1
Titus 2
Studie bij de preek van 3 maart 2013 Op basis van Titus 2 Door Hans Euser
Het normale christelijke gemeenteleven --- Vervolg op: Leiderschap in de gemeente n.a.v. Titus 1 --Wat we op de kringen graag willen is elkaar helpen om Jezus te volgen in het leven van elke dag. Hij heeft ons laten zien dat het vooral draait om relaties: met God, met elkaar als gelovigen en met de wereld om ons heen. Volgens de evangeliën bewoog Jezus zich voortdurend vanuit de omgang met zijn Vader (boven), samen met zijn discipelen (binnen), naar de wereld in nood (buiten).
God staat altijd bovenaan: het begint allemaal bij Hem. Onze medegelovigen staan aan de basis van de pijl: we hebben elkaar nodig. De pijlpunt is gericht naar de wereld: God heeft haar lief en daarom trekken wij erop uit.
We hebben in de eerste weken van 2013, met hulp van Habakuk, drie keer nagedacht over onze omgang met God. Nu staan we drie keer stil bij ons samenleven met elkaar als gemeente, vanuit Paulus’ brief aan Titus, de man die dan op Kreta verblijft.
Vanuit de omgang met God … Titus 1:1-5 Titus 1:6-16 Opdracht
Titus 2
Titus 3
Oudsten aanstellen Orde op zaken stellen
… met de gelovigen … naar de wereld in nood! 1. Heb je n.a.v. de vorige studie (m.n. vraag 8) iets veranderd of ondernomen? Wat? En hoe ging dat? Hoe zat het ook alweer met Titus 1? Paulus maakt in Titus 1 al direct duidelijk dat de christelijke geloofsgemeenschap een tegencultuur (counterculture) vormt in de wereld waarin ze leeft. Dat blijkt allereerst in het leiderschap. De apostel stelt dat elke christelijke gemeente een team van oudsten nodig heeft1, dat kuis en karaktervol is en kundig2 om dwaalleer te bestrijden3.
1
Macht en manipulatie door eenhoofdig, autoritair leiderschap hebben, als het goed is, geen plaats in de gemeente. Het gaat niet alleen om de buitenkant (bekwaamheid, opleiding), maar om het hart van de leiders (en de leden); karaktervorming staat hoog in het vaandel.
Titus 1:1-5. Titus 1:6-9. 3 Titus 1:10-16. 2
2
Titus 2
En anders dan in een tolerante samenleving waar ieder zijn of haar eigen waarheid heeft, maar niemand meer weet waar het nu echt om gaat, is er in de gemeente liefde voor de Waarheid (= Jezus4)! Leiders zijn geroepen om de gemeenschap bij Hem te bewaren.
Titus 2 In hoofdstuk 2 van de brief verschuift de focus van de leiders naar de leden van de gemeente (terwijl leiders natuurlijk ook leden zijn). De apostel benadrukt dat Titus aan hen allen goed en gedegen onderwijs moet geven (vers 1, 8 en 15). Dat zal leiden tot een nieuwe, tegendraadse levensstijl (vers 2-10), mits de verkondiging van genade doortrokken is (vers 11-14)! 2. Lees Titus 2 nog eens door en probeer die indeling te ontdekken (zie bijlage 1). 3. Noteer een ! bij dat wat je opvalt, een ? bij teksten die vragen oproepen, een * bij de mooie en bemoedigende woorden en bespreek dat met elkaar (in groepjes of centraal). Spreek, spreek, spreek (vers 1, 8 en 15) Titus krijgt tot drie keer toe de opdracht om te spreken.
Maar u, spreek wat bij de gezonde leer past. Spreek een gezond woord, boven alle kritiek verheven… Spreek over deze dingen, bemoedig en wijs met alle gezag terecht.
Het Griekse woord voor spreken is lalo, wat niet alleen duidt op spreken in de publieke, maar ook in de privésfeer. Titus wordt hier dus opgeroepen om niet alleen te prediken, maar op alle momenten in zijn leven de gezonde leer te delen. Het Griekse woord voor leer is didaskaliai, waar ons woord didactiek van is afgeleid en wat ‘onderwijs’ betekent5. Dat onderwijs moet ‘gezond’ zijn6, dus overeenkomend met het evangelie. Paulus benadrukt het doorgeven van de gezonde leer zo sterk omdat het risico op zwijgen groot is.
Titus zou met een mond vol tanden kunnen toezien hoe de dwaalleraars verwarring zaaien. Daarom begint de apostel met “Maar u, spreek”, in vers 1, om Titus op te roepen verbaal verzet te bieden tegen de ongezonde leer die verspreid wordt. Titus had zich ook kunnen laten afschrikken door mensen die ouder zijn dan hij. Het “Laat niemand u verachten” in vers 15, doet denken aan 1 Timoteüs 4:12, waar die waarschuwing in verband wordt gebracht met Timoteüs’ leeftijd. Hoogstwaarschijnlijk is ook Titus jong geweest (wat in de Romeinse cultuur van destijds wilde zeggen dat je onder de 40 jaar was). 4. Wat maakt onderwijs (on-)gezond? 5. “Het gaat niet om de leer, maar om de Heer.” Wat vind je van die stelling? 6. Waar laat jij je in je spreken door afschrikken of tegenhouden? Door onkunde? Door leeftijd? Door …?
4
Johannes 14:6. “Ik ben de weg en de waarheid en het leven.” Titus 2:1, 7, 10, ook in 1:9. 6 Titus 2:1, 2, 8 ook in 1:9, 13. 5
3
Titus 2
Opdat levens veranderen (vers 2-10) Bijbels onderwijs leidt tot veranderde levens. Omdat iedereen anders is en uniek, spitst Paulus zijn aansporing toe op vijf verschillende groepen: oudere mannen (vers 2), oudere vrouwen (vers 3), jongere vrouwen (vers 4-5), jongere mannen (vers 6-8) en slaven (vers 9-10). De ouderen Opvallend dat Paulus tot de ouderen spreekt over hoop of volharding. Blijkbaar is dát een oproep die juist voor hen van toepassing is. Verder worden zij aangespoord om onderwijs te geven aan de jongeren. Het is jammer als de diverse generaties langs elkaar heen leven, want ze kunnen juist zoveel voor elkaar betekenen! De vrouwen Het onderwijs van Paulus kan makkelijk misverstaan worden als de context niet in ogenschouw wordt genomen. De apostel daagt de vrouwen uit om man- en kindlievend te zijn en te zorgen voor het huis. Waarom die nadruk? Is dat niet wat achterhaald? Is de apostel wars van alle emancipatie? Op Kreta zijn er dwaalleraars actief7. We weten niet veel van hen, maar waarschijnlijk zijn het dezelfde mensen als in Efeze waar Timoteüs werkte. Van hen wordt gezegd dat ze het huwelijk verbieden en sommige soorten voedsel afkeuren8. Daartegenover schrijft Paulus dat een vrouw juist ‘in het baren van kinderen’ zalig wordt9. De dwaalleer maakte blijkbaar sterk onderscheid tussen het geestelijke en het materiële, waarbij het eerste goed was en van God kwam en het tweede aards en van een lagere orde. Maar Paulus schrijft dat de schepping (huwelijk, voedsel, kinderen krijgen) juist van God is, dat we ervan mogen genieten en dat we in het gewone, alledaagse leven redding kunnen vinden! De jongemannen De jongere mannen worden opgeroepen om bezonnen te zijn. Dat wordt ook gevraagd van jonge vrouwen (vers 5) en oudere mannen (vers 2). Het woord komt hier dus drie keer voor10 en is blijkbaar een belangrijk kenmerk van de gehele christelijke gemeente. Maar wat houdt het in? Het Griekse woord (nephalios) kan ook vertaald worden als ‘dat wat in overeenstemming is met het gezond verstand’. Soms heeft het betrekking op iemand die zijn lusten en impulsen weet te beheersen. Het is iemand die gematigd, ingetogen of kuis leeft11. 7. Hoe kun je er (als kring of persoonlijk) voor zorgen dat de verschillende generaties elkaar meer ontmoeten? Bedenk iets dat je in de komende tijd kunt uitvoeren. 8. Wat kunnen we leren van Paulus’ oproep aan de jongeren en de slaven? Door de genade van God (vers 11-14) Met het redegevend voegwoord ‘want’ legt Paulus uit waardoor levens veranderen: Gods genade is verschenen! Die genade is ‘heilbrengend’. De HSV spreekt van ‘zaligmakend’, maar dat geldt alleen diegenen die het heil (= Jezus) aannemen. Díe worden gered, zalig. Hij verschijnt wel aan ‘alle mensen’, maar niet iedereen wordt behouden12. Zij leert ‘ons’, die geloven, de gemeente, godvruchtig te leven (leer en leven horen dus bijeen) door een afkeer te kweken van het kwaad en een verlangen te ontwikkelen naar het goede. Jezus is daarbij ons voorbeeld, onze focus. In het zien op Hem groeien de motivatie en de kracht om anders te zijn, persoonlijk en als gemeente die een tegencultuur vormt in de samenleving. 7
Titus 1:10-16 en 3:9-11. Zie 1 Tim. 4:1-5. Vergelijk de opmerkingen van Paulus over rein en onrein in Titus 1:15. 9 Zie 1 Tim. 2:15. “Ze zal worden gered doordat ze kinderen baart, als ze tenminste volhardt in het geloof.” 10 Het is ook een kenmerk van oudsten, Titus 1:8. 11 De Studiebijbel, woordstudie 4369. 12 Johannes 1:11-14. 8
4
Titus 2
9. Herlees de verzen 11-14 en beschrijf zo nauwkeurig mogelijk wat de basis is van het nieuwe leven. Hoe verandert Gods genade ons (zie onderstaand kader)? 10. Wat heb je deze avond geleerd over God en Jezus, jezelf en/of de gemeente? Breng dat samen in gebed onder woorden. De veelgeprezen film Three Seasons is een reeks taferelen uit het naoorlogse Vietnam. Een van de verhalen gaat over Hai, een cyclorijder (een fietsriksja) en Lan, een mooie prostituee. Allebei hebben ze diepe, onvervulde verlangens. Hai is verliefd op Lan, maar zij zit voor hem in een te hoge prijsklasse. Lan leeft in barre armoe en verlangt naar een leven in de fraaie hotels waar zij wel werkt maar nooit overnacht. Met het geld dat zij in de prostitutie verdient hoopt zij ooit iets beters te bereiken, maar in plaats daarvan wordt zij door dit werk ontmenselijkt en geknecht. Hai neemt dan deel aan een cyclorace en wint de eerste prijs. Met het geld neemt hij Lan mee naar een hotel. Hij betaalt de overnachting en betaalt ook haar. En dan zegt hij, tot verbazing van iedereen, dat hij alleen maar wil zien hoe zij in slaap valt. In plaats van de macht van zijn geld aan te wenden om seks met haar te hebben, gebruikt hij die om haar één nacht in de gewone wereld te schenken, vervulling te geven aan haar wens om erbij te horen. Eerst heeft Lan het heel moeilijk met deze genade, want zij denkt dat Hai dit doet om haar in zijn macht te krijgen. Als duidelijk wordt dat hij zijn macht aanwendt niet om haar te gebruiken, maar om haar te dienen, komt een transformatie bij haar op gang die het haar onmogelijk maakt om weer een leven van prostitutie in te gaan. Uit: Tim Keller, De vrijgevige God, Franeker 2009, 70-71.
5
Titus 2
Bijlage 1: Titus 213 1 Maar u, spreek wat bij de gezonde leer past.
2 De oudere mannen moeten beheerst zijn, eerbaar, bezonnen, gezond in het geloof, in de liefde, in de volharding. 3 Evenzo moeten de oudere vrouwen in hun gedrag zijn zoals het heiligen past: geen kwaadspreeksters, niet verslaafd aan veel wijn, maar leraressen van het goede, 4 opdat zij de jongere vrouwen leren verstandig te zijn, hun man lief te hebben, hun kinderen lief te hebben, 5 bezonnen te zijn en kuis, te zorgen voor hun huishouden, goed te zijn, hun eigen mannen onderdanig te zijn, opdat het Woord van God niet gelasterd wordt. 6 Spoor evenzo de jongere mannen aan bezonnen te zijn. 7 Betoon uzelf in alles een voorbeeld van goede werken. Betoon in het onderwijs zuiverheid, waardigheid, oprechtheid, 8 en spreek een gezond woord, boven alle kritiek verheven, zodat de tegenstander beschaamd zal staan en niets kwaads van u te zeggen heeft. 9 Vermaan de slaven dat zij hun eigen meester onderdanig zijn en dat zij hun in alles welbehaaglijk zijn, zonder tegen te spreken, 10 dat ze niets ontvreemden, maar hun alle goede trouw bewijzen, opdat zij het onderwijs van God, onze Zaligmaker, in alles tot sieraad mogen strekken.
11 Want de zaligmakende genade van God is verschenen aan alle mensen, 12 en leert ons de goddeloosheid en de wereldse begeerten te verloochenen en in deze tegenwoordige wereld bezonnen, rechtvaardig en godvruchtig te leven, 13 terwijl wij verwachten de zalige hoop en verschijning van de heerlijkheid van de grote God en onze Zaligmaker, Jezus Christus. 14 Hij heeft Zichzelf voor ons gegeven, opdat Hij ons zou vrijkopen van alle wetteloosheid en voor Zichzelf een eigen volk zou reinigen, ijverig in goede werken. 15 Spreek over deze dingen, bemoedig en wijs met alle gezag terecht. Laat niemand u verachten.
13
Bijbeltekst is ontleend aan de Bijbel in de Herziene Statenvertaling, © Stichting HSV 2010.
6
Titus 2
Bijlage 2: jaarrooster 2013 Op de kringavonden bespreken we de preek. Het is belangrijk dat die is beluisterd, live, dan wel via internet14. Mocht dat een keer niet lukken, probeer dan tenminste het Bijbelgedeelte te lezen. Kom je ook daar niet aan toe: geen nood, je zult genoeg uit de avonden oppikken om te groeien in geloof!
BUITEN
BINNEN
BOVEN
Jezus volgen:
14
Kringdatum:
Onderwerp:
9 januari
Preek 6 januari, Habakuk 1
23 januari
Preek 20 januari, Habakuk 2
6 februari
Preek 3 februari, Habakuk 3
20 februari
Preek 17 februari, Titus 1
6 maart
Preek 3 maart, Titus 2
20 maart
Preek 17 maart, Titus 3
3 april
Vrije invulling vanwege Pasen
17 april
Preek 14 april, Jona 1
1 mei
Preek 28 april, Jona 2
15 mei
Preek 12 mei, Jona 3
29 mei
Preek 26 mei, Jona 4
Bijzonderheden:
Ook avondmaalsviering
Ook avondmaalsviering
Op www.regenboogveenendaal.nl vind je onder de kopjes publicaties / preken EDR 3 / 2013 de preken terug (http://www.regenboogveenendaal.nl/publicaties/preken_edr_3_audio/bestanden/?eu_playlists=75&backPID =274).