Naam
Datum
Herhalingsvragen – Duiken in bergmeren Aan de leerling: Beantwoord de volgende vragen en lever deze herhalingsvragen in tijdens je volgende sessie met de instructeur. 1. Definieer "duiken in bergmeren" en leg in het kort uit waarom er speciale overwegingen zijn bij het gebruik van tabellen en computers op grotere hoogte.
2. Wat is het belangrijkste verschil tussen het duiken op hoogte en het vliegen na het duiken?
3. Wat zijn de aanbevelingen voor het vliegen na het duiken?
4. Noem twee mogelijke schadelijke lichamelijke toestanden welke naast decompressieziekte een zorg zijn bij het duiken op grotere hoogte en hoe deze voorkomen kunnen worden. 1. 2.
5. Beschrijf welke invloed de grotere hoogte op ieder van de volgende instrumenten heeft en hoe je je aan de gevolgen daarvan kunt aanpassen. a. Digitale elektronische dieptemeters:
b. Dieptemeters met bourdonbuis:
c. Capillaire dieptemeters:
d. Duikcomputers:
6. Geef voor ieder van de volgende de waarden aan bij het gebruik van de RDP op grotere hoogte: a. Stijgsnelheid: b. Tijd en diepte van de veiligheidsstop: c. Maximum diepte: d. Maximum hoogte:
7. Wat wordt over het algemeen als het maximum aantal duiken per dag op grotere hoogte aanbevolen wanneer van de RDP gebruik gemaakt wordt?
8. Je wilt een uur nadat je bent aangekomen bij een bergmeer op een hoogte van 1090 meter gaan duiken op een diepte van 18 meter. Wanneer je deze eerste duik tot aan de nultijd maakt, wat zou dan de aangepaste nultijd zijn voor een duik naar dezelfde diepte na een oppervlakte interval van 45 minuten?
9. Nadat je zeven uur op een hoogte van 1226 meter bent geweest wil je in een bergmeer op deze hoogte een duik gaan maken naar een diepte van 24 meter. Wat is de nultijd? Wanneer je de duiktijd beperkt tot 15 minuten, wat zou dan de aangepaste nultijd zijn voor een herhalingsduik op een diepte van 18 meter na een oppervlakte interval van een uur en vijf minuten?
Verklaring van de leerling: Ik heb deze vragen naar mijn beste kunnen beantwoord. Alle vragen welke ik verkeerd of niet volledig beantwoord heb zijn aan mij uitgelegd en ik begrijp nu de juiste oplossing.
Naam
Datum
Naam
Datum
Herhalingsvragen – AWARE visherkenning Aan de leerling: Beantwoord de volgende vragen en lever deze herhalingsvragen in tijdens je volgende sessie met de instructeur. 1. Waarom zijn duikers en snorkelaars de “natuurlijke” ambassadeurs voor het milieu onder water?
2. A.W.A.R.E. staat voor:
3. Goed of fout. De missie van Project AWARE bestaat er onder andere uit de wereld te informeren over het belang van het beschermen van het milieu onder water.
4. Project AWARE steunt activiteiten voor het milieu door: a. studie van het leven onder water en opleiding op dit gebied aan te moedigen. b. bij projecten die de moeite waard zijn te helpen en financieel te steunen, welke het bewustzijn en het begrip bij mensen over het kwetsbare leven onder water verbeteren. c. het steunen van milieu onderzoek. d. Alle bovenstaande antwoorden zijn juist.
5. Wat is ongeveer het aantal soorten vis op de wereld?
6. Goed of fout. Een eenvoudige strategie voor het herkennen van vis, is om je te concentreren op families, in plaats van het proberen ieder soort vis te herkennen.
7. Het herkennen van vis is een ________________ activiteit, Je dient het te voorkomen om vis ________________, om deze beter te kunnen bekijken. a. interactieve/fotograferen b. passieve/aan te staren c. passieve/op te jagen d. interactieve/te tekenen
8. Noem tenminste vier families van vis welke je kunt gebruiken om vis in de plaatselijke omgeving te herkennen. 1. 2. 3. 4.
9. Noem een aantal kenmerken welke er bij helpen de verschillende visfamilies te onderscheiden.
10. Beschrijf de techniek van de “observerend duiker”?
Verklaring van de leerling: Ik heb deze vragen naar mijn beste kunnen beantwoord. Alle vragen welke ik verkeerd of niet volledig beantwoord heb zijn aan mij uitgelegd en ik begrijp nu de juiste oplossing.
Naam
Datum
Naam
Datum
Herhalingsvragen – Bootduiken Aan de leerling: Beantwoord de volgende vragen en lever deze herhalingsvragen in tijdens je volgende sessie met de instructeur. 1. Geef op de tekening aan waar zich bakboord, stuurboord, loef, lei, boeg en hek zich bevinden.
2. Noem acht uitrustingsstukken welke je normaal gesproken op een boot voor het duiken aantreft. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
3. Beschrijf wat je kunt doen om zeeziekte te voorkomen en wat je dient te doen wanneer zeeziekte optreed.
4. Beschrijf de “algemene” procedure welke je kunt verwachten bij het aan boord gaan van een boot voor het duiken.
5. Op de meeste duikboten dien je je direct vanuit de tas aan te kleden en te zorgen dat je niet teveel _________ in beslag neemt.
6. Leg de algemene richtlijnen uit voor het te water gaan vanaf verschillende boten.
7. Beschrijf het doel en de locatie van de volgende lijnen. Ankerlijn: Uitrustingslijn: Zwemlijn: Stromingslijn:
8. Beschrijf hoe vanaf een boot een vrije afdaling gemaakt wordt.
9. Wat zijn de algemene richtlijnen om bij een boot voor het duiken het water te verlaten?
10. Waarom dien je er voor te zorgen dat je luistert naar het tellen van de duikers na de duik?
Verklaring van de leerling: Ik heb deze vragen naar mijn beste kunnen beantwoord. Alle vragen welke ik verkeerd of niet volledig beantwoord heb zijn aan mij uitgelegd en ik begrijp nu de juiste oplossing.
Naam
Datum
Naam
Datum
Herhalingsvragen – Diepduiken Aan de leerling: Beantwoord de volgende vragen en lever deze herhalingsvragen in tijdens je volgende sessie met de instructeur. 1. Noem vijf factoren welke je in overweging dient te nemen bij het vastleggen van je persoonlijke dieptelimiet. 1. 2. 3. 4. 5.
2. Leg uit hoe je beoordeelt of je duikuitrusting geschikt is voor het diepduiken.
3. Noem vijf uitrustingsstukken die voor het diepduiken aanbevolen worden. 1. 2. 3. 4. 5.
4. Beschrijf technieken voor het afdalen/opstijgen tijdens diepe duiken, waaronder de lichaamshouding, de juiste snelheid aanhouden en het afdalen/opstijgen zonder visuele referentie.
5. Leg uit hoe noodgevallen met weinig of geen lucht tijdens een diepe duik voorkomen kunnen worden. 6. Beschrijf hoe met referentie een veiligheidsstop op vijf meter diepte uitgevoerd wordt (aan een lijn of het verloop van de bodem).
7. Beschrijf hoe stikstofnarcose voorkomen wordt en wat je moet doen als het toch optreedt.
8. Noem zes tekens en zes symptomen van decompressieziekte. Symptomen: 1. 2. 3. 4. 5. 6. Tekens: 1. 2. 3. 4. 5. 6.
9. Wat is de primaire reden waarom duikers een decompressieaandoening krijgen?
10. Leg uit hoe de kans op een decompressieaandoening beperkt kan worden. Verklaring van de leerling: Ik heb deze vragen naar mijn beste kunnen beantwoord. Alle vragen welke ik verkeerd of niet volledig beantwoord heb zijn aan mij uitgelegd en ik begrijp nu de juiste oplossing.
Naam
Datum
Naam
Datum
Herhalingsvragen – Scooter (DPV) Aan de leerling: Beantwoord de volgende vragen en lever deze herhalingsvragen in tijdens je volgende sessie met de instructeur. 1. Noem twee voordelen van het gebruik van een scooter.
2. Wat zijn de vijf kenmerken welke bij vrijwel iedere scooter te vinden zijn?
3. Waarom is het belangrijk om een scooter tijdens het transport op de boot vast te zetten.
4. Wat is een goede richtlijn voor het gebruik van de capaciteit van de batterij (of luchtvoorraad) bij het bepalen van het punt om terug te keren?
5. Goed of fout. In extreme gevallen kan het zijn dat je de scooter moet achterlaten.
6. Goed of fout. Bij het gebruik van een scooter dien je er voor te zorgen dat je stijgsnelheid nooit groter is dan 18 meter per minuut, of de geringere stijgsnelheid van je duikcomputer.
7. Noem twee manieren om te voorkomen dat de schroef verstrikt of geblokkeerd raakt.
8. Goed of fout. Je mag je nooit met twee duikers door één scooter laten slepen. Iedere duiker dient over een eigen scooter te beschikken.
9. Beschrijf de procedure om vanaf de kant met een scooter te water te gaan.
10. Op welke twee manieren kun je voorkomen dat je door het gebruik van een scooter het leven onder water beschadigt. Verklaring van de leerling: Ik heb deze vragen naar mijn beste kunnen beantwoord. Alle vragen welke ik verkeerd of niet volledig beantwoord heb zijn aan mij uitgelegd en ik begrijp nu de juiste oplossing.
Naam
Datum
Naam
Datum
Herhalingsvragen – Driftduiken Aan de leerling: Beantwoord de volgende vragen en lever deze herhalingsvragen in tijdens je volgende sessie met de instructeur.
1. Noem de vier voordelen van en overwegingen voor het driftduiken en geef hier uitleg over. Voordelen: 1. 2. 3. 4. Overwegingen: 1. 2. 3. 4.
2. Leg uit waarom het aan te bevelen is dat voor de meeste vormen van driftduiken voor toezicht vanaf de oppervlakte wordt gezorgd.
3. Noem vijf overwegingen welke je dient op te nemen in de planning van een driftduik. 1. 2. 3. 4. 5.
4. Beschrijf het verschil tussen het te water gaan met een negatief drijfvermogen en met een positief drijfvermogen en beschrijf in welke situatie je van welke techniek gebruik zou maken.
5. Leg de procedure uit voor het afdalen langs de lijn van een drijver, om te zorgen dat tijdens een driftduik de groep bij elkaar blijft.
6. Beschrijf diverse technieken welke gebruikt worden om tijdens de tour van de driftduik bij de groep te blijven.
7. Beschrijf de procedure voor het opstijgen als groep en voor het opstijgen in individuele buddyteams. Leg uit in welke situatie een buddyteam de groep mag verlaten en individueel aan de opstijging mag beginnen.
8. Beschrijf de procedures om na een driftduik het water op een veilige manier te verlaten en aan boord van de boot te gaan.
9. Leg uit hoe je kunt voorkomen dat je in de stroming buiten adem raakt.
10. Geef een definitie voor “de weg kwijt zijn” in samenhang met een driftduik en leg uit hoe je de groep zou kunnen terugvinden wanneer je “de weg kwijt bent”. Verklaring van de leerling: Ik heb deze vragen naar mijn beste kunnen beantwoord. Alle vragen welke ik verkeerd of niet volledig beantwoord heb zijn aan mij uitgelegd en ik begrijp nu de juiste oplossing.
Naam
Datum
Naam
Datum
Herhalingsvragen – Droogpakduiken Aan de leerling: Beantwoord de volgende vragen en lever deze herhalingsvragen in tijdens je volgende sessie met de instructeur. 1. Leg uit waarom zelfs een milde onderkoeling een probleem kan zijn voor een duiker en hoe dit voorkomen kan worden.
2. Hoe controleer je voor het duiken met een droogpak of je de juiste hoeveelheid lood draagt?
3. Waarom is het belangrijk dat je niet met een te strakke nekseal duikt?
4. Hoe zorg je voor een neutraal drijfvermogen aan de oppervlakte, hoe dien je onder water een neutraal drijfvermogen te bewerkstelligen en te behouden en hoe voorkom je tijdens het duiken een squeeze van het droogpak?
5. Beschrijf hoe je onder water lucht aan het pak toevoegt.
6. Hoe laat je onder water lucht uit je droogpak ontsnappen?
7. Wat moet je doen wanneer je tijdens een duik, door overtollige lucht in het droogpak, een positief drijfvermogen krijgt?
8. Wat doe je wanneer je te veel lucht in de benen/laarsjes van je droogpak hebt?
9. Wat dien je over de ademhaling te onthouden voor het geval dat je in een ongecontroleerde opstijging terechtkomt?
10. Beschrijf wat je moet doen wanneer je droogpak volloopt.
Verklaring van de leerling: Ik heb deze vragen naar mijn beste kunnen beantwoord. Alle vragen welke ik verkeerd of niet volledig beantwoord heb zijn aan mij uitgelegd en ik begrijp nu de juiste oplossing.
Naam
Datum
Naam
Datum
Herhalingsvragen – Multilevel en duiken met Duikcomputers Aan de leerling: Beantwoord de volgende vragen en lever deze herhalingsvragen in tijdens je volgende sessie met de instructeur. 1. Beschrijf hoe de nultijden vastgelegd worden.
2. Omdat mensen verschillen in hun __________________ en gevoeligheid voor decompressieziekte, kan geen ________ of ________________ garanderen dat decompressieziekte nooit zal optreden, ook niet wanneer je binnen de grenzen duikt.
3. Beschrijf hoe je dient op te stijgen, ongeacht welke tabel of computer je gebruikt.
4. Waarom dient een duik die een nooddecompressie noodzakelijk heeft gemaakt de laatste duik te zijn die dezelfde dag gemaakt wordt en bij voorkeur de enige duik te zijn?
5. Noem acht regels welke van toepassing zijn op het duiken met een computer. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
6. Noem drie uitrustingsstukken voor het maken van multilevel-duiken (naast de normale uitrusting voor het duiken in de plaatselijke omstandigheden). 1. 2. 3.
7. Noem drie potentiële gevaren bij het multilevel-duiken. 1. 2. 3.
8. Wat zijn twee veel gemaakte fouten welke je dient te voorkomen bij het maken van multilevel-duiken, met of zonder duikcomputer? 1. 2.
9. Welke drie overwegingen neem je op in je planning van een multilevel-duik? 1. 2. 3.
10. Je kunt van het ”wheel” gebruik maken om __________hoeveel tijd je computer zal geven voor de eerste duik van de dag en voor herhalingsduiken.
11. Beschrijf wat je dient te doen wanneer je computer tijdens een duik uitvalt.
Verklaring van de leerling: Ik heb deze vragen naar mijn beste kunnen beantwoord. Alle vragen welke ik verkeerd of niet volledig beantwoord heb zijn aan mij uitgelegd en ik begrijp nu de juiste oplossing.
Naam
Datum
Naam
Datum
Herhalingsvragen – Nachtduiken Aan de leerling: Beantwoord de volgende vragen en lever deze herhalingsvragen in tijdens je volgende sessie met de instructeur. 1. Wat zijn de aanbevelingen met betrekking tot het gebruik van nieuwe of onbekende apparatuur voor het nachtduiken?
2. Noem drie manieren waarop markeerlichten gebruikt kunnen worden en waar je ze voor dit gebruik zou bevestigen. 1. 2. 3.
3. Beschrijf wat je in overweging dient te nemen bij het beoordelen van een mogelijke locatie voor een nachtduik.
4. Wat zijn vijf duikomstandigheden welke je voor het nachtduiken dient te vermijden? 1. 2. 3. 4.
5. Wat zijn vier algemene overwegingen voor het nachtduiken? 1. 2. 3. 4.
6. Beschrijf in het kort wat je tijdens een nachtduik dient te doen bij het optreden van de volgende zaken: a. Stress: b. Het uitvallen van de duiklamp: c. Contact met de buddy verliezen: d. Desoriëntatie:
7. Hoe ga je voor een nachtduik te water vanaf de kant of een boot?
8. Hoe daal je bij nacht af en hoe stijg je op om te voorkomen dat je gedesoriënteerd raakt?
9. Beschrijf hoe je tijdens een nachtduik communiceert.
10. Beschrijf in het kort de navigatie technieken welke je voor een nachtduik gebruikt om te voorkomen dat je gedesoriënteerd raakt of de weg kwijt raakt.
Verklaring van de leerling: Ik heb deze vragen naar mijn beste kunnen beantwoord. Alle vragen welke ik verkeerd of niet volledig beantwoord heb zijn aan mij uitgelegd en ik begrijp nu de juiste oplossing.
Naam
Datum
Naam
Datum
Herhalingsvragen – Peak Performance Buoyancy Aan de leerling: Beantwoord de volgende vragen en lever deze herhalingsvragen in tijdens je volgende sessie met de instructeur. 1. Schat de benodigde hoeveelheid lood, met behulp van de richtlijnen in dit hoofdstuk (gebaseerd op je huidige lichaamsgewicht), waarmee je het uitloden zou beginnen voor een duik met de volgende uitrusting: a. Neopreen droogpak, 12 l duikfles in zout water. b. 7 mm natpak met kap en laarsjes, 12 l duikfles in zoet water. c. 3 mm overal met een stalen fles in zout water.
2. Onder welke drie omstandigheden dien je je voor een duik uit te loden? 1. 2. 3.
3. Het uitloden is een procedure welke uit vijf stappen bestaat. Geef aan in welke volgorde de stappen uitgevoerd worden door de eerste met één te nummeren, de tweede met 2, en zo voort. __ Controleer of je langzaam zinkt wanneer je uitademt. __ Blijf verticaal in het water hangen, terwijl je een neutraal volume van de longen handhaaft. __ Trek alle uitrusting aan. __ Ga in water dat te diep is om te staan en ontlucht het trimvest (en het droogpak) volledig. __ Voeg lood toe, of verwijder lood, totdat je op ooghoogte blijft drijven bij een neutraal volume van de longen.
4. Kruis de situaties aan waarin je tijdens een duik met je trimvest het drijfvermogen moet aanpassen. Om het verlies aan drijfvermogen door de verbruikte lucht te compenseren. Om veranderingen in het drijfvermogen door het samendrukken van het pak te compenseren. Om aan een opstijging te beginnen. Om tijdens het opstijgen het toegenomen drijfvermogen te compenseren.
5. Vul de ontbrekende tekstdelen in: Wanneer je neutraal uitgetrimd bent zul je enigszins________ als je inademt en _________ als je uitademt.
6. Een juiste hoeveelheid lood en een juiste verdeling daarvan geven je in het water een ________________
7. Noem vier redenen om tijdens het duiken goed gestroomlijnd te zijn. 1. 2. 3. 4.
8. Wanneer je met teveel lood duikt, trekt dit je voeten naar beneden, dus zul je willen voorkomen om met teveel lood te duiken.
9. Om je controle over het drijfvermogen te verbeteren kan het visualiseren je erbij helpen om: te ontspannen. een comfortabel ademritme te bewerken. sierlijk door het water te glijden. Verklaring van de leerling: Ik heb deze vragen naar mijn beste kunnen beantwoord. Alle vragen welke ik verkeerd of niet volledig beantwoord heb zijn aan mij uitgelegd en ik begrijp nu de juiste oplossing.
Naam
Datum
Naam
Datum
Herhalingsvragen – Zoeken en bergen Aan de leerling: Beantwoord de volgende vragen en lever deze herhalingsvragen in tijdens je volgende sessie met de instructeur. 1. Beschrijf het verschil tussen het zoeken en bergen voor de sportduiker en voor de beroepsduiker.
2. Noem vijf potentiële gevaren voor het zoeken en bergen tijdens het duiken. 1. 2. 3. 4. 5. 6.
3. Noem vijf algemene stappen voor de planning van een duik voor het zoeken en bergen. 1. 2. 3. 4. 5.
4. Beschrijf in het kort de spiraal met kompas en de U-patronen.
5. Beschrijf in het kort wanneer en hoe met behulp van een touw in een cirkel gezocht wordt.
6. Leg uit waarom je het trimvest niet als hefballon mag gebruiken.
7. Vanaf ongeveer welk gewicht dien je een hefballon als verplicht te beschouwen?
8. Noem drie redenen waarom het aanschaffen van een kant en klare hefballon de voorkeur heeft boven het improviseren van een hefballon, wanneer je een object wilt bergen. 1. 2. 3.
9. Beschrijf de procedures voor het vastbinden, heffen en het onder controle houden van een object bij het gebruik van een hefballon.
10. Welke luchtbron dient voor het vullen van de hefballon gebruikt te worden?
Verklaring van de leerling: Ik heb deze vragen naar mijn beste kunnen beantwoord. Alle vragen welke ik verkeerd of niet volledig beantwoord heb zijn aan mij uitgelegd en ik begrijp nu de juiste oplossing.
Naam
Datum
Naam
Datum
Herhalingsvragen – Naturalist Aan de leerling: Beantwoord de volgende vragen en lever deze herhalingsvragen in tijdens je volgende sessie met de instructeur. 1. Definieer de termen “ecologie” en “ecosysteem”. Ecologie: Ecosysteem:
2. Noem drie natuurlijke/structurele verschillen tussen ecosystemen aan land en ecosystemen onder water.
3. Wat is de meest voor komende reden van “aanvallen” door dieren onder water?
4. Beschrijf op een accurate manier wat voor mening je dient te hebben over potentieel gevaarlijke dieren onder water.
5. Noem vier meningen van mensen over dieren onder water, welke niet juist zijn. 1. 2. 3. 4.
6. Leg uit hoe passieve interactie met het leven onder water gaat.
7. Leg uit wanneer en hoe het verantwoord is om levende wezens onder water aan te raken of vast te pakken.
8. Leg uit waarom je je niet door levende wezens onder water mag laten slepen.
9. Leg uit hoe je op een verantwoorde manier vis of andere dieren onder water kunt voeren.
10. Beschrijf de duiktechnieken om op de bodem levende dieren te ontzien en om het verstoren van het leven onder water tot een minimum te beperken.
Verklaring van de leerling: Ik heb deze vragen naar mijn beste kunnen beantwoord. Alle vragen welke ik verkeerd of niet volledig beantwoord heb zijn aan mij uitgelegd en ik begrijp nu de juiste oplossing.
Naam
Datum
Naam
Datum
Herhalingsvragen – Onderwaternavigatie Aan de leerling: Beantwoord de volgende vragen en lever deze herhalingsvragen in tijdens je volgende sessie met de instructeur. 1. Noem vijf voordelen van het beheersen van onderwaternavigatie. 1. 2. 3. 4. 5.
2. Beschrijf hoe je met behulp van beenslagen en met behulp van verstreken tijd de afstand in kunt schatten. Beenslagen:
Verstreken tijd:
3. Noem vier observaties welke voor de duik gedaan kunnen worden en welke je helpen bij de natuurlijke navigatie. 1. 2. 3. 4.
4. Beschrijf de methode om af te dalen welke de voorkeur heeft bij natuurlijke navigatie.
5. Wat zijn zes natuurlijke herkenningspunten welke van dienst kunnen zijn bij het navigeren? 1. 2. 3. 4. 5. 6.
6. Beschrijf hoe je tijdens het zwemmen een kompas vast dient te houden.
7. Beschrijf hoe de richting op een kompas wordt ingesteld en hoe op de omkeerkoers gewisseld wordt. a. Het instellen van de richting:
b. Het instellen van een omkeerkoers:
8. Noem diverse tips voor het gebruik van een kompas. Verklaring van de leerling: Ik heb deze vragen naar mijn beste kunnen beantwoord. Alle vragen welke ik verkeerd of niet volledig beantwoord heb zijn aan mij uitgelegd en ik begrijp nu de juiste oplossing.
Naam
Datum
Naam
Datum
Herhalingsvragen – Onderwaterfotografie Aan de leerling: Beantwoord de volgende vragen en lever deze herhalingsvragen in tijdens je volgende sessie met de instructeur. 1. Noem zes manieren om tegemoet te komen aan het verlies van licht en vier manieren om tegemoet te komen aan het verlies van kleur. Verlies van licht: 1. 2. 3. 4. 5. 6. Verlies van kleur: 1. 2. 3. 4.
2. Definieer ”scherpte-diepte” en leg de relatie tussen de ”scherpte-diepte” en het diafragma uit. 3. Geef voor ieder van de gegeven belichtingsinstellingen drie equivalente instellingen. f/16 bij 1/60 _____________________________________ f/8 bij 1/30 _____________________________________
4. Beschrijf hoe een belichtingsmeter ingesteld wordt, welke niet automatisch werkt en leg uit hoe een camera met automatische belichting ingesteld wordt om goed belichte opnamen te verkrijgen. Belichtingsmeter niet automatisch: _____________________________________________________________________ Camera met automatische belichting: _____________________________________________________________________
5. Leg uit hoe het ”bracketing” uitgevoerd wordt bij een manueel ingestelde camera en bij een automatische camera. Manueel: Automatisch:
6. Beschrijf het verschil tussen een manuele flitser en een TTL flitser en leg uit hoe een camera ingesteld dient te worden om tot een juiste belichting te komen met ieder van deze.
7. Beschrijf de beste manier om een flitser te richten en hoe een camera vastgehouden moet worden om bewogen foto’s te voorkomen. Geef ook aan hoe je de parallax kunt corrigeren.
8. Definieer "fotocompositie" en beschrijf basisprincipes om de compositie te verbeteren.
9. Beschrijf de aanbevolen procedure met vijf stappen voor het verwijderen, controleren, schoonmaken, vetten en herplaatsen van o-ringen.
10. De belangrijkste stap in de zorg voor de foto-uitrusting na een duik is om deze onmiddellijk na de duik te ___________ in______________ . Verklaring van de leerling: Ik heb deze vragen naar mijn beste kunnen beantwoord. Alle vragen welke ik verkeerd of niet volledig beantwoord heb zijn aan mij uitgelegd en ik begrijp nu de juiste oplossing.
Naam
Datum
Naam
Datum
Herhalingsvragen – Video onder water Aan de leerling: Beantwoord de volgende vragen en lever deze herhalingsvragen in tijdens je volgende sessie met de instructeur. 1. Leg uit waarom je met de combinatie van een groothoeklens en een “dome-port” de meest scherpe beelden en de mooiste kleuren kunt verwachten.
2. Wat is over het algemeen de beste hoek om onder water opnamen met een video te maken?
3. Noem vier veel gemaakte fouten bij het maken van video opnamen onder water. 1. 2. 3. 4.
4. Beschrijf hoe een videosysteem voor onder water voorbereid wordt.
5. Beschrijf de zorg na de duik voor een videosysteem voor onder water.
6. Leg uit hoe je te water gaat en het water verlaat met een videosysteem.
7. Leg uit welke invloed een videosysteem op je drijfvermogen, de weerstand en je luchtverbruik kunnen hebben.
8. Hoe vaak dien je je instrumenten te controleren wanneer je onder water video opnamen maakt?
9. Wat moet je met je videosysteem doen in een noodgeval, zoals het assisteren van een duiker zonder lucht?
10. Leg uit wat je moet doen wanneer er plotseling een grote hoeveelheid water in het videosysteem binnen dringt.
Verklaring van de leerling: Ik heb deze vragen naar mijn beste kunnen beantwoord. Alle vragen welke ik verkeerd of niet volledig beantwoord heb zijn aan mij uitgelegd en ik begrijp nu de juiste oplossing.
Naam
Datum
Naam
Datum
Herhalingsvragen – Wrakduiken Aan de leerling: Beantwoord de volgende vragen en lever deze herhalingsvragen in tijdens je volgende sessie met de instructeur. 1. Noem twee redenen waarom het niet aangemoedigd wordt om souvenirs van een wrak mee te nemen. 1. 2.
2. Leg uit waarom je aandacht dient te besteden aan de plaatselijke wetgeving, alvorens een wrakduik te maken.
3. Beschrijf hoe je de volgende gevaren van een wrak uit de weg kunt gaan. Scherpe voorwerpen:
Verstrikt raken:
4. Noem vier overwegingen voor de uitrusting en de planning van wrakduiken op een diepte welke groter is dan 18 meter. 1. 2. 3. 4.
5. Noem twee redenen om te zorgen voor een plaatselijke oriëntatie voor het duiken op een nieuwe locatie wanneer je een wrak wilt bezoeken waar je nog nooit op gedoken hebt. 1. 2.
6. Leg uit waarom het noodzakelijk is om een speciale opleiding te volgen en over speciale uitrusting te beschikken, alvorens een wrak binnen te gaan. Noem in je uitleg vijf gevaren van het binnengaan van een wrak.
7. Noem drie aspecten van een wrak welke je beoordeelt wanneer je er op duikt. 1. 2. 3.
8. Beschrijf drie methoden om op een wrak te navigeren. 1. 2.
Verklaring van de leerling: Ik heb deze vragen naar mijn beste kunnen beantwoord. Alle vragen welke ik verkeerd of niet volledig beantwoord heb zijn aan mij uitgelegd en ik begrijp nu de juiste oplossing.
Naam
Datum