HET FUIFPUNTMEMORANDUM
Vóór fuiven
COLOFON Juni 2006 Een uitgave van Fuifpunt Vormgeving: Pepijn Haghebaert Redactie: Leen Bartholomeus & Jos Meers Met medewerking van: Tom Meirte, Kristof Vansteenkiste, Els Pieraerts, Bram Bostyn, Stephen Lodewyck, Mieke Cox, Johan Muyldermans, Tim Uten, Suzy Bleys & Eva Vereecke Foto’s: Thijs Lowagie Druk: Lowyck
INHOUDSTAFEL VOORWOORD _____________________________________________ 4 PRINCIPES VAN EEN POSITIEF FUIFBELEID Ga voor een geïntegreerde aanpak ______________________________ 5
Gedragen fuifbeleid __________________________________________ 5
Beleid op maat ______________________________________________ 6
De Positieve Principes ________________________________________ 6
INSTRUMENTEN VAN EEN POSITIEF FUIFBELEID Kiezen voor een fuifreglement? _________________________________ 7
Nieuwe regelgeving? Haal het maximum uit de bestaande ____________ 8
Fuifdraaiboek _______________________________________________ 9
Feestloket ________________________________________________ 10
ACTUELE KNELPUNTEN OP FUIFGEBIED Investeren in fuifinfrastructuur ________________________________ 12
Brandveiligheidsnormen _____________________________________ 12
Mag het een beetje luider? ___________________________________ 13
Omgaan met wat er vanuit het Vlaamse of federale niveau op je gemeente afkomt ___________________________________________________ 14
KORT SAMENGEVAT De belangrijkste principes samengebald _________________________ 15
MEER INFO _____________________________________________ 16
Voorwoord Er wordt in Vlaanderen massaal gefeest en gefuifd, niet in het minst door jongeren. Een fuif opzetten moet dan ook absoluut mogelijk blijven, want jongeren hebben het recht om te feesten. Jaarlijks slagen honderden vrijwilligers erin om jonge mensen samen te krijgen op hun feesten en fuiven. Toch is het opzetten van fuiven niet vanzelfsprekend. De organisatoren lijken meer en meer verstrikt te raken in allerlei regels en wetten, of worden geremd door een gebrek aan geschikte fuifinfrastructuur. Regels en wetten zijn nodig, maar de fuiforganisatoren verdienen aanmoediging. Ik wil dan ook graag een lans breken voor een positief fuifbeleid. Fuifpunt bundelde heel wat tips en trics voor een positief fuifbeleid in een memorandum voor lokale besturen. Het memorandum moet iedereen inspireren om zijn of haar schouders te zetten onder een stevig fuifbeleid en op die manier aanzetten tot een feesten fuifvriendelijke gemeente. Ik wens iedereen meer fuifmogelijkheden en -genot dan ooit tevoren!
Bert Anciaux Vlaams minister van Cultuur, Jeugd, Sport en Brussel
FUIFPUNT MEMORANDUM
4
PRINCIPES VAN EEN POSITIEF FUIFBELEID
Een goed feest- en fuifbeleid is meer dan een gedoogbeleid waarbij feesten en fuiven oogluikend toegelaten worden en waarbij de overheid niet sturend optreedt. Een doordacht feestbeleid is ook veel meer dan een reglement opstellen met de idee dat dit eventuele problemen in de toekomst wel zal oplossen. Het kan niet de bedoeling zijn de organisator te overladen met extra regels of verantwoordelijkheden die eigenlijk niet de zijne zijn. Tot zover de donts. Wat zijn de do’s als het over de ontwikkeling van een fuifbeleid gaat?
Ga voor een geïntegreerde aanpak
Een fuifbeleid vraagt om een geïntegreerde aanpak. Samenwerking en uitwisseling zijn hier de sleutelwoorden. Op die manier krijg je een integraal fuifbeleid en loop je niet in de valkuil je enkel naar de organisatoren te richten. De gemeente kan de verschillende partijen die bij fuiven betrokken zijn dichter bij elkaar brengen. Door de grieven en wensen van elke partij op een gelijkwaardige manier ter harte te nemen en een platform te voorzien voor overleg. Een geïntegreerd fuifbeleid omvat doelstellingen en acties die de verschillende aspecten van fuiven ter harte nemen: zijn er in de gemeente voldoende geschikte locaties om te fuiven? Op welke vlakken kan de organisator ondersteuning gebruiken?
Een geïntegreerd fuifbeleid betekent ook een fuifbeleid waarbij er een optimale samenwerking is tussen de verschillende (gemeentelijke) diensten die op één of andere manier met fuiven te maken krijgen. Het schoolvoorbeeld van een integraal beleid is de uitbouw van een gemeentelijk feestloket, waarbij de fuiforganisator op één locatie in de gemeente terecht kan voor alle soorten (aan)vragen en vergunningen. (zie p. 10)
Gedragen fuifbeleid
Een fuifbeleid dat boven de hoofden van iedereen wordt opgemaakt is gedoemd te mislukken. Streef naar een gedragen fuifbeleid met voldoende inspraakmogelijkheden voor alle relevante partners. Vooral de betrokkenheid van jongeren vanaf het begin is noodzakelijk om een gedragen beleid uit te tekenen. Betrek daarom zeker de jeugdraad en organisatoren bij de opmaak. Zij weten het best wat de knelpunten en behoeften zijn bij het organiseren van feesten en fuiven. De rol van de gemeentelijke
FUIFPUNT MEMORANDUM
5
jeugddienst is hierin zeer belangrijk, van hieruit wordt het proces van betrokkenheid bewaakt.
Beleid op maat
Het is belangrijk dat het gemeentelijke feestbeleid zich op het lokale feestgebeuren in al zijn verschijningsvormen richt. Kies voor een fuifbeleid dat aandacht heeft voor specifieke noden, maar dat er tegelijkertijd over waakt alle burgers op een gelijkwaardige manier te behandelen en geen bevolkingsgroepen te viseren. Jongeren fuiven graag, en ook volwassenen zetten graag geregeld de bloemetjes buiten. Ontwikkel een fuifbeleid als onderdeel van een feestenbeleid van een stad of gemeente zodat alle organisatoren en feestgangers op dezelfde lijn worden geplaatst. Dit feestenbeleid wordt op zijn beurt best gekaderd binnen een ruimer infrastructuur- en cultuurbeleid van de gemeente.
Een constructief feestbeleid schenkt de nodige aandacht aan de structurele, duurzame maatregelen die een gemeente kan nemen. Anderzijds is het zo dat een beleid dat effectief wil zijn, niet mag vertrekken van een standaardaanpak of van een kopie van een standaardreglement. Een kleinschalige fuif in het lokale jeugdhuis en een tentfuif waarop 1000 bezoekers verwacht worden vragen elk een andere aanpak. De keuze voor een benadering op maat van het georganiseerde evenement zal veel efficiënter zijn.
De Positieve Principes op een rijtje
•
Het is essentieel dat de gemeente zich engageert en zelf acties ontwikkelt. De gemeente is de motor achter het fuifbeleid en idealiter stelt ze tegenover elke inspanning die ze van de organisator eist, een concrete inspanning. Waak over een gezond evenwicht tussen de inspanningen van de organisator en de initiatieven van de lokale overheid.
•
Ontwikkel een doelstellingen- &actieplan op basis van de concrete noden en knelpunten in de gemeente;
•
Regelmatig
overleg
tussen
de
organisatoren,
de
gemeente
&
de
veiligheidsdiensten brengt behoeften en struikelblokken snel aan de oppervlakte; •
Een positief fuifbeleid is een mix van instrumenten. In het ideale plaatje wordt een
degelijk
infrastructuurbeleid
gekoppeld
aan
een
informatie-
en
ondersteuningsbeleid dat vorm krijgt via een feestloket en een fuifdraaiboek met lokale info; •
Een fuifbeleid als onderdeel van een feestenbeleid van een stad of gemeente zodat alle organisatoren en feestgangers op dezelfde lijn worden geplaatst. Dit
FUIFPUNT MEMORANDUM
6
feestenbeleid
kadert
op
zijn
beurt
binnen
een
ruimer
infrastructuur-
en
cultuurbeleid van de gemeente.
INSTRUMENTEN VAN EEN POSITIEF FUIFBELEID
Welke middelen zijn er voor handen om aan fuifbeleid te doen? Wat zijn pro’s en contra’s bij verschillende instrumenten? We steken een handje toe om een doordachte keuze te maken uit een aantal beschikbare beleidsinstrumenten.
Kiezen voor een Fuifreglement?
Als gemeente zou je in het kader van de ontwikkeling van een fuifbeleid kunnen kiezen voor één algemeen geldend fuifreglement. Op het eerste zicht lijkt dit een voor de hand liggende keuze. Op die manier weten alle partijen die bij het fuiven betrokken zijn waar ze aan toe zijn. Een fuifreglement zorgt er ook voor dat iedereen die een fuif of feest organiseert over dezelfde kam geschoren wordt. Maar dat is net het addertje onder het gras: in theorie lijkt een fuifreglement dat vertrekt van uniforme regels voor iedereen het meest logisch. In de praktijk schuilt hier mogelijk het gevaar dat er onvoldoende rekening gehouden kan worden met de grote diversiteit aan feesten, fuiven, festivals en happenings. In de nasleep van de politiehervorming heerst op sommige plaatsen de tendens om binnen één politiezone de strengste normen van één gemeente tot regel te verheffen. Uniformiteit in de regelgeving maakt de taak van de politie heel wat gemakkelijker. Maar het argument van uniformiteit aangrijpen om meteen te opteren voor de strengste norm, is weinig doordacht.
Een algemeen reglement is ook niet het beste antwoord op problemen die zich eerder uitzonderlijk
voordoen.
Het
merendeel
van
de
fuiven
verloopt
zonder
noemenswaardige problemen. De occasionele gevallen waarbij het mis gaat, vragen om maatregelen op maat. Ze mogen niet aangegrepen worden om strengere regelgeving in te voeren waarvan alle organisatoren de dupe worden. De Raad van State is sterk gekant tegen algemene politieverordeningen, tijdelijk geldende maatregelen genieten de voorkeur. Een algemene reglementering kan immers voor heel wat onbedoelde ‘slachtoffers’ zorgen. Verder neem je met het invoeren van een algemene reglementering teveel bevoegdheden af van de gemeenteraad. Op die manier kom je in een situatie terecht waarbij de gemeenteraad niet meer kan/moet oordelen over individuele gevallen.
FUIFPUNT MEMORANDUM
7
Als gemeente moet je kunnen aantonen dat de overlast uitsluitend met die genomen maatregel kan worden bestreden. De getroffen maatregelen moeten in verhouding staan tot de doelstellingen die je wil bereiken. Er moet een redelijk verband zijn tussen de genomen maatregelen en het onheil dat de burgemeester wil tegengaan. Maatregelen moeten dus steeds proportioneel zijn.
Een fuifreglement zorgt dus mogelijk voor meer regels, en dit kan niet de bedoeling zijn. Regulitis is nu al een door organisatoren vaak aangeklaagd probleem. Een overdaad aan regels over fuiven opnemen in een apart politiereglement heeft weinig zin. Bovendien beschik je als lokale overheid over heel wat bestaande wettelijke instrumenten om het lokale fuifgebeuren in goede banen te leiden. Er zijn het attest hygiëne en brandveiligheid, de uitzondering die fuiforganisatoren moeten aanvragen om de geluidsnormen van het KB van 24 februari 1977 te mogen overschrijden,… om er maar enkele te noemen. Deze regels hebben bovendien het voordeel dat ze ook van toepassing zijn op privé-fuiven, terwijl politiereglementen niet gelden voor private feesten. Wij pleiten ervoor om geen apart fuifreglement te creëren. Mocht je om één of andere reden toch blijvend extra regels willen opleggen, voeg ze dan toe aan het algemeen politiereglement, en bekijk de mogelijkheid om regels niet alleen op fuiven te richten maar de regel te kaderen in een breder toepassingsveld.
Nieuwe regelgeving? Haal het maximum uit de bestaande
Nadenken over het fuifbeleid in de gemeente is een unieke kans om de bestaande reglementen in de gemeente uitgebreid onder de loep te nemen, meer zelfs, om grote schoonmaak te houden in de bestaande gemeentelijke regelgeving. Opteert de gemeente voor de uitwerking van nieuwe bepalingen voor het politiereglement dan komt het erop aan op een constructieve manier te werk te gaan: •
Maak de overweging of het de moeite loont om extra regels in te voeren, de wetgever biedt gemeentes heel wat bestaande regelgeving om het lokale fuifgebeuren (bij) te sturen.
•
Overlast voorkomen is altijd beter dan overlast sanctioneren.
•
Kies pas voor bijkomende regels als het echt niet anders kan. Vul bijkomende regels op een constructieve manier in, hou voor ogen dat ze er zijn om een kader te scheppen voor het lokale fuifgebeuren en om de veroorzakers van eventuele overlast aan te pakken, niet om het
fuifgebeuren te beknotten of het
organisatoren moeilijker te maken.
FUIFPUNT MEMORANDUM
8
•
Als omwille van lokale omstandigheden toch bijkomende maatregelen nodig zijn dan opteer je best voor tijdelijke maatregelen die van toepassing zijn voor alle bevolkingsgroepen.
•
Gemeentelijke Administratieve Sancties zijn in het leven geroepen om de plegers van kleine misdrijven - die in het verleden vaak niet vervolgd werden door het parket - efficiënter te bestraffen. Niet om verenigingen en vrijwilligers de duivel aan te doen. Opteer je voor administratieve sancties, zorg dan voor een eenduidige maatstaf en kies voor billijke sancties.
TIP Halveer de regels. Elke gemeente zou een doorlichting moeten maken van al haar regels en reglementen en de impact meten op het vrijwilligerswerk. Hieruit moet een actieplan volgen waarbij alle overbodige regels op korte termijn worden geschrapt. Een nieuwe regel invoeren kan maar op het moment dat het de kafka-test heeft doorstaan.
Fuifdraaiboek Een lokaal fuifdraaiboek is een bruikbaar instrument om organisatoren goed te informeren zonder aan de eigenheid van de fuif voorbij te gaan. Aangevuld met de mogelijkheid om een preventief fuifoverleg te organiseren met de verschillende partijen die bij het fuiven betrokken zijn, geniet een fuifdraaiboek de voorkeur op een strak politiereglement dat rigoureus gevolgd moet worden.
Een draaiboek dat opgesteld wordt door de gemeente zet lokale informatie centraal. Met onder meer aandacht voor: •
de regels in het gemeentelijk reglement die van belang kunnen zijn voor fuiven;
•
een overzicht van de beschikbare fuifzalen in de gemeente;
•
de regels rond aanplakking;
•
…
Voor informatie over
Vlaamse & federale
regelgeving & procedures verwijs je
organisatoren best door naar www.fuifpunt.be, om achterhaalde of foutieve informatie te vermijden.
TIPS Het fuifdraaiboek neemt best de vorm aan van een kaft met daarin losse bladen, zodat je verouderde of achterhaalde informatie er makkelijk uit kan nemen en kan vervangen door recente. Het up- to- date houden van het fuifdraaiboek is een absolute must! Kies voor een verzorgde en aantrekkelijke lay-out, het oog wil ook wat. Hou het beknopt & overzichtelijk, zo zorg je ervoor dat het draaiboek effectief gelezen en gebruikt wordt.
FUIFPUNT MEMORANDUM
9
Feestloket
Het summum van een uitgewerkt feestbeleid is de installatie van een feestloket. Eén adres in de gemeente waar organisatoren terecht kunnen voor alles wat er bij de organisatie van een feest of fuif komt kijken. Niet alleen voor allerhande informatie en voor de nodige vergunningen, maar ook voor extra service en begeleiding.
Een feestloket zorgt voor een win win situatie: de fuiforganisator weet zich gesteund door de gemeente en kan in optimale omstandigheden, met een minimum aan administratieve rompslomp,
zijn/haar
evenement
organiseren.
De
gemeente
krijgt
er
goed
geïnformeerde organisatoren en een beter zicht op het feest- en fuifgebeuren op het grondgebied voor in de plaats.
Er zijn tal van redenen om als gemeente te kiezen voor een uniek loket: 1
Fuiforganisatoren worden geconfronteerd met een hoop regels waar ze niet wijs uit raken. Vaak worden ze van het kastje naar de muur gestuurd om aan alle nodige vergunningen te geraken. Eén loket waar je terecht kan voor informatie en alle
nodige
vergunningen
betekent
een
belangrijke
ontlasting
van
de
fuiforganisator. 2
Elke overheid staat voor de uitdaging de dienstverlening aan haar burgers voortdurend te verbeteren en haar werking zo te organiseren dat ze soepel kan inspelen op nieuwe uitdagingen.
3
Op termijn kan een goed geolied feestloket voor de gemeente ook een verhoogde
efficiëntie
opleveren
omdat
alle
informatie,
formulieren
en
bijhorende vragen en antwoorden er gegroepeerd worden en de administratieve rompslomp tot een minimum herleid wordt. 4
Mensen die initiatieven nemen om andere mensen samen te brengen, zorgen voor belangrijke netwerken in de samenleving. Feesten zijn een krachtig middel om verzuring en vereenzaming tegen te gaan. Elke overheid zou het tot haar opdracht moeten rekenen om deze mensen aan te moedigen en hen maximaal te ondersteunen.
FUIFPUNT MEMORANDUM
10
Hoe geef je vorm aan een feestloket in je gemeente?
Je houdt bij het opzetten van een feestloket best een aantal principes voor ogen: 1
Het feestloket is er om de administratieve rompslomp te verminderen, vermijd de creatie van extra regels.
2
Je stelt het uniek loket best open voor iedereen, en je hanteert ook best voor iedereen dezelfde voorwaarden. Jongeren strengere voorwaarden opleggen dan andere bevolkingsgroepen mag je niet zomaar.
3
Leg het accent op ondersteuning van de organisator om tot een goede fuif te komen. Het is belangrijk dat een feestloket gekaderd wordt binnen een constructief gemeentelijk fuifbeleid dat fuiven blijvend wil mogelijk maken en stimuleren.
Vaak wordt dit loket toegevoegd aan de jeugddienst. In sommige gemeenten krijgt het uniek loket onderdak bij de cultuurdienst, de dienst Vrije Tijd, of de dienst Feesten. Bij welke gemeentelijke dienst het feestloket ondergebracht wordt is op zich niet zo belangrijk, de motivatie/argumenten waarop men zich baseert om dit te doen zijn dat wel. Ook de attitude van de ambtenaar is erg belangrijk. Hij/zij moet enige affiniteit hebben met het verenigingsleven en stelt de ondersteuning van de organisator voorop. De organisator mag dus niet het gevoel krijgen dat het feestloket een verlengde is van bijvoorbeeld de politiedienst of dat het een soort controleorgaan is.
Feestloket small of de luxe?
De gemeente kan opteren voor een minimale invulling van het feestloket. Fuifpunt promoot het feestloket met uitgebreide service. Zo’n feestloket biedt de organisator bijvoorbeeld akoestische begeleiding bij de fuif. Dankzij een paar handige tips & kleine ingrepen kan de organisator het geluidsniveau van de muziek op de fuif optimaliseren én tegelijkertijd de geluidsoverlast minimaliseren. Verder kan het feestloket ook een standaard abonnementenpolis ingebruikname gemeentelijke culturele infrastructuur aanbieden aan organisatoren die een fuif houden in een gemeentelijke zaal. Met zo’n abonnementspolis kan zowel de burgerlijke aansprakelijkheid als de contractuele aansprakelijkheid worden gedekt. Fuiforganisatoren worden op die manier voor een zacht prijsje niet alleen verzekerd voor fouten t.o.v. derden maar ook voor schade aan de zaal. Welke functies een feestloket verder nog zoal op zich kan nemen, lees je op www.fuifpunt.be
bij
» Beleid
» Lokaal
feest-
en
fuifbeleid
» éénloketsysteem
» minimale functies.
FUIFPUNT MEMORANDUM
11
ACTUELE KNELPUNTEN OP FUIFGEBIED
Een fuifbeleid voeren gaat over tal van dingen, van ondersteuning, tot fuifinfrastructuur tot een aangepast wettelijk kader. Een aantal typische fuifproblemen gaan al een tijdje mee maar blijven brandend actueel, een aantal staken recent de kop op. Wij zetten de voornaamste hier kort en bondig op een rijtje. Wil je wat dieper graven & ben je op zoek naar concrete oplossingen? Neem een kijkje op www.fuifpunt.be
Investeren in fuifinfrastructuur
In heel wat gemeenten is er nauwelijks of geen (geschikte) fuifinfrastructuur. Vooral kleine fuifzalen lijken langzaam maar zeker te verdwijnen. Dat is jammer, zeker als je weet dat 1/3 van de fuivende jongeren de voorkeur geeft aan een kleine fuif. Om in te spelen op de noden is het belangrijk dat de gemeente een actief infrastructuurbeleid voert. Op die manier vermijd je dat jongeren naar naburige gemeenten moeten trekken om te kunnen fuiven. Er zijn tal van mogelijkheden. De gemeente kan opteren voor een splinternieuwe fuifzaal. Het grote voordeel is dat je weloverwogen keuzes kan maken wat de locatie, inplanting en inrichting van de zaal betreft. Verder is bij nieuwbouw de meerprijs die je betaalt voor een goed geïsoleerde fuifinfrastructuur minimaal. De gemeente kan – al dan niet in afwachting van nieuwe infrastructuur- aan de slag met bestaande fuifinfrastructuur. De gemeente kan het goede voorbeeld geven door de bestaande gemeentelijke infrastructuur ter beschikking stellen voor fuiven en waar nodig investeringen doen zodat deze beantwoordt aan de normen die aan feestzalen worden gesteld. Het
particuliere
zaalaanbod
kan
een
belangrijke
aanvulling
vormen
op
de
gemeentelijke fuifinfrastructuur. Goede communicatie en regelmatig overleg tussen de lokale overheid en particuliere zaaluitbaters, en stimulansen om de infrastructuur ter beschikking te stellen voor fuiven passen dan ook in het plaatje van een gedragen gemeentelijk infrastructuurbeleid.
Brandveiligheidsnormen
Over de brandveiligheid van fuifzalen is de regelgeving verre van eenduidig en doorzichtig. Niet alleen zijn de bevoegdheden sterk verspreid over de verschillende beleidsniveaus, verschillende overheden springen ook op verschillende manieren om met de hen toebedeelde bevoegdheden. De (bijkomende) regels en eisen die men aan
FUIFPUNT MEMORANDUM
12
fuifzalen stelt, kunnen van gemeente tot gemeente erg verschillen en zelfs binnen een gemeente van zaal tot zaal. Fuifpunt pleit voor een meer eenduidige regelgeving. Gemeenten werken grotendeels zelf reglementen inzake brandveiligheid van publiek toegankelijke inrichtingen uit. Hier is het vooral belangrijk voldoende rekening te houden met de diversiteit van de inrichtingen waarvoor de brandveiligheidsnormen worden uitgetekend. Een norm van maximum aantal toegelaten personen van 1 per vierkante meter is realistisch voor een café of een restaurant. Maar als je dezelfde norm hanteert bij fuifzalen, dan creëer je situaties waarbij die maar voor 1/3 gevuld zijn. Een norm van 3 personen/m² in zalen zonder tafels en stoelen - indien er voldoende nooduitgangen zijn – is aangewezen voor een fuifzaal. Bij retributiereglementen op brandweercontroles werkt de gemeente best met vrijstellingen voor (jeugd)organisaties. Dit moet een gemeenschapsdienst blijven.
De burgemeester heeft op het vlak van brandveiligheid heel wat verantwoordelijkheden. Het is dan ook begrijpelijk dat hij/zij normen uitvaardigt om de veiligheid te optimaliseren. Het uitwerken van die regelgeving gebeurt best in samenspraak met de brandweer en met lokale fuiforganisatoren en zaaluitbaters. Veiligheid moet natuurlijk primeren, maar de ingevoerde normen moeten ook billijk en haalbaar zijn. Vaak is het niet evident voor zaaluitbaters om ook effectief aan deze normen te voldoen, waardoor de sluiting als een zwaard van Damocles boven hun hoofd hangt. Zalen die niet in orde zijn simpelweg sluiten is geen oplossing. Het nu al schaarse aanbod aan fuifzalen nog verder inkrimpen zorgt er enkel voor dat de bestaande zalen nog meer onder druk komen te staan en zo creëer je een sneeuwbaleffect. Dus moet er op zoek gegaan worden naar alternatieven. De lokale overheid doet er goed aan de mogelijkheid te creëren om via een stappenplan de nodige aanpassingen te doen in plaats van de boel te sluiten tot aan alle eisen voldaan is. Er
moet
een
gezond
evenwicht
zijn
tussen
de
eisen
die
men
aan
zaaluitbaters/organisatoren stelt, en een beleid dat ondersteuning biedt om aan deze eisen te voldoen. Op die manier kunnen de verschillende partners stap voor stap en met vereende krachten werken aan een daadkrachtig ‘brandveiligheidsbeleid’ voor de gemeente. Mag het een beetje luider? Fuiven en concerten brengen een decibelniveau te weeg van ver boven de 90 decibel. Niet alleen zalen moeten beter worden geïsoleerd, zeker bij (ver)nieuwbouw moet er veel meer aandacht gaan naar het akoestische verhaal. Bij openlucht- en tentfuiven alsook bij festivalletjes in openlucht, moet een uitzondering op de geluidsnormen van het KB van 24/02/77 door het college van burgemeester en schepenen de standaardprocedure zijn.
FUIFPUNT MEMORANDUM
13
Dit is geen vrijbrief om nog meer decibels de buurt in te jagen. De toegestane uitzondering legt een aantal voorwaarden op aan de organisator en voorziet ook de nodige adviezen rond efficiënt gebruik van de geluidsinstallatie (bijvoorbeeld meer boxen en geen aparte baskasten bij fuiven) zodat het geluidsdrukniveau in de omgeving serieus wordt verlaagd.
Omgaan met wat er vanuit het Vlaamse of federale niveau op de gemeente afkomt
De Vlaamse & federale overheid biedt gemeenten de kans te proeven van allerlei nieuwe initiatieven. Gemeenten krijgen de vrijheid om die initiatieven binnen de Vlaamse of federale lijnen, met de nodige couleur locale vorm en inhoud te geven. Fuifpunt nodigt gemeenten uit voluit voor een constructieve invulling van die vrijheid te gaan. Benader nieuwe uitdagingen voor de gemeente vanuit een stimulansenfilosofie. Ga op zoek naar beleidsmaatregelen die organisatoren stimuleren & gebruik ‘bestraffende’ maatregelen enkel daar waar bepaald gedrag in de gegeven omstandigheden een straf verdient.
Stimulansen voor afvalarme evenementen Meer en meer gemeenten voeren in het kader van de Samenwerkingsovereenkomst met Vlaanderen een politiereglement in op afvalarme evenementen. De gevolgen van zo’n reglement voor kleine organisaties worden vooraf vaak onvoldoende ingecalculeerd. Een reglement betekent vaak niet alleen bijkomende administratie, maar houdt ook het betalen van waarborgen en de kans op boetes in. Ook hier is de boodschap ondersteunen, stimulansen & overleg. Moedig organisatoren op een positieve manier aan om binnen de mogelijkheden én op maat van hun evenement afval te voorkomen en selectief in te zamelen.
Gemeentelijke Administratieve Sancties? Op 1 april 2005 kwamen een aantal artikels uit het strafwetboek te vervallen. Gemeenten kunnen voor een aantal misdrijven zelf uitmaken of ze die strafbaar willen stellen met een administratieve sanctie of een politiestraf. De voorwaarde is dat ze de gedraging die overlast veroorzaakt in hun politieverordening opnemen. Gemeentelijke Administratieve Sancties zijn in het leven geroepen om de plegers van kleine misdrijven - die in het verleden vaak niet vervolgd werden door het parket efficiënter te bestraffen. De bestrijding van overlast staat centraal. Het kan niet de bedoeling zijn administratieve boetes te gebruiken als stok achter de deur om reglementen - met regels die niet tot de bevoegdheden van de gemeente behoren afdwingbaar te maken t.o.v. verenigingen en vrijwilligers.
FUIFPUNT MEMORANDUM
14
KORT SAMENGEVAT De belangrijkste principes samengebald
De gemeente gaat voluit voor de ondersteuning van het lokale fuifgebeuren via een constructieve & geïntegreerde invulling van fuifbeleid.
Overleg met en inspraak van lokale fuifactoren bij het uittekenen en opvolgen van het lokale fuifbeleid is essentieel.
Fuifpunt kiest resoluut voor een beleid op maat. Op maat van de verschillende evenementen, met een op maat van de gemeente geschreven fuifdraaiboek, zonder onderscheid te maken tussen organisatoren.
Zeg nee tegen een apart fuifreglement. We willen naar een beleid met minder regels, en efficiënte, transparante regelgeving.
Het feestloket is de kroon op een goed uitgewerkt fuifbeleid. Eén aanspreekpunt in de gemeente voor iedereen die iets wil organiseren.
Ruimte om te fuiven is schaars. In een globaal fuifbeleid is een doordacht infrastructuurbeleid dat ruimte voor fuiven creëert onontbeerlijk.
Billijke & haalbare brandveiligheidsnormen voor fuifzalen als streefdoel.
Aandacht voor het akoestische verhaal, zowel in ondersteuning van de huidige fuiven als naar de toekomstige nieuwe fuifinfrastructuur.
Optimaal omgaan met bestaande regelgeving & stimulansen/aanmoediging als filosofie bij de uitwerking van nieuwe beleidsmaatregelen.
FUIFPUNT MEMORANDUM
15
MEER INFO? Ben je op zoek naar meer informatie om het fuifbeleid in je gemeente vorm en inhoud te geven? Wil je graag je mening kwijt over dit memorandum of wil je ons informeren over hoe het in jouw gemeente loopt? Neem een kijkje op www.fuifpunt.be of contacteer ons via: Fuifpunt Arenbergstraat 1 D 1000 Brussel
[email protected]
FUIFPUNT MEMORANDUM
16