HA700+ Draadloos alarmsysteem met ingebouwde telefoonkiezer Werkt volledig met batterijen Installatie- en bedieningshandleiding
1
INHOUD INLEIDING EN ALGEMENE PUNTEN ...................................................................................... 3 VOORPROGRAMMERING ....................................................................................................... 3 1. INHOUD VAN HET PAKKET .............................................................................................. 5 2. PLANNEN VAN DE INSTALLATIE ..................................................................................... 6 3. INSTALLEREN EN PROGRAMMEREN VAN HET STATION............................................. 8 3.1 Installeren en programmeren van het alarmstation ............................................... 8 3.1.1 Systeemomschrijving ................................................................................ 8 3.1.2 Installeren van het systeem ...................................................................... 9 3.1.3 Programmeren van de persoonlijke code ............................................... 11 3.1.4 Instellen van het soort alarm ................................................................... 11 3.1.5 Inloopvertraging bij binnenkomen ........................................................... 11 3.1.6 Alarm vertraging ....................................................................................... 12 3.1.7 Frequentieverzadiging ............................................................................ 12 3.1.8 Pieptonen toetsen ................................................................................... 12 3.2 Installeren en programmeren van de accessoires ............................................... 13 3.2.1 Aanleren van de detector ........................................................................ 13 3.2.2 Wissen van detectoren ........................................................................... 13 3.2.3 Aanleren van de afstandsbediening ........................................................ 14 3.2.4 Wissen van afstandsbedieningen ........................................................... 14 3.2.5 Aanleren van het draadloze toetsenpaneel ............................................. 14 3.2.6 Wissen van het draadloze toetsenpaneel ............................................... 14 3.2.7 Verwijderen van alle accessoires ............................................................ 14 3.3 Programmeren van de telefoonkiezer .................................................................. 15 3.3.1 Programmeren van de waarschuwingsboodschap ................................. 15 3.3.2 Programmeren van telefoonnummers ..................................................... 15 3.3.3 Wissen van telefoonnummers ................................................................. 15 4. BEDIENING VAN HET ALARMSTATION ......................................................................... 16 4.1 Inschakelen van het systeem .............................................................................. 16 4.1.1 Alles inschakelen (ruimte 1 en 2 actief) .................................................. 16 4.1.2 Gedeeltelijk inschakelen (ruimte 1 actief en ruimte 2 inactief) ................ 16 4.2 Uitschakelen van het systeem ............................................................................. 16 4.3 Deurbel modus .................................................................................................... 17 4.4 Test modus .......................................................................................................... 17 5. FUNCTIEOVERZICHT ...................................................................................................... 18 6. BEDIENING EN INSTALLATIE VAN ACCESSOIRES ...................................................... 19 6.1 Afstandsbediening HA700R .................................................................................. 19 6.2 Passieve infrarode bewegingsdetector (PIR) SA68P .......................................... 19 6.3 Deur/raam(magnetisch) openingsdetector SA68M .............................................. 22 7. HET STATION RESETTEN ............................................................................................... 24 8. SPECIFICATIES................................................................................................................ 25 9. VERKLARING VAN CONFORMITEIT............................................................................... 25 10. PRODUCTGARANTIE....................................................................................................... 26 11. AFVOEREN ....................................................................................................................... 26 12. ONDERHOUD ................................................................................................................... 26 13. VEILIGHEID ....................................................................................................................... 26
2
INLEIDING EN ALGEMENE PUNTEN GEFELICITEERD, u hebt zojuist een grote stap gezet in het beschermen van uzelf en uw huis met inboedel tegen inbraak en diefstal. Uiteraard biedt een alarmsysteem geen absolute garantie tegen deze vergrijpen, maar het schrikt voldoende af.
VOORPROGRAMMERING De accessoires van de HA700+ zijn voorgeprogrammeerd in de fabriek met een standaard configuratie zodat de installatietijd tot een minimum beperkt wordt. U hoeft namelijk alleen: De batterijen in de detectoren en de afstandsbediening te installeren Alle onderdelen aan de muur te bevestigen De batterijen te installeren, het station te bevestigen en dit aan te sluiten op uw telefoonaansluiting (zie pagina 9). Programmeer uw boodschap en de telefoonnummers (zie pagina 15)
BEDIENING VAN HET SYSTEEM MET DE VOORGEPROGRAMMEERDE CONFIGURATIE Configuratie van de detectoren: magnetische detector SA68M : geprogrammeerd in ruimte 1 bewegingsdetector SA68M : geprogrammeerd in ruimte 2
Station volledig ingeschakeld Deze modus wordt alleen gebruikt wanneer er niemand thuis is. In deze modus laten alle detectoren het systeem af gaan.
Station gedeeltelijk ingeschakeld Deze modus wordt gebruikt wanneer u thuis bent. In deze modus, laat alleen de magnetische detector het systeem afgaan omdat de bewegingsdetector is uitgeschakeld. BELANGRIJK Als de gedefinieerde parameters niet overeenkomen met uw wensen, of wanneer u extra accessoires moet installeren, ga dan naar het deel ACCESSOIRES AANLEREN voor het aanleren of aanpassen van de relevante detector(en).
3
INLEIDING We raden sterk aan om deze gids zorgvuldig door te lezen voordat u begint met de installatie, en de installatie-instructies in de juiste volgorde uit te voeren waarbij u de onderdelen op een tafel legt (als u accessoires toevoegt of aanpast). Het alarmsysteem HA700+ is ontworpen volgens de volgende uitgangspunten:
Eenvoudige installatie: Iedereen kan dit systeem installeren. Het vereist geen speciale kennis op het gebied van beveiliging. Er is geen speciaal gereedschap nodig.
Eenvoudig in gebruik: Het systeem wordt ingeschakeld (volledig of gedeeltelijk) en uitgeschakeld via een afstandsbediening door een druk op de knop.
Flexibiliteit: Het systeem HA700+ kan aan uw behoeften worden aangepast. Dankzij de ingebouwde telefoonkiezer, wordt u gewaarschuwd bij een poging tot inbraak. Het biedt de mogelijkheid om één of meerdere detectoren overeenkomend met een onbezette beveiligde ruimte in te schakelen (garage, begane grond, kantoor, tuinschuur, etc.) wanneer u thuis bent.
Eenvoudig mee te nemen wanneer u verhuist: Indien nodig kan het systeem eenvoudig gedemonteerd worden en vervolgens in uw nieuwe huis weer worden geïnstalleerd.
Zelfvoorzienend: Omdat alle onderdelen van het systeem op batterijen werken, kan het systeem geïnstalleerd worden in ruimtes waar geen 220V beschikbaar is.
Betrouwbaarheid: Alle onderdelen van het systeem HA700+ worden onderworpen aan strikte kwaliteitscontroles om er zo voor te zorgen dat uw huis jarenlang beveiligd is. Elk onderdeel werkt op een goedgekeurde frequentie (868,35 MHz), gereguleerd door Europese normen. (CE + RTTE), volkomen veilig (codering ingesteld in de fabriek uit meer dan 268 miljoen mogelijkheden), wat geen risico op storingen oplevert bij uzelf of bij uw buren.
4
1. INHOUD VAN HET PAKKET HA700+ Het alarm pakket zou de volgende onderdelen moeten bevatten: • 1 x Station HA700C
• 1 x Draadloze bewegingsdetector (PIR) SA68P
• 1 x Draadloze deur/raam (magnetische) detector SA68M
• 1 x Afstandsbediening HA700R
Ook bijgevoegd: • Installatie- en bedieningshandleiding • Bevestigingsset • 4x 1,5V (LR20) batterijen • 1x 3,6V Lithium batterij • 1x 3,6V Lithium batterij • 1x 3V CR2032 Lithium batterij
(HA700) (SA68P) (SA68M) (HA700R)
BELANGRIJK Controleer of alle genoemde onderdelen in de verpakking zitten. 5
2. PLANNEN VAN DE INSTALLATIE Door de afwezigheid van kabels is een draadloos alarmsysteem erg eenvoudig te installeren. Het kan eenvoudig veranderd worden omdat het makkelijk is een detector naar een efficiëntere locatie te verplaatsen indien nodig. Op deze manier hoeft u zich geen zorgen te maken of u wel direct de perfecte installatie realiseert. Voor u verder gaat met de installatie is het belangrijk de inbraakrisico's voor uw huis zorgvuldig in kaart te brengen en in het bijzonder de openingen naar buiten toe. Zo bepaalt u de beste plaatsen en het aantal infrarood of magnetische detectoren, en de noodzaak voor het installeren van een externe sirene etc.
Alhoewel de HA700+ tot 20C accessoires kan gebruiken (10 per ruimte), dient u te bedenken dat niet alle ruimtes beveiligd hoeven te worden: Het wordt aanbevolen niet alleen de belangrijkste uitgangen te beschermen of die waardoor een inbraak het meest waarschijnlijk is, maar ook de ruimtes waar een doorgang is (hal, gang) en die waar waardevolle spullen staan. Ieder huis heeft zijn eigen plattegrond en bovenstaande tekening is alleen ter indicatie. Een magnetische detector SA68M in een opening beschermt het raam en de deur. We hebben niet alleen de woonkamer met daarin het geluidssysteem, de televisie, de videorecorder, etc. beveiligd met een infrarode detector SA68P, maar ook de slaapkamer en de garage. Het alarmstation is geplaatst in de gang. Het dient over het algemeen geplaatst te worden op een centrale plaats, niet zichtbaar door de ramen.
6
BELANGRIJKE OPMERKING VOOR DE INSTALLATIE Dit deel bevat belangrijke informatie over de bediening van het systeem en de accessoires. ADVIES VOOR DE INSTALLATIE 1. De accessoires uit de set zijn al geprogrammeerd in het station, MAAR extra accessoires moeten aangeleerd worden door het station zodat ze met elkaar kunnen communiceren. 2. De accessoires hebben een initialisatievertraging, het is daarom noodzakelijk 5 tot 10 minuten voordat u start met programmeren of testen de batterijen in de accessoires te plaatsen. 3. Om de nieuwe accessoires eenvoudiger te leren kennen, legt u, voor het monteren op de geplande locatie, alle delen die geprogrammeerd moeten worden voor u op een tafel. BEDIENING VAN HET SYSTEEM 1. Als de bewegingsdetectoren zijn geïnstalleerd (deksel gesloten), hebben ze een batterijsparend systeem wat de detector ongeveer 1 minuut na elke detectie uitschakelt en de indicatordiode blijft uitgeschakeld. Op deze manier kost continue beweging voor een PIR geen stroom. Daarom dient u, wanneer u het systeem test in de normale modus, twee minuten te wachten voordat u langs de detector loopt. 2. De berekening van de levensduur van de batterijen is theoretisch, het verbruik van de gemiddelde detector kan variëren, en test- en installatiefases vragen significant meer stroom. Daarom zal de eerste set batterijen ook niet zo lang meegaan als wordt aangegeven. De volgende set batterijen zal langer meegaan omdat dan het programmeren en testen niet meer nodig is. De levensduur van twee jaar is daarom gegeven als een indicatie en kan variëren afhankelijk van verschillende factoren (uitgevoerde test, passeerfrequentie voor de PIR detectoren, aantal deuren/ramen, etc.). 3. De microschakelaars in de magnetische detector mogen niet gewijzigd worden, tenzij u een extern contact gebruikt (zie pag. 24). TELEFOONKIEZER EN SPLITSEN 1. De telefoonkiezer van het station gedraagt zich als een traditionele telefoon, daarom kunnen er zowel vaste als mobiele nummers mee gebeld worden. Wanneer u te maken hebt met een alles in 1 oplossing, staat uw internetprovider u toe uw traditionele telefoon rechtstreeks op hun BOX aan te sluiten. Wanneer u hiervoor kiest, kunt u de telefoonkiezer aansluiten om dit correct te laten werken. 2. Denk erom dat in sommige zeldzame gevallen het aansluiten van een telefoonkiezer op een BOX een verlies van synchronisatie, en daardoor dus een probleem in de werking op kan leveren. Wanneer u tegen zulke problemen aanloopt, dient u het pull-out filter (geleverd door uw internet serviceprovider) te vervangen door een master filter (dit is een filter met een verbeterde filtercapaciteit), wat het verlies van synchronisatie aan zal pakken. 3. Als een telefoon reeds is aangesloten op een BOX telefoonuitgang, dient u een splitter met 1 ingang en 2 uitgangen aan te schaffen (1 voor de telefoon en de ander voor de kiezer).
7
3. INSTALLEREN EN PROGRAMMEREN VAN HET STATION 3.1 3.1.1
Installeren en programmeren van het alarmstation Systeemomschrijving
A. Paniek LED B. Ruimte 2 LED C. Ruimte 1 LED D. STATUS LED E. Batterij bijna leeg LED F. Microfoon
G. Toetsenpaneel H. Luidspreker (100dB) I. Bevestigingsopeningen J. Sabotagecontact K. Telefoonaansluiting
L. Voedingsadapter (niet meegeleverd) M. Kabelgoot N. Metalen montagebeugel O. Bevestigingsschroef P. Batterijdeksel
LED GELUID
Status
Lange Gaat gedurende 3 pieptoon seconden aan Knippert 3 keer Frequentie verzadiging Alarm elke 3 seconden Afgaan van het alarm Alarm Afgaan van het sabotagecontact Alarm Paniek ruimte of Alarm sabotagecontact van het station Batterij van de accessoires bijna Pieptoon leeg Batterij van het station is bijna Pieptoon leeg
Ruimte 1
Ruimte 2
Paniek
Plaatsen van de batterij
*1: *2: *3: *4: *5:
8
*1,*5 *1, *2, *4, *5 *1,*2,*5 *1,*5 Eenmaal per seconde *3 Driemaal per seconde *3
Tijdens het alarm, knippert de LED eenmaal per seconde. De LED knippert afhankelijk van de ruimte waar het alarm afgaat. De LED voor “batterij bijna leeg” gaat uit als het systeem in de testmodus staat. In de deurbel modus, geeft het station een “ding-dong” geluid. Het alarm gaat alleen af wanneer het station is ingeschakeld in tegenstelling tot het afgaan in de paniekruimte of door het sabotagecontact wat in elke station modus gebeurt (behalve in de test modus).
3.1.2 Installeren van het systeem LOCATIE VAN HET STATION De volgende aspecten dient u in overweging te nemen wanneer u een plaats kiest voor het monteren van het station: Controleer of een inbreker die bij het station wil komen gedwongen wordt een uitgang die beschermd wordt door een magnetische detector te nemen of voor een infrarode detector langs moet lopen. Het station dient gemonteerd te worden bij een telefoonaansluiting of bij de BOX. Het station dient uit het zicht van mogelijke inbrekers en op een veilige plaats gemonteerd te worden die eenvoudig toegankelijk is voor onderhoud aan het systeem. Om het risico van elektromagnetische storingen uit te sluiten, dient u het station niet te plaatsen op een afstand van minder dan 1 meter van grote voorwerpen of metalen apparaten, koelkasten, wasmachines, hoogspanningskabels, schakelborden, etc. Om de best mogelijke ontvangst te verkrijgen dient de montagehoogte boven de grond ten minste 1,5 m te zijn. Het station dient te worden gemonteerd op een stabiele, vlakke ondergrond om ervoor te zorgen dat het sabotagecontact op de achterkant optimaal gesloten wordt. Het dient gemonteerd te worden op een hoogte van 1,5 tot 2 meter op een plaats die dagelijks zichtbaar is. Het wordt aanbevolen het station op zo'n manier te plaatsen dat het uitgezonden signaal tijdens het weggaan/binnenkomen gehoord kan worden buiten het gebouw. Let op: Het is belangrijk het station buiten bereik van jonge kinderen te houden.
HET STATION MONTEREN 1.
Gebruik de mal op de laatste pagina van deze 2. handleiding om de plaats van de gaten op de muur af te tekenen. Boor 4 gaten van 6 mm
3.
9
Bevestig de metalen plaat op de 2 onderste gaten, waardoor de bovenste schroeven 5-6 mm uit kunnen steken.
Open het compartiment op het achterpaneel van de HA700
4.
Plaats de 4 LR20 alkaline batterijen.
en bevestig deze aan de metalen beugel met de schroef.
5. Sluit het compartiment op het achterpaneel van de HA700. 6.
Sluit de telefoonkabel aan
7. Monteer het alarmsysteem op zijn plaats.
Uw alarmsysteem is nu gereed HET VERVANGEN VAN DE BATTERIJEN VAN HET STATION Wanneer de batterijen van het station vervangen moeten worden, zal het station elke 30 seconden een pieptoon uitzenden en de gele LED zal knipperen. Om de batterijen te vervangen: Zet het station in de test modus (zie pag. 18). Haal het station van de muur en open het compartiment op de achterkant van de HA700+. Vervang de batterijen. Sluit nu het compartiment op de achterkant van de HA700+ en hang het station terug op zijn plaats. Verlaat de test modus (zie pag. 18). 10
Programmeren van het station 3.1.3 Programmeren van de persoonlijke code Een persoonlijke code dient eerst opgeslagen te worden met behulp van de toetsen van het alarmstation. U dient deze code te kiezen, deze wordt gebruikt om het systeem in of uit te schakelen. Om de code te wijzigen: Voer de in de fabriek ingestelde code 1234 in. Druk vervolgens op toets 6, een lange pieptoon wordt uitgezonden en de STATUS LED gaat knipperen. Voer uw 4-cijferige persoonlijke code in. Druk vervolgens op toets 6 om de wijziging te bevestigen, een lange pieptoon wordt uitgezonden ter bevestiging van de wijziging. Om uw code nogmaals aan te passen, herhaalt u voorgaande instructies, maar vervangt u de fabriekscode door uw persoonlijke code.
3.1.4 Instellen van het soort alarm Het station geeft u de keuze tussen 2 soorten alarmen in het geval van een alarm. Modus 1: Sirene + kiezer Voer 1234 (of uw persoonlijke code) in, gevolgd door 0 en vervolgens 1. In deze modus zal het station, in het geval van een alarm, een signaal geven en de kiezer zal de geprogrammeerde nummers bellen (voor programmeren van de ingebouwde kiezer, ga naar pag. 15). Modus 2: Stille modus/alleen de kiezer Voer 1234 (uw persoonlijke code) in, gevolgd door 0 en vervolgens 2. In deze modus zal het station, in het geval van een alarm, geen signaal geven maar de kiezer zal de geprogrammeerde nummers bellen (voor programmeren van de ingebouwde kiezer, ga naar pag. 15). LET OP: Modus 1 is de normale fabrieksinstelling.
3.1.5 Inloopvertraging bij binnenkomen In deze modus kunt u kiezen of het station een uitschakelvertraging van 15 seconden opneemt tussen de detectie en het afgaan van het alarm. Om de vertraging in of uit te schakelen: Voer de in de fabriek ingestelde code 1234 (of uw persoonlijke code) in. Druk vervolgens op toets 0 en vervolgens op de 6, een lange pieptoon wordt uitgezonden en de STATUS LED gaat knipperen. Druk toets 1 in om in te schakelen OF toets 2 om uit te schakelen, een pieptoon ter bevestiging wordt uitgezonden. De uitloopvertraging is vastgezet op 15 seconden en kan niet worden aangepast. LET OP: De inloopvertraging bij binnenkomen is in de fabriek uitgeschakeld.
11
3.1.6 Alarmduur Dit gaat over de inschakeltijd van de ingebouwde sirene wanneer een alarm afgaat. De inschakelduur kan worden ingesteld op 1, 2 of 3 minuten. Om de duur te wijzigen: Voer de in de fabriek ingestelde code 1234 (of uw persoonlijke code) in. Druk vervolgens op toets 0 en vervolgens op de 4, een lange pieptoon klinkt en de STATUS LED gaat knipperen. Kies de duur van het alarm. Druk toets 1 voor 1 minuut OF toets 2 voor 2 minuten OF toets 3 voor 3 minuten, een pieptoon klinkt ter bevestiging. LET OP: In de fabriek is de duur ingesteld op 1 minuut.
3.1.7 Frequentie verzadiging Het station heeft een radiostoring detectie-functie op zijn frequentie, voor storingen die mogelijk de verbindingen met de accessoires kunnen verstoren. Om deze functie in of uit te schakelen: Voer de in de fabriek ingestelde code 1234 (of uw persoonlijke code) in. Druk vervolgens op toets 0 en vervolgens op de 5, een lange pieptoon klinkt en de STATUS LED gaat knipperen. Druk toets 1 in om in te schakelen OF toets 2 om de functie uit te schakelen, een pieptoon klinkt ter bevestiging. LET OP: De frequentieverzadigingsfunctie is in de fabriek uitgeschakeld.
3.1.8 Pieptonen toetsen U kunt de pieptonen van de toetsen van het station uitschakelen door 1234 (of uw persoonlijke code) in te voeren, gevolgd door 8. Om de pieptonen weer aan te zetten volgt u dezelfde procedure. LET OP: De pieptonen zijn in de fabriek ingeschakeld.
12
3.2 Installeren en programmeren van de accessoires 3.2.1 Aanleren van de detector TABEL: BEDIENING DETECTOR AFHANKELIJK VAN DE INGESCHAKELDE MODI VAN HET STATION INGESCHAKELDE MODI STATION PARAMETERS
RUIMTE 1* RUIMTE 2* PANIEK *
VOLLEDIG INGESCHAKELD
GEDEELTELIJK INGESCHAKELD
UITSCHAKELEN
DETECTOR NIET ACTIEF DETECTOR NIET ACTIEF DETECTOR ACTIEF
DETECTOR ACTIEF DETECTOR ACTIEF
* maximaal 10 detectoren per ruimte Om een detector te programmeren: Voer 1234 (of uw persoonlijke code) in, gevolgd door een *, een lange pieptoon klinkt en de STATUS LED gaat knipperen. -
Druk op de leerknop van de accessoire die toegevoegd wordt om deze toe te voegen (zie de tekening hiernaast). Wanneer het signaal ontvangen is, klinkt er een lange pieptoon en de ruimtes 1, 2 en de PANIEK LED's zullen achtereenvolgens gaan knipperen.
-
Selecteer de detectorruimte. Druk op toets 1 voor ruimte 1, toets 2 voor ruimte 2 en toets 3 voor de PANIEK ruimte, een lange pieptoon wordt uitgezonden.
LET OP: Wanneer een accessoire niet correct wordt gedetecteerd door het station, zal het station na 30 seconden uit de leermodus gaan en zult u de procedure opnieuw uit moeten voeren.
sabotagecontact
SA68P
SA68M SA68M (voorkant) (achterkant)
3.2.2 Wissen van de detectoren Het station kan niet elke accessoire onafhankelijk wissen. Als u een accessoire wilt wissen, dient u alle onderdelen in dezelfde ruimte te wissen. Dat houdt in dat u de andere accessoires uit de gewiste ruimte opnieuw moet programmeren. Om een ruimte te wissen: -
13
Voer 1234 (of uw persoonlijke code) in, gevolgd door een #, een lange pieptoon klinkt en de STATUS LED gaat knipperen. Voer opnieuw 1234 (of uw persoonlijke code) in en selecteer de ruimte die gewist moet worden. Druk op toets 1 voor ruimte 1, toets 2 voor ruimte 2 en toets 3 voor de PANIEK ruimte, een lange pieptoon klinkt.
3.2.3 Aanleren van de afstandsbediening Om een afstandsbediening te programmeren: Voer 1234 (of uw persoonlijke code) in, gevolgd door een *, een lange pieptoon klinkt en de STATUS LED gaat knipperen. Druk de uitschakelknop van de afstandsbediening in. Wanneer het signaal ontvangen is, klinkt er een lange pieptoon. Let op: U kunt maximaal 4 afstandsbedieningen aanleren.
3.2.4 Wissen van de afstandsbedieningen Het station kan niet elke afstandsbediening afzonderlijk wissen. Als u een afstandsbediening wilt wissen, dient u alle afstandsbedieningen te wissen. Dit houdt in dat u elke afstandsbediening opnieuw moet programmeren na het resetten van het geheugen. Om alle afstandsbedieningen te wissen: Voer 1234 (of uw persoonlijke code) in, gevolgd door een #, een lange pieptoon klinkt en de STATUS LED gaat knipperen. Voer nogmaals 1234 (of uw persoonlijke code) in, gevolgd door een 4, een lange pieptoon klinkt.
3.2.5 Aanleren van het draadloze toetsenpaneel Om het toetsenpaneel te programmeren: Voer 1234 (of uw persoonlijke code) in, gevolgd door een *, een lange pieptoon klinkt en de STATUS LED gaat knipperen. Druk op het sabotagecontact op het toetsenpaneel. Wanneer het signaal ontvangen is, klinkt er een lange pieptoon. Let op: Er kan slechts één draadloos toetsenpaneel aangeleerd worden.
3.2.6 Wissen van het draadloze toetsenpaneel Om het draadloze toetsenpaneel te wissen: Voer 1234 (of uw persoonlijke code) in, gevolgd door een #, een lange pieptoon klinkt en de STATUS LED gaat knipperen. Voer nogmaals 1234 (of uw persoonlijke code) in, gevolgd door een 5, een lange pieptoon klinkt.
3.2.7 Verwijderen van alle accessoires U kunt alle in het station opgeslagen accessoires wissen zonder de andere programma's te beïnvloeden. Om alle accessoires te wissen: Voer 1234 (of uw persoonlijke code) in, gevolgd door een #, een lange pieptoon klinkt en de STATUS LED gaat knipperen. Voer nogmaals 1234 (of uw persoonlijke code) in, gevolgd door een 0, een lange pieptoon klinkt.
14
3.3 Programmeren van de telefoonkiezer 3.3.1 Programmeren van de waarschuwingsboodschap Tijdens een gesprek geeft het station een boodschap die u van te voren op dient te nemen. De maximale tijdsduur van de boodschap is 6 seconden. Om de boodschap op te nemen. Voer 1234 (of uw persoonlijke code) in, gevolgd door een 5, de STATUS LED gaat knipperen. Ga ongeveer 20-30 cm van het station staan om uw boodschap op te nemen. Wanneer uw boodschap minder dan 6 seconden duurt, drukt u op de * toets om de opname te stoppen. Om uw boodschap aan te passen, neemt u gewoon een nieuwe boodschap op die de oude vervangt.
3.3.2 Programmeren van telefoonnummers U kunt maximaal 4 telefoonnummers opslaan, die na elkaar gebeld zullen worden (in de volgorde van opslaan) bij een alarm. Om de telefoonnummers op te slaan: Voer 1234 (of uw persoonlijke code) in, gevolgd door een 7, de STATUS LED gaat knipperen. Voer het betreffende telefoonnummer in. Eindig met * Volg dezelfde procedure voor de overige nummers. Wanneer u geen enkel nummer invoert, zal het station automatisch na 30 seconden uit de programmeer modus gaan.
3.3.3 Wissen van telefoonnummers Het station kan niet elk nummer afzonderlijk wissen. Als u een nummer wilt wissen, dient u alle nummers te wissen. Dit houdt in dat u elk telefoonnummer opnieuw moet programmeren na het resetten van het geheugen. Om alle telefoonnummers te wissen: Voer 1234 (of uw persoonlijke code) in, gevolgd door een 9, de STATUS LED gaat knipperen. Voer nogmaals 1234 (of uw persoonlijke code) in, gevolgd door een 9, een lange pieptoon klinkt om het wissen van de telefoonnummers te bevestigen. Het station gaat na 15 seconden automatisch uit de wismodus of wanneer u 1234 (of uw persoonlijke code), gevolgd door 4 intikt.
15
4. BEDIENING VAN HET ALARMSTATION 4.1 Inschakelen van het systeem Tijdens het inschakelen van het systeem, in welke modus dan ook, is er een uitloopvertraging van 15 seconden. De eerste 10 seconden zijn stil, dan klinkt er elke seconde een piep, gevolgd door een lange pieptoon aan het eind van de vertraging om de inschakeling te bevestigen. Het systeem kent een volledig en een gedeeltelijk ingeschakelde modus. VOLLEDIG INGESCHAKELD: alle detectoren worden ingeschakeld GEDEELTELIJK INGESCHAKELD: alleen de detectoren van ruimte 1 worden ingeschakeld Voorbeeld: Het systeem kan zo geconfigureerd worden dat 's nachts alleen de detectoren op de benedenverdieping, de buitendeur en de garage ingeschakeld zijn zonder dat de detectoren op de bovenverdieping zijn ingeschakeld zodat u vrij rond kunt lopen zonder het alarm af te laten gaan.
4.1.1 Alles inschakelen (ruimte 1 en 2 actief) Op het station: - Voer 1234 (of uw persoonlijke code) in, gevolgd door 1. Op de afstandsbediening: - Druk op de toets Op het draadloze toetsenpaneel: - Voer 1234 (of uw persoonlijke code) in, gevolgd door
.
4.1.2 Gedeeltelijk inschakelen (ruimte 1 actief en ruimte 2 inactief) Op het station: - Voer 1234 (of uw persoonlijke code) in, gevolgd door 2. Op de afstandsbediening: - Druk op de toets Op het draadloze toetsenpaneel: - Voer 1234 (of uw persoonlijke code) in, gevolgd door
4.2 Uitschakelen van het systeem Op het station: - Voer 1234 (of uw persoonlijke code) in, gevolgd door 4. Op de afstandsbediening: - Druk op de toets Op het draadloze toetsenpaneel:
16
.
- Voer 1234 (of uw persoonlijke code) in, gevolgd door
.
4.3 Deurbel Modus U kunt het station instellen als deurbel. In deze modus klinkt er een “ding-dong” wanneer u voor een bewegingsdetector langsloopt of wanneer u een deur of raam opent waar een magnetische detector op is gemonteerd. VOORZICHTIG: In deze modus zijn de sabotagecontacten en de detectoren in de paniekruimte altijd actief en kunnen het station af laten gaan. Om het station in te stellen als deurbel: - Voer 1234 (uw persoonlijke code) in, gevolgd door 3.
4.4 Testmodus Het station kan in de testmodus gezet worden om het station te testen of om werk aan een accessoire uit te voeren (bijv. het verwisselen van een batterij) zonder dat het alarm afgaat (station, sirene en/of kiezer). Om het station in de testmodus te zetten: Voer 1234 (of uw persoonlijke code) in, gevolgd door een 03, de STATUS LED licht eenmaal op en een pieptoon wordt uitgezonden ter bevestiging dat het station in de testmodus staat.
Accessoire test Wanneer het station in de testmodus staat, kunt u elke detector activeren door een beveiligde ruimte in te lopen of een beveiligde deur/raam te openen. Elke keer dat een detector wordt geactiveerd, klinkt er uit het station een pieptoon om aan te geven dat er een signaal is ontvangen. U kunt ook het sabotagecontact van elke detector testen door de behuizing te openen. Bij elke activering van een sabotagecontact geeft het station een pieptoon. Om de afstandsbediening te testen drukt u simpelweg op een van de toetsen. Elke keer dat er een toets wordt ingedrukt, geeft het station een pieptoon.
Testen van de telefoonkiezer U kunt de telefoonkiezer van het station testen op bijvoorbeeld verbindingsfouten. Om de kiezer te testen, drukt u gedurende 3 seconden op 9. Het station belt het eerste opgeslagen nummer. Als u alle nummers wilt testen, dient u een alarm te simuleren en het station te laten bellen zonder dit te onderbreken. Om deze test uit te voeren kunt u het station in de stille modus zetten (zie pag. 11). Om het station uit de testmodus te halen: Druk op de *, de STATUS LED licht eenmaal op en een pieptoon klinkt ter bevestiging dat het station uit de testmodus is. LET OP: Het station zal na 10 seconden automatisch uit de testmodus gaan.
17
5. FUNCTIETABEL Procedure op het station
Functie
1234+01
Alarmmodus #1
1234+02
Alarmmodus #2
1234+03
Testmodus
1234+04 1234+05 1234+06 1234+1 1234+2 1234+3 1234+4 1234+5 1234+6 1234+7 1234+8 1234+9 1234+* 1234+#
LET OP:
Functie omschrijving Het station geeft een signaal en de kiezer zal de geprogrammeerde nummers bellen. Het station geeft geen signaal en de kiezer zal de geprogrammeerde nummers bellen. Het station laat een “ding-dong” geluid horen bij een detectie of een sabotagecontact signaal.
Druk gedurende 3 seconden op Schakelt de externe sirene aan/uit 8. Druk gedurende 3 seconden op Belt het eerste telefoonnummer. 9. Duur van het alarm Stelt de duur van het alarm in. 1 of 3 minuten Frequentie verzadiging Detecteert radiostoringen. Inloopvertraging Stelt de duur van de inloopvertraging in. 0 of 15 sec. Volledig inschakelen Schakelt het hele systeem in (ruimte 1 + ruimte 2) Gedeeltelijke inschakelen Schakelt een deel van het systeem in (ruimte 1) Het station maakt een deurbelgeluid in het geval van Deurbelmodus een detectie. Uitschakelen Schakelt het station uit. Alarmboodschap Slaat de alarmboodschap op (maximaal 6 seconden) Persoonlijke code Wijzigt de persoonlijke code. Programmeren van Registreren van de telefoonnummers die gebeld telefoonnummers dienen te worden bij een alarm. Schakelt pieptonen wanneer er toetsen worden Pieptonen toetsen ingedrukt aan of uit. Wist alle telefoonnummers die in het station zijn Wissen van telefoonnummers opgeslagen. Programmeren van Om accessoires te programmeren. accessoires Verwijderen van alle Verwijdert alle accessoires. accessoires
Code 1234 is de code die is ingesteld in de fabriek. Als u een persoonlijke code hebt ingesteld, dient u deze code te gebruiken.
18
6. BEDIENING EN INSTALLATIE VAN ACCESSOIRES 6.1 Afstandsbediening HA700R Met de afstandsbediening kunt u verschillende functies van uw station activeren (uitschakelen, volledig inschakelen, gedeeltelijk inschakelen, paniek- en testmodus). De afstandsbediening heeft een paniekschakelaar die, wanneer deze wordt ingedrukt, onmiddellijk een compleet alarm veroorzaakt wanneer het systeem is inof uitgeschakeld (behalve als het systeem in de testmodus staat). De afstandsbediening gebruikt een CR2032 lithium batterij die, onder normale omstandigheden, een levensduur van meer dan 2 jaar heeft. Als de batterij in goede staat is, gaat de LED op de afstandsbediening constant branden wanneer er een toets wordt ingedrukt.
Batt erij A LED
E Paniekschakelaar
B Volledig inschakelen F Sleutelhanger C Gedeeltelijk inschakelen G Negatieve polariteit D Uitschakelen H Positieve polariteit
Als de batterij echter in slechte staat is, gaat de LED op de afstandsbediening knipperen wanneer er een toets wordt ingedrukt. In dit geval dient u de batterij zo snel mogelijk te vervangen.
PLAATSEN OF VERWISSELEN VAN DE BATTERIJ -
Gebruik een muntstuk om de achterkant los te schroeven en te verwijderen. Als u de batterij vervangt, dient u de oude te vervangen. Plaats de batterij zo dat de kant met de + markering zichtbaar is. Plaats de achterkant terug.
BELANGRIJK: Wanneer u een afstandsbediening kwijtraakt dient u alle in het geheugen van het station opgeslagen afstandsbedieningen te wissen (volg de instructies op pag. 14), en leer vervolgens de afstandsbedieningen die u nog heeft opnieuw aan.
6.2 Passieve infrarode bewegingsdetector (PIR) SA68P PIR detectoren zijn ontworpen om beweging in een beveiligde ruimte te detecteren door het waarnemen van veranderingen in de infrarode straling wanneer een persoon beweegt binnen of door het gezichtsveld van de detector. Wanneer beweging wordt waargenomen wordt er een alarmsignaal uitgezonden (als het systeem is ingeschakeld en de alarmzone actief is). Let op: De PIR detectoren detecteren ook dieren, zorg er dus voor dat huisdieren geen toegang hebben tot de ruimtes waar de PIR detectoren zijn geplaatst als het systeem is ingeschakeld. De PIR detector werkt op een 3,6V 1200mAh lithium batterij die onder normale omstandigheden een levensduur van 4 jaar heeft. Als de spanning van de batterij minder wordt, met de PIR in de normale modus en het batterijdeksel op zijn plaats, zal de LED achter het detectievenster knipperen bij het detecteren van beweging. Wanneer dit gebeurt dienen de batterijen zo snel mogelijk vervangen te worden. 19
HET KIEZEN VAN EEN MONTAGEPLAATS De PIR detector is alleen geschikt voor montage in droge ruimtes. De aanbevolen positie voor een PIR detector is in de hoek van een kamer op een hoogte tussen de 1,8 en 2 m. Op deze hoogte heeft de detector een maximaal bereik van 10 meter met een gezichtsveld van 110°, met de positie van de printplaat ingesteld op 5. De positie van de printplaat in de PIR kan op 5 verschillende posities worden ingesteld om het bereik van de detector aan te passen. Het instellen van de printplaat in positie 3 vermindert het bereik tot ongeveer 7 m, waarbij positie 1 een bereik van ongeveer 5 m geeft. De aanbevolen instelling voor de printplaat is positie 5.
2m
Printplaat positie 1 3 5
Bereik 5m 7m 10m
Wanneer u een besluit neemt over de plaats waar u de detector wilt monteren, dient u de volgende punten in overweging te nemen om een probleemloze werking te garanderen: 1. 2. 3. 4.
Plaats de detector niet gericht naar een raam of waar deze is blootgesteld aan direct zonlicht. PIR detectoren zijn niet geschikt voor gebruik in serres. Plaats de detector niet waar deze is blootgesteld aan ventilatoren. Plaats de detector niet rechtstreeks boven een hittebron (bijv. vuur, radiator, boiler, etc.). Waar mogelijk monteert u de detector in de hoek van de kamer zodat het logische pad van een insluiper door het waaiervormige detectiepatroon loopt. PIR detectoren reageren effectiever op beweging dwars op het apparaat dan rechtstreeks er naartoe gericht.
Sens -
Sens +
Plaats de detector niet in een positie waar deze blootgesteld wordt aan sterke trillingen. 5.
Zorg ervoor dat de voor de PIR detector gekozen positie zich binnen het effectieve bereik van het systeem bevindt, (zie de handleiding voor installatie en bediening van het systeem).
Let op: Wanneer het systeem is ingeschakeld dienen huisdieren niet in de met een PIR beveiligde ruimte te komen omdat hun bewegingen de PIR af laten gaan en een alarm genereert.
20
DE PIR DETECTOREN INSTALLEREN (Zorg dat het systeem in de testmodus staat). 1.
2.
Draai de bevestigingsschroef van de onderkant van de PIR los en verwijder deze. Haal vervolgens de detector aan de onderkant voorzichtig weg van het achterdeksel en schuif deze dan omlaag om de haakjes aan de bovenzijde te ontgrendelen. Boor voorzichtig de benodigde montagegaten in het achterdeksel met een 3mm boor afhankelijk van hoek of muur montage.
Let op: De eerste montagegaten zijn voor montage in een hoek terwijl de tweede montagegaten voor montage op een vlakke muur zijn. 3. 4.
5. 6.
7.
2e
Met het achterdeksel als mal markeert u de posities van de bevestigingsgaten op de muur. 1e Bevestig het achterdeksel aan de muur met de twee 18mm No.4 schroeven en 25mm muurpluggen, (een 5mm gat is nodig voor de muurpluggen). Draai de schroeven niet te strak aan omdat dit het deksel kan vervormen of schade kan veroorzaken. Configureer de PIR detector als hieronder beschreven. Onthoud dat bij de eerste installatie het apparaat getest dient te worden en daarvoor in de looptest modus dient te staan. Controleer of de printplaat op de juiste plaats zit en op de juiste positie is ingesteld om het vereiste detectiebereik te verkrijgen. Om de positie van de printplaat in te stellen schuift u deze op en neer om te zorgen dat de plaatsingspootjes overeenkomen met de positie die op de printplaat gemarkeerd is. Om de PIR-detector weer op het achterdeksel en plaats de haakjes in de bovenrand van het achterdeksel. Duw de onderkant van de detector op zijn plaats en plaats de schroef in de onderrand van de PIR om deze vast te zetten. Draai de schroeven niet te strak aan omdat dit de behuizing kan beschadigen.
DE PIR DETECTOREN INSTELLEN Op de printplaat van de PIR detector zit een DIP schakelaar met twee standen (SW2) Wanneer de looptest wordt uitgevoerd dient u ervoor te zorgen dat SW2 als volgt is ingesteld: 1. DIP1 van SW2 wordt gebruikt om de PIR detector te configureren voor de looptest modus, waardoor u de werking van de detector kunt controleren tijdens de installatie zonder een volledig alarm af te laten gaan. AAN looptest modus UIT normale modus SW2 AAN UIT
DIP1 √
DIP2 √
DIP-schakelaar (SW2)
21
Let op: Bij de eerste installatie van de detector moet deze in de looptest modus worden ingesteld zodat hij klaar is om te testen. Na voltooiing van de looptest, zet u DIP 1 van SW2 op UIT voor de normale detectie modus. 2. De PIR detector heeft een anti-vals alarm functie die is ontworpen om situaties waarin de detector kan worden beïnvloed door veranderingen in de omgeving (bijvoorbeeld insecten, luchttemperatuur, etc.) te compenseren. Deze functie wordt "gevoeligheid detectie" genoemd en er kan worden gekozen voor een hoge of lage detectie. De aanbevolen instelling is hoge detectie gevoeligheid. Echter, in extreme gevallen van omgevingsproblemen of als er onduidelijke valse alarmen voorkomen, kan het noodzakelijk zijn om lage detectie-gevoeligheid in te stellen. Stel de gewenste gevoeligheid van detectie met behulp DIP2 van SW2 als volgt in: AAN: hoge gevoeligheid detectie UIT : lage gevoeligheid detectie Let op: Hoe hoger de gevoeligheid, hoe minder beweging er nodig is voor de PIR detector om het alarm af te laten gaan.
6.3 Deur/raam (magnetisch) openingsdetector SA68M Het magnetische contact bestaat uit twee delen; een detector en een magneet. Ze zijn ontworpen om op deuren of ramen geplaatst te worden met de magneet gemonteerd op de opengaande deel en de detector gemonteerd op het kozijn. Het openen van de beveiligde deur/raam zal het magnetische veld onderbreken en een alarm genereren (als het systeem is ingeschakeld en de alarmzone actief is). De detector werkt op een 3,6V 1200mAh lithium batterij die onder normale omstandigheden een levensduur van meer dan 5 jaar heeft. Onder normale batterijcondities met het batterijdeksel geplaatst zal de LED op de detector niet gaan branden wanneer de detector geactiveerd wordt (tenzij in de testmodus). Echter wanneer de batterij bijna leeg is licht deze LED op wanneer de detector geactiveerd wordt. Wanneer dit gebeurt dient de batterij zo snel mogelijk vervangen te worden. Voor extra veiligheid, zijn er twee sabotageschakelaars gemonteerd op de detector. (AFB. 2) Het verwijderen van de detector van de beveiligde deur/raam of het verwijderen van de batterijklep zullen een volledig alarm af doen gaan. Het magnetische contact is een op zichzelf staand bedraad magnetisch contact. Het contact dient een normaal gesloten contact te zijn, met contacten die onderbroken dienen te worden om een alarm te genereren. HET KIEZEN VAN EEN MONTAGEPLAATS De detector met het magnetische contact is alleen geschikt voor montage in droge binnenruimtes. Beslis welke deuren/ramen beschermd moeten worden door de detectoren met het magnetische contact, doorgaans zijn dit minimaal de voor- en achterdeuren . Extra detectoren kunnen ook geplaatst worden op andere kwetsbare ramen of deuren (bijv. garage, patio-/serredeuren, etc.). Let op: Wees voorzichtig bij het bevestigen van de detector aan een metalen frame, of montage binnen 1m van metaalwerk (d.w.z. radiatoren, waterleidingen, etc.) omdat dit invloed kan hebben op het radiobereik van het apparaat. Het kan noodzakelijk zijn om de magneet en de detector uit de buurt van het metalen oppervlak te brengen met een plastic of houten afstandhouder om het noodzakelijke radiobereik te bereiken. INSTALLEREN VAN DE MAGNETISCHE CONTACTDETECTOREN Zorg dat het systeem in de testmodus staat. 1.
2.
22
Draai de bevestigingsschroef van de onderkant van de detector los en verwijder deze. Verwijder het accudeksel door deze weg te schuiven en dan op te tillen. (Gebruik GEEN schroevendraaier om het deksel omhoog te wrikken.) Plaats de meegeleverde 3,6V lithium batterij met de negatieve pool (-) richting van de batterijveer.
3.
Plaats de detector op het vaste deel van het kozijn tegenover de scharnieren met behulp van de meegeleverde dubbelzijdige tape of de schroeven. Voor het bevestigen van de detector met schroeven; plaats de sleutelgat-opening bovenin de detector over de kop van de kleinere platkopschroef. Zet de onderkant van de detector in het batterijcompartiment vast met behulp van de 12mm verzonken schroef. U moet het midden van het bevestigingsschroefgat uitboren met een 3mm boor. Draai de schroeven niet te strak aan omdat dit de behuizing kan vervormen of beschadigen.
4.
Plaats de magneet op het bewegende deel van de deur / het raam tegenover de detector met de dubbelzijdige tape of 15mm schroeven. Zorg ervoor dat de parallelle gleuf tussen de magneet en de detector minder dan 10mm is en dat de pijl op de magneet wijst naar en uitgelijnd is met de detector.
5.
Als er verschillende ramen beveiligd moeten worden, verwijdert u de meegeleverde op zichzelf staande bedrading en past u de bedrading aan volgens de hieronder beschreven specificaties. Dit moet worden aangesloten op de aansluitklemmen in het batterijcompartiment, in serie geschakeld. Het bedrade contact moet worden aangesloten met behulp van twee-aderige kabel (24AWG) met een maximale lengte van 1,5m. Er is een opening voor de kabel naast de aansluitklemmen.
6.
Plaats het batterijdeksel terug.
HET INSTELLEN VAN DE DETECTOREN MET MAGNETISCH CONTACT
Sabotageschakelaar Sabotageschak elaar
Sabotageschakelaar
1.
Op de printplaat van de detector zit een DIP schakelaar met twee standen (SW2).
2.
DIP schakelaars 1-2 worden gebruikt voor het in-/uitschakelen van het interne of externe magnetische contact. Als u de DIP1 DIP-schakelaar (SW2) & DIP2 op ‘UIT’ zet, zal alleen het interne contact actief zijn. Wanneer twee contacten tegelijk in gebruik zijn voor de interne en externe aansluiting, zal een activering worden gezien als een van de contacten geopend wordt; terwijl alle contacten gesloten moeten zijn, om de detector te laten handelen als Aan/Uit selectie. DIP1 van SW2 DIP2 van SW2 gesloten.
3.
Als er externe contacten zijn aangesloten op de detector, zet u DIP1 op ‘UIT’ en DIP2 op ‘AAN’.
AAN UIT
Intern aan Intern uit
BELANGRIJK: Als externe contacten niet zijn aangesloten, zet u DIP 1 op 'AAN' en DIP2 op 'UIT' zodat de detector correct kan werken. 4.
23
Om met het controlepaneel te communiceren, moet de ID-code van de detector aangeleerd worden door het controlepaneel. Door op de sabotageschakelaar naast de printplaat of achterop de detector te drukken zal de detector de ID-code meteen naar het Controlepaneel sturen, mits het bedieningspaneel in de zone setupmodus staat.
Extern aan Extern uit
7. HET STATION RESETTEN U kunt het station resetten om alle accessoires, de boodschap, de telefoonnummers en de persoonlijke code te wissen. Om het station te resetten: -
Zet het station in de testmodus als dit mogelijk is (zie pag. 18). Demonteer het station van zijn plaats en open het compartiment op het achterpaneel van de HA700. Verwijder de batterijen. Verplaats de jumper voor het resetten.
Positie om het station te resetten Wacht 5 minuten Plaats de batterijen weer terug, het station piept en de STATUS LED gaat gedurende 3 seconden branden. Zet de jumper terug op zijn oorspronkelijke plaats.
-
Vooraf ingestelde positie Sluit nu het compartiment op het achterpaneel van de HA700. Monteer het station weer op zijn plaats.
Fabrieksinstellingen Inschakelmodus Persoonlijke code
Uitgeschakeld 1234
Pieptonen toetsen
Actief
Alarmmodus
Sirene/kiezer beide actief
Alarm duur
1 minuut
Frequentie verzadiging
Uitgeschakeld
Inloopvertraging van 15 seconden
Uitgeschakeld
24
8. SPECIFICATIES Algemene technische kenmerken: Frequentie : 868,35 MHz in ASK voor detectoren, afstandsbedieningen en extern toetsenpaneel. Bedrijfstemperatuur : -10 °C tot +45 °C Luchtvochtigheid : < 90% Bereik : 300 m in het open veld voor detectoren, afstandsbedieningen en extern toetsenpaneel. Station HA700C 2 radiozones individueel te programmeren, met tot 10 detectoren op te nemen per zone. 1 paniekruimte (24u/24u bewaking) voor elke detector, met tot 10 detectoren per zone. 5 LED's (zone 1, zone 2, paniek, STATUS en ) Automatisch aanleren van de radiocommunicatiecode op het station. Programmeerbare inloopvertraging van 0 of 15 seconden. Uitloopvertraging van 15 seconden Programmeerbare alarmduur van 1 of 3 minuten. TEST modus Sabotagebeveiliging bij openen en verwijdering Niet-vluchtig geheugen Ingebouwde sirene (95dB op 1m) Telefoonaansluiting (vaste lijn) Werkt op batterijen of accu's (4x 1,5V LR20) Passieve infrarode bewegingsdetector PIR SA68P Batterij : 3,6V 1200mAh Lithium Frequentie : 868 MHz Bedrijfstemperatuur : -10° tot +50° Magnetische detector SA68M voor ramen/deuren Batterij : 3,6V 1200mAh Lithium Frequentie : 868 MHz Bedrijfstemperatuur : -10° tot +50° Afstandsbediening HA700R 5 functies: Volledig inschakelen, gedeeltelijk inschakelen, uitschakelen, testmodus en paniek Vaste communicatiecode (2exp 28) Radiobereik: 100 m in het open veld LED (bedrijf en batterij bijna leeg) Sleutelring Lithium knoopcel 3V (CR2032) meegeleverd Frequentie : 868 MHz
9. VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING Hierbij verklaart Smartwares dat het toestel in overeenstemming is met de essentiële eisen en de andere relevante bepalingen van richtlijn 1999/5/EG. Ga naar www.smartwares.eu voor het document van conformiteit of scan de QR code.
25
10. PRODUCT GUARANTIE Dit product heeft een fabrieksgarantie volgens de EU richtlijnen. De Garantie termijn duurt het aantal jaren zoals is aangegeven op de verpakking, starten op de aankoopdatum. Bewaar de kassabon – bewijs van aankoop is nodig om aanspraak te kunnen maken op de garantie. In geval van problemen kunt u contact opnemen met de winkel waar u het product heeft gekocht. Voor verdere product informatie kunt u bellen met onze Hotline of bezoek onze website: www.smartwares.eu . Hier kunt u ook uw product registreren.
11. VERWIJDERING Correcte verwijdering van dit product (elektrische & elektronische afvalapparatuur). Dit merkteken op het product of het bijbehorende informatiemateriaal duidt erop dat het niet met ander huishoudelijk afval verwijderd moet worden aan het einde van zijn gebruiksduur. Om mogelijke schade aan het milieu of de menselijke gezondheid door ongecontroleerde afvalverwijdering te voorkomen, moet u dit product van andere soorten afval scheiden en op een verantwoorde manier recyclen, zodat het duurzame hergebruik van materiaalbronnen wordt bevorderd. Huishoudelijke gebruikers moeten contact opnemen met de winkel waar ze dit product hebben gekocht of met de gemeente waar ze wonen om te vernemen waar en hoe ze dit product milieuvriendelijk kunnen laten recyclen. Zakelijke gebruikers moeten contact opnemen met hun leverancier en de algemene voorwaarden van de koopovereenkomsten nalezen. Dit product moet niet worden gemengd met ander bedrijfsafval voor verwijdering. * *
Lever lege batterijen altijd in bij een van de daarvoor bestemde inzamelpunten. Als de batterij is ingebouwd in het product, open het en verwijder de batterij.
12. ONDERHOUD De toestellen zijn onderhoudsvrij, dus maak ze niet open. De garantie vervalt als je het apparaat opent. Reinig enkel de buitenkant van de toestellen met een zachte, droge doek of borstel. Vóór u ze reinigt, haal de toestellen uit alle spanningsbronnen. Gebruik geen carboxylisch schoonmaakmiddelen of benzine, alcohol of gelijkaardige producten. Deze werken agressief op het oppervlak van de toestellen. Bovendien zijn de dampen gevaarlijk voor je gezondheid en ontbrandbaar. Gebruik geen scherpe instrumenten, schroevendraaiers, metalen borstels of gelijkaardige dingen om te reinigen. Waarschuwing: Bescherm batterijen tegen vuur, hitte en zon.
13. VEILIGHEID * * * * * * * * * * 26
Alle elektrische verbindingen en verbindingskabels moeten voldoen aan de juiste regels en overeenkomen met de bedieningsinstructies. Overbelast de elektrische stopcontacten of verlengsnoeren niet; dit kan anders leiden tot brand of elektrische schok. Neem contact op met een expert in geval je twijfels hebt over de bedieningswijze, de veiligheid of de aansluiting van de apparaten. Hou alle delen uit het bereik van kinderen. Zet dit voorwerp niet op natte, erg koude of warme plaatsen; dit kan de elektronische circuitborden beschadigen. Vermijd vallen of schokken; dit kan de elektronische borden beschadigen. Vervang beschadigde stroomkabels nooit zelf! In dit geval verwijder ze uit het net en breng de toestellen naar de winkel. Herstellingen of openen van dit voorwerp mag enkel gebeuren door een erkende hersteller. Draadloze systemen kunnen gestoord worden door draadloze telefoons, microgolfovens en andere draadloze toestellen die werken op het bereik van 2,4GHz. Hou het systeem MINSTENS op 3m afstand van de toestellen tijdens installatie en bediening. Batterijen niet inslikken. Houd batterijen buiten het bereik van kinderen.