Nita Liem: ‘20 jaar geleden ontmoette ik David Greaves, Britse regisseur en theatergek, acht jaar lang deden we de artistieke leiding bij jongerentheater 020. David gebruikte oefeningen van Augusto Boal, de man van ‘het theater van de onderdrukten’. Ik gebruik ze nog steeds, geef ze door.’ Clearence Koorndijk, DHM danser van het eerste uur: ‘Don’t Hit Mama gaat over straatdans, het komt van een straat cultuur. Laat dat in het theater zien, op een rauwe, echte manier. De ziel van de straatdans, die maakt Don’t Hit Mama zichtbaar. Die ziel zal wel blijven bestaan ook als Don’t Hit Mama ophoudt, maar wie laat die dan nog zien.’
FULL CIRCLE ACTIVITEITENPLAN DON’T HIT MAMA PERIODE 2013 – 2014 1
FULL CIRCLE ACTIVITEITENPLAN DON’T HIT MAMA PERIODE 2013 – 2014
1 VOORAF Voor de huidige meerjaren periode is Don’t Hit Mama (DHM) door het Rijk gewaardeerd als onderzoeks- en ontwikkelinstelling. Met de nadruk op overdracht van de eigen methode van danstheater, gebaseerd op hiphop, de Afro-Amerikaanse danstradities, migranten thema’s en sociale dansvormen. DHM wordt op dat gebied gezien als een belangrijke pionier, onder de artistieke leiding van theatermaker Nita Liem en schrijver en dramaturg Bart Deuss.
INhoudsopgave
DHM ontwierp de afgelopen jaren nieuwe theaterformats, waaronder het opvallende concept van het clubevent, een danstheater feest dat DHM ten voeten uit is. Met Full Circle (2011) was de cirkel rond: uit Amerika meegenomen inspiratie over clubdance wordt in eigen land in een clubevent gevat, compleet met beelden uit New York en van dansende voorouders. Nita Liem: “Afro-Amerikaanse dans wijst altijd terug naar Afrika, moeder aarde. Respect voor de bron, ofwel: don’t hit mama.”
1 VOORAF
Nita Liem – van Indochinese komaf – volgde in Amsterdam een opleiding voor docent dans. “Ik ontdekte eind jaren tachtig de schoonheid en noodzaak van op straat dansende Surinaamse en Antilliaanse jongeren. Met die ‘dans van de straat’ kon ik goed theater maken met jonge mensen. Dat theater ging natuurlijk ook over mijn eigen gefragmenteerde migrantenzijn.” Zo ontwikkelde ze haar eigen danspraktijk. Bart Deuss groeide op in voormalige Nederlandse koloniën. “Ik herkende in het werk van Nita Liem de aangename onrust van het ontworteld zijn. Als mede-onderzoeker en benoemer van haar werk ontwikkelde ik een eigen manier van dans dramaturgie. Gebaseerd op migranten verhalen en sociale dans, die uiteindelijk ook mij helpen om als ‘wereld Nederlander’ met postkoloniale stress, te aarden.”
2 AMBITIE 3 METHODIEK – het clubevent als toonbeeld 4 TALENTONTWIKKELING
Na meer dan tien jaar van onderzoek, voorstellingen, studiereizen en investeren in talentontwikkeling breekt voor DHM een nieuwe fase aan. Het prof ileert zich de komende jaren uitdrukkelijk als culturele facilitator: wegbereider voor jonge hiphoppers in het theater. Na de vele investeringen in alles wat urban wordt genoemd, is het in een tijd dat bezuinigingen tot veilige keuzes leiden, juist nodig om deze dans ader door te laten werken.
5 POSITIE 6 SAMENWERKING
DHM besteedt structureel veel aandacht aan talentontwikkeling. In de komende periode steekt het daar bijna 70% van haar budget in. DHM werkt in zorgvuldige trajecten aan samenhang en bewustwording. Het maakt jonge, veelal autodidactische dansers bewust van hun – theatrale – kracht. En als je talent ontwikkelt, jonge dansers prikkelt, dan verdient dat ook een podium om het te tonen. DHM werkt met allerlei soorten dansers en talenten, van jong tot ouder, van amateur tot prof. Dat vinden we bij uitstek een voorbeeld van cultuurparticipatie. Hieronder leggen we uit op welke principes en ideeën ons werk drijft, wat onze positie in het veld is en hoe de activiteiten de komende jaren eruit zien.
7 AANBOD 2013 – 2014 vooruitblik 2015 - 2016
8 WERVING EN PUBLICITEIT 9 ORGANISATIE
2
Shailesh Bahoran (28) Route: van jonge danser, dansdocent, trainer, scout, en onderzoeker naar maker. Van hiphop scene naar theater, via DHM naar andere gezelschappen, met het doel om eigen werk en eigen hiphop scene er beter van te maken.
UITSPRAKEN DANSERS “De scene waar het ontstaat, is het broeinest (…) zolang je daar connectie mee blijft houden, is het goed.” “Bij DHM horen hiphop, improvisatie, clubevents, familie gevoel, het is geen gesloten groep, als je iets te melden hebt dan ben je welkom.” “Er moet een podium zijn voor de realness, het echte werk. Dat is waar DHM een podium voor biedt.” “Er is altijd sprake van onderzoek, het is nooit af. Een experimentele aanpak. De talenten en de hersens van iedereen worden benut.”
2 AMBITIE
3 METHODIEK - het clubevent als toonbeeld
DHM heeft zich onderscheiden in werk met en voor de gemeenschap, specif iek met jonge mensen, in het ontwikkelen van talenten en als autonome kunstproducent met een experimentele, vernieuwende aanpak. Deze drie vormen de unieke mix die maakt dat het werk midden in de maatschappij staat. We hebben de verantwoording om deze krachtige middelen, intensiever dan voorheen, te tonen, te documenteren en door te geven. We gaan intensieve samenwerkingen aan en beschouwen daarbij Afro-Amerikaanse dans – waaronder hiphop valt – niet als kunstje maar als theatertaal. We streven naar inzet van urban dans ‘die hout snijdt in het theater, die laat zien dat invloeden elkaar wonderschoon kunnen bekrachtigen. Over een spiegel van de samenleving gesproken.’ (Sander Hiskemuller, TROUW over In 2 Worlds van DHM - 2010) We stellen ons de volgende ambities:
Vanaf 2004 ontwikkelde DHM het clubevent, een format dat in de vorm van een mobiele danswerkplaats, onze methodiek uitdraagt. Het is een huwelijk tussen clubdans en theater, met een veelheid van partijen, en met gebruik van leersystemen, ontleend aan Afro-Amerikaanse dansen muziekprincipes. Die verschillen in vele opzichten van de formele leersystemen zoals we die in Europa kennen.
1)
Versterken van talentontwikkeling & educatie en van de Research & Development producten. DHM ontpopt zich steeds meer tot het f lexibele kenniscentrum van de op Afro-Ameri- kaanse tradities gefundeerde danskunst. Het doet dat door ‘inwoning’ bij verschillende partners, en door ‘samenscholing’ met talentvolle dansers. Zo zetten we onze expertise in op allerlei plekken. Dat leidt tot meer output en meer structuur in de talentontwik- kelingstrajecten.
2)
Voeding uit internationale netwerk van DHM inzetten voor de Nederlandse praktijk. We halen waardevolle informatie uit de VS, Afrika en Azië, organiseren internationale uitwisseling en brengen dansspecialisten naar Nederland. En zorgen dus voor verster- king van internationale samenwerking, netwerken en kennisontwikkeling. Zelfkennis krijg je door je geschiedenis te doorgronden. Voor Nederland, met zijn koloniale verleden, zijn daarmee samenhangende diversiteit en zijn hiphoppende jongeren, betekent dat dat er belangrijke informatie te vinden is in de continenten die DHM bereist.
3)
Het intensiveren en kapitaliseren van de bestaande maatschappelijke binding; met organisaties en bedrijfsleven waar DHM inhoudelijk aansluiting mee heeft. Op inhoudelijke argumenten verbinding maken met maatschappelijke partijen en be- drijven, dat versterkt onze waarde en positie in Amsterdam en Nederland. Dat maakt (dans)kunst tot maatschappelijk fenomeen dat handelt over zaken als in- en uitslui- ting, openheid en tolerantie.
De New Yorkse organisatie Hip Hop Project heeft het over: ‘een totaal en compleet getransformeerd opvoedingssysteem (…) waarin jongeren en volwassenen samenwerken om vernieuwende modellen te ontwerpen waarin opvoeding, vermaak en jongeren cultuur samen smelten.’ DHM noemt dat de driehoek van entertainment, ritueel en theater. Door jezelf te vermaken, je met elkaar te onderhouden, kunnen mensen zichzelf zijn, zichzelf laten zien. Dansen en feesten hebben ook een rituele waarde: ze vieren het leven. In het theater geven we vorm aan deze aspecten. Voor een korte impressie van en uitleg over ons clubevent zie (2’34”): http://www.youtube.com/watch?v=r8ORsDh46LA&feature=youtu.be In het clubevent staan professionele en amateurdansers, met allerlei urban stijlen, samen met het publiek op de vloer. Een DJ zorgt voor een levend, muzikale raamwerk. Het publiek begeeft zich in het clubevent als in een installatie, waarin van alles mogelijk is, inclusief meedansen maar dat is nooit verplicht. Dit concept brengt in een snelkookpan bereiding al deze partijen, van verschillende generaties, samen. Die maken een reis langs verschillende dansstijlen en –verhalen. Lering en vermaak gaan hand in hand. De kunst van de artistieke leiding schuilt in het aansturen van dit proces. Onderzoek in New Yorkse house dance clubs leverde hen daarvoor bruikbare sleutels. Danshistorica Sally Sommer (NYC)*, zegt het simpel: ‘mensen komen daar [in de club] om te dansen, om het leven aan te kunnen, om zichzelf uit te drukken.’ * maakte over deze scene de historische documentaire Check Your Body at the Door: www.checkyourbodyatthedoor.com DHM ontleent zijn methodiek aan principes van de Afro-Amerikaanse ofwel zwarte, sociale dans: - Dans en ritme: typerend voor deze stijl is dat verschillende ritmes – tegelijk – door verschillende lichaamsdelen worden gedanst (polyritmiek). - Ontmoeting: tussen mensen op de vloer, tussen publiek en dansers, tussen verschil- lende dansvormen, tussen theater en dans. - Verbinding: met jezelf, met elkaar. - Improvisatie: de kracht om je te kunnen redden in het moment zelf, om creatief en innovatief te zijn.
We zetten met onze plannen voor de komende jaren stevig in, in een tijd waarin de gevolgen van de economisch recessie niet zijn in te schatten. Het is een uitdaging om op creatieve wijze publiek en afnemers te werven, faciliteiten en kennis te delen en andere f inancieringsbronnen aan te boren. Daardoor betaalt de waarde van de gevraagde investering van het Fonds voor Cultuurparticipatie zich ruim terug. De hieronder toegelichte plannen rusten op ruime ervaring sinds de jaren tachtig, en een daarop gebouwd beleid.
De cirkel is bij dit alles essentieel. Het is, behalve de oervorm van de theatrale vertelling, de dans en het ritueel, ook het symbool van verbinding en samenkomen. De ontmoetingen van dansers in onze clubevents leidt in de praktijk vaak weer tot nieuwe samenwerkingsverbanden. Het clubevent is een mobiele danstheater werkplaats. Voor jonge DHM dansers is het een leer werkplek waar ze hun eigen danskwaliteiten ontwikkelen. Ook leren ze te werken met de lokale jonge amateurdansers uit de steden waar wordt gespeeld. Door materiaal met hen te maken en deze amateurdansers voor te bereiden op hun rol in het clubevent. Voor de lokale jonge dansers is er rondom de voorstellingen zelf een talentontwikkelingstraject
4
van 6 sessies – inclusief auditie en voorstelling. Jonge (niveau I) en meer ervaren (niveau II) dansers van DHM functioneren daarin als trainers. De jonge amateurdansers maken op deze manier kennis met theater en dans; krijgen een impuls om zichzelf te tonen op toneel. Sommigen vervolgen daarna hun weg in het theater.
praktijk op leren bouwen; de zogenaamde dance practitioners. Voor het verder ontwikkelen van talent gelden als belangrijke aandachtspunten persoonlijkheidsontwikkeling en leiderschap. Allebei nodig als je op hoger niveau gaat doorgeven, als je op een authentieke manier dansers wilt aansturen en al helemaal wanneer je ambitie hebt om zelf werk te gaan maken.
Bij elkaar werken er in het clubevent 15 tot 20 dansers, in een korte tijd, toe naar de voorstelling. Die speelt zo’n 20 keer. De korte maaktijd en het feit dat de lokale jonge dansers per stad wisselen, veroorzaakt een intense dynamiek, die vraagt om inventiviteit en improvisatie vermogen. De artistieke leiding en de ervaren DHM dansers, omringd door het ervaren productie team, weten daarvoor de juiste omstandigheden te scheppen. In al onze andere activiteiten komen de hierboven genoemde principes steeds terug. Een uitleg van alle facetten van het clubevent is te zien op (13’14”): http://youtu.be/WVJELi_46bk)
Clearence Koorndijk (35, begonnen bij Nultwintig) daarover: ‘Alles komt voort uit het werk met David [Greaves, artistiek leider Nultwintig] en Nita: hoe je met mensen omgaat, hoe je ze krijgt waar je ze hebben wilt. Dat persoonlijke werk, het proces, is het belangrijkst. Het gaat om schoonheid, van binnen en van buiten, en het werk gaat met heel veel liefde gepaard.’ Het principe van de peer die zijn leeftijdgenoten traint en van de senior die jonge talenten aanpakt, omdat hij zelf weet waar ze vandaan komen; dat zijn onmisbare pilaren voor het werk van DHM.
4 TALENTONTWIKKELING
TALENTONTWIKKELING IS MAATWERK De danspraktijk, geënt op sociale dansinvloeden buiten Europa, is veel minder gestandaardiseerd dan bijvoorbeeld de klassieke of de moderne dans. Dat vraagt om f lexibele coaching en maatwerk.
Hiphop danser en -docent, werkte bij DHM in 2006 t/m 2008: ‘Ze leren je niet van alles aan maar beginnen met de vraag wie jij bent, wat zijn je kwaliteiten. En vanuit die kwaliteiten werken ze met je, om die te ontwikkelen. De ontwikkeling van jezelf als danser, dat is typisch DHM.’
DHM versterkt haar talentontwikkeling door: - Haar methodiek nadrukkelijker te documenteren - Intern via de zogeheten ‘samenscholing’ de overdracht te versterken - Zakelijk en organisatorisch advies te geven aan de jonge dance practitioners in spe - Meer in samenwerking met verwante partners te opereren
Trajecten van talentontwikkeling In het schema op de volgende pagina valt te zien welke trajecten er bij DHM plaats vinden. Jaarlijks wordt een kleine groep dansers (DHM dansers niveau I) op maat begeleid. Een wat grotere groep van jonge talenten (lokale jonge dansers) krijgt een minder intensief traject. Dan is er daarbuiten nog een cirkel van kennismakingsmomenten zoals bijvoorbeeld in de jaarlijkse openhuis trainingen en de masterclasses. Voor dat laatste trekken we binnen- en buitenlandse namen van formaat aan. Bijna alle in het schema genoemde dansers komen elkaar tegen in bijvoorbeeld de clubevents, maar ook worden DHM dansers (van de niveaus I en II) ingezet voor de open-huis training en de consultancy activiteiten. DHM dansers blijven meerdere jaren verbonden aan onze projecten, stromen uit en komen weer terug, groeien door als zelfstandige dance practitioner.
De samenwerking met kunstvakopleidingen en collega gezelschappen leidde in het verleden al tot het doorstromen van dansers (autodidacten) naar dansopleidingen en het werkveld. Dat betrof veelal dansers die zich bekwamen als docent. Ondernemerschap is een aandachtspunt: juist dansers uit het hiphop veld hebben op dat gebied ambities. Ook stromen deelnemers aan onze trajecten af en toe door naar beroepen in de sociale sector. DHM ambieert in de komende periode eveneens potentieel maaktalent door te laten stromen. Daarbij staat niet kwantiteit maar kwaliteit voorop.
Keten & alternatieve doorlopende leerroute DHM voorziet in een ‘urbane’ dansketen van onderaf, met vertakkingen naar opleidingen. DHM biedt een alternatieve leerroute voor jong talent, dat via onze projecten ervaring op doet door zich te presenteren en te verhouden met meer ervaren dansers en makers. Tussen die alternatieve leerroute en de formele kunstvakopleidingen maken we verbindingen. Dansers die bij ons zijn begonnen, stromen door naar dansopleidingen of naar werk in het veld [zie de voorbeelden van track records op de pagina’s 3, 9 en 11]. In haar gastlessen op de AHK (opleiding Docent Dans) zet Nita Liem regelmatig DHM dansers in. Zo brengen danstalenten van buitenaf informatie over hun danspraktijk en –esthetiek binnen en doen tegelijk ervaring op in het doceren binnen een academische omgeving.
Talentontwikkeling en educatie DHM beschikt over veel aanbod voor talentontwikkeling en educatie. Het educatief aanbod rond de voorstellingen wordt doorgaans samen met DHM dansers en makers ontwikkeld. Het is gericht op leerlingen van VMBO, HAVO/VWO, met een nadruk op het VMBO segment. Een goed voorbeeld hiervan was het intensieve traject bij de voorstelling Zwanenmeer Bijlmermeer II in 2009, zie volgende link (6’07”): http://www.youtube.com/watch?v=QM4egP0iE8A
Profiel Bij DHM kunnen we het talent van een danser ontwikkelen als die uit de voeten kan met de in ‘Methodiek’ genoemde principes van de zwarte, sociale dans. Als hij of zij zich een dansidioom weet toe te eigenen en de ambitie heeft om zichzelf en die dans te ontwikkelen in een theater setting. Degene die met succes een of meerdere trajecten heeft gevolgd bij DHM is herkenbaar aan een eigenwijze attitude, is creatief, heeft theater persoonlijkheid en is hongerig naar nieuwe wegen. DHM wil danstalent ontwikkelen tot zelfstandige, mondige dansers die hun eigen beroeps-
5
5 POSITIE
zie afbeelding Don’t Hit Mama in het veld, pag 7
Pioniers Vanaf begin jaren negentig pionierde Nita Liem, samen met haar artistieke partner David Greaves, met jongerendanstheater bij Nultwintig. Flink wat jongeren uit die tijd zijn nu professionele spelers in de culturele sector: Jörgen Tjon A Fong (programmeur Stadsschouwburg Amsterdam, Urban Myth), Glenn Faria (Flinke Namen), Soundos Toumi (stand up comedy), Jolanda Spoel (artistiek leider toneelgroep Siberia). Ook zijn er dansers meegegroeid met DHM. Deze in de praktijk opgeleide practitioners kennen de straat, hebben een natuurlijke band met diversiteit, zijn vertrouwd met verschillende perspectieven op deelname aan de Nederlandse samenleving. Vanwege hun afkomst gebruiken ze vaak intuïtief de principes van sociale, zwarte dansvormen. Verbinder DHM kent zowel het hiphop veld als het theatercircuit goed. Het met elkaar verbinden van die werelden is een uitdagende klus. We doen dat op allerlei niveaus, zowel richting grote culturele spelers (Het Nationale Ballet, recentelijk Het Muziektheater/De Nederlandse Opera) als het kunstvakonderwijs (onder andere de AHK, Dans). Vanwege de afstemming tussen aanbieders van danstheaterwerk met urban invloeden, nemen we deel aan het Amsterdamse Urban Dansoverleg in Paradiso. En we initiëren een programmerings- en productieoverleg met verwanten uit de urban sector. Lokaal en nationaal In Amsterdam en omstreken hebben we een lokaal netwerk, met partners als Nowhere, Bijlmer dansgroepen en initiatieven, ondernemende dansers met eigen studio’s, podia’s als Melkweg, Paradiso, MC en Bijlmer Parktheater. Daarnaast haalt DHM spelers uit het hele land. Er zijn hechte banden met hiphop crews zoals Illusionary Rockaz Crew (Utrecht), Hustle Kidz (Tilburg), Moyo Tribe (Den Haag), Extra Ordinary Gentlemen (Enschede), met het HipHopHuis uit Rotterdam en makers als Lloyd Marengo. Na een eerdere samenwerking met Danshuis Station Zuid wil deze zuidelijke dansinstelling clubevents programmeren in de zuidelijke provincies. Er zijn contacten met Dynamo/Hiphoplab 040 in Eindhoven. We presenteren ons werk en de trajecten er omheen, in tien provincies. Internationaal In New York werkt DHM samen met het Hip-Hop Theater Festival, en een netwerk van house dansers en hiphop specialisten, waaronder danshistorica Sally Sommer (over de gave van hiphop dans (0’26”): http://youtu.be/VnGfBgjL_PQ). In Senegal werken we met Ecole des Sables van Germaine Acogny. In Frankrijk is er contact met de Frans-Algerijnse maker Heddy Maalem. Engelse contacten zijn er onder andere met Funmi Adewole en Baba Israel (Contact Theatre, Manchester). We zijn in gesprek met het Erasmus Huis in Jakarta en het Tempo Festival in Rio de Janeiro. Al deze partijen doen op hun manier trajecten met jonge danstalenten. Dit netwerk draagt op essentieel niveau bij aan ons werk in Nederland. Maatschappelijk Ons werk gaat over gevolgen van migratie en mechanismen van uitsluiting. Professionals uit de jeugdhulpverlening zijn nuttige kennisbronnen en sparringpartners. Met Bureau Beschermjassen (Kitlyn Tjin A Djie, systeem therapeut) bestaat een lang, waardevol contact. Voor de productie War & Peace (2013) spreken we organisaties als War Child en Pax Christi aan. Het clubevent Axé! nodigt uit tot partnerschap met instellingen uit de hoek van religie en diversiteit. Met het betrekken van journalisten, beschouwers en andere externen deden we goede ervaringen op bij Take it to the Bridge (2011). Ons theaterwerk nodigt uit tot maatschappelijke betrokkenheid, en bevordert ook op die wijze de participatie in cultuur.
“Ik voelde me gelijk thuis, het is een heel vrije omgeving, waarin veel van jou wordt gevraagd in plaats van dat anderen je vertellen wat je moet doen.”
6
7
6 SAMENWERKING DHM werkt veel samen. Dat is organisch ontstaan, de meeste samenwerkingsplannen komen voort uit bestaande contacten. De meesten van hen worden in het vragenformulier onder 2.2 d genoemd. Ter specif icatie lichten we er hier enkelen uit, gegroepeerd in een paar categorieën. HIPHOP SCHOLEN EN -INITIATIEVEN HipHopHuis Rotterdam DHM heeft een historische band met mede oprichter Lloyd Marengo. Die begeleiden we artistiek en productioneel in zijn maakambitie, die we van groot belang achten. Op gebied van het produceren van voorstellingen ondersteunen we, op hun verzoek, het HipHopHuis. Solid Ground Movement DHM verzorgt gasttrainingen en scout jonge dansers bij Solid. Deze hiphop school in Amsterdam staat onder leiding van Alida Dors en Bryan Druiventak. Jonge dansers kunnen doorgroeien bij DHM. Solid erkent DHM als een verwante senior partij, die de nodige kennis kan inbrengen. TALENTONTWIKKELAARS Nowhere DHM levert trainers voor Nowhere activiteiten. Draagt bij aan het coachen van jong talent, en ondersteunt met eigen expertise de presentatie van zulk talent op podia. Op directieniveau is er structureel overleg over talentontwikkeling in Amsterdam. Dynamo/Hiphoplab 040 In dit jongerencentrum met een presentatieplek, trainen veel dansers bij het Hiphoplab 040. DHM support de bovenlaag van danstalenten op het ontwikkelen van theatrale kwaliteiten. Tegelijk scouten we dansers voor onze projecten, waaronder de clubevents. KUNSTVAKOPLEIDINGEN EN WERKPLAATSEN AHK / Theaterschool: opleiding Docent Dans, 5 o’clock class / Codarts / Artez In het kunstvakonderwijs legt DHM verbinding met de beroepspraktijk. Het levert daartoe leerconcepten aan. DHM confronteert haar visie en methodiek met dansacademies. In Amsterdam ontstond een boeiende driehoek tussen DHM, AHK en Ecole des Sables in Senegal. (Germaine Acogny over hiphop en traditie, AHK 2009 (2’10”): http://www.youtube.com/watch?v=8m2Ijg8UpCI) PODIA MC Theater DHM monteert om het jaar een clubevent in MC, en werkt samen aan talentontwikkeling. De leiding van beide partijen vinden urban art en diversiteit van groot belang voor de culturele, grootstedelijke dynamiek. We zijn met onze kennis en ervaring een goede aanvulling op MC. Bijlmer Parktheater DHM komt elk jaar met een clubevent naar de Bijlmer. Deze buurtaccommodatie staat in de zwartste buurt van Amsterdam – het laboratorium voor diversiteitsvragen. Er komen veel dansers van DHM vandaan. Door regelmatige aanwezigheid in BPT houden we binding met deze buurt.
Honey Eavis (33) Route: Van schoolproject, jongere, beginnende danser, peer-educator naar dansdocent, trainer, begeleider van culturele en kunst projecten met jonge mensen. Coacht jeugdleiders in de Bijlmer. Speler en daarna ook docent bij Siberia. Traint daar nu stagiaires voor educatie werk.
8
7 AANBOD 2013 - 2014
2013
AXE! - CLUBEVENT 1, ism Teatro Munganga – FEB - JUNI Clubevent gebaseerd op candomblé (religieuze traditie uit Brazilië). Teatro Munganga als partner met beeldende theaterstijl, specifiek Braziliaans perspectief.
Het aanbod van de komende twee jaren bestaat uit (inter)nationale coproducties en clubevents. Elk jaar staan beiden op het programma. Daarnaast doet DHM aan overdracht en uitwisseling en aan consultancy: DHM reageert op een verzoek om het inbrengen van expertise, zoals bij de AHK en Nowhere, die gastlessen van dansers of makers van DHM inhuren. Een uitbetaling van de opgebouwde ervaring, die voor de komende periode tevens extra inkomsten oplevert. Het uitwerken en vastleggen van onze methodiek is deze periode van groot belang; het is nodig voor alle hierboven omschreven activiteiten. In de artistieke machinekamer van DHM documenteren we de ‘diaspora van de hiphop’: de route van Afrika, via de VS en met tussenstops in Azië en Zuid-Amerika, naar de Nederlandse smeltkroes. Research & Development zijn voor DHM erg belangrijk.
WAR & PEACE – INTERNATIONALE COPRODUCTIE ism Ecole des Sables – JUNI [maken in Senegal] SEPTEMBER t/m begin NOVEMBER: tournee in Nederland en België Met Senegalese en Nederlandse hiphop dansers. Over oorlog met elkaar en jezelf. Maatschappelijke organisaties (zoals IKV Pax Christi) worden vanwege het thema bij het randprogramma betrokken PILOT PROJECT IN ERASMUS HUIS | JAKARTA – NOVEMBER / DECEMBER Uitwisseling met Nederlandse en Indonesische dansers, leidend tot presentatie in het Erasmus Huis Jakarta
Het benutten van de mogelijkheid om maatschappelijke organisaties te betrekken bij ons werk, leidt tot reflectie op ons werk, vanuit een specifieke, maatschappelijke invalshoek. Het ontsluit nieuwe publieksgroepen en opent op termijn andere afzetmogelijkheden (trainingen aan organisaties of bedrijven) en daarmee nieuwe inkomsten. Aan al deze bezigheden zijn talentontwikkeling trajecten verbonden. Hieronder een compact overzicht van de uitgezette projecten.
2014
FATHER FATHER – jan - maart Herneming van succesvolle productie van Lloyd Marengo IN MY POCKET – april mei pilot van kleine, mobiel club event [samen met Samenscholing & studenten kunstvakopleiding] IN MY POCKET – sept t/m okt [10 tot 15 speelbeurten] Kleine schooltournee VERVOLG PROJECT ERASMUS HUIS JAKARTA of DANCIN’ IN THE STREET – nov / dec Symposium rondom werk van DHM, samen met Franse krump dansers die werken met Cie Heddy Maalem
Vooruitblik 2015 – 2016
Na 2014 zet DHM de lijn van de clubevents door en werkt het aan voorstellingen, al dan niet in coproductie met buitenlandse partijen. Samen met nationale hiphop partijen gaan we in 2015 een voorstelling maken, geënt op het club event concept, dat in enkele grote steden in serie speelt. Werktitel BIG TOWN. Doel is om in 2016 opnieuw internationaal te coproduceren en het format van de interne Samenscholing te hebben opgezet, beschreven en ontsloten voor derden. Zodat onze methodiek ontwikkeling en wijze van talentontwikkeling een herkenbaar product is geworden.
“Het is altijd wel rauw, niet super gelikt, vind ik wel goed. Het zijn echte mensen, je ziet hoe ze echt bewegen, er zit bezieling in.”
9
Remy Tilburg (22) Route: van scholier, jonge beginnende danser, naar betaald danser. Deed mee aan So you think en The ultimate dance battle. Nu dansstudent op HBO niveau, verdient als danser, choreograaf en docent. Zie (1’09”): http://www.youtube.com/ watch?v=fgi2NEvK5KM
Sayonara Prika (25) Route: van jongere, via semi-prof naar prof. Via hiphop instellingen bij DHM aan de slag, theateropleiding gedaan. Profileert zich nu als volwaardige performer en docent. Goede link naar Solid Ground Movement. Via DHM bij Teatro Munganga gespeeld.
8 WERVING EN PUBLICITEIT
9 ORGANISATIE
Onze contacten in het urban dans veld voorzien ons van nieuwe talenten, voor de ontwikkeltrajecten en de voorstellingen. Talentontwikkeling en presentatie grijpen in elkaar. Het bereik van deelnemers is tegelijk ook een nuttig instrument voor het bereiken van publiek. DHM veroorzaakt een toestroom van nieuw en jong publiek naar het theater. We enthousiasmeren autodidacten uit de hiphop en house dance voor het maken van theater, en die ontwikkelen daardoor meer interesse voor podiumkunsten. Ze krijgen sowieso door dat wat zij doen ook een vorm van kunst is.
DHM functioneert vanaf 2009 met een vast team. De voordelen van die structurele basis betalen zich inmiddels uit. Juist ook in de omgang met onze informele netwerken van dansers. De communicatie met deze netwerken, veelal opgebouwd door de artistieke medewerkers, wordt gedragen door de organisatie zelf. Bureau coördinator Nienke Wulder voert PR via de dansers en hun kring van collega’s en vrienden. Zakelijk leider Meinke Noordam onderhoudt contact met dansers. Ondersteunt hen in het organiseren van hun opstartende beroepspraktijk. Tegelijk levert zakelijk en organisatorisch overleg met collega instellingen bruikbare informatie op over de zakelijke handel en wandel in het hiphop circuit.
Werving is een intensief onderdeel van ons werk. Voor de bewerkelijke clubevents scannen we iedere speelplek op aanwezige dansgroepen en –initiatieven. We spreken het plaatselijke theater aan op hun netwerk. Hiphop crews, dansopleidingen, collega’s in de talentontwikkeling, zijn allemaal potentiële partners. We laten met dit soort aanpak en events iets achter in de speelplaatsen, waar anderen op voort bouwen en waar wij zelf op terugkomen bij een volgend bezoek. Zo hangen werving, PR en talentontwikkeling nauw samen.
Het personeelsbeleid richtte zich de afgelopen jaren op opbouw, continuïteit en organische vormgeving. Het formaliseren van de tweekoppige artistieke leiding is daarvan een voorbeeld. Nita Liem en Bart Deuss hebben samen Don’t Hit Mama opgericht en voeren in de praktijk gezamenlijk de leiding. Hun benoeming erkent dat, zonder dat dit overigens tot meer fte’s of hogere salariskosten leidde. Per project wordt het werk van DHM geëvalueerd. Het team reflecteert per kwartaal over zijn functioneren en er wordt geïnvesteerd in gerichte bijscholing voor de vaste bemanning. Op gebied van diversiteit scoort DHM, op de vloer en daaromheen, ook in publieksbereik, zeer goed.
In PR terminologieën spreekt men van het ontstaan van ‘communities’, groepen van mensen die elkaar weten te vinden, rond een smaak of voorkeur voor bepaalde kunstuitingen. Die daar elkaar van op de hoogte houden via sociale media. Die zijn dus in toenemende mate van belang om extra aandacht en potentieel publiek te genereren.
Wat betreft huisvesting is DHM tevreden met zijn uitvalsbasis in Amsterdam Oost, in cultuurpand Nowhere. We zijn een flexibele, mobiele organisatie, met relatief lage vaste lasten. We huren faciliteiten bij derden en zitten zo vaker tussen anderen, minder op ons eigen eiland.
De hiphop dansers die we werven, zijn voor theaters een nog relatief onbekende doelgroep. DHM brengt niet alleen nieuwe publieksgroepen naar het theater maar ook nieuwe manieren om die te bereiken. Dat bevordert de cultuurparticipatie door een jonger en meer divers publiek. Overigens speelt DHM het liefst voor een gemengd publiek, van jong en oud, theaterliefhebbers en hiphop fans. Voor een afspiegeling van de hele samenleving.
11