1
HO! NET YN’E KLIKO! ‘Dorpenpilot Lokale Kringlopen’ april 2015 Initiatief van vier duurzame dorpen: Eastermar, Gytsjerk, Oentsjerk en Heeg
HO! NET YN’E KLIKO! Dorpenpilot Lokale Kringlopen, april 2015
2
1. Inleiding 1.1 Achtergrond Eind 2013 (9 december) en begin 2014 (27 januari, 3 maart en 17 maart) vond een viertal bijeenkomsten plaats onder de vlag van het Netwerk Duurzame Dorpen. Tijdens de bijeenkomsten gingen vertegenwoordigers van een aantal Friese dorpen en wijken gezamenlijk op zoek naar mogelijke bewonersactiviteiten op het gebied van lokale grondstofkringlopen. Een eerste inventarisatieronde gaf aan dat er weinig tot geen bestaande bewonersinitiatieven zijn op het gebied van lokale kringlopen en dat alle aanwezige dorpen en wijken nog zoekend waren naar geschikte activiteiten om op lokaal niveau op te pakken. Tijdens de tweede bijeenkomst was Aucke Bergsma van afvalinzamelaar Omrin aanwezig om relevante informatie vanuit Omrin met de dorpen en wijken te delen. Hieruit bleek dat er nog grote slagen te maken zijn als het om afvalbewustzijn en afval scheiden gaat. In de loop van de eerste twee bijeenkomsten ontstond een groep van vier dorpen die gezamenlijk aan de slag willen met een dorpen-pilot: Eastermar, Gytsjerk, Griene Geaen (=verzameling van meerdere dorpen) en Heeg. Deze vier dorpen liggen in de twee gemeenten Tytsjerksteradiel en Súdwest Fryslân. Op de derde bijeenkomst waren daarom afvalbeleidsmedewerkers van deze twee Friese gemeenten uitgenodigd om vanuit hun gemeentelijk perspectief informatie te geven en mee te denken. Beide medewerkers gaven aan een dorpenpilot interessant te vinden en zijn bereid mee te denken vanuit hun gemeenten als de dorpen met een concreet voorstel komen. De vertegenwoordigers van de vier dorpen zijn daarna nog meerdere keren bij elkaar geweest om de dorpenpilot verder uit te werken. In oktober 2014 trok De Griene Geaen zich terug uit het project. Koudum was belangstellend maar zag na enige tijd toch af van deelname. Balk was belangstellend maar besloot om pas in een later stadium met dit thema aan de slag te willen gaan. Oenkerk besloot aan te haken en is nog steeds actief deelnemer. De groep dorpen die nu samen actief de campagne in gaat bestaat uit: Gytsjerk, Oenkerk, Eastermar en Heeg.
1.2 Probleemstelling Maar liefst de helft van ons huishoudelijk restafval bestaat uit recyclebaar afval dat eigenlijk gescheiden weggegooid had moeten worden. Het overgrote deel van dit verkeerd weggegooide afval bestaat uit GFT en papier. Papier kan door de Friese afvalverwerker Omrin niet nagescheiden worden. Dit probleem geldt ook nog voor 4 andere fracties: textiel, elektrische apparaten, Klein Chemisch Afval en verpakkingsglas. Eenmaal in het (natte) restafval kunnen deze 5 fracties er niet meer goed uitgehaald worden en gaan ze mee de verbrandingsoven in. Zonde van de grondstoffen en zonde van het geld. Voor GFT geldt dat het door Omrin wel nagescheiden kan worden en daarna vergist (met groen gas als resultaat), maar het GFT had hoogwaardiger en goedkoper verwerkt kunnen worden tot compost als het gescheiden was weggegooid. Door te zorgen dat dorpsbewoners deze 6 fracties beter gescheiden gaan weggooien, zal er meer recycling van grondstoffen plaatsvinden en zal de hoeveelheid huishoudelijk restafval afnemen. Om dit voor elkaar te krijgen moeten bewoners zich bewuster worden van en meer kennis krijgen over de verschillende aspecten van ‘afval’. Wat is de waarde van de verschillende afvalstromen als grondstof? Wat zijn de gevolgen van slechte afvalscheiding? Wat hoort er wel en niet bij de verschillende gescheiden in te zamelen fracties? HO! NET YN’E KLIKO! Dorpenpilot Lokale Kringlopen, april 2015
3
2. Doel en doelgroep 2.1 Doel van de pilot Bovenliggend doel van de dorpenpilot is te ontdekken hoe dorpsbewoners gestimuleerd kunnen worden tot het denken in lokale kringlopen en het handelen daarnaar. Direct en concreet doel van de dorpenpilot is het verminderen van het huishoudelijk restafval in de dorpen met 25 % (in kg), in een jaar tijd. Deze reductie willen de dorpen bereiken door in te zetten op betere scheiding van Papier, Textiel, GFT, elektrische apparaten, Klein Chemisch Afval en Verpakkingsglas. Maar in het algemeen minder afval produceren mag natuurlijk ook.
2.2 Doelgroep Primaire doelgroep van dit project zijn de bewoners van de dorpen Eastermar, Gytsjerk, Oenkerk en Heeg. Secundaire doelgroep zijn de bewoners van andere dorpen en wijken.
3. Aanpak 3.1 Strategie De pilotdorpen willen hun doel bereiken door het ontwikkelen en uitvoeren van een campagne. Ingrediënten voor de campagne zullen zijn: - Een campagneduur van één jaar. - Het per dorp maken van resultaatafspraken met de eigen gemeente. - Het per dorp meten/bepalen van de nulsituatie en de eindsituatie. - Voorlichtingsmaterialen voor dorpsbewoners over het hoe en waarom van beter scheiden van de 6 afvalfracties en het zoveel mogelijk lokaal verwerken van groenafval. - Allerlei ‘eigen’, bij het dorp passende, activiteiten die bijdragen aan het halen van de doelstelling.
3.2 Verloop van de pilot in grote lijnen Gewenst verloop van de pilot is 1) dat de vier dorpen een gezamenlijk plan ontwikkelen voor een actieperiode (van een aantal maanden) met concrete activiteiten gericht op afval- en grondstofbewustzijn van de dorpsbewoners en gericht op het beter scheiden en daardoor verminderen van huishoudelijk afval; 2) dat de dorpen dit plan gezamenlijk uitvoeren. Elk dorp kan eigen accenten kiezen en eigen activiteiten ontwikkelen bij de uitvoering van de campagne. 3) dat de deelnemende dorpen hun ervaringen tijdens de pilot onderling uitwisselen en dat ze na afronding van de pilot de ervaringen en resultaten delen met andere dorpen en wijken via het Netwerk Duurzame Dorpen, op inspiratie-avonden en via de website van NDD.
HO! NET YN’E KLIKO! Dorpenpilot Lokale Kringlopen, april 2015
4 3.3 Resultaatafspraken met de gemeenten Tegenover het behalen van de reductiedoelstelling zetten de betreffende gemeenten een tegenprestatie die door elk dorp afzonderlijk is omschreven. De tegenprestatievoorstellen van de deelnemende dorpen zijn opgenomen in Bijlage 1.
3.4 Campagne-activiteiten Voor de campagne ontwikkelen de dorpen een aantal activiteiten en producten die in alle dorpen worden ingezet en gebruikt. Daarnaast zal elk dorp deze gezamenlijke activiteiten naar eigen inzicht en wens aanvullen. Door tussentijds regelmatig informatie en ervaringen uit te wisselen kunnen de dorpen elkaar inspireren tot extra activiteiten. Bij de activiteiten zal zoveel mogelijk gebruik gemaakt worden van bestaand voorlichtingsmateriaal. Voor de dorpen gezamenlijk worden ontwikkeld: - Logo en slogan - Containerstickers en een actie daar omheen - 6 Humoristische A3-posters, 1 voor elke fractie - Basisinformatie over de zes afvalfracties om uit te putten bij websites, artikelen en andere communicatie. - Thematische basisartikelen (12 x) voor publicatie in dorpskrant, op websites en social media - Persberichten - Een terugkerende prijsvraag voor individuele burgers - Een afvalspel voor groepen/teams/scholen - Workshop composteren
3.5 Communicatie Gedurende de gehele campagneperiode zal veel aandacht worden besteed aan communicatie, op allerlei verschillende manieren. Daarbij maken de dorpen zoveel mogelijk gebruik van bestaande communicatiekanalen en –instrumenten. De belangrijkste communicatiekanalen op rij: Groepen binnen het dorp:
Comm. instrumenten:
Locaties:
scholen verenigingen (sport, cultuur, etc) buurtverenigingen dorpskrant websites/facebook (plaatselijk belang, duurzaam …., dorpshuis) lokale/provinciale media (kranten, radio, TV) dorpshuis/centraal cafe supermarkt (of andere middenstand) dokter/gezondheidscentrum
3.6 Meting van de resultaten Om de resultaten van de campagne te kunnen bepalen worden metingen gedaan. Wat wordt gemeten? Gezien alle fluctuaties en onnauwkeurigheden in het meten van afvalinzameling is gekozen voor de meest praktische methode: het meten van het restafval in kilo’s. Als het de dorpen lukt om de recyclebare fracties beter gescheiden in te zamelen dan leidt dit immers vanzelf tot minder restafval.
HO! NET YN’E KLIKO! Dorpenpilot Lokale Kringlopen, april 2015
5 Hoe wordt gemeten? Heeg: De afvalinzameling in Heeg verloopt via meerdere routes. Hierdoor is het niet mogelijk alle huishoudens mee te nemen in de meting. In overleg met de gemeente is gekozen voor een route waarbij de containers van 298 huishoudens worden geleegd. Eastermar en Gytsjerk/Oenkerk: In deze dorpen kunnen alle huishoudens in de meting worden meegenomen. Het restafval van de dorpen Gytsjerk en Oenkerk wordt gezamenlijk gewogen. Hoe vaak wordt gemeten? Met de gemeenten is afgesproken dat er vier metingen zullen plaatsvinden: een nulmeting, een eindmeting en twee tussenmetingen. Geven de metingen een goed beeld? Een enkele meting is een erg wankele basis voor conclusies over de campagneresultaten. De dorpen zullen daarom de meetresultaten bespreken met de gemeenten en Omrin. Wanneer er redenen zijn om te twijfelen aan de representativiteit van de gemeten waarden zullen de dorpen samen met de gemeenten en Omrin een oplossing bedenken voor communicatie over de meetwaarden. Monitoring overige resultaten Ook de overige resultaten van de campagne zullen worden gemonitord. Hierbij staat vooral de vraag centraal welke actie- en voorlichtingsvormen het meest effectief zijn voor het bereiken van de projectdoelen.
4. Organisatie en planning 4.1 Projectorganisatie Contactpersonen Opdrachtgevers Provincie Fryslân: Cees Meijles en Wim Haalboom Netwerk Duurzame Dorpen: Johannes Lankester Leden Projectteam Eastermar: Anne Oosterdijk (Duurzaam Eastermar) Gytsjerk: Wim Haalboom (Dorpsbelang Gytsjerk) Oentsjerk: Paul Palmboom (Dorpsbelang Oentsjerk) Heeg: Freerk Visserman en Marijke Witbraad (Duurzaam Heeg/werkgroep kringlopen) Netwerk Duurzame Dorpen: Johannes Lankester Extern procesbegeleider: Lucie Gelderblom (tevens inwoner van Heeg)
4.2 Samenwerking Waar mogelijk en nodig zal worden samengewerkt met de betrokken gemeenten Súdwest-Fryslân en Tytsjerksteradiel en Omrin. In overleg met de gemeenten zullen de dorpen zoeken naar mogelijkheden om werkzoekenden in te zetten bij campagne-activiteiten. Op landelijk niveau wordt samengewerkt met ‘De Afvalloze Regio’ , een innovatie aanpak van RVO Duurzaam Door waarbinnen dit dorpenproject een pilotstatus heeft (RVO = Rijksdienst Voor Ondernemend Nederland).
HO! NET YN’E KLIKO! Dorpenpilot Lokale Kringlopen, april 2015
6 4.3 Planning Voorbereidingsfase (mei 2014 – voorjaar 2015) In een aantal bijeenkomsten werken de dorpen hun campagneplan uit en ontwikkelen zij de middelen die nodig zijn voor de actieperiode. Uitvoeringsfase (voorjaar 2015 – zomer 2016) De actieperiode gaat van start. Ervaringen en successen worden tussentijds uitgewisseld tussen de pilotdorpen onderling maar ook met andere belangstellende dorpen en wijken. De voortgang en resultaten worden gemonitord en tussentijds gecommuniceerd. Na afloop wordt de actieperiode afgesloten en worden de resultaten bekend gemaakt. Evaluatiefase (medio 2016) Ervaringen en resultaten worden geëvalueerd. De aanpak en adviezen worden beschikbaar gesteld voor uitrol naar andere dorpen en gemeenten. Uitrolfase (najaar 2016 en verder) De ervaringen en resultaten van de pilot en de ontwikkelde aanpak worden actief gedeeld met andere belangstellende dorpen, wijken en gemeenten.
5. Begroting Activiteiten en communicatiematerialen Om het initiatief van de werkgroep in haar voortgang te bevorderen is er voor kosten van activiteiten en communicatie in de periode 2014 tot zomer 2016 € 5.000,- (incl. BTW) beschikbaar gesteld voor de 4 dorpen gezamenlijk, in onderling overleg te besteden. Deze kosten worden gedekt door het Netwerk Duurzame Dorpen. Daar waar nodig hopen we van de gemeenten en Omrin om ondersteuning in natura. Indien er meer kosten noodzakelijk zijn, zullen de dorpen zoeken naar aanvullende financiering in gezamenlijk overleg met de betrokken gemeenten en Omrin. Begeleiding De dorpenpilot wordt begeleid door Lucie Gelderblom, in opdracht en met financiering van de provincie Fryslân.
HO! NET YN’E KLIKO! Dorpenpilot Lokale Kringlopen, april 2015