HANDLEIDING VOOR DE DOCENT
Varen net als toen | 1
VOORWOORD Lang geleden, nog vér voor de trein of de auto, was er al een succesvol netwerk van vaarwegen aangelegd. Via de trekvaarten kon de zogenoemde trekschuit, toen nog voortgetrokken door een paard of door vrouw en kinderen van de schipper, alle delen van Nederland met gemak over water bereiken. Voor u ligt de leukste “les op het water” die kinderen zich maar kunnen wensen! Varen in een boot en via de gids ondertussen veel te weten komen over de geschiedenis van je eigen woonomgeving. Trekvaart, trekschuit, jaagpad, jaagbruggetjes en rollepalen… deze intrigerende bezienswaardigheden zie je het beste als je zelf gaat ‘varen, net als toen’. Rondvaartondernemers staan klaar om uw klas op hun boot te ontvangen en onderweg die objecten aan te wijzen die alles te maken hebben met onze beroemde Gouden Eeuw. Deze vorm van openbaar vervoer stond aan het begin van de vervoersmogelijkheden die uw leerlingen vandaag de dag kennen. Aan boord gaan zij enkele leerzame opdrachten uitvoeren. Extra mogelijkheid voor de bovenbouw van het basisonderwijs zijn de vele toegevoegde tips voor een uitstapje onderweg. Bezoek bijvoorbeeld Houtzaagmolen De Salamander in Leidschendam, Kasteel Keukenhof of een historische scheepstimmerwerf. Meer aan bij het Huygensmuseum Hofwijck of kies voor pannenkoeken eten in Herberg Vlietzicht aan het jaagpad in Rijswijk. Zo kan deze boottocht ook een compleet “dag-arrangement” vormen voor uw leerlingen. De Erfgoedtafel Trekvaarten, een initiatief van de provincie Zuid-Holland, stimuleert de kennis over en de beleving van het watergebonden erfgoed, in het bijzonder de Haarlemmertrekvaart, de Schie, de Vliet en recent ook de Delflandse vaarten. De verschillende vaarroutes die in dit erfgoedproject worden aangeboden, laten u en uw leerlingen genieten van het Hollandse landschap en zijn veelgelaagde geschiedenis!
Wij wensen u en uw leerlingen veel plezier met Varen, net als toen!
Han Weber Gedeputeerde Groen, Water, Cultureel Erfgoed en Media Heleen Mijdam Voorzitter Erfgoedtafel Trekvaarten
Varen net als toen | 2
HOOFDSTUK
1
ACHTERGRONDINFORMATIE VOOR DE DOCENT
HOOFDSTUK
2
Lessen opzet en verantwoording
10
HOOFDSTUK
3
WERKBLADEN voor leerlingen
16
HOOFDSTUK
4
DIGITALE PRESENTATIE
20
COLOFON
4
23
Varen net als toen | 3
TERUG NAAR DE INHOUD
HOOFDSTUK
Achtergrondinformatie voor de docent
1 De trekschuit, start van het openbaar vervoer Tussen 1632 en 1657 werden in Nederland trekvaarten
gegraven, bedoeld voor het vervoer per schuit van personen van de ene naar de andere stad. Er waren wel vaarten waarover ook goederenvervoer plaatsvond, maar de meeste zijn speciaal aangelegd of geschikt gemaakt voor personenvervoer. Stoomaandrijving en elektriciteit bestonden in deze tijd nog niet. De schuiten werden dan ook getrokken door een paard, vandaar de benamingen trek-vaart en trek-schuit. De steden betaalden de kosten van aanleg en onderhoud. Zij hadden er belang bij dat het personenvervoer tussen de steden sneller ging verlopen. Mensen waren tot die tijd aangewezen op vervoer per postkoets als zij niet beschikten over een eigen paard met koets. Ook werd veel gebruik gemaakt van beurtveren, dat waren schepen die op vaste trajecten zowel goederen als personen vervoerden. Die voeren echter niet elke dag en er was ook geen vaste dienstregeling. Voor vervoer tussen Leiden en Amsterdam was er tot 1657 geen andere mogelijkheid dan met een zeilschip het Haarlemmermeer over te steken! Maar daar kon het flink waaien en stormen, waardoor de reis gevaarlijk was en er geen enkele zekerheid bestond over de aankomsttijd. Roef trekschuit aquarel Heyting
Met de trekschuit veranderde dit allemaal. De reis ging twee keer zo snel en er was een vaste dienstregeling met regelmatige afvaarten. Het reizen was ook veel comfortabeler. In de postkoets (zonder vering!) werd je door elkaar geschud op onverharde wegen met onregelmatige keien, terwijl de trekschuit rustig door het water gleed. Er ontstond dan ook veel belangstelling voor deze vorm van vervoer. Het werd echt een succes! Geleidelijk aan werden in heel Nederland trekvaarten aangelegd. Er ontstonden netwerken rond de steden Amsterdam, Den Haag, Leeuwarden en Groningen. Na 1655 werden al die netwerken met elkaar verbonden en zo werd het voor reizigers mogelijk om via de Zuiderzee van Dordrecht tot Delfzijl te reizen. De trekschuit werd een voorloper van onze huidige intercity!
Varen net als toen | 4
TERUG NAAR DE INHOUD
Achtergrondinformatie voor de docent Heemstede
Oud-Diemen
AMSTERDAM
Vijfhuizen
Cruquius
Heemstede
Oud-Diemen
AMSTERDAM
Vijfhuizen
Bennebroek
Am
Vogelenzang
Oosteinde
Muiden
Bennebroek
Am stel Amstelveen
Duivendrecht
De Zilk Oosteinde
N 442
Hoofddorp
Ouderkerk a/d Amstel
Amstelveen
Weerestein
Ruigenhoek
De Zilk
Hoofddorp
N 442
Beinsdorp
Hillegom Ruigenhoek Halfweg
Oosterduinse Meer
N 206
Arnoud
Hillegom
Halfweg
Arnoud
Nieuw-Vennep
Oude Meer
Aalsmeer
Lisse
Lisse
Rijsenhout
Lisserbroek
Lisserbroek
Aalsmeer
kel Win
kel Win
Nes a/d Amstel
ver Wa
ver Wa
Overmeer
Kandelaar
Geervliet
N 494
Vlaardingen
Rozenburg
Helhoek
Nieuwe Maas
Zwartewaal
Heijplaat Oosthoek
A15
Vuurbaken
Ha rin
Nieuwenhoorn
1657
Stellendam
Den Bommel
Moleneind
Simonshaven
Zuidland Battenoord
N 215
Zierikzee
Nieuwerkerk
Ha rin
Kra mm er
N 206
k Noordwijkerhout era Volk
Bommelskous
Kralingen
Oudesluis
N 443
N 444
N 215
Den Bommel
Herkingen
Hoogmade
N 461
Woubrugge
Ve ch t
Ve ch t
na al
tka
na al
ch
l
Oud-Loosdrecht
Wilnis
Kro
ij
Nieuw-Loosdrecht
Geertruidenberg
re c
Nieuwer-ter-Aa
Loosdrechtsche
ht
N 462
Papenveer
N 441
N 231
Noordeinde
Langeraarsche Plassen
N 445
Ooltgensplaat
Hil Eethen
Oukoop
Lage Zwaluwe
Moerdijk Woudse Dijk
A4 A4
ZevenhovenZwaluwe Hooge
Raamsdonksveer
Korteraar
Oud Aa
Plassen
Breukelen
Noordse Dorp
Rond 1670 was hetLeiden vervoer per trekschuit op zijn hoogtepunt: in totaal 39 steden waren N 446
De Langstraat
Ofwegen
N 446
Rijksdorp
Rijndijk
Zevenbergschen Hoek Nieuwkoop
N 460
Klundert
Made
Noorden
Ter Aar
N 463 Slikkendam
Wagenberg
toen bereikbaar per trekschuit en 68% van het personenvervoer liep via het water. Maaldrift
Vrijhoeven
Ridderbuurt
Wassenaar
k era Volk
Hoge Rijndijk
Deijl
Molenaarsbuurt
Achthoven
N 447
Koudekerk a/d Rijn
Gnephoek
Alphen a/d Rijn
Aarlanderveen
Achttienhoven
Maarsseveensche Plassen
Bron: Provincie Zuid-Holland
Langeweg
Reizen tussen de Hollandse steden werd dus veel gemakkelijker. Zakenreizigers kozen Fijnaart
Voorschoten
Noordhoek
Groenendijk
Hoorn
Zeger-
plas Zevenbergen
Zuideinde
Oosterhout
Zuidhoek
N 207
N11
Oud e R i jn
Lagebroek
ije
Nie
Maarssenbroek
Terheijden
Hazerswoude-Rijndijk
ZoeterwoudeDorp
Me
N 448
Dinteloord
0
Maarssen Kaatsheuvel
's Gravenmoer
Kockengen
schaal
Oud- Maarsseveen
Westbroek
Woerdense Verlaat
Nieuwkoopsche Plassen
N 231
Waalwijk
Waspik
Geer
Vecht
Kra mm er
Noordsebuurt
N 446
Leiderdorp
Helwijk
Valkenburgse Meer
Gend
Meeuwen
Loenen
d
1670
aa
dsche IJ sse
Ho llan
Rijnsaterwoude
Braassemermeer
Rijpwetering
Kortenhoef Wijde Blik
Vinkeveen Mijdrecht
Nieuwveen
Langeraar
Oud-Ade iep
Willemstad
N 206
Achthuizen
Kranendijk
and sch D
Vreeland
Loenersloot
Hank
Blokland
Bilderdam
Strijensas
WarmondHoll Oegstgeest
Vinkeveensche
e Dr
© Pr
Horstermeer
's- Graveland
Dussen
eM mm
Valkenburg
N 498
Oosterland
Rijnsburg
stel Am
1 : 100.000 Hilversumse Meent Veen
Hollandsch Ankeveen Plassen
tel
Plassen
N 207
Roelofarendsveen
Plassen
Kwakel
Vriezekoop
A44 Katwijk a/d Rijn
N 59
Oude-Tonge
Nieuwerkerk
Kager
gs
5
Provincie Zuid-Holland Ankeveen
Overmeer
Baambrugge
Uithoorn Kudelstaart
Almkerk Bron:
2,5
Ankeveensche Neer-Andel
Spiegelpolder
Kaatsheuvel
Giessen
0
De Banken
Oude Wetering
Nieuwe Wetering
Klinkenberg
N 449
Zuidzijde N 498
ver Wa
Schenkeldijk
Leimuiden
Kaag
Oosteinde
Battenoord
Greveling en
Noordgouwe
Groen
Oud-Zuilen
voor de trekschuit, waardoor het handelsverkeer tussen de steden groeide. Het aantal N44
N 440
Westeinde
De Vlietlanden
N 447
Zuidbuurt
Haarzuilens
Meije
N 209
Weipoort
Zwammerdam
Bent
N 206
Zegveld
Kamerik
Vleuten
N11
Hazerswoude-Dorp
buitenlandse reizigers in Holland nam toe. Ook in andere landen werd het systeem A4 A4
Westeinde
Benthuizen
Boskoop
Zoetermeer
en voorzieningen.
N 223
Schipluiden
rw eg nd ka na al
Bleiswijk
N 228
De Waranda
Rodenrijs
A20
Oud Verlaat
N 471
Abtswoude
De Rotte
Kandelaar
N 471
Terbregge
Kerkbuurt
Capelle a/d IJssel
Stuifakker
Schenkel
N 218
Vierpolders
Hoogewaard
De Hem
Bergambacht Gelkenes
Benedenberg
Ammerstol
Broek
Groot-Ammers
Graafland
Lek
Hoek
N 476
N 474
ek
Langerak
Nieuwpoort N 478
N 475
Krimpen a/d IJssel
Opperduit
Lekkerkerk
Den Dool
A4 A4
Goudriaan
Slikkerveer
Kinderdijk
N 480
Kortgerecht
Varen net als toen | 5 Nieuwland
Noordeloos
Streefkerk
N 484
Overheicop
Hoogeind
Leerbroek
Diefdijk
Loosdorp
N 214
N 480
NieuwLekkerland
Zijderveld
Hei- en Boeicop
Schoonrewoerd
N 477
Heijplaat A16
A15
an
Middelkoop
Meerkerk
N 216 N 479
Krimpen a/d Lek
Nieuwe Maas
Pernis Zwartewaal
Kadijk
Sluis
Ameide
N 210
Berkenwoude
Groot Hitland
Everding
Lexmond Tienhoven
Schoonhoven
N 210
Vlaardingen
Rozenburg
Helhoek
Hagestein Kortenhoeven Achthoven
Bonrepas Bovenberg
Benedenheul
Ouderkerk a/d IJssel
Rotterdam
Lopik
Polsbroek
Schoonouwen Benedenkerk
l
Vianen
Vlist
Stolwijk
Achterbroek
N 219
N 209
A20
N 207
Bovenkerk
Kralingse Veer
Brielle
Het Beijersche
IJssellaan Lage Weg
Nieuwerkerk a/d IJssel
Schiedam
Tinte
Tull en 't Waal
Vlis
Gouderak
Zevenhuizer Plas
Zweth
Maasland
Strype
Benschop
Moordrecht
N 209
van vervoer.
Negenhuizen
Maassluis
Heveringen
Hekendorp
Stein
N 207
N 219
Haastrecht
Kralingsche Plas
Oostvoorne
N 456
N 456
Rottemeren
Berkel en N 472
Oude Leede
Bergschenhoek
N15
Kruiningergors
Nieuwegein
Nederland hebben gereisd en opgetogen waren over deze moderne comfortabele manier A13
N 470
Gaag
A20
Oostvoornse Meer
IJsselstein
l
l
Hodenpijl
N 468
Oudewater
llandsche IJsse Ho
Zevenhuizen
k
Ca la
N 468
Westerlee
Gouda
Hogebrug
veel reisverhalen bekend van toeristen uit de 18de en 19de eeuw die op die manier door
Oostbuurt
Maasdijk
W ate
Plassen
Le
N 223
Nie uw e
Noordeinde
N 470
Blaker
De Lier
N 220
Houten
N 452
t
N 213
Heenweg
Hoek van Holland
N 454
N 453
Delfgauw
Lierhand
A12
aa
N 466
N 209
IJ s sel
Blokland
Oukoop
Den Hoorn
A4 A4 't Woudt
N 222
Dijckerwaal
Katwijkerlaan
N 473
Delft
Honselersdijk
N 466
N 467
Ho l
Montfoort
Driebruggen
Pijnacker
N 211
Naaldwijk
N 467
Achthoven Reeuwijksche
Sluipwijk
Merw ed
N 439 N 211 's-Gravenzande
Linschoten
Buitenlandse reizigers waren vol lof over dit nieuwe openbaar vervoersysteem. Er zijn
Wateringen
Kwintsheul
De Meern
Nieuwerbrug
A12
Reeuwijk
dsche IJ sse
Mariendijk
Weijpoort
Bodegraven
N 459
OudReeuwijk
Waddinxveen
Moerkapelle Kruisweg
Vlieland
Rolpaal
N 213
Harmelen
N 458
Zuidzijde
Waarder
N 470
Ho llan
N 465
Ri j n
e dsch lan
N 464
N 211
Tempel
ReeuwijkDorp
Nootdorp Noukoop
N 211
N 207
N 209
Gooland
Rijswijk
Strijp
OudBodegraven
N 455
Hogeveen
Voorburg
Haagoord
Poeldijk
Weijland
Noordzijde
e
Woerden
nagevolgd en werden trekvaarten aangelegd met door Nederlanders bedachte technieken
Den Haag
N 211
Spoelwijk
Voorweg
Zoetermeerse Plas
Wilsveen
Monster
Loete
Ou d
Leidschendam
Utrecht
Gelderswoude
Stompwijk
De Rotte
Zierikzee
Weteringbrug
De Klem
Numansdorp Sassenheim
N 206
Bruinisse
Strijen
Voorhout
Katwijk aan Zee
's Gravenmoer
Nieuwendijk
Oosterhout
Westeinderplassen
A16 Burgerveen
Mookhoek
Schuring
Nieuwe-Tonge
kwerve
Abbenes
Teijlingen
Middelsluis
N 451
De Klei
kel Win
Nes a/d Amstel
Terheijden
N 450
Noordwijk-Binnen
Brouwershaven
Abcoude
Wagenberg
Langeweg
An
Tiengemeten
Rooversbroek
Waalwijk Uitermeer
schaal
Nigtevecht
Naarde
Meer
Drunen
Rijswijk
in Ge
Haarlem-Leiden ging van start.
Rijsenhout Zevenbergen
De Horn
Waspik
Holend recht
Waal
Brakel
Naarder-
ede Merw
N 208
De Engel
N 487
Zuid-Beijerland
Stad aan 't Haringvliet
LisserFijnaart broek
N 488
Noordwijk aan Zee
Middelharnis
's-Gravendeel
OudHeusden
Vuren
Weesp Woudrichem
a/d Amstel Raamsdonksveer
Aalsmeer
Dinteloord
Sleeuwijk
werden gegraven en de trekschuitdienst
N 217
Heusden
Muiderberg N 830
Dalem
Werkendam
Ouderkerk
Genderen
Laag-
EethenDalem
AmsterdamZuidoost
Made
Oosteinde
Zevenbergschen Hoek
Oudendijk
Noordhoek
Meeuwen
De Haarlemmer Trekvaart en Leidsevaart Oude Meer Dordrecht
N 491
Muiden
Gorinchem Dussen
BovenHardinxveld
Geertruidenberg
Rozenburg
Wieldrecht
D
NederhemertNoord
Linge
Schelluinen
Duivendrecht
Beneden Merwede Amstelveen
Hooge Zwaluwe
Klundert
Klaaswaal
Lisse Nieuwendijk
Lage Zwaluwe
Nieuw-Vennep
Rietveld
IJmeer
Hank
Neder-Hardinxveld Giessendam
Sliedrecht
N3 N3
Maasdam
Heukelum
Kedichem
Wijk en Aalburg
Diemen Giessenburg
GiessenOudekerk Kaloeve
stel
Baanhoek
N 490
Arnoud Zwanegat
Aalst Oosterwijk
Oud-Diemen
Am
Zwijndrecht
HoofddorpGroote Lindt
Beinsdorp
St. AnthonieHillegom polder Helwijk
Halfweg Westmaas
Oudendijk
et
Dirksland
Greup
N 488
Zwartsluisje
g
Hernesseroord
Sommelsdijk
Oosterduinse Meer
Vuurbaken
vli
Oosterland
Ooltgensplaat De Langstraat
Zuidzijde
Hoogblokland Neer-Andel
Arkel
Almkerk
A15
Puttershoek
Ruigenhoek Willemstad Mijnsheerenland N 489
A29
Achthuizen Kranendijk
Pinkeveer N 216
Wijngaarden N 482
Moerdijk
dsc
Giessen
Veen
Achter-Lindt
Weerestein
Ho llan
Blaaksedijkh Diep
N 442
Achterdijk
Hoornaar
Molenaarsgraaf
Oosteind
Strijensas
Zinkweg
Oosthoek N 498
Piershil Goudswaard
Bruinisse
Melissant
Reedijk
N 214
Badhoevedorp
Papendrecht
Kijfhoek
Zwaanshoek
A16
Hendrik-IdoAmbacht Schenkeldijk
A16
KleineLindt
Oosteinde
De Zilk
N 59
Oude-Tonge
Schuring
Zuilichem Leerdam
AMSTERDAM
Oostendam Mookhoek Rijsoord Strijen
De Klem Heerjansdam Bennebroek
Loosdorp
Brakel
Rijswijk
Oud-Alblas
A15
Herwijnen
Nieuwland
Noordeloos N 214 Woudrichem
A A2277
Nieuwendijk
Vijfhuizen
Cruquius
Barendrechtsche Veer
N 217
Zuidzijde
Nieuw-Beijerland
N 498
Greveling en
Noordgouwe
Kerkwerve
Gijbeland
Bleskensgraaf
Hoog
Leerbroek
Waal
Overslingeland
Hofwegen
Wevershoek
Middelsluis
Numansdorp
Heinenoord Vogelenzang
Goidschalxoord
Oud-Beijerland
N 481
rd
Herkingen
N 487
Oude Maas
Hekelingen
Nieuwe-Tonge
Oudenhoorn
Goedereede
Ouddorp
Barendrecht
Koedood
Tiengemeten
Beerenplaat N 215
Wieldrecht
Alblasserdam
Oudesluis
Middeldijk
Sleeuwijk
Minkeloos
Vuilendam
Ridderkerk
Ove
Middelkoop
Vuren
Dalem
Ottoland ede
Merw Brandwijk
N 491
Heemstede
N 488
Carnisse
Goudriaan
Werkendam
N 480
De Donk
e
Schoonr N 830
Den Dool
Beneden Merwede
Streefkerk
N 480 Dordrecht
's-Gravendeel
Linge
LaagDalem
N 216 BovenHardinxveld
Neder-Hardinxveld Giessendam
N 479
N3 N3
N 217
Zuid-Beijerland
Spijkenisse Stad aan 't Haringvliet
Hellevoetsluis
Opperduit
Noo
Brouwershaven N 497
Lek
Hoek
Hei- en Boeicop
n ka
Meerkerk
Gorinchem
Rumpt Gellicum
Acquoy
Broek
Schelluinen
Rhenoy
Asperen
Heukelum Kedichem
Langerak
Giessenburg
Graafland
Kaloeve
NieuwLekkerland
Zwanegat
Westmaas
Zwet
Smitshoek
Nieuwendijk
Biert
N 57
Noordwelle
N 492
Poortugaal
N 493
Oosteind
Baanhoek
Lekkerkerk
Oudendijk
Bommelskous
Middelharnis
Abbenbroek
IJzerenbrug
Scharendijke
Havenhoofd
Hernesseroord
Kralingen
Papendrecht
N 476
Kinderdijk
Maasdam
Groot-Ammers
Lexmond
Nieuwpoort
GiessenOudekerk
Ammerstol
N 478
Leerdam
Oosterwijk
Rietveld
N 216
Gelkenes
Wijngaarden
Diefdijk
Kortenhoeven
Sluis
Ameide Hoogewaard
Arkel
Pinkeveer
N 482
Groote Lindt
Klaaswaal
A15
Rhoon
Hoogvliet
N 218
Sommelsdijk
Dirksland
Renesse
Greup
Oudendijk
et
Geervliet
N 488
Zwartsluisje
g
vli
Heenvliet
N 494
N 214
Sliedrecht
Krimpen Achter-Lindt a/d Lek
polder
Tienhoven
Hoogblokland
Hoornaar
N 210
De Hem
Benedenberg
Oud-Alblas
A15
N 490
Zuidzijde
N 496
Kadijk Hofwegen
N 210
Zwijndrecht
Kijfhoek
St. Anthonie- Slikkerveer
Molenaarsgraaf
Vlaardingen had een trekschuithaven.
Puttershoek
Mijnsheerenland A16
N 489
A4 A4
Melissant
Oostdijk
Reedijk
A29
N 218
Rockanje
N 474
A A2277
Overslingeland
Schoonhoven
Gijbeland
A15
Zinkweg
Goudswaard
N 215
Oostendam
Hendrik-IdoAmbacht
Loosdorp
Achthoven
Achterdijk
Minkeloos
VuilendamBovenberg
N 477
Piershil
Vierpolders
KleineLindt
Ottoland Bonrepas
Brandwijk
Heerjansdam
Blaaksedijk
Pernis Tinte
Kralingse Veer
Heinenoord
De Donk
Bergambacht
Krimpen a/d IJssel
N 217
Nieuw-Beijerland
Stellendam
Strype
Stuifakker
Oud-Beijerland
Nieuwland
Noordeloos
Schoonouwen
Bleskensgraaf
Via
Hoogeind
Lopik
Polsbroek Goudriaan
naar Rotterdam en Schiedam. Ook
Groot Hitland
16 NA475
Goidschalxoord
Moleneind
Simonshaven
Zuidland
N 480
Kortgerecht
Schoonrewoerd
Leerbroek
N 214
Benedenkerk
Alblasserdam Berkenwoude
Ouderkerk a/d IJssel
N 484
Overheicop
Middelkoop
Meerkerk
N 216
Den Dool
Benedenheul
N 480
N 481
Rijsoord Barendrechtsche Veer
Graafland
Vlist
N 479
Bovenkerk
NieuwLekkerland
Ridderkerk
Wevershoek
Koedood
Oude Maas
Groot-Ammers
Vlis
Lek
Stolwijk
Streefkerk
Achterbroek
ord
De Waranda
Oudenhoorn
Brielle
Barendrecht
Carnisse
Middeldijk
Rotterdam
Beerenplaat
Schiedam
Hellevoetsluis
Hekelingen
N 218 Goedereede
Heveringen Ouddorp
Zwet
Schenkel
a
trekschuitdienst van Delft via Delfshaven
Kinderdijk
l
No
Oostvoorne
Poortugaal Spijkenisse
A20 Biert
N 57 N 497
KralingscheSmitshoek Plas
N 492
N 493
Abbenbroek
IJzerenbrug
Maassluis Havenhoofd
Oostdijk
Rhoon
Hoogvliet
N 218
Ho llan
Maasland
A20
N15
Kruiningergors
Capelle a/d IJssel
A15
Broek
Ammerstol
N 478
N 207
Opperduit
Slikkerveer
N 219
Heenvliet
Nieuwenhoorn
Oostvoornse Meer
Terbregge
N 471 A4 A4
N 209
Kerkbuurt
Nieuwpoort
Haastrecht
Hoek
Het Beijersche
Lekkerkerk
IJssellaan Lage Weg
Nieuwerkerk A16 a/d IJssel
Heijplaat
Zweth
A15
N 218
Benedenberg
ek
Zijderveld
Hei- en Boeicop
Benschop n Langerak
l
Zwarte-
Negenwaal huizen
N 468 Vierpolders
Gaag
N 477
Krimpen a/d Lek
N 496
De Hem
Bergambacht
aa
Rockanje
Hoogewaard
Merw ed
Pernis Tinte
Maasdijk Stuifakker
W ate rw eg nd ka na al
Ameide
N 210
Ve ch t
Schipluiden
De Rotte
Nieuwe Maas
Schoonhoven
Gelkenes
N 210
Nieuwege
Sluis
De Schie werd geschikt gemaakt voor een N 476
Everdingen
IJsselstein
Lexmond Tienhoven
na al
Vlaardingen
Rozenburg Abtswoude
l
Hekendorp
Kadijk
Stein
N 207
Gouderak
N 474
dsche IJ sse
N 223
Westerlee Helhoek
Berkenwoude
Moordrecht N 475 A20 Krimpen a/d IJssel
Kralingse Veer
Zevenhuizer Plas
Oud Verlaat
N 456
Groot Hitland
Kortenhoeven Achthoven
Bonrepas
llandsche IJsse Ho Bovenberg N 228
Ouderkerk a/d IJssel
Rotterdam
N 209
Bergschenhoek
N 471
Schenkel
Hagestein
Oudewater
Schoonouwen Benedenkerk Benedenheul
Vianen
Lopik
Polsbroek
Bovenkerk Hogebrug
Achterbroek
l
t
1655
Rodenrijs Schiedam
Brielle
N 456
N 219
Plas
N 472 A20
Oude Leede
A13
Oostbuurt
N 218
Capelle a/d IJssel
Rottemeren Kralingsche
Berkel en
Strype
Nie uw e
Ca la
De Lier
NMaassluis 470
N 468 Hodenpijl
Blaker
Oostvoorne Heveringen
N 470
Plassen
Gouda
IJssellaan Lage Weg
N 219
Bleiswijk
Tull en 't Waal
IJ s sel
Blokland
k
Lierhand N 213
Waranda NDe 223
Maasland
A20
Zevenhuizen
Montfoort
Vlist
Stolwijk
N 452
N 454
Nieuwerkerk a/d IJssel Terbregge
Ho l
Benschop
s
Oukoop
N 207
Le
N 466
Heenweg N 220
Den Hoorn
N15
Kruiningergors
Meer
N 467
Dijckerwaal
Kerkbuurt
Delfgauw A4 A4
Naaldwijk Oostvoornse
N 467
Hoek van Holland
Delft
De Rotte
A12
N 471
Noordeinde N 209
Achthoven
Sluipwijk Het Beijersche
N 453
Kandelaar
N 473
't Woudt
N 222
N 209
Zweth
Negenhuizen
N 468
Gaag
Hekendorp
Driebruggen Vli Gouderak
Houten
Nieuwegein
Linschoten
Haastrecht
Reeuwijk
N 471
Vlieland
Schipluiden
Pijnacker
N 466
N 211 's-Gravenzande
Westerlee
Maasdijk
N 211
IJsselstein
l
Stein
Reeuwijksche
N 207
Moordrecht A20 Zevenhuizer Plas
Oud Verlaat
De Meern
Oudewater llandsche IJsse Ho
e dsch lan
Honselersdijk
e W at er weg dk an aa l
Abtswoude
N 223
N 223
Wateringen
Cal an
Hogebrug
A12 N 228
N 219
N 209
Bergschenhoek
IJ s Harmelen se
Blokland
Nieuwerbrug
Plassen
OudReeuwijk
N 456
Ho l
l
Weijpoort
Oukoop
Achthoven
Ri j n
Montfoort
Driebruggen
Waarder
ReeuwijkDorp
Waddinxveen
Rottemeren
Zuidzijde
Bodegraven
N 459
Kruisweg
N 472
Rodenrijs
N 470
Katwijkerlaan
N 458
e
Woerden
Weijland
Noordzijde
Sluipwijk
t
Strijp N 211
Kwintsheul
Noukoop
Oostbuurt
Moerkapelle
Berkel en
Oude Leede
A13
N 470
N 468 Hodenpijl
Blaker
Linschoten
Waarder
Tempel
Vleuten
A12
Gouda
N 207
N 456 N 470
Nootdorp
Lierhand
N 213
De Lier
Nie uw
N 439
A4 A4 Gooland
Rijswijk
N 466
Heenweg N 220
N 453
Bleiswijk
't Woudt
N 222
N 467
Dijckerwaal
Oud-Zu
De Meern
Kamerik
Reeuwijksche
N 452
N 454
Boskoop
Zegveld
Nieuwerbrug
N 459
OudReeuwijk
OudBodegraven
Zevenhuizen
Den Hoorn
Naaldwijk
N 467
Hoek van Holland
N 211
Rolpaal
Noordeinde
Delfgauw
N 466
N 211 's-Gravenzande
N 209
N 473
Delft
Honselersdijk
N 439
N 464
N 211
Kwintsheul
A12
Pijnacker
Zoetermeer
Haagoord
Mariendijk
Mariendijk
Wateringen
Rolpaal
N 213
Poeldijk
Vlieland
N 211
N 464
N 465
N 209
Weijpoort
Bodegraven
Reeuwijk
N 455
Hogeveen
De Rotte
Poeldijk
N 211
Katwijkerlaan
Strijp
Tempel
N11
ReeuwijkDorp
Spoelwijk
Voorweg
Benthuizen N 470
De Rotte
Den Haag
Voorburg
Zuidzijde
e dsch lan
N 211
Monster
Oud-
Utrecht
Haarzuilens
Harmelen
Ou d
Wilsveen
Maarssenbroek
Ri j n
Meije
Trekvliet genoemd.
Waddinxveen
Loete
Moerkapelle Kruisweg
Zoetermeerse Plas Noukoop
Nootdorp
e
Woerden
N 458
en Den Haag. De Vliet werd sindsdien de
N 209
Hazerswoude-Dorp
Westeinde
Gooland
Lagebroek
ije
Weijland
N 207
Gelderswoude
Stompwijk
Zuidhoek
Noordzijde Bodegraven Zwammerdam
Boskoop
Zoetermeer
N 206 Haagoord
Spoelwijk Oud e R i jn
N 455
Hogeveen
Bent
A4 A4
N 207
tka
N 447
N 209
Vleuten
met een aftakking tussen Leidschendam
Loete Voorweg
Benthuizen
Weipoort
Maarsseveensche Plassen
Merw ed
Zuidbuurt
Maarssen
naal
Wilsveen
Zuideinde
N11
Kamerik
Groenekan
Oud-Zuilen
Haarzuilens
Kockengen
Achttienhoven
Zegveld
ch
Den Haag
Hoorn
Westeinde
N11
Meije
Oud-
Nieuwe-We
Maarssenbroek
Woerdense Verlaat
Lagebroek Nieuwkoopsche Plassen ije
N 231
Zwammerdam
m-Rijnka
Westeinde
De Vliet-
Voorburg landen
Oud e R i jn
Aarlanderveen
Zegerplas
Hazerswoude-Dorp
Gelderswoude Hazerswoude-Rijndijk
Zoetermeerse Plas
Vrijhoeven
Maarsseveensche Plassen
trekschuitdienst tussen Leiden en Delft,
Alphen a/d Rijn
Ou d
N44
N 440
Rijswijk
N 213
Groenendijk
A4 A4
ZoeterwoudeStompwijk Dorp
Leidschendam
Nieuwkoop Zuidhoek
N 207
N 206
Voorschoten
N 463 Slikkendam
Zuideinde
Ma
Westbroek
Maarssen
Kockengen Geer
NoordenAchttienhoven
Vecht
N 448
Zegerplas
Plassen Oud- Maarsseveen
Breukelen
Verlaat
De Vliet werd geschikt gemaakt voor een
Molenaarsbuurt N 209 Gnephoek
Koudekerk a/d Rijn Weipoort
Oud Aa
Woerdense Noordsebuurt
veen
Ridderbuurt
N11
Achthoven Zuidbuurt
Bent
Leidschendam
N 465
Westeinde
De Vlietlanden
N 447
Oud-Loosd
Loosdrechtsche
Vecht
N 447
Geer N 463 Slikkendam
Noordse Dorp Nieuwkoopsche Plassen
N 460
Hazerswoude-Rijndijk
ZoeterwoudeDorp
Hoge Rijndijk N44
N 440
Plassen
Nieuwer-ter-Aa Breukelen
re
Noorden
Ter Aar Aarlander-
Alphen a/d Rijn
Nieuw-Loosdrecht
Loosdrechtsche
Noordsebuurt
Zevenhoven
N 231
Hoorn
Groenendijk
Voorschoten
Rijndijk
Maaldrift
Wassenaar Deijl
Oud Aa
Nieuwkoop
Korteraar
Vrijhoeven
N 446Ridderbuurt
Gnephoek
Koudekerk a/d Rijn
N 448
Rijksdorp
Monster
Achthoven
ij
c Noordse Dorp
N 462 Ter Aar
N 461 N 460
Molenaarsbuurt
N 446
Ofwegen
N 447
Oud-Loosdrecht
Loenen Oukoop
ht
Leiden
Deijl
Hoge Rijndijk
Hilversum
Loenen
d
Leiderdorp
N 446
Papenveer
Woubrugge
ZevenNoordeinde hoven
Korteraar
Plassen
Dijk
N 446
Ofwegen
Hoogmade N 446
Wassenaar
N 461
Woubrugge Woudse
A4 A4
N 446
Leiderdorp
Leiden Rijndijk
Maaldrift
Valkenburgse Meer
Hoogmade
Rijpwetering N 445
Valkenburgse Meer Rijksdorp
Vreeland
Wilnis
eM mm
Oegstgeest N 441
N 206
N 441
Langeraarsche
Braassemermeer
's
Kortenhoef
Oukoop
ht
Oud-Ade
tel
Wijde Blik
Nieuwer-ter-Aa
re c
Kro
N 462
Papenveer
A
Horstermeer
's- Graveland
Vinkeveen
Wilnis
Mijdrecht
ij
Plassen
Langeraar
N 445
Overmeer
Horstermeer
Loenersloot Wijde Blik
Vinkeveen
Kro
Noordeinde N 231
Hollandsch Ankeveen
Plassen
Ankeveen
Vreeland
Mijdrecht
N 231
Nieuwveen
Langeraarsche Woudse Dijk
A4 A4
Vinkeveensche Loenersloot Plassen
d
Warmond
N 206
Rijnsburg
Valkenburg
Rijpwetering
Vinkeveensche
e Dr
Blokland
Langeraar BraassemerRijnsaterwoude meer
gs
Hilversumse Meent
Hollandsch Ankeveen Plassen
Plassen
De Banken
Nieuwveen
Bilderdam
Oud-Ade
stel Am
Blokland
Bilderdam
Rijnsaterwoude
Roelofarendsveen
Nieuwe Wetering
Oegstgeest
Rijnsburg
Valkenburg
Katwijk a/d Rijn
N 211
Plassen
Warmond
Plassen
e Dr
De Banken
eM mm
A44
1637
Kager
Kaag
A44
stel Am
Vriezekoop
NVriezekoop 207
Roelofarendsveen Oude Wetering N 207
Nieuwe Wetering
Klinkenberg
Oosteinde
N 449
N 449
Kwakel
tel
Amsterda
N 206
Klinkenberg Katwijk a/d Rijn Kager
N 206
Uithoorn
Kwakel
Kudelstaart
Kudelstaart
Leimuiden
LeimuidenOude Wetering
Kaag
Oosteinde
Katwijk aan Zee
Katwijk aan Zee
Burgerveen
Weteringbrug
Weteringbrug
Sassenheim
Sassenheim
Me
De Klei
Voorhout
De Klei
Voorhout
gs
tka
Burgerveen
Teijlingen
N 451
N 451
Westeinderplassen
Teijlingen
voor de trekschuit geschikt gemaakt:
Uithoorn
Westeinderplassen
Abbenes
Abbenes
N 450
N 450 Noordwijk-Binnen
Noordwijk-Binnen
Rooversbroek
Me
N 444
N 444
De Engel
ch
N 443
Rooversbroek
Baambrugge
An
De Engel
An
Noordwijk N 443 aan Zee
Noordwijk aan Zee
Baambrugge
N 208
Bussu Ankeveensch Spiegelpolder
Ankeveensche
Spiegelpolder
In Zuid-Holland werden de volgende trekvaarten aangelegd of werden rivieren en kanalen N 208
Naarden Uitermeer
Meer
NigteUitermeer vecht
vecht
Nes a/d Amstel
Rijsenhout
in Ge
AbcoudeNigte-
in Ge
Abcoude
Noordwijkerhout Noordwijkerhout
De Horn Naarder-
De Horn
Holend recht
Oosteinde
Rozenburg
Nieuw-Vennep
Weesp
Holend recht
Oosteinde
Rozenburg
N 206
AmsterdamZuidoost
Weesp
Ouderkerk a/d Amstel
Oude Meer
Beinsdorp
Muiderberg
AmsterdamZuidoost
Zwaanshoek
Amsterdam -Rijnkanaa l
1
M
Cruquius
Vogelenzang Weerestein
Oosterduinse Meer
Muiden
IJmeer
Duivendrecht
Diemen
stel
Badhoevedorp Zwaanshoek
IJmeer
Diemen
Badhoevedorp
Amsterda m-Rijnka naal
HOOFDSTUK
De Donk
Leerdam
Ottoland
Achterdijk
Minkeloos
Brandwijk Vuilendam
A A2277
Rhenoy
TERUG NAAR DE INHOUD
HOOFDSTUK
1
Achtergrondinformatie voor de docent
Dankzij de kracht van het paard De trekschuit werd voortgetrokken door een paard. De knecht en het trekpaard volgden het jaagpad dat aan één kant van de vaart lag. De lijn van het paard naar de schuit was zo’n 60 meter lang. Als er in draf getrokken moest worden, werden er soms twee paarden ingezet. De schipper bediende het roer, de knecht maakte het touw los en vast en op het paard zat een derde bediende, die het paard over het jaagpad langs de vaart stuurde. Dit ‘jagertje’ was vaak een jongen van een jaar of veertien. De meeste trekschuiten konden zo’n 24 tot 30 passagiers vervoeren. Een overkapping op de boot, denk aan een soort huifkar, zorgde ervoor dat de reizigers tegen weer en wind werden beschermd. Vanaf midden 17e eeuw voeren er trekschuiten met een 1e en 2e klas. De 1e klas was de roef, een soort huisje op de boot, met een uitgang aan de achterzijde van de trekschuit. Onderweg kon je in de roef lezen, praten, kaarten, tabak pruimen of roken uit een Goudse pijp. Passagiers van de 2e klas namen plaats in het ruim. Hier was aan één kant een opening om in- en uit te stappen en waar daglicht en frisse lucht doorheen kwam. In de 18e eeuw volgde nog een luxer type: met een serie vensters aan beide zijden van de tent en de roef. Het grootste type trekschuit had een lengte van 15,3 meter en een breedte van 2,6 meter en er konden zo’n 35 reizigers mee. Het laten varen van trekschuiten in een regelmatige dienstregeling was een hele onderneming. De trekschuit tussen Haarlem en Leiden ging bijvoorbeeld acht keer per dag vanuit beide richtingen. De eerste schuit vertrok om 5.30 uur. De laatste om 23.00 uur, dat was de nachtschuit, waar je zelfs in kon slapen. De onderneming had schepen, paarden, stallen en medewerkers nodig. Aan de rand van de stad, bij de stadspoort, stonden vaak een paardenstal en een wachtlokaal. Hier kochten passagiers hun kaartjes voor een rit naar de volgende stad. Langs de route waren verder veel ‘voorzieningen’ nodig: een verhard jaagpad, bruggetjes, hekwerken, rollepalen, toiletten en commissaris- of veerhuisjes. De schippers moesten tol betalen bij de tolhuizen of tolhekken. Op die manier konden de steden wat extra geld verdienen voor het in bedrijf houden van de trekschuitdienst. Daarom stonden er vaak tolhuizen langs de trekvaarten. Passagiers van de trekschuit hoefden daar niet te betalen: zij hadden vóór vertrek al een kaartje voor de reis van stad tot stad gekocht.
Varen net als toen | 6
TERUG NAAR DE INHOUD
HOOFDSTUK
1
Achtergrondinformatie voor de docent
Buitenhuizen langs het water De trekvaarten hebben ook een rol gespeeld in de opkomst van de buitenhuizen. Vanaf de 17de eeuw lieten rijke stadsbewoners buitenhuizen (buitenplaatsen) aanleggen. Dat waren luxe woonhuizen die een eind buiten de stad lagen, meestal met een grote tuin erbij, vaak omringd door een flink stuk bos. Daar ontvluchtten zij in de zomermaanden de stad om op hun buitenplaats te genieten van de buitenlucht en van schoon drinkwater. Het was in die tijd namelijk geen pretje om ’s zomers in de stad te wonen waar de grachten stonken doordat er nog geen riolering bestond. Veel van deze buitenplaatsen zijn aangelegd in de binnenduinrand en langs het water. Op die manier waren de buitenplaatsen goed te bereiken. Er zijn veel buitenhuizen aangelegd langs trekvaarten en bestaande landgoederen werden door de aanleg van de trekvaart beter toegankelijk, doordat ze niet alleen via de weg, maar nu ook via het water bereikbaar waren. Op de buitenplaatsen vermaakten de stadsbewoners zich de hele zomer met het ontvangen van bezoek en het drinken van thee in de theekoepels, die op de weg of over het water uitkeken. Ze maakten uitstapjes met hun rijtuigen of gingen met een bootje het water op. Er werd veel gejaagd op wild en vogels. ‘s Avonds speelden ze kaartspelletjes, maakten muziek of lazen elkaar gedichten voor. De buitenhuizen waren alleen bedoeld als zomerverblijf. In het voorjaar gaf de eigenaar van een buitenplaats zijn personeel opdracht om het buitenhuis in orde te maken. Dan werden de open haarden gestookt om het vocht uit het huis te verdrijven en werd het koper en zilver gepoetst. Alles werd in orde gemaakt voor het zomerverblijf van de familie. In mei werden de dienstmeisjes vooruit gestuurd met het linnengoed en de kleding, daarna arriveerde de familie op het buitenhuis. Als het in oktober buiten koud en donker werd, verhuisden de families met hun hele hebben en houwen weer terug naar de stad en werden de buitenhuizen op slot gedaan. Alleen het meubilair bleef achter. Pas later werd het gebruikelijk om er ook ’s winters te blijven wonen. De buitenplaatsbezitters maakten de reis naar buiten zelf niet met de trekschuit, maar met hun eigen jacht of met een gehuurd schip of rijtuig. Ook het vervoer van spullen voor de buitenhuizen ging niet met de trekschuit. De families hebben de trekschuit wel vaak gebruikt voor visite die op bezoek wilde komen en voor hun afspraken in de stad, want hun werk lag geen maanden stil.
Varen net als toen | 7
TERUG NAAR DE INHOUD
HOOFDSTUK
Achtergrondinformatie voor de docent
1 Transport over de waterweg De meeste trekvaarten zijn speciaal aangelegd of geschikt gemaakt voor personenvervoer. Het was dan ook niet de bedoeling dat in de trekschuit goederen werden vervoerd. Alleen wat handbagage was toegestaan. Je kon ook brieven meegeven, die dan vaak bij bruggen werden afgegeven aan de postbode, die ze in het dorp bezorgde. Groente, fruit, vis en allerlei andere soorten vracht moesten met vrachtschepen of pakketschuiten worden vervoerd. Soms voeren die schepen ook via dezelfde wateren als de trekschuit, soms moesten ze een andere route nemen, dat was per gebied verschillend. De trekschuit was ruim twee eeuwen lang hét vervoermiddel voor groepen personen. Tussen 1630 en 1860 zijn miljoenen mensen varend van stad tot stad vervoerd. De trekschuitbedrijven vormden met elkaar een flinke bedrijfstak, waarin schippers, stalknechten, tolgaarders en kruiers werkten.
Vanaf de komst van de stoomtrein in 1839 kwam daar een einde aan. Toen werd de eerste spoorweg in Nederland, tussen Amsterdam en Haarlem, in gebruik genomen. In 1842 werd die doorgetrokken naar Leiden en in 1847 ging de trein naar Rotterdam rijden. Het spoorwegnet breidde zich snel uit en vanaf dat moment werd de trekschuit ‘ouderwets’ gevonden! De vaarten gingen nu gebruikt worden voor andere vormen van scheepvaart. Groenten, fruit, bloembollen en andere tuinbouwproducten werden allemaal met schepen van het land naar de stad gebracht. Dat bleef zo tot ongeveer 1950, toen vrachtauto’s de goederenscheepvaart overnamen. De oude vaarten liggen er echter nog steeds. Die hebben nu vooral een recreatieve functie én ze dienen als aan- en afvoerkanaal voor de waterschappen.
Varen net als toen | 8
TERUG NAAR DE INHOUD
HOOFDSTUK
Achtergrondinformatie voor de docent
1 Erfgoed om te bewaren Van het reizen met de trekschuit zijn in onze tijd nog heel wat sporen terug te vinden. De vaarten zelf lopen nog steeds door het landschap en aan de jaagpaden, de bruggen en bepaalde gebouwen op de oevers is nog steeds te zien dat deze vaarten oorspronkelijk zijn aangelegd voor vervoer met trekschuiten. Langs alle vaarten zijn diverse jaagbruggen te zien, met aan de kant van het water een lage leuning waarover het touw van de schuit gleed. Langs de Haarlemmertrekvaart is het gerestaureerde Tolhuis Oegstgeest nog te zien. Bij de Delftsche Schouw is het Commissarishuis nog aanwezig en in Overschie staat nog het oude Veerhuis van de trekschuit naar Delft. Ook straatnamen, schilderijen, en andere kunstwerken houden de herinnering aan de tijd van de trekschuitdienst levend. Het beeld wordt voor een groot deel bepaald door de oude stadscentra, zoals Haarlem, Den Haag, Delft en Leiden, met daartussen pittoreske dorpen, prachtige buitenplaatsen, landgoederen met theekoepels, koetshuizen, orangerieën en een slinger van natuur- en recreatiegebieden.
Varen net als toen | 9
Lessen 2
opzet en verantwoording
Kracht van erfgoededucatie Opzet lessen Bij het erfgoedproject ‘Varen net als toen’ zijn drie lessen ontwikkeld: een introductieles in de klas, een kernles op locatie (het maken van een vaartocht) en een afsluitende reflectieles op school. Deze drie lessen vormen samen een volwaardig leerproces. Doelgroep De lessen zijn bedoeld voor leerlingen van groep 5 t/m 8 in het basisonderwijs. U kiest zelf welke insteek u de lessen geeft: verkeer en openbaar vervoer, de buitenhuizen (Gouden Eeuw) en de trekvaarten als erfgoed. Maak met de lessuggesties en opdrachten voor de leerlingen dit project snel en eenvoudig op maat voor uw eigen klas, niveau van uw groep en onderwerp dat het beste past in uw onderwijsprogramma. Doelen
Leerlingen leren over de ontstaansgeschiedenis van de trekvaarten en hoe dit verbonden is met de ontwikkeling van het verkeer en het vervoer van personen en goederen.
Leerlingen herkennen in het landschap de trekvaarten en de sporen van het reizen met de trekschuit. Leerlingen leren door lessen over de trekvaarten over de cultuurhistorische waarden van hun eigen omgeving.
De kracht van erfgoededucatie kenmerkt zich door: het aanzetten tot historisch redeneren, leren waarnemen en het verwoorden van waarnemingen. Aanzetten tot historisch redeneren: Lessen over erfgoed lenen zich uitstekend voor het ontwikkelen van historisch denken en redeneren. Voor deze ontwikkeling is het belangrijk dat u de leerlingen zo veel mogelijk actief aan de slag laat gaan met het stellen van vragen over het verleden, het gebruik en onderzoeken van historische bronnen en het leren argumenteren. Ook vormen leerlingen een context door een voorwerp of een handeling te zien, te voelen en te ruiken, het bekijken van foto’s, het zien van voorbeelden, het beschrijven in definities, in eigen woorden te beschrijven, tekeningen te maken, overeenkomsten en verschillen aangeven, etc. Leren waarnemen: Erfgoed is overal om ons heen, in het landschap, de gebouwde omgeving, dichtbij en veraf. Het leren kijken hiernaar maakt een wezenlijk onderdeel uit van uw erfgoedlessen. Want, heb je gezien waar het jaagpad ligt waar de paarden de schuit trekken? Zie je de buitenhuizen onderweg? Hoe ziet het landschap rondom de trekvaarten eruit? Het leren kijken staat in het teken van waarnemen: wat zie ik, waar ben ik? Dit is de eerste stap van de geografische vierslag: waarnemen, herkennen, verklaren en waarderen. Erfgoed is hierbij de primaire instructiebron. Waarnemen leidt tot herkennen: heb je dit wel eens vaker gezien? Daarna kunnen leerlingen verklaren wat ze zien: waarom ziet het er hier zo uit, hoe komt dat? Uiteindelijk leidt dat tot het waarderen van het erfgoed: wat vind ik hiervan, moet dit bewaard worden voor later? Verklaren en betekenisgeving beginnen met waarnemen. Neem de tijd om uw leerlingen bewust te leren kijken naar de sporen uit het verleden van het reizen met de trekschuit.
Varen net als toen | 10
Lessen 2
opzet en verantwoording
Het verwoorden van de waarnemingen: Erfgoededucatie wordt effectiever door het gebruik van taaldenkgesprekken en deze taalactiviteiten zorgen voor een uitbreiding van de woordenschat en stimuleren de taalontwikkeling. In taaldenkgesprekken verwoorden leerlingen hun denkstappen en leerervaringen. In het competent worden in het waarnemen, herkennen, verklaren en waarderen van het erfgoed vormen deze taaldenkgesprekken een belangrijke rol. Tot slot gaat erfgoededucatie om:
het besef dat erfgoededucatie niet iets nieuws of extra’s is. Zet erfgoedlessen in bij aardrijkskunde, geschiedenis, als taalactiviteit of binnen lessen cultuureducatie.
het werken aan de kerndoelen: 12. De leerlingen verwerven een adequate woordenschat en strategieën voor het begrijpen van voor hen onbekende woorden. Onder ‘woordenschat’ vallen ook begrippen die het leerlingen mogelijk maken over taal te denken en te spreken. 47. De leerlingen leren de ruimtelijke inrichting van de eigen omgeving te vergelijken met die in omgevingen elders, in binnen- en buitenland, vanuit de perspectieven landschap, wonen, werken, bestuur, verkeer, recreatie, welvaart, cultuur en levensbeschouwing. 50. De leerlingen leren omgaan met kaart en atlas, beheersen de basistopografie van Nederland, Europa en de rest van de wereld en ontwikkelen een eigentijds geografisch wereldbeeld. 51. De leerlingen leren gebruik te maken van eenvoudige historische bronnen, zoals aanwezig in ons cultureel erfgoed, en ze leren aanduidingen van tijd en tijdsindeling te hanteren. 52. De leerlingen leren over kenmerkende aspecten van de volgende tijdvakken: jagers en boeren; Grieken en Romeinen; monniken en ridders; steden en staten; ontdekkers en hervormers; regenten en vorsten; pruiken en revoluties; burgers en stoommachines; wereldoorlogen en holocaust; televisie en computer. 55. De leerlingen leren op eigen werk en dat van anderen te reflecteren. 56. De leerlingen verwerven enige kennis over en krijgen waardering voor aspecten van cultureel erfgoed.
het durven vervangen van lessen uit de methoden geschiedenis, aardrijkskunde, Nederlands en cultuureducatie door erfgoedlessen. Koppel het erfgoed in de eigen omgeving aan de onderwerpen: verkeer en openbaar vervoer, de buitenhuizen (Gouden Eeuw) en de trekvaarten als erfgoed.
het communiceren met ouders over de doelen van erfgoededucatie en de lessen die u geeft.
Varen net als toen | 11
Lessen
opzet en verantwoording
2 Benodigdheden digitale presentatie digibord met internetverbinding print van de opdrachten Tijdsduur 60 minuten
Wat vertelt het verhaal van de trekvaarten ons over de geschiedenis van het verkeer en vervoer tussen de Zuid-Hollandse steden? Het activeren van voorkennis in een introductieles voorafgaand aan een vaartocht met de trekschuit zorgt ervoor dat leerlingen dat wat ze gaan zien kunnen verbinden aan wat ze al weten. Het maakt dat leerlingen tijdens het beleven zinvol bezig zijn met het begrijpen, integreren en toepassen van nieuwe kennis, vaardigheden en attituden. Dit vraagt om voorbereidende leeractiviteiten in de klas en is een onmisbaar onderdeel van goede lessen.
! •
Bekijk de korte film (2:35 min) over de Trekvaarten.
U vindt deze via youtube met de zoekwoorden Erfgoedhuis Zuid-Holland en Trekvaarten. (Directe link: https://www.youtube.com/watch?v=V2W3htGffvg )
•
Start de digitale presentatie en lees de tekst van hoofdstuk 4 voor. Op deze manier vertelt u het verhaal van de trekvaart aan de hand van een aantal historische bronnen. Tevens leren leerlingen op deze manier dat veel informatie over het verleden is terug te vinden in bronnen als schilderijen en tekeningen. Deze bronnen worden vaak bewaard in een archief of in een museum. Stel vragen tijdens de presentatie als: Waarom zie je hier alleen schilderijen en tekeningen als historische bron? Welke verschillen en overeenkomsten zie je op schilderijen en tekeningen met de tijd waarin we nu leven? (Denk aan kleding van de mensen, het straatbeeld, etc.) Waarom bewaren we deze bronnen? Waar worden deze bronnen bewaard?
•
Welke insteek wilt u kiezen bij de lessen over de Trekvaarten? We geven u een aantal tips voor het stellen van historische vragen vanuit verschillende invalshoeken: verkeer en openbaar vervoer, buitenhuizen, trekvaart als erfgoed.
Varen net als toen | 12
Lessen
opzet en verantwoording
2 Verkeer en openbaar vervoer - Wat betekenden de trekvaarten voor het vervoer van personen in de Gouden Eeuw? - Hoe heeft de komst van de stoomtrein het gebruik van de trekschuit beïnvloed? Besteed hierbij ook aandacht aan de specifieke kenmerken van het tijdvak burgers en stoommachines door uit te leggen dat de komst van de stoommachine (stoomtrein) heeft geleid tot het einde van de trekvaart.
Buitenhuizen (Gouden Eeuw) - Waarom zijn de buitenhuizen dicht bij een trekvaart gebouwd? - Welke rol speelden de theehuizen aan het water in de Gouden Eeuw?
Tip: bekijk hier ook de korte film (3:11 min) over de Buitenhuizen. U vindt deze via youtube met de zoekwoorden Erfgoedhuis Zuid-Holland en Een luxe zomerhuis. (Directe link: https://www.youtube.com/watch?v=tG22jjZppyQ&feature=youtu.be )
Besteed hierbij ook aandacht aan de specifieke kenmerken van het tijdvak regenten en vorsten door uit te leggen dat de bouw van de buitenhuizen een gevolg was van de rijkdom in de Gouden Eeuw.
Trekvaarten als erfgoed - Welke sporen van het reizen met de trekschuit herken je nu nog? - Waarom bewaren we de herinneringen aan het reizen met de trekschuit voor later?
Laat leerlingen ook zelf twee vragen opschrijven. Wat willen zij nog weten over het reizen met de trekschuit? Zorg dat de leerlingen hun vragen meenemen tijdens de vaartocht. Stimuleer de vaardigheid van het leren stellen van historische vragen. Besteed ook taalkundig aandacht aan het construeren van goede vragen.
Bespreek opdracht 1 van het werkblad voor de leerlingen.
Varen net als toen | 13
Lessen
opzet en verantwoording
2 Benodigdheden Opdracht 2 van werkblad voor leerlingen en schrijfgerei Brochure vaartocht Tijdsduur Afhankelijk van de tocht die u kiest.
Het beleven van het erfgoed is een centraal begrip in de didactiek voor erfgoededucatie. Confrontatie met erfgoed maakt uw leerlingen een leerervaring rijker: het zien van de paarden, het varen op het water met de trekschuit en het horen van de verhalen die erbij horen. Dit is de kernles.
Zorg voor voldoende begeleiding.
Lees de brochure door, laat ook begeleidende ouders de brochure lezen.
Vertel de leerlingen vooraf wat ze kunnen verwachten en welke afspraken u maakt over het gedrag op de boot, ook met het oog op de veiligheid.
Neem alvast de vragen door die bij de opdracht op de boot horen.
Wijs de leerlingen op de sporen uit de verschillende tijdsperioden. Dit kun je tijdens de vaartocht goed zien. Vraag aan de gids/rondleider op de boot naar deze specifieke sporen uit de verschillende eeuwen.
Varen net als toen | 14
Lessen
opzet en verantwoording
2 Benodigdheden Kaarten/atlas Opdracht 3
Tijdsduur 60 minuten
Een volwaardig leerproces is pas compleet als er ook gereflecteerd wordt. Met deze derde stap, het reflecteren op wat is geleerd over de trekvaarten en beleefd tijdens de vaartocht, wordt het eigenlijke leereffect bij leerlingen bereikt. Leerlingen moeten zo hun leerervaring onder woorden brengen.
Bespreek opdracht 2 die op de trekschuit is gemaakt. Wat viel op? Geef eventueel ruimte om nog aan deze vragen te werken.
Maak opdracht 3 van het werkblad en reflecteer samen met de leerlingen op wat ze geleerd en beleefd hebben. Laat de leerlingen hun vragen die ze gesteld hebben in opdracht 1 nu beantwoorden. Zoek samen op via www.ns.nl hoelang de treinreis van Haarlem naar Leiden duurt tegenwoordig.
Presenteren: laat een paar leerlingen hun tekeningen presenteren aan de klas. Laat ze zelf uitleg geven. Bespreek de verschillen en de overeenkomsten. Laat een aantal andere leerlingen hun twee vragen(opdracht 1) met antwoorden (opdracht 3) presenteren aan de klas.
Beantwoord samen de vraag: Waarom bewaren we de trekvaarten voor later?
Varen net als toen | 15
Voor leerlingen A
Leg in je eigen woorden uit wat een trekvaart, een trekschuit en een jaagpad is.
B
Noem zo veel mogelijk vervoermiddelen die wij nu gebruiken.
C
Waarom was de trekschuit in de 19e eeuw ineens niet meer zo populair?
D
Wat zou jij nog willen weten over het varen met de trekschuit? Schrijf twee vragen op en neem deze twee vragen mee naar de vaartocht met de trekschuit:
1.
2.
Varen net als toen | 16
Voor leerlingen Kijk tijdens de vaartocht goed om je heen. Als de boot onderweg stopt, beantwoord je de volgende vragen:
A
Hoe heet de trekvaart waar je nu vaart?
B
Bij welke plaats zijn jullie aan boord gegaan en waar worden jullie naartoe gebracht?
C
Noem drie dingen die je hier ook in de Gouden Eeuw zou hebben gezien als je op de trekschuit zat. Tip: vraag het aan de gids op de boot.
D
Hoeveel meter zit er tussen het jaagpad en de trekschuit?
E
Hoe heet het paard dat de boot trekt?
F
Hoeveel buitenhuizen heb je onderweg gezien? Welke namen hebben deze buitenhuizen?
G
Onder hoeveel bruggen is de boot gevaren?
H
Teken hier hoe het paard aan de boot vastzit.
I
Zoek antwoord op de twee vragen die jij in opdracht 1 hebt gesteld.
Varen net als toen | 17
Voor leerlingen A
Kijk op de kaart (in de atlas) en zoek op waar je precies hebt gevaren.
B
Heb je een buitenhuis gezien of bezocht? Waar staat dit buitenhuis op de kaart?
C
Zie je nog meer trekvaarten in Zuid-Holland?
D
Hoe lang heb je over de reis gedaan met de boot?
E
Zoek uit op www.ns.nl: Als je van Haarlem naar Leiden wilt reizen, hoe lang doe je daar nu over met de trein? Hoe lang deed je er in de Gouden Eeuw over met de trekschuit van Haarlem naar Leiden?
F
Beantwoord de twee vragen die je in opdracht 1 hebt gesteld.
G
Noem drie dingen die je hebt geleerd over het reizen met de trekschuit.
H
Maak één tekening waarin je duidelijk twee tijden ziet van het varen met de trekschuit: in de Gouden Eeuw en zoals je nu hebt gevaren.
Varen net als toen | 18
VOUWBLAD
Voor leerlingen
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
Varen net als toen | 19
Digitale presentatie 4
Varen, net als toen Plaatje 1 (titelblad) Zo! Dát ziet er gezellig uit! Lekker varen in een bootje. Zullen wij dat ook gaan doen? Maar dan maken we er iets bijzonders van, dan gaan we “Varen, net als toen”. De naam van het project dat wij gaan doen, zie je bovenaan staan. Wat zou er bedoeld worden met deze titel? 2 Lang geleden, in de tijd van regenten en vorsten, waren er nog niet zoveel wegen als nu. En veel van die wegen waren gewoon van zand. Geen probleem, want auto’s of treinen waren nog niet uitgevonden. De mensen reisden met de postkoets en soms mocht er iemand meeliften met een goederenschuit. De passagiers vonden het varen met zo’n boot eigenlijk veel prettiger dan die hobbelige postkoets. Ze wilden een schuit speciaal voor het vervoer van mensen. 3-4-5 De steden, bijvoorbeeld Haarlem, ’s-Gravenhage, Delft of Leiden, vonden het belangrijk dat er meer mensen hun stad kwamen bezoeken. Dus wilden de stadsbestuurders dat er iedere dag gevaren kon worden tussen deze steden. Daar hadden zij best wel wat geld voor over. En dat geld, dat was nodig, want er moest veel werk verzet gaan worden: er waren vaarten nodig. 6 Op veel plaatsen in Nederland werden toen diepe gangen gegraven waar water in kon stromen. Bij dat graven van zo’n nieuwe waterweg waren veel mensen betrokken. Kun jij bedenken welke mensen, met welke beroepen? Als er al een riviertje in de buurt lag, was dat mooi meegenomen, dat scheelde weer een stukje graven. Als de vaart klaar was, werd de schuit erin gelegd. Klaar voor vertrek! 7 Boten kenden de mensen al heel lang, maar eigenlijk moet je hier meer denken aan een schuit. Met zo’n schuit zeilen over een smalle vaart, dat gaat niet, en bovendien ben je dan afhankelijk van de wind. Toen werd bedacht om een paard de boot te laten trekken, je begrijpt nu waar de namen trekschuit en trekvaart vandaan komen. 8-9 Het paard liep op een pad langs de oever. De schuit zat met een lange lijn vast aan het paard. Dit trekken van het paard heet: jagen. En het pad werd daarom het jaagpad genoemd. Hier en daar kun je die oude jaagpaden nog vinden. Als het paard een dagje ziek zou zijn, hoeveel mensen zou je dan nodig hebben om die paardenkracht te vervangen, denk je? 10 Er konden wel 30 mensen tegelijk mee met de trekschuit. De schippers maakten hun boten steeds mooier. Eerst hadden de passagiers alleen maar een soort tent waar ze onder konden schuilen als het regende, maar later maakten de schippers een echt huisje. Een roef, zo werd het huisje op de boot genoemd. Er was zelfs een 1e en een 2e klas.
Varen net als toen | 20
Digitale presentatie 4
11-12 In de roef zaten allemaal raampjes. Tijdens zo’n vaartocht kon je dus lekker naar buiten kijken. Wat zouden de reizigers hebben gezien, denk je? Maar ook binnen was er veel te doen: gezellig kletsen, pijpje roken, breien… Veel mensen schreven brieven of gedichten over hun reis met de trekschuit, zo weten we nu hoe ze er toen over dachten. 13 De passagiers vonden het vooral fijn dat de trekschuit precies op tijd vertrok en aankwam. Bij de opstapplaats kocht je een kaartje en dan kon je instappen. De trekschuit voer de hele dag, van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat. De schippers hadden heel wat te regelen. Ze moesten boten hebben, paarden, paardenstallen, een wachtlokaal voor de passagiers en geld om de tol te kunnen betalen. 14 Onderweg kwam het paard hier en daar obstakels tegen, bijvoorbeeld een brug of een hek. Dat was even puzzelen met het touw! Maar daar was de knecht voor: die knoopte snel het touw los en voorbij het obstakel weer vast. Zo kon het paard rustig doorlopen en liep de vaartocht geen vertraging op. Bij een bocht in de vaart was het wéér even opletten. De schuit mocht niet tegen de kant op botsen. Daarom was de rolpaal wel een handige uitvinding. Daar rolde het touw langs, niets aan de hand…! 15-16 De trekschuit was twee eeuwen lang hét vervoermiddel waar de passagiers erg tevreden over waren. En de schippers verdienden geld, want er gingen enorm veel mensen mee. Pas in de 19e eeuw was het afgelopen… toen werd de trein uitgevonden. En die ging heel wat sneller! Reizigers kozen toen voor die moderne manier van reizen. De trekschuit vonden ze maar ouderwets…. 17-18 De mooiste tijd van de trekschuit was de 17e eeuw. Die eeuw werd later de Gouden Eeuw genoemd, omdat er veel geld verdiend werd in ons land, vooral door de handel. De kooplieden, beter gezegd: verkooplieden, werden rijk van hun handel en veel van deze mensen hadden twee huizen: een huis in de stad en een huis buiten de stad, een “buitenhuis” dus. 19-20 Sommige kooplui waren bijna ontdekkingsreizigers, ze reisden over de hele wereld en brachten bijzondere zaken mee uit verre landen, zoals tulpen, papegaaien of olifanten! Dit wilden ze maar al te graag showen aan hun visite. En zelf wilden ze eigenlijk ook wel gezien worden, dus gingen ze dicht langs het water uitgebreid thee drinken in hun theehuis. 21-22 De dienstmeisjes, de kok en de tuinmannen gingen aan het begin van de zomer met alle spullen naar het buitenhuis. Zij reisden dan met de trekschuit. Als alles klaar was, kwam de familie naar het huis, die reisde met hun eigen koets. De familie bleef de hele zomer in het buitenhuis. En omdat het huis aan de trekvaart lag, kon de visite er gemakkelijk komen met de trekschuit.
Varen net als toen | 21
Digitale presentatie 4
23-24 Bij zo’n groot huis hoorde ook een heel grote, mooie tuin. De frisse buitenlucht en het schone water in de vijver vonden de mensen superfijn, dat was wel even beter dan in de stad. In de Gouden Eeuw was er, gek genoeg, nog geen riolering. Alle viezigheid belandde gewoon in het water. Lekker stinken daar… Dan is het buiten de stad wel beter! 25 De vaarwegen werden ook voor het vervoer van goederen gebruikt, die gingen mee op vrachtschepen of pakketschuiten. Langzaamaan kwamen er steeds meer vaarwegen. En al die vaarwegen werden op elkaar aangesloten. Zo ging er een netwerk ontstaan. Daardoor kon je bijvoorbeeld reizen van Zuid-Holland naar Groningen, via verschillende vaarten. Hoe minder de reizigers moesten overstappen, hoe fijner ze dat vonden. De dienstregeling moest dus aansluiten. 26 Hier zie je de Haarlemmertrekvaart, de Vliet en de Schie. 27 Veel mensen, die in deze tijd leven, vinden geschiedenis belangrijk. Ze vinden het leuk om te weten hoe je vroeger kon reizen. De trekschuit is eigenlijk het begin van het openbaar vervoer. Die sporen uit het verleden noemen we: erfgoed. De trekvaarten en de trekschuiten zijn dus erfgoed. Hier is nu veel aandacht voor. Oude bruggen worden weer mooi opgeknapt en monumenten, zoals het Tolhuis, worden gerestaureerd. 28 Vaar gerust eens mee op deze “ouderwetse” manier! En misschien heb je geluk: en wordt de trekschuit getrokken door een paard! Dat is “Varen, net als toen!”
Varen net als toen | 22
COLOFON
Achtergrondinformatie voor de leerkracht “De trekschuit, start van het openbaar vervoer” Excursieprogramma naar buitenhuizen, erfgoedinstellingen en/of relevante bedrijven Routebeschrijvingen van de diverse vaartochten Hofcultuur, drs W.F.Hofstra, Den Haag, www.hofcultuur.nl Marca Bultink Communicatie|Cultuurhistorie, drs M.C.J. Bultink, Hillegom, www.marcabultink.nl Lessen (opzet en verantwoording) en opdrachten leerlingen Zeeman & de Regt Onderwijskundigen, Hengelo/Oss, www.zeemanderegt.nl Vormgeving lesmateriaal, promotie-items en begeleiding drukwerk Mooijontwerp, visuele identiteit en vormgeving, www.mooijontwerp.nl Projectleiding Erfgoedhuis ZH, Thea de Langen, www.erfgoedhuis-zh.nl Met zeer veel dank aan:
Rondvaartonderneming “Rondvaart
Rondvaartonderneming “De Ooievaart”
Stichting Herstel Trekvaart Leiden-Delft
Leiden” / “Rondvaart Bollenstreek”
Den Haag
Bart Carpentier Alting
Jack Geerlings en de gidsen tijdens de
Peter Duivesteijn, Wimmie Hofstra en
vaartochten
de gidsen tijdens de vaartochten
www.rondvaartleiden.nl /
www.ooievaart.nl /
www.varenbollenstreek.nl
www.vlietvaart.nl
“Varen, net als toen” is een product van de Erfgoedtafel Trekvaarten, die hiermee de kennis en beleving van de Haarlemmertrekvaart, Vliet en Schie wil bevorderen en stimuleren. Een leuke, maar vooral ook leerzame “les op het water” is het doel van dit project voor erfgoededucatie. Het landschap en de monumenten in Zuid-Holland weerspiegelen ons koopmanschap en de strijd tegen water en vijanden. Dit erfgoed creëert een omgeving met een eigen identiteit waarin het prettig wonen, werken en recreëren is. De provincie maakt het – samen met anderen in zogenaamde erfgoedtafels – mogelijk om het erfgoed te bezoeken, ervan te genieten en te leren over onze geschiedenis. Zo blijft ons erfgoed voor de toekomst behouden. “Varen, net als toen” kon gerealiseerd worden dankzij een financiële bijdrage van de provincie Zuid-Holland. Kijk voor meer informatie over de Zuid-Hollandse Erfgoedlijnen op: www.geschiedenisvanzuidholland.nl Erfgoedhuis Zuid-Holland, Delft april 2015
Varen net als toen | 23