HANDBOEK LSM – ONLINE Versie: Mei 2011
HANDBOEK LSM – ONLINE Pagina 2
1.0
Inleiding .............................................................................................. 4 1.1.
BELANGRIJKE OPMERKING.....................................................................4
2.0
UITLEG HANDBOEK .......................................................................... 5
3.0
Symbolen ............................................................................................ 6 1.2.
Standaardwerkbalk.....................................................................................7
1.3.
Dialoogvenster SECTORen / Transpondergroepen.................................8
1.4.
dialoogvenster deuren / Personen............................................................8
1.5.
Groepenbevoegdheid – weergave boomstructuur ................................10
1.6.
programmeerbehoefte .............................................................................10
4.0
Database inrichten en openen ........................................................ 11
5.0
NetwerkBEHEER MET het LSM....................................................... 13
6.0
5.1.
NetWERKARCHITECTUUR ......................................................................13
5.2.
Lokale SUBNETWERKEN ........................................................................15
De Taskmanager .............................................................................. 16 6.1.1
7.0
Task aANMAKEN........................................................................................................ 17
EVENT manager ............................................................................... 19 7.1.
Algemeen ..................................................................................................19 7.1.1 7.1.2
7.2.
Reactie aanmaken ....................................................................................21 7.2.1 7.2.2 7.2.3 7.2.4 7.2.5 7.2.6
7.3.
Events AANMAKEN ................................................................................................... 19 Reacties....................................................................................................................... 21 bestand UITVOEREN ................................................................................................. 21 E-Mail verzenden........................................................................................................ 22 Netwerktaak configureren ......................................................................................... 24 NetwerkBERICHT configureren ................................................................................ 26 SMS-bericht verzenden ............................................................................................. 27 Protocolbestand aanmaken ...................................................................................... 28
Reactie vastleggen ...................................................................................28
8.0
EventAgent ....................................................................................... 30
9.0
Service en Support........................................................................... 33
10.0 verklarende woordenlijst ................................................................. 34
HANDBOEK LSM – ONLINE Pagina 3
OPMERKING: Bij de toelichting op de verschillende functies van het systeem ligt de nadruk op de bediening van de software. De beschrijving van de verschillende kenmerken, uitvoeringen en functies van het product vindt u in de bijbehorende producthandboeken. Voor de installatie en het gebruik van de producten dient u de productvrijgave en systeemeisen in acht te nemen. SimonsVoss aanvaardt geen aansprakelijkheid in geval van een afwijkende installatie of afwijkend gebruik. Ook geeft SimonsVoss in zo’n geval geen support. SimonsVoss Technologies AG behoudt zich het recht voor om zonder voorafgaande aankondiging productveranderingen uit te voeren. Daarom kunnen beschrijvingen en illustraties in dit document afwijken van de meest recente product- en softwareversies. Te allen tijde is in twijfelgevallen het Duitse origineel de inhoudelijke referentie. Drukfouten en vergissingen voorbehouden. Deze documenten zijn bij het ter perse gaan gebaseerd op de meest recente programmaversie. De opgenomen informatie en gegevens kunnen zonder voorafgaande aankondiging gewijzigd worden en houden voor de verkoper geen verplichting in. De in dit boek gebruikte soft- en hardwarenamen zijn voor het merendeel geregistreerde productnamen en zijn als zodanig aan de wettelijke bepalingen inzake het auteursrecht onderworpen. Zonder uitdrukkelijke schriftelijke toestemming mogen noch het handboek noch delen daarvan via mechanische of elektronische media, fotokopieën of op enig andere manier vermenigvuldigd of overgedragen worden. De in de voorbeelden gebruikte bedrijfsnamen en overige gegevens zijn fictief en eventuele overeenkomsten berusten derhalve op zuiver toeval. De redactie van het LSM-handboek is bij het samenstellen van deze tekst met uiterste zorgvuldigheid te werk gegaan. Wij kunnen echter niet garanderen dat de tekst geen fouten bevat. De redactie van het LSM is niet voor vakmatige of druktechnische fouten in dit handboek aansprakelijk. De beschrijvingen in dit handboek hebben in wettelijke zin uitdrukkelijk geen gegarandeerde eigenschappen. Als u voorstellen heeft voor correcties of verbeteringen in dit handboek, kunt u deze naar ons e-mailadres sturen:
[email protected]. Wij danken u bij voorbaat voor uw medewerking. Meer informatie over de producten van SimonsVoss vindt u op internet onder WWW.SIMONS-VOSS.DE
Dit handboek geldt voor software waarvan de functies niet beperkt zijn. Daardoor kunnen functies of (dialoog)vensters in de klantspecifieke installatie door de vrijgegeven softwaremodules mogelijk afwijken.
HANDBOEK LSM – ONLINE Pagina 4
1.0
INLEIDING Met het Locking System Management (LSM) heeft SimonsVoss een databaseondersteunde software ontwikkeld waarmee u complexe sluitplannen efficiënt kunt aanmaken, beheren en besturen. Dit document is een leidraad en hulp bij het structureren en instellen van uw sluitplan. Het helpt u echter ook bij de vervolgwerkzaamheden, de controle en de besturing. Daardoor kunt u het sluitsysteem dus ook eenvoudiger beheren.
1.1.
BELANGRIJKE OPMERKING SimonsVoss AG is niet aansprakelijk voor beschadigingen door een foutieve montage of installatie. Door verkeerd geïnstalleerde en/of verkeerd geprogrammeerde componenten kan de toegang door een deur worden geblokkeerd. SimonsVoss Technologies AG is niet aansprakelijk voor de gevolgen van een foutieve installatie die bijvoorbeeld materiële of andere schade veroorzaakt of waardoor bijvoorbeeld een toegang naar gewonde personen wordt geblokkeerd.
HANDBOEK LSM – ONLINE Pagina 5
2.0
UITLEG HANDBOEK  MENUPUNTEN De menupunten van LSM worden in het handboek met het symbool  weergegeven. VOORBEELDEN  Bewerken  Sector OPSCHRIFTEN EN CHECKBOXEN De opschriften en checkboxen die op de afbeelding van het beeldscherm worden weergegeven, staan tussen aanhalingstekens vermeld. VOORBEELDEN „Gebruikersgroepen“ "Sectoren" BUTTONS De buttons die in de screenshots van de dialoogvensters worden weergegeven, zijn met een grijze achtergrond gemarkeerd. VOORBEELDEN OK Opslaan TOETSCOMBINATIES De toetscombinatie die voor het openen van de gewenste functies kan worden gebruikt, is vet gemarkeerd. Ctrl+Shift+X WEERGAVE PAD Bij verwijzing naar een map in een werkstation wordt het pad cursief weergegeven. VOORBEELD C:\Program Files\SimonsVoss\LockSysGui\ OPMERKING De vermelding [CDROM] is een variabele en vermeldt de letter voor het cd-romstation (bijv. “D”) van de computer waarop de installatie moet worden uitgevoerd.
HANDBOEK LSM – ONLINE Pagina 6
3.0
SYMBOLEN OPMERKING • • •
de symbolen en de in het menu ingevoerde gegevens worden pas actief als het bijbehorende object geselecteerd is. met Shift of Ctrl kunt u een aantal tabelgegevens tegelijkertijd selecteren. door in de tabel te dubbelklikken gaat u naar de eigenschappen van het object.
WERKBALK MET SYMBOLEN Symbo ol actief
Symbo ol niet actief
Functie
Sneltoetscombinatie
Sluitsysteem bewerken
Ctrl+Shift+A
Sector
Ctrl+Shift+S
Deur bewerken
Ctrl+Shift+D
Sluiting bewerken
Ctrl+Shift+C
Transpondergroep bewerken
Ctrl+Shift+G
Transponder bewerken
Ctrl+Shift+O
Feestdaglijst bewerken Feestdag bewerken Tijdzones bewerken Persoon bewerken
Ctrl+Shift+P
HANDBOEK LSM – ONLINE Pagina 7
1.2.
STANDAARDWERKBALK Symbo ol actief
Symbo ol niet actief
Functie
Sneltoetscombinatie
Aanmelden Afmelden Nieuw sluitsysteem Nieuwe sluiting Nieuwe transponder Sluiting uitlezen
Ctrl+Shift+K
Transponder uitlezen
Ctrl+Shift+R
Programmeren Knippen Kopiëren Plakken Matrix afdrukken Eerste gegevensrecord Vorige gegevensrecord Volgende gegevensrecord Laatste gegevensrecord Verwijderen Opslaan Vernieuwen Zoeken Filter niet actief Filter is actief
HANDBOEK LSM – ONLINE Pagina 8
Info
1.3.
DIALOOGVENSTER SECTOREN / TRANSPONDERGROEPEN Een zwart kruis met een rondje in het midden symboliseert de bevoegdheid voor een groep. Een grijs kruis duidt op een “overgeërfde” bevoegdheid.
1.4.
DIALOOGVENSTER DEUREN / PERSONEN Bevoegdheid die is ingesteld, maar nog niet in de sluiting is geprogrammeerd Bevoegdheid die in de sluiting is geprogrammeerd Bevoegdheid die is verwijderd en nog niet aan de sluiting is doorgegeven Nog niet geprogrammeerde bevoegdheden die overeenkomen met de groepenstructuur van het sluitsysteem en dus ook uit het groepsvenster komen, worden met een zwart driehoekje aangeduid Geprogrammeerde bevoegdheden die overeenkomen met de groepenstructuur van het sluitsysteem en dus ook uit het groepsvenster komen, worden met een zwart driehoekje aangeduid Verwijderde bevoegdheden die overeenkomen met de groepenstructuur van het sluitsysteem en nog niet geprogrammeerd zijn Bevoegdheden die niet overeenkomen met de groepenstructuur van het sluitsysteem laten alleen een kruis zien, maar geen zwart driehoekje (individuele bevoegdheid). Bevoegdheden die, in tegenspraak met de groepenstructuur van het sluitsysteem, naderhand zijn ingetrokken, hebben nog het zwarte driehoekje maar geen toewijzingskruisje meer. Wit (grijs) vakje: Hier kan een bevoegdheid worden toegewezen. Vakje met (grijze) arcering: Dit veld maakt geen deel uit van het sluitsysteem en er kunnen geen bevoegdheden worden toegewezen. U heeft geen schrijfbevoegdheid of het sluitplan blokkeert dit vakje (bijvoorbeeld bij een gedeactiveerde transponder).
HANDBOEK LSM – ONLINE Pagina 9
HANDBOEK LSM – ONLINE Pagina 10
1.5.
GROEPENBEVOEGDHEID – WEERGAVE BOOMSTRUCTUUR Handmatig ingesteld (zwart)
Direct overgeërfd ( groen)
Indirect overgeërfd – overgeërfd via een lagere groep (blauw)
Zowel directe als indirecte overerving (blauw en groen)
1.6.
PROGRAMMEERBEHOEFTE TOELICHTING Om verschillende redenen kan het nodig zijn om bij een transponder of een sluiting een programmering uit te voeren. Om de verschillende redenen voor de programmeerbehoefte weer te geven, hebben de programmeerflitsen verschillende kleuren gekregen. WEERGAVE Eenvoudige programmering bij de componenten nodig Transponder: • • Sluiting: • • • •
Geldigheid verstreken Gedeactiveerd Slechts een overkoepelend sluitniveau toegewezen Aan geen enkele deur toegewezen Aan geen enkel sluitsysteem toegewezen Deur zonder sluiting
Programmering bij een sluiting nodig na het aanmaken van een vervangende transponder in de overlay-modus van een G1-systeem
HANDBOEK LSM – ONLINE Pagina 11
4.0
DATABASE INRICHTEN EN OPENEN
BEGINVENSTER Aanmelden bij de database. De identificatie gebeurt vervolgens door de gebruikersgegevens in te voeren Afmelden bij de database Instellingen voor de verbinding met de database In het dialoogvenster Setup kunt u de verbinding naar de gewenste database instellen. De benodigde informatie krijgt u van de beheerder van uw sluitsysteem. LSM Basic
LSM Business / LSM Professional
HANDBOEK LSM – ONLINE Pagina 12
OPMERKING De toegangsgegevens voor de software dienen volgens de geldende IT-richtlijnen veilig te worden bewaard en mogen niet voor ongeautoriseerde personen toegankelijk zijn.
HANDBOEK LSM – ONLINE Pagina 13
5.0
NETWERKBEHEER MET HET LSM
5.1.
NETWERKARCHITECTUUR
De hierboven weergegeven afbeelding toont de basisopbouw van een draadloos SimonsVoss-netwerk (WaveNet) en een mogelijke koppeling met het LSMsoftwaresysteem. Via de hierboven afgebeelde netwerkstructuur krijgen verschillende gebruikers met individuele rechten toegang tot sluitingen in het draadloze SimonsVoss-netwerk. De communicatie met de sluitingen verloopt via LSM-GUI (Grafische User Interface, LSM Client) via lokale aansluitingen (COM, USB) of alternatief via het intranet. Deze pc is verbonden met het CentralNode (netwerkprogrammeerapparaat) van het draadloze SimonsVoss-netwerk. De WaveNet CentralNode communiceert op zijn beurt via bekabeling of radiografisch (868MHz) direct of via andere routers met de zogenaamde LockNodes. Deze wisselen via korte-afstandscommunicatie (25kHz) of via directe netwerkkoppeling gegevens met hun bijbehorende sluitcomponenten uit. SimonsVoss LON-netwerken met bekabeling hebben een soortgelijke structuur als het hierboven afgebeelde WaveNet. De communicatie tussen CentralNode en LONLockNodes geschiedt hier echter niet radiografisch, maar via een CAT5 Twisted-Pair Bus-kabel. Raadpleeg voor meer informatie (installatie en inbedrijfstelling van een SimonsVoss-netwerk) de desbetreffende productdocumentatie.
HANDBOEK LSM – ONLINE Pagina 14
HANDBOEK LSM – ONLINE Pagina 15
5.2.
LOKALE SUBNETWERKEN
In het hierboven getoonde voorbeeld bestaat er slechts een enkele centrale toegang tot een SimonsVoss-netwerk via CentralNode met lokaal subnetwerk. Feitelijk kan er een willekeurig gewenst aantal overgangspunten binnen het intranet worden verdeeld. Zo kan er bijvoorbeeld een "filiaalbedrijf" worden gerealiseerd, d.w.z. vanuit een centrale kan via intranet/internet elk gewenst aantal filialen met lokale CentralNodes en daaraan gekoppelde subnetwerken worden benaderd. Dergelijke subnetwerken bestaan dan uit een communicatieknoop-pc met geïnstalleerde CommNode SW, een CentralNode en bij de topologie passen dienovereenkomstig veel LockNodes. Alternatief kunnen ook WaveNet TCP/IP routers worden gebruikt.
HANDBOEK LSM – ONLINE Pagina 16
6.0
DE TASKMANAGER De taskmanager bevat een opsomming van verschillende af te handelen taken (tasks), die direct, op een bepaalde tijd of periodiek moeten worden uitgevoerd. Aan de tasks worden prioriteiten toegekend, zodat dringende taken het eerst worden uitgevoerd. De uitvoeringsvoorwaarden (tijden, perioden en het soort taak) kunnen vanaf de gebruikersinterface via het menupunt worden vastgelegd. VOORBEELD De sluitingen van de hoofdingangen worden 's ochtends om 9 uur geactiveerd en 's avonds om 19.00 uur gedeactiveerd. Het sluitsysteem wordt elke avond om 20.00 afgesteld (geprogrammeerd). De toegangslijsten van de relevante deuren worden voortdurend gelezen.
VOORWAARDEN • • •
Geïnstalleerde CommNode Server "SimonsVoss CommNode Server “-dienst moet worden gestart De computer (besturingssysteem: Windows XP/Vista/Server 2003/Server 2008), waarop de CommNodeSrv Dienst geïnstalleerd is, moet permanent ingeschakeld zijn. Het werkstation kan echter geblokkeerd zijn. (De schermbeveiliging kan geactiveerd zijn.)
PROCEDURE • • •
 Netwerk  Taskmanager Toegang van de dienst "SimonsVoss CommNode Server“ op de database
MOGELIJKE TAAKTYPEN • • • • • • • • •
Uitgang instellen Op de LockNode is het mogelijk nog een signalisering of iets dergelijks aan te sturen. Uitgang resetten Opening op afstand Inputresultaat activeren (reageren op statusveranderingen op de ingangen van de LockNodes) Inputresultaat deactiveren LockNode testen Noodvrijschakeling 15 min. duurkoppeling afhankelijk van cilinderversie Sluiting activeren Sluiting uitlezen
HANDBOEK LSM – ONLINE Pagina 17
• •
• •
Sluiting deactiveren Sluiting programmeren met de opties: programmeerbehoefte opheffen en tijd instellen, (bij programmeerbehoefte) programmering vernieuwen (zeer tijdintensief) Tijd instellen Toegangslijsten lezen
OPMERKING De taskdienst is in staat tot het parallel bewerken van taken. Dit geldt alleen voor taken, die op verschillende subnetten (CommNodes) worden verzonden. Binnen een netwerk (CommNode) geldt eveneens de afhandeling van de taken volgens de ingestelde volgorde. 6.1.1
TASK AANMAKEN PROCEDURE • • • • • • • •
 Netwerk  Taskmanager Nieuw Naam en omschrijving toekennen, type selecteren Tijdinstellingen uitvoeren Sluitingen selecteren via Bewerken OK Gegevens worden normaal gesproken automatisch naar het communicatieknooppunt verzonden
HANDBOEK LSM – ONLINE Pagina 18
TOELICHTING "Naam" "Beschrijving" "Type" "Status“ "Geactiveerd (gepland)"
Æ Æ Æ Æ Æ
"Uitvoeren – één keer“
Æ
"Uitvoeren – herhalingsinterval“
Æ
Bewerken
Æ
Status weergeven
Æ
Unieke omschrijving van de tasks Vrij veld voor de omschrijving van de taak Type taak (zie “Mogelijke taaktypen") Actuele status van de task Taak is geactiveerd en wordt planmatig uitgevoerd Taak wordt één keer uitgevoerd op het eronder ingestelde starttijdstip Taak wordt meerdere keren na de startdatum uitgevoerd, met inachtneming van de ingestelde herhalingsinterval Selectie van de sluitingen waarvoor de taak wordt uitgevoerd
Toont een overzichtsveld met de status van alle processen
HANDBOEK LSM – ONLINE Pagina 19
7.0
EVENT MANAGER
7.1.
ALGEMEEN In de Event Manager kunnen gebeurtenissen (events) in het netwerk aan een of meerdere gerichte reacties worden gekoppeld. De sluitsysteemsoftware kan op bepaalde events (bijv. geopende deur) een vooraf ingestelde reactie genereren, bijv. aansturing van een alarmsirene en verzenden van een SMS aan de mobiele telefoon van de beveiligingsfunctionaris. Door het invoeren van een weekdag en tijd kan worden vastgelegd, binnen welke reactietijd er op een gebeurtenis moet worden gereageerd. PROCEDURE • •
7.1.1
 Netwerk  Event Manager
EVENTS AANMAKEN PROCEDURE • • •
 Netwerk  Event Manager Event – nieuw
HANDBOEK LSM – ONLINE Pagina 20
TOELICHTING "Naam" "Beschrijving" "Melding“
Æ Æ Æ
"Type" Event configureren "Geactiveerd" "Actie“ – Toevoegen
Æ Æ Æ Æ
"Actie“ – Verwijderen Tijd configureren
Æ Æ
"Sluitingen" Selecteren
Æ
"Alarmfase“
Æ
Unieke naam van het event Vrij veld voor het beschrijven van dit event Tekst die bijv. in de EventAgent wordt getoond Zie "Mogelijke events” Afhankelijk van het eventtype Taak is geactiveerd of gedeactiveerd Toevoegen van een al gegenereerde reactie Actie markeren en verwijderen Tijdinstellingen binnen welk tijdsbestek de task actief is Sluitingen selecteren, die bij het event zijn betrokken Verandering van het symbool in de Event Agent
HANDBOEK LSM – ONLINE Pagina 21
MOGELIJKE EVENTS •
• •
•
Input event Bij het aansluiten van spanningsvrije contacten op LockNodes worden bij inputveranderingen (bijv. wanneer een contact zich opent bij het openen van een deur) events gegenereerd en via het SimonsVoss-netwerk aan het LSM overgedragen. Toetsencombinatie Bepaalde vooraf gedefinieerde toetscombinaties genereren bij geopende LSM- GUI reacties. Tijdsinterval Dit event wordt gegenereerd als de ingestelde tijd tussen twee events wordt overschreden. Voorbeeld: als na het openen van een deur deze niet binnen een bepaalde tijd weer wordt gesloten, moet er een signaal worden gegeven. Toegang De toegang tot een willekeurige of een bepaalde transponder op een bepaalde deur genereert deze reactie. Dit wordt vastgesteld door het regelmatig lezen van de toegangslijsten of bij nieuwe producten ook door de Realtime Event (alleen mogelijk bij LNI met G2-protocolondersteuning).
7.1.2
REACTIES
7.2.
REACTIE AANMAKEN PROCEDURE • • • • • • • • • • • • • • •
7.2.1
 Netwerk  Event Manager Nieuw onder "Reactie" Naam toekennen Type selecteren Reactie configureren (zie task) OK Nieuw onder "Events" Naam toekennen Type selecteren Event configureren Betrokken sluitingen selecteren "Bijbehorende acties“ Toevoegen; die reactie selecteren OK Configuratiebestanden worden overgedragen
BESTAND UITVOEREN TOELICHTING Hier wordt een uitvoerbaar programma gestart. VOORBEELDEN
HANDBOEK LSM – ONLINE Pagina 22
• •
U kunt een programma (batchbestand) opstellen, dat ervoor zorgt, dat er bij het optreden van een events berichten aan meerdere e-mailadressen worden verzonden. Er wordt een programma geopend (bijv. Word). Er wordt automatisch een bestand geopend, dat belangrijke telefoonnummers bevat.
PROCEDURE • • • • • • • • • 7.2.2
 Netwerk  Event Manager Nieuw onder "Reactie" Naam toekennen Type "Bestand uitvoeren“ selecteren Reactie configureren Zoeken Pad kiezen OK
E-MAIL VERZENDEN TOELICHTING Met deze functie wordt een e-mailbericht aan bepaalde e-mailadressen verzonden. VOORWAARDE •
Om e-mailberichten te kunnen versturen, moeten vooraf bepaalde instellingen onder  Netwerk  Unified Messaging ÂE-mail worden uitgevoerd.
HANDBOEK LSM – ONLINE Pagina 23
TOELICHTING “Naam” Bewerken Wissen Nieuw
Æ Æ Æ Æ
Unieke naam van het e-mailadres Configureren van de e-mail Wissen van een e-mailconfiguratie Zie MOGELIJKE events
Instellingen “Naam afzender” “Adres afzender” SMTP Server
Æ Æ Æ
“Timeout” SMTP Port “veilige verbinding”
Æ Æ Æ
“Identificatie” “Accountnaam“
Æ Æ
“Wachtwoord”
Æ
Naam van de afzendernaam in de e-mail Adres van de afzender Server via welke de e-mail verzonden moet worden Onderbreking bij verbindingsproblemen SMTP Port van de server Moet er een veilige verbinding worden gebruikt Vereist de server een identificatie Als de server een identificatie vereist, dan kunnen hier de inloggegevens worden ingevoerd Bijbehorend wachtwoord bij accountnaam
HANDBOEK LSM – ONLINE Pagina 24
PROCEDURE • • • • • • • • • 7.2.3
 Netwerk  Event Manager Nieuw onder "Reactie" Naam toekennen Type "E-mail“ selecteren Reactie configureren Tekst invoeren, die bij het versturen van een test-e-mail moeten worden weergegeven De functie controleren met Testen OK
NETWERKTAAK CONFIGUREREN TOELICHTING Hier kunt u een bepaalde taak via het SimonsVoss-netwerk laten uitvoeren. MOGELIJKE TAKEN • • • • •
Uitgang instellen/resetten Opening op afstand uitvoeren LockNodes testen Sluitingen activeren/ deactiveren/ programmeren Toegangslijsten lezen
HANDBOEK LSM – ONLINE Pagina 25
PROCEDURE • • • • • • • • •
 Netwerk  Event Manager Nieuw onder "Reactie" Type "Netwerktaak"selecteren Naam toekennen Type selecteren Tijdsgebonden aansturing configureren De betrokken sluitingen selecteren via Bewerken OK
HANDBOEK LSM – ONLINE Pagina 26
7.2.4
NETWERKBERICHT CONFIGUREREN TOELICHTING Er wordt een melding aan de netwerkcomputer doorgegeven, die daar wordt weergegeven met een speciaal programma van SimonsVoss, de EventAgent. Als u bijv. de fabrieksbeveiliging wilt laten weten dat er een deur openstaat, dan is dat zonder meer mogelijk. VOORWAARDE • • •
Besturingssysteem Windows 2000/XP Computer moet in het interne Windows 2000/XP-netwerk zijn opgenomen De EventAgent is geïnstalleerd en opgestart (zie separaat handboek)
PROCEDURE • • • • • •
 Netwerk  Event Manager Nieuw onder "Reactie" Type "Netwerkbericht" selecteren Computernaam invoeren waarop het bericht moet worden weergegeven OK
HANDBOEK LSM – ONLINE Pagina 27
7.2.5
SMS-BERICHT VERZENDEN TOELICHTING U kunt een SMS-bericht op een mobiele telefoon versturen.
PROCEDURE • • • • • • • • •
 Netwerk  Event Manager Nieuw onder "Reactie" Type "SMS" selecteren Reactie configureren Telefoonboekpositie selecteren of Nieuw Vereiste informatie invoeren Met Testbericht verzenden een functietest uitvoeren OK
HANDBOEK LSM – ONLINE Pagina 28
7.2.6 PROTOCOLBESTAND AANMAKEN TOELICHTING In dit bestand worden de verzamelde events weergegeven. De eventmelding wordt in tabelvorm opgesteld en kan met een tekstbewerkingsprogramma, bijv. Excel of Access, worden bewerkt.
PROCEDURE • • • • • • • • • 7.3.
 Netwerk  Event Manager Nieuw onder "Reactie" Naam toekennen Type "Bestand uitvoeren“ selecteren Reactie configureren Zoeken Pad kiezen OK
REACTIE VASTLEGGEN Elk event kan aan een willekeurig aantal verschillende reacties (speciale taken, bijv. inschakelen van een alarmsirene) worden toegewezen. PROCEDURE • • •
 Netwerk  Event Manager Reactie – Nieuw
HANDBOEK LSM – ONLINE Pagina 29
MOGELIJKE REACTIES • • • •
• •
Bestand uitvoeren Het aangegeven bestand wordt geopend E-mail Om e-mailberichten te kunnen versturen, moeten vooraf onder Unified Messaging bepaalde instellingen worden ingevoerd. Netwerktaak Starten van een willekeurig programmeer- of leesproces op een willekeurige sluiting. Netwerkbericht Verzendt een melding aan een willekeurige computer in het intranet, waarop de SimonsVoss EventAgent geïnstalleerd is. Opmerking: de computer moet zich in het zelfde netwerkdomein bevinden en het NetBios- protocol moet geactiveerd zijn Invoergegevens in een protocolbestand Aan het aangegeven protocolbestand worden invoergegevens toegevoegd SMS Om een SMS te kunnen versturen, moeten vooraf bepaalde instellingen onder "Unified Messaging" worden uitgevoerd.
HANDBOEK LSM – ONLINE Pagina 30
8.0
EVENTAGENT Deze tool biedt u de mogelijkheid, gebeurtenissen bij de sluitingen online via LON of WaveNet te bewaken en in "EventAgent"-vensters op elke computer in het intranet zichtbaar te maken. Houd er rekening mee, dat alleen meldingen worden weergegeven, die vooraf in de Event Manager (vgl. 6.0 Event Manager) als netwerkbericht werden geconfigureerd. Bij het optreden van een bepaalde gebeurtenis ontvangt u als de EventAgent werd opgestart op de doelcomputer in het desbetreffende venster de melding "Nieuw bericht" en kunt daarop passend reageren. Als u het bericht heeft gelezen, plaats u een vinkje voor Gelezen waarna de melding verdwijnt. Hetzelfde geldt, als u op de button Alle gelezen klikt. De berichten blijven altijd in het geheugen bewaard en kunnen steeds weer worden geopend. Onder Opties kunt u het aantal opgeslagen berichten instellen. Via het navigatievenster kunt u naar de ontvangen berichten teruggaan.
HANDBOEK LSM – ONLINE Pagina 31
OPTIES:
•
Hier kunt u de volgende instellingen invoeren: Pieptoon voor nieuw bericht Signaalgeluid bij binnenkomend bericht. Maximaal aantal berichten: er kunnen tussen 100 en 5000 berichten worden weergegeven.
•
EventAgent activeren bij nieuw bericht Als u het venster minimaliseert (taakbalk) wordt het bij ontvangst van een nieuw bericht weer weergegeven.
•
Monitor In de monitor kunt u de meldingen evalueren en heeft u de mogelijkheid ze te sorteren.
HANDBOEK LSM – ONLINE Pagina 32
Via Configuratie beschikt u over de mogelijkheid de verschillende soorten meldingen te selecteren
HANDBOEK LSM – ONLINE Pagina 33
9.0
SERVICE EN SUPPORT PRODUCTONDERSTEUNING BIJ VRAGEN OVER DE PRODUCTEN VAN SIMONSVOSS TECHNOLOGIES AG KAN DE KLANT CONTACT OPNEMEN MET DE AFDELING 'ALGEMENE SUPPORT': Telefoon
+49 (0) 1805 78 3060
De product-hotline biedt geen support voor het softwareprogramma LSM Business. Software ondersteuning Support 'Standaard' Klanten die tegen betaling het supportniveau 'standaard' hebben afgesloten, kunnen ook gebruik maken van de volgende ondersteuning: E-mail Telefoon
[email protected] +49 (0) 1805 57 3060
Support 'Premium' Klanten die tegen betaling het supportniveau 'premium' hebben afgesloten, kunnen ook gebruik maken van de volgende ondersteuning: E-mail Telefoon
[email protected] +49 (0) 1805 57 3060
Online supporttool Kort bellen naar de LSM hotline LSM starten  hulp  SimonsVoss Online Support
HANDBOEK LSM – ONLINE Pagina 34
10.0 VERKLARENDE WOORDENLIJST Deze lijst maakt geen aanspraak op volledigheid. C Checkbox Selectiemogelijkheid voor een eigenschap in een dialoogvenster D Database ondersteund Softwareprogramma dat gegevens (data) in een vooraf bepaalde structuur (de databank of database) opslaat. De database van de sluitsystemen bevat het sluitplan en de sluitsystemen. Deur Bij het item ‘deur’ kan extra informatie worden opgeslagen. Onder dit item worden ook de sluitingen beheerd. E Exporteren Bij het exporteren worden de geselecteerde gegevens van het sluitplan naar de pocket-pc (vaak een PDA) overgedragen F Vrije dag Nationale feestdag of een door het bedrijf bepaalde vrije dag of periode van een aantal op elkaar volgende dagen. Vrije dagenlijst De lijst met vrije dagen bestaat uit een aantal geselecteerde feest- of vrije dagen. De lijst wordt in de tijdzoneplannen gebruikt. Filter Een filter beperkt het aantal gegevens dat in een venster wordt weergegeven. Dat gebeurt op grond van de eigenschappen die geselecteerd worden G Gebeurtenis Een gebeurtenis is een wijziging van de status die via het netwerk aan het LSM gemeld wordt. Geldigheidsperiode De geldigheidsperiode is de periode waarin de transponder functioneert. Buiten deze periode is de transponder gedeactiveerd. Groepenbevoegdheid Met groepenbevoegdheden kunnen meer transponders voor verscheidene sluitingen tegelijk een bevoegdheid krijgen.
HANDBOEK LSM – ONLINE Pagina 35
GUI (Graphical User Interface) grafisch programmavenster voor de bediening van het softwareprogramma. H Handheld Een handheld / pocket-pc is een kleine computer (bijv. PDA) die voor het mobiel programmeren gebruikt kan worden. Hiërarchie Hiërarchie is een systeem van elementen met een onderlinge rangorde (hogere en lagere niveaus). I Importeren Bij het importeren worden de geëxporteerde sluitingen na de bewerking weer naar het sluitsysteem geëxporteerd L LON LON is een bekabeld communicatiesysteem voor de automatisering van gebouwen. De componenten van SimonsVoss kunnen ook in het netwerk van de op deze standaard gebaseerde technieken en producten worden aangesloten en daarmee online communiceren LSM Mobile Een softwareprogramma voor de handheld / pocket-pc waarmee het sluitsysteem mobiel geprogram-meerd en beheerd kan worden. M Matrix De matrix is het grafische overzicht van de bevoegdheden in het LSM. N Netwerk Met het netwerk van SimonsVoss kunnen de sluitingen zonder programmeerapparaat direct worden aangesproken. Netwerkadres Via het netwerkadres kan iedere LockNode zonder problemen worden herkend. Deze wordt bij de deur gemonteerd en in het softwareprogramma aan deze deur toegewezen. Noodopening Procedure om een sluiting zonder bevoegde transponder te openen. De noodopening is met wachtwoorden beveiligd.
HANDBOEK LSM – ONLINE Pagina 36
O OMRON-modus Alle productvarianten kunnen in de OMRON–modus functioneren. Wilt u dat het Smart Relais de transponderdata aan een extern systeem doorgeeft en er bij een vrijschakeling door het externe systeem vanaf het Smart Relais op afstand een openingscommando wordt verstuurd, dan moet u deze optie zowel bij het Smart Relais als bij de cilinder aanvinken. Let op: Als u deze configuratie kiest, kan de cilinder niet meer met een transponder worden geopend! Lees het handboek “Smart Relais” voor meer gedetailleerde informatie. Overlay-modus In de overlay-modus worden voor een aangemaakte transponder steeds 8 transponder-ID's gereser-veerd en in de bevoegde sluitingen opgeslagen. Bij verlies van de eerste transponder wordt de transponder-ID in het softwareprogramma gedeactiveerd en krijgt de nieuwe transponder de volgende transponder-ID uit de reservevoorraad met TID's. Als de transponder bij een sluiting wordt gebruikt, herkent het systeem dat het om een van de zeven gereserveerde T-ID's gaat en wordt de oorspronkelijke transponder-ID gedeactiveerd. P Persoon Bij het item 'Persoon' kan extra informatie over de betreffende gebruiker worden opgeslagen. Pocket-pc Een handheld / pocket-pc is een kleine computer (bijv. PDA) die voor het mobiel programmeren van sluitingen gebruikt kan worden. Programmeerbehoefte Programmeerbehoefte ontstaat als er een verschil bestaat tussen de werkelijke en de gewenste status. Dat kan ontstaan door een wijziging in de toegangsbevoegdheden of de configuraties. R Revisieveilig Een protocol geldt als revisieveilig als de informatie over de wijzigingen in een systeem in de database weer teruggevonden kunnen worden, traceerbaar zijn, niet veranderd kunnen worden en fraudebestendig gearchiveerd worden. S Schrijfbevoegdheid De schrijfbevoegdheid is het recht om wijzigingen te mogen invoeren. Voor bepaalde rollen in het gebruikersbeheer van het LSM is een schrijfbevoegdheid vereist. Dat is bijvoorbeeld het geval voor het mogen uitvoeren van bepaalde handelingen (zoals het gebruiken van een handheld en het beheren of configureren van het netwerk). Sector Een sector is de samenvoeging van meerdere deuren.
HANDBOEK LSM – ONLINE Pagina 37
Sluiting Met het begrip 'sluiting' worden de producten van SimonsVoss samengevat die de analyse van een bevoegdheid uitvoeren en het openen van de toegangen mogelijk maken. Sluitplan Het sluitplan omvat alle bevoegd-heden en systeeminformatie alsmede het gebruikersbeheer. Een sluitplan kan verscheidene sluitsystemen omvatten Sluitsysteem Het sluitsysteem is bedoeld om de aangemaakte (geconfigureerde) transponders en deuren te structureren en de toegangsbevoegdheden te beheren. T Takenlijst Lijst met taken die in het systeem zijn opgenomen Terugzetten Bij het terugzetten (reset) worden de gegevens van een object verwijderd. In het softwareprogramma wordt tegelijkertijd ook de werkelijke status op "nietgeprogrammeerd" gezet. Tijdgroep Een transponder kan aan een tijdgroep worden toegewezen en met behulp van een tijdzoneplan kan daarmee een beperkte toegang worden gerealiseerd. Tijdgroepnaam Tijdgroepnaam is de vooraf ingevoerde tijdgroepnaam, waaraan het tijdgroepnummer van een transponder werd toegewezen Tijdgroepnummer Het tijdgroepnummer van een transponder kan individueel worden ingesteld en wordt door de beheerder bepaald. Aan de hand van deze groep wordt de transponder in een tijdschemaplan toegelaten of afgewezen. Tijdzone Tijdzones zijn bereiken die alleen door bepaalde Transpondergroepen op bepaalde tijden betreden mogen worden. Tijdzoneplan Een tijdzoneplan is een object waarmee sluitingen en transponders met insteltijden kunnen worden aangestuurd. Hierin kunnen ook de vrije dagenlijsten worden opgenomen. Toegangslijsten De gegevens van de transponders wor-den opgeslagen in de sluitingen met TCfunctie (toegangsfunctie). Let erop dat u bij het gebruik van deze gegevens steeds de geldende wettelijke arbeidsvoorschriften en de voorschriften voor de gegevensbescherming moet naleven.
HANDBOEK LSM – ONLINE Pagina 38
Transponder De transponder is de "elektronische sleutel" in het systeem 3060. Transpondergroep De transpondergroep is een samenvoeging van diverse transponders om groepenbevoegdheden te kunnen beheren. V Voorraad Een voorraad is het aantal G1 transponder-ID's dat zich in de geselecteerde transpondergroep bevindt. W Waarschuwingen Waarschuwingen kunnen voor het direct weergeven van bepaalde statussen worden gebruikt. Wachtwoord De veiligheid en betrouwbaarheid van wachtwoorden is afhankelijk van de complexiteit en lengte van het wachtwoord. In het systeem worden op verscheidene plaatsen wachtwoorden voor de beveiliging van het sluitsysteem gebruikt WaveNet WaveNet is een zeer flexibel netwerk van SimonsVoss dat in een kabelnetwerk als een radiografisch netwerk gebruikt kan worden. Z Zoeken Met de zoekfunctie kan heel precies een bepaald object van de sluit-systemen of de database worden gevonden