MIGRANTENSTUDIES, 2009, NR. 1
Gedwongen of vrije keuze?
Simone Boogaarts*
Samenvatting Met grote regelmaat vinden er in het stedelijk nachtleven ethno-party’s plaats. Deze feesten zijn speciaal georganiseerd voor en door een specifieke etnische groep. In dit artikel wordt aan de hand van onderzoek in de Turkse, Marokkaanse en Asian party scene onderzocht waarom jongeren dit soort feesten bezoeken en in hoeverre de jongeren daarnaast deelnemen aan de mainstream uitgaansscene. Het onderzoek bestond uit participerende observatie en interviews met organisatoren en bezoekers van de feesten. De keuze voor een bepaalde scene wordt geanalyseerd aan de hand van een model van gestructureerde keuze dat zowel omgevingsfactoren als persoonlijke factoren omvat. Persoonlijk factoren staan niet op zichzelf, maar worden in interactie met de omgevingsfactoren gevormd. De keuze voor een ‘ethno-party’ wordt zowel bepaald door muziekvoorkeuren, de behoefte om uit te gaan met mensen met wie de jongeren zich identificeren, als door gebrekkige toegang of gevoelens van onveiligheid in de reguliere party scene. Deurbeleid is vooral voor Marokkaanse jongens een barrie`re voor het uitgaan in de mainstream clubscene. Voor Turkse jongens geldt dit in mindere mate. Tot slot speelt de vriendengroep een belangrijke rol bij de keuze. Jongeren met een meer gemengde vriendengroep gaan vaker ook in mainstream clubs uit.
Inleiding Globalisering, internationale migratie, de consumptie-industrie, maar ook de toenemende gerichtheid van media en commercials op jongeren, dragen bij aan een explosie van jeugdculturen en jeugdstijlen. Deze diversiteit en veelkleurigheid is ook zichtbaar in het stedelijk nachtleven.1 De afgelopen jaren heeft er een ware cultuuromslag plaatsgevonden. Ee´n van deze veranderingen betreft
88
Simone Boogaarts: Gedwongen of vrije keuze?
de invoering van wat ik de ‘brede programmering’ zou willen noemen. Clubs richten zich niet langer op e´e´n muziekstroming of type muziek, maar programmeren uiteenlopende concepten op de verschillende dagen van de week, bijvoorbeeld ‘urban’ op donderdag, ‘soul’ op vrijdag en ‘clubhouse’ op zaterdag (Bruin, 2007). Daarnaast worden er met grote regelmaat themaparty’s georganiseerd die plaatsvinden in verschillende clubs verspreid over Nederland. Deze bieden een geheel eigen en herkenbare party door het inzetten van bekende DJ’s en het gebruik van logo’s en flyers. De themaparty’s beogen een etnisch gemengd publiek aan te trekken. Bekende voorbeelden zijn de Indiaas getinte party Mystic Grooves en het populaire Salsa feest Que Pasa. Naast de aankleding van de club en het ontwerp van de flyers is het uiteraard de muziek die invulling geeft aan het thema. Tijdens Mystic Grooves party’s wordt bijvoorbeeld een mix van Bhangra, Pakistani Breakbeat en RnB gedraaid, terwijl op Que Pasa avonden, Salsa en andere Latijns-Amerikaans getinte muziekstijlen centraal staan. Het is onmogelijk om het aantal van dit soort multiculturele party’s te kwantificeren, gezien de snelle veranderingen en het innovatieve karakter van het stedelijk nachtleven. Het is echter wel mogelijk om vast te stellen dat de aandacht voor dit soort party’s de afgelopen jaren sterk is toegenomen. Ook verhuren eigenaren hun clubs met grote regelmaat aan professionele etnische partyorganisaties. Door hun expertise en hun specifieke cultureel en sociaal kapitaal zijn zij in staat grote groepen migrantenjongeren aan te trekken. Een ethno-party is een feest speciaal georganiseerd voor en door een specifieke etnische groep. In Amsterdam bijvoorbeeld zijn er drie populaire Turkse organisaties die elk acht tot tien keer per jaar een Turks feest organiseren in populaire clubs zoals Club Paradiso, Panama of Vak Zuid. Ook Marokkaanse feesten en Asian party’s worden met grote regelmaat georganiseerd. Door de toenemende diversiteit in het stedelijk nachtleven is het aantal verschillende en elkaar gedeeltelijk overlappende uitgaansscenes toegenomen. Elke scene heeft zijn eigen publiek met bijbehorende kledingstijl en muziekstijl. Volgens Amin en Thrift (2002), die onderzoek gedaan hebben naar de rassenrellen in Bredford in Engeland, zou het uitgaansleven de plek zijn voor interculturele interactie. Hierdoor zou de spanning tussen diverse etnische groepen kunnen verminderen. In tegenstelling tot geı¨ nstitutionaliseerde ontmoetingen tijdens school of werk zou het uitgaansleven door het losse en ongedwongen karakter contact bevorderen, aldus de onderzoekers. In de huidige brede programmering van het stedelijk nachtleven lijkt er inderdaad ruimte gecree¨erd te zijn voor party’s die een etnisch gemengd publiek aantrekken. Anderzijds is er door de incorporatie van ethno-party’s in het stedelijk nachtleven ook ruimte gekomen voor etnische exclusiviteit. Het lijkt er dus op dat in het huidige stedelijk nachtleven multiculturele party’s en etnisch exclusieve party’s hand in hand gaan. De keuzemogelijkheden van de uitgaande jongeren tussen de verschillende party’s lijken hierdoor toegenomen. Maar geldt dit voor alle jongeren? Of draagt de toenemende diversiteit van het uitgaansaanbod, met de toename van het aantal ethno-party’s, bij aan een (verdere) opdeling van het stedelijk nachtleven in etnische enclaves? Heeft dit
89
MIGRANTENSTUDIES, 2009, NR. 1
tot gevolg dat de socialisatie van migrantenjongeren tijdens het uitgaan plaatsvindt binnen de eigen etnische groep? Met behulp van een analyse van de keuzes van jongeren die participeren in de Turkse, Marokkaanse of Asian party scene, wordt in dit artikel een poging gedaan deze vragen te beantwoorden.
Nachtelijk onderzoek Met de toenemende etnische diversiteit in de Europese steden is er ook meer aandacht gekomen voor etnische muziek en de invloed hiervan op de huidige populaire cultuur (enige voorbeelden zijn: Nederland (Mutsaers, 1994, 1996; Sansone, 1992; Wermuth, 1993, 1994, 2002), Verenigd Koninkrijk (Back, 1996; Nayak, 2003) en Frankrijk (Orlando, 2003)). Studies van het stedelijk nachtleven zijn nauw verbonden met de wetenschappelijke interesse in jeugdcultuur, muziek en de vrijetijdsindustrie. Lange tijd werd de zogeheten dance cultuur gezien als een tijdelijke, kortdurende en zeer schadelijke vorm van jeugdcultuur (Thornton,1995), waardoor er weinig wetenschappelijke aandacht voor was. Brunt (1996) noemt de aandacht van sociologen in Nederland voor de nacht dan ook een terra incognita.
Subcultureel onderzoek In Engeland heeft het onderzoek naar het nachtleven zich sinds de publicatie van de zeer invloedrijke studie over naoorlogse arbeidersklasse jongeren, Resistance through rituals (Hall & Jefferson, 1976) van het Centre for Contemporary and Cultural Study (CCCS) in Birmingham een vaste plek verworven binnen de sociologie en sociale geografie. Met name de ‘clubbing scene’ is veelvuldig onderwerp van onderzoek (zie bijvoorbeeld: Bennett, 1999; Chatterton & Hollands, 2002; MacRae, 2004; Malbon,1999; Thornton, 1995; Redhead, 1997). In de jaren zeventig van de vorige eeuw verbonden de onderzoekers van het CCCS het ontstaan van jeugdcultuur met de klassenstrijd en de snel toenemende structurele veranderingen door de opkomst van de massaproductie in de Britse maatschappij. De toenmalige jeugdculturen en subculturele gebruiken werden geanalyseerd als ‘weerstandsrituelen’ (rituals of resistance) die arbeidersklasse jongeren gebruikten in reactie op de afbraak van tradities (postfordisme) en de nieuw opkomende consumptiemaatschappij. De onderzoekers richtten zich voornamelijk op de kleding, gebruiken en muzieksmaak van de leden om de jeugdcultuur te karakteriseren. Deze radicale analyses representeerden arbeidersklasse jongeren als gemarginaliseerd en onderdrukt en daardoor in opstand kwamen tegen de snelle sociale en economische veranderingen in de omringende maatschappij. Met name door de eenzijdige aandacht voor de (blanke, mannelijke) arbeidersklasse kwam er een golf van kritiek op het subcultuuronderzoek van het CCCS. Vele wetenschappers wezen niet alleen op het bestaan van jeugdculturen onder etnische jongeren en meisjes, maar ageerden ook tegen de sterke
90
Simone Boogaarts: Gedwongen of vrije keuze?
nadruk op klasse als structurerende factor. Met de opkomst van de consumptie-industrie legden zij de nadruk op de consumptieve kracht van jongeren met betrekking tot identiteitsvorming en het ontstaan van jeugdculturen. In jeugdcultuurstudies wordt geschreven over een verschuiving van een meer structurele benadering naar een benadering die zowel agency als de invloed van de consumptie-industrie belangrijke elementen in het socialisatieproces van jongeren acht (Bennett, 1999, 2000; Besley, 2003; Chatterton & Hollands, 2002, Griffin, 2001; Maira & Soep, 2004; MacRae, 2004; Miles, 2000).
Postsubculturele benadering De massale afkeer van het CCCS-gedachtegoed en nieuwe aandacht voor consumptiepatronen is binnen de sociale wetenschap beter bekend als postsubcultureel onderzoek. Centraal hierin staan de consumptiemaatschappij en de toenemende individualisering. Mensen laten zich over het algemeen in hun consumptiegedrag meer leiden door hun persoonlijke smaak dan door klasse, etniciteit, leeftijd, sekse of opleiding. In de postsubculturele studies is minder aandacht voor sociale verdeling binnen jeugdculturen (Hollands, 2002). In plaats daarvan worden jongeren beschouwd als vrij handelende individuen die hun identiteit zelf samenstellen, los van hun sociale klasse. Om de veranderlijkheid en individualiteit te vangen binnen een theoretisch concept, heeft men afstand gedaan van de term subcultuur (Shildrick & MacDonald, 2006). Daarvoor in de plaats gekomen zijn concepten als neo-tribe (Bennett, 2000), lifestyle (Miles, 2000), smaakcultuur (Thornton, 1995) en clubcultuur (Redhead, 1997). Onderzoekers van de postsubculturele benadering zijn van mening dat jongeren van muziek en uitgaansscene wisselen naargelang hun smaak van het moment. Niet de sociale structuren of de omgevingsstructuren beı¨ nvloeden het uitgaansgedrag, maar persoonlijke smaak wordt vooropgesteld. Het hedonistisch karakter dat centraal staat in het clubcircuit lijkt overgenomen te zijn door de onderzoekers; clubben gaat om het vergeten van alle zorgen en stress. In plaats van sociale structuren zoals klasse, opleiding en etniciteit, worden de culturele kenmerken zoals muziek, kleding en dansen basis voor verdeling en het ontstaan van aparte scenes. Dus niet opleidingsniveau of afkomst, maar kleding, muzieksmaak en beheersing van de nieuwste ‘dancemoves’ maken iemand hip en trendy. De meeste onderzoekers van de postsubculturele benadering richten zich voornamelijk op de ‘white-middle-class male’. Onderzoek naar de participatie en keuzemogelijkheden van etnische jongeren in het nachtleven zijn schaars.
Integratieve benadering: de gestructureerde keuze Met mijn promotieonderzoek wil ik een empirische en theoretische bijdrage leveren aan de studie van het nachtleven door mij te richten op ethno-party’s en hun bezoekers. In mijn studie kies ik niet voor een subculturele of een postsubculturele benadering, maar heb ik mijn eigen theoretische raamwerk ontwikkeld dat elementen uit beide benaderingen bevat. In het zogeheten
91
MIGRANTENSTUDIES, 2009, NR. 1
agency-structure debat positioneer ik mezelf door aan beide kanten gewicht toe te kennen. Om de nachtelijke keuzen van migrantenjongeren te analyseren heb ik een integratieve benadering ontwikkeld, die op een flexibele wijze ingezet kan worden en dus recht doet aan zowel de sociale structuren als aan de persoonlijke keuzemogelijkheden (agency) van individuele jongeren. Mijn analytisch model van gestructureerde keuze omvat ten eerste omgevingsfactoren (toegankelijkheid van het nachtleven, politiek klimaat en programmering van het nachtleven). Deze omgevingsfactoren bevatten de in de omringende omgeving aanwezige sociale structuren die het aanbod van keuzemogelijkheden bepalen. Ten tweede omvat mijn analytisch model persoonlijke factoren die binnen de gegeven mogelijkheden ontstaan door de eerdergenoemde sociale structuren, en ook van invloed zijn op de nachtelijke keuzen die jongeren maken. De persoonlijke factoren zijn onderverdeeld in sociale, culturele en regulatieve factoren en worden in interactie met de omgevingsfactoren gevormd. De sociale factoren omvatten de zogenoemde sociale mechanismen van identificatie en differentiatie. Culturele factoren zijn de processen van identificatie en differentiatie die in cultureel opzicht tot uiting komen. Hierbij staan de muziekvoorkeur, kledingstijl en dans van de clubbers centraal. De regulatieve factoren, ten slotte, omvatten de beschikbaarheid van financie¨le middelen en de regulerende rol die ouders kunnen spelen bij de keuze voor een bepaald feest. De etnische achtergrond van de individuele clubbers wordt niet als aparte categorie geanalyseerd, maar als verweven en aanwezig in al het handelen van alle individuen. Mijn analytisch model is dus gebaseerd op de veronderstelling dat de nachtelijke keuze voor een bepaald type party een gestructureerde keuze is, die tot stand komt door de interactie tussen de in de omringende samenleving aanwezige sociale structuren (omgevingsfactoren) en persoonlijke factoren. De gestructureerde keuze voor een bepaalde uitgaansscene of party omvat de keuzemogelijkheden op basis waarvan individuen handelen. De agency van individuen (keuzevrijheid en wijze van handelen) is dus ingebed in zowel de sociale structuren als de persoonlijke factoren.
Methode van onderzoek en veldwerkbeschrijving Voor mijn promotieonderzoek, waarin ik me specifiek richt op de sociale en etnische verdelingen in het stedelijk nachtleven, heb ik gedurende anderhalf jaar verschillende Turkse, Marokkaanse en Asian party’s bezocht. De keuze voor deze drie ethno-scenes is gebaseerd op een grondige inventarisatie van diverse partysites op internet en gesprekken met diverse clubeigenaren in Amsterdam en Rotterdam, waaruit bleek dat deze scenes met grote regelmaat party’s organiseren in populaire clubs uit het stedelijk nachtleven. In eerste instantie richtte ik me op ethno-party’s in Amsterdam en Rotterdam, omdat deze twee steden beschikken over het meest uitgebreide en diverse uitgaansaanbod. Aan het begin van elke veldwerkperiode heb ik een inventarisatie gemaakt van het landelijke aanbod van de desbetreffende ethno-party scene. Vervolgens
92
Simone Boogaarts: Gedwongen of vrije keuze?
heb ik contact opgenomen met een aantal DJ’s. Zij zijn degenen die over een brede kennis beschikken, aangezien ze op verschillende party’s draaien. De DJ’s voorzagen mij van de nodige informatie om te komen tot een selectie van de meest populaire partyorganisaties binnen elke ethno-scene. Bij deze studie heb ik vier Turkse partyorganisaties betrokken, twee in Amsterdam en twee in Rotterdam, drie Asian partyorganisaties waarvan er e´e´n organisatie party’s organiseert in Rotterdam, e´e´n in Amsterdam en e´e´n in Bunnik en ten slotte drie Marokkaanse partyorganisaties, waarvan twee in Amsterdam en e´e´n in Den Bosch. In elke ethno-scene heb ik gedurende een half jaar veldwerk verricht, waarbij ik minstens tweemaal een party van elke partyorganisatie heb bezocht. Gedurende de gehele veldwerkperiode heb ik contact gehouden met de partyorganisaties en heb ik behalve een formeel diepte-interview op verschillende momenten aanvullende vragen gesteld. Tijdens de partybezoeken heb ik naast participerende observatie zoveel mogelijk contact gelegd met de bezoekers. Ik voerde kleine informele gesprekjes over hun motivatie om naar het desbetreffende party te gaan en een aantal bezoekers heb ik uitgenodigd om deel te nemen aan mijn onderzoek door middel van een interview later in de week. In elke ethno-party scene heb ik getracht 25 bezoekers te interviewen. Tevens heb ik interviews afgenomen met populaire Turkse, Marokkaanse en Aziatische DJ’s. Dankzij zeer behulpzame DJ’s en organisatoren was dit aantal participanten in het Turkse clubcircuit eenvoudig te behalen. In de Asian party scene heeft een student dit onderzoek als afstudeerproject uitgevoerd en ook zij heeft mede door behulpzame contacten binnen de Asian party scene voldoende interviews kunnen afnemen. In het Marokkaanse uitgaanscircuit verliep de rekrutering van participanten niet zo voorspoedig. Er waren zeer weinig jonge Marokkanen bereid om mee te werken aan het diepteinterview. In de Marokkaanse scene ontbrak het mij aan behulpzame contacten om jongeren te werven voor deelname aan het diepte-interview. Om toch aan voldoende informatie te komen heb ik zes aanvullende interviews met leden van Marokkaanse culturele en sociale instellingen gehouden en heb ik het aantal gesprekjes met bezoekers van Marokkaanse party’s uitgebreid. In totaal heb ik tijdens mijn bezoeken aan de Marokkaanse party’s gesproken met 22 jongeren.
De Asian party scene De eerste Asian party in Nederland vond plaats medio 1980, maar de party’s werden echt populair vanaf 1990. In die tijd participeerden jongeren van Aziatische afkomst niet veel in het reguliere nachtleven, omdat zij daarvoor geen toestemming van hun ouders kregen. Asian party’s werden gezien als veilige plekken waar Aziatische jongeren elkaar konden ontmoeten (Kartosen, 2004). Rond de eeuwwisseling floreerde de Asian party scene en kwamen er steeds meer organisaties die ook een graantje wilden meepikken. Deze scene in Nederland is ontstaan naar het voorbeeld van de Asian underground scene in Engeland (Huq, 2006). De term ‘Asian’ refereert aan een heel continent in plaats van aan een nationaliteit, zoals bij de Turkse en Marokkaanse feesten
93
MIGRANTENSTUDIES, 2009, NR. 1
en wordt door de partyorganisaties gebruikt om een breed publiek aan te trekken. De bezoekers van Asian party’s zijn overwegend van Chinese afkomst, maar ook jongeren van bijvoorbeeld Taiwanese, Vietnamese en Indonesische afkomst komen samen op deze party’s. Anders dan in Engeland waar op Asian underground party’s Bhangra en Punjabi muziek wordt gedraaid, is er in Nederland geen Aziatische muziek te horen. DJ’s, met een veelal Aziatische achtergrond, draaien de hele avond hip hop en RnB. Deze muziek wordt ook veel in het reguliere nachtleven gedraaid. Aangezien de feesten in populaire clubs plaatsvinden en dezelfde openingstijden hanteren, is er behalve de etnische achtergrond van het aanwezige publiek niet veel verschil tussen een Asian party en een RnB clubavond. Op het moment van schrijven is de populariteit van Asian party’s tanende. Het aantal Asian party’s is sterk teruggelopen en tegenwoordig zijn er nog drie Asian partyorganisaties over die met grote regelmaat feesten organiseren in de Randstad.
De Turkse party scene Er opereren vier gevestigde en populaire Turkse partyorganisaties in Rotterdam en Amsterdam. Naast deze vier gevestigde organisaties duiken er regelmatig nieuwelingen op in deze scene, die een graantje willen meepikken van de groeiende populariteit van het Turkse clubcircuit. De afgelopen jaren zijn deze Turkse party’s uitgegroeid tot populaire en professioneel georganiseerde feesten die een vaste plek veroverd hebben in het stedelijke nachtleven. Turkse party’s vinden veelal plaats in populaire clubs zoals Club Paradiso in Amsterdam en Club Tropicana in Rotterdam. In tegenstelling tot in de Asian party scene wordt er tijdens Turkse party’s wel etnische muziek gedraaid, namelijk Turkpop. Behalve de afwijkende muziekstijl lijkt een Turkse party net als de Asian party op party’s in het reguliere clubcircuit. Ook hier stroomt de club pas rond middernacht echt goed vol. Het barpersoneel verstrekt zowel alcoholische als non-alcoholische dranken. Met name wodka en whisky zijn zeer populair onder de Turkse bezoekers. Over de precieze reden van ontstaan van Turkse party’s lopen de meningen uiteen. Volgens een van de organisatoren zijn Turkse party’s ontstaan vanuit de behoefte om onder elkaar te zijn en te dansen op Turkse muziek zonder de aanwezigheid van ouders. Volgens een medewerker van een andere Turkse partyorganisatie zouden veel jongeren zich niet welkom voelen in het reguliere nachtleven, mede door het discriminerende deurbeleid. Een derde organisator onderschrijft deze redenen en geeft bovendien aan dat Turkse party’s zijn ontstaan omdat met name de vrouwen behoefte hadden aan een party in een veilige en vooral bekende omgeving.
De Marokkaanse party scene De Marokkaanse party scene is de nieuwste speler in de nachtleven. Hoewel er al sinds 1998 met enige regelmaat concerten worden georganiseerd voor een Marokkaans publiek, worden er pas sinds enkele jaren aparte party’s voor jongeren georganiseerd. De Marokkaanse party’s zijn anders georganiseerd
94
Simone Boogaarts: Gedwongen of vrije keuze?
dan de voorgaande twee scenes. Hoewel ook deze party’s plaatsvinden in populaire clubs in het reguliere nachtleven, is het lastig om ze als onderdeel van het nachtleven te definie¨ren. Marokkaanse party’s worden veelal overdag of in de vroege avond georganiseerd. Tevens zijn er speciale vrouwenfeesten, de Hafla Anissa, waar vrouwen naast dansen op Marokkaanse muziek, kunnen kijken naar modeshows of demonstraties met Marokkaanse schoonheidsproducten. Nog een verschil met de andere ethno-party’s is dat op geen van de Marokkaanse evenementen of party’s alcohol wordt geschonken. Volgens de organisatoren zijn deze maatregelen ingesteld om de party’s beter toegankelijk te maken voor de jongeren van Marokkaanse afkomst. Veel Marokkaanse meisjes krijgen van hun ouders geen toestemming om ’s nachts uit te gaan of naar plekken te gaan waar alcohol geschonken wordt. Daarnaast wordt aangegeven dat het non-alcohol beleid ook is ingesteld om problemen en agressieve uitspattingen te voorkomen. Zonder alcohol raken de gemoederen minder verhit en ook is met deze maatregel een groep lastige relschoppers buiten de deur te houden. Tijdens de Marokkaanse party’s draait de DJ overwegend Arabische popmuziek en Shaabi afgewisseld met de laatste hip hop en RnB hits. Volgens alle organisatoren is de afwezigheid van Marokkaanse muziek in het reguliere nachtleven ook een belangrijke reden om een Marokkaanse party’s te organiseren. Onder de jongeren is veel behoefte om samen te komen en te dansen op muziek uit hun land van herkomst. Jongeren zouden zich onder elkaar veiliger en meer geaccepteerd voelen dan wanneer ze naar een reguliere party gaan. Hierbij spelen net als in de Turkse party scene negatieve gevoelens ten aanzien van het deurbeleid in het reguliere nachtleven een belangrijke rol.
De gestructureerde nachtelijke keuze voor ethno-party’s Zoals eerder al is aangegeven, kunnen de factoren die een rol spelen bij de keuze voor de ethno-party scene verdeeld worden in twee typen, te weten omgevingsfactoren en persoonlijke factoren. Hierna volgt een uiteenzetting van de werking van deze factoren aan de hand van een analyse van de veldwerkgegevens uit de Turkse, Marokkaanse en Asian party scene.
Omgevingsfactoren
Programmering Alle 25 jongeren van de Turkse party scene gaven aan wegens het gebrek aan Turkse muziek in het reguliere nachtleven naar Turkse feesten te gaan. Met name voor de vrouwen was het dansen op Turkse muziek belangrijk. Zoals een van hen met grote stelligheid beweerde: ‘Als ik uitga wil ik ook helemaal losgaan en dansen op mijn eigen favoriete
95
MIGRANTENSTUDIES, 2009, NR. 1
muziek. Turkse muziek is zoveel ritmischer en melodieuzer dan RnB of Hip hop of zo.’ Dit betekent echter niet dat de jongeren van Turkse afkomst een eenzijdige voorkeur voor Turkse muziek hebben. Met name de mannen en ongeveer de helft van de vrouwen gaven aan ook naar reguliere party’s te gaan waar geen Turkpop wordt gedraaid. Zij participeerden met grote regelmaat in zowel het reguliere clubcircuit als in de Turkse party scene. Ook bij de jongeren uit de Marokkaanse scene waren het voornamelijk de mannen die aangaven aan beide scenes deel te nemen. Alle ondervraagde vrouwen waren nog nooit naar een reguliere clubavond geweest. Voor hen was niet de muziek de doorslaggevende factor maar de wijze waarop het reguliere clubcircuit georganiseerd is. De late aanvangstijden en het schenken van alcohol vormden dusdanige obstakels dat het niet aansloot bij hun levensstijl. Wat betreft de programmering van het stedelijk nachtleven was er voor de Aziatische jongeren geen reden om te kiezen voor de Asian party scene. Zowel de muziekprogrammering als de wijze waarop de party’s georganiseerd worden, komt overeen met de party’s in de Asian party scene.
Deurbeleid De laatste jaren zijn er geluiden te horen dat portiers en clubeigenaren een discriminerend deurbeleid hanteren, waardoor vooral mannen uit etnische minderheden veelvuldig de toegang wordt geweigerd. Met name mannen met een Turkse en Marokkaanse achtergrond zouden stelselmatig worden geweigerd in clubs. In Nederland zijn veel initiatieven ondernomen om het deurbeleid te verbeteren. Ee´n van die initiatieven komt van het Anti-discriminatiebureau Radar in Rotterdam. Met de oprichting van het Panel Deurbeleid, dat het deurbeleid beoordeelt en klachten over vermeende discriminatie onderzoekt, worden horecaondernemers gestimuleerd om een transparant deurbeleid te voeren. Veel steden hebben een lokaal Panel Deurbeleid opgericht dat in contact staat met clubs en het voeren van een helder deurbeleid stimuleert. Met name de Turkse en Marokkaanse respondenten lieten zich zeer negatief uit over deurbeleid. Alle Marokkaanse mannen gaven aan gediscrimineerd te worden door de portiers in het reguliere nachtleven. In tegenstelling tot de Turkse mannen die zich veelal gediscrimineerd voelden en alleen verhalen van anderen kenden die wel eens geweigerd werden, gaven de Marokkaanse mannen unaniem aan wel eens geweigerd te zijn voor de deur van een reguliere party. Zo ook deze 20-jarige jongen uit Amsterdam: ‘Ach je kent het wel, sta je in de rij en mogen anderen zo doorlopen en wil de portier bij jou ineens een pasje zien. Van een lidmaatschap of zo. Dan weet je wel hoe laat het is.’ Voor veel Marokkaanse mannen was de Marokkaanse partyscene dan ook een veilig alternatief, waar ze niet bang hoefden te zijn voor discriminatie aan de deur.
96
Simone Boogaarts: Gedwongen of vrije keuze?
Voor de meeste Turkse mannen die zelf geen ervaring hadden met discriminerend toelatingsbeleid in het reguliere nachtleven, speelde het deurbeleid geen rol in de keuze voor de Turkse party scene. Opmerkelijk genoeg gaven zij aan meer problemen te ondervinden met het strenge deurbeleid in de Turkse party scene. Volgens hen selecteren de Turkse partyorganisaties streng op kleding en op het meenemen van een vrouwelijke date (zie Boogaarts, 2008). De Turkse vrouwen die participeerden in het reguliere nachtleven gaven allen aan geen problemen te ondervinden met het deurbeleid. Ook de respondenten in de Asian party scene gaven aan geen problemen te hebben met het deurbeleid in het reguliere nachtleven.
Leefklimaat en veiligheid Een verwant gevoel van veiligheid in de ethno-party scene houdt verband met gevoelens van onveiligheid in het reguliere nachtleven. Met name de Turkse en Marokkaanse vrouwen vertelden dat ze bang waren om in het reguliere nachtleven lastig gevallen te worden door mannen uit hun eigen etnische gemeenschap. Zo vertelde een vrouw van Turkse afkomst: ‘Het is gewoon te belachelijk voor woorden, maar het zijn met name de Turkse mannen die mij lastig vallen als ik met vriendinnen naar een gewone clubavond in Paradiso ga. Die mannen zijn zo ouderwets en denken dat wij makkelijk zijn omdat we uitgaan.’ Met name de Marokkaanse vrouwen geven aan niet deel te nemen aan het reguliere nachtleven, omdat dit hun reputatie zou schaden. De mannen waren meer ambivalent in hun antwoorden met betrekking tot veiligheid in beide scenes. Sommigen gaven aan zich veiliger te voelen in de ethno-party scene, omdat ze daar omringd zijn door familie en vrienden. Aan de andere kant betekent dit ook dat als er ongeregeldheden ontstaan op een ethno party dit snel kan uitlopen op een massale vechtpartij. Anderen gaven aan zich veiliger te voelen in de ethno-party scene, omdat ze zich oneerlijk behandeld voelen in de reguliere party scene. Volgens sommigen letten uitsmijters meer op Turken en Marokkanen en worden zij bij de minste of geringste onrust uit de club gegooid. Hoewel veel Aziatische jongeren participeren in het reguliere nachtleven, gaven veel van hen aan zich meer op hun gemak te voelen tijdens een Asian party. Met name de vrouwen gaven aan veelvuldig opmerkingen te krijgen van autochtonen mannen over hun geringe lengte. ‘Laatst zei een jongen in een club tegen mij: jeetje wat ben je klein, ik neem je zo mee in mijn broekzak. Dat is toch belachelijk!’ Deze jonge vrouw van Chinese afkomst voelde zich hierdoor niet onveilig maar wel oncomfortabel, omdat ze volgens eigen zeggen liever niet wilde opvallen of nagekeken wilde worden. Gevoelens van veiligheid in de ethno-party scene worden versterkt door een
97
MIGRANTENSTUDIES, 2009, NR. 1
gedeeld gevoel van niet welkom zijn in het reguliere nachtleven.De respondenten in de Asian party scene gaven aan graag in grote groepen uit te gaan en dat ze zich dan erg opgelaten voelen als ze met vijftien tot twintig Aziatische mensen bij elkaar staan tijdens een reguliere party. De Turkse en Marokkaanse respondenten gaven aan dat de laatste jaren de spanning tussen moslims en niet-moslims is toegenomen, wat ook merkbaar is in het reguliere nachtleven. Veel van de Turkse en Marokkaanse mannen gaven aan vaker agressief benaderd te worden door autochtonen dan een aantal jaar geleden. Zo gebeurt het volgens de respondenten regelmatig dat ze opmerkingen krijgen als: ‘Jij mag toch geen alcohol drinken’ of ‘Moet je niet naar huis om te bidden’. De Turkse en Marokkaanse mannen gaven aan dat er minder tolerantie is, waardoor ze zich minder op hun gemak voelen in het reguliere uitgaanscircuit. Voor sommigen was dit zelfs een reden om vaker naar ethno-party’s te gaan.
Persoonlijke factoren Zoals eerder al aangegeven, kunnen de persoonlijke factoren onderverdeeld worden in sociale, culturele en regulatieve factoren.
Sociale factoren Bijna alle respondenten gaven aan te kiezen voor een bepaalde party vanwege de aanwezigheid van vrienden en bekenden. Volgens Northcote (2006: 10) is de functie van uitgaan onder andere de verdieping van relaties tussen vrienden. Een opvallende overeenkomst tussen de respondenten in alle drie de scenes is dat degenen met een etnisch gemengde vriendengroep zowel party’s bezoeken binnen het etnische partycircuit als in het reguliere partycircuit en dat de jongeren met een etnisch homogene vriendengroep bijna alleen maar ethnoparty’s bezoeken. Voor de Aziatische jongeren bleek de aanwezigheid van vrienden op een Asian party zeer belangrijk te zijn. Zij gebruiken de Asian party veelal als een sociale ontmoetingsplaats om hun vrienden die verspreid over Nederland wonen te ontmoeten. Volgens de respondenten voelen zij zich meer thuis op een Asian party, omdat ze daar omgeven zijn door mensen ‘die zo zijn als zijzelf’. Flirten en het vinden van een toekomstige partner speelden voor veel van de jongeren niet echt een grote rol in de keuze voor de Asian party scene. Volgens veel respondenten zijn de meeste bezoekers van Asian party’s sterk gericht op hun vriendengroep. In de Turkse party scene waren het vooral de mannen die aangaven de aanwezigheid van vrienden en kennissen belangrijk te vinden. De vrouwen waren juist veel meer gericht op hun (kleine) groep hechte vrienden met wie zij naar de party kwamen. Hoewel ze niet allemaal te spreken waren over de manier waarop veel vrouwen hun toenaderingspogingen afwezen, was de aanwezigheid van Turkse vrouwen voor de mannen een belangrijke reden om naar een Turkse party te gaan. De vrouwen wezen de mogelijkheid om
98
Simone Boogaarts: Gedwongen of vrije keuze?
een toekomstige partner te ontmoeten massaal af. Velen gaven aan niet in te gaan op de avances van onbekende mannen. Alleen als zij via wederzijdse vrienden of kennissen aan elkaar voorgesteld werden, stonden ze open voor nieuwe ontmoetingen, aangezien ze bang waren in contact te komen met ‘machomannen’. Zo vertelde een 21-jarige Turkse vrouw: ‘Tja, je weet het niet he`, soms zien ze er goed uit, maar ondertussen sluiten ze hun eigen vrouwen of zussen thuis op en komen ze op een feest om ons lastig te vallen, omdat ze ons [uitgaande vrouwen] hoeren vinden.’ Deze machomannen (die volgens alle Turkse respondenten een kleine minderheid vormen) zouden geen respect voor vrouwen hebben, hen onheus bejegenen en er alleen maar op uit zijn om de reputatie van de vrouwen te schaden. Het samen zijn met vrienden en kennissen speelde ook een belangrijke rol in de keuze voor een Marokkaanse party. Met name de jonge Marokkaanse vrouwen gaven aan plezier te hebben in het samenkomen op een party, omdat ze normaal gesproken hun vriendinnen vooral thuis en op school spreken. Hoewel een aantal vrouwen aangaf vrienden te hebben buiten de eigen etnische groep, gaven ze allemaal aan alleen met co-ethnics uit te gaan. Het praten over flirten en het ontmoeten van een toekomstige partner was niet voor alle Marokkaanse respondenten een even gemakkelijk onderwerp. Degenen die zich erover uitlieten vertelden dat flirten of u¨berhaupt contact leggen met de andere sekse een lastige aangelegenheid is in een semipublieke ruimte als een club. Veel van de jongeren gaven net als in de Asian party scene aan een eerste contact te leggen via een van de vele communitysites op internet zoals MSN, Hyves en op forumsites zoals www.Maroc.nl
Culturele factoren De link tussen identiteit en muziek wordt veelvuldig gebruikt om te verklaren waarom migrantengroepen in grote multiculturele steden vaak vasthouden aan de zogeheten etnische muziek. In zowel de Turkse als de Marokkaanse party scene zijn de intensiteit van dansen en de energie die van de dansende menigte uitgaat niet te vergelijken met reguliere party’s. Het ritme en de melodie zijn totaal anders evenals de lichaamshouding en danspassen. Vele emoties komen vrij tijdens het dansen en met name de vrouwen in beide party scenes gaven aan zich gelukkig te voelen of mooie herinneringen te krijgen tijdens het dansen. Zo vertelde een Marokkaanse jonge vrouw: ‘Als ik Shaabi hoor, dan moet ik gewoon dansen. Ik word dan helemaal gelukkig en denk nergens meer aan en ik voel me ontzettend goed.’ Zoals ik al eerder heb aangegeven, wordt er in de Asian party geen Aziatische muziek gedraaid. Hoewel een kleine minderheid zich beklaagde over het gebrek aan etnische muziek, was de overgrote meerderheid zeer tevreden met de muziekprogrammering in de Asian party scene. Muziekstijl en bijbe-
99
MIGRANTENSTUDIES, 2009, NR. 1
horende wijze van dansen spelen dan ook geen rol in de keuze voor de Asian party scene van Aziatische jongeren.
Kledingstijl Bij elke muziekstijl hoort min of meer een bepaalde kledingstijl die door middel van videoclips en commercials aan een groter publiek wordt overgedragen. Veel jongeren imiteren dan ook de kledingstijl van hun favoriete artiest. Dit was ook tijdens mijn veldwerk duidelijk zichtbaar. De Justin Timberlake en Beyonce´ look-a-likes waren veelvuldig aanwezig op Asian party’s. Deze populaire RnB artiesten werden tijdens de interviews dan ook regelmatig genoemd, wanneer ik de respondenten uit de Asian party scene vroeg hun kledingstijl te beschrijven. Zo ook een jonge man van Chinese afkomst: ‘Je weet wel, de vorige keer droeg ik een giletje en een witte blouse met daarbij sneakers, net als Justin [Timberlake] in zijn videoclips.’ De respondenten in de Turkse party scene beschreven hun kledingstijl veelal als sexy en kleurrijk. Opvallend was dat de vrouwen in deze scene zoveel tijd en aandacht schonken aan hun outfit voor een party. Ongeveer de helft gaf aan op de dag zelf nieuwe kleding te kopen en naar de kapper te gaan. Ook de mannen gaven aan voor elk Turks feest nieuwe kleding te kopen. Tijdens de interviews spraken de Turkse jongeren dan ook uitgebreid over hun eigen kleding en die van andere bezoekers. Zij identificeerden zich niet met alle bezoekers en deelden het aanwezige publiek op in kleinere groepen, waarbij ze stereotypen gebruikten als traditioneel, hoerig, macho of sletterig (Boogaarts, 2008). In de Marokkaanse scene zagen de bezoekers er weer heel anders uit. Hier geen jongedames met een laag uitgesneden shirt op een strakke broek of korte rokje. De Marokkaanse vrouwen droegen veelal lange rokken of jurken met daarboven een shirt dat hun decollete´ zorgvuldig bedekte. Deze meer verhullende kleding was meestal wel modieus of trendy. De kledingstijl van de mannen leek veel op die van de mannen in de Turkse party scene. Meestal droegen zij een pantalon of een spijkerbroek met daarboven een blouse of strak shirt. Behalve dat zij zichzelf beschreven en de andere bezoekers, spraken de respondenten ook veel over de verschillen in kledingstijl tussen henzelf en autochtonen. In alle drie de party scenes waren ze van mening dat autochtonen minder verhullende kleding dragen dan zijzelf. Ook gaven ze aan dat autochtonen over het algemeen minder moeite doen om er mooi uit te zien tijdens het uitgaan.Zo vertelde een jonge Turkse man: ‘Ze zien er mooi uit hoor, die Hollanders, maar over het algemeen zie je toch veel zwarte hemdjes en topjes op een strakke spijkerbroek met hoge laarzen en zo.’
100
Simone Boogaarts: Gedwongen of vrije keuze?
De Turkse vrouwen waren van mening dat autochtonen vaker uitgaan en het niet meer zien als een speciale gelegenheid en daarom minder tijd en aandacht aan hun uiterlijk besteden. Volgens Thornton (1995) en MacRae (2004) zoeken mensen met gelijke kledingstijl elkaar op in het nachtleven, omdat ze zich meer op hun gemak voelen tussen mensen die zijn zoals zijzelf. De kledingstijl was voor de Marokkaanse vrouwen daadwerkelijk een reden om te kiezen voor de Marokkaanse party scene. Velen gaven aan zich niet comfortabel te voelen tussen mensen die zeer sexy gekleed gaan zoals in het reguliere nachtleven. De mannen stoorden zich echter niet aan de weinig verhullende kleding van de vrouwen in het reguliere nachtleven. In de Asian party scene waren de jongeren zich wel bewust van de verschillen in kledingstijl tussen henzelf en de bezoekers van reguliere party’s, maar zij zagen dit niet als reden om niet aan het reguliere nachtleven deel te nemen.
Regulatieve factoren Hoewel veel jongeren in alle drie de scenes klaagden over de gestegen prijzen in het uitgaansleven, droeg dit niet bij aan hun keuze voor de ethno-party scene. Zowel de entreeprijzen als de drankprijzen zijn hetzelfde in het reguliere clubcircuit als in de ethno-party scene. Jongeren in alle drie de scenes gaven hooguit aan minder vaak uit te gaan, maar ze lieten de keuze voor een bepaald type party niet bepalen door de kosten. Wel een belangrijke factor in de uitgaanskeuze van vooral de vrouwen in de Turkse en Marokkaanse scene was de regulerende rol van ouders. Met name de jonge Turkse vrouwen gaven aan van hun ouders niet naar party’s in het reguliere clubcircuit te mogen. Zij kregen wel toestemming van hun ouders voor Turkse party’s, omdat zij dan onder toezicht van een oudere zus of nicht meegingen. Veel vrouwen gaven tijdens het interview aan met name restricties te ervaren in de eerste jaren dat zij uitgingen. Zo ook deze Turkse vrouw: ‘Eerst mocht ik alleen uit met mijn tante mee naar Turkse party’s. Ik vond dat helemaal niet erg, het was altijd erg leuk met haar. Maar nu zijn mijn ouders meer gewend en mag ik zelf overal heen waar ik wil en vervolgens neem ik mijn zusje weer mee op stap.’ De Marokkaanse vrouwen spraken niet over eventuele beperkingen opgelegd door hun ouders, maar zij gaven zelf aan niet te willen deelnemen aan het reguliere nachtleven, omdat de wijze waarop dit georganiseerd is niet past bij hun levensstijl. ‘Wat heb ik daar te zoeken, weet je. Het past gewoon niet bij me, in een kroeg staan, tussen allemaal dronken mensen, ik wil daar niet bij horen.’ De Marokkaanse jongemannen gaven allemaal aan dat vrouwen die ’s avonds laat niet naar een club of cafe´ gaan, niet uit mogen van hun ouders. De jongeren in de Asian party scene maakten geen enkele melding van enige uitgaansrestricties door hun ouders.
101
MIGRANTENSTUDIES, 2009, NR. 1
Conclusie De keuze die jongeren maken voor een bepaald type party wordt beı¨ nvloed door persoonlijke en omgevingsfactoren. Enerzijds zijn dit de zogeheten insluitende factoren, waarbij de specifieke kenmerken van de ethno-party scene, zoals het aanwezige publiek en de muziek, jongeren de ethno-party scene intrekken. Anderzijds zijn er ook de zogenoemde uitsluitende factoren die de jongeren de ethno-party scene in duwen, omdat ze geen toegang hebben of zich niet veilig voelen in het reguliere nachtleven. De rol die deze factoren spelen in de keuze voor de ethno-party scene, is voor de jongeren uit alledrie de scenes verschillend. De sociale structuren in de omringende samenleving speelden met name voor de Marokkaanse jongeren een belangrijke rol in hun uitgaanskeuze. Een meerderheid van de mannen en alle vrouwen gaven aan niet naar reguliere party’s te gaan. Bij de mannen speelt het deurbeleid de belangrijkste rol, terwijl de vrouwen aangaven dat een reguliere party niet past bij hun islamitische levensstijl. Ook voor sommige Turkse mannen bepaalden de omgevingsfactoren sterk hun uitgaanskeuze. Een kleine minderheid noemde het discriminerende deurbeleid in het reguliere clubcircuit en de toenemende kloof tussen autochtonen en henzelf als reden om alleen naar Turkse party’s te gaan. De jongeren in de Asian party scene ervoeren wel een andere sfeer in beide scenes, maar ondervonden geen beperkingen ten aanzien van deurbeleid of muziekprogrammering die van invloed waren op hun uitgaanskeuze. Wat betreft de persoonlijke factoren zijn in de Asian party scene met name de sociale factoren belangrijk. Vanuit het hele land komen Aziatische jongeren naar deze party’s om bij te kletsen en samen te feesten. In de Turkse party scene spelen de culturele elementen zoals muziek, dans en kleding juist een zeer belangrijke rol. Samen dansen op hun favoriete (Turkse) muziek was de belangrijkste reden op te kiezen voor een Turkse party. Voor sommige vrouwen was echter ook de regulatieve rol van ouders een allesbepalende factor in hun uitgaanskeuze. Zij kregen van hun ouders alleen toestemming om naar Turkse party’s te gaan. Veel Marokkaanse respondenten ervoeren een kloof tussen hun uitgaansbehoefte en -mogelijkheden in het reguliere clubcircuit. Hierbij speelden niet alleen culturele factoren zoals muziek en dans een rol, maar waren het vooral de regulatieve factoren die voor de vrouwen hun keuze voor de Marokkaanse uitgaansscene bepaalden. Uit voorgaande blijkt dat de wijze waarop de gestructureerde keuze voor een bepaalde scene en/of party tot stand komt niet voor iedereen gelijk is. De keuzemogelijkheden en de daaruit voortkomende handelwijze en dus de agency van individuen worden bepaald door de omgevingsfactoren en de persoonlijke factoren. Voor de Aziatische jongeren blijken de omgevingsfactoren een weinig beperkende invloed te hebben op hun uitgaanskeuze en spelen met name de persoonlijke sociale factoren een grote rol. Bij de Marokkaanse en Turkse jongeren zijn zowel de omgevingsfactoren als de persoonlijke factoren juist zeer belangrijk voor hun nachtelijke keuze.
102
Simone Boogaarts: Gedwongen of vrije keuze?
Noot *
Simone Boogaarts is als PhD-student werkzaam aan het Instituut voor Migratie en Etnische studies (IMES), Universiteit van Amsterdam. Haar onderzoek naar de keuze van etnische jongeren voor de ethno-party scene is onderdeel van een breder promotieonderzoek naar de gevolgen van de toenemende etnische diversiteit in het stedelijk nachtleven. Correspondentie:
[email protected]
1.
Met nachtleven en uitgaan wordt in deze studie het bezoeken van een club of disco bedoeld.
Literatuur Amin, A. & Thrift, N. (2002). Cities and ethnicities. Introduction. Ethnicities, 2(3), 291-300. Back, L. (1996). New ethnicities and urban culture, racisms and multiculture in young lives. Londen: UCL Press. Bennett, A. (1999). Subcultures or neo-tribes? Rethinking the relationship between youth, style and musical taste. Sociology, 33(3), 599-617. Bennett, A. (2000). Popular music and youth culture: Music, identity and place. Basingstoke: Macmillan Besley, A.C. (2003). Hybridized and globalized: youth cultures in the postmodern era. The Review of Education, Pedagogy, and Cultural Studies, 25, 153-177. Boogaarts, S. (2008). Claiming your place at night:Turkish dance party’s in Rotterdam and Amsterdam, the Netherlands. Journal of Ethnic and Migration Studies,34(8), 1283-1300. Bruin, S. de (2007). Voor elk wat wils? Agora, 4, 23-26. Brunt, L. (1996). Stad. Amsterdam: Boom. Chatterton, P. & Hollands, R. (2002). Theorizing urban playscapes: producing, regulating and consuming youthful nightlife city spaces. Urban Studies, 39(1), 95-116. Griffin, C. (2001). Imaging new narratives of youth. Youth research, the ‘new Europe’ and the global youth culture. Childhood, 8(2), 147-166. Hall, S. & Jefferson, T. (Red.) (1976) Resistance through rituals: youth subcultures in post-war Britain. Londen: CCCS. Hollands, R. (2002). Divisions in the dark: Youth cultures, transitions and segmented consumption spaces in the night-time economy. Journal of Youth Studies, 5(2), 153-171. Huq, R. (2006). Beyond subculture: pop, youth and identity in a post-colonial world. Londen, Routledge. Kartosen, R. (2004). F*ck Asians?? Column gepubliceerd op www.veryazn.nl in december 2004, ontvangen door auteur. Malbon, B. (1999). Clubbing. Dancing, ecstasy and vitality. Oxon: Routledge. MacRae, R. (2004). Notions of ‘us and them’: Markers of stratification in clubbing lifestyles. Journal of Youth Studies, 7, 55-71. Maira, S. & Soep, E. (2004). United States of Adolescence? Young, 12(3), 245-269. Miles, S. (2000). Youth lifestyles in a changing world. Buckingham: Open University Press. Mutsaers, L. (1994). Popular music studies in a new Dutch perspective conference papers, October 24, 1994, Melkweg, Amsterdam, The Netherlands. Amsterdam: International Association for the Study of Popular Music (IASPM) etc. Mutsaers, L. (1996). Van Ramona tot Ray en Anita. Migrantenjongeren en popmuziek in Nederland. Een terreinverkenning. Migrantenstudies, 12(4), 1995-210. Nayak, A. (2003). Race, place and globalization. Youth cultures in a changing world. Oxford: Berg. Northcote, J. (2006). Nightclubbing and the search for identity: making the transition from childhood to adulthood in an urban milieu. Journal of Youth Studies, 9(1), 1-16. Orlando, V. (2003). From rap to raii in the mixing bowl: beur hip-hop culture and banlieue cinema in urban France. Journal of Popular Culture, 36(3), 395-415.
103
MIGRANTENSTUDIES, 2009, NR. 1
Redhead, S. (1993). Rave off. Politics and deviance in contemporary youth culture. Avebury: Aldershot publishers. Redhead, S. (1997). Subcultures or clubcultures: an introduction to popular cultural studies. Oxford: Blackwell. Sansone, L. (1992). Schitteren in de schaduw. Amsterdam: Het Spinhuis. Shildrick, T. & MacDonald, R. (2006). In defense of subculture: young people, leisure and social divisions. Journal of Youth Studies, 9(2), 125-140. Thornton, S. (1995). Club cultures music, media and subcultural capital. Cambridge: Polity Press Wermuth, M. (1993). Van pogo tot pose socialisatie, participatie en popmuziek. Boekmancahier, 5, 38-44. Wermuth, M. (1994). Bubbelen voor pinko’s en vanilla’s etniciteit en seksualiteit in zwarte dansmuziek. Tijdschrift voor vrouwenstudies, 15, 63-78. Wermuth, M. (2002). No sell out: de popularisering van een subcultuur. Amsterdam, Aksant.
104