HANDBOEK BIJZONDER GEREGLEMENTEERDE VERZEKERINGSCONTRACTEN Vijfde editie
Philippe COLLE Hoogleraar aan de Vrije Universiteit Brussel
intersentia Antwerpen - Oxford
INHOUD Randnr. Hoofdstuk I. De brandverzekering Deel I. De brandverzekering-zaakverzekering Afdeling 1. Aard van de brandverzekeringsovereenkomst 1 Afdeling 2. Toepasselijke wetgeving 4 I. Toepassingsgebied van het KB van 24 december 1992 5 II. Uitsluitingen 7 III. Wettelijkheidsvraagstuk 8 Afdeling 3. Totstandkoming van de verzekeringsovereenkomst 9 I. Het verzekeringsvoorstel 10 II. De verzekeringsaanvraag 13 III. De voorafgetekende polis 15 Afdeling 4. De verzekerde risico's I. Brand 16 II. Bijkomende dekkingen 17 A. Verplichte bijkomende dekkingen 1. De wet op de landverzekeringsovereenkomst 18 1.1. Reddingskosten 18 1.2. Schadegeval buiten de verzekerde goederen 20 1.3. Natuurrampen 20bis - Gedekte natuurrampen - Gedekte schade - Uitsluitingen - De termijnen voor de schadevaststelling en de betaling - De vrijstelling en de bijpremie - Het Tariferingsbureau - Dekkingslimieten en Rampenfonds - Inwerkingtreding - Besluit Intersentia
v
Handboek bijzonder gereglementeerde verzekeringscontracten
2.
Het brandverzekeringsbesluit 21 2.1. Aanslag en arbeidsconflict 22 2.2. Storm 24 B. Facultatieve bijkomende dekkingen 25 Afdeling 5. De verzekerde personen 27 Afdeling 6. De duur en de wijziging van de verzekeringsovereenkomst I. De duur 30 II. De wijziging van de verzekeringsovereenkomst 32 Afdeling 7. De minimumwaarborgen 33 I. Verzekerde risico's en verzekerde personen 34 II. Waardering van het verzekerde goed 35 III. Sanctionering van de onjuiste opgave van het risico 37 IV. Sanctionering van de niet-aangifte van een risicoverzwaring.... 41 V. Verdeling van de schadelast bij samenloop van verzekeringen... 45 VI. Oververzekering en onderverzekering A. De overdraagbaarheidsclausule 49 B. De evenredigheidsregel 51 C. Uitzonderingen 52 VII. Sanctionering van de verplichting de schade te voorkomen of te beperken 54 VIII. Omvang van de vergoeding 57 A. Algemeen 57 B. Nieuw- of herbouwwaarde 58 C. Aangenomen waarde of andere waarden 63 D. Vrijstelling 64 IX. Uitkeringstijdstip van de vergoeding 66 A. Wederopbouw of wedersamenstelling 67 B. Vervanging 68 C. Andere gevallen 69 D. Regels gemeenschappelijk aan voornoemde gevallen 70 1. Termijnverlenging 71 2. Rechten van hypothecaire en bevoorrechte schuldeisers 72 Afdeling 8. Overgang en overdracht van het verzekerde goed 74 I. Overgang ingevolge overlijden 75 II. Overdracht onder levenden 77 Afdeling 9. Scheidsrechterlijk beding 80
VI
Intersentia
Inhoud
Deel II. De aansprakelijkheidsverzekering in geval van brand Afdeling 1. Algemeenheden - toepasselijke wetgeving Afdeling 2. De verzekering van het huurrisico I. Huurdersaansprakelijkheid bij brand II. Bijzondere bepalingen A. Onderverzekering B. Omvang en uitkeringstijdstip van de vergoeding C. Rechtstreekse vordering 1. Eigen recht 2. Excepties 3. Verjaring Afdeling 3. De verzekering tegen het verhaal van derden I. Het verhaal van derden II. Bijzondere bepalingen A. Over- en onderverzekering B. Omvang en uitkeringstijdstip van de vergoeding C. Rechtstreekse vordering Deel III. De wet van 30 juli 1979 betreffende de verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake brand en ontploffing voor inrichtingen toegankelijk voor het publiek Afdeling 1. Preventie van branden en ontploffingen Afdeling 2. De objectieve aansprakelijkheid en overeenkomstige verplichte verzekering inzake brand en ontploffing I. Objectieve aansprakelijkheid II. Verplichte aansprakelijkheidsverzekering A. Eigen recht van de slachtoffers B. Excepties C. Verjaring D. Subrogatie van de verzekeraar III. Sancties Hoofdstuk II. De gezinsaansprakelijkheidsverzekering Afdeling 1. Aard van de gezinsaansprakelijkheidsverzekering Afdeling 2. Toepasselijke wetgeving I. De wet op de landverzekeringsovereenkomst II. Koninklijk besluit van 12 januari 1984 A. Toepassingsgebied Intersent ia
82 83 84 86 87 88 91 92 94 95 96 99 100 101 105
106 107 108 109 113 114 116 117 118 119
120 121 122 124 127 VÜ
Handboek bijzonder gereglementeerde verzekeringscontracten
B. Overgangsrecht 130 C. Wettelijkheidsvraagstuk 131 Afdeling 3. De verzekerde risico's 133 I. De burgerlijke aansprakelijkheid buiten overeenkomst met betrekking tot het privéleven A. Artikelen 1382-1386te BW 134 B. Objectieve aansprakelijkheden en hinder uit nabuurschap .. 138 C. Milieuschade 139 D. Bewijslast 140 II. Bijkomende dekkingen 141 A. Rechtsbijstand 142 B. Onvermogen van derden 144 C. Andere dekkingen 145 III. Uitsluitingen A. Verplichte uitsluitingen 146 1. Contractuele aansprakelijkheid 147 2. Professionele aansprakelijkheid 148 3. Aansprakelijkheid bij brand 151 B. Facultatieve uitsluitingen 152 1. De burgerrechtelijke aansprakelijkheid buiten overeenkomst onderworpen aan een verplichte verzekering (art. 6,1°) 153 2. De schade veroorzaakt aan de verzekeringnemer, zijn samenwonende echtgenoot en alle bij hem inwonende personen (art. 6, 2°) 155 3. De materiële schade aan huispersoneel (art. 6, 3°) 156 4. De schade voortvloeiend uit de extracontractuele aansprakelijkheid die leiders, aangestelden of organisatoren van jeugd- of gelijkgestelde bewegingen dragen voor daden van personen voor wie ze moeten instaan (art. 6,4°) 157 5. De schade die rechtstreeks of onrechtstreeks het gevolg is van nucleaire risico's (art. 6, 5°) 6. De schade voortvloeiend uit grove fouten die op uitdrukkelijke en beperkende wijze in de algemene voorwaarden van de polis zijn bedongen en begaan worden door een verzekerde die de jaren van onderscheid heeft bereikt (art. 6, 6°) 158
Intersentia
Inhoud
7.
De schade aan roerende of onroerende goederen of aan dieren die een verzekerde onder zijn bewaking heeft (art. 6, 7°) 159 8. De schade veroorzaakt door het gebouw of een deel van het gebouw, dat door de verzekeringnemer niet gebruikt wordt als hoofdverblijf (art. 6,8°) 160 9. De schade veroorzaakt door tuinen met een oppervlakte van meer dan 1 ha (art. 6, 9°) 10. De schade veroorzaakt door personen- of goederenliften (art. 6,10°) 11. De stoffelijke schade veroorzaakt door vuur, brand, ontploffing of rook ingevolge vuur of brand ontstaan in of overgeslagen van het gebouw waarvan de verzekerde eigenaar, huurder of bewoner is (art. 6, 11°) 161 12. De schade veroorzaakt door gebouwen ter gelegenheid van de bouw, wederopbouw of aanpassingswerken (art. 6,12°) 163 13. De stoffelijke schade veroorzaakt door grondverschuivingen (art. 6, 13°) 164 14. De schade veroorzaakt door het gebruik van zeilboten van meer dan 200 kg, motorboten of luchtvaartuigen, door het beoefenen van de jacht met inbegrip van de wildschade, alsmede de schade veroorzaakt door rijpaarden waarvan de verzekerde eigenaar is en door andere huisdieren (art. 6,14° tot 17°) 165 Afdeling 4. De verzekerde personen 166 I. De verzekeringnemer en samenwonende echtgeno(o)t(e) 167 II. De bij de verzekeringnemer inwonende personen A. Het begrip 'inwonenden' 168 B. Studenten 169 C. Dienstplichtigen en gewetensbezwaarden 170 D. Conventionele uitbreidingen 171 III. Huispersoneel en gezinshelpers 172 IV. Bewakers van kinderen en dieren van de verzekeringnemer.... 175 Afdeling 5. De omvang van de vergoeding - Vrijstelling 176 I. Lichamelijke schade 178 II. Stoffelijke schade - Vrijstelling 180 III. Reddingskosten 184
Intersentia
ix
Handboek bijzonder gereglementeerde verzekeringscontracten
Afdeling 6. De werking van de gezinsaansprakelijkheidsverzekering.. I. De leiding van het geschil II. Eigen recht van de benadeelde A. Begripsomschrijving B. Tegenwerpelijke excepties en regresvordering C. Verjaring Afdeling 7. De duur van de verzekeringsovereenkomst
185 186 190 191 193 197
Hoofdstuk III. De verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen .. 199 Afdeling 1. Aard van de verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen Afdeling 2. Toepasselijke wetgeving Afdeling 3. Het toepassingsgebied van de verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen I. Het begrip 'motorrijtuig' II. Verzekeringsplicht A. Onder welke voorwaarden geldt de verzekeringsplicht?... B. Op wie rust de verzekeringsplicht? C. Uitzonderingen 1. Staat en openbare instellingen 2. Gewoonlijk in het buitenland gestalde voertuigen . . . . - Belgisch Bureau van de Autoverzekeraars Afdeling 4. Totstandkoming van de verzekeringsovereenkomst Afdeling 5. Het bewijs van de verzekeringsovereenkomst I. Tussen verzekeraar en verzekeringnemer - de groene kaart II. Jegens derden - de groene kaart Afdeling 6. De verzekerde risico's - Deelneming aan het verkeer - Burgerrechtelijke aansprakelijkheid - De vergoeding van de zwakke weggebruiker - Het toevallig besturen van andermans motorrijtuig en het vervangingsvoertuig - Schadegevallen op privéterreinen Afdeling 7. De verzekerde personen - de inzittenden - Het exclusief besturenbeding I. De houder X
200 201 203 204 206 207 209 212 213 215 219 220 221 222 222 223 224 225 226 227 229 230
Intersentia
Inhoud
II. De bestuurder 231 III. De vervoerde personen 232 IV. De werkgever 233 V. Dekking uitgesloten bij diefstal, geweldpleging of heling 234 Afdeling 8. De gedekte schade en de omvang van de vergoeding I. Gedekte schade 236 - Gebruiksderving 237 - Blijvende waardevermindering 237 - Financieringskosten 237 - Huurkosten 237 II. Van de dekking uitgesloten schade 238 - Verzekerde voertuig - Vervoerde goederen - Snelheids- en andere wedstrijden III. Omvang van de vergoeding 239 - Dubbele schatting 239bis - Btw 240 - Belasting op inverkeerstelling en accijnscompenserende belasting 240bis - Gedeelde aansprakelijkheid 241 - Persoonlijke kleding en bagage 242 IV. Van de dekking uitgesloten benadeelden 243 Afdeling 9. De werking van de verplichte motorrijtuigenverzekering. 246 I. Eigen recht van de benadeelde 247 II. Niet-tegenwerpelijke excepties 248 III. Tegenwerpelijke excepties 250 - schorsing van de overeenkomst - schorsing van de dekking IV. Verhaalrecht van de verzekeraar (regresvordering) 253 - Voorbeelden 255 - Verjaring 256 - Kennisgeving 257 - Het gezag van het strafrechtelijk gewijsde 258 V. Mechanismen ter bespoediging van de schadeafwikkeling.. 258bis A. De rechtstreekse vordering tegen de motorrijtuigenverzekeraar 258ter B. De schaderegelaar 258quater C. De behandeling en afwikkeling van de schadevergoedingseis 258quinquies
Intersentia
Handboek bijzonder gereglementeerde verzekeringscontracten
D. Het informatiecentrum en schadevergoedingsorgaan 258sexies 1. De informatieopdracht 258septies 2. De vergoedingsopdracht bij ontstentenis van antwoord of voorstel vanwege de verzekeraar en bij ontstentenis van schaderegelaar 258octies Afdeling 10. De premie en het bonus-malusstelsel I. De berekeningscriteria van de premie 260 II. Het bonus-malusstelsel (a posteriori-personalisatiestelsel) A. Vóór het KB van 16 januari 2002 264 B. Sedert het KB van 16 januari 2002 267bis III. Het Tariferingsbureau 267ter Afdeling 11. De overdracht van het motorrijtuig 268 Afdeling 12. Het geschil I. Territoriaal bevoegde rechter 271 II. Materieel bevoegde politierechter 273 - Het begrip 'verkeersongeval' III. Verjaring 274 Stuiting en schorsing 277 VI. Tegenwerpelijkheid van het vonnis 280 - Tussenkomst voor de strafrechter 282 Afdeling 13. Het Gemeenschappelijk Waarborgfonds 283 I. Tussenkomstgevallen 284 1. Niet-geïdentificeerd motorrijtuig 285 2. Toevallig feit 286 3. Diefstal, geweldpleging en heling 290 4. Geen verzekering of niet-geïdentificeerde verzekeringsonderneming 290bis 5. Ingetrokken toelating of faillissement van de verzekeraar 291 II. Gedekte schade 295 III. Uitgesloten benadeelden 297 HOOFDSTUK IV. DE LEVENSVERZEKERING
301
Afdeling 1. Aard van de levensverzekering Afdeling 2. Toepasselijke wetgeving Afdeling 3. Geldigheidsvoorwaarden
302 303 304
XÜ
Intersentia
Inhoud
Afdeling 4. Totstandkoming, inwerkingtreding en duur van de overeenkomst Afdeling 5. De verzekerde risico's I. De verzekering bij overlijden A. De verzekering voor het hele leven B. De tijdelijke overlijdensverzekering C. De overlevensverzekering II. De verzekering bij leven A. De verzekering op uitgesteld kapitaal B. De verzekering op lijfrente 1. Onmiddellijke lijfrente 2. Uitgestelde lijfrente III. De gemengde verzekering IV. Specifieke levensverzekeringen A. De volksverzekering B. De schuldsaldoverzekering C. De rekeningverzekering D. De groepsverzekering 1. Niet-betaling van de premies 2. Beëindiging van de arbeidsovereenkomst E. De fondsenverzekering of unit-linked levensverzekering (tak 23) V. Uitsluitingen A. Oorlog en gelijkaardige feiten B. Zelfmoord C. Doodstraf en deelneming aan een misdaad of wanbedrijf.. D. Andere uitsluitingen E. Bewijslast F. Lot van de gekapitaliseerde premies Afdeling 6. De begunstigde I. Aanduiding van de begunstigde A. De echtgenoot B. De kinderen C. Geen of vooroverleden begunstigde II. Beding ten gunste van een derde en aanvaarding III. Tegenwerpelijke excepties IV. Herroeping van de begunstiging
Intersentia
308 312 313 315 316 317 318 319 320 321 322 323 324 325 326 328 329 332 333 335 336 337 339 341 344 345 347 348 349 351 352 353 355 358 359
xiii
Handboek bijzonder gereglementeerde verzekeringscontracten
Afdeling 7. De verplichtingen van de verzekeringnemer I. Juiste opgave van het risico A. Spontane mededelingsplicht B. Sanctionering C. Aids D. Erfelijkheidsonderzoek (genetic screening) E. Het onbetwistbaarheidsbeding II. Mededeling van risicoverzwaringen III. Betaling van de premie Afdeling 8. De premie en de wiskundige reserve I. De premieberekening A. De verzekering bij overlijden B. De verzekering bij leven C. De gemengde verzekering II. De rechten op de wiskundige reserve A. Recht van afkoop B. Recht van reductie C. Recht van voorschot D. Recht van inpandgeving E. Recht van overdracht F. Winstdeling Afdeling 9. Echtgenoten en levensverzekering I. Bekwaamheid van onder een gemeenschapsstelsel gehuwde echtgenoten A. De mede-echtgenoot is begunstigde B. Een derde is begunstigde II. Verzekeringsprestatie: eigen of gemeenschappelijk goed? III. Gevolgen van een scheiding op de uit de overeenkomst voortspruitende rechten en op de handhaving van de begunstiging A. De rechten voortspruitend uit de polis B. De begunstiging Afdeling 10. De vervanging en de overname van de levensverzekeringsovereenkomst Afdeling 11. De verjaring van de verzekeringsprestatie
Xiv
362 363 366 369 372 374 375 376 379 380 381 382 383 384 389 393 395 398 400 401 402 403 404 407
409 410 412 416
Intersentia
Inhoud
Hoofdstuk V. De rechtsbij standsverzekering Afdeling 1. Aard van de rechtsbijstandsverzekering - De verhaalbaarheid van de erelonen van de advocaat Afdeling 2. Toepasselijke wetgeving I. KB van 12 oktober 1990 en wet van 25 juni 1992 op de landverzekeringsovereenkomst II. Toepassingsgebied KB 12 oktober 1990 - Uitsluitingen A. Geschillen of risico's in verband met het gebruik van zeeschepen (art. 2, 1° KB) B. Verzekeraar van de burgerrechtelijke aansprakelijkheid (art. 2,2° KB) C. Verzekeraar van hulpverlening (art. 2,3° KB) III. Overgangsrecht IV. Wettelijkheidsvraagstuk Afdeling 3. De verzekerde risico's I. Verzekerde is verwerende partij II. Verzekerde is eisende partij Afdeling 4. De dekkingswaarborgen I. Gerechtelijke kosten II. Buitengerechtelijke kosten III. Andere diensten IV. Verleende dekking en goede trouw V. De objectiviteitsclausule A. Meningsverschillen B. De objectiviteitsclausule 1. Informatieplicht 2. Procedure Afdeling 5. Beschermingsbepalingen ten gunste van de verzekerden .. I. Afzonderlijke overeenkomst of hoofdstuk en afzonderlijke premie II. Beheerformules inzake schaderegeling A. Ratio legis B. Gescheiden beheer C. Schaderegelingskantoor D. Aanstelling van een vrij gekozen advocaat E. Algemene beoordeling F. Vrije dienstverlening en vrijheid van vestiging III. Belangenconflictenregeling Intersentia
419 420 421
422 423 424 425 426 427 428 429
432 433 436 438 439 441 442 443 444 445 450 451 453 454 456 458 460 463 465 467 XV
Handboek bijzonder gereglementeerde verzekeringscontracten
IV. Rechtsbijstandsverzekering als bijkomend risico Afdeling 6. De verhouding tussen de rechtsbijstandsverzekeraar en de advocaat Afdeling 7. De duur van de verzekeringsovereenkomst
471 473 478
Selecte bibliografie
p. 385
Trefwoordenregister
p. 393
xvi
Intersentia