vonnis RECHTBANK DEN HAAG Team Handel Zittingsplaats Den Haag
zaaknummer / rolnummer: C/09/397580 / HA ZA 11-1939 Vonnis van 19 juni 2013 in de hoofdzaak en in het incident in de zaak van 1. de rechtspersoon naar buitenlands recht INFORMA EUROPE B.V.B.A., gevestigd te Wolvertem, België, 2. A, wonende te Brussel, België, 3. B, wonende te Wolvertem, België, eisers in conventie, verweerders in reconventie, verweerders in het incident, advocaat mr. D. Knottenbelt te Rotterdam, tegen 1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid MULTI TASKING BEHEER B.V., gevestigd te Bodegraven, 2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid M.T. HOLDING B.V., gevestigd te Bodegraven, 3. C, wonende te Bodegraven, gedaagden in conventie, eisers in reconventie, eisers in het incident, advocaat mr. M. Dorgelo te Amsterdam.
Eisers in conventie, verweerders in reconventie tevens verweerders in het incident worden hierna afzonderlijk Informa, A en B genoemd en tezamen Informa c.s. (in enkelvoud). Gedaagden in conventie, eisers in reconventie tevens eisers in het incident worden hierna afzonderlijk Multi Tasking, MT Holding en C genoemd en tezamen Multi Tasking c.s. (in enkelvoud). Voor Informa c.s. wordt de zaak inhoudelijk behandeld door mr. J.S. Hofhuis, advocaat te Amsterdam. Voor Multi Tasking c.s. wordt de zaak inhoudelijk behandeld door de advocaat voornoemd en door mr. J.Y. Steyt en mr. J.W. Bogaardt, advocaten te Amsterdam respectievelijk Wassenaar.
C/09/397580 / HA ZA 11-1939 19 juni 2013
1.
2
De procedure
1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit: - de inleidende dagvaardingen van 15 juni 2011; - de akte overlegging producties van 29 juni 2011 van Informa c.s., met producties 1 tot en met 26; - de conclusie van antwoord in conventie en van eis in reconventie van 28 augustus 2011 van Multi Tasking c.s., met producties 1 tot en met 11, waarin beroep is gedaan op onbevoegdheid van deze rechtbank om kennis te nemen van de eis in conventie; - de conclusie van antwoord van 12 oktober 2011 van Informa c.s. in het als incident aangemerkte beroep op onbevoegdheid van Multi Tasking c.s.; - het vonnis in het bevoegdheidsincident van 25 januari 2012, waarbij de rechtbank zich onbevoegd heeft verklaard kennis te nemen van de door Informa ingestelde vorderingen tegen Multi Tasking; - de incidentele conclusie houdende exceptie van gedeeltelijke onbevoegdheid in reconventie van Informa c.s. van 7 maart 2011; - de incidentele conclusie tot het treffen van een provisionele voorziening van 7 maart 2012 van Multi Tasking c.s., met een productie; - de conclusie van antwoord van 4 april 2012 van Multi Tasking c.s. in het door Informa c.s. opgeworpen bevoegdheidsincident; - de conclusie van antwoord van 4 april 2012 van Informa c.s. ten aanzien van de door Multi Tasking c.s. verzochte provisionele voorziening, met producties 27 tot en met 30; - het vonnis in het incident tot het treffen van een provisionele voorziening van 16 mei 2012, waarbij Multi Tasking c.s. niet ontvankelijk is verklaard in de door haar verzochte provisionele voorzieningen en de beslissing over de kosten is aangehouden tot de beslissing in de hoofdzaak; - het vonnis in het bevoegdheidsincident in reconventie van 27 juni 2012, waarbij de rechtbank zich onbevoegd heeft verklaard kennis te nemen van de door Multi Tasking in reconventie ingestelde vorderingen tegen Informa; - de conclusie van antwoord in reconventie van 8 augustus 2012; - het tussenvonnis van 5 september 2012 waarbij een comparitie van partijen is gelast; - het proces-verbaal van de comparitie van partijen van 12 december 2012 (waar de mogelijkheid tot pleiten is geboden) met de daarin genoemde stukken (waaronder de brief van 28 november 2012 van mr. Hofhuis met de akte ten behoeve van comparitie houdende producties, toelichting op producties en wijziging van eis van Informa c.s. van 12 december 2012, met producties 31 tot en met 52; de brief van 28 november 2012 van mr. Dorgelo met stukken ter voorbereiding van de comparitie, en een akte producties van Multi Tasking c.s., met productie 12; de brief van 11 december 2012 van mr. Dorgelo met een kostenverantwoording; de brief van 11 december 2012 van mr. Hofhuis met een overzicht van kosten; de pleitaantekeningen van Informa c.s. en van Multi Tasking c.s.). 1.2.
Ten slotte is de datum voor het vonnis nader bepaald op heden.
2.
De feiten
2.1. Vanaf 1977 houdt A, advocaat te Brussel, zich bezig met de ontwikkeling van software bestemd voor advocatenkantoren. Deze software wordt onder de naam Cicero op de markt gebracht in België, Luxemburg en Nederland (hierna: de Cicero software).
C/09/397580 / HA ZA 11-1939 19 juni 2013
3
2.2. Eind jaren tachtig is A in contact gekomen met C. C toonde belangstelling voor een positie als distributeur van de Cicero software en kreeg de beschikking over een demoversie. In verband daarmee is door C op 20 januari 1990 een verklaring met de volgende tekst ondertekend: Ondergetekende, R.W. C Verklaart hierbij een demopakket van cicero international te hebben ontvangen zijnde, installatie op hun tulipcomputer 386 en een handleiding. Hij verklaart te handelen voor zichzelf en voor de vennootschap en maakt zich sterk dat alle kenmerken en know how van het pakket geheim zal worden gehouden, zodat noch hij noch enige vennootschap, noch enige derde voor hem of de vennootschap, noch door middel van hen een pakket zal worden gemaakt en verkocht dat kan concurreren tegen vermeld pakket. Partijen zullen verder onderhandelen voor eventuele verdeling in belgië.
2.3. Vanaf 1992 wordt de Cicero software geëxploiteerd door Informa. A en B zijn de enige aandeelhouders van deze vennootschap. A is de enige bestuurder. 2.4. Sinds haar oprichting in 1990 heeft Multi Tasking zich gericht op het automatiseren van advocatenkantoren en andere juridische dienstverleners in Nederland. MT Holding is enig aandeelhouder en bestuurder van Multi Tasking. C is enig aandeelhouder en bestuurder van MT Holding. 2.5. Op 28 september 1991 hebben Informa en Multi Tasking een overeenkomst gesloten met betrekking tot de distributie van de Cicero software door Multi Tasking in Nederland (hierna: de distributieovereenkomst). De distributieovereenkomst bevat onder meer de volgende bepalingen (Multi Tasking wordt hierin aangeduid als “de verdeler”): Artikel 1. Definities a. CICERO LawPack International Het standaard software pakket voor advocaten verdeeld onder de naam CICERO LawPack International, waarvan de eigendomsrechten toebehoren aan de heer Jan A, advocaat te Brussel, die aan INFORMA het exclusief exploitatierecht heeft verleend. b. Eigenaar Alle rechten, waaronder het volledige eigendomsrecht, het auteursrecht op alles wat het pakket inhoudt aan analyse, conceptie, tekeningen, modellen, interface, schermlayouten, technieken daartoe, bronnen, uitvoerbare codes, handleidingen behoren exclusief de heer Jan A toe. c. Pakket Al de programma’s. batchbestanden, tekstbestanden en macro’s, behoudens de runtimes, die als directe uitvoerbare code door een gebruiker kunnen toegepast worden op een computer en de standaard software samenstellen. d. standaard software Het pakket is samengesteld uit een reeks van programma’s, batchbestanden, tekstbestanden en macro’s die ontwikkeld zijn door ofwel de eigenaar ofwel INFORMA volgens een vaststaande analyse en conceptie, waaraan geen wijzigingen kunnen aangebracht worden tenzij door de eigenaar of INFORMA zelf. e. Runtimes De programma’s die INFORMA bij derden betrekt en die noodzakelijk zijn om het pakker op een computer uit te voeren.
C/09/397580 / HA ZA 11-1939 19 juni 2013
4
f. Tools De programma’s, bestanden die de eigenaar of INFORMA bij een derde betrekt, om de bronnen tot uitvoerbare code te compileren en te linken en om het pakket uitvoerbaar te maken of in toepassing te ondersteunen. Artikel 2. Voorwerp INFORMA verleent hierbij aan de verdeler aan de in de volgende artikelen bepaalde essentiële voorwaarden een persoonlijk, niet overdraagbaar en niet-exclusief distributierecht over het pakket en de runtimes voor het grondgebied Nederland. Artikel 3. Distributierecht Onder distributierecht verstaan partijen, het recht om het voorwerp van de distributie te verdelen rechtstreeks aan de eindgebruiker onder de vorm van gebruikersrechten aan de bij INFORMA Europe B.V.B.A. geldende gebruikersvoorwaarden. Artikel 4. Duur De overeenkomst is aangegaan voor een onbeperkte duur, waaraan ieder van de partijen een einde kan stellen mits de betekening van een vooropzeg van drie maanden bij aangetekend schrijven. Artikel 5. Kommercialisatie INFORMA zal de verdeler steunen door: - een pakket van de software ter beschikking te stellen voor demo doeleinden. - teksten voor het opmaken van handleidingen voor te bereiden en ter beschikking te stellen. (…) - installatie- en/of update diskettes van het pakket ter beschikking te stellen voor de installatie en update aan de diensten van de verdeler. INFORMA kan weliswaar voor de update van het pakket rechtstreeks met de klant onderhandelen, mits de distributeur daarvan op de hoogte te brengen. - mutaties in het pakket per release schriftelijk mede te delen. De verdeler zal instaan voor: - het aanpassen van de commentaar- en veldteksten in de programma’s en van de handleiding aan de nederlandse markt en het maken van de definitieve handleidingen voor de eindgebruikers. - een actieve, goede en vlotte marketing, kommercialisatie, installatie en support (daaronder begrepen opleidingen aan de eindgebruikers) van het pakket door haar diensten. Artikel 6. Prijzen (annexe) De afnameprijs bij Informa voor de verdelersrechten en de voorwaarden van betaling zijn vastgesteld in annexe 1. Artikel 7. Toekenning van de gebruikersrechten De voorwaarden waaronder de verdeler aan de eindgebruikers gebruikersrechten zal tal toekennen, moeten minstens gelijk zijn aan diegene bedongen in de algemene en bijzondere voorwaarden van INFORMA Europe B.V.B.A., die integraal deel uitmaken van huidige overeenkomst en waarvan een kopij aan huidige overeenkomst wordt gehecht. Artikel 8. Vorderingen De verdeler zal tegen INFORMA Europe B.V.B.A. geen enkel verhaal kunnen uitoefenen om welke redenen ook. Evenmin zal de verdeler, indien toch een vordering zou worden ingesteld, schadevergoeding kunnen eisen. Dit is een essentiële voorwaarde waaronder het contract is tot stand gekomen en op basis van dewelke de afnameprijzen zijn vastgelegd. Indien een rechtsmacht of arbitragekollege tegen de inhoud van het contract in, om welke motivering en op welke rechtsgrond ook, hetzij van contractuele of extra-contractueel aard, toch beslist INFORMA Europe B.V.B.A. te mogen veroordelen tot een schadevergoeding, dan zal de verdeler of een derde hetzij uit haar hoofde, rechtstreeks of onrechtstreeks, geen hogere schadevergoeding eisen, noch uitvoeren voor een bedrag hoger dan
C/09/397580 / HA ZA 11-1939 19 juni 2013
5
de helft van de afnameprijs van een maand, dit laatste berekend op een gemiddelde over de vorige maanden van het kalenderjaar die voorafgaan aan de maand tijdens dewelke de vordering voor inleiding is betekend. (…) Artikel 9. Know how De verdeler verbindt zich ertoe om alle informatie, know how omtrent het product geheim te houden. Die verbintenis blijft bestaan ook na het einde van de overeenkomst. De verdeler verbindt zich eveneens om gedurende de duur van het contract en tot vijf jaar na de beëindiging van het contract geen gelijksoortig produkt voor de advokatenmarkt te ontwikkelen, te laten ontwikkelen, op de markt te brengen of te verdelen. Artikel 10. Geschillen Voor de toepassing van dit contract geldt de belgische wetgeving en elk geschil behoort tot de bevoegdheid van de belgische rechtsmacht. (…) Artikel 11. Aansprakelijkheid – risico verzekering Hierbij wordt er herhaald dat INFORMA Europe B.V.B.A. geen enkele aansprakelijkheid aangaat, noch voor wat ook kan verantwoordelijk gesteld worden. De verdeler verklaart expliciet af te zien vanwelke vordering ook jegens INFORMA Europe B.V.B.A. De verdeler verklaart tevens dat het contract en de prijzen zijn aangegaan op basis van dat gegeven. (…)
2.6. Informa stelde nieuwe versies, updates van en handleidingen voor de Cicero software beschikbaar via een voor Multi Tasking toegankelijk netwerk. Multi Tasking installeerde (upgrades van) de Cicero software bij afnemers en meldde aan Informa hoeveel gebruikersplekken zij zou voorzien van de Cicero software. Informa stelde daarop een digitale sleutel beschikbaar die gebruikers in staat stelde de Cicero software te gebruiken. Op basis van haar eigen opgave, droeg Multi Tasking licentievergoedingen af aan Informa. Voor presentatie- en demonstratiedoeleinden beschikte Multi Tasking over een demoversie van de Cicero software. 2.7. In 2006 is Informa c.s. gebleken dat Multi Tasking met behulp van de demoversie de Cicero software bij meer gebruikers had geïnstalleerd dan zij had gemeld bij Informa. Deze gebruikers betaalden een vergoeding aan Multi Tasking, terwijl Multi Tasking voor hen geen vergoeding afdroeg aan Informa. Na gesprekken tussen partijen is een aantal gebruikers (alsnog) aangemeld en hebben Informa en Multi Tasking de samenwerking voortgezet. De distributieovereenkomst bleef van kracht. 2.8. Naar aanleiding van dit voorval is de Cicero software in 2008 zodanig aangepast dat het niet langer mogelijk was (ongelimiteerd) nieuwe versies en upgrades van de Cicero software te installeren met behulp van de demoversie zonder dat Informa daarvan op de hoogte was. Met gebruikmaking van de demoversie van de software konden nog wel oude versies van de Cicero software worden geïnstalleerd. 2.9. In februari 2011 werd Informa benaderd door een Amsterdams advocatenkantoor dat klachten had over de Cicero software. Informa was niet op de hoogte van het feit dat dit kantoor – met acht werkplekken – door Multi Tasking was voorzien van de Cicero software. Bij Informa c.s. rees het vermoeden dat Multi Tasking opnieuw (of nog steeds) zonder dat aan Informa te melden en zonder dat daarvoor aan Informa een vergoeding werd afgedragen gebruikers voorzag van een – inmiddels verouderde – versie van de Cicero software.
C/09/397580 / HA ZA 11-1939 19 juni 2013
6
2.10. Daarnaast ontving Informa c.s. signalen waaruit zij meende te kunnen opmaken dat door Multi Tasking, althans door met Multi Tasking verbonden personen of ondernemingen, de ontwikkeling van software voor advocatenkantoren ter hand was genomen, waarbij concurrentie met Cicero software dreigde. Vanaf oktober 2010 werd een softwarepakket bestemd voor advocatenkantoren aangekondigd, aanvankelijk onder de naam Magister Legal, later onder de naam Actuarius, onder meer per e-mail en via de website www.actuarius.nl. In een e-mail van 5 november 2010 aan een advocatenkantoor heeft C geschreven dat Actuarius de naam was van de nieuwe versie van de Cicero software. 2.11. Informa heeft de distributieovereenkomst met onmiddellijke ingang ontbonden bij brief aan Multi Tasking van 18 maart 2011. Hiervoor voerde zij als gronden aan: de door Multi Tasking verleende “piraatlicenties”, het niet tijdig upgraden van bij afnemers geïnstalleerde software en “ernstige wanprestatie en inbreuken op de essentiële voorwaarden van het contract”. 2.12. Bij beschikking van 18 maart 2011 heeft de voorzieningenrechter van deze rechtbank Informa c.s. verlof verleend tot het leggen van conservatoir bewijsbeslag onder Multi Tasking c.s., alsmede tot het leggen van conservatoir beslag op een aantal onroerende zaken van C en conservatoir derdenbeslag op banktegoeden van Multi Tasking c.s. onder ABN AMRO Bank N.V. Op 22 maart 2011 heeft Informa c.s. de beslagen laten leggen. Bij beschikking van 26 april 2011 van de voorzieningenrechter van deze rechtbank is de termijn voor het instellen van de eis in de hoofdzaak verlengd. Blijkens het proces-verbaal van beslaglegging van 22 maart 2011 is het volgende in bewijsbeslag genomen: - Mogelijke relevante digitale bestanden zich bevindende op het in het bedrijfspand aanwezige computersysteem, welke data zijn gekopieerd op 4 DVD-R diskettes genummerd 0001427RFF000031485, 0001427*RFA000031484, 0001427*RFB000031489 en 0001427*RFF000031486. De digitale data, zich bevindende op de diskettes met nummer 0001427RFF000031485 en 00001427*RFA000031484 zijn overgedragen aan de in beschikking genoemde bewaarder, van welke inbewaargeving proces-verbaal is opgemaakt. De DVD-R diskettes genummerd 0001427*RFB000031489 en 0001427*RFF000031486 zijn aan gerekwestreerden afgegeven.
2.13. In het vonnis van de voorzieningenrechter van 30 mei 2011 is het Multi Tasking – onder meer – verboden de Cicero software openbaar te maken en te verveelvoudigen, is haar geboden opgave te doen van informatie over afnemers en gebruikers, en is haar geboden haar afnemers die zij buiten de distributieovereenkomst om heeft voorzien van de Cicero software bij brief te informeren. In reconventie zijn opgeheven de ten laste van MT Holding en C gelegde conservatoire bewijsbeslagen en de beslagen onder ABN AMRO Bank en het onder C gelegde beslag op bepaalde onroerende zaken. De uitspraak in reconventie is niet uitvoerbaar bij voorraad verklaard. Op 20 juni 2011 heeft Informa c.s. hoger beroep ingesteld tegen het kortgedingvonnis van 30 mei 2011. In deze appèlprocedure zijn nog geen grieven genomen. 2.14. Op 1 juli 2011 is Multi Tasking c.s. door Informa gedagvaard in een bodemprocedure voor de Belgische rechter waarin – onder meer – wordt gevorderd vast te stellen dat Multi Tasking in strijd heeft gehandeld met de bepalingen van de distributieovereenkomst door de ontwikkeling, het op de markt brengen of verdelen van een product dat met de Cicero software kan concurreren en een verbod voor Multi Tasking c.s. om dit concurrerende product te ontwikkelen, op de markt te brengen of te verdelen. In die procedure heeft nog geen (verdere) stukkenwisseling plaatsgevonden.
C/09/397580 / HA ZA 11-1939 19 juni 2013
7
2.15. In het vonnis van de voorzieningenrechter van 26 september 2011 heeft de voorzieningenrechter in conventie Multi Tasking c.s. niet ontvankelijk verklaard in haar vordering tot het uitvoerbaar bij voorraad verklaren van de bij vonnis van 30 mei 2011 toegewezen opheffing van de beslagen en zijn de overige vorderingen van Multi Tasking c.s. afgewezen. De vorderingen in reconventie van Informa c.s. tot inzage in de informatie waarop beslag is gelegd, zijn onder in het vonnis (in overweging 4.21) genoemde voorwaarden toegewezen. 2.16. Bij exploot van 18 augustus 2011 is Multi Tasking aangezegd dat zij € 700.000 aan dwangsommen heeft verbeurd wegens overtreding van in het vonnis van 30 mei 2011 opgenomen bevelen. Dezelfde dag heeft Informa executoriaal beslag laten leggen onder ABN AMRO Bank op een bankrekening van Multi Tasking. In het vonnis van de voorzieningenrechter van 15 november 2011 heeft de voorzieningenrechter Multi Tasking niet ontvankelijk verklaard in haar vordering tot opheffing van dit beslag. 3.
Het geschil
in conventie 3.1. A en B vorderen na wijziging van eis – samengevat – voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad: A. voor recht te verklaren dat Multi Tasking inbreuk heeft gemaakt op aan hen toekomende auteursrechten, door de Cicero software openbaar te maken en te verveelvoudigen zonder toestemming van de exploitant van deze rechten, Informa; B. Multi Tasking te verbieden werken waarop auteursrechten van A en B rusten (waaronder begrepen (verouderde versies van) de Cicero software) openbaar te maken of te verveelvoudigen; C. Multi Tasking en de bewaarder te bevelen aan een door Informa c.s. aan te wijzen accountant inzage te verlenen in de in beslag genomen documentatie, en om die accountant toe te staan afschriften te maken van die documentatie; D. Multi Tasking te bevelen aan A en B dwangsommen te betalen in het geval in strijd met het onder B en/of C genoemde wordt gehandeld; E. Multi Tasking te veroordelen aan A en B te betalen een bedrag van € 100.000 als afdracht van € 100.000 van de winst behaald met de illegaal verstrekte Cicero software, waarbij betaling van dit bedrag tevens geldt als betaling van de sub I gevorderde schadevergoeding; A, B en Informa vorderen na wijziging van eis – samengevat – voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad voorts: F. voor recht te verklaren dat MT Holding en C onrechtmatig jegens Informa c.s. hebben gehandeld door als bestuurder en/of als namens Multi Tasking handelende natuurlijk persoon de Cicero software te verhandelen zoals beschreven; G. MT Holding en C te verbieden onrechtmatig jegens Informa c.s. te handelen door (door middel van een andere vennootschap) de Cicero software te verhandelen; H. MT Holding en C te bevelen aan Informa c.s. dwangsommen te betalen in het geval dat in strijd met het sub G en/of I genoemde wordt gehandeld; I. MT Holding en C te veroordelen om een bedrag van € 100.000 aan Informa c.s. te betalen als schadevergoeding, waarbij betaling van dit bedrag tevens geldt als betaling van de sub E gevorderde winstafdracht;
C/09/397580 / HA ZA 11-1939 19 juni 2013
J. K.
8
MT Holding en C te veroordelen om de overige (voor zover deze het sub E gevorderde bedrag te boven gaat) schade te betalen nader op te maken bij staat; Multi Tasking, MT Holding en C te veroordelen in de proceskosten ex artikel 1019h van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (hierna: Rv).
3.2. Informa c.s. voert hiertoe aan, zakelijk weergegeven, dat A en B auteursrechthebbenden zijn ten aanzien van de Cicero software die zij door Informa laten exploiteren. Multi Tasking heeft inbreuk op hun auteursrechten gemaakt door buiten de distributieovereenkomst om, zonder daarvoor (voldoende) licenties te hebben verkregen van Informa en zonder daarvoor een licentievergoeding aan Informa te hebben betaald, de Cicero software te installeren bij een aantal advocatenkantoren in Nederland. Daarnaast heeft Multi Tasking – eveneens in strijd met de distributieovereenkomst – bij haar afnemers oude/demo versies van de Cicero software geïnstalleerd en heeft zij geen upgrades aan haar klanten verstrekt. Ook MT Holding, de bestuurder van Multi Tasking, en C, de bestuurder van MT Holding, zijn hiervoor aansprakelijk en wel op grond van artikel 6:162 van het Burgerlijk Wetboek (hierna: BW). De vorderingen tegen C zijn tevens gebaseerd op overtreding van een concurrentiebeding. De gevorderde inzage in de in beslag genomen documentatie is gebaseerd op artikel 843a Rv. Informa c.s. ondervindt schade van het handelen van Multi Tasking c.s. 3.3.
Multi Tasking c.s. voert verweer.
3.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
in reconventie 3.5. Multi Tasking c.s. vordert – samengevat – voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad: I. voor recht te verklaren dat de verklaring van C van 20 januari 1990 geen gelding heeft, althans niet door Informa c.s. kan worden ingeroepen; II. voor recht te verklaren dat de artikelen 7, 8, 9 en/of 11 van de distributieovereenkomst ongeldig zijn, althans niet door Informa c.s. tegen C en/of MT Holding kunnen worden ingeroepen; III. voor recht te verklaren dat de verplichtingen van Multi Tasking uit de distributieovereenkomst zijn opgeschort en/of dat de distributieovereenkomst partieel is ontbonden/opgezegd; IV. op te heffen de ten laste van Multi Tasking, MT Holding en/of C gelegde beslagen; V. Informa c.s. te verbieden werken waarop auteursrechten van Multi Tasking c.s. rusten openbaar te maken of te verveelvoudigen, daaronder begrepen versies van de Cicero software en de bijbehorende tools en Informa c.s. te gebieden alle versies van Cicero software en de bijbehorende tools af te geven/terug te geven; VI. Informa c.s. hoofdelijk te veroordelen tot betaling van dwangsommen in het geval dat in strijd met de hiervoor genoemde ver- en geboden wordt gehandeld; VII. Voor recht te verklaren dat Informa c.s. hoofdelijk aansprakelijk is voor de schade van Multi Tasking c.s. nader op te maken bij staat, vermeerderd met de handelsrente vanaf 16 mei 2011; VIII. Informa c.s. te veroordelen in de proceskosten ex artikel 1019h Rv.
C/09/397580 / HA ZA 11-1939 19 juni 2013
9
3.6. Multi Tasking c.s. voert hiertoe aan, zakelijk weergegeven, dat om verschillende redenen C niet kan worden veroordeeld de door hem aangegane verbintenis na te komen, dat een aantal van de genoemde bepalingen uit de distributieovereenkomst onredelijk zijn en daarom buiten toepassing dienen te blijven, dat Multi Tasking op grond van de toepasselijke Belgische Alleenverkoopwet het recht heeft de verplichtingen uit de distributieovereenkomst op te schorten en een vordering tot schadevergoeding in te stellen, dat Informa c.s. niet heeft voldaan aan haar verplichtingen uit de distributieovereenkomst, dat zij zonder toestemming van Multi Tasking de door Multi Tasking ontwikkelde delen van de software heeft gebruikt, en dat de door Informa c.s. gelegde beslagen vexatoir zijn. 3.7.
Informa c.s. voert verweer.
3.8.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
4.
De beoordeling
in conventie Bevoegdheid 4.1. In het incidenteel vonnis van 25 januari 2012 naar aanleiding van het door Multi Tasking c.s. opgeworpen bevoegdheidsincident, heeft de rechtbank ten aanzien van de door Informa c.s. bij dagvaarding ingestelde vorderingen, geoordeeld dat zij vanwege de forumkeuze die partijen hebben gemaakt in de distributieovereenkomst, onbevoegd is kennis te nemen van de door Informa ingestelde vorderingen tegen Multi Tasking. Zij heeft daarbij overwogen dat de bevoegdheid om kennis te nemen van de vorderingen van A en B onder meer volgt uit artikel 2 lid 1 Verordening (EG) 44/2001 van de Raad betreffende de rechterlijke bevoegdheden, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken (hierna: EEX-Vo). Ook na de wijziging van eis (waarbij onder meer de vorderingen van Informa tegen Multi Tasking zijn ingetrokken) blijft de rechtbank haar bevoegdheid ten aanzien van de door Informa c.s. tegen MT Holding en C ingestelde vorderingen en de door A en B tegen Multi Tasking ingestelde vorderingen ontlenen aan de vestigings-/woonplaats van Multi Tasking c.s. in haar arrondissement. De bevoegdheid van deze rechtbank is overigens naar aanleiding van de gewijzigde eis in conventie niet meer bestreden. Inbreuk op auteursrechten van A en B 4.2. Door Multi Tasking c.s. wordt niet (voldoende onderbouwd) bestreden dat de Cicero software een auteursrechtelijk beschermd werk is noch dat A en B de auteursrechthebbenden zijn. Multi Tasking c.s. voert weliswaar aan dat Multi Tasking aanspraak kan maken op auteursrechten ten aanzien van door haar ontwikkelde delen van de software, daarmee worden de auteursrechten van A en B op zich nog niet betwist. Evenmin is (voldoende onderbouwd) bestreden dat Informa op grond van een licentie van A en B de Cicero software exploiteerde en dat Multi Tasking haar recht de Cicero software te exploiteren ontleende aan de distributieovereenkomst met Informa. 4.3. A en B hebben hun stellingen betreffende de gestelde auteursrechtinbreuk – onder meer – onderbouwd aan de hand van een overzicht (met onderliggende stukken) van 17
C/09/397580 / HA ZA 11-1939 19 juni 2013
10
advocatenkantoren waar Multi Tasking de Cicero software heeft geplaatst op in totaal 108 verschillende werkplekken zonder dit te melden bij Informa en zonder daarover licentievergoedingen af te dragen aan Informa. A en B hebben berekend dat Multi Tasking voor deze in hun ogen illegale versies van de Cicero software in ieder geval € 126.024,47 aan illegale licentie-inkomsten heeft gegenereerd en daarnaast in ieder geval € 80.371,95 aan illegale inkomsten heeft gegenereerd voor upgrades van de Cicero software. 4.4. Multi Tasking bestrijdt dat zij in strijd met de distributieovereenkomst heeft gehandeld. Wat de afdracht van licentievergoedingen betreft, beroept Multi Tasking zich op een (impliciet) opschortingsrecht. Zij voert aan dat zij naar aanleiding van haar talloze ingebrekestellingen met betrekking tot de gestelde ondeugdelijkheid van de Cicero software nooit van Multi Tasking heeft vernomen. 4.5. Hetgeen partijen aanvoeren met betrekking tot de vraag of Multi Tasking inbreuk heeft gemaakt op auteursrechten ten aanzien van de Cicero software, maakt dat dient te worden onderzocht welke afspraken zijn gemaakt met betrekking tot het verstrekken van gebruiksrechten aan eindgebruikers door Multi Tasking. Uit hetgeen partijen in dit verband aanvoeren volgt dat op grond van de distributieovereenkomst Multi Tasking daartoe gerechtigd was mits zij dit meldde aan Informa en zij aan Informa daarvoor een licentievergoeding betaalde. Ter gelegenheid van de comparitie is van beide zijden naar voren gebracht dat Belgisch recht van toepassing is op de distributieovereenkomst. 4.6. Multi Tasking heeft niet deugdelijk gemotiveerd weersproken dat zij de haar door Informa ter beschikking gestelde demoversie van de Cicero software heeft gebruikt voor het installeren van de Cicero software bij gebruikers zonder Informa daarvoor de vereiste licentievergoeding te betalen of Informa van deze nieuwe gebruikers(plekken) in kennis te stellen. Het verweer dat het bij de door Multi Tasking niet gemelde, maar wel geïnstalleerde software louter om demoversies ging die in afwachting van de verkrijging van een stabiele versie van de software of als ‘testdrive’-software aan aspirant-gebruikers ter beschikking is gesteld, slaagt niet. Dit verweer is niet van enige concrete onderbouwing voorzien, in ieder geval niet waar het de 17 in het overzicht van Informa c.s. genoemde kantoren betreft. Voor zover Multi Tasking c.s. voor de onderbouwing verwijst naar door haar in eerdere korte gedingen overgelegde stukken, zijn die stukken in de onderhavige procedure niet geproduceerd, zodat de rechtbank zich daarover geen oordeel heeft kunnen vormen. Voor zover er wel stukken met betrekking tot de (ervaringen van) gebruikers van door Multi Tasking geïnstalleerde versies van de Cicero software zijn overgelegd, hebben zij geen betrekking op de 17 in het overzicht genoemde kantoren, althans weerspreken zij niet dat de Cicero software op de in dat overzicht genoemde gebruikersplekken door haar is geïnstalleerd en door haar niet aan Informa is gemeld en dat zij voor die gebruikersplekken geen licentievergoeding aan Informa heeft betaald. 4.7. Voorts blijkt uit niets dat Multi Tasking – zoals zij stelt – Informa in gebreke heeft gesteld met betrekking tot de op de in het overzicht van Informa c.s. genoemde gebruikersplekken geïnstalleerde Cicero software. Voor een succesvol beroep op een opschortingrecht is tenminste noodzakelijk dat sprake is van niet (behoorlijke) nakoming door Informa van een op haar rustende verplichting. Dat dat het geval was bij de in het overzicht van Informa c.s. genoemde gebruikersplekken geïnstalleerde Cicero software, is gesteld noch gebleken. Multi Tasking maakt in ieder geval niet duidelijk wat er precies zou schorten aan de door Informa op de markt gebrachte versies van de Cicero software.
C/09/397580 / HA ZA 11-1939 19 juni 2013
11
Enerzijds zouden er volgens Multi Tasking problemen met de Cicero software zijn omdat deze verouderd is, terwijl anderzijds de problemen zouden zijn veroorzaakt doordat nieuwe versies van de Cicero software van gebruikers vergden dat zij gebruik maakten van nieuwe versies van (besturing)software en nieuwe hardware. Voorts is door Multi Tasking niet voldoende onderbouwd dat in geval van de 17 in het overzicht van Informa c.s. genoemde kantoren, ondanks dat de correcte upgrade van de Cicero sofware geïnstalleerd was, er sprake was van gebrekkig werkende software in die mate dat die een opschorting van de verplichting tot afdracht van de licentievergoeding aan Informa rechtvaardigde. Nog los van de vraag of sprake was van gebrekkig functionerende software, is van belang dat geen rechtvaardiging is gesteld of gebleken voor het niet melden door Multi Tasking van de desbetreffende gebruikersplekken aan Informa, zodat daaruit alleen al strijd met de voorwaarden voor het aan gebruikers ter beschikking stellen van de Cicero software kan worden afgeleid. 4.8. Gelet op het voorgaande wordt als vaststaand aangenomen dat Multi Tasking zonder dat Informa c.s. daarvan op de hoogte is gesteld de Cicero software heeft geïnstalleerd op de in het door Informa c.s. overgelegde overzicht genoemde 108 gebruikersplekken bij 17 kantoren, zonder dat zij over deze plekken een licentievergoeding heeft afgedragen aan Informa. Nu niet is komen vast te staan dat haar een beroep toekomt op opschorting, is de slotsom dat Multi Tasking in ieder geval ten aanzien van deze 108 gebruikersplekken geen recht kan ontlenen aan de distributieovereenkomst, zodat sprake is van inbreuk op de auteursrechten van A en B. Dat Belgisch recht op dit punt tot een ander oordeel zou nopen, is gesteld noch gebleken. 4.9. Aangezien Multi Tasking de inbreuk op de hun toekomende auteursrechten blijft betwisten, hebben A en B belang bij de vaststelling dat inbreuk op hun auteursrechten heeft plaatsgevonden en bij een verbod inbreuk te maken. De vorderingen sub A. en B. zullen daarom als in het dictum verwoord worden toegewezen. Nu geen andere inbreuk aan de orde is gesteld dan die op de Cicero software zal het verbod niet op iets anders betrekking kunnen hebben. Ook de sub C. gevorderde inzage in de in beslag genomen documentatie zal worden toegewezen, met dien verstande dat de inzage slechts betrekking kan hebben op A en B, nu hun auteursrechten (en niet ook die van Informa zijn geschonden). Dat eerder in kort geding inzage reeds is toegewezen maakt nog niet dat A en B nu in deze procedure niet ontvankelijk zijn in hun vordering tot inzage in de documentatie. Zoals A en B onbestreden hebben aangevoerd heeft het onderzoek van de accountant beschreven in 4.2 van het kortgedingvonnis van 26 september 2011 nog niet plaatsgevonden. Hun belang is er alleen al in gelegen dat wordt zeker gesteld dat ook na het te wijzen vonnis inzage kan worden verkregen in de in beslag genomen documentatie. De dwangsom zal geen betrekking hebben op gelieerde rechtspersonen nu daarvoor geen rechtsgrond is. Voorts wordt de dwangsom inclusief het maximum gematigd. 4.10. A en B vorderen (sub E.) voorts onder verwijzing naar artikel 27a van de Auteurswet (hierna: Aw) winstafdracht van de door Multi Tasking met de inbreuk gemaakte winst, ten bedrage van € 100.000. Multi Tasking heeft niet bestreden dat zij met de inbreukmakende handelingen in ieder geval € 126.024,47 aan licentie-inkomsten en € 80.371,95 aan inkomsten voor upgrades heeft gegenereerd, zoals door A en B is gesteld. Evenmin heeft zij bestreden dat haar winst gezien de omvang van haar inbreukmakende handel (ten belope van in ieder geval tenminste € 206.396,42) meer dat € 100.000 bedroeg. Daaruit volgt dat de gevorderde winstafdracht van € 100.000 toewijsbaar is als in het dictum verwoord.
C/09/397580 / HA ZA 11-1939 19 juni 2013
12
(Bestuurders)aansprakelijkheid C en MT Holding jegens Informa c.s. 4.11. Informa c.s. stelt dat C en MT Holding aansprakelijk zijn uit onrechtmatige daad jegens Informa c.s. Daartoe voert zij aan dat C en MT Holding in strijd hebben gehandeld met een op hen rustende zorgvuldigheidsplicht geen misdrijven te plegen. Zij zijn als dader aansprakelijk omdat zij de volgende misdrijven hebben gepleegd; het opzettelijk plegen van auteursrechtinbreuk, het zijn beroep maken van het opzettelijk inbreuk maken en het bedrijf uitoefenen van deze misdrijven, het oplichten van klanten en valsheid in geschrifte. In de concrete omstandigheden van het geval kan MT Holding en C een voldoende ernstig verwijt gemaakt worden om hen (respectievelijk als bestuurder en als namens de rechtspersoon handelende persoon) persoonlijk aansprakelijk te doen zijn uit hoofde van artikel 6:162 BW. Van belang is dat C in 2006 al verantwoordelijk was voor het verstrekken van schijnlicenties. Hij is daar toen op aangesproken door Informa. Niettemin heeft hij nadien middels zijn onderneming (als middellijk bestuurder en als handelend persoon) opnieuw een technische voorziening omzeild en afnemers misleid door de indruk te wekken dat zij door Informa verstrekte software afnamen, terwijl het in werkelijkheid om een verouderde, illegale versie van de Cicero software ging. Informa c.s. voert aan dat alle handelingen met betrekking tot het verlenen van schijnlicenties aan klanten door C zijn verricht. C stuurde de offertes aan klanten die vervolgens niet bij Informa werden aangemeld, tekende de contracten met deze klanten, meldde bij Informa dat klanten geen updates meer kregen, terwijl die wel aan die klanten in rekening werden gebracht en liet klanten weten dat de Cicero software ondeugdelijk was en vervangen zou worden door Actuarius. 4.12.
C en MT Holding bestrijden aansprakelijk te zijn.
4.13. De rechtbank zal eerst beoordelen of sprake is van bestuurdersaansprakelijkheid van C en MT Holding. De rechtbank stelt voorop dat voor onrechtmatig handelen door bestuurders in de situatie zoals door Informa c.s. is gesteld, vereist is een handelen of nalaten dat in de gegeven omstandigheden zodanig onzorgvuldig is, dat de bestuurder daarvan persoonlijk een ernstig verwijt kan worden gemaakt. Van een dergelijk ernstig verwijt zal in ieder geval sprake zijn als komt vast te staan dat de bestuurder wist of redelijkerwijze had behoren te weten dat de door hem bewerkstelligde of toegelaten handelwijze van de vennootschap tot gevolg zou hebben dat deze haar verplichtingen niet zou nakomen en geen verhaal zou bieden voor de als gevolg daarvan optredende schade. Er kunnen zich echter ook andere omstandigheden voordoen op grond waarvan een ernstig persoonlijk verwijt kan worden aangenomen. 4.14. Hoewel C en MT Holding aansprakelijkheid bestrijden, betwisten zij de gestelde handelingen die aan hen kunnen worden toegeschreven niet, dan wel geven zij daarvoor onvoldoende concrete onderbouwing. Vast staat dat er reeds eerder in 2006 een kwestie is gerezen met betrekking tot het niet aanmelden van gebruikers waarbij de Cicero software was geïnstalleerd door Multi Tasking en het niet afdragen van vergoedingen. Niet ter discussie staat dat C daar toen als feitelijk handelend persoon en als (middellijk) bestuurder bij betrokken is geweest. Gelet op het voorgaande staat eveneens vast dat er vanaf 2008 wederom buiten de distributieovereenkomst om licenties aan derden zijn verstrekt door Multi Tasking. Daarbij is onvoldoende concreet weersproken dat C zich heeft ingespannen om de door Informa inmiddels aangebrachte technische voorziening te omzeilen opdat Informa c.s. geen weet zou hebben van het buiten de distributieovereenkomst om handelen en van de
C/09/397580 / HA ZA 11-1939 19 juni 2013
13
inbreuk op de auteursrechten van A en B. Uit hetgeen door partijen naar voren is gebracht, blijkt dat C met betrekking tot dit alles bewust heeft gehandeld en met opzet de auteursrechten van A en B heeft geschonden door niet conform de distributieovereenkomst te handelen. Niet weersproken is dat Multi Tasking als gevolg van deze schending van rechten winst heeft genoten omdat zij inkomsten van gebruikers ontving zonder dat zij licentievergoedingen aan Informa afdroeg. Dit alles is door C als bestuurder van MT Holding en door MT Holding als bestuurder van Multi Tasking gedaan, waarbij C als middellijk bestuurder van Multi Tasking steeds de feitelijk handelende persoon is geweest die leiding en uitvoering heeft gegeven aan dit onrechtmatig handelen van Multi Tasking. Het handelen van MT Holding kan C in dit verband worden toegerekend. C en MT Holding kunnen van dit onrechtmatig handelen van Multi Tasking een verwijt worden gemaakt omdat zij dit handelen, in verband met de hun kenbare belangen van A en B, hadden behoren te voorkomen in plaats van daaraan leiding en uitvoering te geven zoals zij hebben gedaan. C en MT Holding kan derhalve een voldoende ernstig verwijt worden gemaakt als (middellijk) bestuurders van Multi Tasking voor het onrechtmatig handelen door Multi Tasking jegens A en B. 4.15. De onrechtmatigheid van het handelen van (de bestuurders) C en MT Holding jegens A en B houdt verband met de onrechtmatigheid van het handelen van Multi Tasking jegens A en B. Het gaat er immers om dat C en MT Holding een verwijt kan worden gemaakt voor het onrechtmatig handelen van Multi Tasking. Die laatste onrechtmatigheid volgt uit de hiervoor vastgestelde inbreuk door Multi Tasking op de auteursrechten van A en B. Gesteld noch gebleken is echter dat Informa ook auteursrechthebbende is. Zij heeft – zo volgt uit de stellingen van Informa c.s. – toestemming van A en B om onder bepaalde voorwaarden de Cicero software te exploiteren, maar is zelf geen auteursrechthebbende. Dat C en MT Holding onrechtmatig jegens Informa hebben gehandeld kan derhalve niet op de auteursrechtinbreuk ten aanzien van de Cicero software worden gegrond. Nu Informa c.s. de onrechtmatigheid van het handelen van C en MT Holding – zowel waar het de bestuurdersaansprakelijkheid betreft als waar het gaat om een eigen directe aansprakelijkheid – slechts heeft onderbouwd door te wijzen op de inbreuk op de auteursrechten van A en B, is er geen grond voor het aannemen van aansprakelijkheid van C en MT Holding jegens Informa, althans daarvoor is onvoldoende concreet gesteld. Deze vordering van Informa zal dan ook worden afgewezen. 4.16. Het sub F. gevorderde zal jegens A en B, als in het dictum verwoord, worden toegewezen. Hetzelfde geldt voor het sub G. gevorderde verbod, dat wordt toegewezen voor zover het gaat om het door middel van Multi Tasking verhandelen van de Cicero software, nu gesteld noch gebleken is dat de desbetreffende handelingen van C en MT Holding in deze door middel van een andere vennootschap heeft geleid tot onrechtmatige verhandeling van de Cicero software. Met het voorgaande valt niet (meer) in te zien welk belang er bestaat bij vaststelling van mogelijke andere aansprakelijkheid van C en MT Holding voor het namens Multi Tasking handelen, zodat dit wordt afgewezen. Toewijzing zal betrekking hebben op het zonder toestemming van Informa verhandelen van de Cicero software omdat de geconstateerde inbreuk op de rechten van A en B ook daaruit bestaat. De dwangsom wordt inclusief het maximum gematigd. Ten aanzien van de sub I. gevorderde schade overweegt de rechtbank dat het aannemelijk is dat A en B schade hebben geleden door het onrechtmatig handelen van C en MT Holding. Dat deze schade € 100.000 zou bedragen (of enig ander concreet te noemen bedrag) is echter onvoldoende onderbouwd zodat de schade nader op te maken bij staat zal worden toegewezen. Daaruit volgt dat er geen reden (meer) is om C en
C/09/397580 / HA ZA 11-1939 19 juni 2013
14
MT Holding daarnaast te (sub J.) veroordelen in de overige nader bij staat op te maken schade nu deze (zo daarvan sprake is) hierin is inbegrepen. Proceskosten In de zaken tussen enerzijds A en B en anderzijds Multi Tasking c.s. 4.17. In de zaken tussen enerzijds A en B en anderzijds Multi Tasking c.s. zijn A en B overwegend in het gelijk gesteld. Multi Tasking c.s. zal daarom in de proceskosten worden veroordeeld. A en B maken aanspraak op de volledige proceskosten overeenkomstig artikel 1019h Rv. Zij voeren aan dat de door hen tegen Multi Tasking ingestelde vorderingen gebaseerd zijn op auteursrechtinbreuk en dat hun vorderingen tegen C en MT Holding alle hun oorsprong vinden in de daarmee samenhangende, onrechtmatige installatie van software. Informa c.s. heeft haar advocaatkosten, inclusief kantoorkosten en verschotten en exclusief BTW, begroot op € 42.000. Multi Tasking c.s. meent dat de opgevoerde kosten disproportioneel zijn en niet voor volledige vergoeding in aanmerking komen. Ter gelegenheid van de comparitie van partijen heeft Multi Tasking c.s. uiteengezet dat zij de kostenopgave van Informa c.s. betwist voor zover deze de € 20.000 te boven gaat en dat zij zich op het standpunt stelt dat 25% de zaken betrekking heeft op IE- en 75% op ITproblematiek. 4.18. De rechtbank overweegt dat uit de (omvang en inhoud van de) processtukken volgt dat het gewicht dat toekomt aan het deel van de vorderingen in conventie dat is gegrond op een recht van intellectuele eigendom als bedoeld in artikel 1019 Rv en dat in aanmerking komt voor vergoeding overeenkomstig artikel 1019h Rv, dient te worden gesteld op de helft van de zaken in conventie. Dat de overige vorderingen samenhangen met een recht van intellectuele eigendom is zonder meer niet voldoende om de kosten daarvoor op de voet van artikel 1019h Rv vast te stellen. De helft de proceskosten zal derhalve kunnen worden vastgesteld aan de hand van artikel 1019h Rv terwijl zij voor de andere helft aan de hand van het liquidatietarief dienen te worden vastgesteld. 4.19. Uit de door Informa c.s. overgelegde kostenspecificatie blijkt dat zij de kosten met toepassing van artikel 1019h Rv van alle drie de partijen heeft opgegeven voor zowel de conventie als de reconventie en met inbegrip van de kosten van de drie incidenten. Uit een door Informa c.s. gegeven grove uitsplitsing van de kosten blijkt dat € 5.500 betrekking heeft op de incidenten en € 4.500 op verschotten (hoofdzakelijk griffierechten, kosten van betekening beslag, koeriers en opslag). Daaruit volgt dat € 32.000 aan advocaatkosten voor de procedures in conventie en in reconventie wordt gevorderd. Multi Tasking c.s. heeft in haar betwisting, behoudens de verdeling in IE- en IT-problematiek, geen onderverdeling aangebracht in de toe te rekenen kosten. Aangezien Multi Tasking c.s. zelf een bedrag van € 57.250 aan proceskosten stelt te hebben gemaakt (voor alle drie de partijen met betrekking tot de conventie en reconventie en met inbegrip van de incidenten), kan zij zonder nadere onderbouwing – die ontbreekt – niet worden gevolgd in haar betwisting van de hoogte van de door Informa c.s. opgegeven kosten, zodat wordt uitgegaan van een bedrag van € 32.000 aan advocaatkosten in conventie en reconventie. Bij gebreke van een verdeling door partijen van de kosten in conventie en in reconventie, schat de rechtbank deze, waarbij op basis van de gewisselde processtukken de helft, zijnde € 16.000, kan worden toegedeeld aan de conventie. De opgegeven verschotten zijn niet betwist zodat hier van het genoemde bedrag van € 4.500 zal worden uitgegaan. De kosten verband houdende met de incidenten blijven hier buiten
C/09/397580 / HA ZA 11-1939 19 juni 2013
15
beschouwing omdat deze in twee van de drie incidenten reeds in de desbetreffende incidentele vonnissen zijn vastgesteld en voor het derde incident hierna afzonderlijk zullen worden begroot. 4.20. Volgens het liquidatietarief kunnen de proceskosten in conventie worden begroot op € 7.740 waarbij voor de dagvaarding een punt (x tarief VII) wordt toegekend en aan de comparitie met pleitmogelijkheid twee punten (x tarief VII). Geen punten worden verder toegekend aan akten. 4.21. Gelet op het voorgaande zijn de totale proceskosten van Informa c.s. in conventie ((1/2 van € 16.000 =) € 8.000 + (1/2 van € 7.740 = ) € 3.870 + € 4.500 =) te begroten op in totaal € 16.370. Bij gebreke aan een verdeling van de kosten over de drie eisers in de conventie schat de rechtbank dat deze voor ieder van partijen een gelijk deel (1/3) betreffen. De proceskosten van A en B in conventie zijn derhalve te begroten op 2/3 deel van het totaal, zijnde € 10.913,33. Deze kosten zullen zoals verzocht uitvoerbaar bij voorraad worden toegewezen. In de zaken tussen enerzijds Informa en anderzijds MT Holding en C 4.22. In de zaken tussen enerzijds Informa en anderzijds MT Holding en C is Informa in het ongelijk gesteld. Informa zal daarom in de proceskosten worden veroordeeld. MT Holding en C maken aanspraak op de volledige proceskosten overeenkomstig artikel 1019h Rv en verwijzen naar de kosten zoals die zijn begroot door Multi Tasking c.s. op € 57.250 aan advocaatkosten, exclusief kantoorkosten en BTW. Informa meent dat de opgevoerde kosten disproportioneel zijn en niet voor volledige vergoeding in aanmerking komen. De in het geding gebrachte stukken rechtvaardigen – volgens Informa – een dergelijk bedrag niet. Informa meent dat daarvoor niet meer dan € 20.000 kan worden gevraagd, althans niet meer dan Informa c.s. zelf als kosten heeft gehad, te weten: € 42.000. 4.23. Ook hier overweegt de rechtbank dat in verband met de grondslag van de vorderingen zoals die blijkt uit de processtukken volgt dat de helft van de proceskosten aan de hand van artikel 1019h Rv kunnen worden vastgesteld terwijl zij voor de andere helft aan de hand van het liquidatietarief dienen te worden vastgesteld. 4.24. Uit de beknopte toelichting van Multi Tasking c.s. op de overgelegde specificatie van werkzaamheden volgt dat de opgegeven kosten de kosten zijn van alle drie de partijen en betrekking hebben op de hoofdzaak (in conventie en in reconventie), de incidenten en overige zaken zoals een faillissementsprocedure en belastingzaken en dat geen verschotten in rekening zijn gebracht. Hoewel Multi Tasking c.s. stelt dat 10 uren zijn besteed aan de overige zaken blijkt dat niet uit de specificatie van mr. Dorgelo. Van de uren van mr. Steyt (volgens opgave 10 uren) en mr. Bogaardt (volgens opgave 60 uren) is geen specificatie overgelegd. De summiere onderbouwing van de opgegeven proceskosten maakt onvoldoende duidelijk dat deze alle aan deze zaak zijn besteed. Aan de andere kant valt niet goed in te zien dat de zijde van Multi Tasking c.s. minder kosten zou hebben moeten maken dan die zijn gemaakt aan de zijde van Informa c.s., althans daarvoor is door Informa onvoldoende aangevoerd. De rechtbank overweegt dan ook dat de door Multi Tasking c.s. opgegeven proceskosten voor zover die hoger zijn dan € 32.000, onvoldoende door haar zijn onderbouwd en voor zover de lager zijn dan € 32.000 onvoldoende onderbouwd zijn bestreden door Informa c.s. Omdat volgens opgave van Multi Tasking c.s. geen verschotten
C/09/397580 / HA ZA 11-1939 19 juni 2013
16
zijn doorbelast aan partijen, zal de rechtbank daarmee geen rekening houden. Ook hier schat de rechtbank bij gebreke van een verdeling door partijen de kosten in conventie en in reconventie op basis van de gewisselde processtukken op de helft, zodat € 16.000, kan worden toegerekend aan de conventie. 4.25. Volgens het liquidatietarief kunnen de proceskosten in conventie worden begroot op € 7.740 waarbij voor de conclusie van antwoord een punt (x tarief VII) wordt toegekend en aan de comparitie met pleitmogelijkheid twee punten (x tarief VII). Geen punten worden verder toegekend aan akten. 4.26. Gelet op het voorgaande zijn de totale proceskosten van Multi Tasking c.s. in conventie (1/2 van € 16.000 + € 7.740 = ) € 11.870. De proceskosten van MT Holding en C in conventie zijn derhalve te begroten op 2/3 gedeelte daarvan, € 7.913,33. Deze kosten zullen zoals verzocht uitvoerbaar bij voorraad worden toegewezen. in reconventie Bevoegdheid 4.27. De bevoegdheid van deze rechtbank om kennis te nemen van de door Multi Tasking c.s. in reconventie ingestelde vorderingen is onderwerp van geschil geweest in het door Informa c.s. opgeworpen incident dat heeft geleid tot het incidentele vonnis van 27 juni 2012. De rechtbank heeft zich onbevoegd verklaard om kennis te nemen van de vorderingen ingesteld in reconventie door Multi Tasking tegen Informa vanwege het forumkeuzebeding in de distributieovereenkomst inhoudende dat deze exclusief zijn voorbehouden aan de Belgische rechter. Tevens is in dat vonnis overwogen dat deze rechtbank op grond van artikel 6 lid 3 EEX-Vo bevoegd is kennis te nemen van de overige reconventionele vorderingen. De rechtbank blijft bij hetgeen zij heeft overwogen en geoordeeld in haar incidentele vonnis van 27 juni 2012 en neemt dat hier over. De bevoegdheid is overigens na het incidentele vonnis van 27 juni 2012 niet meer bestreden. 4.28. Uit het voorgaande volgt dat ter beoordeling van deze rechtbank resteren de vorderingen voor zover zij niet zijn ingesteld door Multi Tasking tegen Informa. De verklaring van C 4.29. De verklaring die C in 1990 heeft opgesteld en ondertekend (zie hiervoor in 2.2) heeft duidelijk betrekking op een demopakket dat is geïnstalleerd op een Tulip-computer 386 en een handleiding, waarvan door C alle kenmerken en knowhow geheim zullen worden gehouden, met het oog op de verhandeling in België. Dat deze verklaring ook betrekking heeft op de Cicero software en C tot geheimhouding daarvan verplicht, volgt niet uit (de tekst van) deze verklaring, die lijkt te zijn opgevolgd door de distributieovereenkomst waarin de Cicero software het onderwerp is en afspraken zijn gemaakt over verhandeling door Multi Tasking in Nederland. Gelet op het voorgaande valt niet in te zien dat C persoonlijk bepaalde concurrerende handelingen kunnen worden verboden met een beroep op zijn verklaring uit 1990. Hoewel Informa c.s. haar vorderingen na de wijziging van eis niet langer op de verklaring van C grondt (zie in dit verband het proces-verbaal van comparitie), is daarmee niet vast komen te staan dat zij geen gevolgen meer verbindt aan deze verklaring voor C. Ten aanzien van C kan derhalve worden aangenomen dat belang bestaat bij een verklaring voor
C/09/397580 / HA ZA 11-1939 19 juni 2013
17
recht op dit punt en kan de (sub I) gevorderde verklaring voor recht worden toegewezen. Het gaat er daarbij, zo begrijpt de rechtbank, niet om dat deze verklaring geen gelding meer heeft of niet kan worden ingeroepen maar om het (daarin te begrijpen) vaststellen dat uit die verklaring niet volgt dat C persoonlijk bepaalde concurrerende handelingen ten aanzien van de Cicero software kan worden verboden. De gevorderde verklaring voor recht zal daarom, als in het dictum verwoord, worden toegewezen. Zonder nadere onderbouwing – die niet is gegeven – valt echter niet te begrijpen dat ook Multi Tasking en MT Holding een belang hebben bij een dergelijke verklaring voor recht, zodat hun vordering zal worden afgewezen. De distributieovereenkomst 4.30. Zonder nadere onderbouwing – die niet is gegeven – valt evenmin te begrijpen dat C en MT Holding een belang hebben bij de (sub II) gevorderde verklaring voor recht dat de artikelen 7 (“Toekenning van de gebruikersrechten”), 8 (“Vorderingen”), 9 (“Know how”) en/of 11 (“Aansprakelijkheid – risico verzekering”) van de distributieovereenkomst niet tegen hen kunnen worden ingeroepen, laat staan dat duidelijk is waaruit dat belang bestaat. Bovendien is gesteld noch gebleken dat Informa c.s. deze artikelen inroept tegen C en MT Holding. Dat een (of meer) van deze artikelen onredelijk bezwarend zou(den) zijn of er anderszins redenen zouden zijn om deze artikelen buiten toepassing te laten, is op zichzelf bezien niet voldoende om van een rechtens te respecteren belang te spreken. C en MT Holding zijn immers geen partij bij de distributieovereenkomst (die is gesloten door Informa en Multi Tasking); zonder nadere onderbouwing valt dan ook niet te begrijpen dat C en/of MT Holding worden geraakt door deze bepalingen. Hetzelfde als hiervoor is overwogen, geldt voor de (sub III) gevorderde verklaring voor recht dat de verplichtingen van Multi Tasking uit de distributieovereenkomst zijn opgeschort en/of dat de distributieovereenkomst partieel is ontbonden/opgezegd. Deze vorderingen zullen dan ook worden afgewezen. De beslagen 4.31. Tussen partijen is niet in geschil dat ten aanzien van de door Informa c.s. onder Multi Tasking c.s. op 22 maart 2011 gelegde beslagen de onderhavige procedure is aan te merken als de eis in de hoofdzaak. Nu gelet op het voorgaande de conventionele vorderingen van A en B tegen Multi Tasking worden toegewezen met betrekking tot de inbreuk op hun auteursrechten en die tegen C en MT Holding worden toegewezen met betrekking tot bestuurdersaansprakelijkheid is er geen aanleiding de beslagen gelegd door A en B ten laste van Multi Tasking c.s. op te heffen. De conventionele vorderingen van Informa jegens C en MT Holding worden afgewezen, zodat niet valt in te zien dat de door Informa gelegde beslagen ten laste van C en MT Holding niet kunnen worden opgeheven, althans daarvoor is door Informa onvoldoende voor aangevoerd. De opheffing van deze beslagen zal uitvoerbaar bij voorraad worden toegewezen.
C/09/397580 / HA ZA 11-1939 19 juni 2013
18
Auteursrechten van Multi Tasking c.s. 4.32. Multi Tasking stelt in de loop van de tijd een substantiële bijdrage te hebben geleverd aan de totstandkoming van vele functies in de Cicero software. Multi Tasking voert aan op een substantieel aantal punten aanpassingen in concepten, uitgewerkte functionaliteiten en schermvoorbeelden te hebben aangeleverd. Met betrekking tot de facturatiemodule, de roladministratiemodule en de managementmodule stelt Multi Tasking door middel van aangeleverde uitgewerkte ideeën, concepten, analyses, oplossingen en schermvoorbeelden, methodieken, ontwerpen te hebben geleverd die in de Cicero software zijn opgenomen. Multi Tasking is voor haar bijdrage nooit betaald en de auteursrechten en andere rechten van intellectuele eigendom op deze zaken behoren toe aan Multi Tasking. Zonder toestemming van Multi Tasking mogen deze zaken niet in de Cicero software worden gebruikt, aldus Multi Tasking c.s. 4.33. Informa c.s. betwist dat sprake is van (inbreuk op) auteursrechten van Multi Tasking. Zij wijst erop dat geen feiten en omstandigheden zijn gesteld waaruit volgt dat C of MT Holding rechthebbenden kunnen zijn. De rechtbank heeft zich onbevoegd verklaard kennis te nemen van vorderingen van Multi Tasking op Informa. Dat A en B inbreuk hebben gemaakt op intellectuele eigendomsrechten van Multi Tasking is niet door Multi Tasking c.s. gesteld, aldus Informa c.s. 4.34. Voor zover Multi Tasking c.s. voor de onderbouwing het bestaan van intellectuele eigendomsrechten verwijst naar de in eerdere korte gedingen door haar overgelegde stukken, zijn die stukken in de onderhavige procedure niet geproduceerd, zodat de rechtbank zich daarover geen oordeel over heeft kunnen vormen. Voor zover er stukken zijn overgelegd (productie 12 van Multi Tasking c.s.), volgt uit die stukken niet zonder meer dat sprake is van auteursrechten of andere intellectuele eigendomsrechten. Het gaat hier immers om schermafdrukken van modellen die kennelijk zijn samengesteld uit informatie van derden waarbij niet duidelijk is gemaakt waaruit de precieze bijdrage van Multi Tasking heeft bestaan noch dat daardoor bepaalde rechten van intellectuele eigendom zijn ontstaan. Wat ook verder zij van het bestaan van rechten van intellectuele eigendom, nu in deze procedure in reconventie de rechtbank zich onbevoegd heeft verklaard met betrekking tot de vorderingen van Multi Tasking tegen Informa, kan het hier nog slechts gaan om vorderingen van Multi Tasking op A en B. Uit de stellingen van Multi Tasking c.s. wordt immers duidelijk dat zij zich op het standpunt stelt dat de gestelde intellectuele eigendomsrechten aan Multi Tasking zouden toebehoren. Nu gesteld noch gebleken is dat A en B de door Multi Tasking gestelde beschermde zaken verveelvoudigen en/of openbaar maken, kan reeds daarom niet tot inbreuk op auteursrechten worden geconcludeerd en worden deze vorderingen afgewezen. Overige vorderingen 4.35. Gelet op het voorgaande bestaat geen grond voor de gevorderde dwangsommen of vergoeding van schade, zodat die zullen worden afgewezen. Proceskosten 4.36. Ook in reconventie overweegt de rechtbank dat in verband met de grondslag van de vorderingen zoals die blijkt uit de processtukken, de ene helft van de proceskosten aan de
C/09/397580 / HA ZA 11-1939 19 juni 2013
19
hand van artikel 1019h Rv dient te worden vastgesteld en de andere helft aan de hand van het liquidatietarief. Bij de vaststelling aan de hand van het liquidatietarief wordt er rekening mee gehouden dat de desbetreffende vorderingen in reconventie samenhangen met dan wel voortvloeien uit de conventie zodat de volgens het liquidatietarief toe te kennen punten (drie tegen tarief VII) worden gehalveerd. Voor het overige volstaat de rechtbank ermee te verwijzen naar hetgeen hiervoor met betrekking tot de proceskosten(begroting) is overwogen in conventie omdat in reconventie mutatis mutandis partijen dezelfde standpunten hebben ingenomen en ten aanzien daarvan dezelfde overwegingen en een overeenkomstige wijze van berekenen gelden. In de zaken van enerzijds Multi Tasking c.s. en anderzijds A en B 4.37. Multi Tasking c.s. zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten van A en B worden veroordeeld. De kosten worden begroot op (2/3 deel van (€ 8.000 + € 1.935 =) € 9.935 =) € 6.623,33 voor A en B samen en zullen uitvoerbaar bij voorraad worden toegewezen. In de zaken van enerzijds MT Holding en C en anderzijds Informa 4.38. MT Holding zal als de overwegend in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten van Informa worden veroordeeld. De kosten worden begroot op (1/2 van1/3 deel van (€ 8.000 + € 1.935 =) € 9.935 =) € 1.655,83 en zullen uitvoerbaar bij voorraad worden toegewezen. 4.39. In de omstandigheid dat C en Informa over en weer in het ongelijk zijn gesteld vindt de rechtbank aanleiding de proceskosten te compenseren in de zin dat iedere partij de eigen kosten draagt. voorts in het incident 4.40. In het incidenteel vonnis van 16 mei 2012 naar aanleiding van de door Multi Tasking c.s. gevraagde voorlopige voorziening is deze afgewezen en is de beslissing over de kosten aangehouden tot beslissing in de hoofdzaak. Als de in het incident in het ongelijk gestelde partij zal Multi Tasking c.s. in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten – nu gesteld noch gebleken is dat het incident betrekking had op handhaving van een intellectueel eigendomrecht – worden vastgesteld op grond van het liquidatietarief op (1 punt conform tarief II is) € 452 en zoals verzocht worden uitvoerbaar bij voorraad toegewezen. 5.
De beslissing
De rechtbank in het incident: 5.1. veroordeelt Multi Tasking c.s. in de proceskosten, aan de zijde van Informa c.s. tot op heden begroot op € 452; 5.2.
verklaart het bepaalde in 5.1 uitvoerbaar bij voorraad;
C/09/397580 / HA ZA 11-1939 19 juni 2013
20
in de hoofdzaak in conventie: in de zaken tussen enerzijds A en B en anderzijds Multi Tasking c.s.: 5.3. verklaart voor recht dat Multi Tasking inbreuk heeft gemaakt op aan A en B toebehorende auteursrechten, door de Cicero software openbaar te maken en te verveelvoudigen zonder de daarvoor vereiste toestemming van Informa; 5.4. verbiedt Multi Tasking direct na betekening van dit vonnis (verouderde versies van) de Cicero software openbaar te maken en de verveelvoudigen; 5.5. beveelt Multi Tasking en de bewaarder van de krachtens de beschikking van 18 maart 2011 op 22 maart 2011 in beslag genomen documentatie direct na betekening van dit vonnis, aan de accountant van A en B op hun eerste verzoek inzage te verlenen in die documentatie voor zover die onder Multi Tasking in beslag is genomen, ter uitvoering van het in rechtsoverweging 4.21 van het vonnis van de voorzieningenrechter van de rechtbank Den Haag van 26 september 2011 (gewezen onder zaak-/rolnummer 399815 /KG ZA 11-914) beschreven onderzoek overeenkomstig de in die rechtsoverweging genoemde voorwaarden, waarbij voor “Informa c.s.” “A en B” dient te worden gelezen, en om die accountant toe te staan afschriften te maken van de voor dat onderzoek relevante delen van die documentatie; 5.6. beveelt Multi Tasking een dwangsom te betalen aan A en B van € 10.000 voor iedere dag (een gedeelte van een dag als een gehele dag te rekenen) waarop zij in strijd handelt met het hiervoor in 5.4 en 5.5 bepaalde, met een maximum van € 500.000; 5.7. veroordeelt Multi Tasking om binnen vijf werkdagen na betekening van dit vonnis aan A en B te betalen een bedrag van € 100.000 als afdracht ten bedrage van € 100.000 van de door Multi Tasking met de zonder de toestemming van Informa verstrekte Cicero software (inclusief upgrades daarvan) gegenereerde winst; 5.8. verklaart voor recht dat MT Holding en C onrechtmatig jegens A en B hebben gehandeld door als (middellijk) bestuurder van Multi Tasking de Cicero software te verhandelen zonder de toestemming van Informa; 5.9. verbiedt MT Holding en C als (middellijk) bestuurder van Multi Tasking de Cicero software te verhandelen zonder de toestemming van Informa; 5.10. veroordeelt MT Holding en C om aan A en B te betalen de schade die het gevolg is van hun onrechtmatig handelen nader op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet; 5.11. veroordeelt Multi Tasking c.s. in de proceskosten, aan de zijde van A en B tot op heden begroot op € 10.913,33; 5.12. verklaart het bepaalde in 5.4 tot en met 5.7 en in 5.9 tot en met 5.11 uitvoerbaar bij voorraad; 5.13.
wijst af het anders of meer gevorderde;
C/09/397580 / HA ZA 11-1939 19 juni 2013
21
in de zaken tussen enerzijds Informa en anderzijds MT Holding en C: 5.14.
wijst de vorderingen af;
5.15. veroordeelt Informa in de proceskosten, aan de zijde van C en MT Holding tot op heden begroot op € 7.913,33; 5.16.
verklaart het bepaalde in 5.15 uitvoerbaar bij voorraad;
in de hoofdzaak in reconventie: in de zaken tussen enerzijds Multi Tasking c.s. en anderzijds A en B; 5.17.
wijst de vorderingen af;
5.18. veroordeelt Multi Tasking c.s. in de proceskosten van A en B, tot op heden begroot op € 6.623,33; 5.19.
verklaart het bepaalde in 5.18 uitvoerbaar bij voorraad;
in de zaken tussen enerzijds MT Holding en C en anderzijds Informa: 5.20. verklaart voor recht dat uit de verklaring van C van 20 januari 1990 niet volgt dat C persoonlijk bepaalde concurrerende handelingen ten aanzien van de Cicero software kunnen worden verboden; 5.21. heft op de door Informa de ten laste van MT Holding en C op 22 maart 2011 gelegde beslagen; 5.22. veroordeelt MT Holding in de proceskosten van Informa, tot op heden begroot op € 1.655,83; 5.23. compenseert de proceskosten tussen C en Informa in de zin dat beide partijen de eigen proceskosten dragen; 5.24.
verklaart het bepaalde in 5.21 en 5.22 uitvoerbaar bij voorraad;
5.25.
wijst af het anders of meer gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mr. E.A.W. Schippers en in het openbaar uitgesproken op 19 juni 2013.