Bouw of verbouw gezond
GEZOND WONEN? Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap
INHOUD INHOUD ................................................................ 3 HET MILIEU IN HUIS? ............................................... 4 IS JE WONING IN ORDE? ................................................................................4 HOE MAAK JE HET VERSCHIL?.........................................................................4 BEPERK DE KOSTEN! .....................................................................................4
GEZOND BLIJVEN? ZORG VOOR HET MILIEU IN HUIS ...... 5 HOE GERAAKT MIJN BINNENMILIEU VERVUILD? ..................................................5 EEN VERVUILD BINNENMILIEU? WAT ZIJN DE GEVOLGEN? ...................................6
HOE BOUW OF VERBOUW JE GEZOND? ........................ 9 DENK AAN DE LUCHTVERVERSING OF VENTILATIE ...............................................9 WAAROM MOET JE VOLDOENDE VENTILEREN? ...................................................9 VERMIJD VOCHT EN KOUDEBRUGGEN ...............................................................11 LET OP VLUCHTIGE ORGANISCHE STOFFEN ........................................................11 BEWAAK DE VERBRANDINGSPROCESSEN ...........................................................12 MAAK GENOEG LICHT ...................................................................................13
JE STAAT ER NIET ALLEEN VOOR ................................. 14 DE VLAAMSE OVERHEID STEUNT MET PREMIES ..................................................14
Inhoud
Gezond Wonen? 3
HET MILIEU IN HUIS? H
et milieu, dat is de omgeving waarin je leeft. Dat is niet alleen buiten maar ook binnen. Want daar leven we meestal. Dus is ook een schoon binnenmilieu belangrijk. Thuis, op het werk of op school. En daar is nog werk aan. Want het milieu binnen is niet schoner dan buiten. Integendeel. Dikwijls is de buitenlucht gezonder dan de lucht in huis. Zeker als we niet genoeg verluchten. Het grootste deel van de tijd leven we binnen. Meestal thuis. Tot driekwart van de tijd. Ook op het werk of op school zitten we meestal binnen. Veel meer dan vroeger. De kwaliteit van ons leefmilieu binnenshuis is dus zeer belangrijk. En dat valt soms tegen. Dikwijls is de kwaliteit van het milieu buiten er veel beter aan toe dan het milieu in huis. Maar we kunnen er wat aan doen.
HOE MAAK JE HET VERSCHIL?
Op zoek naar bruikbare tips? Hier lees je meer over de belangrijkste oorzaken van vervuiling binnenshuis. Over de mogelijke effecten op je gezondheid. En wat je eraan kan doen. Zorg voor een goede verluchting. Dat is absoluut nodig voor propere lucht in huis. Isoleer je woning goed. Zo spring je zuinig om met energie. Dat is goed voor het milieu. Bovendien spaar je al IS JE WONING IN ORDE? snel heel wat euro’s. En kies voor de juiste materiKrijg zicht op de kwaliteit van het milieu in je alen als je bouwt of verbouwt. woning. Hoe is je woning geïsoleerd? Is er voldoende verluchting? Met welke materialen is er BEPERK DE KOSTEN! gebouwd? Informeer je goed, zo kan je beter kieZorg dat je bouwplan goed zit. Van bij het ontzen. werp. Denk meteen aan de gezondheid van de En hoe woon je? Ook je manier van wonen, be- toekomstige bewoners. Bouw gezond. Gebruik paalt de kwaliteit van het milieu in huis. Soms de tips uit deze brochure. Vermijd latere verbouvolstaan enkele eenvoudige tips om gezonder te wingen. Dat kost zoveel meer geld, tijd en moeiwonen. te. Door beter te bouwen en te verbouwen, kunnen we gezonder leven. Gezondheid loopt nauw samen met de kwaliteit van ons milieu – zowel buiten als binnen. En dat betekent meer levenskwaliteit.
Het milieu in huis?
Gezond Wonen? 4
GEZOND BLIJVEN? ZORG VOOR HET MILIEU IN HUIS O
nze woning zit vol chemische, fysische en biologische stoffen. Ze beïnvloeden de kwaliteit van ons milieu in huis. Er zijn weinig harde cijfers. Onderzoek is moeilijk. Want er zijn wel meer spelers in het veld. Zoals de kwaliteit van het milieu of het verkeer in je woonomgeving. Of hoe je zelf met het milieu in je woning omgaat. Zuivere lucht in huis is het belangrijkste voor je gezondheid: • Een aangename temperatuur (tussen 18 en 24 graden). • Redelijk droog (vochtigheidsgraad 30 tot 70 procent). • Weinig biologische en chemische stoffen. In een ongezond binnenmilieu krijg je last van hoofdpijn en vermoeidheid. Het is slecht voor je luchtwegen. En ongezonde lucht irriteert de slijmvliezen in je neus of je keel. Wat doe je eraan? Zorg dat er genoeg frisse lucht binnenkomt: zorg voor een goede ventilatie. Luchttoevoer m³/h/persoon 25 35 70
l/s/persoon 7,5 10 20
2. Maar je manier van wonen, speelt een grote rol: hoe je de woning verwarmt of hoe je kookt, hoe je de woning onderhoudt en of je rookt. Tabaksrook blijft de grootste vervuiler in huis. Vooral jonge kinderen zijn er erg gevoelig voor. 3. Ook een gasfornuis, een geiser zonder afvoer of een allesbrander brengt schadelijke stoffen binnen. Je kan problemen krijgen als je bepaalde stoffen of bouwmaterialen gebruikt. Tenslotte spelen ook onderhoudsproducten een rol. Maar we beperken deze brochure tot de aspecten van bouwen of verbouwen.
Ontevredenen 20 % 15 % 10 %
tabel 1: ontevredenheidsfactor naargelang de luchttoevoer
HOE GERAAKT MIJN BINNENMILIEU VERVUILD? 1. Je kan je woning niet afsluiten van de omgeving. Veel luchtvervuiling buiten of veel verkeer in de buurt heeft gevolgen voor het milieu binnenshuis.
Gezond blijven? Zorg voor het milieu in huis
Gezond Wonen? 5
Oorzaken van een vervuild binnenmilieu • bouwmaterialen en kruipruimten • lood, loden leidingen, loodhoudende oude verflagen • vezels • radon • stof • onvoldoende ventilatie ophoping van vervuiling in huis, o.a. vluchtige organische stoffen, radon… • verbrandingsinstallaties in combi- • koolstofmonoxide natie met een slechte toevoer van • stikstofoxiden verse lucht • polycyclische aromatische koolwaterstoffen • fijn stof • woninginrichting en –onderhoud • vluchtige organische stoffen (doe-het-zelfactiviteiten) • stof • wassen en strijken vocht: vocht is de belangrijke factor voor de ontwikkeling van micro• koudebruggen organismen • vochtdoorslag • optrekkend vocht tabel 2: oorzaken van een vervuild binnenmilieu
EEN VERVUILD BINNENMILIEU? WAT ZIJN DE GEVOLGEN? Vervuiling van het binnenmilieu kent veel mogelijke oorzaken (tabel 2: oorzaken van een vervuild binnenmilieu). Dus lopen de gevolgen voor de gezondheid uiteen. Binnen zijn zeer veel stoffen aanwezig. De samenstelling is complex. En ook licht en geluid spelen een rol. Laten we ze eens bekijken. • Koolstofmonoxide (CO) en andere verbrandingsgassen Verbranding van stookolie, aardgas of steenkool maakt diverse gassen vrij. Hoe slechter de verbranding, hoe schadelijker de gassen. Koolstofmonoxide (CO) is het bekendste en het gevaarlijkste. Je ruikt het niet en het is kleurloos. Koolstofmonoxide ontstaat als de brandstoffen niet volledig verbranden. Omdat er niet genoeg lucht circuleert. De oorzaak ligt dikwijls bij slecht onderhouden geisers of geisers zonder afvoer. Inademen van koolstofmonoxide is dodelijk - zelfs in lage concentraties. Elk jaar vallen er slachtoffers. Als je koolstofmonoxide inademt, kunnen je weefsels en je organen geen zuurstof meer opnemen. Hersenen, hart en ongeboren kinderen zijn hiervoor het gevoeligst. Symptomen van CO-vergiftiging zijn: hoofdpijn,
Gezond blijven? Zorg voor het milieu in huis
duizeligheid, misselijkheid, diarree, pijn in de borst, vermoeidheid, concentratieverlies, flauwvallen. Maar meestal kan contact met de buitenlucht de klachten snel verdrijven. Stikstofoxiden (NOX) werken in op ons afweermechanisme tegen ontsteking van de luchtwegen. Ook een korte blootstelling aan een hoge concentratie irriteert de ogen en de luchtwegen (je gaat hoesten). Vooral gastoestellen zorgen voor piekconcentraties van stikstofoxiden in de woning. Polycyclische aromatische koolwaterstoffen (PAK’s) zijn teerachtige stoffen die ontstaan bij onvolledige verbranding, onder andere in een open haard. Ze vervangen de longfuncties en leiden tot luchtwegklachten bij kinderen. Sommige PAK’s zijn kankerverwekkend. • Koolstofdioxide (CO2) Als je ademt, neem je zuurstof op en adem je koolstofdioxide uit. We beschouwen CO2 binnenshuis niet als een gevaarlijke stof. Toch is de aanwezigheid van CO2 een goede aanwijzing voor de kwaliteit van de lucht en de verluchting. Mensen zijn de belangrijkste bron van CO2, maar ook verbrandingstoestellen leveren een bijdrage. In een slecht verluchte woning is er meer CO2 in de lucht. Mogelijke gevolgen: reukhinder, hoofdpijn, vermoeidheid, irritatie en misselijkheid. Gezond Wonen? 6
• Vluchtige organische stoffen De binnenlucht bevat meer dan 800 vluchtige organische stoffen. Ze komen vrij uit materiaal dat we gebruiken bij de bouw of de inrichting (verf, tapijt, behang). En van een aantal van die stoffen denkt men dat ze kanker verwekken. Veel vluchtige organische stoffen zorgen voor reukhinder. Zeer veel mensen klagen over hoofdpijn en over irritaties aan ogen en slijmvliezen. Formaldehyde komt vrij uit lijm en is het meest aanwezig. Dezelfde stof is ook in omloop als pesticide. Men vindt trouwens meer en meer pesticiden in de lucht en het stof binnenshuis. • Minerale vezels Minerale vezels vinden we vooral in isolatiemateriaal. Sommige mensen krijgen hevige jeuk als ze glas- of steenwol aanraken. Inademing kan de slijmvliezen irriteren. Ontsteking zorgt voor klachten aan ogen, neus en keel. Er is een klein kankerrisico bij het gebruik van minerale kunstvezels (vooral bij keramische vezels en slakkenwolvezels). Asbest is kankerverwekkend en mag men niet meer gebruiken. • Lood Lood is giftig en kan, vooral bij kinderen, zorgen voor ernstige gezondheidsproblemen. Nu gebruiken we geen lood meer als bouwmateriaal of als bestanddeel in verf. Maar in oudere gebouwen (van vóór 1950) vinden we lood in de leidingen en de inrichting. Om het risico op blootstelling te verminderen, vervang je beter oude, loden waterleidingen. Vermijd schuren en gladschuren van oude verflagen, daarbij komt veel loodhoudend stof vrij. Draag een beschermend masker en beschermende kledij, zeker als je een ouder huis gaat renoveren. • Radon Radon is een reukloos en kleurloos gas. Het zit in de meeste bodems maar vooral in graniet. Als je radon inademt, kunnen deeltjes zich vastzetten in je longen. Ze beschadigen de luchtwegen en geven aanleiding tot longkanker. De radonproblematiek hangt nauw samen met de toestand van de ondergrond. Veel hangt dus af van de plaats waar de woning gebouwd is. Ook de ventilatie van kelders en kruipkelders is belangrijk.
Gezond blijven? Zorg voor het milieu in huis
• Stof Zagen, schuren, boren, isoleren… Dat geeft veel grof stof. Maar er komt ook fijn stof van een open haard of een kachel. Zwevend en vallend stof bevat allerlei actieve biologische en chemische stoffen. De grootste stofconcentraties vinden we dicht bij de vloer, tot ongeveer 70 cm hoogte. En dat is de ademhalingshoogte van een klein kind. Of van een persoon die in een zetel zit. Vooral teveel fijn stof kan leiden tot astma of andere aandoeningen aan de luchtwegen. • Vocht en schimmel De lucht bevat altijd vocht, ook de lucht in huis. In een gezin van vier personen brengt koken, wassen en douchen alleen al per dag een hele emmer water in de lucht (tabel 3: geproduceerd vocht per activiteit). Meestal verdwijnt dat vocht snel, maar toch zijn er vochtproblemen mogelijk. Teveel vocht in huis heeft dikwijls te maken met de manier van bouwen (vochtige kruipruimtes, regendoorslag, lekken). Ook bij nieuwbouw let je best goed op. Als we mortel of ander materiaal verwerken, hebben we water nodig. We moeten ervoor zorgen dat het bouwvocht geleidelijk kan uitdampen en zich verspreidt in de woning. Woonvocht in cijfers activiteit koken afwassen dweilen ademen en transpireren kamerplanten douchen, bad nemen wassen
aantal liter per keer 2 0,5 1,5 2 tot 5 per gezin 0,5 tot 2 0,25 tot 2 12 per week
tabel 3: geproduceerd vocht per activiteit
Gezond Wonen? 7
en overmatig geluid beïnvloedt ook de werking van hart- en bloedvaten. De meeste mensen worden minder gestoord door verkeerslawaai dan door woongeluiden. Zoals het geluid van huishoudtoestellen, de centrale verwarming of de leidingen. Of geluid uit de woning van de buren zoals muziek, slaande deuren of loopgeluiden. Ook allerhande trillingen kunnen de gezondheid beïnvloeden. Het is geen overbodige luxe om te zorgen voor een goede isolatie, zowel tussen de kamers van dezelfde woning als tussen verschillende woningen.
foto 1: schimmelvorming
Leven in een vochtige woning is ongezond, vooral voor kinderen. Chronische bronchitis en astma zijn waarschijnlijk het gevolg van verhoogd contact met organismen die allergieën veroorzaken. Huisstofmijten en schimmels (foto 1: schimmelvorming) gedijen goed in vochtige omstandigheden.
• Stank Sommige materialen of stoffen zorgen voor reukhinder, vooral als ze nieuw zijn of pas gebruikt. Dat kan aanleiding geven tot hoofdpijn, tranende ogen, loopneus, ademhalingsstoornissen en misselijkheid.
• Licht Onvoldoende daglicht kan het hormonensysteem storen. Het kan leiden tot depressieve gevoelens en de weerstand verminderen tegen infecties. Pas geboren baby’s die wat geel zien, zijn meestal snel geholpen met wat extra licht. Meestal heeft men alleen maar aandacht voor sfeeraspecten van kunstlicht in de woning. Maar ook de lichtsterkte is belangrijk: oudere mensen hebben meer licht nodig dan jongeren. Kunstlicht veroorzaakt dikwijls oogklachten en hoofdpijn. En de flikkering van fluorescentielampen kan lastig zijn voor je concentratie. • Geluid Geluidshinder is één van de meest storende factoren. We worden niet zozeer gestoord door onze eigen muziek of ons gepraat, maar wel door geluid dat van buiten komt, van buren of van het verkeer. Meestal vinden we ongewenst geluid alleen maar onaangenaam. Maar geluidsoverlast kan ook storend zijn als we slapen of willen praten met iemand. Of als we ons willen concentreren. Sommige geluiden veroorzaken gevoelens van angst of schrik. Ongewenst
Gezond blijven? Zorg voor het milieu in huis
Gezond Wonen? 8
HOE BOUW OF VERBOUW JE GEZOND?
J
e wil je woning gezond bouwen of verbouwen? Waarmee houd je rekening? Hoe kan je kiezen? Hieronder vind je de belangrijkste principes. Praat erover met je architect.
DENK AAN DE LUCHTVERVERSING OF VENTILATIE
Ventileren betekent dat je de binnenlucht voortdurend ververst door de toevoer van verse buitenlucht. Intensief ventileren of luchten is tijdelijk snel ventileren omdat je kookt, schildert of doucht in huis. In oudere woningen komt verse buitenlucht vooral binnen door kieren, spleten en andere onvolkomenheden in het bouwwerk. Veel mensen zetten regelmatig de ramen wijd open om de lucht in huis te verversen. Maar dat is niet zo goed voor de energiehuishouding. Recente woningen bouwt men luchtdicht en men isoleert ze volgens de normen die in Vlaanderen gelden. Zonder ventilatievoorziening is de aanvoer van verse lucht beperkt en daalt de kwaliteit van de binnenhuislucht aanzienlijk.
WAAROM MOET JE VOLDOENDE VENTILEREN? Er zijn drie goede redenen: 1. Door te ademen gebruiken mensen zuurstof, terwijl ze koolstofdioxide en waterdamp afgeven. Onvoldoende zuurstoftoevoer door ventilatie, maakt de lucht muf. Voldoende aanvoer van zuurstof is belangrijk voor men-
Hoe bouw of verbouw je gezond?
sen, voor huisdieren en voor een goede werking van de verbrandingstoestellen. 2. Door te ventileren voorkomt men dat hinderlijke en schadelijke stoffen die in de woning vrijkomen, daar blijven en zich opstapelen. 3. Ventilatie zorgt ook voor de afvoer van vocht, micro-organismen en onaangename geurtjes. Principes Bij de keuze van een goed ventilatiesysteem kan je architect zich baseren op de Belgische norm NBN D 50-001. Die bepaalt onder meer hoe snel je de lucht moet verversen in gewone omstandigheden. En dat voor de verschillende kamers. De norm heeft ook aandacht voor speciale omstandigheden, zoals schilderwerk. In de tabel (tabel 4: ventilatiemogelijkheden) vind je een overzicht van de verschillende ventilatiemogelijkheden. Naast de gewone luchtverversing moet je ook intensief kunnen verluchten: door ramen of deuren open te zetten. Dit is een belangrijke regel: vervuilde lucht voer je af in ruimtes waar vocht ontstaat, zoals de badkamer, de keuken of het toilet. Verse lucht voer je aan via de droge ruimtes zoals de slaapkamers of de woonkamer. Gezond Wonen? 9
In elke woning zijn er ruimtes waar een schadelijke uitstoot ontstaat, zoals de garage waar er verbrandingslucht hangt van de auto, waar je oude verfpotten opslaat of waar zich de brander van de verwarming bevindt. In elke woning zijn er ook ruimtes die van nature kouder of vochtiger zijn, zoals de kelder. Let erop dat je de vervuilde lucht uit je garage (uitlaatgas auto) of je kelder (radon) niet ventileert via een ventilator in een vochtige ruimte, zoals de badkamer of het toilet. Want dan verspreidt de vervuiling zich in de kamers daartussen. De garage en de kelder ventileer je dus het best onafhankelijk, via verluchtingsroosters Types ventilatie
Subtypes
Natuurlijke toe- en af- Toevoer voer: • Via raamroosters Het systeem bestaat uit • Via muurtoevoer toevoerroosters, door- en Doorvoer afvoervoorzieningen. • Via roosters in binnenwanden of -deuHet systeem realiseert een ren. schouweffect: door de toevoeropeningen trekt men • Via een spleet onder de binnendeuren. verse lucht in de droge ruimtes (woon- of slaapkaAfvoer mers) en men stuurt de gebruikte lucht door roosters • Via verticale afvoerkanalen met regelbare in binnendeuren of –muroosters. De afvoer ren via de vochtige ruimtes mondt best uit een (badkamer, keuken, washalve meter boven de plaats, toilet) via pijpen naar nok. het dak. Mechanische (toe- of) afvoer: In dit systeem vind je twee combinaties: 1. afvoer met elektrische ventilatoren en toevoer via natuurlijke toevoerroosters; 2. toevoer via elektrische ventilatoren en afvoer via verticale buizen die zo dicht mogelijk uitmonden ter hoogte van de nok.
waarlangs buitenlucht kan binnenkomen. Scheid garage en kelder ook van andere ruimtes met een goed afsluitende deur. Meestal moet je in de ruimte waar de brander staat een extra rooster voorzien voor de toevoer van lucht. Dat is nodig voor een goede verbranding. Een slechte verbranding kan levensgevaarlijk zijn. Dan kan het zeer giftige koolstofmonoxide ontstaan. Ook kruipruimtes voorzie je het best van een verluchtingsrooster. Zo vermijd je de concentratie van radon.
Voordelen per type ven- Aandachtspunten bij de keuze van een ventilatie tilatiesysteem • Lage kostprijs. • Weinig onderhoud. • Eenvoudig te installeren. Ook na de bouw of verbouwing kan je nog gemakkelijk roosters toevoegen. • Geen elektriciteit nodig.
• • • • • •
Niet altijd mooi. Let op de geluidsisolatie. Koudegevoel aan de ramen. Niet of beperkt automatisch regelbaar. Niet zuinig in het gebruik van energie. Kies je voor dit systeem, kies dan voor muurtoevoer. Als je de muurtoevoer monteert ter hoogte van een verwarmingselement verminder je het tochtgevoel. • Bij sommige weersomstandigheden haal je met dit systeem moeilijk de ventilatienorm. • Als de omliggende gebouwen hoger zijn dan je woning, is de vrije uitstroom van afgevoerde lucht niet zo goed. In dit geval kies je beter voor een ander ventilatiesysteem.
• Het systeem haalt beter • Let erop dat je geen onderdruk creëert. In de ventilatienorm in alle combinatie met de werking van de dampkap, weersomstandigheden. zuig je in dat geval de rookgassen van kachel • Je kan ook extra ventileof open haard naar binnen. • Kies voor energiezuinige ventilatoren. ren zonder ramen of deuMechanische afvoer en • Dit is een goed systeem als je woont langs ren open te zetten (zoals natuurlijke toevoer een drukke weg. Betrek de aanvoerlucht aan bij schilderwerken). de kant van de woning waar er minst vervui• Je kan makkelijker pollenfilters voorzien (let op: ling is. Mechanische toevoer die vragen meer onderen natuurlijke afvoer houd). • Je kan de toe- of afvoeropeningen met een ventilator plaatsen waar je wil.
Mechanische toe- en af- Zonder warmteterug- • Je hebt minder proble- • Kies je voor een volledige mechanische venvoer winning men met onderdruk en/ tilatie, neem dan ook warmteterugwinning. of bovendruk. De uitgaande lucht verwarmt dan de binnenMet warmteterugwin- • Je behoudt de voordelen komende koude lucht. Die uitgave win je op ning van een half mechanisch termijn terug. ventilatiesysteem. • Let erop dat je de warmteterugwinning kan uitschakelen in de zomer. tabel 4: ventilatiemogelijkheden
Hoe bouw of verbouw je gezond?
Gezond Wonen? 10
VERMIJD VOCHT EN KOUDEBRUGGEN Teveel vocht verhoogt de kans dat het vocht condenseert op koudere oppervlakken. Op die natte oppervlakken kan er schimmel ontstaan. Voldoende ventileren volstaat voor de afvoer van het vocht als gevolg van de bewoning. Een ondoordacht bouwplan of een slechte uitvoering van de werken levert onaangename verrassingen op: op sommige plaatsen op de muren kan er schimmel ontstaan (foto 1: schimmelvorming). Meestal als gevolg van een koudebrug. Zo’n koudebrug ontstaat waar de isolatie onderbroken wordt. Soms is er geen isolatie ter hoogte van speciale constructies zoals bovenraambalken, overbruggingen of funderingen. Of de isolatie is verkeerd geplaatst. Die ontwerpfouten zijn meestal de oorzaak van koudebruggen (foto 2: mogelijke koudebruggen in huis). Om dat probleem aan te pakken kies je best voor een eenvoudig ontwerp van je woning. Je kan ook op een eenvoudige manier het bouwplan nakijken op fouten: op elke doorsnede moet je met een potlood de omtrek van het gebouw kunnen aflijnen door de isolatie te volgen, en dat zonder je potlood op te heffen. Architecten vinden een overzicht van typische koudebruggen op een CD-rom van het Wetenschappelijk Technisch Centrum voor het Bouwbedrijf.
binnenkant van de isolatie een folie aanbrengen die de damp remt. Op plaatsen waar de damprem doorbroken is, zoals bij hoekaansluitingen of doorboringen zoals voor de schoorsteen, moet je het dampscherm met sterke kleefband herstellen (foto 3: aanbrengen van een dampscherm). De buitenkant van het dak en de muren moeten wél dampdoorlatend zijn om zo snel het doorgedrongen vocht af te kunnen voeren. Bij de bouw kunnen koudebruggen ook ontstaan als gevolg van het onzorgvuldig plaatsen van isolatieplaten. Daarom is het veelal aangewezen om tijdens de bouw de muur van de binnengevel hoger op te trekken dan de muur van de buitengevel. Zo kunnen de bouwvakkers de isolatieplaten degelijk plaatsen.
foto 3: aanbrengen van een dampscherm
LET OP VLUCHTIGE ORGANISCHE STOFFEN
foto 2: mogelijke koudebruggen in huis
Bij een ononderbroken isolatie kan de isolatiewaarde dalen door vochtopstapeling in het isolatiemateriaal. Dit vocht kan het gevolg zijn van regendoorslag door de gevelmuur via een slecht geplaatste verankering of door contact van het isolatiemateriaal met de gevel. Of van een combinatie van onvoldoende ventilatie en een dampdoorlatende wand, zoals meestal het geval is op de zolder. Om dat te vermijden kan je op de Hoe bouw of verbouw je gezond?
Verf en vernis Er zijn synthetische en natuurlijke verven en vernissen. Synthetische verven en vernissen bevatten petrochemische bestanddelen. Bij natuurverven en -vernissen zijn alle bestanddelen van plantaardige of minerale oorsprong. In beide groepen zijn er verven en vernissen met een gehalte aan vluchtige organische stoffen. Kies voor verven met weinig uitstoot en voor vernissen op waterbasis. Voor de meeste toepassingen binnenshuis vind je in beide groepen verven en vernissen van goede kwaliteit. Informeer je. Gezond Wonen? 11
Plaatmateriaal De moderne woningbouw gebruikt veel plaatmaterialen. Ze zijn goed te verwerken en ze kosten niet zoveel. Maar de productie gebruikt veel lijmen met formaldehyde. Bij de verwerking in de bouw komen formaldehydegassen vrij. Heb je weinig platen nodig, dan gebruik je beter gewoon hout, multiplex of osb-platen. Heb je er veel nodig, zoals bij houtbouw of prefab, vraag dan naar platen die weinig formaldehyde bevatten. De tabel (tabel 5: gebruik en beoordeling van enkele courante plaatmaterialen - foto 4: courante plaatmaterialen en houtsoorten) geeft een overzicht van courante plaatmaterialen, hun gebruik en hun gehalte aan formaldehyde.
1 2 3 4
4
foto 4: courante plaatmaterialen en houtsoorten
Gebruik en beoordeling van enkele courante plaatmaterialen Soorten platen of hout Beschrijving Aanwending 1. gewoon hout meerdere 2. multiplex verlijmde fijne houtlagen, meubels, ondervloeren, haaks op elkaar wanden, betimmering… 3. OSB verlijmde grote schilfers ondervloer, vloeren, wanden, betimmering… 4. gewone spaanplaat verlijmde fijne spanen meubels, ondervloer, vloeren, wanden, betimmering… MDF verlijmde houtstof, lijkt verwerkt in laminaatparop karton ket, deurlijsten, ondervloeren…
Gehalte formaldehyde geen matig matig hoger
hoger
tabel 5: gebruik en beoordeling van enkele courante plaatmaterialen
BEWAAK DE VERBRANDINGSPROCESSEN Meestal treffen we in woningen volgende bronnen van verbrandingsgassen aan: 1. verwarmingstoestellen: een brander voor de centrale verwarming, gasradiatoren of een kachel; 2. toestellen om te koken, te bakken of te frituren; 3. een wagen in de garage. Verwarming Vermijd de vorming van koolstofmonoxide door te zorgen voor voldoende luchtaanvoer voor de verbranding. Dat levensgevaarlijk gas ontstaat bij onvolledige verbranding als gevolg van tekort
Hoe bouw of verbouw je gezond?
aan zuurstof. Als je zorgt voor voldoende luchtaanvoer, vermijd je ook dat verbrandingsgassen (en rook in geval van een kachel) gedeeltelijk naar binnen worden gezogen. In geval van een natuurlijk ventilatiesysteem gebeurt de bijkomende luchtaanvoer door een extra rooster of via een extra toevoerleiding tot aan het verwarmingstoestel. Maar bij mechanische ventilatie kan een extra rooster of toevoerleiding het ventilatiesysteem ontregelen. Dat kan je gedeeltelijk oplossen door afsluitkleppen te gebruiken als het toestel niet in werking is. Er bestaan ook volledig gesloten verwarmingssystemen op gas die rechtstreeks buitenlucht aanzuigen en de verbrandingsgassen naar buiten blazen. Gezond Wonen? 12
Voor de afvoer van de verbrandingsgassen gebruik je een schouw met de juiste diameter. Informeer je bij de leverancier van je verwarmingstoestel.
De verlichtingssterkte (lux) is gelijk aan de lichtstroom (lumen of lm) die een bepaald oppervlak opvangt. Men drukt de verlichtingssterkte uit in lux, of het aantal lumen per vierkante meter. De verschillende lamptypes produceren ook meer of minder lichtstroom. Een spaarlamp produceert meer lumen per watt (vermogen van de lamp) dan een gloeilamp. Ook de armatuur is belangrijk voor de weerkaatsing van het licht van de lamp. Een armatuur met een witte binnenkant heeft een lager rendement en weerkaatst het licht in optisch ongunstige richtingen. Armaturen van energiezuinige verlichting verhogen het lichtcomfort aanzienlijk.
Koken In vrijwel elke keuken vinden we boven de kookplaten een dampkap. Als de oven zich onder de kookplaten bevindt, wordt ook de baklucht van de oven via de dampkap afgevoerd. Indien de afzuigkap breder is dan de kookplaten, is er ook een goede afzuiging als je een frietketel of een ander toestel gebruikt. Let erop dat de afvoerleiding van de dampkap luchtdicht geïnstalleerd is, ook bij de aansluitinRekenvoorbeeld gen. Een energiezuinig verlichtingssysteem verbruikt Garage tussen 1,5 en 2,5 W/m² per 100 lux. In een woonEen garage in de woning verhoogt de aanwezig- kamer van 50 m² is gemiddeld 200 lux voor algeheid van schadelijke stoffen in de binnenlucht, mene verlichting nodig. Kies je voor een enerdoor de uitdamping van de auto of een gras- giezuinig verlichtingssysteem, dan heb je tussen maaier. Voorzie een goede luchtdichte deur of 150W (=1,5 W/ m² x 50 m² x 2) en 250W (=2,5 W/ scheiding tussen het woongedeelte en de gara- m² x 50 m² x 2) nodig. Voorzie wel een bijkomenge. Zorg ook voor een verluchtingsrooster naar de taakverlichting. buiten, zo krijg je een onafhankelijke ventilering van de garage. Als het kan, bouw je beter een carport of een garage los van je woning.
MAAK GENOEG LICHT Gebruik het daglicht volledig door de grootte van de ramen aan te passen. Hoe groter de ramen, hoe meer lichtinval. Maar hoe groter het raamoppervlak, hoe meer energieverlies. Je kunt dat goedmaken door ramen te plaatsen die extra isoleren (k-waarde van 1.3). Hoe dieper de ruimte die je wilt verlichten, hoe groter de ramen moeten zijn. Ook de kleur van de muren speelt een rol bij de verdeling van het licht binnen. Kies voor lichte kleuren, zo verdeel je het licht best. Hoeveel kunstlicht moet je voorzien? Meestal raadt men een verlichtingssterkte van 200 lux aan voor de algemene verlichting, in combinatie met een goede lichtverdeling en een taakverlichting. Die taakverlichting kan bestaan uit spots, die je richt op het werkvlak of de tafel. Het kan ook een leeslamp zijn naast de zetel. Oudere mensen hebben meer licht nodig. Voor 50-plussers is 500 lux geen overbodige luxe. Jongeren hebben voldoende aan 300 tot 400 lux.
Hoe bouw of verbouw je gezond?
Gezond Wonen? 13
JE STAAT ER NIET ALLEEN VOOR
I
s je woning onvoldoende geïsoleerd? Is het dak aan een grondige herstelbeurt toe? Is het sanitair of de elektriciteit verouderd? Als je je woning verbetert, geeft de Vlaamse overheid je een financieel duwtje in de rug. En daarvoor moet je geen eigenaar zijn. Kijk dus of je in aanmerking komt.
DE VLAAMSE OVERHEID STEUNT MET PREMIES
Dienst Huisvesting Vlaams-Brabant Blijde Inkomststraat 103-105 3000 Leuven Tel.: (016) 24 97 77
Wil je zuiniger omspringen met energie? Op www.energiesparen.be vind je uitleg over Dienst Huisvesting West-Vlaanderen premies voor een zuiniger energiegebruik. Werkhuisstraat 9 Wil je je woning verbeteren? Surf naar 8000 Brugge www.vlaanderen.be/wonen voor nog meer pre- Tel.: (050) 44 29 02 mies. Ook de dienst Huisvesting van de Vlaamse Gemeenschap helpt je graag verder. In elke provincie is er een afdeling. Daar vraag je ook je premie aan. Adressen Dienst Huisvesting Antwerpen Vlaams Administratief Centrum Copernicuslaan 1 bus 4 2018 Antwerpen Tel.: (03) 224 61 16 Dienst Huisvesting Limburg VAC Hasselt Koningin Astridlaan 50 bus 1 3500 Hasselt Tel.: (011) 74 22 00 Dienst Huisvesting Oost-Vlaanderen Gebr. Van Eyckstraat 4-6 9000 Gent Tel.: (09) 265 45 11 Je staat er niet alleen voor
Gezond Wonen? 14
COLOFON
D
e cel Milieu en Gezondheid, binnen de administratie AMINAL (directoraat-generaal), zorgt voor de structurering, opmaak en uitvoering van een beleid gericht op het vermijden van betekenisvolle negatieve gezondheidseffecten door milieuverontreiniging.
SAMENSTELLING Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap Administratie Milieu-, Natuur-, Land-, en Waterbeheer (A M I N A L ) Cel Milieu en Gezondheid
In samenwerking met: Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap: Administratie Gezondheidszorg
Concreet betekent dit dat het streefdoel van het milieubeMinisterie van de Vlaamse Gemeenschap: Afdeling Natuurlijke Rijkdommen en Energie leid de bescherming van het milieu en van de gezondheid van de burger is, met bijzondere aandacht voor Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, de kwetsbare groepen (ouderen, kinderen, …) binnen onze Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu: samenleving. Getracht wordt om in elk stadium van de Wetenschappelijk Instituut Volksgzondheid (WIV) milieubeleidcyclus een verband te leggen met de volksgezondheid. VERANTWOORDELIJKE UITGEVER Jean-Pierre Heirman, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, AMINAL, Koning Albert II-laan 20, bus 8 1000 Brussel
GRAFISCHE VORMGEVING COPYWRITING E40 Projects Schuurkenstraat 2 / 201 9000 Gent www.e40projects.be
DRUK Enschede - Van Muysewinkel Goede Herderstraat 50-54, 1140 Brussel (Evere)
UITGAVE December 2004 D/2004/3241/120 Colofon
Gezond Wonen? 15
NUTTIGE ADRESSEN & WEBSITES Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap Administratie Milieu-, Natuur-, Land en Waterbeheer Cel Milieu en Gezondheid Graaf de Ferrarisgebouw Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 Brussel Tel.: (02) 553 62 52 Email:
[email protected] www.mina.be/milieugezondheid.html Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap Afdeling Natuurlijke Rijkdommen en Energie North Plaza B Koning Albert II-laan 7-9 1210 Brussel Tel.: (02) 553 46 00 Email:
[email protected] www.energiesparen.be Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap Administratie Gezondheidszorg Coördinatiecel Vlaamse Gezondheidsinspectie Markiesgebouw Markiesstraat 1 1000 Brussel Tel.: (02) 553 35 09 www.wvc.vlaanderen.be/gezondmilieu www.wvc.vlaanderen.be/gezondmilieu/wonen/wonen_en_gezondheid.pdf Vlaamse Huisvestingsmaatschappij Koloniënstraat 40 1000 Brussel Tel.: (02) 505 45 45 www.vhm.be Wetenschappelijk en Technisch Centrum voor het Bouwbedrijf (WTCB) Lozenberg 7 1932 Sint-Stevens-Woluwe Tel.: (02) 716 42 11 Email:
[email protected] www.bbri.be/antenne_norm/ Vlaamse Confederatie Bouw (VCB) Lombardstraat 42 1000 Brussel Tel.: (02) 545 57 49 Email:
[email protected] www.vcb.be