de basis voor het uitwerken van de in de Interimstructuurvisie 'Brabant in Balans' opgenomen 'voornemens tot verordening'. Eind 2009 is fase 1 van de verordening gereed, medio 2010 fase 2. De Startnotitie Verordening Ruimte geeft aan dat Provinciale Staten een kaderverordening maken die door Gedeputeerde Staten per thema verder wordt uitgewerkt. Provinciale Staten kiezen ervoor om te werken met instructieregels richting gemeentelijke bestemmingsplannen. Ze maken dus vooralsnog geen regels die direct van invloed zijn op de burger. De instructieregels zijn inhoudelijk gezien gebaseerd op het beleid uit de Interimstructuurvisie en Paraplunota Ruimtelijke Ordening. Het streven is dat eind 2009 de Verordening Ruimte ter vaststelling bij Provinciale Staten ligt. Naar verwachting treedt vanaf eind 2009 Fase 1 van de Verordening Ruimte in werking. Fase 2 van de Verordening Ruimte bevat de onderwerpen die in samenhang met de Structuurvisie Ruimtelijke Ordening worden uitgewerkt. De vaststelling van Fase 2 van de Verordening Ruimte is gelijk met de Structuurvisie RO in de zomer van 2010.
3.3
Archeologische en cultuurhistorische waarden
In onderhavig plangebied zijn geen monumenten of karakteristieke panden aanwezig. Bovendien kan op basis van de cultuurhistorische- en archeologische waardenkaarten van de gemeente en van de provincie worden geconcludeerd dat het plangebied of gronden direct grenzend aan het plangebied geen cultuurhistorische of archeologische interessante waarden bevat. Derhalve hoeft hiermee bij de planontwikkeling dan ook geen rekening te worden gehouden.
3.4
Verkeer en parkeren
3.4.1
Autoverkeer
De Huizingalaan, de Fakkellaan en de Fruinlaan zijn wegen die zijn gelegen rondom het plangebied. Het gemeentebestuur heeft bij besluit van 7 december 1999 in het kader van “Duurzaam Veilig” de wegencategorisering vastgesteld. De wegen met een verkeersfunctie zijn primair bedoeld voor de afwikkeling van het verkeer. De Huizingalaan kent een hoge verkeersintensiteit en is aangemerkt als een gebiedsontsluitingsweg. De Fakkellaan en de Fruinlaan zijn onderdeel van het verblijfsgebied. Laatstgenoemde wegen worden 30 km/uur gebied conform het verkeersbesluit van 17 maart 2002 van het college van burgemeester en wethouders van Eindhoven. 3.4.1.1 Verkeersonderzoek SEN De aanleiding voor dit bestemmingsplan vormt het bestemmingsplan SEN. Het aantal bezoekers/deelnemers aan het SEN is in de afgelopen 10 jaar flink gestegen en zal naar verwachting de komende 10 jaar verder stijgen. Dit heeft gevolgen voor de verkeersintensiteiten en de benodigde parkeervoorzieningen. Door Goudappel Coffeng is in mei 2010 een studie verricht naar de verkeersaspecten rondom het SEN Uitgangspunt voor deze studie is het SRE (SRE 2.0) verkeersmodel, waar de ontwikkelingen van het SEN zijn meegenomen. Daarbij is het groeipercentage per weg bepaald op ca. 5 a 6 tot 2020. In voornoemde studie wordt onder andere het volgende geconcludeerd: 1. doorontwikkeling van het SEN heeft geen grote gevolgen voor de bereikbaarheid van het SEN; 2. Om de verkeersafwikkeling van kruispunten te beoordelen is de I/C verhouding (Intensiteit/Capaciteit) per tak van het kruispunt onderzocht. Als grenswaarde om te bepalen of de verkeersafwikkling goed is, is een I/C verhouding van maximaal 0,8 gehanteerd.
8
onherroepelijkI Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna) Gemeente Eindhoven
a.
b.
3.4.2
Kruispunt Marathonloop - Vijfkamplaan: Dit kruispunt is op dit moment een voorrangskruispunt. De verkeersafwikkeling van dit kruispunt is in de huidige situatie niet ideaal omdat men vaak lang moet wachten om vanaf de Vijfkamplaan de Marathonloop op te rijden. De I/C verhouding is beduidend meer dan de grenswaarde. Deze situatie verslechtert door de autonome toename van het verkeer. Een goede verkeersafwikkeling is als voorrangskruispunt in de toekomst, ook zonder de ontwikkelingen op het SEN, niet mogelijk. De doorontwikkeling van het SEN heeft nauwelijks invloed op de verkeersafwikkeling van het gehele kruispunt. Het kruispunt regelen met verkeerslichten is de meest voor de hand liggende oplossing om een goede verkeersafwikkeling te bereiken; Kruispunt Fakkellaan - Vijfkamplaan: Dit kruispunt is op dit moment een gelijkwaardig kruispunt. In de huidige situatie zijn er geen problemen geconstateerd. Door de autonome groei van het verkeer komt de I/C waarde net boven de grenswaarde. Dit betekent dat de verkeersafwikkeling van dit kruispunt een probleem wordt. Een oplossing zou kunnen zijn om een voorrangsroute te maken van de Fakkellaan (oost) naar de Vijfkamplaan. Een goede verkeersafwikkeling is dan wel mogelijk in de toekomst. De doorontwikkeling van het SEN heeft nauwelijks effect op de verkeersafwikkeling; Parkeren
In de Bouwverordening gemeente Eindhoven (vastgesteld d.d. 27-08-1993) is bepaald dat er in parkeerruimte moet worden voorzien in, op of onder een gebouw dan wel op het bij het gebouw behorende perceel, indien de omvang of de bestemming van een gebouw daartoe aanleiding geeft. Verder is bepaald dat burgemeester en wethouders de te hanteren parkeernorm vaststellen. Bij besluit van 27 juni 2008 hebben burgemeester en wethouders het parkeerbeleid en de daarbij behorende parkeernormen vastgesteld. De ten noorden van onderhavig plangebied gelegen sauna heeft 25 parkeerplaatsen aan de voorzijde van de sauna, maar genereert reeds jaren meer parkeren dan de aanwezige parkeercapaciteit op het voorgelegen terrein beschikbaar is. Ten behoeve van het SEN wordt een aantal centrale parkeerterreinen gerealiseerd. Doordat de sauna georiënteerd is aan de Fakkellaan, is het niet reëel te veronderstellen dat bezoekers aan de sauna gebruik maken van de centraal gelegen parkeervoorzieningen. Om de parkeersituatie structureel te verbeteren is er voor gekozen een parkeerterrein mogelijk te maken in de directe nabijheid van deze sauna, aan de overzijde van de Fakkellaan. Een sauna kent geen eigen parkeernorm. Om die reden is gekeken naar een norm die het meest bij de functie past. Dat is een parkeernorm die ligt tussen de norm van een sportschool en die van een sexclub. Op basis van die parkeernormen heeft de sauna een normatieve parkeerbehoefte tussen de 72 en 96 parkeerplaatsen. (concept-Verkeersonderzoek SEN, studie naar verkeersaspecten rondom het Sportcomplex Eindhoven Noord) De 25 parkeerplaatsen aan de voorzijde van de sauna, blijken in de praktijk aldus onvoldoende. Daarom wordt vaak in de directe omgeving geparkeerd. Reële uitbreiding van de parkeervoorziening op eigen terrein van de sauna is niet mogelijk. Ten behoeve van het SEN wordt een aantal centrale parkeerterreinen gerealiseerd. Doordat de sauna georiënteerd is aan de Fakkellaan, is het niet reëel te veronderstellen dat bezoekers aan de sauna gebruik maken van de centraal gelegen parkeervoorzieningen. Verder is het niet aan te bevelen parkeerplaatsen te realiseren op de strook grond ten westen van het bestaande parkeerterrein omwille van doelmatigheid. Bij uitbreiding van het bestaande parkeerterrein is, in vergelijking met onderhavig plangebied, voor dezelfde hoeveelheid parkeerplaatsen meer m² nodig vanwege de aanwezige bomen. Daarnaast zou ontsluiting van een dergelijk parkeerterrein middels meerdere inritten, ter hoogte van de kruising met de Fuinlaan, geschieden. Dit is omwille van de verkeersveiligheid niet aan te bevelen. Bovendien wordt deze grond bij de herinrichting van de openbare ruimten van het SEN voorzien van wandelpaden en een onderbeplanting. Dit als aanzet om het SEN ook aan de zuidzijde een nieuwe groene uitstraling te geven. Om deze huidige parkeersituatie nabij de sauna structureel te verbeteren wordt het mogelijk gemaakt 44 parkeerplaatsen te realiseren ter plaatse van voorliggend plangebied. De ontsluiting van deze parkeerplaats zal middels één inrit plaatsvinden tegenover de ingang van de sauna. Dit is een logische situering. De verkeersintensiteiten op de Fakkellaan zal als gevolg van deze parkeerplaats niet hoger worden aangezien de sauna sinds jaren deze parkeerbehoefte genereert. Daarnaast genereert de sauna parkeerbehoefte buiten de maatgevende spitsperioden.
onherroepelijkI Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna) Gemeente Eindhoven
9
3.4.2.1 Verkeersonderzoek SEN Aan de hand van de gemeentelijke parkeernormen en de voorgenomen ontwikkelingen is een quick scan uitgevoerd naar het benodigd aantal parkeerplaatsen. Daarbij is rekening gehouden met dubbelgebruik op de 'openbare parkeerterreinen', omdat de diverse functies op verschillende momenten vraag hebben naar parkeerplaatsen. Daarnaast is rekening gehouden met seizoensinvloeden. Bij het berekenen van de parkeervraag is uitgegaan van een gemiddelde parkeervraag.
Afbeelding locaties en clustering parkeervoorzieningen SEN. Bij cluster B en D in bovenstaande afbeelding is er rekening mee gehouden dat aan een zijde van de Vijfkamplaan op weekenddagen langsgeparkeerd mag worden. In onderstaande tabel is de parkeerbalans voor het plangebied voor de maatgevende periode (werkdagavond in de winter) weergegeven. plaatsen parkeerplaatsen
Parkeeraanbod Privé parkeertoegankelijke
Parkeervraag
Openbaar
Saldo Over/tekort
Parkeerplaats bij Ottenbad, tennishal, ROC, sport- en turnhal etc. (cluster B)
146
437
532
Parkeerplaats bij politieacademie, dansschool, klimhal en squashbanen (cluster D)
126
143
336
-67
60
-32
928
-110
Parkeerplaats bij de sauna (cluster C) TOTAAL
28 300
580
-11
In het voorliggende bestemmingsplan wordt het mogelijk gemaakt om de parkeerplaatsen van cluster C te realiseren.
10
onherroepelijkI Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna) Gemeente Eindhoven
3.5
Groen
3.5.1
Groenbeleidsplan Eindhoven (2001)
De gemeenteraad heeft op 5 november 2001 het Groenbeleidsplan (GBP) 2001 vastgesteld. Dit beleidsplan geeft de hoofdlijnen weer van het gemeentelijke groenbeleid. Het is de richtinggevende basis voor een gebiedsgerichte planontwikkeling op lagere schaalniveaus. Gestreefd wordt naar een opwaardering van de groene ruimte in de stedelijke gebieden. Er wordt voorts ingespeeld op de toenemende behoefte om de natuur sterker te laten doorklinken in het ruimtelijke beleid. Gestreefd wordt naar een stad met een hoogwaardig groen woon- en werkklimaat. Het plangebied is aangeduid als 'stad, rood beeldbepalend'. In deze categorie heeft het groen een ondersteunende functie aan de stedelijke identiteit (“aankledingsgroen”) of een recreatieve functie voor de woonomgeving (parken). Groen speelt hier dus een belangrijke beeldondersteunende rol. Ingevolge het GBP is onderhavig plangebied aangemerkt als 'structureel groen op stedelijk niveau'. Het betreft de belangrijkste groenaderen binnen het stedelijk patroon. Aantasting van dit groen kan enkel aan de orde zijn als er sprake is van een dringend maatschappelijk belang. Indien in het uiterste geval geen andere keuze staat, dient compensatie plaats te vinden.
3.5.2
Kapbeleid Eindhoven: "Niet kappen tenzij" (2002)
In aansluiting op het GBP is een kapbeleid ontwikkeld dat recht doet aan de groene ambitie van Eindhoven. Dit kapbeleid is gericht op een vergroting van het aantal, de verhoging van de gemiddelde conditie en een betere leeftijdsopbouw van de gemeentelijke bomen en bossen. Het hoofdprincipe is dat kapvergunningen enkel worden verleend als er gegronde redenen worden aangedragen waarom de boom gekapt zou moeten worden. Onder een boom wordt hier verstaan een houtachtig, overblijvend gewas met een stamomtrek van minimaal 30 cm. op 1,3 m. boven het maaiveld. Wanneer bomen gekapt moeten worden voor 'rode doeleinden', zoals nieuwbouw, wegaanleg ed., moet er gecompenseerd worden. Bij voorkeur binnen het plangebied zelf. Anders in de directe omgeving. Indien geen compensatielocatie binnen het plangebied gevonden wordt, is financiële compensatie in het groenfonds mogelijk. De compensatiewaarde wordt bepaald door de waarde van de boom en de locatie waar die staat. Met dit beleid dient rekening te worden gehouden bij realisatie van onderhavige parkeerplaats. In de Algemene Plaatselijke Verordening Eindhoven 2007 (hierna: APV) is bepaald dat het verboden is zonder vergunning van het college van burgemeester en wethouders een boom te kappen of te rooien voor zover die boom voorkomt op de lijst met waardevolle bomen en/of de boom staat in de openbare ruimte.
3.5.3
Bomenbeleidsplan 2008: "Ruimte voor bomen"
De gemeenteraad heeft op 22 april 2008 het Bomenbeleidsplan 2008 vastgesteld. Dit is een vervolg op het Groenbeleidsplan Eindhoven (2001). Doelstelling van dit Bomenbeleidsplan 2008 is het ontwikkelen van een kwalitatief hoogwaardig bomenbestand dat een duurzame bijdrage levert aan de ruimtelijke kwaliteit en het groene imago van Eindhoven. Om dit te bereiken wordt in de visie een vijftal aspecten uitgewerkt, te weten: boomstatus, boomstructuur, boomeffectrapportage, richtlijnen en regelgeving en handhaving. Aan bomen en boomstructuren in Eindhoven wordt een status toegekend. De boomstatus wordt vervolgens toegekend aan onderdelen van de boomstructuur. Om de huidige kwaliteit van het bomenbestand te behouden en waar mogelijk te versterken zijn in het Bomenbeleidsplan 2008 vervolgens richtlijnen en procedures geformuleerd ten aanzien van o.a. regelgeving. Om bomen te beschermen is het mogelijk om plekken met een 'unieke' status en monumentale bomen op te nemen in een bestemmingsplan. Momenteel worden/zijn de landelijk geregistreerde monumentale bomen al opgenomen. Dit wordt aangevuld met de monumentale bomen die nog niet zijn geregistreerd. Er staan twee bomen langs de Fakkellaan, in de nabijheid van de huidige parkeerplaats voor de sauna, die zijn opgenomen op de lijst met (gemeentelijke) waardevolle bomen. De overige bomen aan de Fakkellaan, direct grenzend aan de huidige parkeerplaatsen voor de sauna, zijn niet opgenomen op deze lijst met waardevolle bomen.
onherroepelijkI Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna) Gemeente Eindhoven
11
3.5.4
Flora en fauna
Momenteel is onderhavig plangebied ingericht als gazon dat intensief wordt gemaaid en waar verder geen extra elementen of bijzonderheden aanwezig zijn. Daarom mag er van worden uitgegaan dat er binnen het plangebied geen hoge natuurwaarden aanwezig zijn en daarom geen natuurinventarisatie nodig is voor onderhavig bestemmingsplanherziening in het kader van de Flora- en Faunawet.
3.6
Kabels en leidingen
Ruimtelijk relevante leidingen en straalpaden worden op de verbeelding en in de regels middels een dubbelbestemming geregeld. Ten noorden van het plangebied loopt het tracé van een bovengrondse hoogspanningsleiding. Het betreft de 150 kilovolt hoogspanningsverbinding Eindhoven Noord - Eindhoven Oost. In de uitgave van het Nederlandse Normalisatie Instituut NEN 1060, 'Voorschriften voor bovengrondse hoogspanningslijnen', zijn voorschriften over externe veiligheid langs hoogspanningsverbindingen opgenomen met beschermingszones. Aan weerszijden van de as van het tracé nabij onderhavig plangebied is een strook van 20 meter waarin een aantal belemmeringen geldt ten aanzien van o.a. bebouwingen en opstallen, hoog opgroeiende beplanting en werkzaamheden. Deze zone valt vrijwel geheel over het plangebied. Voor dit gedeelte is de dubbelbestemming 'Leiding - Hoogspanningsverbinding' opgenomen. De beheerder van deze verbinding, TenneT TSO B.V., heeft bij brief van 25 februari 2009, kenmerk TIPG-GRZ 09-192 PJR/IvE, aangegeven geen bezwaar te hebben tegen de aanleg van een parkeerterrein binnen onderhavig plangebied. 3.6.1
Nationaal beleid over hoogspanningsleidingen
In de Nota Ruimte is vermeld dat de rol van de rijksoverheid in het ruimtelijke beleid voor de nationale elektriciteitsvoorzieningen is gelegen in het zorgen voor voldoende ruimte voor een adequate infrastructuur in de vorm van vestigingsplaatsen voor grootschalige elektriciteitsproduktie en van hoogspanningsverbindingen. De ruimtebehoefte voor elektriciteitsvoorzieningen is vastgelegd in een aparte nota, te weten de Derde Structuurschema Elektriciteitsvoorziening (SEV III). In deze PKB zijn o.a. de bestaande en nieuwe verbindingen van het landelijke hoogspanningsnet met een spanning van 220 kV en hoger opgenomen. Daarnaast wordt in het SEV III ingegaan op de mogelijke ruimtelijke gevolgen van de effecten van elektromagnetische velden van hoogspanningsverbindingen. In de brief 'Gezondheid en milieu, van de staatssecretaris van VROM van 24 december 2004' geeft de staatssecretaris een verdere uitwerking aan het overheidsbeleid inzake magnetische velden nabij hoogspanningsleidingen. Dat overheidsbeleid is vastgelegd in en gebaseerd op het Nationaal Milieubeleidsplan 4, het onderzoek 'Kostenanalyse van technische maatregelen ter beperking magnetische velden nabij bovengrondse hoogspanningslijnen' en de nota 'Nuchter omgaan met risico's'. De staatssecretaris adviseert om bij vaststelling van bestemmingsplannen en van tracés van bovengrondse hoogspanningsleidingen zoveel als redelijkerwijs mogelijk is te vermijden dat er nieuwe situaties ontstaan, waarbij kinderen langdurig verblijven (gevoelige bestemmingen) in het gebied rond bovengrondse hoogspanningsleidingen waarbinnen het jaargemiddelde magneetveld hoger is dan 0,4 microTesla (de magneetveldzone). In een brief van het ministerie van VROM van 4 november 2008 (DGM\2008105664) wordt nader toegelicht wat onder 'nieuwe situaties' wordt verstaan en welke 'gevoelige bestemmingen' precies worden bedoeld. Onder gevoelige bestemmingen wordt verstaan woningen, scholen, creches en kinderopvangplaatsen.
12
onherroepelijkI Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna) Gemeente Eindhoven
Hoofdstuk 4
4.1
Milieuparagraaf
Luchtkwaliteit
Op basis van de Wet luchtkwaliteit (Stb. 2007, 434) geldt voor een aantal stoffen in de lucht wettelijke grenswaarden (Wet milieubeheer, bijlage 2). Uitgangspunt is dat deze grenswaarden in acht dienen te worden genomen bij het verrichten van handelingen door bestuursorganen die gevolgen kunnen hebben voor de luchtkwaliteit, waartoe zij op basis van wetten bevoegd zijn. Het betreft in ieder geval bevoegdheden op grond van o.a. de Wet ruimtelijke ordening. In de praktijk zijn de grenswaarden voor PM10 (fijn stof) en NO2 (stikstofdioxide) het meest van belang. De Wet luchtkwaliteit introduceert het onderscheid tussen 'kleine' en 'grote' projecten. Kleine projecten dragen 'niet in betekenende mate' (NIBM) bij aan de luchtverontreiniging. Een project is NIBM als aannemelijk is dat het project een maximale toename veroorzaakt van 1% van de grenswaarde voor de jaargemiddelde concentratie van fijn stof (PM10) of stikstofdioxide (NO2). Dit komt overeen met 0,4 microgram/m³ voor zowel PM10 als NO2. Grote projecten dragen wel 'in betekenende mate' bij aan de verslechtering van de luchtkwaliteit. In artikel 4 van het 'Besluit niet in betekenende mate bijdragen (luchtkwaliteitseisen)' en de bijlagen van de 'Regeling niet in betekenende mate bijdragen (luchtkwaliteitseisen)' is voor bepaalde categorieën projecten met getalsmatige grenzen vastgesteld dat deze in elk geval 'niet in betekenende mate' bijdragen aan de luchtverontreiniging en dus onder deze 1% grens blijven. Deze mogen zonder toetsing aan de grenswaarden voor luchtkwaliteit uitgevoerd worden. Dit geldt bijvoorbeeld voor woningbouwlocaties die niet meer dan 500 nieuwe woningen omvatten, in geval van één ontsluitingsweg, alsmede voor kantoorlocaties waarvan het brutovloeroppervlak niet meer dan 33.333 m² bedraagt, in geval van één ontsluitingsweg. Wanneer projecten wel in betekenende mate bijdrage aan de luchtkwaliteit dient luchtonderzoek uitgevoerd te worden, waarbij getoetst wordt aan de normen. Kortom: Op basis van de Wet luchtkwaliteit geldt dat voor nieuwe ontwikkelingen, wanneer deze als NIBM (niet in betekenende mate) zijn aan te merken, niet meer behoeven te worden getoetst c.q. geen onderzoek naar de luchtkwaliteit nodig is. Dat is voor onderhavige ontwikkeling aan de orde.
4.2
Externe veiligheid
Het externe veiligheid beleid is gericht op het beheersen van risico´s en de effecten van calamiteiten en het bevorderen van de veiligheid van personen in de omgeving van activiteiten (bedrijven en transport) met gevaarlijke stoffen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen “plaatsgebonden risico” (de ten minste in acht te nemen grenswaarde die niet mag worden overschreden ten aanzien van "kwetsbare objecten", alsmede een zoveel mogelijk te bereiken richtwaarde ten aanzien van "beperkt kwetsbare objecten") en het “groepsgebonden risico” (een oriënterende waarde waarvan gemotiveerd mag worden afgeweken). 4.2.1
Bedrijven
Bij de vaststelling van besluit en op het gebied van de ruimtelijke ordening zoals o.a.v een bestemmingsplan moet met het Besluit externe veiligheid (Bevi) rekening worden gehouden. Binnen het plangebied wordt de vestiging van (risicovolle) bedrijven uitgesloten. In de directe omgeving van het plangebied zijn geen risicovolle bedrijven gevestigd. 4.2.2
Transport
Wegverkeer Het plangebied is gelegen op dusdanige afstand van de A58 dat transport van gevaarlijke stoffen over deze weg voor het betreffende gebied geen risico's met zich meebrengt.
onherroepelijkI Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna) Gemeente Eindhoven
13
Railverkeer, waterwegen en buisleidingen Het plangebied ligt buiten het onderzoeksgebied voor risico's die verbonden zijn aan het vervoer van gevaarlijke stoffen over het spoor, waterwegen en buisleidingen. Luchtverkeer Het plangebied is gelegen op enige afstand van Eindhoven Airport/Vliegbasis Eindhoven. Deze vliegbasis is een militair vliegveld met medegebruik door de burgerluchtvaart. De luchtvaart wordt beschouwd als een risicovolle activiteit. De risico's ten gevolge van het vliegveld worden veroorzaakt door het opstijgen en landen van (militaire) vliegtuigen. Om kwetsbare bestemmingen (woningen, scholen, recreatieterreinen, bedrijven, kantoren, enzovoorts) tegen luchtvaartactiviteiten te beschermen, is op rijksniveau een beleid voor externe veiligheid geformuleerd. Het beleid dat ontwikkeld wordt om de veiligheid voor de omgeving van een luchthaven te optimaliseren, heeft enerzijds betrekking op de omgeving zelf, anderzijds heeft het beleid betrekking op veiligheid aan de bron. Het opstijgen en landen van (militaire) vliegtuigen De huidige wetgeving (Luchtvaartwet) kent geen normstelling en beoordelingskader voor externe veiligheid in het kader van startende en landende vliegtuigen. Naar verwachting treedt met ingang van 1 april 2009 de nieuwe Wet luchtvaart in werking. Alsdan zal ten aanzien van het plaatsgebonden risico en (beperkt) kwetsbare objecten wetgeving gelden voor burgerluchthavens. Met ingang van die datum kan de minister van Defensie die normstelling ook van toepassing verklaren voor militaire luchthavens middels het Besluit militaire luchthavens en/of het Luchthavenbesluit. Op 29 december 2007 is het Besluit tot aanwijzing van het militaire luchtvaartterrein Eindhoven in werking getreden. In dit besluit wordt tevens de geluidszone vastgesteld. Voorafgaande aan deze procedure is een milieueffectrapportage (m.e.r.) uitgevoerd. In het Milieueffectrapport Militair Luchtvaartterrein Eindhoven (MER) zijn de gevolgen voor geluid, de luchtkwaliteit en externe veiligheid weergegeven voor de maximaal mogelijke gebruiksruimte van de luchthaven. Echter in werkelijkheid wordt daarvan door de militaire- en de burgerluchtvaart tot nu tot slechts 20-25% gebruikt. Het aanwijzingsbesluit komt overeen met het planalternatief 2 van het MER. In het MER zijn de plaatsgebonden risicocontouren bepaald en het Totaal Risico Gewicht (TRG). Op basis van planalternatief 2 is de plaatsgebonden 10-6/jr risicocontour niet over onderhavig plangebied gelegen. Plaatsgebonden risicocontouren Uit overleg met het rijk (d.d. 25-08-2006: ministeries van Defensie, Verkeer en Waterstaat, Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, Economische Zaken), provincie en Samenwerkingsverband Regio Eindhoven (SRE) is duidelijk geworden dat voor militaire luchthavens - al dan niet met burgerlijk medegebruik - een zogenaamd belemmeringengebied gaat gelden. Dit belemmeringengebied zal voor vliegbasis Eindhoven in principe de 10-6/jr contour van planalternatief 2 uit het Milieueffectrapport Militair Luchtvaartterrein Eindhoven beslaan. De minister van VROM heeft gedeputeerde staten van Noord-Brabant in een brief van december 2006 gevraagd voor vliegbasis Eindhoven voor de 10-6/jr contour interimbeleid te voeren naar analogie van het door het ministerie van VROM ingestelde interimbeleid voor burgerluchthavens. Onderhavig plangebied ligt niet binnen de 10-6/jr contour. Groepsrisico Momenteel is het nog niet duidelijk of het rijk rondom luchthavens ook het groepsrisico als norm/toetsingskader wil hanteren. Het is naar analogie van andere risicobronnen (bedrijven, transportassen) mogelijk om het groepsrisico te bepalen. In een proef voor luchthaven Schiphol is dit recentelijk gedaan. Het ministerie van VROM bekijkt momenteel of op basis van deze proef het groepsrisico bij Schiphol als ruimtelijk toetsingskader zal worden ingesteld. Tevens wordt daarbij onderzocht of de bij Schiphol te hanteren norm, al dan niet aangepast, gaat gelden voor regionale vliegvelden. Het groepsrisico geldt vooralsnog dus niet als norm of toetsingskader. Onderhavig plangebied ligt in het invloedsgebied van de vliegbasis Eindhoven. 14
onherroepelijkI Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna) Gemeente Eindhoven
4.3
Bodem
Voor het gebruik van de gronden als parkeerterrein is geen bodemonderzoek nodig. De bodem is geschikt voor gebruik.
4.4
Natuur
Ingevolge het Groenbeleidsplan 2001 (GBP) is onderhavig plangebied aangemerkt als 'structureel groen op stedelijk niveau'. Aantasting van dit groen kan enkel aan de orde zijn als er sprake is van een dringend maatschappelijk belang. Indien in het uiterste geval geen andere keuze staat, dient compensatie plaats te vinden. De sauna aan de overzijde van de Fakkellaan heeft 25 parkeerplaatsen aan de voorzijde van de sauna. In de praktijk blijkt dit aantal parkeerplaatsen onvoldoende en daarom wordt vaak in de directe omgeving geparkeerd. Uitbreiding van de parkeervoorziening op eigen terrein van de sauna is niet mogelijk. Ook is het niet aan te bevelen om de huidige parkeerplaats uit te breiden op de strook grond ten westen van het bestaande parkeerterrein omwille van verkeersveiligheid en doelmatigheid in verband met de aldaar aanwezige bomen. Om deze situatie structureel te verbeteren wordt het mogelijk gemaakt een parkeerplaats met 44 parkeerplaatsen te realiseren ter plaatse van voorliggend plangebied. De oppervlakte van het plangebied (ca 1.150 m²) wordt gecompenseerd buiten onderhavig plangebied. Het wordt gecompenseerd op een perceel voor (aan de oostzijde) de Politieacademie (Vijfkamplaan 31) op de hoek van de Fakkellaan en de Vijfkamplaan.
onherroepelijkI Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna) Gemeente Eindhoven
15
Hoofdstuk 5
5.1
Waterparagraaf
Inleiding
Met deze waterparagraaf wordt voldaan aan het bepaalde in artikel 3.1.6, lid 1, onder c, van het Besluit ruimtelijke ordening. Deze waterparagraaf is tot stand gekomen met een werkwijze volgens de Handreiking Watertoets. Er wordt gewerkt op basis van documenten die zijn vastgelegd met instemming van het Waterschap De Dommel en de Provincie Noord-Brabant (Gemeentelijk rioleringsplan) of zelfs mede worden ondertekend door deze partijen (Waterplan).
5.2
Gemeentelijk beleid
Gemeentelijk rioleringsplan (GRP) Het huidige GRP, dat door gemeenteraad in oktober 2006 is vastgesteld , kent een geldigheidsduur tot en met 2010. Het GRP bevat de geplande activiteiten voor het beheer en onderhoud van het rioolstelsel en bevat maatregelen ter verbetering van de oppervlaktewaterkwaliteit en het hydraulisch functioneren van het rioolstelsel. Deze maatregelen bestaan vooral uit het afkoppelen van verhard oppervlak waarbij het regenwater gescheiden van afvalwater wordt ingezameld, zoveel mogelijk wordt geborgen en afgevoerd naar het oppervlaktewater. Waterplan Het Waterplan is een plan dat is opgesteld door de gemeente Eindhoven, waterschap De Dommel, provincie Noord-Brabant en waterleidingbedrijf BrabantWater. Het plan omvat drie delen. Het “Visiedocument” (vastgesteld door de gemeenteraad op 26 januari 2004) geeft het gezamenlijk streefbeeld van de waterpartijen weer. Het deel “Taken en Bevoegdheden” regelt de (verdeling van de) verantwoordelijkheden voor het stedelijk water tussen de vier waterpartijen. Het deel “Maatregelen” geeft de projecten weer die de komende jaren uitgevoerd worden. Deze projecten zijn ingedeeld naar de vier thema´s (programmalijnen) van het Visiedocument. Het gehele Waterplan is bestuurlijk bekrachtigd met een convenant in januari 2006. Eén van de belangrijkste doelstellingen uit het Waterplan is het realiseren van een waternetwerk in de stad .
5.3
Beleid waterschap en provincie
Het Waterschap De Dommel heeft het Waterbeheersplan 2001-2004 “Door water gedreven” vastgesteld waarin de activiteiten en doelstellingen van het Waterschap zijn opgenomen. Voorts geeft het Waterschap in de beleidsnota “Samen werken aan stedelijk water” inzicht in hoe het stedelijk waterbeheer verder inhoud zal worden gegeven. In de Inrichtingsvisies geeft het Waterschap voor de stroomgebieden de geplande ontwikkelingen weer. Dit dient voor het Waterschap als toetsingskader voor de plannen die door derden in het stroomgebied worden opgesteld (waterhuishouding en ecosysteem). Tenslotte is de Keur Oppervlaktewateren 2005 van belang. Hierin wordt het beheer en het onderhoud van watergangen geregeld (bijvoorbeeld betreffende onderhoudsstroken) en is aangegeven wanneer een vergunning of melding verplicht is. De provincie Noord-Brabant onderscheidt drie lagen voor beleidsafwegingen in ruimtelijke planvorming. De onderste laag is het bodem-watersysteem. De provincie Noord-Brabant heeft het provinciaal Waterhuishoudingsplan (partiële herziening 2003-2006) vastgesteld. Van belang zijn met name de thema´s: water in bebouwd gebied, het verbeteren van de waterkwaliteit en de inrichting van waterlopen. De provincie is ook het bevoegd gezag voor het verlenen van vergunningen voor de onttrekking van grondwater. Daarnaast is in het kader van het Nationaal Bestuursakkoord Water een deelstroomvisie voor Oost-Brabant opgesteld die de gebieden aangeeft waar o.a. ruimte voor waterberging gezocht wordt of benodigd is.
16
onherroepelijkI Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna) Gemeente Eindhoven
5.4
Beschrijving watersysteem plangebied
De grond waarop de parkeerplaats is geprojecteerd is onverhard en bestaat momenteel uit gazon. Uit gegevens van het grondwatermeetnet blijkt de hoogste grondwaterstand ca. 0,8 m onder het maaiveld te liggen.
5.5
Toekomstige situatie van het watersysteem
Bij nieuwe ontwikkelingen dient het principe “waterneutraal bouwen” te worden gehanteerd. Dat wil zeggen dat bij herstructureringen of zogenaamde inbreidingen regenwater dient te worden geborgen en geleidelijk te worden afgevoerd. Een tweede principe welke wordt gehanteerd is het voorkomen van verontreiniging van schoon oppervlakte water. Het saneren van de waterbodems van oppervlaktewateren heeft een positieve uitwerking op de waterkwaliteit. De gemeente Eindhoven heeft een meerjarenprogramma opgesteld, daarin zijn de oppervlaktewateren van dit plangebied meegenomen. Op de locatie langs de Fakkellaan wordt een parkeerplaats van ca. 912 m2 gerealiseerd. De parkeerplaats wordt enigszins verdiept aangelegd op ca. 0,30 m onder het huidige maaiveld. Er wordt rekening gehouden met het aansluiten van de hemelwaterafvoer van het terrein op den og te realiseren waterstructuur "Eindhoven Noord" (gepland langs de Vijfkamplaan). Waterstructuur Eindhoven Noord wordt in 2011 gerealiseerd. Indien de parkeerplaats eerder wordt aangelegd dan wordt deze tijdelijk aangesloten op het gemengde rioolstelsel. Oppervlaktes
Huidig m2
Toekomstig m2
daken
0
0
terrein verharding
0
912
onverhard terrein
912
0
totaal
912
912
overzicht huidige en toekomstige situatie verhardingen Gevolgen voor/ door de waterhuishouding Door realisatie van de parkeerplaats wordt extra verhard oppervlak tijdelijk op het gemengde rioolstelsel en later eventueel op de nieuw te realiseren waterstructuur aangesloten. In maart 2009 is met Waterschap de Dommel gestart met overleg over dit plan. Naar aanleiding van dit overleg is afgesproken dat het hemelwater tijdelijk op het gemengde rioolstelsel mag worden aangesloten maar in de eindsituatie op de waterstructuur Eindhoven Noord wordt aangesloten. Op 14 april 2009 heeft Waterschap de Dommel ingestemd met de maatregel en is het wateradvies afgedaan.
onherroepelijkI Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna) Gemeente Eindhoven
17
Hoofdstuk 6
6.1
Juridische vormgeving
Algemeen
Het bestemmingsplan "I Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna)" is te typeren als een gedetailleerd plan. De methodiek van het bestemmingsplan is gebaseerd op de SVBP2008 en het handboek van de gemeente Eindhoven.
6.2
Planmethodiek
Er is, volgens de Wro, gekozen voor een analoge en digitale verbeelding van het plan. Aan de bestemmingen zijn bouw- en gebruiksregels gekoppeld die direct inzichtelijk maken welke ontwikkelingen zijn toegestaan. Verbeelding en regels bieden een directe bouwtitel voor bebouwing en gebruik.
6.3
Verbeelding
In de analoge en digitale verbeelding hebben alle gronden binnen het plangebied een bestemming gekregen. Binnen een bestemming kunnen nadere aanduidingen zijn aangegeven. Ten behoeve van de leesbaarheid is het plan wel op een topografische ondergrond gelegd. De (dubbel)bestemmingen en de aanduidingen zijn ingedeeld in de hoofdgroepen volgens de SVBP2008 en zijn bij de verbeelding opgenomen in een legenda. Opgemerkt wordt nog dat de analoge en digitale verbeelding qua verschijning van elkaar verschillen, immers de wijze van raadplegen is ook verschillend. Inhoudelijk zijn geen verschillen te vinden.
6.4
Planregels
De planregels zijn ondergebracht in inleidende regels, in bestemmingsregels, in algemene regels en in overgangs- en slotregels. Hoofdstuk 1 zijn de Inleidende regels. Deze bestaan uit begrippen en de wijze van meten, teneinde te voorkomen dat discussie ontstaat over de interpretatie van de regels. In de Begrippen (artikel 1) wordt een omschrijving gegeven van de in de regels gehanteerde begrippen. Als gebruikte begrippen niet in deze lijst voorkomen, dan geldt de uitleg/interpretatie conform het dagelijks taalgebruik. In het artikel over de "Wijze van meten" (artikel 2) worden de te gebruiken meetmethodes vastgelegd. In Hoofdstuk 2 zijn de Bestemmingsregels opgenomen. De regels bij de bestemmingen worden hierna afzonderlijk toegelicht. Artikel 3 zijn de gronden die zijn bestemd voor `Verkeer - Verblijfsgebied'. Het hele plangebied is als zodanig bestemd omdat op deze gronden een parkeerterrein is voorzien. Binnen deze bestemming zijn ook mogelijk voet- en fietspaden en woonstraten, alsmede de bij deze bestemming behorende groenvoorzieningen, waterhuishoudkundige voorzieningen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde. Op deze gronden mogen in beginsel geen gebouwen worden gerealiseerd. Bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn enkel tot een maximale bouwhoogte toegestaan.
18
onherroepelijkI Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna) Gemeente Eindhoven
Artikel 4 zijn de gronden met de dubbelbestemming 'Leiding - Hoogspanningsverbinding'. Direct ten noorden van het plangebied loopt het tracé van een bovengrondse hoogspanningsleiding. Aan weerszijden van de as van deze leiding is een strook van 20 meter waarbinnen een aantal belemmeringen geldt ten aanzien van o.a. bebouwing en opstallen, hoog opgroeiende beplanting en werkzaamheden. Op of in deze gronden zijn daarom enkel bouwwerken ten dienste van de hoogspanningsleiding toegestaan. Burgemeester en wethouders kunnen onder voorwaarden van dit bouwverbod afwijken. Verder geldt het vereiste van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde ter plaatse van deze dubbelbestemming. Deze zone van de hoogspanningsleiding ligt over het gehele plangebied. In Hoofdstuk 3 zijn de Algemene regels opgenomen. Artikel 5 Anti-dubbeltelregel. Dit artikel dient te voorkomen dat situaties ontstaan welke niet in overeenstemming zijn met de bedoeling van het plan. Derhalve mag een zelfde perceel grond slechts eenmaal bij de aanvraag van een omgevingsvergunning worden betrokken. Artikel 6 Algemene afwijkingsregels Dit artikel, gebaseerd op artikel 3.6 Wet ruimtelijke ordening, heeft tot doel enige flexibiliteit in de regels aan te brengen. Tevens zijn de procedureregels voor deze afwijkingen opgenomen in dit artikel. In Hoofdstuk 4 zijn de Overgangs- en slotregels opgenomen. In Artikel 7 is het Overgangsrecht opgenomen ten aanzien van het gebruik en bouwwerken. Deze regels zijn gebaseerd op artikelen 3.2.1. en 3.2.2. van het Besluit ruimtelijke ordening. In Artikel 8 is de Slotregel opgenomen.
onherroepelijkI Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna) Gemeente Eindhoven
19
Hoofdstuk 7
Handhaving
Politiek en samenleving onderkennen steeds nadrukkelijker de cruciale rol van handhaving bij het met elkaar verbinden van werkelijkheid en regels. Met dit groeiend besef van het belang van handhaving en de jurisprudentie in het bestuursrecht waarin steeds meer de beginselplicht tot handhaven is uitgesproken, wordt de noodzaak van een handhavingsbeleid benadrukt. De beleidsmatige grondslag voor de handhavingstaak van de gemeente Eindhoven is neergelegd in de Gemeentebrede handhavingnota gemeente Eindhoven, door de raad vastgesteld op 5 november 2001. In deze nota zijn de doelstellingen en de uitgangspunten van het handhavingsbeleid geformuleerd. Een eerste vereiste voor een goede handhaving is een handhaafbaar bestemmingsplan. Bij het ontwikkelen van de standaardregels voor het stedelijk gebied van Eindhoven is daarom gekozen voor een zo helder mogelijke juridische methodiek. De regels zijn zo geredigeerd, dat deze in de toetsingspraktijk goed hanteerbaar zijn. Planregels dienen duidelijke normen te bevatten die niet voor verschillende uitleg vatbaar zijn en tevens actueel en controleerbaar zijn. Teneinde hieraan te voldoen zijn de regels aangepast aan de meest recente jurisprudentie en wetgeving (bijv. Woningwet en de SVBP2008). Dit biedt voldoende garanties voor de rechtszekerheid en de flexibiliteit van de nieuwe bestemmingsplannen. Tevens wordt hiermede voldaan aan het in het handhavingsbeleid geformuleerde uitgangspunt dat normstellingen handhaafbaar dienen te zijn. In het voorliggende bestemmingsplan is het actuele ruimtelijk beleid van Eindhoven vastgelegd, toegespitst op het plangebied. Het bestemmingsplan bevat een juridisch toetsingskader voor het behoud en de ontwikkeling van de ruimtelijke kwaliteit. Om deze kwaliteit voor de planperiode te kunnen garanderen is vereist, dat in de praktijk de planregels strikt worden toegepast en gehandhaafd. Goede voorlichting en informatievoorziening dragen bij aan een verbetering in de naleving van de bestemmingsplannen.
20
onherroepelijkI Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna) Gemeente Eindhoven
Hoofdstuk 8
Financiële aspecten
De ontwikkeling wordt betaald door de eigenaar van de sauna. Hiervoor zal een erfpachtovereenkomst worden afgesloten. Op basis van artikel 6.12 Wro is het verplicht om een exploitatieplan op te stellen, tenzij het kostenverhaal anderszins verzekerd is. Onder anderszins verzekerd wordt tevens verstaan een privaatrechtelijke (anterieure) overeenkomst. Deze erfpachtovereenkomst kan tevens worden aangemerkt als anterieure overeenkomst zoals bedoeld in artikel 6.12 Wro. Het plan is derhalve economisch uitvoerbaar.
onherroepelijkI Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna) Gemeente Eindhoven
21
Hoofdstuk 9 Procedure en maatschappelijke uitvoerbaarheid
9.1
Bekendmaking ex artikel 1.3.1 Bro
Artikel 1.3.1. van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) verplicht burgemeester en wethouders om een aankondiging te doen als het voornemen bestaat een bestemmingsplanherziening voor te bereiden. Deze bekendmaking voor voorliggende bestemmingsplanherziening heeft plaatsgevonden in het huis-aan-huisblad 'Groot Eindhoven' d.d. 18 maart 2009. Daarin is aangegeven dat burgemeester en wethouders voornemens zijn een herziening van het bestemmingsplan Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats) voor te bereiden.
9.2
Overleg ex artikel 3.1.1 Bro
Gelet op de bestuurlijke zorgvuldigheid moet bij een herziening van het bestemmingsplan het bestuursorgaan overleg voeren met elke instantie die enig belang behartigt dat naar redelijke en geobjectiveerde maatstaven in het geding zijn bij de betreffende bestemmingsplanherziening. Betrokken partijen dienen er voor te zorgen dat dit overleg in verhouding staat tot de aard en de omvang van de herziening van het bestemmingsplan. Als het gaat om een bestemmingsplanherziening van geringe omvang dan wel van in planologisch opzicht ondergeschikt belang, waarbij niet of in geringe mate herschikking van de betrokken belangen aan de orde is, kan het bestuursorgaan dat belast is met de bestemmingsplanherziening, afzien van het overleg. Bij voorliggende bestemmingsplanherziening is overleg als bedoeld in artikel 3.1.1. van het Bro niet nodig omdat er niet direct belangen van andere overheidsinstanties in het geding zijn. Uitzondering hierop is het overleg met het waterschap De Dommel, zoals beschreven in Hoofdstuk 5.
9.3
Inspraak
Met ingang van 1 oktober 2008 is de 'Verordening Samenspraak en Inspraak gemeente Eindhoven' in werking getreden. Op grond van deze verordening wordt inspraak verleend bij de voorbereiding van gemeentelijk beleid. Elk bestuursorgaan besluit ten aanzien van zijn eigen bevoegdheden of inspraak wordt verleend. In beginsel wordt voor bestemmingsplanherzieningen inspraak verleend, tenzij het gaat om een bestemmingsplanherziening van in planologisch opzicht ondergeschikt belang. Omdat voorliggende bestemmingsplanherziening in planologisch opzicht van ondergeschikt belang is, op instigatie van de omgeving is opgesteld en een informatieavond is gehouden voor de omwonenden voordat het ontwerp-bestemmingsplan ter visie is gelegd, is geen inspraak verleend voor onderhavig bestemmingsplan. Voordat het ontwerp bestemmingsplan ter visie is gelegd, is een inloopavond op 20 mei 2009 georganiseerd voor omwonenden en bewonersorganisaties. Tijdens deze inloopavond zijn de plannen voorgelegd en is informatie hierover gegeven. Ook is een aantal schriftelijke reacties gegeven. De plannen zijn in het algemeen goed ontvangen, met uitzondering van een aantal bewoners van de flat tegenover de nieuwe parkeerplaats (Japiksestraat 74 t/m 108). Een verslag met daarin de schriftelijk reacties op de plannen en een antwoord van de gemeente is voorgelegd aan het college van burgemeester en wethouders en verzonden aan degene die een (schriftelijke) reactie hebben ingediend.
22
onherroepelijkI Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna) Gemeente Eindhoven
Bijlage
onherroepelijkI Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna) Gemeente Eindhoven
23
Bijlage 1 Verkeersonderzoek SEN
24
onherroepelijkI Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna) Gemeente Eindhoven
Regels
onherroepelijkI Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna) Gemeente Eindhoven
25
Hoofdstuk 1
Artikel 1 1.1
Inleidende regels
Begrippen
plan
het bestemmingsplan I Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna) van de gemeente Eindhoven. 1.2
bestemmingsplan
de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0772.80014-0501 met de bijbehorende regels (en eventuele bijlagen); 1.3
aanduiding
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden. 1.4
aanduidingsgrens
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft. 1.5
bebouwing
één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde. 1.6
bebouwingspercentage
een aangegeven percentage, dat de grootte van het deel van het bouwvlak aangeeft dat maximaal mag worden bebouwd. 1.7
bestaand
bij bouwwerken: bestaand ten tijde van inwerkingtreding van het bestemmingsplan als ontwerp; bij gebruik: bestaand ten tijde van inwerkingtreding van het desbetreffende gebruiksverbod; bij verkeersdoeleinden: de ligging van, en het aantal rijbanen ten tijde van inwerkingtreding van het bestemmingsplan. 1.8
bestemmingsgrens
de grens van een bestemmingsvlak. 1.9
bestemmingsvlak
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming. 1.10
bouwen
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats. 1.11
bouwgrens
de grens van een bouwvlak. 1.12
bouwperceel
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
26
onherroepelijkI Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna) Gemeente Eindhoven
1.13
bouwperceelgrens
een grens van een bouwperceel. 1.14
bouwvlak
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten. 1.15
bouwwerk
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond. 1.16
gebouw
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt. 1.17
gebruiken
het gebruiken, in gebruik geven of laten gebruiken. 1.18
peil
0.30 m boven de kruin van de weg. 1.19
verbeelding
de verbeelding, nummer 80014, deel uitmakend van het bestemmingsplan I PrinsejagtDriehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna);
onherroepelijkI Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna) Gemeente Eindhoven
27
Artikel 2
Wijze van meten
Bij toepassing van deze voorschriften wordt als volgt gemeten: 2.1
de bouwhoogte van een bouwwerk:
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen. 2.2
de oppervlakte van een bouwwerk:
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
28
onherroepelijkI Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna) Gemeente Eindhoven
Hoofdstuk 2
Artikel 3 3.1
Bestemmingsregels
Verkeer - Verblijfsgebied
Bestemmingsomschrijving
De voor `Verkeer - Verblijfsgebied´ aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. parkeervoorzieningen; b. voet- en fietspaden; c. woonstraten; met daarbij behorende: d. groenvoorzieningen; e. waterhuishoudkundige voorzieningen; f. bouwwerken, geen gebouwen zijnde. 3.2
Bouwregels
3.2.1
Gebouwen
Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd. 3.2.2
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, anders dan rechtstreeks voor de geleiding, beveiliging en regeling van het verkeer, gelden de volgende regels: a. de maximale bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen is 2 meter; b. de maximale bouwhoogte van lichtmasten is 5 meter; c. de maximale bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, is 5 meter. 3.3
Nadere eisen
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en afmetingen van de bebouwing, voor de verkeersveiligheid of sociale veiligheid.
3.4
Procedureregels
Bij het nemen van een besluit omtrent een nadere eis als bedoeld in lid 3.3 nemen burgemeester en wethouders de volgende regels in acht: a. het ontwerpbesluit ligt, met bijbehorende stukken, gedurende twee weken ter inzage; b. van de terinzagelegging wordt tevoren in één of meer dag-, nieuws- of huis-aan-huisbladen, of op een andere geschikte wijze kennisgegeven; c. de kennisgeving houdt mededeling in van de mogelijkheid tot het indienen van zienswijzen; d. gedurende de onder a genoemde termijn kunnen belanghebbenden bij het college van burgemeester en wethouders zienswijzen indienen tegen het ontwerpbesluit.
onherroepelijkI Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna) Gemeente Eindhoven
29
Artikel 4 4.1
Leiding - Hoogspanningsverbinding
Bestemmingsomschrijving
De voor `Leiding - Hoogspanningsverbinding´ aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor: a. hoogspanningsleiding; met daarbij behorende: b. bouwwerken, geen gebouwen zijnde. 4.2
Bouwregels
Op of in deze dubbelbestemming begrepen gronden zijn uitsluitend toegestaan bouwwerken ten dienste van de leidingen. 4.3
afwijking bouwregels
Burgemeester en wethouders kunnen, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van het doelmatig functioneren van de leiding, afwijken van het bepaalde in lid 4.2 en toestaan dat bouwwerken ten behoeve van de op deze gronden liggende basisbestemmingen worden gebouwd, mits vooraf advies wordt ingewonnen van de betreffende leidingbeheerder. Bij het bouwen zijn de regels van de betreffende bestemming van toepassing. 4.4
omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde
4.4.1
omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde vereist
Het is verboden op of in de gronden met de dubbelbestemming 'Leiding Hoogspanningsverbinding' zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde) de volgende werken en werkzaamheden uit te voeren: a. het aanbrengen van hoogopgaande beplanting of bomen; b. het aanbrengen van bovengrondse constructies, installaties of apparatuur hoger dan 2,5 m; c. het opslaan van materialen of stoffen, die onder bepaalde omstandigheden gevaar van brand of explosie kunnen opleveren; d. het ophogen en egaliseren, bodemverlaging of afgraven of anderszins wijzigen in maaiveld of weghoogte. 4.4.2
Uitzonderingen op het vergunningvereiste
Het in lid 4.4.1 vervatte verbod geldt niet voor werken en werkzaamheden: a. waarvoor ten tijde van de inwerkingtreding van het bestemmingsplan omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde is verleend; b. welke ten tijde van de inwerkingtreding van het bestemmingsplan in uitvoering waren; c. welke betreffen het normale onderhoud van leidingen. 4.4.3 Criteria voor verlenen omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde De in lid 4.4.1 genoemde vergunning wordt slechts verleend, indien door de genoemde werken en werkzaamheden geen veiligheidsrisico´s ontstaan en de betreffende leiding niet wordt aangetast; dienaangaande vragen burgemeester en wethouders advies van de betreffende leidingbeheerder.
30
onherroepelijkI Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna) Gemeente Eindhoven
4.5
Procedureregels
4.5.1 Procedureregel omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde Bij het nemen van een besluit omtrent een aanvraag om een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde als bedoeld in lid 4.4.1 nemen burgemeester en wethouders de volgende regels in acht: a. het verzoek om een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde ligt, met bijbehorende stukken, gedurende één week ter inzage; b. van de terinzagelegging wordt tevoren in één of meer dag-, nieuws-, of huis-aan-huisbladen, of op een andere geschikte wijze kennisgegeven; c. de kennisgeving houdt mededeling in van de mogelijkheid tot het indienen van zienswijzen; d. gedurende de onder a genoemde termijn kunnen belanghebbenden bij het college van burgemeester en wethouders zienswijzen indienen tegen het voornemen om een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde te verlenen.
onherroepelijkI Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna) Gemeente Eindhoven
31
Hoofdstuk 3
Artikel 5
Algemene regels
Anti-dubbeltelregel
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
32
onherroepelijkI Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna) Gemeente Eindhoven
Artikel 6
6.1
Algemene afwijkingsregels
Binnenplans afwijken
Burgemeester en wethouders kunnen, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie, de milieusituatie, de verkeersveiligheid, de sociale veiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, afwijken van: a. de bij recht in de regels gegeven maten, afmetingen, percentages tot niet meer dan 10 % van die maten, afmetingen en percentages; b. de bestemmingsbepalingen ten aanzien van de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, en toestaan dat de hoogte van de bouwwerken, geen gebouwen zijnde, wordt vergroot tot niet meer dan 9 m, met dien verstande dat de hoogte van erfafscheidingen niet meer mag bedragen dan 2 m; c. de regels met het oog op de realisering van gebouwen ten behoeve van nutsvoorzieningen, het openbaar vervoer en/of het wegverkeer. d.
onherroepelijkI Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna) Gemeente Eindhoven
33
Hoofdstuk 4
Artikel 7 7.1
Overgangs- en slotregels
Overgangsrecht
Overgangsrecht bouwwerken
Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot, a. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd; b. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan. 7.2
Binnenplans afwijken
Burgemeester en wethouders kunnen eenmalig afwijken van lid 7.1 voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in lid 7.1 met maximaal 10%. 7.3
Uitzondering op het overgangsrecht bouwwerken
Lid 7.1 is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan. 7.4
Overgangsrecht gebruik
Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet. 7.5
Strijdig gebruik
Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in lid 7.1, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind. 7.6
Verboden gebruik
Indien het gebruik, bedoeld in lid 7.1, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten. 7.7
Uitzondering op het overgangsrecht gebruik
Lid 7.1 is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
34
onherroepelijkI Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna) Gemeente Eindhoven
Artikel 8
Slotregel
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan I Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna).
onherroepelijkI Prinsejagt-Driehoeksbos 2004 (parkeerplaats sauna) Gemeente Eindhoven
35