Gemeentedecreet artikel 40 Huishoudelijk reglement gemeenteraad d.d. 12 mei 2014 (GR Besluit)

Zitting van de gemeenteraad donderdag 12 juni 2014. Aanwezig : Aerts L. - Burgemeester-Voorzitter De Veuster D., Kenis K., Schrijvers P., Van Puymbroeck W., Torfs L., Matheeussen J. - Schepenen Meeusen V., Nicolaï L., Van Akeleyen C., Van Assche P., Vochten M., Slegers J., Van De Mierop B., Bresseleers M., Van Looveren K., Peeters E., Michiels M., Deckers S., Matthé R., Van Tichelt I., Bellens B., Van Riel B., Vandeneijnde S., De Groof E., de Hoog K., Vandekeere T., Smouts L. Raadsleden Van Dyck A. - Voorzitter OCMW Rombouts T. - Waarnemend Secretaris Verontschuldigd : Geysen K. - Raadslid Wouters J. - Secretaris Openbare zitting : 01

Verslag voorgaande zitting Juridisch kader Gemeentedecreet 15.07.2005 – artikel 40 Huishoudelijk reglement gemeenteraad d.d. 12 mei 2014 (GR Besluit) Historiek Het verslag van de voorgaande zitting van de gemeenteraad dat acht dagen voor de huidige zitting ter inzage van de gemeenteraadsleden ligt, wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad. Motivatie Bij aanvang van de zitting is raadslid K. Geysen afwezig en verontschuldigd. Tijdens de gemeenteraad wordt een gepaste toelichting verstrekt door burgemeester L. Aerts. Hij stelt dat tijdens deze zitting de trekking zal gebeuren van Met Belgerinkel naar de winkel. Aan raadslid P. Van Assche wordt toelating verleend tot opname van de zitting. Raadsleden C. Van Akeleyen en K. de Hoog nemen deel aan de zitting. Burgemeester L. Aerts stelt dat hij twee meedelingen wenst te doen aan de gemeenteraad. Ten eerste wenst hij met goedvinden van de raadsleden de nagedachtenis van wijlen de heer Jan Kenis, die ons ontviel op 20 mei laatstleden, in deze openbare zitting van de gemeenteraad in herinnering te brengen. Bij wijze van laatste eerbetoon staat iedereen recht. ‘Jan werd geboren te Sint-Lenaarts op 29 augustus 1920 en moe gestreden overleed hij op 93-jarige leeftijd op dinsdag 20 mei laatstleden in WZC SintMaria. Jan was oudstrijder 1940-45 en was gedurende zijn volledige beroepsloopbaan een gewaardeerd landbouwer. Jan had niet alleen een druk landbouwersbestaan, want Jan koos er ook voor om zich maatschappelijk te engageren. Zo was hij erevoorzitter van het kerkfabriek H. Leonardus en actief binnen de Landelijke Gilde. Maar meer nog engageerde Jan zich in de politiek. Vanaf 1 januari 1965 zetelde Jan als gemeenteraadslid in de toen nog zelfstandige gemeente SintLenaarts. In de daarop volgende legislatuur werd Jan schepen om in diezelfde legislatuur gedurende exact 10 maanden dienstdoend burgemeester te zijn, met name vanaf 1 mei 1975 tot 28 februari 1976. Na deze periode en dit tot 31 december 1976 zou Jan opnieuw schepen zijn van de gemeente Sint1

Lenaarts. Ook na de fusie per 1 januari 1977 werd Jan andermaal schepen, maar dan van de fusiegemeente Brecht. En Jan zou schepen blijven tot 31 december 1979, waarbij zijn aandacht vooral naar de landbouw ging. Uiteindelijk zou Jan gemeenteraadslid zijn tot 1988. Maar ook na zijn politieke loopbaan, bleef Jan sterk geïnteresseerd in het maatschappelijk leven en in de politiek, zowel de nationale als de Brechtse. Telkenmale ik Jan en dit tot enkele maanden voor zijn overlijden zag, sprak hij mij aan over het reilen en zeilen in de Brechtse politiek. Op de hem eigen wijze stelde hij mij tijdens die gesprekken een aantal vragen, zodat ik aan de hand van de inhoud van de vragen onmiddellijk wist wat hem bezighield en waarover hij zich zorgen maakte. En alleen al op die wijze bleef hij op die hoge leeftijd mij bijstaan en helpen, want Jan wist natuurlijk perfect wat er tegenwoordig allemaal afkomt op mensen die verantwoordelijkheid dragen. In die zin verliest onze gemeente een persoon met een bijzonder mooie staat van dienst en verlies ik een trouwe en deskundige adviseur en vriend. We zullen Jan missen. Namens de gemeente werd de familie gecondoleerd. Tot slot werden enkele momenten in stilte in acht genomen ter nagedachtenis van Jan. Een tweede mededeling die de burgemeester-voorzitter doet, gaat over een brief die hij ontving van raadslid M. Michiels. Deze tekst wordt ter kennisgeving meegedeeld aan de gemeenteraad. ‘Geachte voorzitter , schepenen en raadsleden, Al sinds de gemeenteraadsverkiezingen van oktober 2012 hoort men het verwijt dat N-VA opzij geschoven is en niet in de coalitie werd opgenomen. De drie N-VA onderhandelaars van toen hebben zich klaarblijkelijk zo onverzettelijk opgesteld, dat men het niet zag zitten om samen met de N-VA te besturen. De N-VA-top van Brecht heeft daar woedend op gereageerd en tot op de dag van vandaag voert men oppositie vanuit een ongelooflijke frustratie. Telkens weer wordt hierdoor bewezen dat samenwerken met N-VA Brecht een moeilijke opgave betekent. Toekomstgericht gezien lijkt me dit niet erg slim. Men toont zich hoogstens een slechte verliezer. Indien de afdeling beslist om op de ingeslagen weg verder te gaan, is dat haar vrije keuze. Zelf kan ik me niet langer verzoenen met de afbraakpolitiek die bedreven werd en wil een positief verhaal brengen naar de Brechtse burger toe. In alle eer en geweten heb ik daarom besloten afstand te nemen van de NVA-fractie en wens voortaan als onafhankelijk mandataris te zetelen in deze raad. Op geen enkele wijze werd ik benaderd door iemand vanuit de meerderheid. Men dient dit te beschouwen als een hoogst persoonlijke beslissing. Uit respect voor de partij zelf, wou ik mijn ontslag uit de fractie pas indienen na de verkiezingen van 25 mei ll. Mieke Michiels’ Tot slot wordt de trekking ‘Met belgerinkel naar de winkel’ georganiseerd. Burgemeester-Voorziter L. Aerts legt het verslag van de voorgaande zitting ter goedkeuring voor aan de gemeenteraad. Raadslid P. Van Assche stelt dat het verslag kwalitatief en kwantitatief niet voldoet. Vlaams Belang zal tegen stemmen.

2

Besluit: Aerts L., De Veuster D., Kenis K., Schrijvers P., Van Puymbroeck W., Torfs L., Matheeussen J., Meeusen V., Nicolaï L., Vochten M., Slegers J., Van De Mierop B., Bresseleers M., Van Looveren K., Peeters E., Michiels M., Deckers S., Matthé R., Van Tichelt I., Bellens B., Van Riel B., Vandeneijnde S., De Groof E., Vandekeere T., Smouts L. : 25 stemmen voor Van Akeleyen C., Van Assche P., de Hoog K.: 3 stemmen neen Artikel 1: Het verslag van de voorgaande zitting dat acht dagen voor de huidige zitting ter inzage van de gemeenteraadsleden heeft gelegen wordt door de gemeenteraad goedgekeurd. 02

Kennisgeving agenda ocmw-raad d.d. 20.05.2014 Juridisch kader Het decreet van 29.06.2012 tot wijziging van het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn – Artikel 9 Historiek Agenda van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van 20 mei 2014: Agendapunten van de openbare zitting: 1. Goedkeuring van het verslag van de openbare vergadering van 15.04.2014 2. Kennisname inkomende briefwisseling 3. Kennisname van de verslagen van het vast bureau d.d. 8.04 en 24.04.2014 4. Aanduiding van de vertegenwoordiger van het OCMW op de algemene vergaderingen van de dienstverlenende vereniging Cipal 5. Vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger van het OCMW op de algemene vergadering van de dienstverlenende vereniging Cipal van 13.06.2014 6.Benoeming van een vertegenwoordiger van het OCMW voor de algemene vergadering van Igean dienstverlening 7. Vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger van het OCMW over de agendapunten van de jaarvergadering van Igean Dienstverlening van 20 juni 2014 8. Benoeming van een vertegenwoordiger van het OCMW voor de algemene vergadering van Igean milieu en veiligheid 9. Vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger van het OCMW over de agendapunten van de jaarvergadering van Igean milieu en veiligheid van 20 juni 2014 10. Indexering dagprijzen wzc Sint-Maria Motivatie Burgemeester Luc Aerts verstrekt een gepaste toelichting tijdens de gemeenteraad. Besluit Artikel 1 Kennis wordt genomen van de agenda van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van 20 mei 2014.

03

Integan - Toelichting werking Juridisch kader Gemeentedecreet 15.07.2005 Decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking –

3

artikel 53 Motivatie Burgemeester-Voorzitter L. Aerts verwijst naar artikel 53 van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking. In het eerste lid wordt vermeld dat de bestuurders minstens tweemaal per jaar tijdens een openbare zitting van de gemeenteraad verslag uitbrengen over de uitoefening van hun mandaat en een toelichting verstrekken bij het beleid van de vereniging. In de gemeente Brecht is er echter geen bestuurder bij Integan en in die omstandigheden wordt de toelichting verstrekt door de voorzitter van de raad van bestuur of de door de voorzitter daartoe gedelegeerde bestuurder. Door de ondervoorzitter van Integan, K. Verberck en de directeur E. Beyltjens wordt een toelichting verstrekt over Integan. Ondervoorzitter K. Verberck stelt dat de voorzitter verontschuldigd is en dat hij de taak van de voorzitter heeft gekregen om verslag uit te brengen. In het jaarverslag 2013 wordt de evolutie van de werking beschreven. Er werd ondertussen een statutenwijziging uitgevoerd waardoor het bestuurscomité afgeschaft is en de raad van bestuur tot 10 personen werd herleid. Vervolgens gaat de ondervoorzitter K. Verberck in op een aantal projecten zoals het Pulsarproject, de slimme meters, de telesignalisatie aan het zwembad in Zandvliet en ONAP ( het optical network Antwerp Port). Burgemeester-voorzitter L. Aerts stelt dat Integan voor kabeltv actief is binnen de vroegere grenzen van de deelgemeente Sint-Job-In-‘t-Goor. De deelgemeenten Sint-Lenaarts en Brecht vielen onder de intercommunale Telekempo. Deze is overgenomen door Telenet. Telenet heeft de kabelactiviteiten van Integan overgenomen. Integan focust zich nu op de distributie. Tijdens de vorige legislatuur heeft Integan voor de gemeente Brecht gewerkt aan het project van de glasvezel en de camerabewaking aan het station. Dit project werd vlot afgewerkt. Tot slot dankt de burgemeester-voorzitter L. Aerts de heer K. Verberck en E. Beyltjens voor de presentatie. Besluit Artikel 1 Akte wordt genomen van de toelichting die verstrekt wordt over Integan. 04

Ika - Toelichting werking - L. Nicolaï Juridisch kader Gemeentedecreet 15.07.2005 Decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking – artikel 53 Motivatie Door raadslid L. Nicolaï wordt een toelichting verstrekt over IKA. Hij stelt dat er twee documenten in het dossier staken namelijk het verslag van de raad van bestuur aan de algemene vergadering en het dividend van de gemeente Brecht.

4

Ika werd in 1983 opgericht om de financiering van de investeringen in de distributie-intercommunales voor gas, elektriciteit en FM- en TV-signalen te verzorgen. Later werd de opdracht verscheidene malen uitgebreid om ook aandelen Electrabel, Distrigas, Telenet e.v.a. in portefeuille te kunnen nemen voor rekening van de aangesloten gemeenten. De uitgebreide historiek kon u in het dossier lezen. Zoals u op de tweede bladzijde kan zien, is van de oorspronkelijke financiering van de distributienetbeheerders van 98 miljoen euro momenteel nog een openstaand saldo van zo’n 3,4 miljoen euro. Hiermee loopt de oorspronkelijke doelstelling op een einde. Vervolgens gaat hij dieper in op de strategische participaties. Via Publigas wordt zo’n 78 % van de aandelen in de gastransportnetbeheerder Fluxys aangehouden. Het belang van IKA in Publigas bedraagt 9,10 % en daarmee is IKA de grootste vennoot uit de gemengde sector. Via PubliT wordt 45,37 % van de aandelen in de hoogspanningsnetbeheerder Elia aangehouden. Op deze wijze wordt een duurzame verankering verkregen van deze 2 strategisch belangrijke transportnetbeheerders. De participatie in het leveringsbedrijf ECS zorgt voor een onstabiele return, met zelfs een verlies voor 2013. Dit voornamelijk ten gevolge van een dalend marktaandeel en dito marges (o.a. groepsaankopen, toenemende concurentie, …). Wellicht zal deze participatie in de toekomst van de hand gedaan worden. Zij was in het verleden in die zin interessant omdat de gemeenten met een gezamenlijke participatie van 3 % in het kapitaal recht hadden op 40 % van het resultaat. In EGPF worden hernieuwbare energie-projecten ondergebracht. Momenteel ligt de focus vooral op windenergie. De participatie in SPS FIN/Peerdsbos heeft dan weer betrekking op de “zonnetunnel” naast de E19 richting Antwerpen. Participaties in ontwikkeling zijn onder andere windturbineprojecten van Storm Geel en Westerlo. Een belangrijke ontwikkeling waar IKA gevraagd werd te participeren is geothermie. Onder leiding van VITO wordt er hard gewerkt voor een eerste project te Mol om op basis van boringen tot 4 km diepte warm water op te pompen en in te zetten voor zowel elektriciteitsopwekking als als bron voor warmtenetten. De participaties brachten voor Brecht 2013 in totaal een dividend op van 218.928,63 euro. Brecht heeft nooit gebruik gemaakt van de mogelijkheid om de buitengewonde dienst te financieren via IKA. Met betrekking tot de uitoefening van zijn mandaat stelt raadslid L. Nicolaï dat in 2013 vanaf de installatievergadering 8 raden van bestuur plaatsvonden, welke hij alle acht bijgewoond heeft. Reden voor dit hoge aantal is (ten gevolge van de nieuwe legislatuur) onder andere dat er voor alle participaties afgevaardigden AV en RvB dienden aangeduid te worden. Voor 2014 zal dit wellicht zich beperken tot een vijf raden van bestuur. Volledigheidshalve stelt hij dat hem voor de acht raden van bestuur in 2013 een bruto presentiegeld uitgekeerd werd van 1805,96 euro. Besluit Artikel 1 Akte wordt genomen van de toelichting die verstrekt wordt over IKA door raadslid L. Nicolaï.

5

05

Aanvullend reglement - parkeerverbod - Hogebaan inrichting HST-strook Juridisch kader Nieuwe gemeentewet van 24 juni 1988 - artikel 119 en 135 Gemeentedecreet van 15 juli 2005 - artikel 42 Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij koninklijk besluit van 16 maart 1968; Koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg; Het ministerieel besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimum afmetingen en de bijkomende plaatsingsvoorwaarden voor de verkeerstekens worden bepaald; Het decreet van 16 mei 2008 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens; Het besluit van de Vlaamse Regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens; De omzendbrief MOB/2009/01 van 3 april 2009; Historiek Vele schoolkinderen van Maria Middelares, Hogebaan worden ’s morgens met de wagen naar school gebracht via de HST-strook en kunnen dan onder begeleiding veilig naar school gaan. Op woensdagvoormiddag gaan een aantal schoolkinderen zwemmen en deze worden met een autobus vervoerd. De autobus wordt gestationeerd aan de school om de kinderen te laten in- en uitstappen. Motivatie Gelet op de hoge parkeerdruk in de straten rond de school zorgt de HST-strook er voor dat ouders gemakkelijker hun kinderen naar school kunnen brengen. Op 17 maart 2014 werd een tijdelijk politiereglement goedgekeurd tot het einde van het schooljaar waarbij parkeerverbod werd ingevoerd ten behoeve van de HST-strook in de Hogebaan. Op vraag van de scholen en de verkeerswerkgroep Sint-Job-in-‘t-Goor wordt het uur aangepast van 08.30 uur naar 08.15 uur. Deze maatregel werd gunstig geëvalueerd en kan bestendigd worden. Tijdens de gemeenteraad wordt een gepaste toelichting verstrekt door schepen L. Torfs. Hij stelt dat aan de Hogebaan te St.-Job, tegenover de ingang van de school Maria Middelares, een Kiss & Ride-strook ingericht werd. Hierbij werd de voorkeur gegeven om de naam om te vormen tot HST-strook, waarbij de afkorting “Hup Salut Tot Straks” betekent. De strook is een zone waar ouders met de wagen stoppen om er hun kinderen af te zetten zodat dit georganiseerd en veilig kan verlopen. Om de zone zo optimaal mogelijk te laten renderen, is het van groot belang dat de ouders niet langer dan nodig blijven staan om hun kinderen af te zetten. In de wegcode is er van het begrip Kiss & Ride of HST-strook echter geen sprake. Om reglementair te kunnen optreden bij overtredingen dient er een aanvullend reglement op het wegverkeer te worden goedgekeurd waarbij het stilstaan wordt toegelaten en het parkeren wordt verboden. Dit wordt aangegeven door het verkeersbord E1. Om automobilisten in staat te stellen toch te parkeren wanneer er geen nood is aan een Kiss & Ride of HST-strook, wordt er een onderbord aangebracht met de vermelding “van maandag tot vrijdag van 8.15 uur tot 9.00 uur”. Het verkeersbord E1 laat ook schoolbussen toe om te stoppen zodat de

6

schoolkinderen die gaan zwemmen kunnen in- en uitstappen. Aangezien dit zich enkel op woensdagvoormiddag voordoet, wordt het onderbord aangevuld met de vermelding “en woensdag van 8.15 uur tot 12 uur”. De strook bevindt zich ter hoogte van Hogebaan 5 tot en met 7A en dit over een lengte van 50m. Dit wordt eveneens aangeduid door een onderbord met de vermelding “50m” en het aanbrengen van een opstaande pijl welke het begin van het parkeerverbod aangeeft. Op 17/03/2014 werd er hiervoor bij wijze van proef door het college een tijdelijk politiereglement goedgekeurd tot het einde van dit schooljaar. Door de school, de politie en de verkeerswerkgroep van St-Job werd dit gunstig geëvalueerd waardoor dit reglement kan bestendigd worden. Aan de gemeenteraad wordt dan ook gevraagd om dit aanvullend reglement goed te keuren. Besluit: 28 stemmen voor Artikel 1 Het tijdelijk politiereglement goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen in zitting van 17 maart 2014 wordt bestendigd : - parkeerverbod wordt ingesteld in de Hogebaan vanaf huisnummer 5 tot en met 7A van maandag tot vrijdag van 08.15 uur tot 09.00 uur en op woensdag van 08.15 uur tot 12.00 uur. Artikel 2 De getroffen maatregelen zullen ter kennis gebracht worden van de weggebruikers door het plaatsen van de verkeerstekens : Verkeersbord E1 met onderbord "van maandag tot vrijdag van 08.15 uur tot 09.00 uur en woensdag van 08.15 uur tot 12.00 uur" + onderbord "50m" met pijl omhoog wijzend. Artikel 3 Dit aanvullend reglement wordt ter kennisgeving overgemaakt aan de Afdeling Beleid, Mobiliteit en Verkeersveiligheid, Departement Mobiliteit en Openbare Werken, Vlaamse Overheid, Koning Albert II-laan 20, bus 2, te 1000 Brussel. 06

Aanvullend reglement - blauwe zone Biest en gedeelte Gasthuisstraat Juridisch kader Nieuwe gemeentewet van 24 juni 1988 - artikel 119 en 135 Gemeentedecreet van 15 juli 2005 - artikel 42 Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij koninklijk besluit van 16 maart 1968; Koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg; Het ministerieel besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimum afmetingen en de bijkomende plaatsingsvoorwaarden voor de verkeerstekens worden bepaald; Het decreet van 16 mei 2008 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens; Het besluit van de Vlaamse Regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens; De omzendbrief MOB/2009/01 van 3 april 2009; Historiek In de Gasthuisstraat tussen Bethovenstraat en Biest en in de Biest zijn verschillende handelszaken gevestigd. In deze straten wordt veel geparkeerd door langparkeerders die onder andere een bus nemen naar het werk of

7

carpoolen en waardoor bezoekers aan handelszaken niet meer kunnen parkeren. Motivatie De parkeerplaatsen langs de Gasthuisstraat en Biest worden veelvuldig gebruikt door langparkeerders. Deze parkeerruimte moet maximaal aangewend kunnen worden door de bezoekers van de handelszaken gelegen langs de Gasthuisstraat en Biest. Voor langparkeerders zijn er voldoende parkeerplaatsen beschikbaar op aannemelijke afstand. Door het invoeren van een zone met beperkte parkeertijd geeft dit de bezoekers van de handelszaken parkeergelegenheid. Tijdens de gemeenteraad wordt een gepaste toelichting verstrekt door schepen L. Torfs. Hij stelt dat in de Gasthuisstraat, tussen de Bethovenstraat en de Biest, en in de Biest verschillende handelszaken gevestigd zijn. Om de aanwezige parkeerruimte zo veel mogelijk ter beschikking te stellen voor de bezoekers van deze handelszaken, wordt er een zone met beperkte parkeertijd, de zogenaamde blauwe zone, ingesteld. In de omgeving zijn er immers voldoende parkeerplaatsen beschikbaar voor langparkeerders. Het begin en het einde van de blauwe zone wordt aangeduid door een verkeersbord waaraan de zonale geldigheid wordt gegeven en daarbij het verkeersbord E9a “parkeren toegelaten” en het symbool van de parkeerschijf weergeeft. Dit duidt aan dat de parkeertijd er beperkt is en de schijf moet gebruikt worden. Volgens de wegcode is het gebruik van de schijf verplicht op werkdagen van 9 uur tot 18 uur en voor een maximumduur van 2 uren. Het reglement wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad. Besluit: 28 stemmen voor Artikel 1 Er wordt een zone met beperkte parkeertijd ingesteld op volgende plaatsen : - op de parkeerplaatsen langs de Gasthuisstraat tussen de Bethovenstraat en de Biest. - op de parkeerplaatsen langs de Biest. Het gebruik van de parkeerschijf wordt er verplicht van maandag tot en met zaterdag tussen 09.00 uur en 18.00 uur. De maximum parkeerduur bedraagt twee uur. Artikel 2 De getroffen maatregelen zullen ter kennis gebracht worden van de weggebruikers door het plaatsen van de zonale verkeerstekens E9a (zoals bedoeld in art. 65.5 van KB 01/12/1975) aangevuld met de parkeerschijf. Artikel 3 Dit aanvullend reglement wordt ter goedkeuring overgemaakt aan de Afdeling Beleid, Mobiliteit en Verkeersveiligheid, Departement Mobiliteit en Openbare Werken, Vlaamse Overheid, Koning Albert II-laan 20, bus 2, te 1000 Brussel. 07

Aanvullend reglement - Brugstraat - Bethaniënlei - verbod voor vrachtwagens 3 meter Juridische context Nieuwe gemeentewet van 24 juni 1988 - artikel 119 en 135 Gemeentedecreet van 15 juli 2005 - artikel 42 Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij koninklijk besluit van 16 maart 1968;

8

Koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg; Het ministerieel besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimum afmetingen en de bijkomende plaatsingsvoorwaarden voor de verkeerstekens worden bepaald; Het decreet van 16 mei 2008 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens; Het besluit van de Vlaamse Regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens; De omzendbrief MOB/2009/01 van 3 april 2009; Historiek In het mobiliteitsplan van Brecht wordt gesteld dat de kern van Sint-Job-in-‘tGoor niet geschikt is om vrachtverkeer te verwerken; In de mobiliteitsstudie Noorderkempen wordt gesteld om een tonnagebeperking te voorzien ondersteund met een trajectcontrole op de as Bethaniënlei – Brugstraat; Motivatie De camerapalen trajectcontrole werden geplaatst in de Brugstraat komende van de Handelslei juist voorbij de Vaartlaan en in de Bethaniënlei in de gemeente Schilde juist voor de verkeerslichten met de Waterstraat; Tijdens de gemeenteraad wordt een gepaste toelichting verstrekt door burgemeester L.Aerts. Hij stelt dat dit reglement reeds twee maanden tevoren aan de gemeenteraad werd voorgelegd, maar dat het toen afgevoerd werd omwille van een aantal technische elementen. De korpschef en de dienst mobiliteit hebben dit reglement verder bekeken en tot een sluitend resultaat gebracht. Er werden een aantal vragen aan de korpschef gesteld zoals ten eerste of de vrachtwagens gefotografeerd worden of dat het eerder een registratie van hoogte is. Ten tweede werd de vraag gesteld wat het verschil is met een lijnbus. Vervolgens werd gevraagd hoe er een onderscheid gemaakt kan worden met bestemmingsverkeer zoals onder andere vrachtwagens die moeten laden en lossen of vuilniswagens. Tot slot werd gevraagd of de bedoelde ANPR camera’s ook voor andere zaken dienen zoals bijvoorbeeld voor nietverzekerde voertuigen. De korpschef heeft hierop geantwoord dat enkel de kentekenplaat in beeld wordt gebracht. Er wordt niet echt een foto genomen. Ten tweede worden voertuigen die aan een bepaalde hoogte voldoen geregistreerd. Dit wordt dan gekoppeld aan de doorrijtijd. Indien er een hit is op het vlak van hoogte en doorrijtijd, wordt dit geverbaliseerd. ANPR kan gebruikt worden voor alle doeleinden, met uitzondering van snelheid. Er kunnen dus ook gestolen voertuigen en nietverzekerde voertuigen mee opgespoord worden. Dit reglement zal veel zorgen wegnemen bij de inwoners van Sint-Job-In-‘t-Goor en geeft invulling aan het mobiliteitsplan en de provinciale mobiliteitsvisie. Raadslid E. Peeters vraagt wat de alternatieven zijn en of er geen problemen zullen ontstaan voor de Abdijlaan en de brug aan het Trapke Op. Burgemeester L. Aerts repliceert dat de vrachtwagens over het op –en afrittencomplex en de ringweg geleid zullen worden. De aanleg van de ringweg zal vermoedelijk in 2016 afgerond worden. Mogelijk zal dit meer drukte creëren, maar men moet oppassen want de provincie wil zelfs de Abdijlaan knippen. Dit maakt deel uit van een groter plaatje namelijk de ringweg rond Malle en Zoersel. Nu rijdt er onnoemelijk veel vrachtverkeer door Sint-Job-In-‘t-Goor. De vraag kwam om de verkeersdruk in de Brugstraat te verminderen vanuit Sint-Job-In-‘t-Goor. Deze

9

maatregel zal de leefbaarheid in de dorpskern al verbeteren, maar druk zal het blijven. Raadslid P. Van Assche vreest dat men zal verzanden in oeverloze discussies over de hoogte, laden en lossen en dat bestuurders zich aan de kant van weg zullen plaatsen, waardoor de doorrijtijd hoger is. Hij vraagt zich af hoeveel de doorrijtijd bedraagt en wanneer men laadt en lost. Dit is een tijdelijke oplossing voor minder hinder, maar finaal is het geen oplossing. Een parallelweg naast de Brugstraat of een ringweg zijn wel oplossingen, maar voor een ringweg is er geen plaats. Burgemeester L. Aerts repliceert dat het toestel geijkt wordt. Dit zijn extra waarborgen, maar als iemand bekeurd wordt, moet men alleszins aan kunnen tonen dat het toestel geijkt is. Er zal duidelijke signalisatie geplaatst worden om te vermijden dat er vrachtwagens rijden. Er moeten verkeersborden geplaatst worden aan de Eikenlei, de Beukenlei, de Brechtsebaan, de Handelslei en het kruispunt Waterstraat, maar dit is grondgebied van Schilde en Zoersel. Mogelijk kunnen bestuurders zich aan de kant van de rijbaan plaatsen en ontsnappen zij zo aan een bekeuring. Op de derde vraag repliceert burgemeester L. Aerts dat de aanleg van een ringweg onnoemelijk veel onteigeningen zal vragen. Raadslid S. Deckers stelt zich vragen bij de hoogte van de voertuigen en de term ‘bussen’ in het tweede lid van artikel 2. Er zullen veel voertuigen geviseerd worden, waarvan het eigenlijk niet de bedoeling was. Veel voertuigen van plaatselijke aannemers, vrije beroepen en zelfstandigen zijn hoger dan 3 meter. Burgemeester L. Aerts repliceert dat hij de argumentatie begrijpt, maar het doel is om het doorgaand vrachtverkeer te vermijden. Als dit in de praktijk problemen zal geven, zal het reglement aangepast worden. Er is een proeftijd zoals bij de trajectcontrole en nadien zal het in de media bekend gemaakt worden. Er zal nu nog niet gepenaliseerd worden zodat niemand verrast zal zijn als het in voege is. Raadslid B. Van De Mierop vraagt wat de impact op Brecht Centrum zal zijn. Is het de bedoeling dat de bestuurders die in Brecht van de snelweg komen via de ring naar Sint-Lenaarts, Malle en Zoersel rijden of dat ze via Brecht Centrum rijden. Burgemeester L. Aerts repliceert dat de bestuurders de E34 moeten kiezen en anders Malle, Westmalle en Zoersel. Schepen D. De Veuster repliceert dat dit traject in de mobiliteitsstudie is opgenomen, maar dat de ring er nog moet komen. Burgemeester L. Aerts stelt dat het reglement nog verbeterd moet worden en dat in artikel 1 de bepaling ‘bestuurders van’ geschrapt zal worden. Besluit : Reglement (met schrapping in artikel 1 ‘bestuurders van’): Aerts L., De Veuster D., Kenis K., Schrijvers P., Van Puymbroeck W., Torfs L., Matheeussen J., Meeusen V., Nicolaï L., Vochten M., Bresseleers M., Van Looveren K., Michiels M., De Groof E., Vandekeere T., Smouts L.: 16 stemmen voor Van Akeleyen C., Van Assche P., Slegers J., Van De Mierop B., Peeters E., Deckers S., Matthé R., Van Tichelt I., Bellens B., Van Riel B., Vandeneijnde S., de Hoog K.: 12 onthoudingen Artikel 1 In de Brugstraat en Bethaniënlei is de toegang verboden voor voertuigen waarvan de hoogte, lading inbegrepen, groter is dan 3 m. Artikel 2 De getroffen maatregelen zullen ter kennis gebracht worden van de weggebruikers door het plaatsen van de verkeerstekens :

10

- in de Brugstraat juist voorbij de Vaartlaan : C29 met een maximale hoogte van 3 m met een onderbord "uitgezonderd laden en lossen en bussen". - in de Bethaniënlei op de grens met gemeente Schilde : C29 met een maximale hoogte van 3 m met een onderbord "uitgezonderd laden en lossen en bussen". - in de Handelslei aan het kruispunt met de Eikenlei : C29 met een maximale hoogte van 3 m met een onderbord "uitgezonderd laden en lossen en bussen" en een onderbord "op 300m". - in de Bethaniënlei aan het kruispunt met de Waterstraat (Schilde) : C29 met een maximale hoogte van 3 m met een onderbord "uitgezonderd laden en lossen en bussen" en een onderbord “op 1800m”. Artikel 3 Dit aanvullend reglement wordt ter kennisgeving overgemaakt aan de Afdeling Beleid, Mobiliteit en Verkeersveiligheid, Departement Mobiliteit en Openbare Werken, Vlaamse Overheid, Koning Albert II-laan 20, bus 2, te 1000 Brussel. 08

Schenking Historische stukken ‘Monique Van den Eeckhaut’ Beleids – en beheerscyclus Beleidsdomein: 1. Algemeen Bestuur Beleidsdoelstelling: Overig Beleid Actieplan: Diverse Ontvangsten Juridisch kader Overeenkomstig artikel 43, §2, 13° van het gemeentedecreet dient de gemeenteraad te beslissen over de definitieve aanvaarding van een schenking. Historiek De archiefdienst nam op vraag van de bibliotheek contact op met Monique Van den Eeckhaut in verband met de schenking van haar overleden vader Raphaël Van den Eeckhaut. Deze professor maakte een toponymische studie over de gemeente Brecht en deed daarbij heel wat opzoekingen en studiewerk over de gemeente. Adviezen De archiefdienst deed een plaatsbezoek op 4 april 2014 en maakte daarbij een selectie van mogelijke aanwinsten voor het archief (zie inventaris geschonken stukken). Aangezien de archiefdienst momenteel weinig historische werken bezit en de stukken interessant zijn voor de leeszaal adviseert ze deze schenking te aanvaarden. Het college van burgemeester en schepenen ging d.d. 26 mei 2014 akkoord met deze schenking in afwachting van de definitieve goedkeuring van de gemeenteraad. Motivatie De stukken bevatten historische informatie over Brecht en zijn bijgevolg interessant voor de verdere uitbouw van het historisch archief over de gemeente Brecht. Tijdens de gemeenteraad wordt een gepaste toelichting verstrekt door burgemeester L. Aerts. Het gaat hier over de schenking door Monique Van den Eeckhaut van stukken opgemaakt door haar overleden vader Raphaël Van den Eeckhaut. Haar vader was beslagen in de studie van plaatsnamen.

11

Voor Brecht leverde dit interessante documenten op. De archivaris van de gemeente Brecht heeft na onderzoek een oplijsting gemaakt van de stukken die interessant zijn voor de gemeente Brecht. Er zit een lijst in het dossier. Tijdens de gemeenteraad worden een aantal stukken getoond zoals het plan en enkel boekwerken. Het plan kan ook een praktische waarde hebben bij de bepaling van straatnamen. Er zal een brief verstuurd worden aan Mevrouw Van den Eeckhaut om haar te bedanken voor deze schenking. Besluit: 28 stemmen voor Artikel 1 De gemeenteraad gaat akkoord met de schenking van Monique Van den Eeckhaut. Artikel 2 Afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan de archiefdienst. 09

Eindafrekening Parkings Kattenhoflaan en Handelslei Beleids – en beheerscyclus Beleidsdomein: 2 Zich verplaatsen en mobiliteit Beleidsdoelstelling: Het gemeentebestuur zorgt ervoor dat de verschillende weggebruikers het uitgebreide Brechtse wegennet optimaal en veilig kunnen gebruiken. Actieplan: Uitstippelen van een parkeerbeleid met invoering van parkeerzones Actie: uitbouw parkeerbeleid Budget: aanleg parkings Sint Job – 2014/2240000/2/0220 – 150 000 euro Opdracht werd deels uitgevoerd in 2013 en deels in 2014. Juridisch kader Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 42 en 43, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad. De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen. Het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur. Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 248 tot en met 264 betreffende het bestuurlijk toezicht. De wet van 24 december 1993 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 15. Het koninklijk besluit van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen. Het koninklijk besluit van 26 september 1996 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 3, § 1. De algemene aannemingsvoorwaarden, opgenomen in de bijlage bij voormeld besluit van 26 september 1996, en latere wijzigingen.

12

Historiek De gemeenteraad verleende in zitting van 11 oktober 2012 goedkeuring aan de lastvoorwaarden, de raming en de gunningswijze van de opdracht “Lastvoorwaarden voor aanleg van parkings in Handelslei en Kattenhoflaan”, met name de openbare aanbesteding. Het college van burgemeester en schepenen verleende in zitting van 27 mei 2013 goedkeuring aan de gunning van deze opdracht aan Gebroeders Van Den Bogerd, Lage Rooy 15 te 2328 Meerle tegen het nagerekende en verbeterde inschrijvingsbedrag van € 183.910,46 excl. btw of € 222.531,65 incl. 21% btw. De uitvoering moest gebeuren overeenkomstig de lastvoorwaarden vastgelegd in het bijzonder bestek met nr. 2013/023. Het college van burgemeester en schepenen verleende in zitting van 2 september 2013 goedkeuring aan de aanvangsdatum van deze opdracht, zijnde 2 september 2013. Motivatie Ocmw-voorzitter A. Van Dyck verlaat de zitting. Grontmij stelde de eindafrekening op, waaruit blijkt dat het eindbedrag van de werken 164.159,06 excl. btw bedraagt, als volgt gedetailleerd: Raming

€ 243.699,34

Bestelbedrag

€ 183.910,46

Afrekening VH (in min)

-

€ 19.751,39

TOTAAL

=

€ 164.159,06

De aannemer Gebroeders Van Den Bogerd, Lage Rooy 15 te 2328 Meerle heeft aan zijn verplichtingen voldaan. De Technische dienst stelde een proces-verbaal op van voorlopige oplevering, die plaatsvond op 24 maart 2014 met nog enkele opmerkingen over o.a. voegzand inkeren en het inleveren van het as-built plan. OCMW-voorzitter neemt terug deel aan de zitting. Tijdens de gemeenteraad wordt een gepaste toelichting verstrekt door schepen P. Schrijvers. De gemeenteraad keurde op 11 oktober 2012 de lastvoorwaarden voor de aanleg van de parkings in de Handelslei en de Kattenhoflaan goed. Op 27 mei 2013 werd de opdracht door het college van burgemeester en schepenen gegund aan de gebroeders Van Den Bogerd. Op 2 september 2013 werd het bevel van aanvang gegeven. De voorlopige oplevering vond plaats op 24 maart 2014. De eindafrekening die door het studiebureau Grontmij werd opgemaakt, bedraagt 164.159,06, excl. BTW. Gelet op de tussenkomsten van B. Bellens, D. De Veuster, W. Van Puymbroeck en P. Schrijvers. Besluit: 28 stemmen voor Artikel 1 13

Goedkeuring wordt verleend aan de eindafrekening voor de opdracht “Lastvoorwaarden voor aanleg van parkings in Handelslei en Kattenhoflaan”, opgesteld door Grontmij, waaruit blijkt dat de werken een eindtotaal bereikten van 164.159,06 excl. BTW. Artikel 2 Afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan de financieel beheerder, het studiebureau en de Gebroeders Van Den Bogerd. 10

Woonbeleidsplan Beleids – en beheerscyclus Beleidsdomein 6: Wonen en ruimtelijke ordening Beleidsdoelstelling 6 : Het gemeentebestuur maakt aangenaam wonen mogelijk voor elke Brechtenaar in een groene leefomgeving Actieplan: Kwalitatief en betaalbaar wonen stimuleren voor elke Brechtenaar Actie: Werking woonloket Juridisch kader Gemeentedecreet d.d. 15 juli 2005 Het decreet van 15 juli 1997 betreffende de Vlaamse Wooncode; Gemeenteraadsbeslissing d.d. 10 april 2008 – lokaal woonbeleid Het decreet van 27 maart 2009 betreffende het Grond- en Pandenbeleid en zijn latere wijzigingen; Historiek De gemeente stapte in 2009 in het intergemeentelijke project lokaal woonbeleid IVLW Noord samen met verschillende andere gemeenten uit het noorden van de provincie Antwerpen. Eén van de doelstellingen van dit project was het ontwikkelen van een gemeentelijke visie rond woonbeleid. Adviezen De gezamenlijke vergadering van het lokaal woonoverleg gaf d.d. 3 april 2014 een positief advies aan het woonbeleidsplan Brecht. Motivatie In het woonbeleidsplan worden achtereenvolgens de situering van de gemeente, het woonbeleidsplan, het wettelijk kader, de relevante woon-en welzijnsactoren, de samenhang met andere beleidsdomeinen, de beleidsinstrumenten, de demografische gegevens, de socio-economische gegevens, de woningmarktgegevens, de analyse van de conclusies, de beleidsopties, de stand van zaken betreffende het uitgevoerde woonbeleid – Swot-analyse, de strategische doelstellingen en het actieplan besproken. Tijdens de gemeenteraad wordt een gepaste toelichting verstrekt door schepen D. De Veuster. Dit document werd reeds uitvoerig besproken op de raad van 8 mei. In dit beleidsplan vindt u de beleidsopties voor wonen die in deze legislatuur zullen genomen worden, verder uitgewerkt dan in de BBC en dit in samenspraak met de betrokken actoren. Vorige gemeenteraad haalde ik reeds aan dat onze gemeente sinds een aantal jaren beschikt over een sociaal bindend objectief. Dat legt ons op dat

14

we tegen 31/12/2020 – 173 sociale huurwoningen, 97 sociale koopwoningen en 4 sociale kavels moeten voorzien, met een inhaalbeweging van 18 sociale huurwoningen tegen 2025. Dat brengt het totaal dus op 292. Een hele uitdaging dus, waar ook naarstig door alle partners aan gewerkt wordt. Voor de periode 2015 – 2016 zitten er 163 betaalbare woningen in de pijplijn voor realisatie. Ik spreek hier dan over projecten waarvoor de financiering in orde is, de bouwvergunning werd afgeleverd of spoedig ingediend zal worden of die binnenkort worden aangemeld in het kader van een nieuwe oproep voor CBO – projecten (constructieve benadering overheidsopdrachten, waarbij een private ontwikkelaar instaat voor de realisatie). Daarnaast zal Arro op korte termijn nog 17 koopwoningen bouwen op De Leeuwerik. Hiervoor werd de bouwvergunning afgeleverd, maar de financiering moet opnieuw aangemeld worden. Er werd op de vorige gemeenteraad gevraagd dit plan te verdagen, ondermeer omdat er nog infosessies van Igean over wonen georganiseerd zouden worden, gisteren over de sociale huisvestingsmaatschappijen en het sociaal verhuurkantoor, vandaag over cohousing. Maar het woonbeleidsplan werd daar voor alle duidelijkheid niet toegelicht. Raadslid P. Van Assche stelt dat in 5.1 vermeld wordt dat het lokale politieke beleid met het woonbeleidsplan op gefundeerde wijze de uit te voeren taken en acties op het vlak van wonen vastlegt. Vlaams Belang is niet tegen het woonbeleidsplan, maar het mist concrete sturing. Slecht 13 van de 100 bladzijden zeggen iets concreet. Van deze 13 bladzijden beschrijven 6 bladzijden swot’s en de werking van het woonloket. De overige gaan over het bindend sociaal objectief en informeren. Voor wonen zijn bakstenen beter. Dit is een gemiste kans. Raadslid B. Van De Mierop vraagt meer uitleg bij de doelstelling 1.4.1 voor de opmaak van het lokaal toewijzingsreglement en wat de timing is. Schepen D. De Veuster repliceert dat de gemeenten via het toewijzingsreglement af kunnen wijken van de regels die door de sociale huisvestingsmaatschappijen en het OCMW dienen gevolgd te worden. Er kunnen afwijkingen toegestaan worden op lokale binding, leefbaarheid en doelgroepen. De criteria die men hierbij kan hanteren zijn bijvoorbeeld het aantal jaren dat men in de gemeente woont of gewoond heeft, het aantal jaren dat men in de gemeente heeft gewerkt, of men schoolgaande kinderen heeft in de gemeente, of men mantelzorger is. In Brecht is er de vraag van Clara Fey en bezorgde Brechtse ouders voor toewijzingen aan die jongeren tussen 18 en 25 jaar zodat zij zelfstandig kunnen wonen. Gewijzigde wetgeving maakt ook dat het niet meer zo evident is om een woning toe te wijzen aan ouderen zoals bijvoorbeeld in de Pothoek. Er is een werkgroep opgericht om dit verder te bekijken en het is de bedoeling om dit toewijzingsreglement in het najaar aan de gemeenteraad voor te leggen. Raadslid J. Slegers vraagt wat die gewijzigde wetgeving inhoudt. Schepen D. De Veuster repliceert dat vroeger iemand automatisch opgeschreven kon worden, maar nu is de leeftijd gewijzigd. De Sociale Huisvestingsmaatschappij kan dit gebruiken. Raadslid B. Van De Mierop stelt dat het woonbeleidsplan een vrijblijvend karakter heeft. Op pagina 98 staat als meetindicator bijvoorbeeld het aantal vragen dat aan het woonloket gesteld wordt. Het zou beter zijn als men het aantal antwoorden als indicator zou nemen. De indicatoren gaan niet diep genoeg. Schepen D. De Veuster stelt dat men aangesloten is bij IVLW Noord en men moet registreren. De huisvestingsambtenaren vinden dit ook storend.

15

Raadslid J. Slegers vraagt hoe men staat tegenover zorgwoningen en kangoeroewonen. Schepen D. De Veuster repliceert dat de wetgeving niet sluitend is over zorgwonen. Dit wordt nog steeds misbruikt. Men verhuurt soms appartementen op plaatsen waar dit niet is toegestaan. Zorgwonen is positief, maar soms ziet men vreemde zorgverbanden en de afwezigheid van enige zorg. Raadslid J. Slegers stelt dat er dus de mogelijkheid is tot kangoeroewonen. Schepen D. De Veuster antwoordt dat kangoeroewonen geëvolueerd is naar zorgwoningen, maar het is toepasbaar. Burgemeester L. Aerts repliceert dat tal van zorgwoningen wel correct zijn,maar soms ontstaat er een verkapte vorm van appartementering. De Vlaamse codex zou hieromtrent initiatieven mogen nemen. Besluit: Aerts L., De Veuster D., Kenis K., Schrijvers P., Van Puymbroeck W., Torfs L., Matheeussen J., Meeusen V., Nicolaï L., Vochten M., Bresseleers M., Van Looveren K., Michiels M., De Groof E., Vandekeere T., Smouts L.: 16 stemmen voor Van Akeleyen C., Van Assche P., Slegers J., Van De Mierop B., Peeters E., Deckers S., Matthé R., Van Tichelt I., Bellens B., Van Riel B., Vandeneijnde S., de Hoog K.: 12 onthoudingen Art. 1: De gemeenteraad keurt het gemeentelijk woonbeleidsplan 2014-2019 goed. Art. 2: Een afschrift van dit besluit wordt bezorgd aan het woonloket. 11

Grondafstand verkaveling Van Bavellaan Juridisch kader Het gemeentedecreet; Het decreet betreffende de ruimtelijke ordening, gecoördineerd op 22 oktober 1996 en gewijzigd bij decreet van 19 december 1998, 18 mei 1999 en 26 april 2000 en de bijhorende uitvoeringsbesluiten; Het decreet tot aanpassing en aanvulling van het ruimtelijke plannings-, vergunningen- en handhavingsbeleid goedgekeurd op 27 maart 2009 en de codex ruimtelijke ordening (VCRO) en de bijhorende uitvoeringsbesluiten; Historiek Dhr. en mevr. Busschots-Verniers wonende te Van Bavellaan 51, 2960 Brecht deden een aanvraag voor een nieuwe verkaveling gelegen te Van Bavellaan zn, 2960 Brecht, kadastraal gekend als (afd. 1) sectie M 67 A8 Het betreft een aanvraag voor 2 loten voor open bebouwing. Motivatie Het betreffende perceel is gelegen langsheen de Van Bavellaan. Langsheen de Van Bavellaan wordt er een strook toegevoegd aan het openbare domein. Deze overdracht wordt opgelegd wanneer een verkavelingsvergunning wordt verleend. Het gaat over een strook met een totale oppervlakte van 274m², aangeduid als lot 3 op het verkavelingsplan. Het betreffende lot op het verkavelingsplan is gelegen binnen het wegentracé en het is voorzien dat deze kosteloos en zonder kosten overgedragen wordt aan de gemeente. Volgens art 4.2.17§2 van de VCRO dient de gemeenteraad een beslissing te nemen over de zaak van de wegen alvorens een beslissing genomen kan worden over de verkavelingsaanvraag.

16

Overeenkomstig artikel 43 van het gemeentedecreet is de beslissing over de overdracht van gronden aan de gemeente echter een exclusieve bevoegdheid van de gemeenteraad. Voorliggende aanvraag dient dan ook voorgelegd te worden aan de gemeenteraad om een beslissing te nemen over de grondafstanden. Deze aanvraag is verenigbaar met de door het gemeentebestuur gewenste ruimtelijke ontwikkeling. Tijdens de gemeenteraad wordt een gepaste toelichting verstrekt door schepen D. De Veuster. Hij stelt dat er 274 m² afgestaan zal worden langs de Van Bavellaan. BESLUIT: 28 stemmen voor Artikel 1 Goedkeuring wordt verleend aan de grondafstand van de zone gelegen langsheen de Van Bavellaan van 274m² - kosteloos en zonder kosten - in de zone voor openbare wegenis, aangeduid als lot 3 op het verkavelingsplan gevoegd bij de aanvraag van dhr. en mevr. Busschots-Verniers wonende te Van Bavellaan 51, 2960 Brecht betreffende een nieuwe verkaveling gelegen te Van Bavellaan zn, 2960 Brecht, kadastraal gekend als (afd. 1) sectie M 67 A8. Deze grondafstand zal opgelegd worden wanneer een verkavelingsvergunning wordt verleend. Artikel 2 Afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan de dienst grondgebiedszaken. 12

Grondafstand verkaveling Lochtenberg Juridisch kader Het gemeentedecreet; Het decreet betreffende de ruimtelijke ordening, gecoördineerd op 22 oktober 1996 en gewijzigd bij decreet van 19 december 1998, 18 mei 1999 en 26 april 2000 en de bijhorende uitvoeringsbesluiten; Het decreet tot aanpassing en aanvulling van het ruimtelijke plannings-, vergunningen- en handhavingsbeleid goedgekeurd op 27 maart 2009 en de codex ruimtelijke ordening (VCRO) en de bijhorende uitvoeringsbesluiten; Overeenkomstig artikel 43 van het gemeentedecreet is de beslissing over de overdracht van gronden aan de gemeente een exclusieve bevoegdheid van de gemeenteraad. Voorliggende ontwerp grondafstand dient dan ook voorgelegd te worden aan de gemeenteraad om een beslissing te nemen over de grondafstanden. Historiek Het RUP Lochtenberg werd op 8 april 2010 goedgekeurd door de gemeenteraad. In uitvoering van dit RUP werd op 10 juni 2013 een verkavelingsvergunning verleend aan dhr. Jos VAN HOYDONCK voor IGEAN dienstverlening. Het wegentracé en de grondafstand voor de gronden gelegen in het openbaar domein werden op 24 januari 2013 goedgekeurd door de gemeenteraad. De wegenwerken in het kader van deze verkaveling werden reeds uitgevoerd.

17

De ontwerpakte en het plan met de grondafstanden werden aan de gemeente over gemaakt. Motivatie Het ‘opmetingsplan grondafstand’ opgemaakt door Igean Dienstverlening omvat meer af te stane grond dan wat op 24 januari 2013 werd opgenomen in de gemeenteraadsbeslissing. Het wandel -en fietspad tussen projectzone C en lot 10 worden bijkomend afgestaan. Deze aanvraag is verenigbaar met de door het gemeentebestuur gewenste ruimtelijke ontwikkeling. Tijdens de gemeenteraad wordt een gepaste toelichting verstrekt door schepen D. De Veuster. Het wegentracé en de grondafstand voor de gronden in het openbaar domein van deze verkaveling werden op 24 januari 2013 goedgekeurd door deze gemeenteraad. Thans zijn de werken aan het openbaar domein van deze verkaveling zo goed als afgerond en Igean wenst op basis van het opmetingsplan meer grond af te staan, namelijk ook nog het wandelpad tussen projectzone C en lot 10. Dus voor diegenen die het plan hebben gezien spreken we nu dus van een totaal van 3869 vierkante meter, dus 242 vierkante meter meer. Raadslid S. Deckers vraagt of er een reden is waarom deze grondafstand niet kosteloos en zonder kosten wordt overgedragen aangezien dit niet vermeld wordt. Burgemeester L. Aerts repliceert dat deze grondafstand ook kosteloos en zonder kosten overgedragen zal worden. Tevens wordt voorgesteld om de notulen aan te passen en toe te voegen dat artikel 2 van de gemeenteraadsbeslissing d.d. 24 januari 2013 over de grondafstand in de Lochtenberg wordt ingetrokken. BESLUIT: Grondafstand Lochtenberg (Met toevoeging ‘kosteloos en zonder kosten’ – ‘intrekking artikel 2 gemeenteraadsbesluit d.d. 24 januari 2014 over grondafstand Lochtenberg’ ) - 28 stemmen voor Artikel 1: De gemeenteraadsbeslissing d.d. 24 januari 2013 over het wegentracé en de grondafstand in Lochtenberg wordt ingetrokken. Artikel 2: Goedkeuring wordt verleend aan het wegentracé binnen het RUP Lochtenberg voor gronden gelegen te Brecht, palende aan de Vaartdijk en Eikenlei, zoals op het opmetingsplan dat opgemaakt werd door Igean Dienstverlening, ingetekend onder lot W1, lot W 2, lot W3. Artikel 3:Goedkeuring wordt verleend aan de grondafstand, kosteloos en zonder kosten, van de zone lot W1, lot W2 en lot W3 zoals weergegeven op het opmetingsplan grondafstand opgemaakt door Igean Dienstverlening. Artikel 4: Afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan de dienst grondgebiedszaken en aan Igean Dienstverlening. 13

Oprichting overlegorgaan Regierol Noorderkempen Actief – RENOA Beleids-en beheerscyclus Beleidsdomein : 5 Ondernemen en werken Beleidsdoelstelling: Het gemeentebestuur bouwt haar initiatieven op vlak van lokale economie en toerisme verder uit. Actieplan: Brecht ondersteunt de aanwezige KMO’s, landbouwbedrijven en andere initiatieven op het vlak van lokale economie uit. 18

Actie: Sociale en lokale tewerkstelling stimuleren Juridisch kader Artikel 3 van het besluit van de Vlaamse Regering houdende de regierol van gemeenten op het vlak van sociale economie van 26 oktober 2012. Decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking – artikel 25 Historiek Naar aanleiding van de oproep van de Vlaamse Regering met betrekking tot de regierol sociale economie zijn de gemeenten Brasschaat, Brecht, Kalmthout, Kapellen, Malle, Schoten, Stabroek en Wuustwezel geïnteresseerd in een intergemeentelijk samenwerkingsverband betreffende de ontwikkeling van sociale economie. Hiervoor achten zij het zinvol om een dienstverlenende vereniging op te richten die instaat voor de ontwikkeling van een sociaal economisch beleid binnen de deelnemende gemeenten. Om de mogelijkheden en de voorwaarden van een intergemeentelijk samenwerkingsverband te onderzoeken, is het nodig om een overlegorgaan op te starten. Motivatie De gemeente vindt het wenselijk om een intergemeentelijke samenwerking rond sociale tewerkstelling en sociale economie op te starten. Samenwerken is belangrijk om schaalvoordelen te realiseren op vlak van afzetmarkt en interne werking. De gemeente zal de nodige stappen om een dienstverlenende vereniging op te richten ondernemen. Op 27 maart 2013 vond reeds een startvergadering plaats met Noorderkempen Actie VZW die de regierol voor lokale economie op zich neemt voor de gemeenten Brasschaat, Brecht, Kalmthout, Kapellen, Malle, Schoten, Stabroek en Wuustwezel. Door het college van burgemeester en schepenen werd d.d. 7 april 2014 principiële goedkeuring verleend tot oprichting van de dienstverlenende intergemeentelijke samenwerking RENOA. De kandidaturen voor de afvaardiging dienden ten laatste op 10 juni 2014 ingediend te worden bij de gemeentesecretaris. Er werd enkel een kandidatuur ingediend door burgemeester L. Aerts. Tijdens de gemeenteraad wordt een gepaste toelichting verstrekt door burgemeester L. Aerts. Er wordt voorgesteld om een overlegorgaan op te richten dat binnen de regio sociale economie zal promoten en extra zal ondersteunen om de zwaksten in de maatschappij te ondersteunen. Er zal een beroep gedaan worden op subsidies die door Vlaanderen ter beschikking gesteld worden. Het dossier kent momenteel een gunstig verloop. Er wordt enkel nog gewacht op gunstig advies van de inspectie financiën. Het dossier kreeg op 5 juni een unaniem positief advies van de commissie voor intergemeentelijke samenwerking. Nu wordt de oprichting van een overlegorgaan ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad. Na de oprichting van de dienstverlenende vereniging zal er een afgevaardigde aangesteld moeten worden voor de raad van bestuur en de algemene vergadering. Besluit: Renoa: 28 stemmen voor Bij geheime stemming: Aanstelling afgevaardigde: L. Aerts: 27 stemmen voor 1 stem neen Artikel 1 De gemeente Brecht overweegt een dienstverlenende vereniging op te richten

19

en geeft de goedkeuring om een overlegorgaan op te starten die de samenwerkingsmogelijkheden en voorwaarden bestuderen op vlak van sociale economie in de Noorderkempen. Het oprichten van een dienstverlenende vereniging verloopt conform het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking. Artikel 2 De Heer L. Aerts zal vanuit het college van burgemeester en schepenen lid zijn van het overlegorgaan. Artikel 3 Afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan Noorderkempen Actie VZW, Ploegsebaan 235 te 2930 Brasschaat. Raadsleden E. De Groof, R. Matthé, B. Van De Mierop, M. Vochten en C. Van Akeleyen verlaten de zitting. 14

Subsidiereglement Ecopremies Raadsleden E. De Groof en R. Matthe nemen terug deel aan de zitting. Beleids – en beheerscyclus Beleidsdomein 3. Natuur en milieubeheer Beleidsdoelstelling: De gemeente Brecht is een propere gemeente waar de burgers milieubewust leven. Actieplan: uitbouw van een milieuzorgsysteem Actie: milieuzorg stimuleren Budgetsleutel: 2014/6493009/3/0320 (7000,00 euro) Juridisch kader Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening Decreet integraal waterbeleid Omzendbrief code van goede praktijk voor hemelwaterputten en infiltratievoorzieningen Algemene bouwverordening inzake hemelwaterputten Gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater Waterverkoopreglement inzake keuring van de binneninstallatie en keuring van de privéwaterafvoer Natuurdecreet & omzendbrief code van goede natuurpraktijk Gemeentedecreet 15.07.5005 Historiek Besluiten gemeenteraad van 30 juni 2005 en 9 oktober 2008. Samenwerkingsovereenkomst 2008-2013 'Milieu als opstap naar duurzame ontwikkeling': In het kader van de Samenwerkingsovereenkomst 2008-2013 werd het “Gemeentelijke toelagereglement hemelwatergebruik en infiltratievoorzieningen” van 30 juni 2005 aangepast per 9 oktober 2008. De bedoeling was dat de gemeente de premie voor hemelwaterputten en infiltratievoorzieningen prefinanciert. De premie moest minimaal € 500,00 bedragen om in aanmerking te komen voor de forfaitaire terugbetaling van € 250,00 door het Vlaamse Gewest aan de gemeente. Deze terugbetaling werd herbevestigd in de Opvolger SO 2008-2013: subsidie lokaal waterbeleid in 2014, besluit Vlaamse Regering van 13 december 2013 Opvolger SO2008-2013 lokaal waterbeleid: In de Opvolger SO 2008-2013 subsidie lokaal waterbeleid in 2014, besluit Vlaamse Regering van 13 december 2013 wordt een terugbetaling van particuliere subsidies voorzien voor onder meer de aanleg van een hemelwaterput of een groendak of andere lokale waterprojecten met 100% subsidie tot maximaal 47.000 euro voor de

20

gemeente Brecht. Dit betreft minimaal het dienstjaar 2014 en kan mogelijk verlengd worden als het bewijs van de acties wordt aanvaard, telkens opnieuw naar het volgende dienstjaar. Adviezen De milieuraad verleende een gunstig advies op 18 maart 2014. Motivatie Dit reglement beoogt de aanmoediging tot uitvoeren van duurzame wateren/of natuurmaatregelen. Stimuleren van acties met focus op waterbeleid, aangaande verhogen van infiltratie en bufferend vermogen, aanleggen van ecologische watervoorzieningen en aanzetten tot duurzaam watergebruik. Stimuleren van acties met focus op natuurbeleid, aangaande aanleggen kleine landschapelementen tot instandhouding en ontwikkeling van de lokale biodiversiteit, bevorderen van de natuurlijke rijkdom, promoten streekeigen soorten en actieve ondersteuning van kleine landschapselementen in landbouwgebied. Raadslid C. Van Akeleyen neemt terug deel aan de zitting. Tijdens de gemeenteraad wordt een gepaste toelichting verstrekt door schepen L. Torfs. Het subsidiereglement ecopremies is gedeeltelijk een vervolg van een reeds bestaand reglement. Dit reglement voorzag in een toelage voor hemelwaterinstallaties en infiltratievoorzieningen en wordt nu uitgebreid met subsidies voor groendaken en kleine landschapselementen. Met de subsidies willen we acties aanmoedigen waarbij duurzaam met water wordt omgesprongen, alsook acties stimuleren met de focus op natuurbeleid. Zo biedt de aanleg van een groendak heel wat voordelen: het verlengt de levensduur van de dakbedekking, zorgt voor een betere warmte- en geluidsisolatie, heeft een lucht- en klimaatzuiverend effect en vermindert wateroverlast door de opname van regenwater. Een hemelwaterput heeft als voordeel dat het hemelwater wordt opgevangen en kan gebruikt worden voor het spoelen van toiletten, voor de schoonmaak, in de tuin en andere toepassingen. Tevens dienen hemelwaterputten als bufferopvang bij hevige regenval. Door de aanleg van infiltratievoorzieningen wordt er minder water afgevoerd en worden tegelijkertijd de grondwaterreserves aangevuld. Kleine landschapselementen zijn dan weer bepalend voor het landschap en dragen bij tot het in stand houden en bevorderen van de natuurlijke rijkdom en de biodiversiteit. Raadsleden M. Vochten en B. Van De Mierop nemen terug deel aan de zitting. Het maximale bedrag voor de subsidie bedraagt 500 € per aanvraag en wordt verleend binnen de perken van de jaarlijks op de begroting voorziene en goedgekeurde kredieten. Het subsidiereglement is niet van toepassing wanneer bijvoorbeeld het aanleggen van een groendak of het plaatsen van een hemelwaterput verplicht wordt door bestaande wettelijke of reglementaire

21

bepalingen. De gedetailleerde inhoud van het reglement heeft men reeds kunnen raadplegen in de ontwerpnotulen. Na goedkeuring van het subsidiereglement zal hiervoor via verschillende communicatiekanalen de nodige promotie worden gemaakt. Ter verduidelijking geef ik nog mee dat in de tekst van het reglement, halverwege bladzijde 21, vermeld staat dat onderhoudswerken die uitgevoerd worden door het Landschapsteam niet worden betoelaagd. Met het Landschapsteam wordt hier het Regionaal Landschap De Voorkempen bedoeld. Wanneer men hierop beroep doet, worden bijvoorbeeld knotbomen gratis onderhouden, wordt er zaaimengsel geleverd voor het inzaaien van een fauna-akker of wordt er advies en financiële steun geleverd bij het herstellen of aanleggen van een poel. Besluit: 28 stemmen voor Artikel 1: De gemeenteraad verleent goedkeuring aan het reglement ecopremies Brecht:

I. Groendaken Een groendak is een plat dak dat zo wordt opgebouwd dat het begroeid kan worden met planten en waar er onder die planten een buffervolume voorzien is. Er bestaan momenteel twee soorten groendaken, nl. intensieve en extensieve groendaken. Extensieve groendaken met een lage begroeiing van onder meer mossen en vetplantjes, komen het vaakst voor. De aanleg van groendaken zorgt voor heel wat voordelen voor het leefmilieu maar ook voor de dakeigenaar en de omwonenden. Groendaken zijn niet alleen aantrekkelijk en mooi. Ze kunnen ingericht worden als (bijkomende) tuin en vormen zo nieuwe gebruiksruimten. Ze leveren een positieve bijdrage tot de waterhuishouding, hebben een luchten klimaatzuiverend effect en brengen een klimaatverbetering teweeg. Een groendak zorgt voor een langere levensduur van de dakbedekking, geluidsen thermische isolatie en brandveiligheid. Gemeentelijk subsidiereglement voor groendaken. Artikel 1. Onderhavig reglement is van toepassing op: het aanleggen van een groendak op een woning of andere gebouwen op het grondgebied van Brecht voor zover dit niet verplicht wordt door bestaande wettelijke of reglementaire bepalingen. Onder groendak wordt in dit reglement verstaan een extensief groendak (vetplanten-, mos-, gras- en/of kruidendak). Het betreft een daksysteem waarbij minstens een draineerlaag, een substraatlaag en een vegetatielaag aanwezig zijn. Indien het dak hellend is, is een draineerlaag niet noodzakelijk. Artikel 2. § 1. Binnen de perken van de goedgekeurde begrotingskredieten wordt een subsidie verleend van maximum 31 euro per vierkante meter groendak dat aangelegd wordt. Indien de aanlegkosten (inclusief BTW) van het groendak lager zijn dan 31 euro/m2, wordt de werkelijke kostprijs beschouwd als het subsidiebedrag. Het maximale bedrag voor de subsidie per aanvraag 22

bedraagt 500 euro. §2. Om in aanmerking te komen voor subsidie moet het groendak aangelegd zijn door een particulier op een gebouw waarvan de benutte oppervlakte hoofdzakelijk dient voor privégebruik. De BTW mag niet worden ingebracht voor de aftrek (voor BTW-plichtigen). Indien de aanvrager geen eigenaar is van het gebouw waarvoor de premie wordt aangevraagd, verklaart de eigenaar, via mede-ondertekening van de aanvraag, zijn akkoord. §3. De datum van indienen van de subsidieaanvraag van de particulier bij de gemeente geldt als opvolgingsdatum voor de behandeling van de dossiers. Artikel 3. Algemene voorwaarden §1. Het betreffende dak kan slechts éénmaal betoelaagd worden. §2. De aanvraag tot het bekomen van de subsidie dient bij voorkeur vóór het uitvoeren van de werken te worden ingediend bij het College van Burgemeester en Schepenen. Voor het aanvragen van de subsidie moet gebruik gemaakt worden van het subsidieaanvraagformulier dat daarvoor door de gemeente ter beschikking wordt gesteld of moet minstens onderstaande gegevens bevatten. §3. Op dit formulier moeten duidelijk de volgende elementen worden vermeld: naam, adres en rekeningnummer van de aanvrager; adres van de woning waar het extensief groendak wordt geplaatst; het aantal m² extensief groendak en een aanduiding op plan van de plaats op het dak; een gedetailleerde beschrijving van de concrete zaken waarvoor men een premie vraagt, waaronder een beschrijving van de verschillende elementen die tot de installatie of voorziening behoren en een schets van de installatie of voorziening; een verklaring op eer dat de aanvraag correct is ingevuld; een toelating tot controle van de aanleg van het groendak en van de goede staat van het dak gedurende de periode zoals bepaald in artikel 3 §7. §4. De gemeente is in geen enkel opzicht verantwoordelijk voor de werken en hun uitvoering, noch voor de eventuele schade die eruit kan voortvloeien. §5. De subsidie kan alleen toegekend worden voor vergunde gebouwen, zoals bedoeld in de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO). §6. De handelingen die uitgevoerd worden voor het realiseren van het groendak, moeten overeenkomstig de bestaande wettelijke bepalingen gebeuren. In voorkomend geval moet tijdig een stedenbouwkundige vergunning aangevraagd worden. §7. Mislukte aanplantingen of werken dienen hersteld te worden. Gebeurt dit niet, dan zullen de subsidies teruggevorderd worden. De aanvrager engageert zich om minimum 10 jaar lang het groendak in goede staat te behouden. Artikel 4. Procedure §1 Procedure Na ontvangst van de schriftelijke aanvraag onderzoekt de dienst grondgebiedszaken het dossier en adviseert het college; Het College neemt een principiële beslissing m.b.t. het uitbetalen van de uit te voeren werken; De aanvrager wordt schriftelijk in kennis gesteld van de beslissing. Bij een gunstige principiële beslissing komen de werken in aanmerking voor subsidiëring en ontvangt de aanvrager een betalingsaanvraagformulier;

23

De werken worden uitgevoerd overeenkomstig de aanvraag; De betalingsaanvraag wordt ingediend bij de dienst grondgebiedszaken. De betalingsaanvraag dient te gebeuren binnen de zes maand na de aanleg van het groendak. Alle nuttige bewijsstukken (facturen, betalingsbewijzen, foto’s, …) moeten aan de aanvraag worden toegevoegd; Een afgevaardigde van het gemeentebestuur kan ter plaatse de uitgevoerde werken controleren alvorens tot betaling wordt overgegaan. De dienst grondgebiedszaken adviseert het college; Het College neemt een beslissing m.b.t. het uitbetalen van de subsidies voor de uitgevoerde werken. Bij een gunstige beslissing worden de goedgekeurde subsidies uitbetaald. De aanvrager kan voor vragen terecht bij de dienst grondgebiedszaken. §2 Indien blijkt dat de voorwaarden niet nageleefd zijn, dan zal de premie niet uitgekeerd worden en wordt de aanvrager daarvan op de hoogte gebracht. De aanvrager kan op dat moment aanpassingen uitvoeren om toch aan de voorwaarden te voldoen en de uitbetaling van de subsidie te bekomen. §3 Indien blijkt dat de bepalingen van dit reglement of eventueel de stedenbouwkundige vergunning niet werden nageleefd, wordt de subsidie niet uitbetaald of, indien dit reeds gebeurd zou zijn, teruggevorderd.

II. Hemelwater Gemeentelijk subsidiereglement voor hemelwaterinstallaties en infiltratievoorzieningen voor woningen en lokalen van verenigingen De bescherming van het leefmilieu behoort tot één der prioritaire opdrachten van de gemeente. Water gebruikt voor spoeling van toiletten, gebruik in de tuin, schoonmaak, en andere laagwaardige toepassingen (wasmachine) hoeft niet de kwaliteit van drinkwater hebben. Met het gebruik van hemelwater wordt de mogelijkheid geschapen om minder water uit de kraan te verbruiken of op te pompen uit de grondwaterlagen; hiermee wordt het aanwenden van een schaarse grondstof op een oordeelkundige en duurzame manier beperkt en worden verdrogingsverschijnselen tegengegaan. Deze hemelwaterputten dienen als bufferopvang van hemelwater en verkleinen zo bij langdurige of hevige regenval de druk op het gemeentelijke rioleringsstelsel en de kans op mogelijke overstromingen en overstorten. Hemelwater moet maximaal worden afgekoppeld van de openbare riolering en in de mate van het mogelijke worden hergebruikt, opdat dit een positieve invloed zou uitoefenen op de efficiëntie en het rendement van de rioolwaterzuiveringsinstallaties. Door de aanleg van infiltratievoorzieningen wordt er minder water, trager naar de oppervlaktewateren afgevoerd en worden de grondwaterreserves aangevuld. Artikel 1 Definities horizontale dakoppervlakte

de oppervlakte van de projectie van de buitenafmetingen van het dak op een horizontaal vlak

24

hemelwater

verzamelnaam voor regen, sneeuw en hagel, met inbegrip van dooiwater

hemelwaterput / hemelwaterreservoir

reservoir voor het opvangen en stockeren van hemelwater

hemelwaterinstallatie

het geheel van hemelwaterput met eventueel bijhorend leiding- en pompsysteem, filters enz. met het oog op hergebruik van hemelwater

infiltratie

het doorsijpelen van hemelwater in de bodem

infiltratievoorziening

een buffervoorziening waarbij de vertraagde afvoer gebeurt door infiltratie

gewestelijke stedenbouwkundige verordening

het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater

gebouw

vergunde woning of vergund lokaal

lokaal

vergund gebouw waarvan een vereniging gebruik maakt voor haar activiteiten

‘bestaande’ woning

woning waarvoor een bouwvergunning werd verkregen vóór 07/09/1999, d.w.z. 10 dagen na publicatie in het Belgisch Staatsblad van de algemene bouwverordening inzake hemelwaterputten

verbouwing

een bouwproject waarbij 60 % of meer van de buitenmuren wordt behouden

herbouw

een bouwproject waarbij minder dan 60 % van de buitenmuren wordt behouden

vereniging

erkende vereniging of door de gemeente gesubsidieerde vereniging

Artikel 2 Subsidie §2.1 Binnen de perken van de jaarlijks op de begroting voorziene en goedgekeurde kredieten, verleent het College van Burgemeester en Schepenen voor een bestaand gebouw of bij verbouwing van een bestaand gebouw, een subsidie voor de aanleg van een hemelwaterinstallatie indien gebouwd na 31 december 2007 en als de aanleg niet verplicht is volgens de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten e.a. Deze hemelwaterinstallatie moet voldoen aan de voorwaarden in art. 3 §3.1. §2.2 Binnen de perken van de jaarlijks op de begroting voorziene en goedgekeurde kredieten verleent het College van Burgemeester en Schepenen een subsidie voor de aanleg van een hemelwaterinstallatie indien aangelegd na 31 december 2007 bij nieuwbouw of herbouw van een gebouw 25

en als de aanleg niet verplicht is volgens de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten e.a.. Deze hemelwaterinstallatie moet voldoen aan de voorwaarden in art. 3 §3.1. §2.3 Binnen de perken van de jaarlijks op de begroting voorziene en goedgekeurde kredieten, verleent het College van Burgemeester en Schepenen een subsidie voor de aanleg van een infiltratievoorziening indien aangelegd na 31 december 2007 en als de infiltratievoorziening niet verplicht is volgens de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten e.a. (2004). Deze infiltratievoorziening moet voldoen aan de voorwaarden in art. 3 §3.1.g en §3.2. Deze subsidie kan gecumuleerd worden met de subsidie voorzien in §2.1. Artikel 3 Toekenningsvoorwaarden voor subsidie §3.1 De hemelwaterinstallatie en de infiltratievoorziening zoals bedoeld in artikel 2 dienen te voldoen aan de richtlijnen zoals deze bepaald zijn in ‘Krachtlijnen voor een geïntegreerd rioleringsbeleid in Vlaanderen’, meer bepaald de ‘code van goede praktijk voor hemelwaterputten en infiltratievoorzieningen’ en in tweede instantie aan de technische voorwaarden van de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten e.a. De belangrijkste voorwaarden die hierin vervat zitten zijn: Hemelwaterinstallaties a) De minimale inhoud van de hemelwaterput dient in overeenstemming te zijn met de aangesloten dakoppervlakte, met een minimum van 5000 liter, zoals aangegeven in onderstaande tabel.

horizontale dakoppervlakte 50 tot 100 m

2

minimale tankinhoud 5000 l

101 tot 120 m

2

6000 l

121 tot 140 m

2

7000 l

141 tot 160 m

2

8000 l

161 tot 180 m

2

9000 l

181 tot 200 m

2

10000 l

> 200 m

2

10.000 l + 2.500 l per begonnen 50 m²

Indien de horizontale dakoppervlakte niet groter is dan 100 m², is de installatie van een hemelwaterput bij nieuwbouw of herbouw van een gebouw niet verplicht, maar wordt wel een gemeentelijke subsidie toegekend indien voldaan wordt aan de in dit reglement gestelde voorwaarden. b) De volledige dakoppervlakte is aangesloten op de hemelwaterput. Een subsidie bij een onvolledig aangesloten dakoppervlakte is slechts toegestaan mits grondige motivering. c) Het hergebruik van het in de hemelwaterput gecapteerde water is verplicht door middel van een aangesloten pompinstallatie met een minimale aansluiting van 1 WC of wasmachine. Een pompinstallatie is niet verplicht indien de verschillende aftappunten gravitair gevoed kunnen worden. 26

d) Er mag geen directe verbinding gecreëerd worden tussen het drinkwaternet en het leidingennet aangesloten op de hemelwaterput. Hiertoe dient de hemelwaterput met drinkwater bijgevuld te worden door middel van een bijvulsysteem met onderbreking overeenkomstig de code van goede praktijk, ofwel dient een afzonderlijk leidingencircuit voorzien te worden voor hemelwater en drinkwater. e) De overloop van de hemelwaterput wordt bij voorkeur aangesloten op een infiltratievoorziening op eigen terrein, tenzij technisch onmogelijk. f) De overloop kan ook aangesloten worden op een openbare infiltratievoorziening, een waterloop, gracht of een ander oppervlaktewater. Wanneer deze afvoermogelijkheden niet aanwezig zijn of aansluiting hierop niet haalbaar is, mag de overloop van de hemelwaterput aangesloten worden op het gedeelte van de openbare riolering bestemd voor de afvoer van hemelwater. Als er geen openbare riolering bestemd voor afvoer van hemelwater aanwezig is, mag het hemelwater op de gemengde openbare riolering aangesloten worden. Wel moeten tot aan het lozingspunt op de openbare riolering het hemelwater en afvalwater gescheiden worden. Infiltratievoorzieningen g) Infiltratievoorzieningen moeten voldoen aan de volgende eisen:  



Het buffervolume moet in verhouding staan tot het gerealiseerd infiltratiedebiet; Het buffervolume van de infiltratievoorziening moet minimaal 25 liter per m² aangesloten verharde oppervlakte bedragen. Wanneer waterdoorlatende klinkers worden gebruikt, kan de helft van de aangesloten verharde oppervlakte in rekening worden gebracht om het buffervolume te bepalen; De oppervlakte van de infiltratievoorziening moet minimaal 4 m² per begonnen 100 m² aangesloten verharde oppervlakte bedragen.

§3.2 Op de aangesloten.

infiltratievoorziening

wordt

minstens

50 m

2

verharding

§3.3 Dit besluit is niet van toepassing in volgende gevallen:   

op verharde grondoppervlakken die nog voldoende infiltratie mogelijk maken, zoals steenslagverharding of grastegels (waterdoorlatende verhardingen); indien het hemelwater dat op de verharde grondoppervlakte valt op natuurlijke wijze naast de verharde grondoppervlakte op eigen terrein in de bodem kan infiltreren; indien het hemelwater door contact met de verharde oppervlakte dermate vervuild wordt dat het als afvalwater dient beschouwd te worden.

§3.4 De hemelwaterinstallatie en/of infiltratievoorziening is gebouwd na 31 december 2007 volgens, of in overeenstemming gebracht met, de code van goede praktijk voor hemelwaterputten en infiltratievoorzieningen en in tweede instantie met de gewestelijke stedenbouwkundige verordening. §3.5 Een afschrift van de facturen dient door de bouwheer voorgelegd te worden. Artikel 4 Subsidiebedrag §4.1 De subsidie voor de aanleg van een hemelwaterinstallatie bedraagt € 500,00 §4.2 De subsidie voor de aanleg van een infiltratievoorziening bedraagt € 2,50 27

per m² aangesloten verharde oppervlakte en in totaal maximaal € 500,00. Artikel 5 Controle Vooraleer over te gaan tot de uitbetaling van de subsidie zal een door de gemeente gemachtigde instantie of ambtenaar zich er van vergewissen dat aan de voorwaarden van het subsidiereglement voldaan is. Blijken deze voorwaarden niet nageleefd, dan zal de subsidie niet uitgekeerd worden. Het is de eigenaar op alle momenten toegestaan om de nodige aanpassingen door te voeren om alsnog voor de subsidie in aanmerking te komen. Artikel 6 Aanvraag tot subsidie De aanvraag tot het bekomen van een subsidie wordt bij voorkeur ingediend vóór de aanleg van de installatie. De aanvrager kan voor vragen over de aanleg van hemelwaterinstallaties en infiltratievoorzieningen terecht bij de dienst grondgebiedszaken, Gemeentepark 1 te 2960 Brecht. Artikel 7 De subsidie wordt aan de eigenaar, gebruiker of huurder (mits toestemming van de eigenaar) van een gebouw gelegen op het grondgebied van Brecht slechts éénmalig toegekend. Artikel 8 Het gemeentelijk toelagereglement hemelwatergebruik infiltratievoorzieningen van 9 oktober 2008 wordt opgeheven.

en

III. Kleine landschapselementen Gemeentelijk subsidiereglement voor kleine landschapselementen. Kleine landschapselementen zijn zeer bepalend voor het landschap en zijn belangrijk voor het in stand houden en het bevorderen van de natuurlijke rijkdom en de biodiversiteit. Het reglement draagt er toe bij dat de landschappelijke waarde en eigenheid van de gemeente behouden blijft, ook op het privé domein. Voor veel inwoners van de gemeente vormt het reglement een eerlijke vergoeding voor de inspanningen die gebeuren om het landschap in stand te houden. De gemeentelijke subsidies voor KLE's maken van de aanleg en het onderhoud van de KLE's een zaak waarvoor niet enkel de overheid, maar ook de particulier zich kan inzetten. Voorbeelden van kleine landschapselementen die in aanmerking kunnen komen en opgenomen voor subsidie inzake aanplant en/of onderhoud: haag, heg, houtkant, houtwal, solitaire boom (beworteld plantgoed), knotboom (niet beworteld plantgoed), bomenrij, hakhoutbosje, bebossing, hoogstamfruitbomen- en boomgaard, fauna-akker, autochtoon plantgoed (plant van hier) en poelen. HOOFDSTUK 1 DEFINITIES EN AFBAKENING Artikel 1.1 Binnen de perken van de goedgekeurde kredieten wordt een subsidie verleend voor het aanleggen, aanplanten en/of onderhouden van kleine landschapselementen op het grondgebied van de gemeente Brecht. Artikel 1.2 Definities

28

Houtige landschapselementen Haag en heg: Lijnvormige aanplanting van streekeigen houtige gewassen die onderaan zodanig aaneensluiten dat doorkijk of doorgang moeilijk is, en die door periodieke snoei in vorm gehouden worden. De snoei kan gaan van zeer frequent (haag) tot minimaal (heg). -geschoren haag: een haag die minstens 1 maal en maximaal 3 maal per jaar in vorm wordt gehouden door scheren of knippen. -heg: een haag die al dan niet door verwaarlozing breder en/of hoger uitgegroeid is. -kaphaag: een haag die bestaat uit lage, dicht op elkaar staande gewone es of haagbeuk in knotvorm. De kaphoogte is 150 à 200 cm. Deze haag wordt gebruikt als afsluiting van erven, tuinen, boomgaarden, weiden in de onmiddellijke buurt van erven… Houtkant : Lijnvormige aanplanting van streekeigen houtige gewassen die door periodiek kappen onderhouden worden. Gewassen die periodiek bij de grond worden gekapt en terug uitschieten. De gebruikte soorten bezitten de eigenschap om nieuwe loten te vormen. Houtwal: Houtkant op een verhoogd stuk grond. Knotbomenrij: Lijnvormige aanplant van bomen van streekeigen soorten die door periodiek knotten onderhouden worden. De gebruikte soorten bezitten de eigenschap om nieuwe loten te vormen. Een boom waarvan de top en/of de zijscheuten periodiek worden afgehakt. Volgende soorten komen in aanmerking: wilg, populier, abeel, eik, es, olm, els, haagbeuk, berk, Spaanse aak (veldesdoorn), gewone esdoorn, vlier. Solitaire boom: Alleenstaande boom van een streekeigen soort. Bomenrij: Lijnvormige aanplant van minimum 10 opgaande bomen van streekeigen soorten, die zo ver uit elkaar staan dat doorkijk of doorgang amper wordt gehinderd. Boomgroep: Aanplanting van streekeigen loofbomen in groepsverband. Hakhoutbosje: Bebossing die door periodiek kappen onderhouden wordt. De gebruikte soorten bezitten de eigenschap om nieuwe loten te vormen. Gewassen die periodiek bij de grond worden gekapt en terug uitschieten. Hoogstammige fruitbomen en boomgaard: groepering van hoogstammige fruitbomen (met een stamhoogte van minstens 2 meter) zoals opgenomen in de lijst van fruitbomen van de Nationale Boomgaardenstichting. Mengvorm: lijnvormig klein landschapselement dat een mengvorm is tussen de verschillende hierboven gedefinieerde types. Als gevolg van de drievoudige gelaagdheid zijn geschoren hagen en houtkanten, ingeplant met opgaande bomen en knotbomen, vanuit ecologisch standpunt de interessantste. Lijnvormig klein landschapselement: een langwerpig, niet perceelsvormend landschapselement dat een landschapsstructurerende invloed heeft en bestaat uit streekeigen houtige gewassen Puntvormig klein landschapselement: alleenstaande knot- en hoogstambomen Bebossing Aanplant van streekeigen soorten in bosverband op plaatsen die voorheen 29

niet bebost waren. Poelen Uitgegraven klein waterelement met natuurlijke oevers die gevoed wordt door regen- en/of grondwater en het grootste deel van het jaar van nature water houdend is (waarin geen kunstmatige waterondoorlatende lagen werden aangebracht). Andere Streekeigen: Streekeigen houtige gewassen, streekeigen soort, streekeigen loofboom: karakteristieke aanplant voor een bepaalde streek. Vermeld op de gemeentelijke lijst van streekeigen soorten. Landelijk gebied: alle gebieden die op een bestemmingsplan of uitvoeringsplan een bestemming, in de ruime zin, hebben als agrarisch gebied, bosgebied, groengebied, parkgebied of bufferzone. Vellen of rooien: vellen is het omhakken of omzagen; rooien is vellen met verwijdering van het wortelgestel. Beheersovereenkomst: een vrijwillige overeenkomst gesloten tussen een landbouwer en de Vlaamse Landmaatschappij in het kader van het Vlaams Programmadocument (PDPO) Artikel 1.3 Afbakening en toepassingsgebied De betoelaagbare landschapselementen moeten gelegen zijn op nietbebouwde percelen in, of grenzend aan, het landelijk gebied van de gemeente Brecht. De toelage kan niet bekomen worden voor beplantingen op bebouwde percelen (huiskavels), tenzij deze beplantingen de afscheiding vormen tussen de huiskavel en het aanpalende landelijk gebied of het aanpalende perceel met agrarisch bodemgebruik. De aanvraag voor betoelaging van aanplanten is enkel geldig voor aanplantingen die gebeuren in het plantseizoen (van begin oktober tot einde maart). Bij slechte weersomstandigheden kan deze termijn met een maand verlengd worden. Aanleg en/of onderhoud van KLE worden niet betoelaagd door dit gemeentelijk subsidiereglement als een hoger bestuursorgaan of een andere instelling een subsidie toekent voor hetzelfde werk. Onderhoudswerken die uitgevoerd worden door het Landschapsteam worden niet betoelaagd. De toelage voor het aanleggen, aanplanten en/of onderhouden van kleine landschapselementen kan aangevraagd worden door de eigenaar of de gebruiker van de percelen waar de werken gepland zijn of door een vereniging die de werken op vraag van de eigenaar of gebruiker uitvoert. Indien de aanvrager geen eigenaar is van de percelen waarop een toelage wordt aangevraagd voor de aanleg van landschapselementen dient de aanvrager hiertoe over de toestemming van de eigenaar te beschikken. Aanplantingen die opgelegd zijn via een bouwvergunning, een milieuvergunning, een kapvergunning, een natuurvergunning of een andere vergunning komen niet in aanmerking voor betoelaging. Globale erfbekleding rond landbouwbedrijven kan wel in aanmerking komen voor betoelaging op voorwaarde dat er een erfbeplantingsplan of 30

landschapsbedrijfsplan is (Erven in het landschap), opgemaakt door de Dienst Landbouw en Platteland van de provincie, het Regionaal Landschap of de Vlaamse Landmaatschappij. Landbouwers kunnen slechts genieten van de subsidie voor het aanplanten van KLE indien geen beheersovereenkomst met de Vlaamse Landmaatschappij afgesloten kan worden. Voor landbouwers wordt in de eerste plaats getracht om waar mogelijk de financieel interessantere beheersovereenkomsten van de Vlaamse Land Maatschappij (VLM) in te schakelen voor het aanleggen, aanplanten en/of het onderhouden van kleine landschapselementen. Volgende werken komen in geen geval in aanmerking voor een gemeentelijke toelage:  Aanplantingen met commerciële doeleinden (boomkwekerij, …)  Aanvragen waarvan de totale toelage 100 euro niet overschrijdt.  Werken die deel uitmaken van de voorwaarden begrepen in een vergunning (kapvergunning, natuurvergunning, stedenbouwkundige vergunning, milieuvergunning, …).  Werken waarvoor een toelage wordt ontvangen vanuit een andere overheid, instelling of organisatie (bv. Vlaamse Overheid, Vlaamse Landmaatschappij, provincie, Regionaal landschap, Nationale Boomgaardenstichting, Agentschap voor natuur en bos …), vbn   



Beheerovereenkomsten VLM (aanplant en onderhoud KLE’s, poelen,…), doelgroep landbouwers. Subsidie Nationale Boomgaardenstichting voor aanplant en onderhoud hoogstamfruitbomen, doelgroep particulieren en landbouwers. Subsidie Agentschap voor Natuur en Bos voor bebossing en herbebossing (minimum 0.5 ha) van grond en landbouwgrond. / extra subsidie (250 euro per ha) voor aanplant met autochtoon plantmateriaal, doelgroep particulieren en landbouwers. Subsidiewerking landschapsanimator en andere kle-projecten Regionaal Landschap de Voorkempen, doelgroep particulieren, verenigingen, gemeenten, landbouwers

HOOFDSTUK 2 TOELAGE Artikel 2. Toelage voor aanplant of aanleg van houtige landschapselementen. Artikel 2.1 Voor aanplant of aanleg kunnen volgende toelagen worden verstrekt :  voor een haag, heg, houtkant of houtwal: 0,25 euro per plant; - het plantgoed heeft een minimumformaat van 60-80 cm hoogte - plantafstanden zijn : 0,3 m tot 0,5 m in hagen; 1 m in heggen, houtkanten en houtwallen  voor een solitaire boom, bomenrij of boomgroep: 7,50 euro per boom - aanplant van hoogstammig beworteld plantgoed met een stamomtrek van minimum 8 tot 10 cm - aanplant van hoogstamboomgaarden wordt niet betoelaagd vanuit de gemeente. Voor aanplant van hoogstamboomgaarden kan een beroep gedaan worden op de subsidies van de Afdeling Duurzame Landbouwontwikkeling.  voor knotbomen: 2,50 euro per stuk - aanplanting van niet bewortelde poten die bij aanplant een stamomtrek hebben van minstens 20 cm ter hoogte van het maaiveld en een hoogte boven het maaiveld van minstens 1,75 m  voor bebossing: 15 euro per are - de beboste oppervlakte bedraagt maximum 50 are ('vogelbosje'). Voor 31

grotere te bebossen oppervlaktes kan een beroep gedaan worden op de financieel interessantere bebossingssubsidies van het Agentschap voor Natuur en Bos - het plantgoed heeft een minimumformaat van 60-80 cm hoogte - er worden minimum 25 planten per are aangeplant De toelage kan enkel verkregen worden voor het plantgoed. Steunpalen, meststoffen, uurlonen e.d. komen niet in aanmerking. Enkel het aangeslagen plantgoed kan worden betoelaagd. Planten die niet aanslaan moeten binnen hetzelfde of het eerstvolgende plantseizoen vervangen worden. Hiervoor kan geen toelage bekomen worden Artikel 2.2.: Enkel goed uitgevoerde aanplanten van streekeigen soorten die uitgevoerd worden tussen 15 oktober en 31 maart komen in aanmerking voor betoelaging. Artikel 2.3.: Bij gecombineerde aanleg - mengvormen - (bv. bomenrij in houtkant,...) geldt de samenvoeging van de overeenkomstige bepalingen en bedragen. Artikel 2.4.: Met het indienen of laten indienen van de aanvraag verbindt de eigenaar of gebruiker zich tot de nodige instandhoudingszorg. Dit houdt in dat:  de betoelaagde aanplantingen minimaal gedurende tien jaar op dezelfde plaats blijven staan.  de betoelaagde aanplantingen gevrijwaard worden tegen vraat vanwege vee of wild.  vervanging van afgestorven, sterk misgroeide of beschadigde planten gebeurt in het eerstvolgende plantseizoen  waar nodig regelmatige onderhoudsnoei en –kappingen uitgevoerd worden Vervanging van afgestorven plantsoen komt niet in aanmerking voor betoelaging; enkel nieuwe aanplantingen worden betoelaagd. Voor de onderhoudssnoei en –kappingen kan beroep gedaan worden op de toelage voor het onderhoud van houtige landschapselementen van zodra voldaan wordt aan de gestelde voorwaarden. Artikel 3 Toelage voor onderhoud van houtige landschapselementen. Artikel 3.1 Voor onderhoud van kleine landschapselementen kunnen volgende vergoedingen worden toegekend:  voor een onderhoudssnoei van een haag met een hoogte van minimum 1,25 m: 0,50 euro per lopende meter; de toelage is om de twee jaar of meer toekenbaar voor een zelfde haag;  voor een onderhoudssnoei van een heg, een houtkant of een houtwal met een hoogte van minimum 4 meter: 1,00 euro per lopende meter; de toelage is om de vijf jaar of meer toekenbaar;  voor het knotten van knotbomen met een leeftijd van minimum drie jaar: 6,25 euro per boom de toelage is om de vijf jaar of meer toekenbaar voor een zelfde knotboom;  voor een onderhoudskapping in een hakhoutbos met een hoogte van minimum 4 meter: 8 euro per are, de toelage is om de vijf jaar of meer toekenbaar voor een zelfde hakhoutbos. De oppervlakte van het onderhouden hakhoutbos bedraagt maximum 50 are per jaar per aanvrager. Artikel 3.2: De werken gebeuren volgens de code van goede natuurpraktijk (tijdstip, uitvoeringsmodaliteiten, …). Voorafgaandelijk technisch advies kan bekomen worden bij Regionaal Landschap De Voorkempen.

32

Artikel 4. Toelage voor aanleg en heruitdiepen/herstellen van een poel. Artikel 4.1 De vergoeding voor de aanleg van een nieuwe poel en het heruitdiepen of het herstellen van een bestaande poel bedraagt 2,5 euro per vierkante meter. De toelage is om de 10 jaar of meer toekenbaar. Artikel 4.2 Voor de aanleg van (amfibieën)poelen kan beroep gedaan worden op het Regionaal Landschap. De werken kunnen enkel uitgevoerd worden na advies en onder controle van het Regionaal Landschap. Voorwaarden voor uitvoering zijn:  De oppervlakte van de poel bedraagt na uitvoering van de werken minimum 50 en maximum 250 m².  De poel is na uitvoering van de werken voldoende waterhoudend.  De poel wordt dermate aangelegd/hersteld dat minimum één oever een geleidelijke overgang vertoont van water naar land.  Minstens 2/3de van de poel wordt ontoegankelijk gemaakt voor het vee.  Er worden geen waterdieren in of om de poel uitgezet.  Er worden geen waterplanten in de poel aangebracht.  Te veel beschaduwing met heesters of bomen dient te worden vermeden, in het bijzonder ter hoogte van de licht hellende zijden. Omwille van cultuurhistorische redenen kan hiervan afgeweken worden.  In de poel worden geen instrumenten uitgespoeld die in contact zijn geweest met chemische middelen, biociden en kunstmest.  Er wordt geen water aan de poel onttrokken, met uitzondering van drinkwater t.b.v. het in de aangrenzende percelen ingeschaarde vee.  Het heruitdiepen/herstellen van een bestaande poel gebeurt in de nazomer. Artikel 4.3.: Met het indienen of laten indienen van de aanvraag verbindt de eigenaar of gebruiker zich tot de nodige instandhoudingszorg. Hieronder wordt verstaan:  Regelmatig verwijderen van slib tot op de minerale bodem zodat de poel steeds voldoende waterhoudend blijft. Voor uitvoering van deze werken kan om de 10 jaar een toelage aangevraagd worden.  Regelmatig snoeien en/of terugzetten van de houtige beplanting rondom de poel zodat voldaan wordt aan de eisen inzake beschaduwing. Voor uitvoering van deze werken kan een onderhoudstoelage aangevraagd worden conform artikel 3.1.  Regelmatig onderhouden van de niet houtachtige oevervegetatie (maaien, begrazen of schonen). HOOFDSTUK 3 ALGEMENE BEPALINGEN Procedure De aanvraag moet ingediend worden bij de dienst grondgebiedszaken die deze aan het college van burgemeester en schepenen voorlegd. De aanvraag moet ingediend worden bij voorkeur vóór de uitvoering van de werken aan de hand van het modelformulier of moet minstens onderstaande gegevens bevatten. Aanvragen moeten voldoen aan de volgende algemene voorwaarden:  De aanvraag bevat minimum: - de naam, de hoedanigheid, het adres en het rekeningnummer van de aanvrager - de kadastrale gegevens van het perceel/de percelen waar de werken gepland zijn - een situeringsplan van het landschapselement waarvoor toelage wordt aangevraagd - een beschrijving van de aard van de werken en de geplande periode van 33

uitvoering  De aanvrager is gerechtigd tot het verrichten van de aanleg- of onderhoudswerken waarvoor de aanvraag wordt ingediend. Indien de aanvrager geen eigenaar is van de percelen waarop een toelage wordt aangevraagd voor de aanleg van landschapselementen beschikt de aanvrager hiertoe over de toestemming van de eigenaar.  De geplande werken zijn in overeenstemming met de van toepassing zijnde regelgeving en gebruiken. Controle en uitbetaling Na uitvoering van de werken, verwittigt de aanvrager het college van burgemeester en schepenen of de bevoegde dienst. De aanvraag houdt een toelating in tot betreding van de betrokken percelen door leden van het gemeentepersoneel ter controle van de uitvoering. Na mogelijke controle door de bevoegde gemeentelijke dienst zal het college van burgemeester en schepenen beslissen of de toelage al dan niet kan uitbetaald worden. Ondersteuning Regionaal Landschap bij indienen van dossiers. Voorafgaand aan de indiening van de subsidie voor KLE's kan de aanvrager contact opnemen met Regionaal Landschap de Voorkempen, bij de subsidievraag voor poelen is dit verplicht. Het Regionaal Landschap voert samen met de eigenaar, gebruiker of vereniging die een subsidie aanvraag wenst in te dienen een terreinbezoek uit. Op basis van dit terreinbezoek levert het Regionaal Landschap ondersteuning bij:  De opmaak van het plan voor aanleg (keuze streekeigen soorten, plantafstanden, profiel graafwerken, …) en/of onderhoud (incl. technisch advies voor uitvoering).  Het aanvragen van de vereiste vergunningen.  Het aanreiken van mogelijke uitvoerders  Het indienen van de subsidie aanvraag bij de gemeente  Het aanreiken van eventuele andere mogelijkheden tot subsidiëring voor de werken die niet bij de gemeente ter subsidiëring ingediend (kunnen) worden (beheersovereenkomsten VLM voor landbouwers, subsidie hoogstamboomgaarden Afdeling Duurzame Landbouwontwikkeling, subsidie bebossing Agentschap voor Natuur en Bos, …) Ondersteuning Regionaal Landschap bij werken. Op vraag van de eigenaar of gebruiker van de percelen waar de werken gepland zijn kan Regionaal Landschap extra ondersteuning bieden bij de uitvoering van de werken. Dit kan enkel voor de volgende types werken: Aanleg van houtige landschapselementen Onderhoud van knotbomen Onderhoud van houtkant/houtwal/hakhoutbosje Aanleg en onderhoud van poelen Onderhoudsplicht en instandhoudingszorg Het is de aanvrager niet toegestaan handelingen te verrichten of te laten verrichten door derden die kunnen leiden tot de aantasting van het karakter en de structuur van de kleine landschapselementen. Deze handelingen zijn onder meer:  verplaatsen, vellen, rooien of definitief verwijderen van het betoelaagde plantsoen  schade toebrengen of verminken of vernietigen door ondermeer ringen, ontschorsen, verschroeien, gebruik van chemische middelen, inkervingen en benagelen  het opslaan, storten of bergen van voorwerpen, stoffen of producten in het klein landschapselement 34

  

het geheel of gedeeltelijk afgraven van het klein landschapselement het verbranden van bermen langs hagen het verbranden van hakhout in de nabijheid van de kleine landschapselementen

De betoelaagde aanplanting of aanleg dient minimum 10 jaar op dezelfde plaats te blijven staan. Bij inbreuk zal alle in de loop van de jaren uitgekeerde subsidie teruggevorderd worden. Subsidiebedrag De subsidie voor de aanleg of het onderhoud van KLE's bedraagt maximaal € 500,00. Artikel 2

Dit besluit treedt in werking vanaf 1 januari 2014. Artikel 3 Afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan de dienst grondgebiedszaken. 15

Uitbreiding subsidiereglement Gemeentelijke raad voor ontwikkelingssamenwerking Beleids – en beheerscyclus Beleidsdomein: algemeen bestuur (1) Beleidsdoelstelling: we gaan voluit voor Brecht, een gemeentebestuur waar alle personeelsleden zich inzetten om voortdurend de efficiëntie van de dienstverlening te verhogen. Actieplan: overig algemeen bestuur Actie: ontwikkelingssamenwerking en fairtradegemeente Juridisch kader Gemeentedecreet 15.07.2005 Gemeenteraadsbeslissing d.d. 12.11.2009 Historiek Door de gemeenteraad werd d.d. 12.11.2009 een subsidiereglement goedgekeurd voor ontwikkelingssamenwerking. Tijdens de algemene vergadering van de GROS, d.d. 19 mei 2014, werd positief advies verleend om het huidige subsidiereglement ‘ontwikkelingssamenwerking’ uit te breiden met ‘inleefreizen en stages voor jongeren in het Zuiden’ en ‘educatieve en sensibiliserende activiteiten’. Motivatie Tijdens de gemeenteraad wordt een gepaste toelichting verstrekt door schepen J. Matheeussen. Het bestuur van de gemeentelijke raad voor ontwikkelingssamenwerking stelt voor om het subsidiereglement ten eerste uit te breiden met inleefreizen en stages voor jongeren. De subsidie is gekoppeld aan een verblijf in een officieel ontwikkelingsland dat vermeld wordt op de meest recente OESO-DAC lijst van de VN. De aanvragen moeten ingediend worden bij het college van burgemeester en schepenen. De aanvraag wordt gecontroleerd via een evaluatieformulier. Ten tweede wordt het subsidiereglement uitgebreid met educatieve en sensibiliserende activiteiten. 35

Het bedrag van de subsidie is afhankelijk van het aantal projecten dat aangevraagd wordt. Raadslid P. Van Assche stelt zich vragen bij de toevoegingen aan het subsidiereglement. Is het een taak van de gemeente om inleefreizen en stages te subsidiëren? Schepen J. Matheeussen antwoordt dat de gemeente dit zeker moet ondersteunen. Men kan zo jongeren een kans geven om de toestand te ondervinden. De subsidie bedraagt ongeveer 150 euro. Burgemeester L. Aerts antwoordt dat de GROS de voorbije jaren steeds met gezond verstand de vragen behandeld heeft. Er moeten geen toeristische reizen gesponsord worden, maar het betreft hier bijvoorbeeld een doctoraatsstudent geneeskunde. Dit is een nuttige bijdrage en men kan hierover principieel van mening verschillen, maar de gemeentelijke raad voor ontwikkelingssamenwerking oordeelt met gezond verstand over de aanvragen. Raadslid P. Van Assche stelt dat men hier inderdaad van visie verschilt. Het bestaande reglement wordt niet in vraag gesteld, maar de uitbreiding wel. Raadslid J. Slegers vraagt of de leeftijd van de stages van 27 jaar opgetrokken werd naar 30 jaar. Schepen J. Matheeussen repliceert dat dit het geval is. Een doctoraatsstudent van 30 jaar viel er voorheen buiten. Besluit: AertsL. De Veuster D., Kenis K., Schrijvers P., Van Puymbroeck W., Torfs L., Matheeussen J., Meeusen V., Nicolaï L., Vochten M., Slegers J., Van De Mierop B., Bresseleers M., Van Looveren K., Peeters E., Michiels M., Deckers S., Matthé R., Van Tichelt I., Bellens B., Van Riel B., Vandeneijnde S., De Groof E., Vandekeere T., Smouts L.: 25 stemmen voor Van Akeleyen C., Van Assche P., de Hoog K.: 3 stemmen tegen Artikel 1 De gemeenteraad keurt de uitbreiding ‘ontwikkelingssamenwerking’ goed.

van

het

subsidiereglement

Artikel 2 Een afschrift van dit besluit wordt bezorgd aan dienst welzijn en dienst financiën. 16

Sportregio Antwerpse Kempen - Werkingsverslag 2013 - Jaarrekening 2013 Beleids – en beheerscyclus Beleidsdoelstelling: Brecht wil geen slapende gemeente zijn, maar biedt een divers vrijetijdsaanbod voor actieve ondersteuning van verenigingen en een aanvullend eigen aanbod van de dienst vrije tijd. Juridisch kader Door de gemeenteraad werd op 10 mei 2007 de overeenkomst goedgekeurd tussen het provinciebestuur en de gemeente Brecht (e.a. gemeenten) voor de ILV Sportregio Antwerpse Kempen; Het decreet op de intergemeentelijke samenwerking d.d. 6 juli 2001. Gemeentedecreet 15.07.2005 Motivatie Hoofdstuk 6 (art. 14) van de overeenkomst tussen de ILV sportregio Antwerpse Kempen en het gemeentebestuur bepaalt dat er samen met de rekening een jaarverslag ter goedkeuring aan de gemeenteraad wordt voorgelegd;

36

Tijdens de gemeenteraad wordt een gepaste toelichting verstrekt door schepen D. De Veuster. In het werkingsverslag 2013 komen volgende items aan bod: de doelstellingen en de daaraan gekoppelde evaluatie, de jaarplanning voor 2014, de resultatenrekening 2013, de balans 2013 en de begroting 2014. In de begroting 2013 was aanvankelijk een positief saldo voorzien. Door de hogere kosten voor onder andere een aantal organisaties en de gestegen loonkost van de G-sportpromotor werd dit echter een verlies van 3744,75€ op een totaal 49119,29€ uitgaven en 45374,54€ uitgaven. Voor de sportregio is dit het laatste werkingsjaar volgens de huidige manier van werken. Onder andere gelet op de interne staatshervorming trekt de provincie zich terug uit het samenwerkingsverband. Dit heeft gevolgen voor de werking: zo valt het G – sportproject in de huidige vorm weg, valt ook de ondersteuning met ½ personeelslid weg. Na overleg met de leden van het beheerscomité werd er besloten de werking te continueren, met een minimumperiode van 1 jaar. Elke gemeente zal mee instaan voor de uitwerking van een deel van de activiteiten, beherende gemeente wordt Schoten. Wat betreft de activiteiten zal gefocust worden op het aanbod van het APB – Sport, de regionale sporteldag, ski- en snowboarddagen en de kleutersportdagen. Besluit: 28 stemmen voor Artikel 1 Goedkeuring wordt verleend aan het werkingsverslag en de jaarrekening voor het jaar 2013 van de ILV Sportregio Antwerpse Kempen. Artikel 2 Afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan de sportdienst en ILV Sportregio Antwerpse Kempen. 17

Subsidiereglement sportverenigingen Beleids – en beheerscyclus Beleidsdoelstelling: Brecht wil geen slapende gemeente zijn, maar biedt een divers vrijetijdsaanbod voor actieve ondersteuning van verenigingen en een aanvullend eigen aanbod van de dienst vrije tijd. Actieplan: De gemeente ondersteunt verenigingen (en individuen) logistiek, financieel en inhoudelijk bij het aanbieden van een vrijetijdsaanbod. Actie: De gemeente verdeelt subsdies aan Brechtse sportverenigingen op basis van een subsidiereglement dat aandacht heeft voor de kwaliteitsverhoging van de clubwerking en de sportbegeleiding. Budget: 2014/6497017/7/0740 Toelage aan sportverenigingen/sport : 33.000 euro Juridisch kader Het decreet van 6 juli 2012 houdende het stimuleren en subsidiëren van een lokaal sportbeleid; Het besluit van de Vlaamse Regering van 16 november 2012 betreffende de uitvoering van het decreet van 6 juli 2012 houdende het stimuleren en subsidiëren van een lokaal sportbeleid; Het Gemeentedecreet 15.07.2005 – artikel 42-43 Historiek Gelet op de wijzigingen in het decreet van 6 juli 2012 houdende het stimuleren en subsidiëren van een lokaal sportbeleid dat als haar eerste beleidsprioriteit omschrijft dat minstens 25% van de door de Vlaamse regering toegekende

37

beleidssubsidie wordt aangewend door de gemeente voor de directe ondersteuning van sportverenigingen; Gelet op het bestaande reglement ‘subsidiereglement sportverenigingen’ dat goedgekeurd werd door de gemeenteraad op 14 mei 2009. Overwegende dat dit subsidiereglement een ondersteuningsvorm biedt aan de verenigingen en aandacht heeft voor de kwaliteitsverhoging van de clubwerking en de sportbegeleiding; Gelet op het voorbereidende werk en daaruit volgende positief advies van de sportraad van 26 mei 2014. Adviezen Positief advies van de sportraad in zitting van 26 mei 2014 Motivatie Het aangepaste reglement biedt een oplossing voor volgende knelpunten in het huidige reglement: - Een aantal Brechtse sportverenigingen en organiserende comités voor sportevenementen die uit de boot vielen, kunnen nu wel aanspraak maken op subsidie. - Administratieve vereenvoudiging voor de aanvrager en voor de sportdienst - Eenvoudiger controlesysteem - Maximum bedrag van 30 euro per aangesloten lid - Extra aandacht voor kansengroepen Tijdens de gemeenteraad wordt een gepaste toelichting verstrekt door schepen D. De Veuster. De algemene vergadering verleende d.d. 20 mei 2014 een positief advies. De raad van bestuur van de sportraad keurde 26 mei 2014 de aanpassingen goed. Het college van burgemeester en schepenen gaf op 2 juni 2014 een positief advies. Men ondervond een aantal moeilijkheden aan het reglement dat goedgekeurd werd door de gemeenteraad op 14 mei 2009. In de basisvoorwaarden wordt de regel in verband met de aansluiting bij een door BLOSO erkende sportfederatie te versoepelen en dit aan te passen naar de aansluiting bij “een” sportfederatie zodat ook organiserende comités in aanmerking komen. Tevens wordt een administratieve vereenvoudiging doorgevoerd in de aanvragen. Er moeten minder bijlagen toegevoegd worden en de controle wordt vereenvoudigd. Schepen D. De Veuster stelt dat er op vraag van de sportdienst en de sportraad nog een aanpassing voorgesteld wordt in het ontwerpreglement namelijk in artikel 1 over de algemene voorwaarden bij punt 1.2. De bepaling vereniging moet wijzigen in sportvereniging en de bepaling “, op het ogenblik van de aanvraag, minstens een vol jaar bewezen sportwerking hebben en” moet geschrapt worden. Zo kunnen startende verenigingen ook nog in aanmerking komen. Besluit: Subsidiereglement sportverenigingen (met aanpassing art. 1 – 1.2: Deze vermelde subsidies zijn facultatieve directe geldelijke tegemoetkomingen vanwege het gemeentebestuur voor sportverenigingen die tijdig een geldig aanvraagdossier indienen bij het gemeentebestuur.): 28 stemmen voor Artikel 1 De gemeenteraad keurt het gewijzigde subsidiereglement voor sportverenigingen goed.

38

Artikel 2 Afschrift van deze beslissing wordt bezorgd aan de sportdienst, Rika Rits. 18

Erkenningsreglement Brechtse sportclubs Beleids – en beheerscyclus Beleidsdoelstelling: Brecht wil geen slapende gemeente zijn, maar biedt een divers vrijetijdsaanbod voor actieve ondersteuning van verenigingen en een aanvullend eigen aanbod van de dienst vrije tijd. Actieplan: Overig beleid cultuur en vrije tijd. Actie: Het gemeentebestuur tracht zich te schikken naar de voorwaarden gesteld in het decreet lokaal sportbeleid om daarbij het maximum aan subsidies te verkrijgen via BLOSO. Juridisch kader Gelet op het decreet van 6 juli 2012 houdende het stimuleren en subsidiëren van een lokaal sportbeleid; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 16 november 2012 betreffende de uitvoering van het decreet van 6 juli 2012 houdende het stimuleren en subsidiëren van een lokaal sportbeleid; Gelet op artikel 42 van het Gemeentedecreet; Adviezen Positief advies van de sportraad in zitting van 26 mei 2014 Motivatie Via het huidige systeem worden sportclubs die aansluiten bij de sportraad automatisch erkend door het gemeentebestuur. Dit systeem wordt door de huidige relevante wetgeving in vraag gesteld en een wijziging in het erkenningsysteem drong zich op. Volgende procedure wordt voorgesteld voor de erkenning van een sportclub: - Sportvereniging dient aanvraag in tot erkenning bij sportdienst - De sportdienst onderzoekt de aanvraag en bekijkt of voldaan wordt aan de voorwaarden - De aanvraag wordt doorgestuurd naar de sportraad (bestuur) voor advies - Het advies van de sportraad wordt voorgelegd aan het schepencollege - Het schepencollege kent de erkenning toe - De sportdienst informeert de aanvragende vereniging Tijdens de gemeenteraad wordt een gepaste toelichting verstrekt door schepen D. De Veuster. In het huidige systeem worden sportclubs die aansluiten bij de sportraad automatisch erkend. Dit systeem wordt door onder meer Bloso in vraag gesteld. Het gemeentebestuur moet zich uitspreken over de erkenning. Er werd in samenspraak met de sportraad een passend reglement uitgewerkt dat onder meer de procedure beschrijft. In bijlage bij het reglement worden ook de voordelen omschreven waar een erkende vereniging gebruik van kan maken. De aanvraag tot erkenning wordt jaarlijks, gebundeld met het subsidiereglement overgemaakt aan de sportclubs. Zowel de raad van bestuur als de algemene vergadering gaven een positief advies. Door raadslid P. Van Assche wordt een tussenkomst gemaakt. Besluit: 28 stemmen voor Artikel 1

39

De gemeenteraad beslist om het erkenningsreglement goed te keuren. Artikel 2 Afschrift van deze beslissing wordt bezorgd aan de sportdienst, Rika Rits. 19

Subsidiereglement Kadervorming sportverenigingen Beleids – en beheerscyclus Beleidsdoelstelling: Brecht wil geen slapende gemeente zijn, maar biedt een divers vrijetijdsaanbod voor actieve ondersteuning van verenigingen en een aanvullend eigen aanbod van de dienst vrije tijd. Actieplan: De gemeente ondersteunt verenigingen (en individuen) logistiek, financieel en inhoudelijk bij het aanbieden van een vrijetijdsaanbod. Actie: De gemeente verdeelt subsdies aan Brechtse sportverenigingen op basis van een subsidiereglement dat aandacht heeft voor de kwaliteitsverhoging van de clubwerking en de sportbegeleiding. Budget: 2014/6497019/7/0740 Toelage kadervorming sport/sport : 1.000 euro Juridisch kader Gelet op het decreet van 6 juli 2012 houdende het stimuleren en subsidiëren van een lokaal sportbeleid; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 16 november 2012 betreffende de uitvoering van het decreet van 6 juli 2012 houdende het stimuleren en subsidiëren van een lokaal sportbeleid; Gelet op artikel 42 van het Gemeentedecreet; Historiek Gelet op de wijzigingen in het decreet van 6 juli 2012 houdende het stimuleren en subsidiëren van een lokaal sportbeleid dat als haar eerste beleidsprioriteit omschrijft dat minstens 25% van de door de Vlaamse regering toegekend beleidssubsidie wordt aangewend door de gemeente voor de directe ondersteuning van sportverenigingen; Gelet op het bestaande reglement ‘kadervorming sport’ dat goedgekeurd werd door de gemeenteraad op 14 mei 2009. Overwegende dat dit subsidiereglement een ondersteuningsvorm biedt aan de verenigingen en aandacht heeft voor de kwaliteitsverhoging van de sportbegeleiding; Gelet op het voorbereidende werk en daaruit volgende positief advies van de sportraad van 26 mei 2014. Adviezen Positief advies van de sportraad in zitting van 26 mei 2014 Motivatie Naar aanleiding van de evaluatie van de subsidiereglementen voor de ondersteuning van sportclubs werden alle reglementen aan een controle onderworpen. Enkele wijzigingen in het kader van een administratieve vereenvoudiging voor de sportverenigingen en voor de sportdienst voor de uitvoering van controle dringen zich op. Tijdens de gemeenteraad wordt een gepaste toelichting verstrekt door schepen D. De Veuster. Hij stelt dat het subsidiereglement voor kadervorming sport door de gemeenteraad werd goedgekeurd in zitting d.d. 11 september 2008 en gewijzigd werd door de gemeenteraad in zitting van 14 mei 2009. Naar aanleiding van de evaluatie van de verschillende reglementen werd ook dit reglement aan een revisie onderworpen. Naast een aantal beperkte administratieve vereenvoudigingen is de voornaamste wijziging dat de kadervorming nu ook in het reglement uitdrukkelijk wordt gericht op de bestuurders, trainers en dergelijke van onze Brechtse verenigingen. Feitelijk is dit een eerder formele wijziging, want in de praktijk heeft nooit een individu,

40

losstaand van een club deze subsidie aangevraagd. De raad van bestuur en de algemene vergadering van de sportraad gaven reeds een positief advies. Besluit: 28 stemmen voor Artikel 1 De gemeenteraad keurt de wijzigingen aan het reglement goed. Artikel 2 Afschrift van deze beslissing wordt bezorgd aan de sportdienst, Rika Rits. 20

Reglement Impulssubsidie jeugdsport Beleids – en beheerscyclus Beleidsdoelstelling: Brecht wil geen slapende gemeente zijn, maar biedt een divers vrijetijdsaanbod voor actieve ondersteuning van verenigingen en een aanvullend eigen aanbod van de dienst vrije tijd. Actieplan: De gemeente ondersteunt verenigingen (en individuen) logistiek, financieel en inhoudelijk bij het aanbieden van een vrijetijdsaanbod. Actie: De gemeente verdeelt subsdies aan erkende Brechtse sportverenigingen die beschikken over een gescheiden jeugdwerking en die werken met gediplomeerde jeugdsportbegeleiders- en coördinatoren. Budget: 2014/6497020/7/0740 Impulstoelage sport/sport : 23.520 euro Juridisch kader Gelet op het decreet van 6 juli 2012 houdende het stimuleren en subsidiëren van een lokaal sportbeleid; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 16 november 2012 betreffende de uitvoering van het decreet van 6 juli 2012 houdende het stimuleren en subsidiëren van een lokaal sportbeleid; Gelet op artikel 42 van het Gemeentedecreet; Historiek Gelet op de wijzigingen in het decreet van 6 juli 2012 houdende het stimuleren en subsidiëren van een lokaal sportbeleid dat als haar tweede beleidsprioriteit omschrijft dat minstens 35% van de door de Vlaamse regering toegekende beleidssubsidie wordt aangewend door de gemeente voor het stimuleren van de sportverenigingen tot professionalisering met een bijzonder accent op kwaliteitsvolle jeugdsportbegeleiding; Gelet op het bestaande reglement ‘impulssubsidies jeugdwerking voor sportverenigingen’ dat goedgekeurd werd door de gemeenteraad op 11 december 2008. Gelet op het voorbereidende werk en daaruit volgende positief advies van de sportraad van 26 mei 2014. Adviezen Positief advies van de sportraad in zitting van 26 mei 2014 Motivatie Het aangepaste reglement is opgesteld naar de gewijzigde wetgeving van de Vlaamse Overheid. Tijdens de gemeenteraad wordt een gepaste toelichting verstrekt door schepen D. De Veuster. Dit reglement werd samen met de andere reglementen herbekeken. Het is gericht op de kwaliteitsvolle jeugdsportbegeleiding en werd ter uitvoering van het voormalige Brechtse sportbeleidsplan op 11 december 2008 door de gemeenteraad goedgekeurd. De voornaamste wijziging in dit dossier is dat er nu punten worden gegeven voor de deelname aan of organisatie van een vormingscursus in plaats van

41

voor het geld dat aan dergelijke cursus of vorming wordt gespendeerd. De raad van bestuur en de algemene vergadering van de sportraad gaven reeds een positief advies. Besluit: 28 stemmen voor Artikel 1 De gemeenteraad keurt het gewijzigde reglement goed. Artikel 2 Afschrift van deze beslissing wordt bezorgd aan de sportdienst, Rika Rits. 21

Huursubsidie Sporthal De Zandbergen Beleids – en beheerscyclus Beleidsdoelstelling: Brecht wil geen slapende gemeente zijn, maar biedt een divers vrijetijdsaanbod voor actieve ondersteuning van verenigingen en een aanvullend eigen aanbod van de dienst vrije tijd. Actieplan: De gemeente ondersteunt verenigingen (en individuen) logistiek, financieel en inhoudelijk bij het aanbieden van een vrijetijdsaanbod. Actie: De gemeente voorziet een subsidie aan erkende Brechtse sportverenigingen als tussenkomst in de huurkosten van sporthal De Zandbergen Juridisch kader Gelet op artikel 42 van het Gemeentedecreet; Historiek Gelet op het bestaande reglement ‘huursubsidie sporthal De Zandbergen’ dat goedgekeurd werd door de gemeenteraad op 12 september 2013. Gelet op het voorbereidende werk en daaruit volgende positief advies van de sportraad van 26 mei 2014. Adviezen Positief advies van de sportraad in zitting van 26 mei 2014 Motivatie Naar aanleiding van de evaluatie van de subsidiereglementen voor de ondersteuning van sportclubs werden alle reglementen onderworpen aan een controle. Enkele wijzigingen in het kader van een administratieve vereenvoudiging voor de sportverenigingen en voor de sportdienst voor de uitvoering van controle dringen zich op. Tijdens de gemeenteraad wordt een gepaste toelichting verstrekt door schepen D. De Veuster. Het opzet van dit reglement is om sportclubs in SintJob-In’t-Goor en Brecht Zuid, die daar in de privé-sporthal sporten, dezelfde tarieven te kunnen aanbieden als diegenen die gebruik maken van de gemeentelijke sporthal in Brecht. In het dossier stak het reglement voor het gebruik sporthallen De Ring en De Zandbergen door Brechtse scholen. Het reglement over de huursubsidie werd door de gemeenteraad in de zitting van 11 september 2008 goedgekeurd en aangepast in de raadszitting van 9 november 2011. De belangrijkste wijziging is de vraag om een duidelijkere factuur voor te leggen zodat onze sportdienst duidelijk kan zien over welke accommodatie en uren het gaat. Er werd reeds een positief advies verleend door de raad van bestuur en de sportraad. Budget – Visum 2014/6497016/7/0740 Huurtoelage sporthal De Zandbergen/sport : 7.500 euro

42

Besluit: 28 stemmen voor Artikel 1 De gemeenteraad keurt het gewijzigde reglement goed. Artikel 2 Afschrift van deze beslissing wordt bezorgd aan de sportdienst, Rika Rits. 22

Statuten sportraad Beleids – en beheerscyclus Beleidsdoelstelling: Brecht wil geen slapende gemeente zijn, maar biedt een divers vrijetijdsaanbod voor actieve ondersteuning van verenigingen en een aanvullend eigen aanbod van de dienst vrije tijd. Actieplan: De gemeente ondersteunt verenigingen (en individuen) logistiek, financieel en inhoudelijk bij het aanbieden van een vrijetijdsaanbod. Juridisch kader Gelet op het decreet van 28 januari 1974 betreffende het cultuurpact, Gelet op het gemeentedecreet inzonderheid art. 43, 199 en 200; Gelet op het decreet van 6 juli 2012 houdende het stimuleren en subsidiëren van een lokaal sportbeleid; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 16 november 2012 betreffende de uitvoering van het decreet van 6 juli 2012 houdende het stimuleren en subsidiëren van een lokaal sportbeleid; Historiek Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 11 maart 2004 waarbij de statuten en het huishoudelijk reglement van de sportraad werden goedgekeurd; Overwegende dat de statuten nood hebben aan een aanpassing naar de huidige normen en decreten; Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 11 april 2013 met betrekking tot de erkenning van de samenstelling van de Brechtse sportraad; Gelet op het voorbereidende werk en daaruit volgende positief advies van de algemene vergadering van de sportraad van 20 mei 2014; Gelet op het ontwerp van de vernieuwde statuten; Adviezen Positief advies van de algemene vergadering van de sportraad in zitting van 20 mei 2014 Motivatie Om tot een transparanter geheel te komen, werden de statuten en het huishoudelijk reglement van de sportraad samengevoegd in één document. Tevens werden de statuten aangepast aan de hedendaags geldende normen en decreten. Tijdens de gemeenteraad wordt een gepaste toelichting verstrekt door schepen D. De Veuster. Hij stelt dat de statuten van de sportraad door de gemeenteraad goedgekeurd werden in zitting van 11 maart 2004. De statuten werden vereenvoudigd en aangepast aan de decretale wijzigingen. Er werd in de statuten bijvoorbeeld nog melding gemaakt van het sportpromotieplan, wat ondertussen gewijzigd werd. De statuten vormen nu één geheel met het huishoudelijk reglement. In het verslag van de algemene vergadering staat nog een fout namelijk bij de formulering van het advies staat 20174 in plaats van 2014. De raad van bestuur en de algemene vergadering gaven reeds een positief advies. Raadslid P. Van Assche komt tussen.

43

Besluit: 28 stemmen voor Artikel 1 De gemeenteraad keurt de gewijzigde statuten goed. Artikel 2 Afschrift van deze beslissing wordt bezorgd aan de sportdienst, Rika Rits. 23

Gemeentelijk reglement betreffende de erkenning en de subsidiëring van het plaatselijk jeugdwerk – wijziging Beleids – en beheerscyclus Beleidsdoelstelling: Brecht wil geen slapende gemeente zijn, maar biedt een divers vrijetijdsaanbod door actieve ondersteuning van verenigingen en een aanvullend eigen aanbod van de dienst vrije tijd. Actieplan: De gemeente ondersteunt verenigingen (en individuen) logistiek, financieel en inhoudelijk bij het aanbieden van een vrijetijdsaanbod. Actie:Via een doordacht subsidiereglement verdeelt het gemeentebestuur subsidies aan de Brechtse jeugdverenigingen met als doel de kwaliteit van de jeugdverenigingen te verhogen. Budget: 2014/6497023/7/0750 Toelage jeugdwerkinitiatieven/jeugd: 60.000 euro Juridisch kader Gelet op het decreet van 14 februari 2003 houdende de ondersteuning en de stimulering van het gemeentelijk, het intergemeentelijk en het provinciaal jeugd- en jeugdwerkbeleid, gewijzigd bij decreet van 23 december 2005; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 12 september 2003 ter uitvoering van het decreet van 14 februari 2003 houdende de ondersteuning en de stimulering van het gemeentelijk, het intergemeentelijk en het provinciaal jeugd- en jeugdwerkbeleid, inzake het voeren van een gemeentelijk en intergemeentelijk jeugd- en jeugdwerkbeleid, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 11 juni 2004, 16 juni 2006 en 26 januari 2007; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 26 januari 2007 ter uitvoering van het decreet van 14 februari 2003 houdende de ondersteuning en de stimulering van het gemeentelijk, het intergemeentelijk en het provinciaal jeugd- en jeugdwerkbeleid, inzake de subsidiëring van gemeentebesturen die een jeugdwerkinfrastructuurbeleid voeren als onderdeel van hun jeugdwerkbeleid; Gelet op het decreet van 12 mei 1998 houdende subsidiëring van gemeentebesturen en de Vlaamse Gemeenschapscommissie inzake het voeren van een jeugdwerkbeleid; Gelet op artikel 42 van het Gemeentedecreet; Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 12 mei 2011 betreffende het gemeentelijk reglement betreffende de erkenning en de subsidiëring van het plaatselijke jeugdwerk; Historiek Vanuit de jeugdraad richtte de jeugddienst een werkgroep op om het oude erkennings- en subsidiereglement, dat laatst gewijzigd werd op de gemeenteraad van 12 mei 2011, te herzien. De voorgestelde wijzigingen werden voorgelegd op de algemene vergadering van de jeugdraad, waarbij een unaniem positief advies gegeven werd. Adviezen

44

Gelet op het advies van de jeugdraad tijdens de algemene vergadering van 22 mei 2014; Motivatie Volgende wijzigingen worden aan het oude reglement aangebracht: o

Nu blijf je als jeugdvereniging erkend, tenzij de erkenning door de jeugddienst in vraag gesteld kan worden. Je moet niet elk jaar opnieuw erkend worden. Het oude erkennings- en subsidiereglement wordt daarom opgesplitst in een erkenningsreglement enerzijds, en een subsidiereglement anderzijds.

o

De subsidiedossiers moeten binnen zijn voor 7 oktober (1 week later dan vroeger). Zo hebben jeugdbewegingen extra ruimte tijdens de start van hun nieuw werkjaar.

o

De basissubsidie bestaat voortaan uit 75% voor ledensubsidie en 25% voor punten (vroeger 60%-40%). Anders zou een punt meer waard worden dan een lid.

o

Puntensubsidie: er werden een aantal zaken geschrapt. Een punt werd namelijk te weinig waard. Nu zijn er bijvoorbeeld veel punten te verdienen met de begeleiding, werkgroepen van de jeugdraad en het aantal hoofdanimatoren.

o

Jeugdhuizen zijn uit het gewone reglement gehaald. De 2000 euro die ze uit werkingssubsidies kregen, hebben we voor de jeugdhuizen herverdeeld. Per jeugdhuis wordt een extra subsidie van 1000 euro voorzien voor jeugdcultuur (prioriteit van Vlaanderen). Een jeugdhuis is voor jongeren vaak toegankelijker dan de jeugddienst, waardoor jeugdcultuur zich er sneller kan ontwikkelen.

o

Kadervormingstoelage: in het verleden kreeg je 100% terugbetaald voor cursussen tot (hoofd)animator. Voortaan is dit slechts 75%.

o

Kamp: kookouders komen niet in aanmerking voor subsidies.

o

Bouw- en verbouwingssubsidies: werd ingewikkeld met de verschillende categorieën. Nu resten slechts twee categorieën: via vooraf, niet via vooraf.

o

Voor bouw- en verbouwingssubsidies kan er minder vastgelegd worden via de vooraf. Zo is het eerlijker verdeeld. Anders was er te weinig over voor jeugdverenigingen die geen vooraf hadden aangevraagd.

o

Voor energiesubsidies kan voortaan slechts 50% van de energiekosten terugbetaald worden (voorheen was dit 75%).

o

Security: we werken niet langer met een vooraf. Zo kunnen evenementen verspreid over het jaar op gelijke wijze van de 45

subsidie genieten. o

Bij jeugd- en cultuurprojecten kunnen voortaan de voor drukwerk gemaakte onkosten ook gesubisidieerd worden.

Tijdens de gemeenteraad wordt een gepaste toelichting verstrekt door schepen D. De Veuster. Hij stelt dat het reglement op 24 maart 2011 goedgekeurd werd door de gemeenteraad. Het voorstel dat thans voorligt houdt de splitsing in van het reglement, in een subsidiërings- en erkenningsreglement. Er wordt aan de gemeenteraad echter voorgesteld om het erkenningsreglement thans af te voeren omdat er een aantal fouten in het reglement zitten. In voorbereiding van de opmaak van dit subsidiereglement zijn er vanuit de jeugdraad een aantal knelpunten naar voor gebracht. Dit reglement biedt daar oplossingen voor. Zo werd de basissubsidie hervormt met nadruk op het aantal leden, werd het puntensysteem vereenvoudigd, de jeugdhuizen zullen stimulansen krijgen om jeugdculturele activiteiten op te zetten. Bovendien zullen de bouw – en verbouwingssubsidies anders verdeeld worden en voor security bij evenementen zullen de verenigingen van een meer gelijke subsidie kunnen genieten. De kadervormingstoelage zal beperkt worden tot 75% en de energiesubsidies tot 50%. Die maatregelen zijn nodig omdat de subsidie vanwege de Vlaamse overheid voor het jeugdwerk daalt met meer dan 10%. Wij spreiden dat hier in Brecht over een periode van 6 jaar, zodat de jeugdverenigingen dat niet al te abrupt voelen. Bovendien kan de VZW Brechts Jeugdwerk worden aangesproken om eventuele tekorten aan te vullen. Door raadsleden B. Bellens en E. Peeters wordt een tussenkomst gemaakt. Besluit: 28 stemmen voor Artikel 1 De gemeenteraad voert het nieuw ontwerp gemeentelijk reglement betreffende de erkenning van het plaatselijke jeugdwerk af. Het oude erkennings-en subsidiëringsreglement blijft in voege voor de erkenning. Het gedeelte over de subsidies in dit reglement houdt op te bestaan. Artikel 2: De gemeenteraad keurt het nieuw gemeentelijk reglement betreffende de subsidiëring van het plaatselijke jeugdwerk goed. Daarbij worden de erkenning en de subsidiëring van elkaar losgekoppeld. Het subsidiereglement treedt in werking vanaf 1 september 2014. Artikel 3 : Afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan de jeugddienst. 24

Uitbreiding van de beheersoverdracht van de gemeente Brecht aan IGEAN milieu & veiligheid voor het ophalen van huishoudelijk afval Beleids – en beheerscyclus Beleidsdoelstelling: De gemeente Brecht is een propere gemeente waar de burgers milieubewust leven Actieplan: In Brecht wordt de afvalberg verkleind door selectief inzamelen en 46

bewustmaking Actie: Ophaling en verwerking huisvuil - Budgetsleutel: 2014/6153001/3/0300 Juridisch kader Gemeentedecreet 15.07.2005 Decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking Gemeenteraadsbeslissing d.d. 11.09.2003 over de beheersoverdracht aan Igean Milieu en Veiligheid voor diverse taken en opdrachten Historiek De oprichtingsakte van de opdrachthoudende vereniging IGEAN milieu & veiligheid werd verleden op de buitengewone algemene vergadering van IGEAN cv van 8 november 2003. Op 19 december 2003 verscheen de publicatie van de oprichtingsakte en de statuten in de bijlagen van het Belgisch Staatsblad. De Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken keurde de oprichting en de statuten van de opdrachthoudende vereniging IGEAN milieu & veiligheid d.d. 1 april 2004 goed. De gemeente Brecht is lid bij IGEAN milieu & veiligheid. De gemeente Brecht heeft voor het ophalen van huisvuil steeds zelf een overheidsopdracht georganiseerd. Deze opdracht loopt ten einde. IGEAN milieu & veiligheid organiseerde een intergemeentelijke overheidsopdracht voor de selectieve inzameling van diverse fracties. De selectieve inzameling van huisvuil is een onderdeel van deze opdracht en wordt momenteel uitgevoerd door de firma SITA Waste Services. Deze intergemeentelijke opdracht biedt de mogelijkheid om bijkomende gemeenten te bedienen waardoor de gemeente Brecht bijgevolg beroep kan doen op deze intergemeentelijke opdracht, Motivatie Het bestuur heeft de keuze om opnieuw zelf een overheidsopdracht te organiseren of om zich aan te sluiten bij de intergemeentelijke opdracht van Igean. In 2014 wordt deze opdracht uitgevoerd door de firma Vangansewinkel voor € 212.613 btw.incl Igean heeft berekend dat, via de intergemeentelijke opdracht, de ophaling € 182.129,85 btw incl zou kosten vanaf het dienstjaar 2015. Gezien de monopolisering van de markt, lijkt het onwaarschijnlijk dat, met een nieuwe overheidsopdracht, het bestuur een betere prijs kan bedingen. Bovendien heeft het bestuur de intentie om op 1 januari 2017 het Diftarsysteem in te voeren voor de inzameling van restafval. De beheersoverdracht naar Igean voor de ophaling van restafval dient tegen dan toch te gebeuren. Tijdens de gemeenteraad wordt een gepaste toelichting verstrekt door schepen L. Torfs. Hij stelt dat de gemeente Brecht tot op heden voor het ophalen van het restafval steeds zelf een overheidsopdracht georganiseerd heeft. Sinds 2010 werd de huis-aan-huis ophaling uitgevoerd door de firma

47

Vangansewinkel. Bij collegebeslissing op 9 december 2013 werd deze overeenkomst verlengd tot het einde van dit jaar. Als gemeente hebben we nu de keuze om opnieuw een overheidsopdracht te organiseren of ons aan te sluiten bij de intergemeentelijke overheidsopdracht van Igean. Deze opdracht werd door de raad van bestuur van Igean gegund op 7 september 2011, waar de gemeente Brecht nog steeds beroep op kan doen. Voor onze gemeente zou dit betekenen dat de selectieve inzameling van het restafval door de firma Sita zou gebeuren. Om tot een besluit te komen hebben we de prijzen van de firma’s Vangansewinkel en Sita met elkaar vergeleken. We baseren ons hierbij op een raming van de kostprijs voor het jaar 2014. De firma Vangansewinkel voert dit jaar de opdracht uit voor een bedrag van 212.613 €, incl. BTW. Indien de firma Sita dit jaar deze opdracht zou uitvoeren, komt men op een kostprijs van 182.129 €, incl. BTW. M.a.w. de firma Sita is ongeveer een 30.000 € goedkoper. Rekening houdend met de indexaanpassing, de evolutie van de brandstofprijzen en het aantal inwoners in onze gemeente zal de prijsstijging of –daling voor de komende jaren bij beide firma’s gelijk lopen. Tevens heeft het bestuur, net zoals bij de ophaling van het GFT+-afval, de intentie om vanaf 2017 het Diftar-systeem in te voeren voor de inzameling van het restafval. Deze opdracht zal tegen dan door Igean worden uitgevoerd. Daarom vraag ik aan de gemeenteraad om de uitbreiding van de beheersovereenkomst van de gemeente Brecht aan Igean, betreffende de ophaling van het restafval welke in werking treedt vanaf 1 januari 2015, goed te keuren. Door raadslid P. Van Assche wordt een tussenkomst gemaakt. Besluit: 28 stemmen voor Artikel 1 De beheersoverdracht van de gemeente Brecht aan IGEAN milieu & veiligheid zoals opgenomen in het gemeenteraadsbesluit van 11.09.2003 wordt uitgebreid met de volgende opdracht : - ophalen van huishoudelijk afval. Artikel 2 Dit besluit treedt in werking vanaf 1 januari 2015 Artikel 3 Een uittreksel van onderhavige gemeenteraadsbeslissing wordt bezorgd aan IGEAN milieu & veiligheid, de financieel beheerder en de duurzaamheidsambtenaar. 25

Ontslag Rita Hooyberghs - Beheersorgaan Gemeenschapscentrum Jan vander Noot Juridisch kader Gemeentedecreet 15.07.2005 – artikel199 – 200 Decreet lokaal cultuurbeleid dd. 6 juli 2012

48

Gemeenteraadsbeslissingen dd. 11 april 2013 en 13 maart 2014 over de samenstelling beheersorgaan van het gemeenschapscentrum Jan vander Noot Historiek In haar vergadering van 17 maart 2014 draagt de ouderenadviesraad Jean Van Gutschoven voor als vervanger van Rita Hooyberghs als afgevaardigde in het beheersorgaan van GC Jan vander Noot. Het beheersorgaan van GC Jan vander Noot neemt in haar vergadering van 2 april 2014 hiervan akte en vraagt de gemeenteraad op voordracht van de ouderenadviesraad Dhr. Van Gutschoven aan te stellen als lid van het beheersorgaan. Motivatie Schepen K. Kenis verstrekt een toelichting tijdens de gemeenteraad. Hij stelt dat er binnen het beheersorgaan van het gemeenschapscentrum ontslag werd ingediend door Mevrouw Rita Hooyberghs. Vanuit de ouderenadviesraad wordt de heer Jean Van Gustschoven voorgedragen als lid van het beheersorgaan Jan vander Noot. Burgemeester – Voorzitter L. Aerts stelt dat raadslid P. Schrijvers niet deel zal nemen aan de stemming. Besluit: 27 stemmen voor Artikel 1 De gemeenteraad neemt akte van het ontslag van Mevr. Rita Hooyberghs afgevaardigd door de ouderenadviesraad in het beheersorgaan van het gemeenschapscentrum Jan vander Noot. Artikel 2: Dhr. Jean Van Gutschoven wordt op voordracht van de ouderenadviesraad toegevoegd aan het beheersorgaan van het gemeenschapscentrum Jan vander Noot. Artikel 3: De gemeenteraad keurt de aangepaste samenstelling van het beheersorgaan van het gemeenschapscentrum Jan vander Noot goed. Artikel 4 Afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan de cultuurdienst en aan de ouderenadviesraad. 26

Verlenging Interlokale vereniging scholengemeenschap De Voorkempen 2014-2020 Beleids – en beheerscyclus Beleidsdomein: 8 Leren en onderwijs Beleidsdoelstelling: We willen kwalitatief onderwijs aanbieden voor elk kind Actieplan: De gemeente zorgt voor kwalitatief basisonderwijs in de gemeentescholen Actie: Kwalitatief onderwijs waarborgen Juridisch kader Gemeentedecreet van 15 juli 2005, artikelen 42 en 43; Decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, de artikel 125bis tot en met 125 quaterdecies; Het decreet van 6 juli 2001 betreffende de intergemeentelijke samenwerking,

49

de artikelen 2 §1 en 6 tot en met 9; Het gemeenteraadsbesluit van 19 juni 2003 en volgende over de vorming van de huidige scholengemeenschap; Artikel 3, §2 van de overeenkomst scholengemeenschap 2011 – 2014 in de vorm van een interlokale vereniging; Adviezen Het advies van de schoolraad van 3 juni 2014. Het overleg van het ABOC d.d. 9.05.2014. Het beheerscomité van de scholengemeenschap wenst de samenwerking te verlengen voor een periode van zes schooljaren, zoals afgesproken in de vergadering van 28 maart 2014. Het college van burgemeester en schepenen gaf d.d. 7 april principiële goedkeuring om de samenwerking met de scholengemeenschap verder te zetten onder dezelfde voorwaarden. Het advies van de gemeenteraadscommissie intergemeentelijke samenwerkingsverbanden d.d. 5 juni 2014. Motivatie Een schoolbestuur kan in het kader van de organisatie van zijn basisonderwijs een scholengemeenschap vormen met onderwijsinstellingen van andere schoolbesturen. Een scholengemeenschap moet zowel kleuter- als lager onderwijs bevatten, moet op de eerste schooldag van februari 2014 minstens 900 gewogen leerlingen tellen en mag zich hoogstens over vijf aangrenzende onderwijszones uitstrekken, De huidige scholengemeenschap De Voorkempen werd onder de vorm van een interlokale vereniging opgericht. De interlokale vereniging legde haar werking vast in de huidige overeenkomst van scholengemeenschap De Voorkempen en deze loopt na een periode van drie schooljaren af op 31 augustus 2014. Er heeft geen fundamentele bijsturing van de scholengemeenschappen plaatsgevonden naar aanleiding van het uitgevoerde wetenschappelijk onderzoek, en het is aangewezen de huidige samenwerking te verlengen voor de in de regelgeving voorziene periode van zes jaar, van 1 september 2014 tot 31 augustus 2020, Overeenkomstig artikel 4 van de overeenkomst wordt voorgesteld om schepen W. Van Puymbroeck af te vaardigen in het bestuurscomité van de scholengemeenschap. Tijdens de gemeenteraad wordt een gepaste toelichting verstrekt door schepen W. Van Puymbroeck. Hij stelt dat het bestuurscomité van de scholengemeenschap voorstelt om de samenwerking te verlengen van 1 september 2014 tot 31 augustus 2020. De samenwerking verloopt vlot. Overeenkomstig artikel 4 wordt voorgesteld om schepen W. Van Puymbroeck af te vaardigden voor het bestuurscomité. Raadslid B. Bellens vraagt meer uitleg over de termijn van de overeenkomst.

50

Hij vraagt of deze over 6 jaren loopt. De overeenkomst liep de vorige keer over 3 schooljaren. Burgemeester L. Aerts antwoordt dat in de collegebeslissing d.d. 7 april 2014 ook 3 jaren vermeld stond. Schepen W. Van Puymbroeck repliceert dat dit nagevraagd zal worden. Besluit: Overeenkomst: 28 stemmen voor Afgevaardigde beheerscomité W. Van Puymbroeck (bij geheime stemming) : 28 stemmen voor Artikel 1 De huidige overeenkomst inzake scholengemeenschap De Voorkempen 2011 2014 in de vorm van een interlokale vereniging met zes schooljaren te verlengen vanaf 1 september 2014 en eindigend op 31 augustus 2020. Artikel 2 Schepen W. Van Puymbroeck wordt afgevaardigd in het bestuurscomité. Artikel 3 Afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan het secretariaat van de scholengemeenschap De Voorkempen, Dries Naulaers, Bergenstraat 2, 2110 Wijnegem en de schooldirectie. Schepen D. De Veuster, K. Kenis, L. Torfs, W. Van Puymbroeck en raadsleden M. Bresseleers, T. Vandekeere en J. Slegers verlaten de zitting. 27

Toekomstvisie kerkgebruik Sint-Leonardusparochie Sint - Lenaarts Schepen P. Schrijvers verlaat de zitting. Schepen D. De Veuster, K. Kenis, L. Torfs, W. Van Puymbroeck en raadsleden T. Vandekeere, M. Bresseleers en J. Slegers nemen terug deel aan de zitting. Juridisch kader Gemeentedecreet 15.07.2005 Decreet d.d. 7 mei 2004 over de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten Decreet d.d. 12 juli 2013 houdende toekenning van subsidies voor gebouwen van de eredienst, gebouwen voor de openbare uitoefening van de nietconfessionele morele dienstverlening en crematoria, biedt de Vlaamse Regering de mogelijkheid om bepaalde investeringen te subsidiëren. Besluit Vlaamse regering d.d. 20 december 2013 betreffende de toekenning van subsidies voor gebouwen van de eredienst, gebouwen voor de openbare uitoefening van de niet-confessionele morele dienstverlening en crematoria, bepaalt de wijze van toekenning van deze subsidies en de prioriteiten daarvoor. Ministerieel besluit 18 maart 2014 Omzendbrief BB 2014/2 – Vlaams minster van bestuurszaken, Binnenlands bestuur, Inburgering, toerisme en Vlaamse Rand - 28 maart 2014 over de subsidies voor (niet-beschermde) gebouwen van de eredienst, gebouwen voor de openbare uitoefening van de niet-confessionele morele dienstverlening en crematoria Historiek In Sint-Lenaarts zijn twee kerkgebouwen namelijk de historische en centraal gelegen Sint-Leonarduskerk en de decentrale kerk in de wijk Klein Veerle.

51

Adviezen De kerkraad heeft de toekomstvisie over het kerkgebruik in de SintLeonarduskerk in Sint-Lenaarts d.d. 23 mei 2014 besproken. Motivatie De kerkraad Sint Leonardus wil subsidies aanvragen voor aanpassingswerken in de kerk Klein Veerle. Volgens de omzendbrief is de bepaling van een langetermijnvisie een voorwaarde voor de toekenning van subsidies. Schepen P. Schrijvers neemt terug deel aan de zitting. De volgende toekomstvisie werd opgesteld: Toekomstvisie kerkgebruik Sint-Leonardusparochie Sint-Lenaarts. In Sint-Lenaarts zijn twee kerkgebouwen voorzien: de historische en centraal gelegen Sint-Leonarduskerk en de decentrale kerk in de wijk Klein Veerle. Deze kerk ligt op nagenoeg evengrote afstand van de dorpskernen van Brecht en van Sint-Lenaarts. De recent gegroeide gedachtenwisseling over de toekomst van de kerkgebouwen in Vlaanderen kreeg ook in de parochie en de federatie bijzondere aandacht mede naar aanleiding van de visietekst van onze bisschop "een houtskoolvuur met vis erop en brood". Bij het evalueren van de toekomst van onze kerken dient aandacht te gaan naar de gestage aangroei van de bevolking en de talrijke jonge gezinnen die zich hier vestigen. Terzelfdertijd dient de inzet van gemeenschapsmiddelen efficiënt te gebeuren met maximaal gebruik voor kerkelijke en ruimere doelstellingen. Sint-Leonarduskerk; de hoofdkerk van de parochie met een historische bijbestemming. De grote Sint-Leonarduskerk blijft om historische redenen en wegens haar ligging in de dorpskern de hoofdkerk van onze parochie, de kerk voor de feestelijke vieringen, jubilea, huwelijken, uitvaartdiensten, kerkelijke hoogdagen en minstens één wekelijkse viering. Als bijbestemming zal in deze kerk bijzondere aandacht gaan naar het rijke historisch-religieus verleden. Vanaf 2014 wordt het kerkgebouw daarom in de zomerperiode regelmatig opengesteld en wordt werk gemaakt van de inventarisatie en veilige bewaring van de talrijke kunstvoorwerpen. In een volgende fase en mits de nodige investeringen, zullen de kerkschatten bij het publiek bekend gemaakt worden (ontsluiting) en tentoongesteld. De Sint-Leonarduskerk heeft een bijzondere historische waarde doch wordt in haar religieuze functie beperkt door de moeilijke schikking, de beperkte verwarmbaarheid en het weinig intieme karakter. De klassering van het gebouw beperkt daarenboven tot nog toe in belangrijke mate de aanpassingsmogelijkheden. De goede acoustiek is een troef. De kerk van Klein Veerle: bijkerk en religieus vormingscentrum met ruime sociaal-culturele bijbestemming. De kerk van Klein Veerle willen wij behouden en aanpassen aan de moderne

52

noden van een geëvolueerde geloofsgemeenschap en samenleving met een religieuze en culturele functie. Zij wordt het centrum van de parochie voor catechesewerking, repetitieruimte voor koor en harmonie, … Zij biedt mogelijkheden voor speciale vieringen, gezinsvieringen, en eventueel afscheidsvieringen nieuwe stijl, gebruik makend van digitale media. Zij biedt kansen aan de pastorale eenheid voor de uitbouw van een vormingslocatie en andere samenwerkingsprojecten binnen deze eenheid. Zij staat meer nog dan vroeger open voor sociaal-culturele verenigingen, voor de organisatie van specifieke activiteiten, projecten. Daarom werd een gebruikersreglement opgesteld en wordt sinds kort de mogelijkheid geboden om gebruik te maken van digitale projectie met een krachtige beamer. Intussen werd een bouwaanvraag ingediend voor de uitbouw van een vernieuwde ruimte die mogelijkheden biedt voor ontmoeting in een groep van max 100 personen. In deze nieuwe kapel/vergaderruimte zal bijzondere aandacht gaan naar het gebruik van audio-visuele middelen. Daarnaast blijft de bestaande vergaderruimte voor kleine groepen. In het centrale gedeelte blijven de faciliteiten voor grote groepen. De aan te leggen directe weg van de gewestweg naar de hoofdingang en naar de voorbehouden parkeergelegenheid is belangrijk voor de veiligheid (hulpdiensten) en voor de toegang voor personen met een handicap. De vernieuwde riolering zorgt voor aanpassing aan de nieuwe afvalwaterregels. Om het gebruik in optimale omstandigheden te laten gebeuren wordt voorzien in ruimere sanitaire voorzieningen – er is nu één toilet – en de mogelijkheid om drank te stockeren en te gebruiken. In een tweede fase zal na afwerking van de vernieuwde ruimte werk gemaakt worden van de modernisering van het centrale kerkgedeelte door doorgedreven warmteisolatie in plafond, vloer en schrijn- en glaswerk. Bij de uitbreiding van de elektrische installatie zal voorzien worden om ook hier het gebruik van audio-visuele middelen te vergemakkelijken. Tijdens de gemeenteraad wordt een gepaste toelichting verstrekt door burgemeester L. Aerts. Hij stelt dat volgens de omzendbrief d.d. 28 maart 2014 van de Vlaamse minister van bestuurszaken niet-beschermde gebouwen van de eredienst subsidies kunnen aanvragen. Een voorwaarde is dat er een visietekst werd geschreven over de toekomst van de kerk op het grondgebied van de gemeente of op een gedeelte van het grondgebied. Na veel overleg met de gemeente en de kerkfabriek Heilige Leonardus werd een visietekst ontworpen. De kerkfabriek Heilige Leonarus heeft 2 kerken namelijk de kathedraal van de heide en de bijkerk in de kern Klein Veerle. In de visietekst blijft de Sint Leonarduskerk de hoofdkerk in de deelgemeente Sint-Lenaarts. De visie leefde dat het een museum zou worden, maar hiertegen heeft men gereageerd. Het blijft de hoofdkerk voor vieringen en andere momenten. In de bijkerk op Klein Veerle plant men renovatiewerken. Deze bijkerk zal dienen voor religieuze vormingscultuur zoals catecheses, religieuze vormingen en socio-culturele evenementen. Verenigingen kunnen het kerkje gebruiken voor tal van activiteiten. Dit is een meerwaarde voor verenigingen. Er wordt instemming gevraagd zodat de kerkfabriek het subsidiedossier voor Vlaanderen in orde kan brengen. De gemeente Brecht heeft twee keer 25.000 euro ingeschreven, maar dit kan men proportioneel herleiden in functie van de ontvangen subsidie.

53

Besluit: 28 stemmen Artikel 1 De gemeenteraad geeft goedkeuring aan het voorstel van de kerkraad van Sint Leonardus over de visie van het kerkgebruik in de Sint Leonardusparochie in Sint Lenaarts. Artikel 2 Afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan de kerkraad Sint Leonardus. 28

Igean Dienstverlening - Jaarvergadering - 20 juni 2014 - Goedkeuring agenda Juridisch kader Het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, verder het decreet genoemd, zoals gewijzigd. De omzendbrief van 11 januari 2002 i.v.m. de toepassing van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, verder de omzendbrief genoemd. Artikel 35 van de statuten op grond waarvan de jaarvergadering elk jaar in de loop van het tweede kwartaal verplicht bijeenkomt. Artikel 44 van het decreet en artikel 33 § 1 van de statuten bepaalt dat de vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger wordt herhaald voor elke algemene vergadering. Met onderhavige beslissing wordt het mandaat van deze vertegenwoordiger vastgesteld. Gemeenteraadsbeslissing d.d. 14.11.2013 tot benoeming van raadslid K. Van Looveren voor de jaarvergaderingen van Igean Dienstverlening. Historiek Het KB van 3 januari 1969 tot oprichting van de coöperatieve vennnootschap Intercommunale Grondbeleid en Expansie Antwerpen, verder IGEAN cv genoemd. De statuten verschenen in de bijlagen van het bijlagen van het Belgisch Staatsblad van 8 juli 1969. Igean cv werd op de buitengewone algemene vergadering van IGEAN cv van 8 november 2003 omgevormd tot een dienstverlenende vereniging Igean dienstverlening; De publicatie van de daarbij horende statutenwijziging gebeurde in de bijlagen van het Belgisch Staatsblad van 19 december 2003. De Vlaamse minister van binnenlandse aangelegenheden, cultuur, jeugd en ambtenarenzaken keurde op 1 april 2004 de wijzigingen van de statuten en de omvorming van Igean cv in een dienstverlende vereniging goed. De buitengewone algemene vergadering keurde de statutenwijziging van Igean dienstverlening d.d. 15 juni 2007 goed. Deze werd gepubliceerd in de bijlagen van het Belgisch Staatsblad van 13 augustus 2007 onder nr. 07120366. De statutenwijziging van Igean Dienstverlening werd door de buitengewone algemene vergadering van 18 december 2013 goedgekeurd en bij ministerieel besluit van 10 april 2014 door de Vlaamse minister van bestuurszaken, binnenlands bestuur, inburgering, toerisme en Vlaamse rand. De gemeente Brecht is lid bij Igean Dienstverlening. Motivatie Op de jaarvergadering wordt de jaarrekening vastgesteld aan de hand van het verslag van de raad van bestuur en het verslag van de commissaris-revisor. De documenten hiertoe werden samen met de uitnodiging ter beschikking gesteld van de deelnemende besturen. Deze jaarvergadering verleent eveneens kwijting aan de leden van de raad

54

van bestuur en de commissaris-revisor. ste Tijdens de 385 bijeenkomst van de raad van bestuur van 4 december 2013 ste en de 388 bijeenkomst van de raad van bestuur van 2 april 2014 werd beslist om de jaarvergadering van vrijdag 20 juni 2014 te 19.00 uur te organiseren met volgende dagorde: 1. Verslag van de raad van bestuur over het boekjaar 2013 2. Verslag van de commissaris-revisor over het boekjaar 2013 3. Jaarrekening 2013 4. Kwijting aan de bestuurders en commissaris-revisor over het boekjaar 2013 5. Benoeming van een bestuurder over de Provincie Antwerpen 6. Benoeming van een bestuurder met raadgevende stem Igean dienstverlening verstuurde een aangetekend schrijven op 17 april 2014 met de uitnodiging en de dagorde voor de jaarvergadering Bij het aangetekend schrijven van Igean Dienstverlening van 8 mei 2014 werden volgende documenten voor de jaarvergadering overgemaakt: 1. Jaarrekening 2013 2. Jaarverslag 2013 3. Een uittreksel uit de beslissing van de raad van bestuur van 7 mei 2014 4. De cijfergegevens van de inwoners en het kapitaal Tijdens de gemeenteraad wordt een gepaste toelichting verstrekt door burgemeester L. Aerts. Besluit: 28 stemmen voor Artikel 1 De gemeenteraad neemt kennis van de volledige dagorde van de jaarvergadering van Igean dienstverlening die zal gehouden worden op vrijdag 20 juni 2014 te 19.00 uur in het gemeenschapscentrum ’t Gasthuis van Wijnegem, Turnhoutsebaan 199 te 2110 Wijnegem evenals van alle daarbij horende documenten en neemt op basis hiervan volgende beslissingen: 1. Kennisname van het verslag van de raad van bestuur over het boekjaar 2013 2. Kennisname van het verslag van de commissaris-revisor over het boekjaar 2013 3. Vaststellen van de jaarrekening 2013 4. Kwijting verlenen aan de bestuurders en de commissaris-revisor over het boekjaar 2013 5. Benoeming van een bestuurder voor de Provincie Antwerpen 6. Benoeming van een bestuurder met raadgevende stem Artikel 2 De vertegenwoordiger van de gemeente, die met een afzonderlijk besluit werd benoemd, wordt gemandateerd om op de jaarvergadering van Igean Dienstverlening van vrijdag 20 juni 2014 te 19.00 uur deel te nemen aan de bespreking over de in artikel 1 vermelde agendapunten en te beraadslagen en te beslissen overeenkomstig dit besluit en verder al het nodige te doen om de volledige agenda af te werken. Artikel 3 Twee uittreksel van onderhavige gemeenteraadsbeslissing zullen aan Igean Dienstverlening worden bezorgd en aan K. Van Looveren, Biest 18 D te Brecht.

55

29

Igean Milieu en Veiligheid - Jaarvergadering - 20 juni 2014 - Goedkeuring agenda - Aanstelling plaatsvervanger Juridisch kader Het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, verder het decreet genoemd, zoals gewijzigd. De omzendbrief van 11 januari 2002 i.v.m. de toepassing van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, verder de omzendbrief genoemd. Artikel 36 van de statuten op grond waarvan de jaarvergadering elk jaar in de loop van het tweede kwartaal verplicht bijeenkomt. Artikel 44 van het decreet en artikel 34 § 1 van de statuten bepaalt dat de vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger wordt herhaald voor elke algemene vergadering. Met onderhavige beslissing wordt het mandaat van deze vertegenwoordiger vastgesteld. Gemeenteraadsbeslissing d.d. 14.11.2013 tot benoeming van raadslid T. Vandekeere voor de jaarvergaderingen van Igean Milieu en Veiligheid. Historiek De oprichtingsakte van de opdrachthoudende vereniging Igean Milieu en veiligheid werd verleden op de buitengewone algemene vergadering van Igean cv van 8 november 2003. In het Belgisch Staatblad van 19 december 2003 verscheen de publicatie van de oprichtingsakte en de statuten in de bijlagen. De Vlaamse minister van binnenlandse aangelegenheden, cultuur, jeugd en ambtenarenzaken keurde op 1 april 2004 de oprichting en de statuten van de opdrachthoudende vereniging Igean milieu en veiligheid goed. De buitengewone algemene vergadering keurde d.d. 1 5juni 2007 de statutenwijziging van Igean Milieu en veiligheid goed. Deze werd gepubliceerd in de bijlagen van het Belgisch Staatsblad van 13 augustus 2007 onder nr. 07120368. De statutenwijziging van Igean Milieu en veiligheid werd door de buitengewone algemene vergadering van 18 december 2013 goedgekeurd en bij ministerieel besluit van 10 april 2014 door de Vlaamse minister van bestuurszaken, binnenlands bestuur, inburgering, toerisme en Vlaamse rand. De gemeente Brecht is lid bij Igean Milieu en Veiligheid. Motivatie Op de jaarvergadering wordt de jaarrekening vastgesteld aan de hand van het verslag van de raad van bestuur en het verslag van de commissaris-revisor. De documenten hiertoe werden samen met de uitnodiging ter beschikking gesteld van de deelnemende besturen. Deze jaarvergadering verleent eveneens kwijting aan de leden van de raad van bestuur en de commissaris-revisor. ste Tijdens de 87 bijeenkomst van de raad van bestuur van 4 december 2013 ste en de 90 bijeenkomst van de raad van bestuur van 2 april 2014 werd beslist om de jaarvergadering op vrijdag 20 juni 2014 te 19.00 uur te organiseren met volgende dagorde: 7. Verslag van de raad van bestuur over het boekjaar 2013 8. Verslag van de commissaris-revisor over het boekjaar 2013 9. Jaarrekening 2013 10. Kwijting aan de bestuurders en commissaris-revisor over het boekjaar 2013 11. Benoeming van een vervangend lid adviescomité veiligheid voor de gemeente Schilde Igean Milieu en Veiligheid verstuurde een aangetekend schrijven op 17 april 2014 met de uitnodiging en de dagorde voor de jaarvergadering Bij het aangetekend schrijven van Igean Milieu en veilgheid van 8 mei 2014 werden volgende documenten voor de jaarvergadering overgemaakt:

56

5. Jaarrekening 2013 6. Jaarverslag 2013 7. Een uittreksel uit de beslissing van de raad van bestuur van 7 mei 2014 8. De cijfergegevens van de inwoners en het kapitaal Door de gemeenteraad werd d.d. 14.11.2013 raadslid T. Vandekeere aangesteld als afgevaardigde van de gemeente Brecht, maar zij liet d.d. 29 mei 2014 weten dat zij afwezig zal zijn op de algemene vergadering. De kandidaturen voor de plaatsvervanging dienden ten laatste op 10 juni 2014 ingediend te worden bij de gemeentesecretaris. Er werd enkel een kandidatuur ingediend door Mevrouw K. Van Looveren. Tijdens de gemeenteraad wordt een gepaste toelichting verstrekt door burgemeester L. Aerts. Hij stelt dat raadslid T. Vandekeere niet aanwezig kan zijn op de jaarvergadering. Raadslid K. Van Looveren wordt voorgedragen om haar te vervangen. Besluit: Agenda: 28 stemmen voor Bij geheime stemming: Aanstelling plaatsvervangend afgevaardigde: K. Van Looveren:26 stemmen voor en 2 onthoudingen Artikel 1 De gemeenteraad neemt kennis van de volledige dagorde van de jaarvergadering van Igean Milieu en veiligheid die zal gehouden worden op vrijdag 20 juni 2014 te 19.00 uur in het gemeenschapscentrum ’t Gasthuis van Wijnegem, Turnhoutsebaan 199 te 2110 Wijnegem evenals van alle daarbij horende documenten en neemt op basis hiervan volgende beslissingen: 7. Kennisname van het verslag van de raad van bestuur over het boekjaar 2013 8. Kennisname van het verslag van de commissaris-revisor over het boekjaar 2013 9. Vaststellen van de jaarrekening 2013 10. Kwijting verlenen aan de bestuurders en de commissaris-revisor over het boekjaar 2013 11. Benoeming van een vervangend lid adviescomité veiligheid voor de gemeente Schilde Artikel 2 Raadslid K. Van Looveren, die als vervanger van raadslid T. Vandekeere werd aangesteld, wordt gemandateerd om op de jaarvergadering van Igean Milieu en veiligheid van vrijdag 20 juni 2014 te 19.00 uur deel te nemen aan de bespreking over de in artikel 1 vermelde agendapunten en te beraadslagen en te beslissen overeenkomstig dit besluit en verder al het nodige te doen om de volledige agenda af te werken. Artikel 3 Twee uittreksel van onderhavige gemeenteraadsbeslissing zullen aan Igean Milieu en Veiligheid worden bezorgd en aan K. Van Looveren, Biest 18 D te 2960 Brecht. 30

IKA - Algemene vergadering - 24 juni 2014 - Goedkeuring agenda Juridisch kader Decreet intergemeentelijke samenwerking van 6 juli 2001 Motivatie De gemeente Brecht is aangesloten bij de intercommunale IKA;

57

De gemeente Brecht werd per aangetekend schrijven opgeroepen om deel te nemen aan de buitengewone algemene vergadering van IKA die op 24 juni 2014 plaats heeft. De agenda van de buitengewone algemene vergadering van IKA van 24 juni 2014 bevat volgende agendapunten: 1) Verslag van de raad van bestuur aan de algemene vergadering 2) Jaarrekening 2013 3) Verslag van de commissaris aan de algemene vergadering 4) Kwijting van de bestuurders en de commissaris 5) Statutaire benoemingen en mededelingen De gemeenteraad neemt kennis van het verslag van de raad van bestuur aan de algemene vergadering. De gemeenteraad neemt kennis van de balans en resultatenrekening en winstverdeling. De documenten worden gevoegd bij de oproeping tot de algemene vergadering. Tijdens de gemeenteraad wordt een gepaste toelichting verstrekt door burgemeester L. Aerts. Besluit: 28 stemmen voor Artikel 1 Na onderzoek van de documenten die bij de oproeping zijn gevoegd, zijn goedkeuring te hechten aan de dagorde en de afzonderlijke punten van de dagorde van de algemene vergadering van IKA van 24 juni 2014. Artikel 2 Zijn goedkeuring te verlenen aan het verslag van de raad van bestuur aan de algemene vergadering. Artikel 3 Zijn goedkeuring te verlenen aan de balans, resultatenrekening en winstverdeling met betrekking tot het boekjaar 2013. Artikel 4 Raadslid E. De Groof, die aangesteld werd bij gemeenteraadsbesluit d.d. 14.11.2013 voor de ganse legislatuur als vertegenwoordiger van de gemeente Brecht bij IKA, wordt gemandateerd om te handelen en te beslissen conform de besluiten die door de gemeenteraad zijn genomen over de agendapunten van de algemene vergadering van IKA op 24 juni 2014.. Artikel 5 Afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan het secretariaat van intergemeentelijk samenwerkingsverband IKA, Ravensteingalerij 4 bus 2 te 1000 Brussel, tav Lieven EX. 31

Verkiezing politieraad Juridisch kader De wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus; Het koninklijk besluit van 20 december 2000 betreffende de verkiezing in elke gemeenteraad van de leden van de politieraad;

58

Omzendbrief d.d. 14 november 2012 betreffende de verkiezing en de installatie van de politieraadsleden van een meergemeentenzone Gemeenteraadsbeslissing d.d. 2 januari 2013 over de verkiezing van de politieraad. Historiek De gemeenteraad verkoos d.d. 2 januari 2013 A. Van Dyck als effectief politieraadslid en T. Vandekeere en L. Smouts als opvolgende raadsleden. Door de gemeenteraad werd d.d. 24 januari 2013 akte genomen van het ontslag als gemeenteraadslid van A. Van Dyck. Door raadslid T. Vandekeere, die op 2 januari 2013 verkozen werd als opvolgend politieraadslid voor A. Van Dyck, werd d.d. 20 mei 2014 ontslag ingediend als politieraadslid voor de politiezone Voorkempen. Door raadslid L. Smouts, die op 2 januari 2013 verkozen werd als opvolgend politieraadslid, werd d.d. 22 mei 2014 verzaakt aan de opvolging. Motivatie Tijdens de gemeenteraad wordt een gepaste toelichting verstrekt door burgemeester L. Aerts. Op 26 mei 2014 werd door schepen J. Matheeussen een voordrachtsakte ingediend om een kandidaat voor te dragen voor de verkiezing van een lid van de politieraad

Effectief lid

Kandidaat-opvolger

Verkozenen voor de gemeenteraad die de voordracht deden

Vochten Maria Ludovica

Vandekeere Tatiana Daniël Maria-José

Aerts Luc Maria Theresia Karel

Smouts Leen

De Veuster Daan Jozef Damiaan Vochten Maria Ludovica Kenis Kris Matheeussen Cornelia

Jozef

Anna

Overwegende dat de gemeenteraad overeenkomstig artikel 19, tweede lid, van de wet van 7 december 1998 dient over te gaan tot verkiezing van 1 lid van de gemeenteraad als lid van de politieraad; Overwegende dat elk van de 28 gemeenteraadsleden overeenkomstig artikel 19 van de wet van 7 december 1998 beschikt over 1 stem; Gelet op de kandidatenlijst door de burgemeester opgemaakt, overeenkomstig artikel 7 van het voornoemd koninklijk besluit op grond van gezegde voordrachtakten en luidend als volgt : Kandidaateffectief lid Vochten Ludovica

Kandidaat- opvolger Maria

Vandekeere Tatiana Daniël Maria-José Smouts Leen

Gelet op artikel 10 van het koninklijk besluit dat bepaalt dat de burgemeester, bijgestaan door de twee jongste gemeenteraadsleden, belast is met het verzekeren van de goede gang van de verrichtingen van de stemming en de stemopneming die in openbare zitting plaatsvindt.

59

Indien één van de jongste raadsleden zelf kandidaat is, is het aangewezen, ook al maakt het geen verplichting uit, dat hij afziet van het zetelen binnen het bureau voor de kiesverrichtingen en plaats ruimt voor de mandataris die na hem de jongste in leeftijd is. Overwegende dat Van Looveren Karen en Eline Peeters de jongste in leeftijd zijn; Stelt vast dat Van Looveren Karen en Eline Peeters (gemeenteraadsleden) (de jongste in leeftijd), de burgemeester bijstaan bij de verrichtingen van de stemming en van de stemopneming (artikel 10 van het koninklijk besluit van 20 december 2000); Gaat in openbare vergadering en bij geheime stemming over tot de verkiezing van de effectieve leden en hun opvolgers van de politieraad 28 raadsleden nemen deel aan de stemming en ontvangen ieder 1 stembiljet, 28 stembiljetten worden overhandigd aan de burgemeester en zijn bijzitters, (28 stembiljetten werden in de stembus aangetroffen). Besluit: De stemopneming van deze biljetten geeft volgend resultaat : 28 geldige stembiljetten. De op deze 28 geldige stembiljetten uitgebrachte stemmen werden toegekend als volgt : NAAM EN VOORNAAM VAN AANTAL BEKOMEN STEMMEN KANDIDAAT EFFECTIEVE LEDEN

Vochten Maria Ludovica Totaal aantal stemmen :

Ja : 28 stemmen 28 stemmen

Stelt vast dat het kandidaat effectieve lid, verkozen wordt Bijgevolg stelt de burgemeester vast dat :

Verkozen is tot effectief lid van de politieraad

Vochten Maria Ludovica

De kandidaten die als opvolgers voor elk hiernaast vermeld verkozen effectief werden voorgedragen van rechtswege en in de volgorde van de voordrachtakte de opvolgers zijn van deze verkozen effectieve leden. Vandekeere Maria-José

Tatiana

Daniël

Smouts Leen Stelt vast dat de verkiesbaarheidsvoorwaarden, vervult zijn door :  Het verkozen kandidaat effectieve lid.  de 2 kandidaten van rechtswege de opvolgers van dit kandidaat effectief lid Stelt voor dat:  geen enkel effectief lid zich bevindt in een van de gevallen van onverenigbaarheid bepaald in artikel 15 van de wet van 7 december 1998; Dit proces-verbaal zal overeenkomstig artikel 18bis van de wet van 7 60

december 1998 en artikel 15 van het koninklijk besluit van 20 december 2000 betreffende de verkiezing in elke gemeenteraad van de leden van de politieraad in dubbel exemplaar naar de bestendige deputatie (of het college bedoeld in artikel 83quinquies, § 2, van de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse Instellingen) worden gezonden. Origineel werd getekend door: Luc Aerts, burgemeester Karen Van Looveren en Eline Peeters, jongste twee gemeenteraadsleden Tinne Rombouts, gemeentesecretaris wnd. Schepen W. Van Puymbroeck verlaat de zitting. Geheime zitting 32

Ontslag vrijwillig brandweerman Gunther Potters - Brandweer Brecht Schepen W. Van Puymbroeck neemt terug deel aan de zitting. Beleids – en beheerscyclus Beleidsdomein: Veiligheidszorg Beleidsdoelstelling: Het gemeentebestuur biedt een ondersteunende rol op het vlak van veiligheid voor elke Brechtenaar Actieplan: Overig beleid veiligheidszorg Juridisch kader Gemeenteraadsbeslissing over het grondreglement d.d. 14.11.2013 Historiek Door het college van burgemeester en schepenen werd d.d. 12 oktober 2009 de heer Gunther Potters aangesteld als brandweerman-vrijwilliger. Motivatie Door vrijwillig brandweerman Gunther Potters werd d.d. 7 mei 2014 ontslag ingediend bij brandweer Brecht. De beweegredenen van de heer Gunther Potters zijn van persoonlijke aard namelijk het moeilijk kunnen combineren van de functie met werk en gezin. Tijdens de gemeenteraad wordt een gepaste toelichting verleend door burgemeester L. Aerts. Hij stelt dat vrijwillig brandweerman Gunther Potters de combinatie met werk en gezin te zwaar vond en heeft bijgevolg zijn ontslag ingediend als vrijwillig brandweerman. Besluit: Bij geheime stemming: 28 stemmen voor Artikel 1 Vanaf heden wordt eervol ontslag verleend aan vrijwillig brandweerman Gunther Potters. Artikel 2 Afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan de brandweercommandant G. Van Bavel, Gunther Potters en de personeelsdienst.

Rombouts T. Waarnemend Secretaris

Aerts L. Burgemeester-Voorzitter

61