Gezondheidspromotie Lichaamsbeweging en sportbeoefening bij 50-plussers in de Franse Gemeenschap Online enquête bij CM-leden Philippe Goden - Professor aan de UCL en voorzitter van SBFPS, Société Belge Francophone de Psychologie du Sport Aurore Devos - Nationaal Coördinator - éneoSport vzw1
Samenvatting Lichaamsbeweging en sportbeoefening bij senioren komt nog steeds weinig aan bod en er wordt weinig onderzoek naar gedaan. De “verouderende” maatschappij en haar belangrijkste uitdagingen inzake gezondheidspreventie vereisen echter om hier aandacht voor te hebben. Senioren laten bewegen is een van de belangrijke beschermingsfactoren die toelaten om met behoud van een optimale levenskwaliteit ouder te worden. Er worden zeer weinig studies gewijd aan 50-plussers of de bestaande onderzoeken dateren van jaren geleden en worden niet bijgewerkt. Volgens de vzw énéoSport, een sport- en vrijetijdsvereniging voor 50-plussers in de Franse Gemeenschap, erkend door Adeps2, is het essentieel het onderzoeksveld in dit domein te ontwikkelen. Om een eerste aanzet te geven en perspectieven te openen, werd in 2015 een eerste stap gezet door middel van een opiniepeiling bij CM-leden ouder dan 50. Sleutelwoorden: Lichaamsbeweging, Sport, Senioren, Gezondheid, ÉnéoSport
1. Inleiding Elk van ons is zich bewust van het stijgend aantal ouderen in onze huidige maatschappij. Ze vertegenwoordigen een belangrijke en groeiende bevolkingslaag en de stijging van de levensverwachting biedt meer perspectieven in het kader van een globale gezondheidspromotie. Het spreekt vanzelf dat sport op elke leeftijd essentieel is om in conditie en gezond te blijven! Voor senioren springen de fysieke voordelen nog meer in het oog: door hun positieve invloed op het cardiovasculaire, het osteo-articulaire en het musculaire systeem kan de onvermijdelijke veroudering van de menselijke fysiologische functies worden afgeremd en zijn sportievelingen in staat hun dagelijkse activiteiten met meer comfort en veiliger aan te vatten.
1 2
40
Sportbeoefening bij ouderen heeft ook een sociale rol: hierdoor kunnen ze hun zelfstandigheid behouden, een positief zelfbeeld in stand houden en openstaan voor anderen. Het is dus zichzelf de kans geven om, op het moment dat men op pensioen gaat, opnieuw een netwerk te vormen van sociale relaties, die onmisbaar zijn voor het persoonlijk evenwicht, of dit te handhaven. Ten aanzien van wat hierboven werd vermeld, zijn de rol en de uitdagingen in termen van volksgezondheid van de sportvereniging énéoSport, uniek in haar soort in de Franse Gemeenschap, meer dan duidelijk. Daarom wil ze een standpunt innemen als onmisbare actor op de politiek-sportieve scène en de eerstekeus partner zijn voor een beleid inzake het
ÉnéoSport vzw is een afdeling van énéo, de Franstalige christelijke beweging van senioren (cfr. Okra). Adeps (= Administration de l'Education Physique et des Sports) is de Franstalige tegenhanger van BLOSO en heeft als opdracht fysieke activiteiten en sport te promoten, te organiseren en te omkaderen.
CM-Informatie 262 • december 2015
promoten van seniorensport op grote schaal. Om echter de te nemen promotiemaatregelen aanzienlijk te optimaliseren, is het essentieel dat men het beoogde publiek beter kent/definieert. We stellen verwonderd vast dat er nagenoeg geen enkele Belgische studie is die zich in het bijzonder richt op sport bij senioren. Het wetenschappelijk onderzoeksveld in dit domein is zeer pover, los van het feit dat de bestaande studies grotendeels van jaren geleden dateren of slechts zeer weinig resultaten tonen die specifiek zijn voor dit publiek. De vzw énéoSport wilde een standpunt formuleren aangaande deze vaststelling. ÉnéoSport is immers de enige multisporten vrijetijdsvereniging die specifiek gericht is op 50-plussers en erkend is door Adeps (sinds 1978). Deze sportvereniging, partner van Énéo vzw en de Christelijke Mutualiteiten, verenigt bijna 17.000 leden verdeeld over meer dan 500 sportclubs in de Franse Gemeenschap. Ze wou een eerste enquête lanceren en heeft in samenwerking met het departement psychologie van de UCL en Professor Philippe Godin (Dienst Sportpsychologie) een enquête uitgevoerd over de motivaties en de belemmeringen voor lichaamsbeweging en sportbeoefening bij Franstalige personen van 50 jaar en ouder. Deze opiniepeiling werd op 03/11/14 per e-mail bezorgd aan meer dan 70.000 leden van de Christelijke Mutualiteit (tussen 50 en 90 jaar). De vragenlijst was relatief kort (21 vragen) om ontmoediging te vermijden en de respons te verhogen.
2. Doelstellingen De doelstellingen van deze opiniepeiling waren een eerste zicht bieden op de sportbeoefening van de 50- tot 90-jarigen (in dit geval specifiek van de bevraagde CM-leden), aandacht vestigen op de motivaties en belemmeringen om aan lichaamsbeweging en aan sport te doen en tot slot ons zo veel mogelijk in staat stellen om actie- en denkpistes te definiëren.
3. Steekproef & methodologie 3.1. De e-mail die naar de CM-leden is verstuurd Het bericht werd voorbereid door énéoSport in samenwerking met het departement Onderzoek & Ontwikkeling van de Christelijke Mutualiteit en herlezen door de communicatiedienst. Elke e-mail vermeldde op beknopte wijze het doel van de enquête en de link om de vragenlijst online te kunnen raadplegen.
3.2. Het aantal gecontacteerde personen • 72.609 personen hebben de e-mail ontvangen. De betrokken e-mailadressen zijn afkomstig van de voorraad ‘bevestigde’ e-mailadressen van personen die hebben geopteerd voor de “diensten en voordelen”.
Tabel 1: Aantal gecontacteerde personen – structuur per leeftijd en geslacht structuur
mannen
vrouwen
M&V
50-59
15.765
16.911
32.676
60-69
14.031
12.795
26.826
70-79
5.902
4.253
10.155
80-90
1.612
1.340
2.952
TOTAAL =
37.310
35.299
72.609
CM-Informatie 262 • december 2015
41
• Hierna het aantal gecontacteerde personen per ziekenfonds van aansluiting:
Tabel 2: Aantal gecontacteerde personen per ziekenfonds van aansluiting Waals-Brabant
8.335
Oost-Henegouwen
9.279
Henegouwen-Picardië
9.638
Luik
10.400
Luxemburg
6.194
Namen
15.156
Brussel
8.882
Verviers-Eupen
4.725
TOTAAL =
72.609
4. Enkele voorafgaande opmerkingen De voorgestelde resultaten mogen niet worden veralgemeend naar de Belgische bevolking en zelfs niet naar de Franstalige Belgische bevolking. Ze zijn uitsluitend indicatief voor de personen die hebben geantwoord. De cijfers verschaffen immers informatie die uitsluitend betrekking heeft op de steekproef van de enquête (alleen de respondenten). Toch is er voor veel vragen bovendien een “lichte” variatie in de cijfers vanwege een gebrek aan antwoorden van de deelnemers. Niet alle respondenten hebben immers telkens op alle vragen geantwoord. Dit verklaart een “kleine” tegenstrijdigheid in de cijfers. Voor de berekening van de percentages werd er dus telkens rekening gehouden met het aantal antwoorden op de specifieke vraag en niet met het initiële totaal aantal antwoorden.
• De contacttaal werd afgeleid van het ziekenfonds van aansluiting. Voor CM Verviers-Eupen werden enkel de leden met een Franstalige taalcode gecontacteerd. • Er werden diverse controles uitgevoerd om het risico op het versturen van een e-mail naar een overledene of een persoon die in een woonzorgcentrum of psychiatrisch verzorgingstehuis verblijft te beperken.
Ook al zou het vanuit een louter theoretisch standpunt interessant kunnen zijn om de gegevens te kruisen met verschillende variabelen (daalt de motivatie van vrouwen die actief lid zijn van énéoSport in de provincie Luxemburg bijvoorbeeld minder dan ... ?), vanwege duidelijke statische redenen kan dit niet (drastische vermindering van de steekproef). Daardoor kozen wij ervoor om ons te beperken tot algemenere gegevens.
5. Resultaten 3.3. De online vragenlijst • De vragenlijst werd ontwikkeld door énéoSport en de UCL en is ook gevalideerd door het departement O&O (Onderzoek & Ontwikkeling). Er werd op geen enkel moment aan de respondent gevraagd om zich te identificeren. De vragenlijst was dus volledig anoniem. • Uiteraard zijn er zoals in elke vragenlijst sociodemografische vragen: leeftijdscategorie, geslacht, regio, beroep. Het zijn geen vragen ter identificatie, maar gewoon vragen waarmee we ons een idee kunnen vormen van het sociale profiel van de respondenten. • De online vragenlijst werd gehost op de server van de UCL. Het verzamelen van de resultaten evenals het exporteren van de gegevens gebeurden vanaf deze account. De UCL beheerde deze account en deze operaties.
Van de 72.609 verstuurde vragenlijsten, kregen wij 15.020 vragenlijsten teruggestuurd waarvan er 14.574 bruikbaar waren, wat overeenkomt met 20% van de globale steekproef (zeer goede respons). Onder deze 14.574 personen met een gemiddelde leeftijd tussen 55 en 70 jaar, tellen wij 52% mannen en 48% vrouwen evenals 56% gepensioneerden en 44% personen die nog een beroep uitoefenen. De steekproef is grotendeels samengesteld uit personen die niet zijn aangesloten bij de vzw énéoSport, namelijk 1.018 leden van énéoSport, 13.545 niet-leden van énéoSport (11 niet gepreciseerd). De respondenten zijn bovendien grotendeels bedienden en intermediaire beroepen en zeer weinig werklozen of arbeiders (Figuur 1). Zoals de grafiek hierna toont (Figuur 2), komen de respondenten uit 6 geografische zones, waaronder voornamelijk de provincies Henegouwen, Luik en Namen.
42
CM-Informatie 262 • december 2015
Bovendien toont de opiniepeiling aan dat de grote meerderheid van de personen (74%) een positief beeld heeft van hun globale gezondheid. Personen met een negatief beeld van hun gezondheidstoestand zijn absoluut in de minderheid (2%) zoals Figuur 3 aantoont.
nog te weinig gesensibiliseerd en spelen ze hun rol van verbindingsschakel en promotor van lichaamsbeweging onvoldoende. Het is evenwel ook mogelijk dat de term "voorschrift" verkeerd werd begrepen. Het zou dus nuttig kunnen zijn om dieper in te gaan op dit luik.
De vragenlijst schonk met name aandacht aan de hoeveelheid lichaamsbeweging (behalve sport), te weten de dagelijkse activiteiten zoals de trap aflopen, tuinieren, boodschappen doen, het huishouden, enz.
We merken op dat als men zich richt op de groep respondenten die zijn aangesloten bij énéoSport (tabel 3), het welzijn op de eerste plaats komt met 80% van de antwoorden. Gezondheid (zonder voorschrift) en het aanknopen van relaties oogsten een aanzienlijk aandeel van de antwoorden. Voor de respondenten die lid zijn van énéoSport is het relationele aspect dus bijna net zo essentieel als het aspect "gezondheid" (zonder voorschrift).
Het grootste deel van de steekproef blijkt actief tot zeer actief inzake lichaamsbeweging (behalve sport), het gemiddelde van de bewegingstijd ligt voor 60% van de respondenten tussen 7 uur tot meer dan 10 uur beweging per week (figuur 4). Volgens de antwoorden worden deze activiteiten voor 82% over 3 weekdagen of meer verdeeld. De enige aangehaalde belemmering om dagelijks aan lichaamsbeweging te doen, is fysieke pijn, wat vrij logisch is. Inzake sportactiviteiten beoefent 57% van de proefpersonen 3 tot 9 uur sport per week zoals Figuur 5 laat zien. Opnieuw blijkt de steekproef zeer actief, vooral omdat sport bovenop lichaamsbeweging komt. In vergelijking met Figuur 4 daalt de trend om aan sport te doen lichtjes (meer sport van 3 tot 6 uur dan van 7 tot 9 uur). De “1 tot 2 uur per week” verdubbelt bijna. Zo doen de respondenten doorgaans meer aan lichaamsbeweging (behalve sport) dan aan sport, maar in het algemeen blijft onze steekproef bestaan uit personen die zeer actief zijn op het vlak van sport. Dit is tamelijk verrassend, want voor velen komt dit bovenop de dagelijkse lichaamsbeweging. Deze resultaten gaan overigens in tegen bepaalde gegevens die erop duiden dat in België 62% van de mannen ouder dan 55 jaar en 72% van de vrouwen ouder dan 55 jaar nooit of zelden aan lichaamsbeweging en/of sport doen (Eurobarometer 2014). De personen werden ook bevraagd over de redenen om aan sport te doen.
Tabel 3: Redenen om aan sport te doen voor de respondenten die lid zijn van énéoSport (er waren meerdere antwoorden mogelijk) - Welzijn: 80% - Schoonheid: 8% - Gezondheid (zonder voorschrift): 68% - Gezondheid (met voorschrift): 5% - Relaties aanknopen: 53%
Afbeelding 1: Huidig beroep of laatst uitgeoefende beroep door de respondenten
5% 24%
42%
10%
In Figuur 6 stellen we vast dat het welzijn en de gezondheid echt domineren in de antwoorden. Bijna 1/5 van de steekproef benadrukt het relationele luik (wat niet te verwaarlozen is).
19%
Men is weinig bekommerd om schoonheid, evenmin om sportbeoefening “op doktersvoorschrift” (m.a.w. “op doktersadvies”). Dit laatste resultaat is tamelijk verontrustend.
Bedienden
Er kunnen twee hypotheses worden geformuleerd voor het laag aandeel sporten omwille van een "doktersvoorschrift": ofwel gaan weinig gesensibiliseerde personen over tot actie (het doktersvoorschrift uitvoeren), ofwel zijn de huisartsen
CM-Informatie 262 • december 2015
Kaderpersoneel Arbeiders Intermediaire beroepen (landbouwers, kunstenaars, handelaars, ...) Zonder
43
Afbeelding 2: Aantal respondenten per geografische zone 26%
30% 25% 20% 15% 10% 5% 0%
22%
Afbeelding 5: Percentage antwoorden van de globale steekproef in verhouding tot de tijd voor de beoefening van een sportactiviteit per week
21% 12%
11%
8%
47%
Afbeelding 3: Subjectieve gezondheid (globale steekproef)
(Zeer) slecht 2%
Zeer goed 21%
Gemiddeld 24%
Goed 53%
5% 6% 32%
Prov. Luxemburg
Brussel
Waals-Brabant
Prov. Namen
Henegouwen
Prov. Luik
10%
Minder dan 1 uur
7 à 9 uur
1 à 2 uur
10 uur of meer
3 à 6 uur
Afbeelding 6: Redenen om aan sport te doen (er waren meerdere antwoorden mogelijk)
Relaties 17%
Medisch Voorschrift 2% Welzijn 41%
Afbeelding 4: Percentage van de globale steekproef dat aan lichaamsbeweging doet (behalve sport) op één week per uur
25%
6%
17%
Gezondheid 34% Schoonheid 6%
17% 35%
Minder dan 1 uur
7 à 9 uur
1 à 2 uur
10 uur of meer
3 à 6 uur
44
CM-Informatie 262 • december 2015
Tabel 4: Welke zijn de voordelen van sportbeoefening (motivaties)? Verdeling van de respondenten Motivatie?
niet belangrijk (1)
een beetje belangrijk (2)
matig belangrijk (3)
belangrijk (4)
heel belangrijk (5)
Afslanken
34,9%
20,7%
23,6%
12,5%
8,2%
Gezondheid
6,9%
5,2%
15,4%
33,3%
39,2%
Tegen de ouderdom
16,3%
12,6%
23,5%
25,4%
22,2%
Antistress
16,6%
14,7%
20,8%
24,4%
23,5%
Vermoeidheid
15,6%
12,6%
24,1%
27,1%
20,6%
Plezier maken
12,6%
9,0%
18,9%
26,8%
32,7%
Figuur
34,4%
20,7%
21,8%
14,4%
8,8%
Ontmoetingen
25,5%
16,4%
23,4%
19,3%
15,4%
Conditie
6,7%
4,2%
12,5%
33,1%
43,5%
Prestaties
24,8%
17,7%
25,6%
19,0%
12,9%
Contact
25,3%
17,9%
24,1%
19,3%
13,4%
Dynamiek
9,8%
10,0%
23,8%
32,6%
23,8%
Vetmassa
27,1%
17,7%
22,3%
19,1%
13,8%
Spieren kweken
37,3%
19,6%
20,9%
13,1%
9,2%
Tabel 5: Welke zijn de belemmeringen om aan sport te doen? Verdeling van de respondenten helemaal geen obstakel (1)
weinig beperkend obstakel (2)
matig beperkend obstakel (3)
zeer beperkend obstakel (4)
uitermate beperkend obstakel (5)
het is een reden om het op te geven (6)
Traject
70,9%
13,7%
8,2%
3,2%
2,3%
1,7%
Kleedkamer
89,1%
0,8%
4,9%
1,8%
1,5%
1,9%
Wat anderen denken
84,9%
7,9%
3,9%
1,4%
1,1%
0,9%
Uitrusting
73,9%
13,7%
7,1%
2,4%
1,7%
1,2%
Fysieke problemen
44,0%
25,4%
16,6%
6,9%
4,1%
3,0%
Weinig interesse om het te doen
71,9%
11,8%
8,6%
3,3%
2,3%
2,1%
Wil om het huis uit te gaan
66,5%
23,8%
1,5%
4,7%
2,4%
1,1%
Personeel van de infrastructuur
80,5%
9,5%
5,4%
1,6%
1,2%
1,8%
Sfeer
70,6%
13,2%
9,2%
3,2%
2,1%
1,7%
Prijs
54,8%
14,3%
13,4%
6,8%
6,1%
4,6%
Technische problemen
67,2%
17,2%
8,9%
3,2%
1,8%
1,6%
Tijd
45,7%
19,7%
17,6%
8,4%
5,7%
2,9%
Kennis van het aanbod
60,5%
13,6%
12,5%
6,5%
4,4%
2,6%
Staat van het sanitair
67,4%
13,5%
9,4%
4,0%
2,9%
2,8%
Belemmering?
CM-Informatie 262 • december 2015
45
Een andere vraag in de opiniepeiling betrof de precieze voordelen van aan sport doen (vraag die de vraag over de “redenen” aanvult en verfijnt). Hiervoor benadrukken de respondenten (in dalende volgorde) de conditie, de gezondheid, het plezier en het zoeken naar dynamiek als de belangrijkste motivaties om aan sport te doen (tabel 4). De schoonheidsaspecten (afslanken, bekommernis om het figuur) overheersen helemaal niet in de antwoorden van de respondenten - volledig afnemende trend zoals in de “redenen om aan sport te doen” is gebleken. Spieren kweken en prestatiegerichtheid zijn weinig uitgesproken, maar de trend lijkt zich te situeren tussen “weinig tot matig belangrijk”. Voor wat betreft de “strijd” tegen de veroudering, de vermindering van stress, vermoeidheid, is er geen duidelijkheid en zijn de meningen verdeeld, maar het lijkt alsof de trend naar eerder “belangrijk” gaat. Tot slot is deze vaststelling identiek voor wat betreft “ontmoetingen” en “contacten leggen”. De resultaten blijven sterk verschillen. Deze resultaten kunnen erop wijzen dat de 55- tot 70-jarigen een specifieke visie hebben op sportbeoefening en over het algemeen tamelijk gelijkaardige motivaties zouden hebben om zich ervoor te engageren. Het zou dus nuttig kunnen zijn om deze resultaten nog uit te diepen. Overigens duiden ze op de klassieke sportieve scène doordat het vaak (te veel?) de fysieke aspecten of de prestaties in verband met sport zijn waarop de aandacht wordt gevestigd. Het standpunt «gezondheid door lichaamsbeweging en sport» of ook het luik «sport voor iedereen» komt weinig aan bod en wordt weinig uitgewerkt, vooral voor wat betreft het betrokken publiek. Uiteraard zijn er senioren die prestatiegericht zijn, maar in werkelijkheid gaat het om een minderheid. Bovendien is het zeer waarschijnlijk dat we als we ouder zijn de sport uit onze «jeugd» overnemen. Het klassieke identificatiemodel met elites is voor de meeste senioren zeker moeilijk toegankelijk. Tot slot weten we dat wat betreft het item "relaties aan-knopen" de integratie in de groep en een (kwalitatief) sociaal weefsel inwerkt op het welzijn en bijgevolg op de gezondheid in de ruime zin van het woord. Dit is des te interessanter als men weet dat veroudering gekoppeld is aan een neiging tot isolement. Als men dit isolement en ook onrechtstreeks de problemen die dit op verschillende niveaus stelt (ongevallen, vallen, eenzaamheid, depressie, ‘failure to thrive’, enz.) wilt bestrijden, moet de integratie in een sociaal weefsel via met name gezellige en nabijgelegen sport- en vrijetijdsclubs worden bevorderd. Lid worden van een structuur als énéoSport zou leukweg ook een rol kunnen spelen in de preventie van bepaalde sociale problemen die ouder worden kan veroorzaken. De enquête brengt een ander tamelijk verwarrend element in kaart, namelijk dat er geen enkel obstakel is bij de respondenten die aan sport doen (tabel 5). Op basis van de ontvangen feedback tekent zich een hoog toetredingsniveau af. Kortom, 46
eens de respondenten met sport begonnen zijn, moet er veel gebeuren om hen nog te demotiveren. Dit resultaat zou eventueel kunnen worden verklaard door de essentiële rol van het relationele aspect, het belang dat de respondenten aan het gecreëerde netwerk en de sociale banden hechten. Dit gebrek aan obstakels blijft zeer verrassend, want vaak wordt de prijs aangehaald als belemmering.
6. Beperkingen van de enquête Deze enquête werd doorgevoerd met als doel een verkenningsonderzoek uit te voeren. Ze kan dus niet vergeleken worden met grondigere studies. Bijgevolg moet de aandacht worden gevestigd op verschillende belangrijke beperkingen. De steekproef werd op een volledig aselecte manier gekozen en werd niet "representatief" samengesteld met betrekking tot de Belgische bevolking. Vervolgens is het heel goed mogelijk dat de betrokken steekproef reeds bijzonder gevoelig is voor het thema gezondheid en zich bewust is van het belang van lichaamsbeweging en sport. Het is mogelijk dat verschillende respondenten geneigd waren om de vragenlijst te beantwoorden gewoon omdat dit thema hen reeds bijzonder aansprak. Bovendien kan de vaststelling dat er weinig belemmeringen worden vastgesteld om aan sport te doen, verband houden met het levensniveau van de respondenten. Het is immers mogelijk dat de respondenten van onze enquête eerder een comfortabel levensniveau hebben. Merk immers op dat de steekproef is samengesteld uit tamelijk veel bedienden, kaderleden (of voormalige bedienden/voormalige kaderleden) en uit personen die nog actief zijn. De kennis van het aanbod is ook een belangrijk element dat een belemmering kan zijn, zoals met name de Eurobarometer van 2014 heeft aangetoond. Opnieuw kunnen de resultaten vertekend zijn doordat de meeste respondenten, vanwege hun sociaal-economisch niveau, meer toegang hebben tot het internet of ook ertoe worden gebracht om meer te "surfen" vanwege hun beroepsactiviteit (aangezien een groot deel van de respondenten nog werkt). Dit kan erop wijzen dat deze personen bijgevolg meer in staat of gewend zijn om zelf informatie op te zoeken. Zodoende kunnen de verkregen resultaten uiteraard niet worden veralgemeend voor alle 50-plussers, maar gelden ze uitsluitend voor de respondenten die hebben geantwoord. Gezien het hoog aantal ontvangen antwoorden is het echter mogelijk om hypotheses en vragen te formuleren.
CM-Informatie 262 • december 2015
7. Besluit & perspectieven Vanwege het feit dat deze enquête werd uitgevoerd in de vorm van een opiniepeiling - een primeur voor de vzw énéoSport opent ze uiteraard meer deuren dan dat ze er sluit. Ze heeft als voordeel dat ze enkele vragen, denkpistes opwerpt, maar ook perspectieven voor later onderzoek opent.
De belangrijkste elementen zijn: • het belang van aan sport te doen voor “conditie/ gezondheid/welzijn” in het algemeen • het belang van het relationele luik in het kader van sport (en dit meer in het bijzonder voor de leden van énéoSport)
Ten slotte willen we aangeven dat het natuurlijk essentieel blijft om sensibiliseringsacties voor lichaamsbeweging en sport bij senioren voort te zetten, op verschillende niveaus met het oog op gezondheidspreventie, zonder evenwel de enquêtes en studies over te slaan die input kunnen geven voor de te voeren acties en door te geven boodschappen. Dit werk kan enkel worden uitgevoerd door meer synergieën te creëren tussen actoren met als belang welzijn/gezondheid, de ontwikkeling van sport en vrije tijd voor iedereen, maar ook met universiteiten en onderzoeksinstellingen. Een netwerk is van essentieel belang en het onderzoeksveld inzake "seniorensport" bevindt zich dus nog in een vroeg stadium…
• de zwakke prestatiegerichtheid of ook de lage interesse voor de schoonheidsaspecten • het hoge toetredingsniveau van de respondenten eens ze met sport zijn begonnen • het lage aantal mensen dat aan sport doet op doktersvoorschrift
Op basis van deze belangrijkste elementen kunnen enkele pistes worden geopperd. Het zou immers interessant kunnen zijn om de sensibiliseringscampagnes voor senioren om aan sport te doen te richten op de aspecten gezondheid, conditie en welzijn en ook op het sociale luik. Zo moeten er uiteraard partnerschappen, met name met gezondheidsorganisaties, worden opgericht opdat boodschappen optimaal worden verspreid en geïntegreerd. Bovendien zou het relevant zijn om na te denken over de rol van de huisartsen inzake de bevordering van lichaamsbeweging en sport bij senioren door in de eerste plaats over te gaan tot een enquête op het terrein en misschien vervolgens een informatiecampagne te ontwikkelen van de actoren op de 1e lijn zoals de artsen. Meer in het algemeen is het noodzakelijk om over te gaan tot andere studies en enquêtes met als doel een reeks elementen uit te diepen. Naast het feit dat bepaalde luiken van deze opiniepeiling moeten worden uitgediept en er een ander publiek dan CM moet worden ondervraagd, zou het met name interessant zijn om de gegevens en percepties te analyseren in functie van de leeftijdscategorieën, omdat de wensen en activiteiten van 50- tot 60-jarigen namelijk heel anders zijn dan die van personen van 80-90 jaar. Het hoeft geen betoog dat er een schat aan oriënteringen mogelijk is.
CM-Informatie 262 • december 2015
47