Gij zult mijn getuigen zijn...
Beleidsplan 2012-2016 Hervormde Gemeente Eben Haëzerkerk Nijkerkerveen
1
Hij zeide tot hen: Het is niet uw zaak de tijden of gelegenheden te weten, waarover de Vader de beschikking aan Zich gehouden heeft, maar gij zult kracht ontvangen, wanneer de heilige Geest over u komt, en gij zult mijn getuigen zijn te Jeruzalem en in geheel Judea en Samaria en tot het uiterste der aarde. En nadat Hij dit gesproken had, werd Hij opgenomen, terwijl zij het zagen, en een wolk onttrok Hem aan hun ogen. Handelingen 1: 7-9
2
Inhoudsopgave I Woord vooraf
4
II Inleiding
5
1 Visie op de taak en de opdracht van de gemeente 2 Drijfveren 3 Missionaire opdracht 4 Prioriteiten
5 5 5 5
III Beleidsvoornemens 1 De eredienst 1.1 Betrokkenheid 1.2 De liturgie 1.3 Muzikale begeleiding en liedbundels 1.4 Bijzondere diensten 1.5 Kindernevendienst
6 6 6 6 6 7
2 Pastoraat
8
3 Diaconaat
9
4 Beheer en financiën
10
5 Apostolaat 5.1 Zending 5.2 Evangelisatie 5.2.1Activiteiten 5.2.1Publiciteit
11 11 11 11 12
6 Jeugdwerk 6.1 Analyse 6.2 Doelstelling: Getuige zijn vóór en mét jongeren 6.3 Ouderparticipatie 6.4 Taken van de jeugdouderlingen
13 13 13 13 13
7 Vorming en toerusting
15
8 Samenwerking Gereformeerde Kerk
16
3
I Woord vooraf Voor u ligt het beleidsplan van de Hervormde Gemeente Eben Haëzerkerk in Nijkerkerveen. De kerkorde verplicht iedere gemeente om een beleidsplan op te stellen waarin beleidsvoornemens voor de komende jaren staan opgetekend. Het laatste beleidsplan dateerde van 4 jaar geleden. Het werd dus tijd een nieuw beleidsplan op te stellen. De kerkenraad is daar het afgelopen jaar mee bezig geweest. Op een bezinningsmiddag hebben we de grote lijnen getrokken en die vervolgens nader ingevuld. Dit beleidsplan is geen uitputtend document, getracht is om helder en kort de visie op de gemeente te schetsen en beleidsvoornemens te formuleren. Hoe deze voornemens concreet gestalte krijgen dient de komende periode beslist te worden. Het beleidsplan wijst een richting die wij als gemeente de komende jaren willen gaan. We hopen dat dit beleidsplan mag dienen tot opbouw van de gemeente van onze Heer Jezus Christus. De kerkenraad
juni 2012
4
II Inleiding II.1 Visie op de taak en de opdracht van de gemeente Verleden jaar heeft de kerkenraad zich op de jaarlijkse kerkenraaddag bezonnen op de taak en de opdracht van onze gemeente. Geconcludeerd werd dat de taak van onze gemeente is getuige te zijn van onze Heer en Heiland Jezus Christus. Dat beschouwt de Eben Haëzergemeente als haar primaire taak. De gemeente is niet een doel in zichzelf, maar is er vanwege haar Heer Jezus Christus. Door zijn moeitevol en verzoenend lijden heeft Hij zich een gemeente verworven die geroepen is om de grote daden te verkondigen van Hem die haar geroepen heeft uit de duisternis tot zijn wonderbaar licht. Bij zijn heengaan naar de Vader heeft Jezus zijn leerlingen een opdracht meegegeven: Gij zult mijn getuigen zijn en: ga heen en verkondig het evangelie tot aan de einden der aarde. Een opdracht die gelijktijdig een belofte is. Als we leven in gemeenschap met onze Heiland dan zúllen wij getuigen zijn. II.2 Drijfveren Wij weten ons als gemeente dus geroepen om getuige te zijn. Enerzijds vanuit de bijbelse opdracht, anderzijds worden wij aangezet door de tijd waarin wij leven. Wij leven in een tijd waarin het geloof en de kerk het tij tegen hebben. De golven van de secularisatie slaan over ons heen als een tij dat amper te keren lijkt. In ons dorp zijn velen vervreemd geraakt van het evangelie en dat is een proces dat ook niet aan de gemeente voorbijgaat. Naast de trouwe kern is er een grote groep die een losse band heeft met de gemeente, de kerkdiensten nauwelijks bezoekt en bij wie de kennis van de bijbel en de christelijke traditie minimaal is. Met name jongeren zijn nauwelijks aanspreekbaar op hun lidmaatschap van onze gemeente. Dat baart ons zorgen en wij voelen ons geroepen onze hand uit te strekken naar hen die dreigen af te haken. II.3 Missionaire opdracht We willen als gemeente een missionaire gemeente zijn. Missionair naar binnen en naar buiten. II.4 Prioriteiten Om te kunnen getuigen is het wel nodig dat je eerst zelf getuige bent. Door dat principe willen wij onze beleidskeuzes laten bepalen. Wij hopen en bidden dat onze gemeente een plaats is waar mensen getuige worden van Gods reddende liefde in Jezus Christus zijn Zoon. Dat mensen worden aangeraakt door de Heilige Geest en deelgenoot worden van het heil ons in Christus geschonken. God werkt niet buiten mensen om. We hopen dat mensen in de gemeente gemeenschap, liefde en geborgenheid ervaren en zo iets van Gods liefde op het spoor komen. Een belangrijke pijler van het gemeente-zijn is het gezamenlijk lezen van de Schriften en het luisteren naar Gods Woord. De gemeente is immers een gemeente rondom het Woord. Door het Woord spreekt Christus ons aan, vermaant Hij ons, bemoedigt en troost Hij ons. Rondom het Woord in erediensten en kringwerk ontstaat gemeenschap met Hem en met elkaar. Die gemeenschap willen wij waar mogelijk bevorderen door gemeenteleden geestelijk toe te rusten opdat mensen zullen groeien in het geloof. Daar ligt een eerste prioriteit. Onze tweede prioriteit is het getuigenis naar de naaste buiten de gemeente. De kerkenraad wil de gemeente daarin toerusten en middelen in handen geven om te getuigen. Meer dan voorheen willen we pogen mensen in aanraking te brengen met het evangelie. Dat is geen eenvoudige opdracht. Uit onszelf voelen wij ons daartoe ook niet bekwaam. We zijn zelf ook te zwak in kracht, in geloof, in hoop en liefde. We kennen zelf ook de noodzaak van bekering. Maar we willen ons niet laten ontmoedigen. Want tegen onze ontrouw getuigt Gods trouw die zelf zijn kerk bewaart. We blijven geloven in de kracht van de Heilige Geest die nieuw leven kan wekken. Wij bidden om de komst van die Geest en de doorbraak van zijn rijk ook in ons dorp.
5
III. Beleidsvoornemens III.1 De eredienst 1.1 Betrokkenheid De zondagse kerkdiensten vormen het centrum van het gemeente-zijn. Waar de schriften opengaan wordt getuigd van het evangelie en kunnen mensen zelf getuige worden van wie God is. Momenteel bezoeken ongeveer 200 mensen de morgendienst en ongeveer 50 mensen de avonddienst, een aantal dat redelijk stabiel is. Bij bijzondere diensten zijn er ongeveer 300 kerkgangers. We zien in dankbaarheid de trouw van een grote kern. Tegelijk signaleren we een onregelmatige kerkgang van een grote groep gemeenteleden. Soms blijven mensen helemaal weg. Vaak om onduidelijke redenen. Het zou goed zijn hier meer zicht op te krijgen. Wellicht dat zij door ons enthousiasme en door bemoediging bij de kudde van de Heer kunnen worden gehouden. Eventuele laagdrempelige diensten zouden kunnen bijdragen aan het weer oppakken van de kerkgang. Nieuwkomers in de gemeente dienen meer dan voorheen betrokken te worden bij de gemeente door middel van een speciaal aan hen gewijde avond. Voornemen: 1. Meer aandacht geven aan betrokkenheid van leden in kerkbezoek en doordeweekse activiteiten. 2. Meer aandacht voor nieuwe leden: één keer per jaar, op de eerste donderdag van oktober, een welkomstmoment voor nieuw ingekomenen organiseren. Dit kan worden gecombineerd met een terugkomavond voor doopouders en pasgetrouwden. 3. Organiseren van en aandacht geven aan laagdrempelige diensten voor ‘buitenstaanders’. 4. Het kringwerk verder activeren om op deze wijze meer mensen bij de kerk te betrekken. 1.2 De liturgie De liturgie in de erediensten is sober. Zij is gestoeld op de gereformeerde liturgie waarin de lezing van de wet en de schuldbelijdenis een vaste plaats hebben en waar de woordverkondiging centraal staat. Er is ruimte voor afwijkende vormen, maar de grondlijnen van de huidige liturgie willen wij in stand houden. 1.3 Muzikale begeleiding en liedbundels In de erediensten wordt doorgaans gezongen uit het Liedboek voor de Kerken. Wij hechten als gemeente waarde aan de psalmen en de gezangen. In bijzondere diensten of zangdiensten kan er ook uit andere bundels worden gezongen. Het is van belang de jongeren en kinderen bij de kerkdiensten betrokken te houden. Met het oog daarop wordt in de dienst één kinderlied gezongen. Doel daarvan is in de dienst aansluiting te zoeken bij de belevingswereld van de kinderen. Met ingang van 2012 gebruiken wij hiervoor de Evangelische Liedbundel. Voornemen: 1. In de erediensten zingt de gemeente uit het liedboek 2. Gebruik van liederen uit andere bundels dan het liedboek 1.4 Bijzondere diensten Naast de reguliere erediensten is er een aantal diensten met een bijzonder karakter: doopdiensten, viering van het Heilig Avondmaal, bid- en dankdag, kinder- en jeugddiensten, zending- en evangelisatiediensten en zangdiensten. Een bijzondere vermelding verdienen de doop- en huwelijksdiensten. Bij bijzondere momenten in het leven van mensen (geboorte, rouw en trouw) wordt de gemeente vaak betrokken. Daar liggen kansen tot hernieuwde kennismaking. Er worden regelmatig kinderen
6
in onze gemeente gedoopt van mensen die nog maar een dun lijntje hebben met het evangelie en de kerk. Datzelfde geldt voor bruidsparen. De doop en trouwdiensten en de daaraan voorafgaande gesprekken bieden kansen om met deze groep gemeenteleden opnieuw in contact te komen. Rondom doop en huwelijk zou meer dan voorheen contact kunnen worden gezocht met gemeenteleden. Voornemen: Het aantal contactmomenten rondom doop en huwelijk uitbreiden door middel van pastoraal contact door predikant en/of ouderling binnen een periode van zes weken nadien. 1.5 Kindernevendienst De Kindernevendienst vervult een belangrijke taak in de woordverkondiging aan de kinderen. In de bijeenkomsten wordt aan de kinderen een bijbelverhaal verteld en wordt het besprokene verwerkt. De kerkenraad constateert met dankbaarheid dat een groot aantal kinderen de kindernevendienst bezoekt en dat er door de leid(st)ers met veel inzet wordt gewerkt. Om de kwaliteit te waarborgen zou er meer aandacht kunnen komen voor toerusting en begeleiding. Een punt van zorg is dat kinderen die de kindernevendienst verlaten vaak afhaken van de kerk. Wellicht is de overgang van Kindernevendienst naar kerkdienst te groot. Voornemen: 1. Meer geestelijke toerusting van de leiders is gewenst. 2. In de bovenbouw: in samenspraak met de ouders zoeken naar wegen om de overgang van kindernevendienst naar de gewone kerkdienst beter te laten verlopen. 3. In samenspraak met wijkouderling organiseren van een avond over geloofsopvoeding voor zowel ouders als kinderen. 4. Ter voorbereiding op het afscheid van de kindernevendienst een avond organiseren voor de desbetreffende kinderen met de ouders.
7
III.2 Pastoraat Pastoraat heeft als doel het bevorderen van de verbinding tussen het christelijk geloof en het dagelijks leven. In naam van de Goede Herder mogen de ouderlingen pastorale zorg verlenen. Door aandacht, geduld, overtuiging en verkondiging getuigen zij van de liefde van Christus. Daarom is het van groot belang dat er met een zekere regelmaat contact is met gemeenteleden. De gemeente is opgedeeld in negen pastorale wijken die ieder zo’n vijftig tot zeventig adressen kennen. Het streven is dat iedere pastorale eenheid minimaal éénmaal in de twee jaar contact heeft met de wijkouderling. Hiervoor kan het huisbezoek blijven functioneren. Daarnaast zal er moeten worden gezocht naar andere vormen van contact met gemeenteleden. Dit willen we voor zover mogelijk afstemmen op de behoefte van de gemeente. Onze gemeente kent relatief weinig belijdende leden, waardoor het aantal leden dat voor het ambt in aanmerking komt klein is. In het contact met niet-belijdende leden zou meer aandacht kunnen worden besteed aan belijdeniscathechisatie en andere activiteiten, teneinde hen meer te betrekken bij de Eben-Haëzerkerk. Om de ouderlingen toe te rusten voor hun taak, zal hier meer aandacht aan worden besteed dan op moment van schrijven het geval is en zal worden gezocht naar geschikte activiteiten hiertoe. De predikant bezoekt de zieken in het ziekenhuis en thuis, de ouderen vanaf 75 jaar en jubilerende echtparen die vier of meer decennia getrouwd zijn. Verder is hij er voor kraambezoeken en crisis-, rouw- en huwelijkspastoraat. Naast de predikant en de ouderlingen doet ook de H.V.D. (Hervormde Vrouwen Dienst) veel bezoekwerk. Zij leggen naast reguliere visites ook bezoeken af bij huwelijksjubilea en verjaardagen van gemeenteleden van 75 jaar en ouder. Een voornemen voor de komende jaren is een verbetering van de samenwerking tussen de H.V.D. en de ouderlingen en predikant. In onze gemeente is ruimte voor gebedsgenezing en ziekenzalving. Beleidsvoornemens: 1. Betere registratie van en communicatie over het verloop van contacten door gebruik te maken van het nieuwe ledenregistratiesysteem. 2. Groei van het aantal belijdende leden. 3. Meer aandacht voor het toerusten van de ouderlingen. 4. Verbetering van de samenwerking tussen de H.V.D. en de ouderlingen en predikant.
8
III.3 Diaconaat Diakenen mogen, in de naam van God, getuigen van Zijn zorg voor de armen, de weduwen en de wezen. Hun dienst vindt zijn oorsprong in Jezus zelf, die niet kwam om gediend te worden, maar om te dienen. Niet alleen met woorden maar ook met concrete daden. Vanuit die oorsprong hebben de diakenen, met de hen geschonken mogelijkheden, de opdracht gekregen: De gemeente te stimuleren om individueel en als gehele gemeente zorg te dragen voor de kwetsbare medemens; Het organiseren van diverse activiteiten. Uit zorg voor en liefde tot de naaste hebben de diakenen de volgende taken: Voorbereiding en de handelingen bij het Heilig Avondmaal; Dienst van de collecten; Diaconale voorbede (voorbede boek); Bieden van financiële hulp; Liturgieën ordenen en bezorgen; Organisatie van cassettebandjes en kerktelefoon; Wekelijkse bloemengroet; Contact met ouderen (bezoekdames); Organisatie van middagen voor ouderen ( met Kerst en Pasen); Verzorging van een “dagje uit” voor ouderen; Kerstattentie voor 75-plussers; Dauwtrappen (met ontbijt), éénmaal per twee jaar, i.s.m. de Gereformeerde. Kerk; Ondersteunen adoptiekinderen (I.C.S.); Aanwezigheid bij inzegening kerkelijk huwelijk; Begeleiding actie “stuur een kaartje”. Steeds meer huishoudens kennen financiële problemen, maar zijn door de diaconie moeilijk te bereiken. Dit is een punt dat aandacht verdient. Het is ook de moeite waard om te onderzoeken of het diaconaat aan en door jongeren op termijn levensvatbaar is. Het is belangrijk dat ook de jongeren in de gemeente diaconaal besef ontwikkelen. Beleidsvoornemens: 1. Onderzoek naar manieren om financiële nood in de gemeente op het spoor te komen en te kunnen lenigen. 2. De jeugd in samenwerking met de jeugdouderlingen en de leiding van de kindernevendienst stimuleren tot ‘het omzien naar de medemens’. 3. Het éénmaal per twee jaar aanbieden van een vakantieweek aan een gemeentelid (alleenstaande of echtpaar).
9
III.4 Beheer en financiën De zorg voor de stoffelijke aangelegenheden van de gemeente is toevertrouwd aan het college van kerkrentmeesters. Zorg voor de financiën van de gemeente is een voluit geestelijke taak. Hoe zou de gemeente haar taak kunnen vervullen als zij geen financiële middelen ter beschikking zou hebben? Het college van kerkrentmeesters draagt zorg voor het onderhoud van de kerk en de pastorie, het voeren van de financiële administratie, betaling van salarissen, traktementen en andere verplichtingen, zij werft gelden en verantwoordt het beheer hiervan en geeft financieel advies aan de kerkenraad. De ledenadministratie is ook aan haar zorg toevertrouwd. Om de steeds toenemende lasten en kosten te kunnen financieren, wordt met ingang van 2006 ook van de doopleden een bijdrage gevraagd voor de solidariteitskas. Tevens wordt om deze reden met de eindejaarscollecte een acceptgiro aangeboden aan alle pastorale eenheden. Met dankbaarheid wordt geconstateerd dat er door een grote groep gemeenteleden ruimhartig wordt gegeven. Toch is er ook een relatief grote groep die niets of een zeer gering bedrag bijdraagt. Het zou wenselijk zijn een beter inzicht te krijgen in de motivatie van de gemeenteleden die niets of vrijwel niets bijdragen. Dit inzicht is alleen te verkrijgen door de betreffende gemeenteleden te bezoeken en te vragen waarom ze niets of nauwelijks iets geven. Omdat deze groep gemeenteleden te groot is om door de 4 kerkrentmeesters te laten bezoeken, zouden de kerkrentmeesters assistenten moeten hebben, die in het voorjaar na de gehouden actie kerkbalans kunnen helpen deze groep mensen te bezoeken en te vragen naar de beweegredenen van het niet of nauwelijks bijdragen. Doordat regelmatig investeringen gedaan moeten worden die betaald worden uit de reserves, is het noodzakelijk de reserves op peil te houden. Het op peil houden van de reserves kan o.a. plaatsvinden door de gemeenteleden te stimuleren uit hun nalatenschap een erfstelling en/of legaat aan de kerk na te laten. Beleidsvoornemens: 1. Het verkrijgen van inzicht in de motivatie van diegenen die niets of weinig bijdragen aan de vrijwillige bijdragen en het daartoe inzetten van kerkrentmeesters, niet ambtsdrager zijnde en vrijwilligers. 2. Het beheersen van de kosten en verhogen van de inkomsten. 3. Het regelmatig onder de aandacht brengen van het onderwerp erfstellingen en legaten. 4. Het op peil houden van de reserves.
10
III.5 Apostolaat In het kader van het ons gestelde doel - getuige zijn - neemt het apostolaat een belangrijke plaats in. In het apostolaat krijgt het getuige zijn zichtbaar handen en voeten. Het apostolaat kent twee takken: zending en evangelisatie. Voor beide aspecten van het apostolaat bestaat een commissie die in samenwerking met de Gereformeerde Kerk zich wijdt aan deze taken. De commissie staat onder verantwoordelijkheid van de kerkenraad. 5.1 Zending Wat betreft zending: wij hebben gekozen voor langdurige steun aan een concreet zendingsproject waarbij de communicatie tussen zendeling en onze gemeente hoge prioriteit heeft. Dit om de betrokkenheid van de gemeente bij het zendingswerk te verhogen en het bewustzijn van de noodzaak van zending te vergroten. Die lijn willen we de komende jaren voortzetten. Als het einde van het huidige contact in zicht komt dient er te worden nagedacht over een eventuele voortzetting van dit project of de keuze voor een ander langdurig concreet project. Eénmaal per jaar wordt in een kerkdienst aandacht besteed aan het thema zending. 5.2 Evangelisatie 5.2.1 Activiteiten Wat betreft evangelisatie: de evangelisatiecommissie organiseerde evangelisatiediensten. Dit waren laagdrempelige diensten met een concreet thema die als doel hadden de gemeente te bepalen bij haar taak: getuige zijn. Deze zijn in een nieuwe vorm gegoten. Zij hebben het karakter van Sing-ins gekregen, waarbij veel ruimte is voor inbreng van gemeenteleden. Verder wordt er sinds 2006 een alpha-cursus georganiseerd. Deze cursus wordt gegeven in samenwerking met de Ned. Hervormde Grote Kerk en de Gereformeerde Kerk. Bij toerbeurt heeft een predikant van de genoemde kerken de leiding. De cursus biedt de mogelijkheid om op een ontspannen manier, voor het eerst of opnieuw, te ontdekken wat het christelijk geloof inhoudt. De cursus bestaat uit 10 avondbijeenkomsten die beginnen met een gezamenlijke maaltijd, en een bijeenkomst op zaterdagmorgen en –middag, waarbij een gezamenlijke lunch wordt gebruikt. Deelname aan deze cursus is gratis en geheel vrijblijvend. Het voortbestaan van deze belangrijke en interessante cursus hangt af van het aantal aanmeldingen. Er dient de nodige aandacht besteed te worden aan publicaties, zodat gemeenteleden en dorpsgenoten geprikkeld worden om zich voor deze cursus aan te melden. Gedacht kan worden aan publicaties in het kerkblad, posters, huis-aan-huisbladen en kabelkrant. Van het totaal aantal aanmeldingen is het deel dat uit onze gemeente afkomstig is het kleinst. Sterke punten dienen verder te worden uitgebouwd. Rondom kerst ligt er voor de gemeente een unieke kans iets te vertellen van het kerstevangelie. Het verder promoten van de kerstnachtdiensten en het organiseren van activiteiten rondom kerst dient overwogen te worden. Bijvoorbeeld: kerststukken maken in de kerk of een nostalgische avond waarop een kerstverhaal wordt verteld. Of het uitnodigen van Elly en Rikkert voor een concert om zo de kinderen bij de kerk te betrekken. Er is op dit moment geen evangelisatiecommissie. Toch moet er tijd en energie worden besteed aan het apostolaat. Het zou goed zijn als er weer een apostolaatsouderling zou komen. Daarnaast kan er een commissie worden gevormd die zich bezighoudt met het organiseren van evangelisatiebijeenkomsten.
11
5.2.2 Publiciteit Meer dan voorheen zal door onze gemeente de publiciteit moeten worden gezocht. Het verdient aanbeveling een publiciteitscommissie te vormen. Via internet en de kranten kan die de public relations van onze gemeente verzorgen. We mogen laten zien dat we er zijn en dat we iets te bieden hebben aan het dorp. Een welkomstbord bij de ingang van het dorp zou een idee zijn, het ophangen van een kastje bij de kerk met daarin informatie zou mogelijk zijn.
Beleidsvoornemens: 1. Uitbreiding van het apostolaatswerk in onze gemeente 2. Invulling geven aan de vacature van apostolaatsouderling 3. Continuering huidige vorm van zendingsproject 4. Continuering alpha-cursus 5. Waar mogelijk aanbieden van andere activiteiten om dorpsgenoten te bereiken 6. Vorming van een publiciteitscommissie 7. Vorming van een commissie die zich bezighoudt met het organiseren van evangelisatiebijeenkomsten
12
III.6 Jeugdwerk Het jeugdwerk in onze gemeente heeft momenteel redelijk tot goede aandacht. Momenteel is er Rock-Solid, kinderclub, jeugddiensten en kinderdiensten. 6.1 Analyse Jongeren haken af van de kerk. Dat heeft vele oorzaken. Een belangrijke oorzaak is dat veel ouders onvoldoende in staat zijn duidelijk te maken waarom het geloof waardevol is. Ouders laten kinderen veelal vrij in hun keuze voor de kerk. Dit is vaak een reactie op de eigen geloofsopvoeding die gekenmerkt werd door dwang. Helaas resulteert die vrijheid vaak in vrijblijvendheid. Willen we de jongeren bereiken dan moeten we beginnen bij de ouders. Opvoeden is in onze tijd niet eenvoudig. Jongeren ervaren massaal de zuigkracht van een dominante onchristelijke jeugdcultuur. Meer dan vroeger zijn kinderen tegenwoordig onafhankelijk, financieel maar ook relationeel. Er zal bij ouders en kinderen een bewustwording op gang moeten komen dat geloven vraagt om duidelijke keuzes en een christelijke levensstijl. Het bezoeken van een christelijke school is niet meer genoeg. Het kind moet ervaren dat het leven gekleurd wordt door de keuzes die vanuit het geloof gemaakt worden. Ook verdient het aanbeveling na te denken over jongerenbezoekwerk bijvoorbeeld door een jeugdouderling of door jongere gemeenteleden. 6.2 Doelstelling: Getuige zijn voor en met jongeren Doel van de jeugdouderlingen is jongeren in de gemeente getuige te laten zijn van wat het betekent te leven met Jezus Christus onze Heer. Dit is tweeledig: 1) Jongeren zelf getuige laten worden van wat het evangelie kan doen. Dus geloofsopbouw. 2) Jongeren helpen zelf te getuigen in woord en daad. De gemeente wil de jongeren daar bij helpen door zelf voor de jongeren getuige te zijn. Een bijzondere taak heeft daarin de jeugdouderling. Gesteund door de gemeente zetten zij zich in om in woord en daad de jongeren te laten ervaren wat het evangelie betekent. Ervaring is voor jongeren belangrijk. Willen we jongeren in contact brengen met het evangelie dan is het belangrijk dat zij ervaren wat het evangelie doet: a) In de gemeente (christelijke gemeenschap, vriendschap, veilige ruimte, ontspanning). b) In het leven van andere mensen (verkondiging, ontmoeting met andere christenen, bezoeken van jeugdevenementen). Het is belangrijk dat jongeren ontdekken dat zij niet de enigen zijn die geloven. Met het oog hierop richten de jeugdouderlingen zich op twee taken: a) Gemeenschap: gezamenlijke activiteiten waarbij jongeren elkaar leren kennen en de sfeer open en aanvaardend is. b) Getuigenis: jeugdclub (Rock Solid), bezoeken jongerenevenementen, jeugddiensten. Indien mogelijk samen met Gereformeerde Kerk en/of met de Ned. Hervormde Grote Kerk. 6.3 Ouderparticipatie Jongeren hebben het druk en kunnen kiezen uit een overdaad aan activiteiten. Het is niet vanzelfsprekend dat zij kerkelijke activiteiten zullen bezoeken. Gezien de geringe betrokkenheid van jongeren bij de gemeente is dat zelfs onwaarschijnlijk. Daarom is het noodzakelijk dat ouders hierbij betrokken worden. Zij zullen achter de plannen van de kerkenraad moeten staan en hun kinderen stimuleren de activiteiten te bezoeken. Aan de kerkenraad de taak om na te denken over de vraag hoe de ouders hierin ondersteund kunnen worden. 6.4 Taken van de jeugdouderlingen De taken van de jeugdouderlingen zijn: 1. Het organiseren van jeugddiensten. De kinderdiensten worden georganiseerd door de kinderdienstcommissie.
13
2. Blijven organiseren van activiteiten met als doel gemeenschap te stichten (gezelligheid) en te vormen (verdieping). 3. Het in stand houden van een Jeugdclub samen met de Gereformeerde Kerk. Daarvoor wordt gebruik gemaakt van het Rock-Solid programma van Youth for Christ. 4. Het in stand houden van een gezamenlijke kinderclub samen met de Gereformeerde Kerk. Daarnaast bestaat de behoefte een jeugdcommissie samen te stellen. Deze commissie kan worden opgedeeld in drie subcommissies die respectievelijk de jeugd- en kinderdiensten organiseren, de activiteiten opzetten en de jeugdclub begeleiden. De hele commissie als geheel draagt eindverantwoordelijkheid voor de drie onderdelen. Indien nodig kunnen commissieleden onderling bijspringen. Beleidsvoornemens: 1. Opzetten jeugdcommissie 2. Organiseren activiteiten 3. Jongerenbezoekwerk
14
III.7 Vorming en toerusting Momenteel bestaat de vorming en toerusting uit: twee bijbelkringen, twee lidmatengroepen, jongerencatechisatie, volwassenencatechisatie en de Alpha-cursus. De groot huisbezoeken en de thema-avonden worden niet meer georganiseerd. Doel van deze avonden was gemeenteleden te vormen in het geloof en toe te rusten tot dienst aan de wereld. De kerkenraad is van mening dat zowel het groot huisbezoek als de thema-avonden nieuw leven ingeblazen moet worden, eventueel onder een andere naam. De bijbelkringen draaien stabiel en voorzien in een behoefte. Van de volwassenencatechisatie en van de lidmatengroepen kan dit ook worden gezegd. De jongerencatechisatie wordt trouw bezocht door een kleine groep jongeren. Naast vorming en toerusting dienen deze avonden nog een ander doel: de onderlinge ontmoeting. Ze zijn daarmee het cement in een deel van de gemeente. Alleen als mensen zich gekend weten voelen ze zich betrokken bij een gemeente. Beleidsvoornemens: 1. Huidige aandacht voor Vorming en Toerusting continueren 2. Opnieuw organiseren groot huisbezoeken en thema-avonden
15
III.8 Samenwerking Gereformeerde Kerk Sinds jaar en dag werkt onze gemeente samen met de Gereformeerde Kerk door middel van een samenwerkingsovereenkomst. Dit beleid zal worden gecontinueerd. De contacten zijn goed en hartelijk. Er wordt door beide gemeenten niet gestreefd naar een fusie. Wat betreft geloofsbeleving is er vrijwel alleen maar overeenkomst tussen beide kerken, wat betreft de kerkcultuur niet. Ervaren eenheid hoeft ook niet per se organisatorisch tot uitdrukking te worden gebracht. In de praktijk zou een fusie als nadelig gevolg hebben dat bij een (grote) groep gemeenteleden een gevoel van ontheemding zou ontstaan door het (deels) verloren gaan van de eigen identiteit. Gestreefd wordt daarom naar twee zelfstandige bloeiende gemeenten die in onderlinge geestelijke verbondenheid ieder hun eigen plek innemen in ons dorp. Waar mogelijk wordt samengewerkt, maar deze samenwerking kenmerkt zich door een pragmatisch karakter. Het aantal gezamenlijke diensten wordt voorlopig niet verder uitgebreid. Beleidsvoornemen: Continuering van beleid. Geen fusie
Vastgesteld door de Kerkenraad op 12 juni 2012.
Voorzitter,
Scriba,
G. Doornhof
J.J. van Deuveren
16