34567
1 5 APRIL 201 3
STUDIEARTIKELEN
3-9 JUNI
Haal zo veel mogelijk uit het lezen van de Bijbel BLADZIJDE 7 ˙ LIEDEREN: 114, 113
10-16 JUNI
Gebruik Gods Woord om jezelf en anderen te helpen BLADZIJDE 12 ˙ LIEDEREN: 37, 92
17-23 JUNI
Concentreer je op „de belangrijker dingen” BLADZIJDE 22 ˙ LIEDEREN: 70, 98
24-30 JUNI
’Word het niet moe’ BLADZIJDE 27 ˙ LIEDEREN: 129, 63
STUDIEARTIKELEN
ˇ Haal zo veel mogelijk uit het lezen van de Bijbel ˇ Gebruik Gods Woord om jezelf en anderen te helpen NEPAL COVER: In de meeste gemeenten komen de verkondigers om half acht ’s ochtends of nog eerder samen voor de velddienst. Ze grijpen elke gelegenheid aan om mensen op straat aan te spreken
Paulus schreef: „Het woord van God is levend en oefent kracht uit” (Hebr. 4:12). Maar we hebben er alleen iets aan als we de Bijbel bestuderen en toepassen wat we leren. Deze artikelen laten zien wat een goede manier is om de Bijbel te bestuderen en hoe we de wijsheid van God in onze dienst en in ons leven kunnen gebruiken.
ˇ Concentreer je op „de belangrijker dingen” ˇ ’Word het niet moe’
INWONERS
26.620.809
VERKONDIGERS
BIJBELSTUDIES
1667
3265
De afgelopen vijf jaar had Nepal elk jaar gemiddeld 14 procent toename in verkondigers
We hebben het voorrecht deel uit te maken van Jehovah’s schitterende universele organisatie. Maar hoe kunnen we het werk dat gedaan wordt, volledig ondersteunen? Wat helpt ons Jehovah’s organisatie te blijven volgen en het niet op te geven? Dat lees je in deze artikelen.
OOK IN DEZE UITGAVE
VERKONDIGERS BIJBELSTUDIES
3 Ze boden zich gewillig aan: in Mexico
3000
17 Vijftig jaar volletijddienst bij de poolcirkel
2000
32 Wist je dit?
1000 0 2012
2011
2010
2009
2008
2007
2006
2005
34567
April 15, 2013
6
Deze publicatie is niet voor de verkoop bestemd maar wordt verschaft als onderdeel van een wereldwijd Bijbels onderwijzingswerk dat gesteund wordt door vrijwillige bijdragen. Tenzij anders vermeld, is de gebruikte Bijbelvertaling de NieuweWereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen (uitgave 2004). De afkorting v.G.T. betekent „voor de gewone tijdrekening”. G.T. staat voor „van de gewone tijdrekening”. Waar de uitgever artikelen primair voor Jehovah’s Getuigen zelf bedoelt, zijn ze in een wat informelere stijl geschreven.
Vol. 134, No. 8 Semimonthly DUTCH The Watchtower (ISSN 0043-1087) is published semimonthly by Watchtower Bible and Tract Society of New York, Inc.; L. Weaver, Jr., President; G. F. Simonis, Secretary-Treasurer; 25 Columbia Heights, Brooklyn, NY 11201-2483, U.S.A., and in England by Watch Tower Bible and Tract Society of Britain, The Ridgeway, London NW7 1RN (Registered in England as a Charity). Uitgegeven door Wachttoren-, Bijbel- en Traktaat-
genootschap, Noordbargerstraat 77, NL-7812 AA Emmen, Nederland. Christelijke Gemeente van Jehovah’s Getuigen (Verantwoordelijke uitgever: Marcel Gillet), Potaardestraat 60, ¨ B-1950 Kraainem, Belgie, PP-PB BRUXELLES X - BRUSSEL X No. 10/667. 5 2013 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania. Alle rechten voorbehouden. Printed in Britain.
ZE BODE N Z ICH GE WI LLIG A AN
in Mexico
HET is geweldig dat steeds meer jonge Getuigen hun leven vereenvoudigen om meer te kunnen doen in de dienst voor Jehovah (Matth. 6:22). Welke veranderingen zijn daarvoor nodig? Met welke obstakels krijgen ze te maken? Laten we eens zien wat sommigen die nu in Mexico dienen, hebben gedaan. ’WE MOESTEN IETS VERANDEREN’
Dustin en Jassa uit de VS trouwden in januari 2007. Niet lang daarna konden ze iets doen waar ze lang van gedroomd hadden: ze kochten een zeilboot van acht meter om op te wonen. De boot lag in de buurt van Astoria (Oregon), een schilderachtig plaatsje omringd door beboste heuvels en besneeuwde bergen, niet ver van de Grote Oceaan. Dustin zegt: „Waar je ook keek, het was overal even mooi!” Ze dachten dat ze een eenvoudig leven leidden en op Jehovah vertrouwden. Ze redeneerden: we wonen op een bescheiden boot, werken parttime, dienen in een anderstalige gemeente en gaan af en toe in de hulp. Maar na een tijdje begrepen ze dat ze zichzelf voor de gek hielden. „In plaats van een steun te zijn voor de gemeente, waren we vooral bezig met het onderhoud van onze boot”, zegt Dustin. „We zagen in dat we iets moesten veranderen als we Jehovah
Dustin en Jassa
15 APRIL 2013
3
echt op de eerste plaats in ons leven wilden stellen.” Jassa zegt: „Voor ons trouwen woonde ik in Mexico, waar ik in een Engelse gemeente zat. Ik had het daar erg naar m’n zin en wilde graag terug.” Dustin en Jassa wilden hun motivatie om in het buitenland te dienen versterken. Dus lazen ze tijdens hun gezinsaanbidding levensverhalen van broeders en zusters die naar gebieden waren verhuisd waar de velden ’wit waren om geoogst te worden’ (Joh. 4:35). „We wilden ook zulke mooie dingen meemaken”, zegt Dustin. Toen ze van vrienden in Mexico hoorden dat een pasgevormde groep hulp nodig had, hakten ze de knoop door: ze namen ontslag, verkochten de zeilboot en verhuisden naar Mexico. „DE BESTE BESLISSING DIE WE OOIT GENOMEN HEBBEN”
´ Dustin en Jassa gingen in Tecoman wonen, een stadje dat ook in de buurt van de Grote Oceaan ligt, alleen dan zo’n 4300 kilometer ten zuiden van Astoria. „In plaats van een koele zeebries en zicht op de bergen hebben we nu verschroeiende hitte en citroenbomen zover het oog reikt”, vertelt Dustin. Eerst konden ze geen werk vinden. Door geld-
gebrek aten ze twee keer per dag rijst en bonen, en dat wekenlang. Jassa zegt: „Net toen dat menu ons de keel begon uit te hangen, gingen onze Bijbelstudies ons mango’s, bananen, papaja’s en natuurlijk zakken vol citroenen geven!” Uiteindelijk gingen ze werken voor een online taalschool in Taiwan. Ze verdienen nu ruim genoeg om van rond te komen. Wat vinden Dustin en Jassa van hun nieuwe leven? Ze vertellen: „Dit is de beste beslissing die we ooit genomen hebben. Onze band met Jehovah en met elkaar is sterker dan we ooit voor mogelijk hadden gehouden. Elke dag doen we heel veel samen: we gaan in de velddienst, bespreken hoe we onze Bijbelstudies kunnen helpen en bereiden de vergaderingen voor. Ook voelen we de druk niet meer die we vroeger hadden.” Ze zeggen verder: „We begrijpen nu pas helemaal wat er bedoeld wordt met de belofte in Psalm 34:8: ’Proeft en ziet dat Jehovah goed is.’ ” WAT IS DE MOTIVATIE VAN AL DIE BEREIDWILLIGE WERKERS?
Meer dan 2900 broeders en zusters — sommigen getrouwd, anderen vrijgezel, onder wie veel twintigers en dertigers — zijn verhuisd naar gebieden in
2
3
1
(1) Amelia en Levi, (2) Racquel en Phillip, (3) Essly, (4) Leticia en Hermilo, ´ (5) Veronica, (6) Adam en Jennifer
4
DE WACHTTOREN
6
4
Mexico waar nog steeds veel behoefte aan verkondigers is. Waarom hebben ze die stap gezet? Toen dat aan een paar van hen werd gevraagd, noemden ze vooral drie redenen. Welke waren dat? Liefde voor Jehovah en de medemens. Leticia werd gedoopt toen ze achttien was. Ze zegt: „Toen ik me aan Jehovah opdroeg, zag ik in dat ik hem met hart en ziel moest dienen. Dus om mijn diepe liefde voor Jehovah te laten zien, wilde ik meer tijd en energie in zijn dienst gebruiken” (Mark. 12:30). Hermilo, die nu met Leticia getrouwd is, was begin twintig toen hij verhuisde om te dienen waar de behoefte groter was. Hij vertelt: „Ik begreep dat ik mijn liefde voor anderen het best kon laten zien door ze te helpen de waarheid te leren kennen” (Mark. 12:31). Dus verliet hij de welvarende stad Monterrey, waar hij bij een bank werkte en het financieel goed had, en verhuisde hij naar een klein stadje. Echt en blijvend geluk. Niet lang na haar doop ging Leticia met een ervaren pionierster mee naar een afgelegen stad, waar ze een maand predikten. Ze zegt: „Ik stond ervan te kijken: het was fantastisch dat de mensen zo positief op de Koninkrijksboodschap reageerden. Aan het eind van die 15 APRIL 2013
5
maand zei ik tegen mezelf: dit wil ik met m’n leven doen!” Ook voor Essly, een vrijgezelle zuster van begin twintig, was de vreugde die ze bij anderen opmerkte de reden waarom ze meer wilde doen. Toen ze nog op de middelbare school zat, leerde ze een paar enthousiaste Getuigen kennen die dienden waar de behoefte groter was. Ze zegt: „Bij het zien van de gelukkige gezichten van die broeders en zusters wilde ik ook zo’n leven.” Heel wat zusters hebben net als Essly gereageerd. In Mexico dienen zelfs meer dan 680 vrijgezelle zusters in gebieden waar meer behoefte is. Wat een mooi voorbeeld voor iedereen! Een zinvol doel. Na de middelbare school kreeg Essly een studiebeurs voor de universiteit aangeboden. Andere leerlingen zeiden dat ze die aan moest nemen en moest gaan voor een ’normaal’ ` leven: studeren, een carriere, een auto en tijd om te reizen. Maar dat deed ze niet. Ze vertelt: „Een paar van mijn vrienden in de gemeente deden dat wel en ik zag dat geestelijke doelen niet meer zo belangrijk voor ze waren. Ik merkte ook dat hoe dieper ze in de wereld verwikkeld raakten, hoe gefrustreerder ze werden door de problemen waar ze mee te maken kregen. Maar ik wilde mijn jeugd gebruiken om Jehovah het beste te geven.”
5
Essly volgde een paar cursussen waardoor ze werk kon vinden om als pionier in haar onderhoud te voorzien, en daarna verhuisde ze naar een gebied waar dringend verkondigers nodig waren. Ze ging zelfs de inheemse talen van de ´ Otomı en de Tlapaneken leren. Na drie jaar prediken in afgelegen gebieden zegt ze: „Dienen waar de behoefte groter is, heeft me echt voldoening en een doel in het leven gegeven. Het heeft vooral mijn band met Jehovah sterker gemaakt.” Phillip en Racquel, een stel van begin dertig uit de VS, denken er net zo over. „De wereld verandert zo snel dat heel wat mensen vinden dat het leven heel onzeker is geworden. Maar het geeft ons echt een doel in het leven om te dienen waar nog zo veel mensen naar de boodschap van de Bijbel luisteren. Het maakt ons heel gelukkig!” UITDAGINGEN
Natuurlijk heeft dienen waar de behoefte aan verkondigers groter is ook zo zijn uitdagingen. Bijvoorbeeld hoe je in je onderhoud gaat voorzien. Je moet bereid zijn je aan te passen aan de plaat´ selijke omstandigheden. Veronica, die al lang pio´ ´ niert, vertelt: „In een plaats maakte ik goedkope snacks en verkocht die. In een andere plaats verkocht ik kleding en werkte ik als kapster. Op dit moment doe ik schoonmaakwerk en geef ik cursussen voor jonge ouders om ze te leren communiceren met hun kinderen.” Het kan vooral moeilijk zijn je aan te passen aan een nieuwe cultuur en andere gewoonten als je in een afgelegen gebied tussen de lokale bevolking woont. Dat was zo met Phillip en Racquel die in het Nahuatl predikten. „De cultuurverschillen waren gigantisch”, zegt Phillip. Wat heeft ze geholpen zich aan te passen? „We concentreerden ons op de positieve dingen van de Nahua: hun sterke familiebanden, hoe oprecht ze met elkaar omgingen en hun vrijgevigheid.” Racquel zegt nog: „We hebben er heel veel van geleerd om tussen de lokale bevolking te wonen en daar samen met onze broeders en zusters te dienen.”
6
VOORBEREIDINGEN
Als je wilt dienen in afgelegen gebieden waar hulp nodig is, hoe kun je je dan voorbereiden? Broeders en zusters die daar ervaring mee hebben, zeggen: ga voordat je verhuist eenvoudiger leven en leer tevreden te zijn (Fil. 4:11, 12). Wat kun je nog meer doen? Leticia zegt: „Ik nam geen baan ´ ´ waarbij ik verplicht zou zijn lang op een plaats te blijven. Ik wilde op elk moment kunnen verhuizen waarheen dat maar nodig was.” Hermilo ´ zegt: „Ik leerde koken, wassen en strijken.” Veronica vertelt: „Toen ik nog thuis woonde, hielp ik met schoonmaken en leerde ik goedkope, maar gezonde maaltijden klaarmaken. Ik leerde ook sparen.” Levi en Amelia uit de VS, die acht jaar getrouwd zijn, vertellen dat specifieke gebeden ze hebben geholpen zich voor te bereiden om in Mexico te gaan dienen. Levi zegt: „We berekenden hoeveel geld we nodig zouden hebben om een jaar in het buitenland te dienen en vroegen toen aan Jehovah om ons te helpen dat bedrag bij elkaar te krijgen.” Binnen een paar maanden hadden ze precies dat bedrag gespaard en ze verhuisden meteen. Levi merkt op: „Jehovah had ons specifieke gebed verhoord, dus nu was het onze beurt om iets te doen.” Amelia voegt eraan toe: „We gingen ervan ´ ´ uit dat we maar een jaar konden blijven, maar we zijn hier nu al zeven jaar en we zijn niet van plan weg te gaan! Door het leven hier ervaren we rechtstreeks Jehovah’s hulp. Elke dag krijgen we bewijzen van zijn goedheid.” Ook voor Adam en Jennifer, een stel uit de VS dat in het Engelse veld in Mexico dient, was gebed heel belangrijk. Ze geven de raad: „Wacht niet op de perfecte situatie. Leg je wens om in het buitenland te dienen aan Jehovah voor en handel ernaar. Vereenvoudig je leven, schrijf naar het bijkantoor in het land waar je wilt gaan dienen, en als je de kosten berekend hebt, moet je het gewoon doen!”1 Je zult dan een opwindend en geestelijk rijk leven tegemoet gaan. 1 Zie voor meer informatie het artikel „Kun jij ’overkomen naar ¨ Macedonie’?” in Onze Koninkrijksdienst van augustus 2011. DE WACHTTOREN
HAAL ZO VEEL MOGELIJK UIT HET LEZEN VAN DE BIJBEL ’Ik schep werkelijk behagen in de wet van God.’ — ROMEINEN 7:22. LET OP DEZE PUNTEN
Welke voordelen heeft het „met gedempte stem” te lezen?
Hoe kun je een voorraad Bijbelteksten opbouwen waar je anderen mee kunt helpen?
Welke bescherming geeft Bijbellezen?
„IK DANK Jehovah elke dag dat hij me helpt de Bijbel te begrijpen.” De oudere zuster die dat zei heeft de Bijbel meer dan veertig keer gelezen en gaat daar nog steeds mee door. Een jongere zuster schreef dat Bijbellezen haar geholpen heeft Jehovah als persoon te zien. Daardoor heeft ze een hechtere band met haar hemelse Vader gekregen. Ze zei: „Ik ben nog nooit zo gelukkig geweest!” 2 Petrus gaf ons allemaal de aansporing om ’een verlangen te vormen naar de onvervalste melk die tot het woord behoort’ (1 Petr. 2:2). Als we de Bijbel graag bestuderen en het Bijbelse onderwijs toepassen, hebben we een goed geweten en een doel in het leven. Het kan ons helpen blijvende vriendschappen te ontwikkelen met personen die ook de ware God dienen en van hem houden. Dat zijn allemaal goede redenen om ’behagen te scheppen in de wet van God’ (Rom. 7:22). Maar er zijn nog meer voordelen. 3 Hoe meer je over Jehovah en zijn Zoon leert, hoe meer liefde je krijgt voor hen en voor je medemensen. Nauwkeurige kennis uit de Bijbel helpt je te begrijpen hoe God binnenkort gehoorzame mensen gaat redden uit deze slechte wereld. In de velddienst kun je mensen goed nieuws vertellen. En Jehovah zal je zegenen als je anderen de dingen onderwijst die je door het lezen van zijn Woord te weten bent gekomen. LEES EN DENK EROVER NA Jehovah wil niet dat we zijn Woord haastig lezen. Hij zei tegen Jozua: „Dit wetboek dient niet uit uw mond te wijken, en gij moet er dag en nacht met 4
1-3. Welke voordelen heeft het de Bijbel te lezen en toe te passen wat je leert? 4. Wat betekent het de Bijbel „met gedempte stem” te lezen?
7
gedempte stem in lezen” (Joz. 1:8; Ps. 1:2). Hiermee wordt niet bedoeld dat je alle woorden van Genesis tot Openbaring ook echt hardop of fluisterend moet uitspreken. Het betekent dat je langzaam genoeg leest om erover na te kunnen denken. Als je de Bijbel „met gedempte stem” leest, zullen je eerder gedeelten opvallen die op dat moment erg nuttig en aanmoedigend voor je zijn. Wanneer je zulke verzen of verslagen tegenkomt, lees die dan langzaam. Je kunt de woorden misschien voor jezelf uitspreken. Een Bijbels punt kan je dan op een heel persoonlijke manier raken. Waarom is dat belangrijk? Als je begrijpt waarom God bepaalde raad geeft, is dat een sterke motivatie om die raad toe te passen. 5 Die aanpak is nuttig als je Bijbelboeken leest die je nog niet zo goed kent. Stel je eens drie situaties voor. Een jonge broeder bijvoorbeeld is het Bijbelboek Hosea aan het lezen. In hoofdstuk 4 stopt hij even nadat hij vers 11 tot 13 „met gedempte stem” heeft gelezen. (Lees Hosea 4:11-13.) Die verzen vallen hem op omdat hij op school te maken heeft met seksuele verleidingen. Hij denkt over de verzen na en zegt bij zichzelf: ’Jehovah ziet de slechte dingen die mensen doen, ook al ziet niemand anders het. Ik wil hem niet teleurstellen.’ Hij neemt zich voor om moreel rein te blijven. 6 Denk ook eens aan een zuster die de ¨ profetie van Joel leest en bij hoofdstuk 2 ¨ vers 13 komt. (Lees Joel 2:13.) Terwijl ze dat vers „met gedempte stem” leest, denkt ze erover na hoe ze Jehovah kan navolgen, die „goedgunstig en barmhartig, langzaam tot toorn en overvloedig in liefderijke goedheid” is. Ze besluit veran-
9 Het is belangrijk om elke dag de Bijbel te lezen. Maar je wilt ook graag meer begrip en inzicht krijgen. Maak daarom
5-7. Leg uit hoe Bijbellezen je kan helpen om
8. Vertel kort iets over een ’diamant’ die je bij
(a) moreel rein te blijven; (b) geduldig en vriendelijk te zijn; (c) ook in moeilijke tijden op Jehovah te vertrouwen.
9. Hoe kun je meer begrip krijgen van Gods
8
deringen aan te brengen, omdat ze soms sarcastisch en onvriendelijk is tegen haar man en anderen. 7 Stel je als derde situatie eens een vader voor die zijn baan is kwijtgeraakt en erover inzit hoe hij nu voor zijn vrouw en kinderen moet zorgen. Hij leest Nahum 1:7 „met gedempte stem”. Daar staat over Jehovah: „Hij kent degenen die bij hem hun toevlucht zoeken” en hij beschermt ze als „een vesting op de dag der benauwdheid”. Die gedachte stelt hem gerust. Hij voelt dat Jehovah van hem houdt en maakt zich niet zo veel zorgen meer. Daarna leest hij vers 15. (Lees Nahum 1:15.) Hij begrijpt dat hij kan bewijzen dat hij Jehovah als zijn vesting ziet door in moeilijke tijden het goede nieuws te prediken. Terwijl hij naar werk blijft zoeken, is hij nu ook van plan doordeweeks meer in de velddienst te gaan. 8 De leerzame punten die we net besproken hebben, komen uit Bijbelboeken die sommigen misschien moeilijk ¨ vinden. Als je de boeken Hosea, Joel en Nahum leest met het doel ervan te leren, wil je daar vast mee doorgaan. Stel je eens voor hoeveel wijsheid en troost je kunt halen uit wat die profeten geschreven hebben! En dat geldt voor alle Bijbelboeken. Gods Woord is als een rijke diamantmijn. Probeer er zo veel mogelijk uit te halen. Blijf zoeken naar ’diamanten’ die je leiding en aanmoediging geven. DOE MOEITE OM TE BEGRIJPEN WAT JE LEEST
het Bijbellezen hebt gevonden. wil? DE WACHTTOREN
IS JE ONDERWIJS UP-TO-DATE? We willen ervoor zorgen dat ons onderwijs van de Bijbelse waarheid up-to-date is, zodat we nauwkeurige kennis met anderen kunnen delen. Hoe zou je bijvoorbeeld de volgende vragen beantwoorden?
Apollos kreeg hulp om een betere prediker te worden
ˇ Wie had Jezus in gedachten toen hij het had over ¨ „dit geslacht”, dat in Mattheus 24:34 genoemd wordt? — De Wachttoren, 15 april 2010, blz. 10. ˇ Wanneer zullen „de schapen” van „de bokken” ¨ gescheiden worden, zoals beschreven wordt in Mattheus 25:32? — De Wachttoren, 15 oktober 1995, blz. 21-23. ˇ Wanneer zullen „de mensen mat worden van vrees en verwachting omtrent de dingen die over de bewoonde aarde komen”, zoals in Lukas 21:26 staat? — De Wachttoren, 15 februari 1994, blz. 19, 20.
Haal meer uit je dagelijks Bijbellezen door persoonlijke studie. Dan kun je anderen helpen in het toenemende licht te wandelen dat Jehovah op zijn Woord laat schijnen (Spr. 4:18).
een goed gebruik van onze publicaties om achtergrondinformatie op te zoeken over mensen, plaatsen en gebeurtenissen. Of misschien vraag je je af hoe je bepaalde Bijbelse raad moet toepassen. Vraag dan een ouderling of een andere ervaren broeder of zuster om hulp. Een christen in de eerste eeuw, Apollos, had ook hulp nodig om meer begrip te krijgen. Laten we zijn voorbeeld eens bekijken. 10 Apollos was een Joodse christen die „goed onderlegd in de Schriften” en „vurig van geest” was. Het boek Handelingen zegt over hem: „Hij [ging] spreken en met juistheid onderwijs geven over de dingen die op Jezus betrekking hadden, hoewel hij alleen met de doop van 10, 11. (a) Welke hulp kreeg Apollos om een betere prediker te worden? (b) Wat kunnen we leren van Apollos’ voorbeeld? (Zie het kader „Is je onderwijs up-to-date?”) 15 APRIL 2013
Johannes bekend was.” Zonder het te beseffen, gaf Apollos achterhaald onderwijs over de doop. Nadat Priskilla en Aquila, een christelijk echtpaar, hem onderwijs hadden horen geven in Efeze, „legden [zij] hem de weg van God juister uit” (Hand. 18:24-26). Hoe had hij daar voordeel van? 11 Na in Efeze gepredikt te hebben, ging Apollos naar Achaje. „Daar aangekomen, was hij voor hen die op grond van Gods onverdiende goedheid gelovigen waren geworden, dan ook een grote hulp, want intensief en grondig bewees hij de joden in het openbaar dat zij ongelijk hadden en toonde aan de hand van de Schriften aan dat Jezus de Christus was” (Hand. 18:27, 28). Nu hij begreep wat de christelijke doop inhield, kon hij voor nieuwelingen „een grote hulp” zijn om vorderingen te maken in de waarheid. Wat kunnen we hiervan leren? Net
9
als Apollos doen we moeite om te begrijpen wat we in de Bijbel lezen. Maar als ervaren geloofsgenoten ons raad geven over ons onderwijs, zijn we daar blij mee en accepteren we die raad nederig. Zo verbeteren we de kwaliteit van onze dienst. GEBRUIK DE BIJBEL OM ANDEREN TE HELPEN 12 Net als Priskilla, Aquila en Apollos kunnen we veel voor anderen bete¨ kenen. Hoe voel je je als je een geınteresseerde kunt helpen een probleem te overwinnen, zodat hij vorderingen kan maken? Of hoe zal een ouderling zich voelen als een broeder of zuster hem bedankt voor Bijbelse raad die hem of haar in een moeilijke periode geholpen heeft? Het geeft veel vreugde om anderen te helpen een beter leven te krijgen.1 Hoe kun je dat doen? ¨ 13 Veel Israelieten in de tijd van Elia konden maar niet kiezen tussen ware en valse aanbidding. De raad die Elia ze gaf kan een hulp zijn voor een Bijbelstudent die nog geen vorderingen maakt. (Lees ¨ 1 Koningen 18:21.) Of als een geınteresseerde bang is voor de reactie van vrienden of familie, kun je hem helpen voor Jehovah te kiezen door Jesaja 51:12, 13 te bespreken. (Lees.) 14 Er staan veel gedachten in de Bijbel die ons kunnen aanmoedigen, corrigeren of kracht kunnen geven. Maar hoe kun je Bijbelteksten paraat hebben als
1 We gebruiken de Bijbel natuurlijk niet om mensen ergens toe te dwingen of ze te veroordelen. We moeten net zo geduldig en vriendelijk zijn tegenover een Bijbelstudent als Jehovah tegenover ons is (Ps. 103:8).
je ze nodig hebt? Lees de Bijbel elke dag en denk na over wat je leest. Dan zul je een voorraad teksten opbouwen die met de hulp van Jehovah’s geest weer in je herinnering komen als je ze nodig hebt (Mark. 13:11; lees Johannes 14:26).1 15 Vraag Jehovah om wijsheid bij je theocratische verantwoordelijkheden, net zoals koning Salomo dat deed (2 Kron. 1:7-10). Volg het voorbeeld van de profeten en doe „nauwkeurig onderzoek” om de waarheid over Jehovah en zijn wil te leren kennen (1 Petr. 1:10-12). ¨ Paulus gaf Timotheus de aansporing „de woorden van het geloof en van de voortreffelijke leer” te bestuderen (1 Tim. 4:6). Zo leg je een goede basis om anderen te kunnen helpen. En je eigen geloof zal er ook sterker door worden. BESCHERMING DANKZIJ GODS WOORD 16 De Joden in de Macedonische stad Berea „onderzochten dagelijks zorgvuldig de Schriften”. Toen Paulus ze over het goede nieuws vertelde, vergeleken ze zijn woorden met wat ze van de Schriften wisten. Velen van hen raakten ervan overtuigd dat hij de waarheid onderwees en „werden dan ook gelovigen” (Hand. 17:10-12). Dit laat zien dat dagelijks Bijbellezen ons kan helpen een sterk geloof in Jehovah te krijgen. Zo’n geloof, „de verzekerde verwachting van dingen
1 Wat kun je doen als je wel een paar woorden uit een tekst weet maar niet het boek, hoofdstuk of vers? Dan kun je de tekst vinden door die woorden op te zoeken in de index achter in de Bijbel, in de Watchtower Library of in de Concordantie op de NieuweWereldvertaling van de Heilige Schrift. 15. Wat zal je helpen Gods Woord beter te be-
12, 13. Laat zien hoe een tactvol gebruik van
¨ de Bijbel een geınteresseerde kan helpen vorderingen te maken. 14. Wat kan je helpen om Bijbelteksten paraat te hebben?
10
grijpen?
¨
16. (a) Hoe hadden de Bereeers er voordeel van
dat ze ’dagelijks zorgvuldig de Schriften onderzochten’? (b) Waarom is het heel belangrijk elke dag de Bijbel te lezen? DE WACHTTOREN
waarop wordt gehoopt”, is onmisbaar om in Gods nieuwe wereld te komen (Hebr. 11:1). 17 Paulus schreef: „Wat ons aangaat die tot de dag behoren, laten wij onze zinnen bij elkaar houden en het borstharnas van geloof en liefde aan hebben en als helm de hoop der redding” (1 Thess. 5:8). Een soldaat droeg een borstharnas om zijn hart te beschermen tegen de vijand. Zo moet ons figuurlijke hart tegen zonde beschermd worden. Als we een sterk geloof in Gods beloften combineren met liefde voor hem en onze medemens, dragen we een figuurlijk borstharnas van de beste kwaliteit. De kans is dan klein dat we iets doen waardoor we Gods goedkeuring verliezen. 18 Paulus had het ook over een helm, „de hoop der redding”. Als een soldaat in Bijbelse tijden zijn hoofd niet beschermde, kon hij makkelijk zijn leven verliezen in de strijd. Maar met een goede helm kon hij een flinke klap opvangen zonder ernstig gewond te raken. Als we de Bijbel bestuderen krijgen we meer hoop en vertrouwen dat Jehovah ons kan redden. Door een sterke hoop kunnen we weerstand bieden aan afvalligen en hun „holle klanken”, die zich als een ziekte in de gemeente kunnen verspreiden (2 Tim. 2:16-19). Onze hoop zal ons ook kracht geven om nee te zeggen tegen mensen die ons proberen te verleiden tot slecht gedrag. ONMISBAAR VOOR OVERLEVING
Hoe dichter we bij het einde komen, hoe meer we op Jehovah’s Woord moeten 19
17, 18. (a) Waarom kunnen we zeggen dat geloof en liefde ons figuurlijke hart beschermen? (b) Hoe beschermt hoop ons? 19, 20. Waarom is Gods Woord heel belangrijk voor ons, en hoe laten we zien dat we er waardering voor hebben? (Zie het kader „Jehovah geeft me precies wat ik nodig heb”.) 15 APRIL 2013
’JEHOVAH GEEFT ME PRECIES WAT IK NODIG HEB’ Een jonge zuster schreef: „Van alle goede raad die Jehovah ons geeft, heeft de raad om elke dag de Bijbel te lezen de meeste invloed gehad op mijn leven. Ik begon met Bijbellezen in de laatste klas van de middelbare school, en ik heb er ongeveer twee jaar over gedaan om hem uit te lezen. In die periode heb ik in Jehovah’s Woord alles gevonden wat ik nodig had om te bepalen wat ik met mijn leven wilde gaan doen. Nu lees ik de Bijbel voor de tweede keer, maar er vallen me steeds nieuwe dingen op. Ik vind het nu misschien nog leuker dan de eerste keer. Ik sta ervan te kijken dat Jehovah me precies geeft wat ik nodig heb.”
vertrouwen. De raad uit de Bijbel helpt ons om slechte gewoonten aan te pakken en zondige neigingen te beheersen. We vinden er de aanmoediging en troost in die ons helpen de beproevingen van Satan en zijn wereld aan te kunnen. Dankzij de leiding die Jehovah ons via zijn Woord geeft, kunnen we op de weg naar het leven blijven. 20 Het is Gods wil dat „alle soorten van mensen worden gered”. Daar horen Jehovah’s aanbidders bij, en ook de mensen die we via ons predikings- en onderwijzingswerk helpen. Maar iedereen die gered wil worden moet „nauwkeurige kennis van de waarheid” hebben (1 Tim. 2:4). Om de laatste dagen te kunnen overleven moeten we dus de Bijbel lezen en de instructies die erin staan opvolgen. Als we elke dag de Bijbel lezen, laten we zien dat Jehovah’s kostbare Woord van waarheid heel belangrijk voor ons is (Joh. 17:17).
11
GEBRUIK GODS WOORD OM JEZELF EN ANDEREN TE HELPEN ’Ik heb alle bevelen betreffende alle dingen als juist beschouwd.’ — PSALM 119:128.
WAT ZOU JE ANTWOORDEN?
Hoe kunnen we in ons onderwijs goed gebruikmaken van de Bijbel?
Wat bedoelde Paulus met ’dingen rechtzetten’?
ALS ouderlingen bekijken of een Bijbelstudent ervoor in aanmerking komt om in de velddienst te gaan, denken ze na over de vraag: ’Blijkt uit wat de persoon zegt ¨ dat hij gelooft dat de Bijbel het geınspireerde Woord van God is?’1 Iemand die verkondiger wil worden, moet geloven dat de Bijbel Gods Woord is, en dat geldt natuurlijk voor ons allemaal. Waarom? Als we volledig vertrouwen stellen in de Bijbel en er goed gebruik van maken in de velddienst, kunnen we anderen helpen Jehovah te leren kennen en gered te worden. 2 Paulus maakte duidelijk dat Gods Woord erg be¨ langrijk is toen hij aan Timotheus schreef: „Blijft gij echter in de dingen die gij hebt geleerd en waarin gij door overtuiging zijt gaan geloven.” De „dingen” waar Paulus het over had waren de Bijbelse waarheden ¨ waardoor Timotheus in het goede nieuws was gaan geloven. Deze waarheden hebben op ons hetzelfde effect gehad en blijven ons ’wijs maken tot redding’ (2 Tim. 3:14, 15). Wat Paulus hierna zei gebruiken we vaak om anderen te laten zien dat de Bijbel door ¨ God geınspireerd is. Maar wat kunnen wij persoon¨ lijk nog meer leren van die woorden in 2 Timotheus 3:16? (Lees.) We gaan nog wat dieper in op dat vers. Daardoor zal ons vertrouwen sterker worden dat alles wat Jehovah ons leert „juist” is (Ps. 119:128). 3
„NUTTIG OM TE ONDERWIJZEN” ¨ Jezus zei tegen het volk Israel: „Ziet, daarom zend
Hoe kunnen ouderlingen en ouders ’streng onderrichten in rechtvaardigheid’?
12
1 Zie Georganiseerd om Jehovah’s wil te doen, blz. 79. 1. Waarom moeten we volledig vertrouwen stellen in Gods Woord? 2. Waarom moeten we ’blijven in de dingen die we hebben geleerd’? 3-5. (a) Hoe reageerde een menigte op Petrus’ lezing met Pinksteren, en waarom? (b) Waarom aanvaardden veel mensen in Thessalonika de waarheid? (c) Waar zijn mensen in onze tijd vaak van onder de indruk? DE WACHTTOREN
ik profeten en wijze mannen en openbare onderwijzers tot u” (Matth. 23:34). Jezus had het over zijn volgelingen, die hij had geleerd de Schriften te gebruiken in hun dienst. Met Pinksteren 33 hield Petrus, een van die „openbare onderwijzers”, een lezing voor een grote menigte in Jeruzalem, waarbij hij verschillende gedeelten uit de Hebreeuwse Geschriften aanhaalde. Veel mensen werden „diep in hun hart getroffen” toen ze Petrus’ uitleg van die woorden hoorden. Ze hadden berouw van hun zonden en vroegen God om vergeving. Op die dag werden zo’n drieduizend van hen christen (Hand. 2:37-41). 4 Paulus, een andere ’openbare onderwijzer’, predikte het goede nieuws ver buiten Jeruzalem. In de Macedonische stad Thessalonika bijvoorbeeld sprak hij tegen de Joden in een synagoge. Drie sabbatten achter elkaar „redeneerde hij met hen aan de hand van de Schriften, waarbij hij door middel van verwijzingen verklaarde en bewees dat de Christus moest lijden en uit de doden moest opstaan”. Het gevolg was dat „sommigen van [de Joden] gelovigen werden”, en dat gold ook voor „een grote menigte van de Grieken” (Hand. 17:1-4). 5 In onze tijd zijn veel mensen onder de indruk van de manier waarop wij de Bijbel gebruiken. Een man in Zwitserland luisterde naar een zuster die een tekst voorlas en vroeg: „Waar zijn jullie van?” Ze antwoordde: „Wij zijn Jehovah’s Getuigen.” Hij zei: „Dat had ik kunnen weten. Wie zouden er anders bij me langskomen om iets uit de Bijbel te lezen?” 6 Hoe kunnen we beter gebruikmaken van de Bijbel in ons onderwijs? Als 6, 7. (a) Hoe kunnen degenen die in de ge-
meente onderwijzen goed gebruikmaken van de Bijbel? (b) Waarom is het belangrijk de Bijbel goed te gebruiken bij Bijbelstudies? 15 APRIL 2013
je in de gemeente onderwijs mag geven, noem dan specifieke Bijbelteksten. In plaats van belangrijke teksten te parafraseren of vanaf een printje of een beeldscherm voor te lezen, is het beter om rechtstreeks uit de Bijbel te lezen en de toehoorders aan te moedigen mee te lezen. Neem ook de tijd om teksten zo uit te leggen dat de aanwezigen een hechtere band met Jehovah krijgen. Gebruik geen ingewikkelde illustraties en ervaringen die alleen maar grappig zijn, maar gebruik de tijd om Gods Woord te bespreken. 7 Wat moeten we in gedachte houden als we een Bijbelstudie leiden? Het is belangrijk dat we de Bijbelse verwijzingen niet overslaan. Moedig de student aan de niet-uitgeschreven teksten te lezen en help hem ze te begrijpen. Hoe? Niet door constant zelf aan het woord te zijn, waardoor de studie een monoloog wordt, maar door de student te stimuleren zich te uiten. In plaats van te zeggen wat hij moet geloven of doen, is het beter goede vragen te stellen die hem zelf tot de juiste conclusie laten komen.1 ’NUTTIG OM TERECHT TE WIJZEN’
We zien terechtwijzen vaak als een taak van ouderlingen. Het is waar dat zij de verantwoordelijkheid hebben om ’personen die zonde beoefenen, terecht te wijzen’ (1 Tim. 5:20; Tit. 1:13). Maar het is ook belangrijk onszelf terecht te wijzen. Paulus was een goede christen en had een rein geweten (2 Tim. 1:3). Toch schreef hij: „In mijn leden zie ik een andere wet, die strijd voert tegen de wet van mijn verstand en mij in gevangenschap voert aan de wet der zonde.” Als we de context van deze woorden bestuderen, gaan 8
1 Als Jezus anderen onderwees vroeg hij vaak: „Wat denkt gij?” Daarna wachtte hij op antwoord (Matth. 18:12; 21:28; 22:42). 8. Met wat voor innerlijke strijd had Paulus te
maken?
13
we beter begrijpen wat voor strijd Paulus moest voeren tegen zijn zwakheden. (Lees Romeinen 7:21-25.) 9 Welke zwakheden probeerde Paulus de baas te worden? Hij noemde ze niet specifiek, maar hij schreef wel aan Timo¨ theus dat hij „een onbeschaamd mens” was geweest (1 Tim. 1:13). Voor zijn bekering was Paulus als een razende tekeer gegaan tegen christenen. Hij gaf toe dat ’zijn woede tegen hen geen grenzen kende’ (Hand. 26:11). Paulus leerde zijn opvliegende aard te beheersen, maar hij zal af en toe best moeite gehad hebben om zijn emoties onder controle te houden (Hand. 15:36-39). Hoe slaagde hij daarin? 10 In zijn eerste brief aan de Korin¨ thiers beschreef Paulus wat hij deed om zichzelf terecht te wijzen. (Lees 1 Korin¨ thiers 9:26, 27.) Hij pakte zichzelf hard aan met goedgerichte geestelijke slagen. Waarschijnlijk zocht hij naar raad in de Schriften, vroeg hij Jehovah om hulp om die toe te passen en deed hij zijn best om te veranderen.1 Zijn voorbeeld kan een hulp voor ons zijn, omdat ook wij onvolmaakt zijn en tegen onze zwakheden moeten vechten. 11 We mogen nooit denken dat we niet meer hoeven te vechten tegen onze zwakheden. We moeten ’blijven beproeven’ of we nog steeds doen wat Jehovah van ons vraagt (2 Kor. 13:5). Als we teksten zoals Kolossenzen 3:5-10 lezen, kunnen we ons afvragen: Probeer ik echt tegen mijn zwakheden te vechten? Als ik bijvoor1 De brieven van Paulus bevatten veel hulp om tegen zwakheden te vechten (Rom. 6:12; Gal. 5:16-18). Het is logisch dat hij de raad die hij anderen gaf, ook zelf toepaste (Rom. 2:21). 9, 10. (a) Welke zwakheden kan Paulus hebben gehad? (b) Wat deed Paulus waarschijnlijk om tegen zijn zwakheden te vechten? 11. Hoe kunnen we ’blijven beproeven’ of we nog steeds doen wat Jehovah van ons vraagt?
14
beeld tijdens het internetten immorele sites tegenkom, klik ik die dan direct weg of zoek ik zulke sites juist op? Door erover na te denken hoe de raad uit Gods Woord op onszelf van toepassing is, zullen we beter in staat zijn ’wakker te blijven en onze zinnen bij elkaar te houden’ (1 Thess. 5:6-8). ’NUTTIG OM DINGEN RECHT TE ZETTEN’
De Griekse term die vertaald is met ’dingen rechtzetten’ heeft de betekenis van in orde brengen, verbeteren, herstellen. Soms moeten we dingen rechtzetten met iemand die ons of onze daden verkeerd begrepen heeft. De Joodse religieuze leiders bijvoorbeeld klaagden dat Jezus vriendelijk was voor „belastinginners en zondaars”. Jezus antwoordde: „De gezonden hebben geen geneesheer nodig, maar zij die iets mankeren wel. Gaat dan heen en leert wat het zeggen wil: ’Ik wil barmhartigheid en geen slachtoffer’ ” (Matth. 9:11-13). Hij legde iedereen geduldig en vriendelijk uit wie God echt is. Daardoor leerden nederige mensen Jehovah kennen als „een God barmhartig en goedgunstig, langzaam tot toorn en overvloedig in liefderijke goedheid en waarheid” (Ex. 34:6). Doordat Gods Zoon moeite deed om „dingen recht te zetten”, accepteerden veel mensen het goede nieuws. 13 Het voorbeeld van Jezus leert ons op welke manier we anderen moeten helpen. Als we ergens boos over zijn zouden we kortaf tegen iemand kunnen zeggen: „Wij moeten eens even iets rechtzetten.” ¨ Maar dat is niet wat er in 2 Timotheus 3:16 bedoeld wordt. Net als „de steken van een zwaard” veroorzaakt scherpe kri12
12, 13. (a) Wat moet ons doel zijn als we dingen willen rechtzetten, en hoe kunnen we Jezus’ voorbeeld hierin volgen? (b) Wat moeten we vermijden als we dingen rechtzetten? DE WACHTTOREN
Als ouders de Bijbel gebruiken om vriendelijk „dingen recht te zetten”, kunnen ze hun kinderen helpen veel problemen te voorkomen (Zie paragraaf 15)
tiek vaak veel pijn en wordt er zelden iets door opgelost (Spr. 12:18). 14 Hoe kunnen we dan geduldig en vriendelijk zijn als we dingen rechtzetten? Stel dat een echtpaar een ouderling om hulp vraagt omdat ze vaak ruzie hebben. Wat kan hij dan doen? Zonder partij te kiezen kan hij Bijbelse principes met ze bespreken, bijvoorbeeld uit hoofdstuk 3 van Het geheim van gezinsgeluk. Tijdens het gesprek zien de man en vrouw misschien in waar ze allebei nog aan moeten werken. Later kan de ouderling informeren hoe het gaat en meer hulp aanbieden als dat nodig is. 15 Hoe kunnen ouders dingen rechtzetten op een manier die hun kinderen helpt geestelijk sterker te worden? Stel dat je 14-16. (a) Hoe kunnen ouderlingen dingen
rechtzetten op een manier die anderen helpt hun problemen op te lossen? (b) Waarom is het voor ouders heel belangrijk dingen op een Bijbelse manier recht te zetten? 15 APRIL 2013
vermoedt dat je tienerdochter verkeerde vrienden heeft. Probeer eerst meer te weten te komen over de situatie. Als er reden is om je zorgen te maken, kun je met haar praten, misschien aan de hand van Wat jonge mensen vragen — Praktische antwoorden, Deel 2. De dagen daarna kun je wat meer tijd met haar doorbrengen. Je kunt ook op haar houding letten als ze in de velddienst of met het gezin samen is. Als je geduldig en vriendelijk bent, voelt je dochter dat je van haar houdt en aandacht voor haar hebt. Dat zal haar helpen je raad op te volgen en geen slechte keuzes te maken. 16 Zo kunnen we ook geduldig en vriendelijk iemand aanmoedigen die zich zorgen maakt over zijn gezondheid, in de put zit omdat hij zijn baan kwijt is, of moeite heeft met sommige Bijbelse leerstellingen. Als we Gods Woord gebruiken om dingen recht te zetten, hebben we er allemaal veel voordeel van.
15
’NUTTIG OM STRENG TE ONDERRICHTEN IN RECHTVAARDIGHEID’
De Bijbel zegt: „Nu schijnt elk streng onderricht weliswaar op het ogenblik zelf niet vreugdevol te zijn, maar bedroevend; toch werpt het later voor hen die erdoor geoefend zijn, een vreedzame vrucht af, namelijk rechtvaardigheid” (Hebr. 12:11). De meeste broeders en zusters die in de waarheid zijn opgevoed, zijn het ermee eens dat de correctie die ze van hun ouders hebben gekregen nuttig was. En de correctie die we van Jehovah krijgen via de ouderlingen, houdt ons op de weg naar het leven (Spr. 4:13). 18 Correctie geven is een kunst. Jehovah zegt dat we dat „in rechtvaardigheid” moeten doen (2 Tim. 3:16). Daarom moeten we ons laten leiden door Bijbelse principes. Een zo’n principe staat in Spreuken 18:13: „Wanneer iemand antwoord geeft op een zaak voordat hij ze hoort, is dat dwaasheid van zijn kant en schande.” Als ouderlingen dus moeten praten met iemand die beschuldigd wordt van een ernstige zonde, moeten ze de zaak zorgvuldig onderzoeken om alle feiten te verzamelen (Deut. 13:14). Alleen dan kunnen ze ’streng onderrichten in rechtvaardigheid’. 19 Gods Woord zegt ook dat ouderlingen anderen „met zachtaardigheid” ¨ moeten corrigeren. (Lees 2 Timotheus 2:24-26.) Het is waar dat iemand smaad op Jehovah’s naam kan brengen en onschuldige mensen pijn kan doen. Maar een ouderling zal zo’n persoon niet hel17
17. Waarom moeten we blij zijn met streng onderricht? 18, 19. (a) Waarom is de raad in Spreuken 18:13 belangrijk om streng onderricht te kunnen geven „in rechtvaardigheid”? (b) Wat is vaak het resultaat als ouderlingen een kwaaddoener zachtaardig en liefdevol behandelen?
16
pen door kwaad te worden. Als ouderlingen „de goedgunstige hoedanigheid van God” navolgen, kunnen ze de zondaar misschien tot berouw brengen (Rom. 2:4). 20 Ook ouders moeten Bijbelse principes toepassen bij de opvoeding van hun kinderen (Ef. 6:4). Een vader zal het vermijden zijn zoon te straffen als hij maar ´ ´ een kant van het verhaal gehoord heeft. En niemand in het gezin mag zo boos worden dat hij geweld gaat gebruiken. Jehovah is „zeer teder in genegenheid en barmhartig”, en ouders moeten die eigenschappen navolgen (Jak. 5:11). EEN KOSTBAAR GESCHENK VAN JEHOVAH 21 Een van Jehovah’s aanbidders vertelde eens waarom hij van Gods wet hield. (Lees Psalm 119:97-104.) Door die te bestuderen kreeg hij wijsheid, inzicht en begrip. Als hij Gods raad opvolgde, kon hij de fouten vermijden die veel mensen wel maken. Hij genoot ervan de Schriften te bestuderen en was vastbesloten zich zijn hele leven aan Gods wetten te houden. 22 Hou jij van „de gehele Schrift”? De Bijbel geeft je vertrouwen dat God zijn ¨ voornemen zal vervullen. De geınspireerde raad helpt je geen zonde te beoefenen die tot de dood leidt. En als je de Bijbel goed gebruikt, kun je anderen helpen de weg naar het leven te vinden en erop te blijven wandelen. Laten we daarom in de dienst voor onze wijze en liefdevolle God, Jehovah, gebruikmaken van „de gehele Schrift”.
20. Welke principes moeten ouders bij de op-
voeding toepassen? 21, 22. Welke woorden in Psalm 119:97-104 beschrijven het best hoe jij over Jehovah’s Woord denkt? DE WACHTTOREN
LEVENSVERHAAL
Vijftig jaar volletijddienst bij de poolcirkel
po
¨ Sodankyla
c ol
irk
el
Pello Kuusamo
VERTELD DOOR
AILI EN ANNIKKI MATTILA
Kemi Oulu
„Voor jou is het makkelijk om te pionieren. Jouw ouders zijn in de waarheid en ze kunnen je ondersteunen”, zeiden we tegen een vriendin die in de volletijddienst was. „Hoor eens even, we hebben allemaal dezelfde Vader”, antwoordde ze. Daar zat een belangrijke les in: onze hemelse Vader zorgt voor zijn aanbidders en geeft ze kracht. Ons levensverhaal bewijst dat dat waar is. Annikki en Aili in hun toewijzing
Kalajoki
FINL AND
HELSINKI
Van links naar rechts: Matti (vader), Tauno, Saimi, ¨ ¨ Maria Emilia (moeder), Vaino (baby), Aili en Annikki in 1935
WE ZIJN geboren op een boerderij in Noord¨ Osterbotten (Finland), in een gezin met tien kinderen. Onze kindertijd werd overschaduwd door de Tweede Wereldoorlog. Al woonden we honderden kilometers van het front, de verschrikkingen van de oorlog maakten diepe indruk op ons. Toen de steden Oulu en Kalajoki ’s nachts werden gebombardeerd, zagen we een rode gloed aan de hemel. Onze ouders prentten ons in dat we onmiddellijk moesten schuilen als we oorlogsvliegtuigen zagen overkomen. Dus toen onze oudste broer, Tauno, vertelde over een paradijs op aarde waar geen onrecht zou zijn, raakte ons dat diep. Tauno leerde op zijn veertiende de Bijbelse waarheid kennen door lectuur van de Bijbelonderzoekers. Toen de Tweede Wereldoorlog uitbrak, weigerde hij in militaire dienst te gaan en kwam hij in de gevangenis terecht. Daar werd hij heel slecht behandeld. Maar dat maakte hem alleen maar vastbeslotener om Jehovah te dienen, en na zijn vrijlating was hij nog ijveriger in de dienst. Zijn goede voorbeeld was voor ons een stimulans om naar de vergaderingen te gaan die de Getuigen in een dorp in de buurt hielden. We gingen ook naar congressen, al kostte het veel moeite om genoeg geld voor de reis bij elkaar te krijgen. We naaiden kleren voor mensen in de omgeving, en we verbouwden uien en plukten bessen. Omdat we veel te doen hadden op de boerderij, konden
18
¨ ¨ Van links naar rechts: Eeva Kallio, Saimi Mattila-Syrjala, Aili, Annikki en Saara Noponen in 1949
we meestal niet samen naar het congres, dus gingen we om beurten. Door wat we over Jehovah en zijn voornemens leerden, groeide onze liefde voor hem, en we besloten ons aan hem op te dragen. In 1947 symboliseerden we die opdracht door de doop. Annikki was toen vijftien en Aili zeventien. Onze zus Saimi werd datzelfde jaar gedoopt. We studeerden ook met onze zus Linnea, die al getrouwd was. Zij en haar gezin werden ook Getuigen. Na de doop hadden we het doel om te gaan pionieren. Ondertussen dienden we af en toe als vakantiepionier (of hulppionier). IN DE VOLLETIJDDIENST
In 1955 verhuisden we naar Kemi, een stad verder naar het noorden. Hoewel we allebei hele dagen werkten, wilden we nog steeds pionieren, maar we waren bang dat we niet in ons onderhoud konden voorzien. We dachten dat we eerst iets gespaard moesten hebben. Rond die tijd hadden we het eerder genoemde gesprek met de pionierster. Daardoor zagen we in dat het niet per se van je inkomen of de hulp van je familie afhangt of je Jehovah fulltime kunt dienen. Je moet vooral op je hemelse Vader vertrouwen. Op dat moment hadden we genoeg om twee maanden van te leven. Dus gaven we ons in mei 1957 aarzelend op om eerst twee maanden te gaan DE WACHTTOREN
Op weg naar een congres in Kuopio in 1952. Van links naar rechts: Annikki, Aili en Eeva Kallio
Na vijftig jaar pioniersdienst hebben we nog steeds al ons spaargeld! pionieren in Pello, een dorp in Lapland, boven de poolcirkel. Na twee maanden hadden we al ons spaargeld nog, dus gaven we ons weer voor twee maanden op. Daarna hadden we nog steeds al ons geld. Nu wisten we zeker dat Jehovah voor ons zou zorgen. Na vijftig jaar pioniersdienst hebben we al ons spaargeld nog! Als we nu terugkijken, is het alsof Jehovah ons bij de hand nam en zei: „Wees niet bevreesd. Ikzelf wil u helpen” (Jes. 41:13). In 1958 deed onze kringopziener de aanbeve¨ ling dat we als speciale pioniers naar Sodankyla (Lapland) zouden verhuizen. Er was toen maar ´ ´ een Getuige in dat gebied, een zuster. Ze had de waarheid op een bijzondere manier leren kennen. Haar zoon was op schoolreis in Helsinki. Toen de klas een wandeling door de stad maakte, kreeg de jongen, die achteraan liep, een Wachttoren van een oudere zuster. Ze vroeg hem die aan zijn moeder te geven. Dat deed hij, en zijn moeder begreep meteen dat het de waarheid was. 15 APRIL 2013
Kaisu Reikko en Aili in de velddienst
We huurden een kamer boven een houtzagerij. Daar hielden we vergaderingen. Eerst waren wij en de plaatselijke zuster met haar dochter de enige aanwezigen. We lazen samen het studiemateriaal. Later kwam er bij de houtzagerij een man werken die al eerder met Getuigen had gestudeerd. Hij sloot zich met zijn hele gezin bij onze groep aan en na een tijdje werden hij en zijn vrouw gedoopt. Nu hadden we een broeder om de vergaderingen te leiden. Ook een aantal andere mannen die bij de zagerij werkten, begonnen de vergaderingen te bezoeken en kwamen in de waarheid. Een paar jaar later was de groep zo gegroeid dat er een gemeente werd opgericht. BARRE OMSTANDIGHEDEN
De lange afstanden maakten de prediking moeilijk. In de zomer gingen we lopend, fietsend of zelfs met een roeiboot naar de mensen in ons gebied. We hadden vooral veel aan onze fietsen, die we ook gebruikten om naar congressen te gaan en om onze ouders te bezoeken, die honderden kilometers verderop woonden. In de winter namen we ’s ochtends vroeg de bus naar een dorp in de omgeving en gingen dan lopend van huis tot huis. Als we dat dorp hadden bewerkt, liepen we naar het volgende. Er lag veel sneeuw en de wegen waren niet altijd vrijgemaakt. Vaak volg¨ den we de sporen van paardensleeen, maar soms
19
Samen in de velddienst op een koude winterdag
Sommigen met wie we gestudeerd hebben
waren die weer uitgewist door verse sneeuw. In het vroege voorjaar werd de sneeuw zo zacht en papperig dat we erdoorheen moesten ploeteren. Door de ijzige temperatuur en de sneeuw leerden we ons warm te kleden. We droegen wollen kousen, twee of drie paar sokken en hoge laarzen. Toch zaten onze laarzen vaak vol sneeuw. Als we bij de trappen van een huis kwamen, deden we onze laarzen uit en schudden de sneeuw eruit. Ook werden de zomen van onze lange winterjassen nat als we door de sneeuw liepen. Als het dan kouder werd, bevroren de zomen en werden ´ ze keihard. Een vrouw zei: „Je moet wel echt geloof hebben als je vrijwillig met dit weer naar buiten gaat.” We hadden meer dan elf kilometer gelopen om dat huis te bereiken. Vanwege de grote afstanden sliepen we vaak bij mensen thuis. Als het tegen de avond liep, begonnen we te vragen of we ergens konden overnachten. De huizen waren eenvoudig, maar de mensen waren vriendelijk en gastvrij, en ze boden ons niet alleen een slaapplaats aan maar ook iets te eten. Vaak sliepen we op de vacht van een rendier, een eland of zelfs een beer. Soms hadden we wat luxe. Zo bracht een dame in een groot huis ons naar een logeerkamer waar een schitterend bed met schone witte lakens voor ons klaarstond. Heel wat keren praatten we tot laat in de avond ´ ´ met een gezin over de Bijbel. In een huis waar
we overnachtten, sliepen de bewoners aan de ene kant van de kamer en wij aan de andere. We bleven van ’s avonds laat tot ‘s ochtends vroeg over de Bijbel praten. De man en zijn vrouw stelden de ene vraag na de andere.
20
EEN DANKBAAR WERK
Lapland is een ruig maar mooi land. Elk jaargetijde heeft zijn eigen schoonheid. Toch waren voor ons de mensen die Jehovah wilden leren kennen, nog mooier. Sommige oprechte mensen tot wie we predikten waren arbeiders die naar de houthakkerskampen waren gekomen. Soms stapten we met z’n tweetjes een hut binnen waar tientallen mannen zaten. Die stoere houthakkers waren blij met de boodschap van de Bijbel en namen graag lectuur. We maakten veel bijzondere dingen mee. Op een dag misten we onze bus omdat de klok van het busstation vijf minuten voorliep. We besloten een bus naar een ander dorp te nemen, in een gebied waar we nog nooit gewerkt hadden. Bij het eerste huis ontmoetten we een jonge vrouw die zei: „Daar zijn jullie dan. Ik verwachtte jullie al.” De vrouw had haar zus, die Bijbelstudie van ons had, gevraagd te regelen dat we haar die dag zouden bezoeken. Maar wij wisten nergens van. We begonnen een Bijbelstudie met haar en met familie van haar die in de buurt woonde. Niet lang daarDE WACHTTOREN
na voegden we de studies samen en studeerden we met meer dan tien personen tegelijk. Een groot deel van die familie is in de waarheid gekomen. In 1965 werden we toegewezen aan de gemeente in Kuusamo, net onder de poolcirkel, waar we nog steeds dienen. De gemeente bestond toen uit een handjevol verkondigers. Eerst leek ons nieuwe gebied wat moeilijk. De bevolking was erg religieus en had vooroordelen tegen ons. Maar veel mensen hadden wel respect voor de Bijbel, zodat we een gemeenschappelijke basis hadden. Beetje bij beetje leerden we de mensen kennen en na ongeveer twee jaar werd het makkelijker om Bijbelstudies op te richten. NOG STEEDS ACTIEF
We hebben nu niet meer de energie om lange dagen te maken in de velddienst, maar we gaan nog steeds bijna elke dag. Het werd makkelijker om de mensen in ons uitgestrekte gebied te bereiken toen Aili op advies van onze neef rijlessen nam en in 1987, op 56-jarige leeftijd, haar rijbewijs haalde. Het is ook fijn dat we nu in een appartement bij onze nieuwe Koninkrijkszaal wonen.
Zelfs als het regent, genieten we van de velddienst
Het geeft ons veel vreugde te zien dat het werk in het noorden van Finland zo gegroeid is. Toen we daar begonnen met pionieren, waren er maar weinig verkondigers in dat grote gebied. Nu is er een kring die uit verschillende gemeenten bestaat. Op congressen en andere grote vergaderingen gebeurt het vaak dat iemand naar ons toekomt en vraagt of we hem nog kennen. Soms hadden we dan bij hem thuis een Bijbelstudie geleid toen hij nog klein was. Het zaad dat misschien wel tientallen jaren eerder gezaaid was, had vrucht gedragen! — 1 Kor. 3:6. In 2008 waren we vijftig jaar in de speciale pioniersdienst. We danken Jehovah dat we elkaar hebben kunnen helpen dit prachtige werk vol te houden. We hebben een eenvoudig leven geleid, maar we zijn nooit iets tekortgekomen (Ps. 23:1). De angst die we in het begin hadden bleek dus totaal ongegrond! In al die jaren heeft Jehovah ons kracht gegeven, zoals hij belooft in Jesaja 41:10: „Ik wil u sterken. Ik wil u werkelijk helpen. Ik wil u werkelijk stevig vasthouden met mijn rechterhand van rechtvaardigheid.”
CONCENTREER JE OP „DE BELANGRIJKER DINGEN” ’Vergewis u van de belangrijker dingen.’ — FILIPPENZEN 1:10.
OM OVER TE MEDITEREN
Welk vertrouwen geven de ¨ visioenen van Jesaja, Ezechiel ¨ en Daniel ons?
Wat leren we van het voorbeeld van het aardse deel van Jehovah’s organisatie?
Wat ben je vastbesloten te doen?
PETRUS, Jakobus, Johannes en Andreas waren eindelijk alleen met hun Leraar. Wat Jezus net had gezegd over de vernietiging van de tempel hield ze erg bezig (Mark. 13:1-4). Dus vroegen ze: „Zeg ons: Wanneer zullen deze dingen zijn, en wat zal het teken zijn van uw tegenwoordigheid en van het besluit van het samenstel van dingen?” (Matth. 24:1-3) In zijn antwoord vertelde Jezus over gebeurtenissen of omstandigheden die niet alleen het leven ingrijpend zouden veranderen maar ook een kenmerk zouden zijn van de laatste dagen van Sa´ tans wereld. Een ding moet Jezus’ discipelen vooral nieuwsgierig gemaakt hebben. Nadat Jezus afschuwelijke gebeurtenissen had opgenoemd zoals oorlogen, hongersnoden en een toename van criminaliteit, voorzei hij ook iets positiefs. Hij zei: „Dit goede nieuws van het koninkrijk zal op de gehele bewoonde aarde worden gepredikt tot een getuige¨ nis voor alle natien, en dan zal het einde komen” (Matth. 24:7-14). 2 De discipelen hadden samen met Jezus het goede nieuws van het Koninkrijk gepredikt (Luk. 8:1; 9:1, 2). Misschien herinnerden ze zich dat hij had gezegd: „De oogst is werkelijk groot, maar er zijn weinig werkers. Smeekt daarom de Meester van de oogst dat hij werkers in zijn oogst uitzendt” (Luk. 10:2). Maar hoe konden ze „op de gehele bewoonde aarde” prediken „tot een getuigenis voor alle ¨ natien”? Waar zouden de werkers vandaan moeten komen? Als ze in de toekomst hadden kunnen kijken, zouden ze ongetwijfeld versteld hebben ge1, 2. Welke profetie over de laatste dagen moet Jezus’ discipelen nieuwsgierig gemaakt hebben, en waarom?
22
DE WACHTTOREN
staan van de manier waarop de woor¨ den in Mattheus 24:14 nu in vervulling gaan. 3 Wij zien Jezus’ profetie nu uitkomen. Miljoenen werken samen om het goede nieuws overal op aarde te prediken (Jes. 60:22). Maar Jezus gaf aan dat sommigen het moeilijk zouden vinden op dat werk gefocust te blijven. Hun hart zou ’bezwaard worden’ met andere dingen waardoor ze afgeleid zouden worden. (Lees Lukas 21:34.) Ook dat zien we in vervulling gaan. Sommige aanbidders van God verliezen uit het oog wat echt belangrijk is. Dat blijkt bijvoorbeeld uit de keuzes die ze maken in verband met werk, hoger on¨ derwijs en materiele dingen, en de tijd die ze aan sport en ontspanning besteden. Anderen raken uitgeput door stress en zorgen. Vraag je eens af: Hoe staat het er met mij voor? Wat laten mijn keuzes zien over wat ik belangrijk vind? 4 De christenen in de eerste eeuw moesten moeite doen om hun aanbidding op de eerste plaats te houden. Daarom bad Paulus dat de broeders en zusters in Filippi zich ’van de belangrijker dingen mochten vergewissen’. (Lees Filippenzen 1:9-11.) Net als Paulus toonden de meeste christenen in die tijd „moed om het woord van God onbevreesd te spreken” (Fil. 1:12-14). Ook nu prediken de meesten van ons moedig het Woord van God. Maar als we in dit artikel bespreken hoe Jehovah zijn 3. Hoe gaat Lukas 21:34 nu in vervulling, en
wat kunnen we ons afvragen?
¨ organisatie gebruikt om Mattheus 24:14 in vervulling te laten gaan, kan dat ons helpen nog ijveriger te zijn in de velddienst. We zullen zien waar Gods organisatie zich op richt en hoe dat ons kan motiveren. In het volgende artikel zullen we bespreken wat ons kan helpen vol te houden en de leiding te volgen van Jehovah’s organisatie. HET HEMELSE DEEL VAN JEHOVAH’S ORGANISATIE
Er zijn veel dingen die Jehovah niet in de Bijbel heeft laten opschrijven. Hij heeft bijvoorbeeld geen details gegeven over de werking van de hersenen of hoe het universum in elkaar zit, al zou dat wel fascinerend zijn geweest. In plaats daarvan heeft Jehovah ons verteld wat we nodig hebben om zijn voornemen te begrijpen en zijn wil te doen (2 Tim. 3:16, 17). Daarom is het heel bijzonder dat de Bijbel ons informatie geeft over het onzichtbare deel van zijn orga¨ ¨ nisatie. Wat Jesaja, Ezechiel, Daniel en Johannes daarover schrijven is heel indrukwekkend (Jes. 6:1-4; Ezech. 1:4-14, 22-24; Dan. 7:9-14; Openb. 4:1-11). Het is alsof Jehovah een gordijn openschuift om ons een kijkje in de hemel te geven. Waarom doet hij dat? 6 Jehovah wil dat we nooit vergeten dat we deel uitmaken van een universele organisatie. Er wordt veel meer gedaan om Jehovah’s voornemen te realiseren dan wij met het blote oog kunnen ¨ zien. Zo zag Ezechiel het hemelse deel van Jehovah’s organisatie afgebeeld door een kolossale wagen, die snel en wendbaar was (Ezech. 1:15-21). Met 5
4. (a) Waar bad Paulus om voor de christenen
in Filippi, en waarom deed hij dat? (b) Wat zullen we in dit artikel en in het volgende bespreken, en hoe zal dat ons helpen? 15 APRIL 2013
5, 6. (a) Waarom heeft Jehovah visioenen gegeven van het hemelse deel van zijn organisa¨ tie? (b) Wat zag Ezechiel in een visioen?
23
elke omwenteling van zijn wielen kon hij een enorme afstand afleggen. Eze¨ chiel ving ook een glimp op van degene die de wagen bestuurde. Hij zei: „Ik kreeg iets te zien gelijk de gloed van elektrum, gelijk de aanblik van vuur rondom (...) Het was hetgeen eruitzag als de gelijkenis van de heerlijkheid ¨ van Jehovah” (Ezech. 1:25-28). Ezechiel moet diep onder de indruk zijn geweest van dit visioen. Hij zag dat Jehovah zijn organisatie helemaal onder controle had en de heilige geest gebruikte om die te leiden. Wat een geweldige voorstelling van hoe het hemelse deel van Jehovah’s organisatie in beweging is! ¨ 7 Ook Daniels visioen geeft ons ver¨
7. Welk vertrouwen geeft Daniels visioen ons?
24
trouwen. Hij zag Jehovah, „de Oude van Dagen”, zittend op een troon die uit vuurvlammen bestond en wielen had ¨ (Dan. 7:9). Jehovah wilde Daniel laten zien dat zijn organisatie in beweging is ¨ en zijn voornemen uitvoert. Daniel zag ook „iemand gelijk een mensenzoon”, Jezus, die autoriteit kreeg over het aardse deel van Jehovah’s organisatie. Zijn volmaakte bestuur is „een heerschappij van onbepaalde duur, die niet zal voorbijgaan, en zijn koninkrijk een dat niet te gronde gericht zal worden” (Dan. 7:13, 14). Het visioen geeft ons vertrouwen in Jehovah en in wat hij doet. Hij gaf zijn loyale Zoon „heerschappij en waardigheid”, waaruit blijkt dat hij vertrouwen in Jezus heeft. Ook wij kunnen dus op Jezus’ leiding vertrouwen. DE WACHTTOREN
Welke uitwerking moet dit visioen van het onzichtbare deel van Jehovah’s organisatie op ons hebben? Net als Eze¨ chiel zijn we diep onder de indruk van wat Jehovah allemaal doet (Ezech. 1:28). Nadenken over Jehovah’s organisatie kan ons tot actie aanzetten. Dat effect had het ook op Jesaja. Toen hij de gelegenheid kreeg anderen over Jehovah’s daden te vertellen, greep hij die met beide handen aan. (Lees Jesaja 6:5, 8.) Jesaja wist zeker dat hij met Jehovah’s hulp elk probleem aan zou kunnen. Die visioenen moeten ook op ons een diepe indruk maken en ons motiveren om meer voor Jehovah te doen. Wat is het aanmoedigend te weten dat we deel uitmaken van een actieve organisatie die zich helemaal richt op het realiseren van Jehovah’s voornemen! 8
HET AARDSE DEEL VAN JEHOVAH’S ORGANISATIE 9 Jehovah heeft zijn Zoon gebruikt om een aards deel van zijn organisatie te vormen dat samenwerkt met het hemelse deel. Waarom was er een zichtbare regeling nodig om het werk ¨ dat in Mattheus 24:14 werd voorzegd uit te kunnen voeren? We gaan drie redenen bespreken. 10 Ten eerste zei Jezus dat zijn discipelen tot in „de verst verwijderde streek der aarde” zouden prediken (Hand. 1:8). Ten tweede zouden deze predikers onderwijs en zorg nodig hebben (Joh. 21:15-17). Ten derde zou-
8. Welke uitwerking hadden visioenen van Je¨ hovah’s organisatie op Ezechiel en Jesaja, en welke uitwerking moeten ze op ons hebben? 9, 10. Waarom is er een zichtbaar deel van Jehovah’s organisatie nodig? 15 APRIL 2013
den ze vergaderplaatsen nodig hebben om Jehovah te aanbidden en opgeleid te worden in de prediking (Hebr. 10:24, 25). Dat zou alleen mogelijk zijn als het werk goed georganiseerd was. 11 Hoe laten we zien dat we de regelingen van Jehovah’s organisatie on´ dersteunen? Een belangrijke manier is door altijd vertrouwen te hebben in de broeders die van Jehovah en Jezus de leiding over het predikingswerk hebben gekregen. Er zijn heel wat dingen in de wereld waar die broeders hun tijd en energie aan zouden kunnen besteden. Maar waar heeft het zichtbare deel van Jehovah’s organisatie zich altijd op geconcentreerd? GEFOCUST OP „DE BELANGRIJKER DINGEN” 12 Overal op aarde zijn ervaren ouderlingen aangesteld om in de landen waar ze dienen de prediking te organiseren en er de leiding in te nemen. Bij het nemen van beslissingen gebruiken ze Gods Woord als ’een lamp voor hun voet, en een licht op hun pad’ door erin naar raad te zoeken, en bidden ze om Gods leiding (Ps. 119:105; Matth. 7:7, 8). 13 Net als in de eerste eeuw stellen de ouderlingen die het predikingswerk nu organiseren „de bediening van het woord” op de eerste plaats (Hand. 6:4). Ze zijn heel blij met de goede resultaten die in hun land en wereldwijd in de prediking worden behaald (Hand. 21:19, 20). In plaats van
11. Hoe laten we zien dat we de regelingen van Jehovah’s organisatie ondersteunen? 12, 13. Hoe voeren ouderlingen hun taak uit, en waarom vind je dat aanmoedigend?
25
eindeloos regels en procedures op te stellen, volgen ze de Bijbel en de leiding van Gods heilige geest bij het organiseren van de prediking. (Lees Handelingen 15:28.) Op die manier zijn deze broeders een goed voorbeeld voor iedereen in de plaatselijke gemeenten (Ef. 4:11, 12). 14 Elke dag wordt er achter de schermen heel wat werk verzet om onze publicaties, vergaderingen en congressen voor te bereiden. Duizenden vrijwilligers zijn druk bezig geestelijk voedsel in zo’n zeshonderd talen te vertalen zodat zo veel mogelijk mensen in hun eigen taal kunnen leren over „de grote daden van God” (Hand. 2:7-11). Jonge broeders en zusters werken hard om met supersnelle drukpersen en bindmachines onze lectuur te produceren, die zelfs naar gemeenten in de meest afgelegen gebieden wordt verstuurd. 15 Ook plaatselijk wordt er heel wat werk gedaan om ervoor te zorgen dat we ons op de prediking kunnen concentreren. Een paar voorbeelden: duizenden vrijwilligers werken aan de bouw van Koninkrijkszalen en congreshallen, bieden hulp bij rampen en medische noodsituaties, organiseren congressen en andere grote vergaderingen, en geven les op theocratische scholen. Wat is het doel van al dat werk? De prediking makkelijker maken, de predikers helpen geestelijk te groeien en de ware aanbidding bevorderen. Het aardse deel van Jehovah’s organisatie blijft dus geconcentreerd op „de belangrijker dingen”! 14, 15. (a) Wat wordt er gedaan om de prediking wereldwijd te ondersteunen? (b) Hoe denk je over het voorrecht het predikingswerk te kunnen ondersteunen?
26
VOLG HET VOORBEELD VAN JEHOVAH’S ORGANISATIE
Nemen we geregeld de tijd om erover na te denken wat Jehovah’s organisatie allemaal doet? Sommigen hebben hun gezinsaanbidding of persoonlijke studie gebruikt om daar nazoekwerk over te doen en erover te mediteren. ¨ De visioenen van Jesaja, Ezechiel, Da¨ niel en Johannes zijn interessante studieprojecten. Het boek Jehovah’s Getuigen — Verkondigers van Gods koninkrijk en andere publicaties of dvd’s kunnen een goed beeld geven van de organisatie. 17 Het is goed erover na te denken hoe Jehovah zijn organisatie gebruikt om het predikingswerk te ondersteunen. Laten we ons samen met deze schitterende organisatie blijven concentreren op „de belangrijker dingen”. Dat zal ons helpen dezelfde instelling te hebben als Paulus, die schreef: „Aangezien wij deze bediening hebben overeenkomstig de barmhartigheid die ons werd betoond, geven wij de moed niet op” (2 Kor. 4:1). Hij gaf zijn broeders ook de aanmoediging: „Laten wij het derhalve niet opgeven te doen wat voortreffelijk is, want te zijner tijd zullen wij oogsten indien wij het niet moe worden” (Gal. 6:9). 18 Moeten we misschien persoonlijk of als gezin dingen veranderen om ons op „de belangrijker dingen” te kunnen concentreren? Kunnen we ons leven zo inrichten dat we meer tijd hebben voor het belangrijke predikingswerk? In het volgende artikel gaan we vijf dingen bespreken die we moeten doen om bij te blijven met Jehovah’s organisatie. 16
16. Wat zou een interessant studieproject zijn
voor jou of je gezin? 17, 18. (a) Hoe heeft dit artikel je geholpen?
(b) Welke vragen kunnen we onszelf stellen? DE WACHTTOREN
’WORD HET NIET MOE’
’Laten wij het niet opgeven te doen wat voortreffelijk is.’ — GALATEN 6:9.
WAT ZOU JE ANTWOORDEN?
Welke voorzieningen helpen ons ijverig te blijven?
Waartoe worden we gemotiveerd als we nadenken over het belangrijkste doel van de vergaderingen?
HET is geweldig te bedenken dat we deel uitmaken van een grote universele organisatie! De visioenen in ¨ ¨ Ezechiel 1 en Daniel 7 beschrijven levendig hoe Jehovah de dingen stuurt om zijn voornemen te realiseren. Jezus leidt het aardse deel van Jehovah’s organisatie en zorgt ervoor dat het zich op de prediking concentreert, de predikers onderwijst en aanmoedigt, en de ware aanbidding bevordert. Dat geeft ons vertrouwen in Jehovah’s organisatie (Matth. 24:45). 2 Blijf jij die schitterende organisatie volgen? Neemt je enthousiasme voor de waarheid nog steeds toe of wordt het juist minder? Misschien merk je dat je wat moe bent geworden of wat minder ijverig bent. Dat kan gebeuren. In de eerste eeuw moest Paulus zijn broeders en zusters aanmoedigen om over Jezus’ ijverige voorbeeld na te denken. Hij zei dat dit ze zou helpen ’niet moe te worden en te bezwijken’ (Hebr. 12:3). Zo zal ook het vorige artikel, waarin besproken werd wat Jehovah’s organisatie allemaal doet, ons geholpen hebben enthousiast te blijven en te volharden. 3 Maar Paulus zei dat er meer nodig is om ervoor te zorgen dat we „het niet moe worden”. Hij zei dat we moeten „doen wat voortreffelijk is” (Gal. 6:9). We gaan vijf dingen bespreken die ons kunnen helpen om ijverig te blijven en de leiding van Jehovah’s organisatie te volgen. Dan kunnen we persoonlijk bekijken of er punten zijn waar wij of ons gezin nog aan moeten werken. KOM BIJEEN VOOR AANMOEDIGING EN AANBIDDING
Welke uitwerking hebben de keuzes die we maken op onze dienst?
4
Vergaderen is altijd heel belangrijk geweest voor
1, 2. Welk effect hebben de visioenen van Jehovah’s universele organisatie op ons? 3. Hoe kunnen we ervoor zorgen dat we „het niet moe worden”, en wat gaan we in dit artikel bespreken? 4. Waarom kunnen we zeggen dat vergaderen een onmisbaar onderdeel van de ware aanbidding is?
27
Jehovah’s dienstknechten. In de hemel worden engelen op gezette tijden uitgenodigd om voor Jehovah te verschijnen (1 Kon. 22:19; Job 1:6; 2:1; Dan. 7:10). ¨ Het volk Israel moest bijeenkomen om te luisteren en te leren (Deut. 31:10-12). De Joden in de eerste eeuw hadden de gewoonte naar de synagoge te gaan om uit de Schriften te lezen (Luk. 4:16; Hand. 15:21). Vergaderen was nog steeds belangrijk toen de christelijke gemeente gevormd werd en is ook nu nog een belangrijk onderdeel van onze aanbidding. Ware christenen ’letten op elkaar ten einde tot liefde en voortreffelijke werken aan te sporen’. We moeten ermee doorgaan ’elkaar aan te moedigen, en dat te meer naarmate wij Jehovah’s dag zien naderen’ (Hebr. 10:24, 25). ´ 5 Een belangrijke manier waarop we elkaar op de vergaderingen aanmoedigen is door onze commentaren. We kunnen bijvoorbeeld antwoord geven op de vragen die gesteld worden, een Bijbeltekst uitleggen of een korte ervaring vertellen die laat zien hoe nuttig het is Bijbelse beginselen toe te passen (Ps. 22:22; 40:9). Hoe lang we ook al vergaderingen bezoeken, het blijft heel aanmoedigend te luisteren naar de oprechte commentaren van onze broeders en zusters. 6 Er zijn nog meer redenen waarom God het belangrijk vindt dat we geregeld bij elkaar komen. Onze gemeentevergaderingen en grotere bijeenkomsten geven ons moed om te prediken ondanks tegenstand of onverschilligheid (Hand. 4:23, 31). Bijbelse besprekingen geven ons kracht en een sterk 5. Hoe kunnen we elkaar op de vergaderingen
aanmoedigen? 6. Hoe helpen de vergaderingen ons actief te
blijven?
28
geloof (Hand. 15:32; Rom. 1:11, 12). Het onderwijs en de aanmoedigende omgang met onze broeders en zusters maken ons gelukkig en kunnen ons ’rust geven van dagen van rampspoed’ (Ps. ´ 94:12, 13). Het Onderwijscomite van het Besturende Lichaam draagt zorg voor alle onderwijsprogramma’s voor Jehovah’s aanbidders wereldwijd. Wat kunnen we blij zijn dat we elke week weer opbouwend onderwijs krijgen op onze vergaderingen! 7 Maar we gaan niet alleen naar de vergaderingen omdat we er persoonlijk voordeel van hebben. Het belangrijkste doel is Jehovah te aanbidden. (Lees Psalm 95:6.) Het is een voorrecht Jehovah te loven door het zingen van liederen (Kol. 3:16). Hij is het waard dat we hem aanbidden door op de vergaderingen te zijn en eraan mee te doen (Openb. 4:11). We krijgen dan ook de raad ’het onderling vergaderen niet na te laten, zoals voor sommigen gebruikelijk is’ (Hebr. 10:25). 8 Bezien we onze vergaderingen als een voorziening van Jehovah om te kunnen volharden totdat hij in actie komt tegen deze slechte wereld? Dan zullen de vergaderingen een van „de belangrijker dingen” zijn waar we plaats voor maken in ons drukke schema (Fil. 1:10). Er moet wel iets heel bijzonders aan de hand zijn willen we een gelegenheid voorbij laten gaan om Jehovah samen met onze broeders en zusters te aanbidden. ZOEK NAAR OPRECHTE MENSEN 9
Nog een hulp om bij te blijven met
7, 8. (a) Wat is het belangrijkste doel van de vergaderingen? (b) Hoe helpen de vergaderingen je bij je aanbidding? 9. Hoe weten we dat het predikingswerk belangrijk is? DE WACHTTOREN
HET AARDSE DEEL VAN JEHOVAH’S ORGANISATIE OMVAT: 1. Het Besturende Lichaam ´ 2. Bijkantoorcomites 3. Reizende opzieners 4. Lichamen van ouderlingen 5. Gemeenten 6. Verkondigers 1
2
3
4 6 5
Jehovah’s organisatie is ons helemaal in te zetten in de prediking. Jezus heeft een begin gemaakt met dit werk toen hij op aarde was (Matth. 28:19, 20). Na die tijd is het predikings- en onderwijzingswerk voor Jehovah’s hele organisatie een van de belangrijkste activiteiten geweest. Veel ervaringen bewijzen dat de engelen ons werk ondersteunen en ons naar mensen leiden die „de juiste gezindheid voor het eeuwige leven” hebben (Hand. 13:48; Openb. 14:6, 7). Het aardse deel van Jehovah’s organisatie is er helemaal op gericht dit belangrijke werk te organiseren en te ondersteunen. Draait het in jouw leven ook om de prediking? 15 APRIL 2013
Als we ijverig zijn in de dienst blijven we enthousiast voor de waarheid. Kijk eens wat Mitchel, een ervaren ouderling en pionier, zegt: „Ik vertel mensen heel graag over de waarheid. Ik denk na over een nieuw artikel in De Wachttoren of Ontwaakt! en word helemaal enthousiast over de wijsheid, het inzicht en het volmaakte evenwicht van de tijdschriften. Dan wil ik de velddienst in om te zien hoe mensen erop reageren en hoe ik ze voor de waarheid kan interesseren. De dienst houdt me in balans. 10
10. (a) Hoe kunnen we enthousiast blijven voor
de waarheid? Geef een voorbeeld. (b) Hoe is de dienst voor jou een hulp geweest om enthousiast te blijven?
29
Ik plan alle andere dingen voor of na de periode die ik voor de dienst heb gereserveerd.” Druk bezig blijven in de dienst voor God kan ook voor ons een hulp zijn om te volharden in deze laat¨ ste dagen. (Lees 1 Korinthiers 15:58.)
geestelijk goed gevoed te houden (Jes. 65:13). Laten we dankbaar gebruikmaken van alles wat we via Jehovah’s organisatie krijgen (Ps. 119:27).
MAAK GEBRUIK VAN JEHOVAH’S VOORZIENINGEN
Johannes zag in een visioen Jezus op een wit paard rijden om de tegenstanders van Jehovah te verslaan (Openb. 19:11-15). Het versterkt ons geloof te weten dat de trouwe engelen en ook de gezalfde overwinnaars die hun hemelse beloning al ontvangen hebben vlak achter Jezus rijden (Openb. 2:26, 27). Wat een schitterend voorbeeld van het ondersteunen van Jehovah’s regelingen! 14 Op dezelfde manier geeft de grote schare alle steun aan het werk van Christus’ gezalfde broeders die nog op aarde zijn en de leiding nemen in de organisatie. (Lees Zacharia 8:23.) Hoe kunnen wij laten zien dat we Jehovah’s ´ regelingen ondersteunen? Een manier is door onderworpen te zijn aan degenen die de leiding nemen (Hebr. 13:7, 17). Dat begint in onze eigen gemeente. Blijkt uit onze opmerkingen over de ouderlingen dat we respect voor hen en hun positie hebben? Helpen we onze kinderen deze trouwe mannen te respecteren en naar hun Bijbelse raad te luisteren? En bespreken we hoe we als gezin het wereldwijde werk ook financieel kunnen ondersteunen? (Spr. 3:9; 1 Kor. 16:2; 2 Kor. 8:12) Bezien we het onderhouden en schoonmaken van de Koninkrijkszaal als een voorrecht? Als Jehovah ziet dat er respect en eenheid in de gemeente is, zal hij ons zijn geest geven. Daardoor krijgen we de
Jehovah voorziet in een overvloed aan geestelijk voedsel om ons kracht te geven. Je hebt vast weleens iets gelezen en gedacht: ’Dat is precies wat ik nodig heb! Het lijkt wel of het speciaal voor mij is geschreven!’ Dat is geen toeval, want via de publicaties geeft Jehovah ons onderwijs en leiding. Hij heeft gezegd: „Ik zal u inzicht schenken en u onderrichten in de weg die gij dient te gaan” (Ps. 32:8). Doen we er moeite voor om al het geestelijke voedsel dat we krijgen te lezen en er diep over na te denken? Dan zullen we vrucht blijven dragen en niet ’verwelken’ in deze moeilijke laatste dagen. (Lees Psalm 1:1-3; 35:28; 119:97.) 12 Het is goed om na te denken over al het werk dat wordt verzet om ons die regelmatige aanvoer van gezond geestelijk voedsel te geven. Het Schrijvers´ comite van het Besturende Lichaam heeft het toezicht over alles wat er voor onze gedrukte en online publicaties gedaan wordt, zoals nazoekwerk, schrijven, proeflezen, illustreren en vertalen. Op bijkantoren met een drukkerij wordt hard gewerkt om lectuur naar de gemeenten te verzenden. Waarom wordt al dit werk gedaan? Om Jehovah’s volk 11
11. Waarom moeten we een goed gebruik maken van het geestelijke voedsel dat Jehovah ons geeft? 12. Wat kan ons helpen Jehovah’s voorzieningen te waarderen?
30
ONDERSTEUN JEHOVAH’S REGELINGEN 13
13, 14. Wie ondersteunen Jehovah’s regelingen in de hemel, en hoe kunnen wij dat op aarde doen? DE WACHTTOREN
kracht om het niet moe te worden (Jes. 40:29-31). LEEF ZOALS GOD HET WIL 15 Om te kunnen volharden en Jehovah’s organisatie te blijven volgen, moeten we leven zoals Jehovah het wil (Ef. 5:10, 11). We moeten constant vechten tegen de negatieve invloed van onze onvolmaaktheid en de aanvallen van Satan en zijn wereld. Sommigen van ons moeten elke dag strijd leveren om een goede band met Jehovah te houden. Jehovah is heel blij met alle moeite die je doet. Geef het niet op! Als we leven zoals God het wil, hebben we echt voldoening en weten we zeker dat onze aanbidding zin heeft (1 Kor. 9:24-27). 16 Maar wat moet je doen als je een ernstige zonde hebt begaan? Vraag zo snel mogelijk hulp. Als je de zonde verbergt, wordt het alleen maar erger. Denk eraan hoe David zich voelde toen hij zijn zonden geheimhield. Hij zei dat ’zijn beenderen wegteerden door zijn gekerm de gehele dag’ (Ps. 32:3). Als we ernstige zonden verbergen, raken we emotioneel en geestelijk uitgeput, maar „wie ze belijdt en laat, zal barmhartigheid worden betoond” (Spr. 28:13). 17 Neem het voorbeeld van Anne1. Toen ze een jaar of achttien was, pionierde ze. Maar ze ging een dubbelleven leiden, wat een grote invloed op haar had. Ze vertelt: „Wat er nog over was van mijn geweten gaf me een schuldig gevoel. Ik was doodongelukkig.” Op een
1 De naam is veranderd. 15. Waarom moeten we constant vechten om
naar Gods wil te leven? 16, 17. (a) Wat moeten we doen als we een ernstige zonde hebben begaan? (b) Wat kunnen we leren van het voorbeeld van Anne? 15 APRIL 2013
Doe ijverig moeite om anderen te helpen ook een deel van Jehovah’s organisatie te worden
dag werd Jakobus 5:14, 15 op de vergadering besproken. Anne realiseerde zich dat ze hulp nodig had en ging naar de ouderlingen. Ze zegt over die tijd: „Die verzen zijn als een recept dat Jehovah voorschrijft om geestelijk weer gezond te worden. Het is een bittere pil, maar wel een die geneest. Ik heb die Bijbelse raad opgevolgd en het werkte.” Dat is nu een paar jaar geleden en Anne dient Jehovah weer enthousiast en met een goed geweten. 18 Het is een groot voorrecht in de laatste dagen te leven en deel uit te maken van Jehovah’s geweldige organisatie. Dat moeten we altijd waarderen. Laten we daarom als gezin ons best doen altijd op de vergaderingen te zijn, ijverig naar oprechte mensen te zoeken en gebruik te maken van het geestelijke voedsel dat we krijgen. Ook willen we de broeders die de leiding nemen ondersteunen, en leven zoals God het wil. Dan zullen we bijblijven met Jehovah’s organisatie en het nooit moe worden „te doen wat voortreffelijk is”! 18. Waar moeten we ons best voor doen?
31
WIST JE DIT?
Is de tempel van Jeruzalem na het jaar 70 ooit herbouwd? JEZUS zei over Jehovah’s tempel dat er geen steen op de andere zou worden gelaten, een profetie die uitkwam toen het Romeinse leger onder aanvoering van Titus in 70 Jeruzalem verwoestte (Matth. 24:2). Later had keizer Julianus plannen om de tempel te herbouwen. Julianus is wel de laatste heidense keizer van Rome genoemd. Hij was een neef van Constantijn de Grote en kreeg een ’christelijke’ opvoeding. Maar toen hij in 361 tot keizer was uitgeroepen, verwierp hij openlijk de verontreinigde vorm van het christendom van zijn tijd en koos hij voor het heidendom. In geschiedenisboeken wordt hij vaak „Julianus de Afvallige” genoemd. Julianus had een enorme hekel aan het christendom. Een reden daarvoor kan zijn dat hij als kind van zes had gezien hoe vertegenwoordigers van de
kerk zijn vader en andere familieleden vermoordden. Volgens kerkhistorici moedigde Julianus de Joden aan hun tempel te herbouwen, in de hoop dat daarmee bewezen zou worden dat Jezus een valse profeet was.1 Het staat vast dat Julianus van plan was de tempel te herbouwen. Historici zijn het er niet over eens of hij daar ook echt aan begonnen is, en zo ja, waar´ ´ om het werk dan werd gestopt. Maar een ding is zeker: nog geen twee jaar nadat Julianus aan de macht was gekomen, werd hij vermoord, en zijn plannen gingen met hem het graf in. 1 Jezus voorzei niet dat de tempel nooit herbouwd zou worden, maar wel dat die verwoest zou worden. Dat is in het jaar 70 ook gebeurd.
De tempel zoals die er in Jezus’ tijd uitgezien kan hebben, met daaronder de huidige situatie
Op de Tempelberg staat nu de Koepel van de Rots Photo: Todd Bolen/BiblePlaces.com
s
Dit tijdschrift en andere publicaties zijn gratis te downloaden op www.jw.org /nl
Je kunt de Nieuwe-Wereldvertaling ook online lezen
w13 04/15-O