Het groene paradijs Groot, bergachtig en leeg: West-Canada is de ultieme bestemming voor reizigers die actief willen genieten van de natuur. tekst: paul römer fotografie: susan seubert
82
national geographic traveler De lodge van Bracewell’s Alpine Wilderness Adventures, in de Chilcotin, kijkt uit over de eindeloze Coast Range.
national geographic traveler
83
Bij schemering wordt op het terras van het Eagle Nook Resort & Spa op Vancouver Island, met uitzicht op June Bay, een vuurtje ontstoken. De Canadees Greg Belanger laat op de aanlegsteiger van het resort trots zijn vangst, een chinookzalm, zien.
Moet ik lachen of huilen? De hele episode is zo overrompelend dat ik niet goed raad weet met wat ik nu voel. Ik bevind mij op een bootje dat dobbert tussen de Broken Group Islands, voor de zuidwestkust van Vancouver Island, British Columbia. Terwijl ik de strijd aanga met een zalm aan het einde van mijn hengel, zweeft er niet meer dan dertig meter boven mijn hoofd opeens een Amerikaanse zeearend, in afwachting van wat komen gaat. Om ons heen contrasteert het diepblauwe water met de groene douglas- en hemlocksparren op de eilandjes. Aan de oevers bedekt bruin kelp de zilvergrijze rotsen, waarop ik ook talloze oranje en paarse zeesterren zie liggen. We zijn de enigen in deze uitgestrekte wateren in het Pacific Rim National Park Reserve, realiseer ik me, en geleidelijk verdwijnt zelfs mijn gezelschap uit beeld. De vis, de vogel en ik, het gaat alleen om ons. De scène ontrolt zich in slowmotion, zo lijkt het. De lijn staat gespannen, de zalm springt op uit het water, wel een meter en met onvermoede kracht, golfjes klotsen tegen de boeg, ik draai aan het molentje en kijk omhoog, donkere wolken pakken zich samen, de vogel met zijn witte kop, machtige vleugelwijdte en scherpe klauwen staart me strak aan en... ik begin te lachen. Met tranen in mijn ogen, dat wel. Ben ik hier echt? Maak ik dit werkelijk mee? Ik kan het bijna niet geloven. Alles wat ik deze namiddag 84
national geographic traveler
gewaar word, staat zo ver weg van mijn dagelijks bestaan. Zo onwezenlijk. Door een schreeuw naast me keer ik plotseling terug in de realiteit – alsof iemand weer op het play-knopje heeft gedrukt. Dan Brunet, de professionele visser die me begeleidt bij het inhalen van de zalm, roept dat ik de lijn moet laten vieren en pakt zijn net. Niet veel later poseer ik met een ongeveer acht kilo zware chinook voor een snapshot.
‘W
ayne Gretsky did it again!’ roept Dan vanachter het stuur als we terugvaren naar Vernon Bay en aanleggen aan de steiger van Eagle Nook Resort & Spa, een uniek gelegen lodge op Vancouver Island, een eiland dat iets kleiner dan Nederland is en met driekwart miljoen inwoners. Ik begrijp de verwijzing naar Canada’s beroemdste ijshockeyspeler niet en vraag Dan wat hij bedoelt. ‘We visten net op een diepte van 99 feet. En dat was altijd zijn rugnummer. Yah, ijshockey is onze referentie, bij alles wat we in Canada doen.’ Behalve Dan en mijzelf bestaat de bemanning uit de Amerikaanse fotografe Susan Seubert en de forse Canadees Greg Belanger, een visfanaat die hier regelmatig komt hengelen naar de vijf soorten zalm in deze contreien (in het Engels: coho, chinook, chum, pinky en sockeye). Ik vraag wat hem vooral aantrekt in deze hobby. ‘Het is de vrijheid die je voelt als je aan het einde van een week hard werken twee dagen het water op gaat en er deze ruimte en stilte ervaart,’ zegt hij met zichtbare trots. ‘Als ik dan ook nog wat zalmen aan de haak sla, ben ik weer opgeladen.’ Zodra we van boord gaan, worden we verwelkomd door Patrick Braspenning, de Nederlandse en goedlachse general manager van Eagle Nook. Hij vraagt wat ik met de door mij gevangen zalm wil doen: ‘Moet ik de vis invriezen en naar je huis sturen, of eet je hem vanavond op?’ Hè, wat een lastige keuze. Bijna drie uur later zitten Susan en ik in de eetzaal van het resort, met uitzicht op de verlaten June Bay.
Terwijl ik het glas hef, zie ik in de verte een zeearend gracieus over het water glijden, met in zijn klauwen een bewegende prooi.
Het enige leven dat ik zo terloops in de moest elke dag meer dan twee uur in de schemering ontdek, zijn acht duikers auto doorbrengen, in een overvolle Rand(loons), een kolibri vlak voor het raam, stad, en Canada staat de laatste jaren steevissen die af en toe uit het water springen, vast in menig topvijf van aantrekkelijkste en een nest waarin twee Amerikaanse zeeen leefbaarste landen. Het is 240 keer zo arenden (een vrouwtje en haar jong) soms groot als Nederland en telt een schamele hun kop laten zien. Niets bijzonders dus... 33 miljoen inwoners. Dat zijn veelzegVoor ons op tafel ligt het zojuist aangende statistieken die in mijn ogen pleiten gepaste menu, aangereikt door Anouk, vóór emigratie. Maar wat heeft het land Patricks vrouw. Er staat nu natuurlijk nog meer te bieden dan gunstige cijfers? maar één hoofdgerecht op: ‘Grilled Fresh Hoe ziet het eruit? Wat is er te beleven? Spring Salmon on a bed of grilled VegetaHoe is de omgang met de Canadezen? bles: Red Peppers, Zucchini, Asparagus and Met die vragen vertrok ik afgelopen Fennel, served with Arugula Salad, and juni naar Vancouver, om vandaaruit een Lemon-Dill Sauce.’ Patrick en Anouk felirondrit te maken over Vancouver Island, citeren me met mijn vangst, en terwijl ik met de ferry noordwaarts te varen naar het glas hef, zie ik in de verte vader zeeBella Coola, door te rijden naar plekken arend gracieus over het water glijden, met als Tatlayoka Lake en Clearwater en een in zijn klauwen een bewegende prooi. bezoek te brengen aan de nationale parken Deze laat hij achter in het nest, dan vliegt De Amerikaanse zeearend, ook wel witkopzee- Jasper en Banff, om uiteindelijk vanuit hij er weer vandoor. Het duurt niet lang arend genoemd, zie je overal. De statige vogels Calgary weer terug te vliegen. (Dezelfde loeren over het water naar vis. Aan het Upper voor ook wij een prachtige oranje-roze vis Campbell Lake (links) op Vancouver Island ligt route, of in omgekeerde richting, wordt krijgen geserveerd. Míjn vis. Strathcona Park Lodge, een resort met houten door veel Nederlanders gevolgd, zo zal ik cabins dat veel activiteiten voor kinderen biedt. gaandeweg ontdekken: op elke dag van deze reis kom ik landgenoten tegen.) Maar eloof het of niet, maar alles wat hierboven staat beschreven, is werkelijk zo gebeurd. eerst zit ik dus in Eagle Nook, waar een begrip als ‘rust’ opnieuw Uiteraard, zul je zeggen, van Traveler verwacht ik niet wordt gedefinieerd. Na aankomst in het fiets- en wandelvriendelijke Vancouver en anders. Maar ik vermeld het er toch even bij, omdat het mogelijk wat ongeloofwaardig overkomt. Te mooi om waar de oversteek naar Nanaimo op Vancouver Island reden we – om te zijn, zeg maar. Gelukkig heeft Susan een en ander met haar bij Eagle Nook te komen – eerst naar surfwalhalla Tofino en toen camera’s vastgelegd, als bewijs. En dan te bedenken dat dit nog naar Ucluelet (spreek uit: Joe-kloe-lit). In het haventje van dat maar mijn tweede dag in Canada is. Ik ben niet verrast door laatste dorp lagen niet alleen een stuk of wat Californische zeePatricks reactie op mijn vraag waarom hij zich hier heeft geves- leeuwen, maar ook de watertaxi waarmee Patrick Braspenning tigd. ‘Kijk maar om je heen!’ zegt hij simpelweg en gebaart naar ons in een uurtje naar zijn accommodatie bracht. Vissen, kajakbuiten. Dat doe ik voortdurend, en met graagte, in dit groene ken, wandelen, snorkelen: het kan hier allemaal. Net als genieten paradijs. Twee dagen onderweg, en de antwoorden krijg ik in van dieren in het wild. Naast Amerikaanse zeearenden, die doorgaans hoog in de bomen en heel statig over het water zitten te mijn schoot geworpen door de omgeving zelf. Het verhaal van Patrick en Anouk – over hun beslissing turen, komen hier natuurlijk Canada’s Big Five voor: beer, walvis, Nederland te verruilen voor West-Canada – komt me bekend orka, wapiti (elk) en eland (moose). Op weg terug naar Ucluelet, waar Patrick ons na een onvergevoor. Enkele jaren geleden vertrok een collega op de redactie van National Geographic ook al met man en kinderen naar British telijk weekend met de watertaxi weer afzet, kan ik er al eentje Columbia. Ze verkocht haar huis in Noord-Brabant, liet de dier- afvinken. Verspreid tussen de eilandjes in de Barkley Sound ontbaarste bezittingen inschepen en vloog ‘enkele reis’ naar deze dekken we drie bultruggen, waaronder een moeder met jong, en meest westelijke provincie. Ik vond dat destijds niet vreemd. Ze één grijze walvis. Met de motor uit naderen we deze waterreuzen steeds op zo’n honderd meter, de toegestane afstand. Hun omvang oogst ontzag, het whoosh van de sprays maakt me stil. Deze n ‘De paarden op de ranch van Alex Bracewell, in vier walvissen zien we nu en passant, maar in Canada zijn talloze de Chilcotin, zijn duidelijk gewend aan mensen,’ (boot)tochtjes met gidsen te boeken die erop gericht zijn zoveel vertelt fotograaf Susan Seubert, die als kind op zomerkamp leerde paardrijden en zich op haar mogelijk dieren, of zoveel mogelijk exemplaren van één soort, gemak voelt in het gezelschap van deze dieren. waar te nemen. Een van de organisaties die zulke trips aanbieden, ‘Ook al lopen ze gewoon los op het landgoed en is Tide Rip Tours. In de laatste ochtend op Vancouver Island melmoeten ze bijeen worden gedreven als gasten den we ons om zeven uur in het pittoreske vissersdorp Telegraph willen rijden. De rit naar de top van Potato MounCove. Klaar voor de populaire Grizzly Bear Expedition. tain achter de lodge was onvergetelijk mooi.’
G
national geographic traveler
87
Maverick blijkt, als we Potato Mountain achter de lodge in de Chilcotin op rijden, een goedmoedig paard dat geen rare sprongen maakt.
Bij Tatlayoka Lake, in de vallei van bergplateau Chilcotin, ligt de rustieke lodge (boven) van Alex Bracewell. Zijn nichtje Morgyn (rechts) helpt de paarden op het afgelegen landgoed te verzorgen.
zijn logboek en knikt tevreden. ‘Niet slecht,’ zegt Bioloog Derek Kyosta, een uiterst humoristische hij. ‘Het is zo mooi om deze rijkdom met de wereld Canadees met Fins bloed, gidst ons op een overte delen.’ Maar de hoofdrolspeler in de Canadese dekte aluminium watertaxi door de Knight Inwildernis, de grizzly, laat zich vooralsnog niet zien. let, met 111 kilometer de langste zeearm van Als we bij de riviermonding op een steigertje van Noord-Amerika. Het doel is een estuarium Tide Rip Tours de boot verlaten en overstappen op halverwege de inham, een ideale plek voor een elektrisch aangedreven open bootje, mogen we grizzly’s vanwege alle zalmen die hier in de Ha ar s wild cherp: b alleen nog zachtjes praten. Het is opgehouden met herfst samenkomen, op de weg terug naar lif e mac e kijken ren en a h tig , in C a nder regenen, de bergen gaan schuil achter flarden nevel, hun geboortegrond. Terwijl het hard bezeke n ada C om ra p i Opti anion va ls je de CLs groen is de kleur, de stilte is zalig. We speuren de oegint te regenen, vraag ik Derek of een tour k n kijke kunt geb Swarosv r is li ruike vers af maar zien nog geen teken van leven, de onverals deze de beren afschrikt. ‘Zeker niet,’ ki ch gr a m n ), ligt t (slecht . Deze mijdelijke Amerikaanse zeearenden daargelaten. Even zegt hij ferm. ‘Hoewel mensen soms han d s 50 heer 0 e grot n is er in lijk in de later komen ook nog twee hertjes te voorschijn, maar de echt adembenemende stommiteiten in € 99 gen, 8x twee ver en 10 0,- (8 grizzly’s zijn in geen velden of wegen te bekennen. ‘Ik ben begaan, door de beren op het land te x (10x ), sw x) en € 1 . Prijs: arov 030,bang dat je de naam van jullie bedrijf moet veranderen,’ naderen of te voeden, is commercial s ki o p tik.n l. plaag ik Derek. ‘Tide Rip Off Tours.’ Lachend springt hij in viewing juist gunstig voor de populatie. het laagstaande water en trekt de boot verder de trechterDe mannetjes blijven van het water vandaan en vormige rivier op. ‘Wacht maar,’ zegt hij. ‘En trouwens, laten daardoor ruimte voor de vrouwtjes en hun kwetsbare vergeet niet dat het nog maar vroeg in het seizoen is. De kans op welpen. Die verschijnen nu regelmatig op de rotsstranden.’ Vandaag gaat het iets anders. Na een ochtend varen, op weg teleurstelling is nu niet 1 maar 2 procent.’ Dan drijven we een uur naar het estuarium, hebben we twaalf zwarte beren, één grijze lang zwijgend en turend door het hart van bear country. ‘Daar, een mannetje!’ fluistert Derek plotseling. wolf, twee bruinvissen, zeven zeearenden en enkele tientallen Dus toch? Ik volg zijn blik en zie een donkerbruine vlek, aan witgestreepte dolfijnen geteld. Derek noteert elke waarneming in
90
national geographic traveler
de zoom van het bos, op zo’n vijftig meter van ons vandaan. Pas als ik mijn verrekijker gebruik, herken ik de kolossale kop van een grizzly. Ik houd hem zo een seconde of tien in beeld, het dier merkt ons niet op, maar iets moet hem op onze aanwezigheid hebben gewezen, want ineens staat hij op, kijkt in onze richting en verdwijnt tussen de bomen. Derek loopt naar me toe, slaat me op de schouder en zegt: ‘Dit is waarom we zo van ons land houden.’
houding ook voortkomt uit de enigszins geïsoleerde ligging en een denkbaar minderwaardigheidscomplex ten opzichte van diezelfde buren. Hoe dan ook, ik heb de Verenigde Staten tientallen keren bezocht, en anders dan Amerikanen, die een zekere dwangmatigheid tentoonspreiden, zijn Canadezen de rust en vriendelijkheid zelve – sta mij deze veralgemenisering toe. Passie voor die oogstrelende flora en fauna dient zich bij hen als vanzelf aan, en is misschien zelfs wel historisch te verklaren. Op mijn reis zie ik overal verwijzingen naar de cultuur van de ie liefde voor het buitenleven, merk ik, bepaalt het ka- oorspronkelijke bewoners (zie kader), de mensen zelf blijven uit rakter van Canadezen als Dan en Derek. De Great beeld. Ze wonen in reservaten of in afgelegen dorpjes waar Outdoors is onlosmakelijk verbonden met hun manier blanken gewoonweg niet komen. Het bekendste symbool van van leven. Niet alleen zij, iederéén die ik onderweg deze First Nations People, zoals ze hier worden genoemd, is de ontmoet, trekt geregeld into the wild. Het land, zo leeg en weids, inuksuk, een stapeltje stenen in de vorm van een mens dat door biedt daartoe natuurlijk alle ruimte. De bossen, meren en bergen de arctische indianen zou zijn gebruikt als richtingaanwijzer op nodigen uit tot gezinsuitjes met camper, kajak of mountainbike. de besneeuwde toendra’s. Het werd gebruikt in het logo van de Je hoeft de tuin maar uit te lopen of je staat in de groene wildernis Olympische Winterspelen die in 2010 in Vancouver werden ge– sterker: de tuin ís vaak de wildernis. Het motto van British Co- houden, en ik kom het figuurtje op deze reis dagelijks tegen op T-shirts, als sieraad, op posters en als lumbia luidt niet voor niets ‘Super, Natural’. De natuur brengt een aangename kalmte Wie grizzlyberen wil zien, gaat ’s ochtends vroeg houten beeldjes. Het is slechts een voorbeeld van de onder de bevolking teweeg, is mijn erva- naar Telegraph Cove op Vancouver Island (onder). Van daaruit worden boottochten door de Knight ring, die de mensen hier anders maakt dan Inlet georganiseerd, een lange zeearm waarlangs manier waarop de indianen elementen uit de natuur benutten – uit respect voor hun zuiderburen. Het kan goed zijn dat die ook talloze zwarte beren (links) voorkomen.
D
national geographic traveler
91
De leegte in de vallei is fenomenaal, het water ligt er als een spiegel bij, de sneeuw in de bergen zorgt voor snelstromende kreken en watervallen.
diezelfde natuur. ‘Dit hier is een western red cedar,’ zegt Alex Bracewell, eigenaar van Bracewell’s Alpine Wilderness Adventures. ‘Het hout van deze boom werd door de First Nations gebruikt voor kano’s, manden, vuur en kleding.’ De Nederlandse naam lijkt goed gekozen: reuzenlevensboom. (De kwaliteit van dit cederhout was ook de houtindustrie niet ontgaan: inmiddels wordt twee derde van het land in British Columbia, bij elkaar 60 miljoen hectare, ingezet voor gecontroleerde houtkap.) Alex, een pezige, energieke kerel, leidt me rond op zijn landgoed bij Tatlayoka Lake, in de vallei van bergplateau Chilcotin, op het vasteland van British Columbia. Het duurde even voor we hier aankwamen. Vanaf Route 20, die we volgden vanuit Bella Coola, reden we maar liefst 53 kilometer over een onverharde weg, door ongerepte wildernis. Halverwege vroeg ik me af waar we in godsnaam waren terechtgekomen, maar veertig minuten later zagen we een magnifieke, rustieke lodge, door een weide met duizenden paardenbloemen gescheiden van de eindeloze Coast Range. We staan nu bij een meertje, een halfuur lopen van de lodge, tussen reuzenlevensbomen en douglassparren. De leegte is fenomenaal, het water ligt er als een spiegel bij, de sneeuw in de bergen zorgt in deze tijd van het jaar voor snelstromende kreken en watervallen. ‘Welkom in mijn kantoor,’ glimlacht Alex. En zo voel ik me ook, de dagen die ik in en rond zijn lodge doorbreng: welkom. Alex, zijn nicht, haar man en dochter nemen hun gasten met oprecht enthousiasme op in hun familie. Ze vragen me de oren van het hoofd over mijn reis, mijn land, mijn vrouw en kinderen. Omdat ik mijn gezin algauw mis, word ik door deze warmte en interesse een moment aan het wankelen gebracht. Wanneer ik hierover een opmerking plaats, antwoordt Alex: ‘It’s the Canadian way. It’s the only way.’ De volgende morgen, als de lodge door een groep Canadese gasten wordt opgetuigd voor een bruiloft, stelt Alex me voor aan Maverick. ‘Het aardigste paard op de ranch,’ zegt hij erbij. Dat is Terwijl de zon opkomt, verdwijnt de maan achter de bergen in de Chilcotin (links). Dit bergplateau ligt ten westen van de Fraser River, de langste rivier in British Columbia. Lake Louise (onder), een trekpleister in het Banff National Park in Alberta, dankt zijn blauw-groene kleur aan gesmolten gletsjerijs.
een geruststelling, want hoewel ik first nationS people altijd graag eens wilde paardrijden, wekken de dieren bij mij ook enige Zoeken tegenwoordig vrij veel Europeanen – en vrees. Die grote ogen, dat gespierde zeker ook Nederlanders lijf. Paarden hebben iets engs, vind – hun heil in het westen ik. Maar Maverick blijkt, als we van Canada, circa 10.000 geleden waren het inwoPotato Mountain achter de lodge op ners van Azië die hier via rijden, een goedmoedig beest dat een landbrug over de Begeen rare sprongen maakt. We sjokringstraat heen trokken. Zij werden de aboriginals ken zo twee uur lang omhoog. Een van British Columbia, dat helling onder de top biedt gelegenbeschikte over voldoende heid van het uitzicht te genieten. natuurlijke hulpbronnen, zoals zalm en cederhout. Het lichtblauwe Tatlayoka Lake aan De kuststreek was met de ene zijde, Al Bracewell Mountain, 300.000 zielen destijds vernoemd naar Alex’ vader, aan de vermoedelijk een van de dichtstbevolkte gebieden andere. Ik buig voorover. ‘Dit is in Noord-Amerika. Het Canada op zijn best, toch?’ prevel ik werd nog drukker toen in Mavericks oor. kapitein James Cook in 1778 op Vancouver Eenmaal terug in de lodge krijg ik Island voet aan wal zette een biertje van Jim Mammel, de en zo de deuren opende man die zijn jawoord zal geven. Ik voor immigranten uit de oude wereld – en voor de proost op zijn geluk en zeg dat ik me pokken en andere ziekten nauwelijks een mooiere trouwlocadie zij bij zich droegen. De tie kan voorstellen. ‘Yah, deze vallei oorspronkelijke bevolking werd sterk gereduceerd. is kostbaar. De bergen, de meren... Misschien nog wel ernstiHet is zo afgelegen dat zelfs locals ger voor de Canadese indihier zelden komen. Ik denk dat we anen was de goudkoorts. Die zorgde bijna een eeuw onze omgeving nog altijd te weinig later weliswaar voor een weten te waarderen.’ flinke economische groei in Als we Bracewell achter ons laten, de regio, maar betekende ook het verlies van het om richting Jasper National Park in grootste deel van hun land. Alberta te rijden, moet ik nog eens De First Nations People, aan die laatste woorden van Jim denzoals de eerste bewoners nu worden genoemd, ken. Ze komen mij enigszins vreemd ressorteerden vanaf 1876 voor, want uit het ontzag waarmee onder de Indian Act van de Canadezen over hun land praten, de Canadese Confederatie, die hun rechten stevig aan spreek juist enorme waardering voor banden legde. Momenteel hun natuurlijke decor. leven er zo'n 700.000 verIk ervaar die eerbied nog maar spreid over het hele land. eens tijdens een berensafari vanuit het stadje Blue River. Gids Casey Jones, een wonderschone jonge vrouw, staat aan het stuur van een open boot met twaalf toeristen uit Duitsland, Nederland en Australië. Toen we aan boord gingen, regende het, maar zodra we het door hoge, witte toppen omgeven Mud Lake op varen, verschijnt de zon – alleen de regenboog ontbreekt in deze groene idylle. Na een kwartiertje minderen we snelheid en pruttelen we langzaam naar de oever van een inham. Casey houdt een wijsvinger voor haar mond. Ik zie meteen waarom. Vlak voor ons snuffelt een zwarte beer wat rond, met in haar spoor drie jongen. Eén ervan is geen zwart maar een blond beertje – hier spirit bear genoemd, in het Nederlands kermodebeer. ‘Een zeldzame waarneming,’ zal Casey later zeggen. De 18 maanden oude welpjes ravotten wat, klimmen over een national geographic traveler
93
omgevallen boom, botsen tegen hun moeder. Camera’s klikken onafgebroken. Wanneer Casey na een halfuur besluit de inham te verlaten om verder te zoeken naar een grizzly, die we helaas niet zullen ontdekken, zie ik dat de lucht inmiddels is getooid met een regenboog. Enkele dagen later bevinden we ons op de Icefields Parkway, volgens veel reisgidsen een van de mooiste autoroutes die er bestaan. Langs de weg van Jasper naar Banff, die door de afwezigheid van lantaarnpalen of elektriciteitsmasten een mooie maar eigenaardige indruk maakt, torenen de Canadian Rockies hoog boven ons uit. Het valt zwaar de blik op het asfalt te houden, want achter elke bocht doemt een waterval op, een gletsjer, een piek die nog grilliger is dan alle voorgaande, een meer waarvan het turquoise water pijn doet aan de ogen. Wie door British Columbia
Reiswijzer
Paul Römer is managing editor van Traveler. Susan Seubert voorzag ook de reportage over Barbados (Traveler 3/2011) van beeld.
west-canada
De reis De reis uit ons verhaal werd georganiseerd door Canadian Travel Design (www.canadiantraveldesign. com) in samenwerking met SNP Natuurreizen (www.snp.nl – zie lezersreis op rechterpagina). KLM vliegt dagelijks rechtstreeks van en naar Vancouver zowel als Calgary. Heen vlogen we op Vancouver, de vlucht duurt zo’n 10 uur. Terug vlogen we vanuit Calgary, die vlucht duurt minder dan 9 uur, www.klm.nl.
Beste reisperiode Voor een tocht als deze is de zomer veruit de beste reisperiode, dan is de kans op goed weer het grootst. In maanden als juni en september zijn er een stuk minder toeristen, maar de kans op neerslag neemt dan toch toe. Neem ongeacht de reisperiode regenbestendige kleiding mee.
Reisdocumenten Het paspoort moet geldig zijn tot na het verblijf. Een visum is niet nodig.
Taal Canada is officieel tweetalig (Engels en Frans), in British Columbia wordt Engels gesproken.
Tijdverschil In British Columbia is het 9 uur vroeger, in buurprovincie Alberta (Calgary) is het verschil 8 uur.
Uit het verhaal
national geographic traveler
een uniek gelegen lodge, alleen te bereiken met de watertaxi vanuit Ucluelet, www.eaglenook.com. n De gezellige Strathcona Park Lodge biedt een zeldzaam uitzicht over het Upper Campbell Lake, waar je kunt kajakken naar ‘Treasure Island’, www.strathcona.bc.ca. n Aan de noordkust van Vancouver Island, bij Port McNeill, ligt het door Kwakiutl-indianen gerunde Cluxewe Resort, www.cluxewe.com. n Iets zuidelijker ligt Telegraph Cove, waar het kantoortje van Tide Rip Grizzly Tours is gevestigd. De kans op waarneming van grizzlyberen in de Knight Inlet is heel groot, verzekert de site, www.tiderip.com. n De lodge van Bracewell’s Alpine Wilderness, startpunt voor paardrijden, vissen, hiken en kajakken, biedt een panoramisch uitzicht, www.bracewell.com. n In Clearwater ligt het uitgestrekte Alpine Meadows Resort, waar de kamers uitkijken over Hallamore Lake. Ideale plek om te vissen, www.alpinemeadowsresort.com. n De berensafari vanuit Blue River, waarbij vanuit een boot beren worden waargenomen, is spectaculair, www.riversafari.com. n Logeren in de Canadian Rockies is een droom voor velen – en is mogelijk bij Sunwapta Falls Rocky Mountains Lodge in Jasper N.P., www.sunwapta.com. n Ontdek Jasper N.P. of ga raften met Overlander Trekking & Tours, www.overlandertrekking.com. n Douglas Fir Resort & Chalets in Banff is een comfortabele plek om de reis te eindigen of, voor wie
Het landnummer is +1. Het vaste telefoonnetwerk functioneert goed voor zowel lokaal als internationaal contact. Het bereik van uw mobieltje is beperkt. De meeste hotels bieden wifi, maar internet is traag.
wel al die rustieke lodges en ben je minder mobiel dan met een gewone auto. De meeste autowegen zijn uitstekend, hoewel sommige wegen onverhard zijn. Zeker als het regent, zijn die soms moeilijk begaanbaar. Wij reisden daarom met een gehuurde SUV. Let wel op fietsers, die bij gebrek aan fietspaden aan de kant van de weg rijden.
Geld
Informatie
Een euro is gelijk aan 1,4 Canadese dollar (CAD). Vrijwel overal kunt u geld opnemen met uw pinpas en betalen met uw creditcard.
Tourism British Columbia is een goed (Engelstalig) startpunt, www. hellobc.com. Voor heel Canada is www.canada.travel compleet en overzichtelijk. Een handige site in het Nederlands is www. welkomincanada.nl. En beleef alvast wat voorpret met een bezoek aan de sites van Jasper National Park, www.jaspernationalpark.com, en Banff National Park, www. banffnationalpark.com.
in Calgary start, te beginnen, www. douglasfir.com.
Communicatie
Elektriciteit De netspanning is 110 volt. Een verloopstekker is noodzakelijk.
Vervoer ter plaatse Veel reizigers ‘doen’ Canada met een camper. Dat is mooi, maar dan mis je
kaart : armand haye
n Het Granville Island Hotel heeft een fraai uitzicht over de False Creek en downtown Vancouver, www.granvilleislandhotel.com. n Eagle Nook Resort & Spa is 94
rijdt, moet rekening houden met lange autotochten, maar dat is geen straf. De beloning is groots. We rijden hier, Susan en ik, en alle ervaringen en ontmoetingen overpeinzend concludeer ik dat West-Canada in alles het tegenovergestelde van mijn thuisland is: groot, groen, leeg, bergachtig, open, vriendelijk en ontspannen. Geen wonder dus dat zo veel Nederlanders hier vakantie vieren – of zich er permanent willen vestigen. Susan vraagt of ik die stap ooit zou willen wagen, met het gezin emigreren naar West-Canada. Ik kijk haar aan. Bij zo’n beslissing spelen natuurlijk allerlei factoren een rol, zeg ik, maar op dit moment ben ik geneigd bevestigend te antwoorden.
national geographic traveler
95