zijn wij zegenend nabij. Van uw liefde delend, waarin wij zelf tot bron van zegen zijn. Zegen
Hervormde Gemeente Klaaswaal Orde van dienst voor de eredienst op 26 juni 2016 in de Hervormde Kerk te Klaaswaal In deze dienst zal de Heilige Doop bediend worden aan:
Tim Christian Dekker
Na de dienst wordt u uitgenodigd de doopouders in De Schaapskooi te feliciteren met de doop van Tim en hen Gods zegen te wensen over de opvoeding. 12
Voorganger: Organist:
Ds. C.H. Buitink Marcel Saarloos 1
Welkom en mededelingen Zingen: Psalm 111 vers 1 en 3 1 Looft, Hallelujah, looft den Heer'; Mijn ganse hart verheft Zijn eer. Ik zal Zijn Naam en grootheid prijzen; 'k Zal, met d' oprechten onderling, Vereend, in hun vergadering En raad, Hem plechtig eer bewijzen. 3 Hij maakte, Hij, die heerlijk is, Zijn wondren een gedachtenis; Hij is barmhartig en genadig; Hij gaf hun, die Hem vrezen, spijs; En Zijnen groten Naam ten prijs, Gedenkt Hij Zijns verbonds gestadig. Stil gebed Votum en groet Zingen: Psalm 8 vers 1, 3 en 4 1 Heer', onze Heer, grootmachtig Opperwezen; Hoe wordt Uw Naam op aard' alom geprezen! Gij, die den glans van Uwe majesteit, Hebt boven lucht en heemlen uitgebreid. 3 Sla ik naar 't ruim der heldre hemelbogen, Dat heerlijk werk van Uwe vingren, d' ogen; Zie ik bedaard den glans der zilvren maan, En 't sterrenheir, door U geschapen, aan. 4 Mijn God, wat is de mens dan op deez' aarde! De broze mens, hoe klimt hij tot die waarde, Dat Gij aan hem in zoveel gunst gedenkt; En 's mensen zoon Uw teerste liefde schenkt! 2
‘Ik ben die Ik ben’ is uw eeuwige naam. Onnoembaar aanwezig deelt U mijn bestaan. Hoe adembenemend, ontroerend dichtbij: uw naam is ‘Ik ben’, en ‘Ik zal er zijn’. (2x) Dankgebed en voorbede Collecte voor het onderhoud van de gebouwen Slotlied: Op Toonhoogte 167 “Gebed om zegen” Zegen mij op de weg die ik moet gaan. Zegen mij op de plek waar ik zal staan. Zegen mij in alles, wat U van mij verlangt. O God, zegen mij alle dagen lang! Vader, maak mij tot een zegen; ga mij niet voorbij. Regen op mij met uw Geest, Heer, Jezus, kom tot mij als de Bron van leven, die ontspringt, diep in mij. Breng een stroom van zegen, waarin U zelf steeds mooier wordt voor mij. Zegen ons waar we in geloof voor leven. Zegen ons waar we hoop en liefde geven. Zegen om de ander tot zegen te zijn. O God, zegen ons tot in eeuwigheid! Vader, maak ons tot een zegen; hier in de woestijn. Wachtend op uw milde regen, om zelf een bron te zijn. Met een hart vol vrede, 11
Voor 's vijands macht en vreeslijk woeden, En hen beschermt in 't grootst gevaar. Wil mij Uw bijstand niet onttrekken; Uw zorg bewaak' mij van omhoog; Bewaar m' als d' appel van het oog; Wil mij met Uwe vleuglen dekken. Verkondiging Zingen: Op Toonhoogte 189 (“Ik zal er zijn”) Hoe wonderlijk mooi is uw eeuwige Naam. Verborgen aanwezig deelt U mijn bestaan. Waar ik ben, bent U: wat een kostbaar geheim. Uw naam is ‘Ik ben’ en ‘Ik zal er zijn’. Een boog in de wolken als teken van trouw, staat boven mijn leven, zegt: Ik ben bij jou! In tijden van vreugde, maar ook van verdriet, ben ik bij U veilig, U die mij ziet. De toekomst is zeker, ja eindeloos goed. Als ik eens moet sterven, als ik U ontmoet: dan droogt U mijn tranen, U noemt zelfs mijn naam. U blijft bij mij Jezus, laat mij niet gaan. ‘Ik ben die Ik ben’ is uw eeuwige naam. Onnoembaar aanwezig deelt U mijn bestaan. Hoe adembenemend, ontroerend dichtbij: uw naam is ‘Ik ben’, en ‘Ik zal er zijn’. O Naam aller namen, aan U alle eer. Niets kan mij ooit scheiden van Jezus mijn Heer: Geen dood en geen leven, geen moeite of pijn. Ik zal eeuwig zingen, dicht bij U zijn. 10
Wetslezing Zingen: Psalm 19 vers 1 en 4 1 Het ruime hemelrond Vertelt, met blijden mond, Gods eer en heerlijkheid. De heldre lucht en 't zwerk, Verkondigen Zijn werk, En prijzen Zijn beleid, Dus kan ons dag bij dag, Tot roem van Gods gezag, Zijn wonderen verhalen. Dus weet ons nacht bij nacht Zijn onbegrensde macht. En wijsheid af te malen. 4 Des Heeren wet nochtans, Verspreidt volmaakter glans, Dewijl zij 't hart bekeert, 't Is Gods getuigenis, Dat eeuwig zeker is, En slechten wijsheid leert. Wat Gods bevel ons zegt, Vertoont ons 't heiligst recht, En kan geen kwaad gedogen. Zijn wil, die 't hart verheugt, Eist zuiverheid en deugd; Verlicht de duistre ogen. Gebed Lezing doopformulier De hoofdsom van de leer van de Heilige Doop omvat de volgende drie delen. In de eerste plaats zijn wij met onze kinderen in zonde ontvangen en geboren. Daarom zijn wij 3
mensen op wie de toorn van God rust, zodat wij in Zijn rijk niet kunnen komen, tenzij wij opnieuw geboren worden. Dit leert ons de ondergang in en de besprenkeling met het water. Daardoor wordt ons de onreinheid van onze ziel aangewezen. Zo worden wij opgeroepen om een afkeer van onze zonde te hebben, ons voor God te verootmoedigen, en onze reiniging en zaligheid buiten onszelf te zoeken. In de tweede plaats betuigt en verzegelt ons de Heilige Doop de afwassing van de zonden door Jezus Christus. Daarom worden wij gedoopt in de naam van de Vader en van de Zoon en van de Heilige Geest . Als wij gedoopt worden in de naam van de Vader, betuigt en verzegelt ons God de Vader dat Hij met ons een eeuwig verbond der genade opricht en ons tot Zijn kinderen en erfgenamen aanneemt. Daarom wil Hij ons met al het goede verzorgen, al het kwade van ons weren of dat kwade voor ons doen meewerken ten goede. Als wij gedoopt worden in de naam van de Zoon, verzegelt ons de Zoon, dat Hij ons wast in Zijn bloed van al onze zonden en ons in de gemeenschap van Zijn dood en opstanding inlijft. Zo worden wij van al onze zonden bevrijd en rechtvaardig voor God gerekend. Als wij gedoopt worden in de naam van de Heilige Geest, verzekert ons de Heilige Geest door dit heilig sacrament, dat Hij in ons wonen en ons tot leden van Christus heiligen wil. Zo wil Hij ons schenken wat wij in Christus hebben, namelijk de afwassing van onze zonde en de dagelijkse vernieuwing van ons leven. Totdat wij uiteindelijk in de gemeente van de uitverkorenen in het eeuwige leven geheel rein een plaats zullen ontvangen In de derde plaats, omdat elk verbond twee delen in zich heeft, worden wij door God door middel van de doop opgeroepen en verplicht tot een nieuwe gehoorzaamheid. Dit betekent dat wij innig verbonden met deze enige God Vader, Zoon en Heilige Geest-, Hem vertrouwen en liefhebben met heel ons hart, met heel onze ziel, in heel ons denken en met al onze krachten . Verder, dat wij ons van de wereld afkeren, onze oude natuur doden en in een nieuw godvrezend leven
broeder, zal Ik vergelding eisen voor het leven van de mens. 6 Vergiet iemand het bloed van de mens, door de mens zal diens bloed vergoten worden; want naar het beeld van God heeft Hij de mens gemaakt. 7 Wat u betreft, wees vruchtbaar en word talrijk; breid u overvloedig uit op de aarde, en word talrijk daarop. 8 En God zei tegen Noach en zijn zonen met hem:9 En Ik, zie, Ik maak Mijn verbond met u, met uw nageslacht na u, 10 en met alle levende wezens die bij u zijn: de vogels, het vee en alle dieren van de aarde met u; van alles wat uit de ark is gegaan, tot alle dieren van de aarde toe. 11 Ik maak Mijn verbond met u, dat niet meer alle vlees door het water van een vloed zal worden uitgeroeid, en dat er geen vloed meer zal zijn om de aarde te grondete richten. 12 En God zei: Dit is het teken van het verbond dat Ik geef tussen Mij en u, en alle levende wezens die bij u zijn, alle generaties door tot in eeuwigheid: 13 Mijn boog heb Ik in de wolken gegeven; die zal dienen als teken van het verbond tussen Mij en de aarde. 14 Het zal gebeuren, als Ik wolken boven de aarde breng en de boog in de wolken gezien wordt, 15 dat Ik aan Mijn verbond zal denken, dat er is tussen Mij en u en alle levende wezens van alle vlees. Het water zal niet meer tot een vloed worden om alle vlees te gronde te richten. 16 Als deze boog in de wolken is, zal Ik hem zien, en denken aan het eeuwig verbond tussen God en alle levende wezens van alle vlees dat op de aarde is. 17 God zei dus tegen Noach: Dit is het teken van het verbond dat Ik gemaakt heb tussen Mij en alle vlees dat op de aarde is. Dienst der offerranden: De eerste collecte is bestemd voor de instandhouding van de eredienst. De tweede collecte is voor de evangelisatiecommissie Zingen: Psalm 17 vers 4 4 Maak Uwe weldaan wonderbaar, Gij, die Uw kindren wilt behoeden. 9
4
Zoon, dat U dit gedoopte kind door Uw Heilige Geest altijd wilt regeren, opdat hij christelijk en godvrezend opgevoed zal worden en meer en zal groeien in de Heere Jezus Christus. Geef dat hij zo Uw Vaderlijke goedheid en barmhartigheid die U hem en ons allen hebt bewezen, zal belijden en in alle gerechtigheid onder onze enige Leraar, Koning en Hogepriester Jezus Christus leven en moedig tegen de zonde, de duivel en heel zijn rijk zal strijden en mag overwinnen. Dan zal hij U en Uw Zoon Jezus Christus en de Heilige Geest, de enige en waarachtige God, eeuwig loven en prijzen. Amen. Schriftezing: Genesis 8:20-Genesis 9:17 20 En Noach bouwde een altaar voor de HEERE; en hij nam van al het reine vee en van alle reine vogels, en bracht brandoffers op dat altaar. 21 En de HEERE rook die aangename geur, en de HEERE zei in Zijn hart: Ik zal de aardbodem voortaan niet meer vervloeken vanwege de mens; de gedachtespinsels van het hart van de mens zijn immers slecht, van zijn jeugd af; en Ik zal voortaan niet al het levende meer doden, zoals Ik gedaan heb. 22 Voortaan, al de dagen van de aarde, zullen zaaitijd en oogsttijd, koude en hitte, zomer en winter, dag en nacht niet ophouden. 1 Toen zegende God Noach en zijn zonen en Hij zei tegen hen: Wees vruchtbaar, word talrijk en vervul de aarde! 2 Vrees en schrik voor u zal er zijn bij alle dieren van de aarde en bij alle vogels in de lucht, bij alles wat over de aardbodem kruipt en bij alle vissen in de zee; zij zijn in uw hand gegeven. 3 Alles wat zich beweegt, waarin leven is, zal u tot voedsel dienen; Ik heb het u allemaal gegeven, evenals het groene gewas. 4 Maar vlees met zijn leven, zijn bloed, er nog in mag u niet eten. 5 Voorzeker, Ik zal vergelding eisen voor uw bloed, voor uw levens. Van de hand van alle dieren zal Ik vergelding eisen; ook van de hand van de mens, van de hand van ieders 8
wandelen. En wanneer wij soms uit zwakheid in zonden vallen, moeten wij aan Gods genade niet twijfelen, en ook niet in de zonde blijven liggen. De doop is immers een zegel en ontwijfelbaar getuigenis dat wij een eeuwig verbond der genade met God hebben. Hoewel onze kleine kinderen dit alles niet begrijpen, mogen we hen toch niet van de doop uitsluiten. Want zonder dat zij het weten, hebben zij ook deel aan het oordeel van God in Adam en zo worden zij ook zonder het te weten in Christus tot genade aangenomen. Immers, wat God zegt tot Abraham, de vader van alle gelovigen, geldt ook voor ons en onze kinderen: ‘Ik zal Mijn verbond oprichten tussen Mij en tussen u, en tussen uw zaad na u in hun geslachten tot een eeuwig verbond, om u te zijn tot een God, en uw zaad na u’. Hetzelfde verklaart Petrus met deze woorden: ‘Want u komt de belofte toe en uw kinderen, en allen die daar verre zijn, zovelen als er de Heere onze God toe roepen zal’. Daarom heeft God vroeger bevolen de kinderen te besnijden. Deze besnijdenis was een zegel van het verbond en van de gerechtigheid van het geloof. Zo heeft ook Christus de kinderen omhelsd, de handen opgelegd en gezegend. Omdat (onder het nieuwe verbond) de doop naast de besnijdenis gekomen is, behoort men de kleine kinderen als erfgenamen van het rijk van God en van Zijn verbond te dopen. De ouders hebben de plicht hun kinderen in het opgroeien hierin uitvoeriger te onderwijzen. Opdat wij deze heilige instelling van God tot Zijn eer, tot onze troost en tot opbouw van de gemeente mogen bedienen, laten wij Zijn heilige naam aanroepen: Almachtige en eeuwige God. U hebt naar Uw streng oordeel de ongelovige wereld, die geen berouw toonde, met de zondvloed gestraft. Maar U hebt de gelovige Noach met zijn achten in Uw grote barmhartigheid behouden en bewaard. U hebt de verharde Farao met heel zijn volk in de Rode Zee verdronken, maar Uw volk Israël daar droogvoets doorheen geleid,waardoor de doop wordt aangeduid. 5
Wij bidden U, pleitend op Uw grondeloze barmhartigheid, dat U Tim in genade wilt aanzien en door Uw Heilige Geest in Uw Zoon, Jezus Christus wilt inlijven, opdat hij met Hem in Zijn dood begraven wordt en met Hem mag opstaan in een nieuw leven; zijn kruis in de dagelijkse navolging van Christus blijmoedig mag dragen en Hem toegewijd zijn met waarachtig geloof, vaste hoop en vurige liefde; opdat hij dit leven, dat toch niets anders is dan een voortdurend sterven, door Uw genade getroost mag verlaten en dat hij op de jongste dag voor de rechterstoel van Christus, Uw Zoon onbevreesd mag verschijnen. Door Hem, onze Heere Jezus Christus, Uw Zoon, die met U en met de Heilige Geest, één enig God, leeft en regeert in eeuwigheid. Amen.
Ten eerste: Belijdt u dat onze kinderen, hoewel ze in zonde ontvangen en geboren zijn en daarom aan allerlei ellende, zelfs aan het oordeel van God onderworpen zijn, toch in Christus geheiligd zijn en daarom als leden van Zijn gemeente behoren gedoopt te zijn? Ten tweede: Belijdt u dat de leer die in het Oude en Nieuwe Testament en in de artikelen van het christelijk geloof vervat is, en in de christelijke kerk alhier geleerd wordt, de ware en volkomen leer van de zaligheid is? Ten derde: Belooft u en neemt u voor uw rekening Tim van wie u vader en moeder bent, bij het opgroeien in deze leer naar uw vermogen te onderwijzen en te laten onderwijzen? Antwoord: Ja
Terwijl Tim en de kinderen uit de crèche binnen komen zingen wij: Psalm 105 vers 5
Bediening van de Heilige doop aan Tim Christian Dekker
5
Staande zingen we de doopouders Psalm 134 vers 3 toe
God zal Zijn waarheid nimmer krenken, Maar eeuwig Zijn verbond gedenken. Zijn woord wordt altoos trouw volbracht, Tot in het duizendste geslacht. 't Verbond met Abraham, Zijn vrind, Bevestigt Hij van kind tot kind.
Beantwoording doopvragen door de doopouders Vragen aan de ouders Geliefden in de Heere Christus, u hebt gehoord dat de doop een instelling van God is om aan ons en ons nageslacht Zijn verbond te verzegelen. Daarom moeten wij de doop met dat doel en niet uit gewoonte of bijgeloof gebruiken. Opdat het dan openlijk bekend wordt dat u zo gezind bent, zult u van uw kant op de volgende vragen oprecht antwoorden:
6
3 Dat ‘s Heeren zegen op u daal’; Zijn gunst uit Sion u bestraal’. Hij schiep ‘t heelal, Zijn Naam ter eer: Looft, looft dan aller heren Heer’! Onder het naspel van psalm 134 verlaten de kinderen van de creche weer de kerk. Dankgebed na de doop Almachtige en barmhartige God en Vader, wij danken en loven U dat U ons en onze kinderen door het bloed van Uw geliefde Zoon Jezus Christus al onze zonden vergeven hebt. En dat U ons door Uw Heilige Geest tot leden van Uw eniggeboren Zoon en zo tot Uw kinderen hebt aangenomen en ons dit met de Heilige Doop verzegelt en bekrachtigt. Wij bidden U ook door Hem, Uw geliefde 7