RELATIEMAGAZINE VAN HET OPENBAAR MINISTERIE | nr 03 | JAARGANG 17 | maart 2011
Opstelten: 'Ik hou wel van een beetje tempo' Fraude met Pardonregeling aangepakt Landelijk Parket over schrijnende mensenhandel
Haperende slagbomen
OM treedt op tegen koperdieven
Een politieman helpt een man oversteken. De slagbomen van elf spoorwegovergangen op het treintraject Roosendaal-Breda kunnen niet meer omhoog doordat dieven in Etten-Leur 20 tot 30 meter koperkabel hebben weggeknipt. De samenleving wordt steeds vaker geconfronteerd met koperdiefstal. Koper wordt gestolen van bouwplaatsen, uit leegstaande panden en zelfs van treinsporen. Door koperdiefstal kunnen gevaarlijke situaties ontstaan. Afhankelijk van de zaak kán de officier artikel 351 Sr. ten laste leggen: beschadiging van werken van openbaar nut/ landsverdediging. “Hij die de spoorweg (…) vernielt of beschadigt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste drie jaren of geldboete van de vierde categorie.” Foto: ANP Photo/Robert van den Berge
2 | In Naam beeld artikel - Opportuun - Opportuun 3 - maart 4 - mei 2011 2010
Opportuun 4 - mei 2010 - Naam artikel | 3
'Alleingang'
6
De minister van Veiligheid en Justitie Ivo Opstelten wil af van formulierengekte en registratiedrift. Hoe organisaties dat gaan aanpakken, daar bemoeit hij zich niet al te nadrukkelijk mee. Hij treedt op als hij het gevoel heeft dat de keten er niet uitkomt. ‘Want sámen moeten ze het doen, een Alleingang is nooit goed.’ Interview met Opstelten waarin hij geen blad voor de mond neemt
Roekeloos rijgedrag
10
In een feestelijk begonnen oktobernacht krijgt een club vrienden een vreselijk auto-ongeluk tussen Wassenaar en Den Haag. De twee die in de achterbak zaten, overleven het niet. In de zaak die volgt, eist officier Fridolijn Kuipers een straf voor 'roekeloos rijgedrag'. De bestuurder gooide voor het fatale moment meerdere keren het stuur om als grap. Dat de jongen uiteindelijk een werkstraf kreeg, zit Kuipers niet dwars. Een verhaal over een emotionele zaak
Mensenhandel
16
Bij het Landelijk Parket is het volgens de medewerkers 'minder hectisch dan bij een arrondissementsparket’. De zaken zijn groot, je werkt er meer projectmatig. Mensenhandel en -smokkel zijn de misdrijven waarbij vrouwen van over de hele wereld zich vaak niet durven laten redden uit mensonterende situaties. Daarom staat aanpakken van de internationale organisaties bovenaan.
Bewustwording
Inhoud
Veilig Verkeer Nederland komt regelmatig in contact met nabestaanden of betrokkenen bij ernstige verkeersongevallen. De reactie is altijd dat men dacht dat hen of hun dierbaren niets zou overkomen: verkeersveiligheid is een vanzelfsprekendheid recht toch? Na een ongeluk willen ze wel van de daken schreeuwen dat deelnemen aan het verkeer geen spelletje is. Zo hopen ze anderen het onbeschrijfelijke leed dat hen is overkomen, te besparen. Bij Veilig Verkeer Nederland zetten we ons in om iedereen veilig over straat te laten gaan. Dat doen we met name door educatie en voorlichting over gedrag. Preventief, dus. Het OM (zie pag 10 van dit magazine) speelt als handhaver een grote rol nadat een ongeluk heeft plaatsgevonden. Maar ook het OM zou meer kunnen doen in het kader van de bewustwording. We kennen in Nederland al het project Boete of Kanskaart, een leerstraf voor jonge plegers van alcoholdelicten. Een dergelijk traject zou eveneens kunnen worden opgezet voor jonge verkeershufters. VVN beschikt over de nodige expertise op het terrein van gedragsbeïnvloeding. Die kennis is een bruikbaar hulpmiddel bij de opzet van een dergelijk programma en natuurlijk zijn wij bereid daar aan mee te werken. Voor alles gaat het er tenslotte om dat een volgend ongeval wordt voorkomen en dat de zogenaamde stoere jongens zich bewust worden van hun ontoelaatbare roekeloosheid. Linda van der Eijck Directeur Veilig Verkeer Nederland
Een kijkje in het Place Vendôme in Zwolle
Cold case
30
Gemiddeld een op de drie onopgeloste moordzaken krijgt het speciale cold case team van de Amsterdamse politie helder. Het team bestaat uit vijftien personen. Ze zijn ervaren in forensisch en tactisch onderzoek, doen administratief werk of zijn officier van justitie. De oplossing van de zaak komt niet uit het team, ze werken als een projectvoorbereider: alle informatie wordt aan het betreffende district teruggegeven, inclusief aanbevelingen. Succesvol voorbeeld uit de praktijk
OPPORTUUN | RELATIEMAGAZINE VAN HET OPENBAAR MINISTERIE | JAARGANG 17 | NUMMER 03 | MAART 2011 Opportuun wordt gratis verstrekt aan de medewerkers van het OM en andere geïnteresseerden. Het magazine verschijnt twaalf keer per jaar. De redactie is verantwoordelijk voor de inhoud. Aan de in Opportuun verstrekte informatie kunnen geen rechten worden ontleend. Overname van artikelen met bronvermelding is toegestaan. Abonnementenadministratie Wijzigingen? Stuur de adresdrager met de aangebrachte wijzigingen naar het retouradres, of e-mail de wijzigingen naar
[email protected]. Redactieadres Openbaar Ministerie, Parket-Generaal, afdeling Communicatie, Prins Clauslaan 16, Postbus 20305, 2500 EH Den Haag. Eindredacteur Pieter Vermaas, 070 - 3399840 of
[email protected]. Plaatsvervangend eindredacteur Thea van der Geest, 070 - 3399825 of
[email protected]. Aan dit nummer werkten mee Linda van der Eijck, Jacques Eversdijk, Anna Italianer, Wim de Bruin, Juriaan Simonis, Jan-Willem Grimbergen Foto omslag Vincent Mentzel NRCH/HH Bladformule en vormgeving Kris Kras Design Druk Tuijtel Oplage 8620
En verder...
Actueel > 14 Column GrOMbergen > 20 5 vragen: Pardonfraude > 21 Kortom > 22 Column Ut Recht > 25 Jurisprudentie > 26 De stelling: ‘130 op snelweg een goed plan’ > 27 Organisatie: "ster-feiten" naar CVOM > 28 Gespot: Ronne van Zuidam > 32
Opportuun 3 - maart 2011 - Inhoudsopgave | 5
Samenwerken, keuzes maken en zo min mogelijk papier produceren. Dat wil Ivo – “Gewoon aanpakken” – Opstelten zien bij het OM. Interview met de minister van Veiligheid en Justitie. 'De grote jongens gaan ook voor de bijl.'
GEWOON AANPAKKEN Minister wil aanval op “bureaucratische ellende”
Ivo Opstelten:
‘Als de keten niet doorpakt, doe ik het’
6 | Naam artikel - Opportuun 4 - mei 2010
Niet alleen voordat het kabinetRutte het bordes opstapte was hij prominent in beeld. Nadat de informateur half oktober beëdigd was als minister, bleef VVD'er Ivo Willem Opstelten (Rotterdam, 31 januari 1944) de schijnwerpers van de media zoeken. Vanaf het nieuwe departement van Veiligheid en Justitie regende het voorstellen voor de veiligheid.
staander het OM. Wat was uw ervaring? ‘Dat we schouder aan schouder stonden. In Utrecht of Rotterdam: samen met hoofdofficieren hebben we gevochten om onveiligheid en criminaliteit weg te werken. Bijvoorbeeld in het college met Leefbaar Rotterdam, in de spannende post-Fortuynperiode. OM en bestuur – we deelden altijd hetzelfde gevoel van een sense of Een bewuste keuze van een minis- urgency. In de driehoek bemoeide ik me als korpsbeheerder met wat ter die tv-presentator is geweest? het OM deed. In de kern was ik een 'Nee, daar heeft het niks mee te steun in de rug voor het OM, en maken. Nadat we van het bordes kwamen, zijn staatssecretaris Fred soms kritisch. Op dezelfde manier Teeven en ik gewoon met enthousi- was de hoofdofficier betrokken bij asme aan de slag gegaan. We heb- de Openbare Orde en Veiligheid, zodat je denkkracht op elkaar aanben het Regeerakkoord: daar staat in wat we aan het doen zijn en daar sluit. Ik zag de hoofdofficier van zijn we na een korte oriëntatie mee Rotterdam als een soort minister van justitie in de stad, die dus ook begonnen. Ik hou wel van een optrad in raadscommissies. beetje tempo. Gewoon aan het In de stuurgroep Veilig heb ik toen werk in een departement dat behalve Justitie ook een directoraat verboden dat er stukken werden geschreven. Daar heb ik al bureauVeiligheid huisvest. Het beheer cratie weggewerkt. Met nota's over de politie, het bestuur dat nu schrijven maak je het jezelf te op Justitie zit, de VNG die over de makkelijk. Wil je mensen scherp vloer komt: het geeft een heftige houden, dan moet je ze geen docudynamiek. Luiken en gordijnen menten laten maken. Gewoon in gaan open.' overleg de stadsmariniers opdrachten meegeven. Het OM Als burgemeester (Dalen, Doorn, moest er even aan wennen, maar Delfzijl, Utrecht, Rotterdam en deed daarin mee.' Tilburg) zag u als nabije buiten-
Wat vond u dat bij het OM beter kan? 'Ik vond dat je moet focussen. Keuzes maken, want niet alles kan tegelijk. Ook al zou je er veel mensen bij krijgen, dan geldt nog steeds dat je toch keuzes moet maken. Dat was wel eens een punt. Dat heb ik in Rotterdam, met goede hoofdofficieren, kunnen doen. Spangen bijvoorbeeld, dat moesten we gewoon oplossen. Met man en macht hebben we de onveiligheid aangepakt en het is gelukt. Eerst het samen eens zijn, dan de organisatie en mensen er op inrichten. In de loop der tijd ben ik zelf ook veranderd en opgeschoven. Steeds meer zag ik de noodzaak van een goede opsporingspolitie, van een recherche met kwaliteit. De Schiedammer parkmoord vond plaats in mijn tijd als korpsbeheerder van Rotterdam. Er is daarna veel gebeurd.' Wilt u een OM dat vanwege het handhavingstekort focust op strafzaken, of gaat het om de bijdrage die het OM levert aan de veiligheid? ‘Dat laatste natuurlijk, want het gaat om samenhang. Zo'n kreet als “Kijk uit voor een justitiële politie”, daar houd ik niet van. Dat is denken in een onzinnige scheiding: openbare-
Opportuun 3 - maart 2011 - Interview | 7
‘Formulieren, protocollen: úren is de politie er mee bezig’
werken met anderen in deze tijd van bezuinigingen, allemaal een tandje minder? 'Allemaal een tandje minder, dat is ouderwets denken. Ik herken me niet in zo'n soort beleid. Mijn insteek is deze: Het regeerakkoord is de ambitie; dit zijn de middelen; hier sta ik en ten aanval. We zullen keuzes moeten maken. Focussen.' Kan u zeggen wat u dan minder wil gaan doen? ‘Dat vind ik – met alle respect – weer zo’n typisch Nederlandse vraag, die iets bureaucratisch heeft: benoemen wat we niet gaan doen. Posterioriteiten: dat zijn de niet benoemde prioriteiten. Tuurlijk, als Amsterdam 650 veelplegers wil aanpakken en er 250 rechercheurs op zet, ja, dan gaat dat ten koste van andere dingen - dat is van alle eeuwen. Maar ik zie nu een bestuur, OM en politie dat ervoor gáát. Iedereen wil bijvoorbeeld de overvallen aanpakken. Je moet scherp focussen, dát kan de samenleving van deze minister verwachten. In het regeerakkoord is 470 miljoen voor de veiligheid vrijgemaakt. Voor politie en de Justitieketen. In de context van de totale rijksbegroting is dat een mooi bedrag. Dat springt er echt uit in dit kabinet.'
ordepolitie hier, en opsporingspolitie daar. Hedendaagse burgemeesters benadrukken de integratie, zien het belang van een goede opsporing. Opsporing is gebaat bij een goede politie op straat die meldt wat ie ziet. Er ís geen tweedeling. Wát bureaucratisch om te zeggen: zoveel naar links, zoveel mensen naar rechts. Nee, het is dynamisch. Een Alleingang is nooit goed. Je zult partners moeten zoeken. Als speler in de rechtsstaat met zware verantwoordelijkheden, is een hoofdofficier erg zichtbaar. Wat doet hij, met wie, hoe besturen ze samen een stad. In deze periode zie ik dat de drie pijlers van politie, OM en rechtspraak in een turn-around zijn. Een nieuw politiebestel. Herinrichting van de Gerechtelijke Kaart met een rechtspraak die zich ook anders organiseert. Regionalisering van het Het OM kan 46 miljoen investeren. Maar moet ook 30 miljoen bezuiOM, dat samenwerkt met bestuur nigen, en heeft de afgelopen jaren en fiscus – je doet het samen.' al 40 miljoen bezuinigd. ‘Prima verhalen hoor, maar daar Wat als organisaties het, schermend met hun bevoegdheden, toch koop ik niet veel voor. Ik heb mijn afspraken met het College van proliever alleen doen? cureurs-generaal gemaakt, en zij 'Dan zijn ze niet geschikt voor hun werk. In het huidige tijdsbeeld wordt verzekeren mij dat het zo kan. Zij zullen het OM moeten meekrijgen het niet meer geaccepteerd als organisaties in plaats van samen te en het er scherp op houden, daar heb ik veel vertrouwen in. Gisteren werken toch alles maar zelf gaan nog, tijdens een werkbezoek in doen. In de keten moet men Arnhem, zag ik weer de schwung OM’ers weten dat als geen ander om het, scherp en gefocust, met de durven ingrijpen. Als de keten niet doorpakt pak ík door, absoluut. Mijn middelen gewoon te gaan doen.' stijl is er altijd een van afspraken maken. Met het “hoe” ga ik me niet Bezuinigingen botsen niet met de ambities? bemoeien, maar resultaten volg ik ‘Totaal niet. We hebben het hier scherp. Heb ik het gevoel dat men over grote organisaties die moeten er niet uitkomt, dan treed ik op.' gewoon kunnen herpositioneren. Het moet eens afgelopen zijn met Past die grote ambitie van aandie oude stijl! Met dat bureaucrapakken én daar bovenop samen-
tisch geredeneer van “we hebben zoveel zaken, zoveel mensen, dan kunnen we maar zoveel doen”. Straal eens wat positiefs uit. Dat kán, want ik ben onder de indruk van de kwaliteit van de ambitie en stijl van de mensen. We moeten nu gewoon ten aanval gaan.' U wilt de slagkracht van justitie vergroten. Hoe? 'Dat wil ik onder meer doen via het wetsontwerp herziening van de Gerechtelijke Kaart, wat leidt tot minder arrondissementen. Dat wil ik ook met het ontwerp van de nieuwe Politiewet. Daar is echt sprake van een turn-around. Een beweging die bij politie, OM en ZM gelijk op loopt. Ziet het OM zich daar als leidend? Nou, prima. Nee, ik zie dat niet zo. Het OM is een belangrijke speler, en de anderen even belangrijk. Maar al het OM vooroploopt, laat het dan wel op tijd naar achteren kijken: volgt iedereen wel?' Wat moet dat politie en justitie de komende jaren opleveren? 'De organisaties zullen meer aangepast moeten zijn aan de eisen van de huidige tijd. Het is nodig vanuit het oogpunt van kwaliteit en specialismen. Dat zijn goede ontwikkelingen in organisatie en mensen. Kijk naar de expertise van officieren. Tot voor kort hadden aanklagers een klassieke juridische achtergrond, maar dat is inmiddels aan het veranderen. Ze kunnen ook financieelbestuurlijke criminaliteit aanpakken, witteboordencriminaliteit. En ze doen dat samen met het bestuur, daar heb ik al prachtige voorbeelden gezien. Dat beeld van het OM moet heel Nederland zien. Bij de aanpassingen van het politiebestel en de herziening van de gerechtelijke kaart gaat het niet om machtsoverwegingen. Het is niet de drijfveer om de minister de baas te laten zijn over de politie. De positie van de burgemeester wordt zelfs versterkt. Maar het beheer komt bij mij. Het kabinet kiest daarvoor opdat politiemensen beter in staat gesteld worden hun werk te doen. In een klein land is het beter om dingen centraal te doen dan versnip-
perd. Tientallen voorbeelden kan ik noemen. Neem de ICT, iedereen is er nu wel van overtuigd dat beheerin-één-hand leidt tot efficiency. Hetzelfde geldt voor centraal inkopen. Alleen maar afspraken daarover maken, is toch iets anders dan het écht in één structuur regelen. HRM, personeelsbeleid, vastgoed: het kan prima langs één lijn, met daarboven één “blauwe” baas, net zoals het nu in het OM geregeld is. Door het zo te regelen maak je de organisatie lean and mean, speel je in de operationele politieorganisatie van 49500 mensen capaciteit vrij, zodat de diender beter kan werken. Dat is wat mij motiveert: er gaan staan voor de mensen van politie, OM en rechtspraak.’ U schermt met een aanvalsplan tegen de bureaucratie 'Ook daarmee wil ik de slagkracht groter maken. Volgende week presenteer ik dat, en ik weet dat het kan rekenen op de steun van het OM. Samen moeten we die vreselijke bureaucratie te lijf gaan, die papieren en die protocollen.' Uw departement wil ook dat het OM transparant verantwoording aflegt 'Dat moet ook. Maar transparantie is wat mij betreft niet de eerste vraag. Eerst gaat het erom: wat gaan we doen? Wat kan men verwachten? De ambitie en de professionals zijn er, maar als ik van politiemensen
toch hoor en zie wat ze allemaal moeten invullen... Formulieren, protocollen – úren is men bezig. Zodat het OM niet zelden zegt: da's veel te veel. Dat moeten we terugdringen, bij voorbeeld door als OM minder van politiemensen te vragen. We kunnen die ellende afschaffen en het momentum ís er nu om daarmee te stoppen. Er is nu draagvlak om schoon schip te maken, dat wordt door het OM herkend.' Politiedocenten leren ook dat agenten pv’s vooral volledig moeten invullen, zodat de daarin genoemde feiten en omstandigheden bewijskracht hebben ‘Het is wel een beetje een Pavlovreactie zoals u, met alle respect, dat nu stelt. Zeker, het OM moet wel zaken kunnen voorleggen waarin het tot uitspraken komt. Maar we moeten ook eens kijken of het nodig is dat agenten zelf urenlang verbaliseren. Kunnen we niet veel meer gebruik maken van de moderne techniek? Als in de backoffice specialisten alles verwerken in dossiers en systemen, heeft men meer tijd voor het echte werk.' Het kabinet heeft oog voor slachtoffers, voor overlast in de wijk van Henk en Ingrid. Legt het voldoende accent op georganiseerde criminaliteit? ‘Het is een topprioriteit, en dat heb ik in de Kamer ook gezegd. We beseffen zeker dat de gevolgen daarvan uiteindelijk ook in de wijk
zichtbaar worden, via intimidatie en economische machtsposities. Dat moet het OM samen met het bestuur aanpakken. De Wet Bibob wordt gewijzigd. Ik heb geld beschikbaar gesteld om meer crimineel vermogen te kunnen afpakken, heb twee topteams ingesteld, onder leiding van het OM. Drugsgerelateerde criminaliteit staat centraal in de aanpak. In Brabant zijn we met grote opruimacties bezig die langzaamaan zullen gaan werken.' Worden daarbij niet vooral kleine sukkels gepakt, waar grote jongens buiten schot blijven? ‘Die gaan ook voor de bijl. Dit is zo'n punt, waar je het met alleingang niet redt. Het gaat om samenwerking tussen OM, politie, bestuur, fiscus, woningbouwcorporaties, verzekeringen, noem maar op. Met guidance vanuit een taskforce. Ook daar doen we ons voordeel met die herziening van de gerechtelijke kaart en de nationale politie. Het Landelijk Parket, de Nationale recherche - dat geeft allemaal kans om specialismen te bundelen en in te zetten. Daar zitten topspelers met maar één doel: echte criminelen aanpakken.' Tekst: Pieter Vermaas Foto's: ANP Photo/Phil Nijhuis, Martijn Beekman/HH
Opportuun 3 - maart 2011 - Interview | 9
Een auto met zeven jongeren raakt van de weg. Twee inzittenden overlijden. Het meisje is op
Fridolijn Kuipers:
slag dood. Een
‘Ik ben niet in hoger beroep gegaan’
zwaargewonde jongen overlijdt in het ziekenhuis. Officier Fridolijn Kuipers: 'Voor mij was de zaak eigenlijk vanaf het begin duidelijk.' Maar tussen eis en vonnis zat een verschil van acht maanden gevangenisstraf.
Dodelijk verkeersongeluk
10 | Naam artikel - Opportuun 4 - mei 2010
Roekeloos rijgedrag of aanmerkelijk onvoorzichtig
Axel (18) heeft sinds drie weken zijn rijbewijs. Op zaterdagavond 3 oktober 2009 rijdt hij “sportief”. Dat verklaren de andere inzittenden ook. Hij neemt de drempels van de woonwijk snel en snijdt de bochten scherp. Soms piepen de banden even. ‘Het begint als een vrolijke avond,’ legt Fridolijn Kuipers, officier van justitie in Den Haag uit. 'Een vriend van Axel, Duco, geeft een afscheidsfeestje, omdat hij voor een aantal maanden naar Australië vertrekt. Om 22.00 uur besluiten zeven vrienden het huisfeest in Wassenaar te verlaten en het partijtje voort te zetten in het casino van Scheveningen. Ze stappen in een Volvo stationcar met Axel achter het stuur. Omdat er op de achterbank geen plaats meer is zitten twee vrienden, Hidde en het enige meisje Saskia, in de achterbak. Axel trekt tijdens het rijden af en toe extra aan het stuur waardoor de auto slingert en de twee achterin over elkaar heen rollen. Er is vooral hilariteit om de verlegen Hidde die in de achterbak steeds tegen de stoere Saskia valt. Er wordt geroepen: ‘Hé, niet zoenen hoor!’ Op de Landscheidingsweg, een vierbaanse hoofdweg tussen Den Haag en Wassenaar, verliest Axel de macht over het stuur. De Volvo
Opportuun 3 - maart 2011 - Alles afwegende | 11
knalt tegen de middenberm, wordt gelanceerd, slaat tegen een lichtmast, draait om de as en smakt aan de overkant van de weg op het dak neer. Saskia is op slag dood. Hidde is ernstig gewond en overlijdt een paar uur later aan de gevolgen. Axel is er stuk van. Hij wordt ter plaatse aangehouden door de politie en zegt vertwijfeld: 'Het is mijn schuld. Ik heb haar vermoord. Ik stuurde bochtjes om stoer te doen.' De andere slachtoffers worden kort gehoord. Axel blijkt zo van streek dat de politie de volgende dag, zondag 4 oktober, de piketofficier vraagt of ze Axel in vrijheid kunnen stellen, omdat hij door zijn emotionele en geestelijke gesteldheid nog niet gehoord kan worden.’
Slingerbeweging Op de avond van het ongeluk komt de verkeersongevallendienst automatisch in actie. Ze zetten de weg af, maken foto's en leggen sporen vast. Ook nemen ze het autowrak in beslag om te onderzoeken. Aan de hand van alle gegevens maken ze een analyse. Na een paar weken worden alle overlevenden van het ongeluk door de politie gehoord. Ook getuigen, waaronder een beveiligingsbeambte die toevallig de Volvo had gezien en een tegemoetkomende automobilist, leggen een verklaring af. Eind november ligt het strafdossier op het bureau van zaaksofficier Kuipers.‘Voor mij was de zaak eigenlijk vanaf het begin duidelijk: Axel was verdachte. Van wat ik toen wist bestond de verdenking eruit dat hij qua rijgedrag iets verkeerds had gedaan.’ Uit de verklaringen in het dossier blijkt dat verdachte uit joligheid slingerbewegingen met zijn stuur heeft gemaakt. Dat is vreselijk verkeerd afgelopen. Fridolijn vervolgt de verdachte voor artikel 6 van de Wegenverkeerswet. ‘Artikel 6 is een schulddelict: een delict waarbij zo gevaarlijk is gereden dat je schuld hebt aan het ongeluk. Daar was ook hier sprake van', zegt ze vastberaden. 'Ik heb met de verkeersofficier van het parket overlegd om te checken of een slingerbeweging maken wel of niet een schulddelict oplevert.' Ondertussen verschijnen, op verzoek van de advocaat van Axel, de slachtoffers voor de rechter-commissaris. De advocaat wil verduidelijking over wat er is gebeurd. Er wordt op Duco gewacht tot na zijn terugkomst uit Australië. 'Bij de politie hadden een paar vrienden verklaard dat ze zagen dat Axel heen en weer bewoog met het stuur om slingerbewegingen met de auto te maken. Maar bij de rechter-commissaris vertelden ze dat ze het voelden. Het bewijs is op dat punt wat afgezwakt', aldus Fridolijn Kuipers.
12 | Alles afwegende - Opportuun 3 - maart 2011
Zittingsdag Op 22 juli 2010 is de rechtszaak. Enkele slachtoffers en de familie zitten op de publieke tribune. Ook de ouders van Saskia en Hidde zijn aanwezig. Stap voor stap legt Fridolijn in haar requisitoir uit wat haar bevindingen zijn: De rijstijl van Axel was "sportief" en hij maakte "slingerende bewegingen". Verschillende slachtoffers en getuigen hebben dat ook verklaard. Doordat Hidde en Saskia los in de achterbak zitten, was de auto nog gevoeliger voor oversturen en is de rechterkant van de auto “uitgebroken”. Dat wordt ook geconcludeerd door de verkeersongevallendienst. En volgens de verbalisanten heeft Axel zelf gezegd dat hij bochtjes aan het maken was om een beetje stoer te doen en dat hij als gevolg hiervan de controle over het voertuig was verloren. De officier maakte korte metten met de latere verklaring van Alex. Na de enkele weken rust vanwege zijn emotionele toestand verklaarde Alex namelijk dat hij Saskia en Hidde liever niet in de achterbak wilde meenemen. En dat hij net voor het ongeluk over zijn rechterschouder keek, om te vragen of het goed met iedereen ging. ‘Tot veler verbazing kwam de advocaat tijdens de
Slachtoffergesprek Met de ouders van Saskia heeft Fridolijn Kuipers een slachtoffergesprek gevoerd. ‘De ouders wilden graag dat duidelijk werd wat Axel gedaan had. Er was geen wrok. Ze vertelden wat de impact op het gezin is geweest. Hun advocaat heeft tijdens de zitting nog een schriftelijke slachtofferverklaring voorgelezen. Na de zitting lieten ze weten dat naar hun gevoel de werkelijke toedracht boven tafel was gekomen en dat het vonnis recht deed.’
zitting met een alternatief scenario. Dat Axel door het achterom kijken in combinatie met harde wind de macht over het stuur was verloren. Dat het oneerlijk was dat alleen de verdachte werd vervolgd en de andere inzittenden niet.' Om tot een eis te komen kijkt Fridolijn Kuipers naar de richtlijnen. 'Artikel 6 kent verschillende vormen van schuld. Ik achtte bewezen dat het slingeren van verdachte zeer onvoorzichtig was, waarbij hij welbewust onaanvaardbare risico’s heeft genomen met zeer ernstige gevolgen van dien. Dat is roekeloos rijgedrag. Voor roekeloos rijden met een dodelijk slachtoffer tot gevolg is de richtlijn: acht maanden gevangenisstraf en drie jaar ontzegging van de rijbevoegdheid. Maar hier betreft het twee doden. Daarentegen vond ik strafverlichtend dat verdachte zo jong is en de rest van zijn leven belast is met een schuldgevoel.' Fridolijn houdt bij haar eis vast aan de richtlijn: acht maanden gevangenisstraf onvoorwaardelijk en een jaar meer rijontzegging tot vier jaar.
Rechtvaardig Ook de rechtbank acht bewezen dat verdachte bij wijze van grap voorafgaand aan het ongeval een slingerbeweging met het stuur heeft gemaakt. De rechtbank oordeelt milder dan de eis van de officier. Er is geen sprake van roekeloos rijgedrag, maar van aanmerkelijk onvoorzichtig handelen. Dat rechtvaardigt deels een gevangenisstraf, maar gezien de zeer jonge leeftijd, de dood van twee vrienden en de emotionele last wordt verdachte veroordeeld tot een werkstraf van 240 uur en drie jaar ontzegging van de rijbevoegdheid. Fridolijn Kuipers: 'Ik ben niet in hoger beroep gegaan. Ik kon me er wel in vinden. De rechtbank heeft veel rekening gehouden met het feit dat verdachte zal moeten leren leven met de gedachte dat hij verantwoordelijk is voor de dood van twee van zijn vrienden en het er zichtbaar erg moeilijk mee heeft. Hoewel ik nog steeds achter mijn eis sta, leek het verdriet van de verdachte op zitting oprecht. Uit menselijk oogpunt vond ik de maximale werkstraf niet onbegrijpelijk. Kijk, die richtlijnen zijn er niet voor niks. Ik eis wat ik een passende straf vind, maar ik kan heel goed leven met de werkstraf.' Tekst: Thea van der Geest Foto’s: Robin Utrecht
‘De emotie was voelbaar’
Over Fridolijn Kuipers: ‘Als het om een aanrijding gaat met meerdere verkeersslachtoffers lijkt Fridolijn Kuipers de expert binnen parket Den Haag, zeiden collega-officieren onlangs aan de lunchtafel. ‘Dat komt omdat ik in 2007 ook een zaak op zitting had over een aanrijding op het Willem Witsenplein in Den Haag waarbij twee doden vielen.’
De Wassenaarse zaak was zwaar. ‘Ik hoorde wat het met die jongeren heeft gedaan bij de rechter-commisaris. Ik zag op de zitting de emotie van de verdachte en het verdriet van de nabestaanden. Dat was voelbaar.’ Fridolijn Kuipers begon in 2005 bij parket Den Haag als RAIO (rechtslijk ambtenaar in opleiding) na gewerkt te hebben als griffier bij de Amsterdamse rechtbank. ‘Daar zag ik wat het werk van een rechter inhield. Dat leek me in eerste instantie erg leuk, maar ik ben uiteindelijk officier geworden omdat ik dat vak afwisselender vind. Het is een hele uitdaging om een goed dossier samen te stellen.’
Opportuun 4 - mei 2010 - Naam artikel | 13
Rondvluchten Het Landelijk Team Verankering Kwaliteitsinstrument (de vliegende brigade) zal alle OM-onderdelen bezoeken. Wie meer wil weten kan ook zelf contact zoeken met de leden van het LTVK, via de eigen rechercheofficier of via
[email protected]
Permanent Professioneel
Voorkóm incidenten en zeperds. Zet de juiste OM’er op de goede zaak. En merk het als “metertjes op rood staan”. Een Vliegende OM-brigade broedt op kwaliteits instrumenten voor professioneel handelen. Weten welke zaken er spelen, daaruit de relevante zaken kiezen, de zaken op de juiste manier doen, door geschikte specialisten. Elke OM’er kent deze kreten, sterker nog: staat er helemaal achter. Maar ja, die verdraaide praktijk. Hoe zet je daadwerkelijk de juiste secretaris, beleidsmedewerker of aanklager op die grote gevoelige zaak? De tweede lijn heeft een eerste stap gezet en pionierde al met een Weeg- en adviestraject (WAT). Daarin wordt bekeken welke zaken er binnen de Landelijke Ressortelijke Organisatie spelen en welke er binnenkort aan zullen komen. Opdat de juiste AG (of AG’s) op een zaak wordt/worden gezet. Dat werkt nog niet helemaal perfect, erkent Linda van den Oever, hoofd secretarissen op het ressortsparket Den Bosch. ‘Dat heeft te maken met zaken als onderbezetting en lo-
14 | Actueel - Opportuun 3 - maart 2011
kale belangen. En dan hoor je: “ja, maar mijn specialistische AG is ook nog met drie andere grote zaken bezig”.’
Gang Toch blijft haar geloof in het principe recht overeind. ‘Je moet voorkomen dat je op zaken wordt gezet die er toevallig aankomen. Dat je op de gang roept wie er een zaak wil. Dat je via een “eerlijk” rooster werkt. Nee, je moet de vraag stellen: wat heeft deze grote, gevoelige zaak nodig? En: heb ik zicht op beschikbare specialistische aanklagers en ondersteuning?’ Van den Oever vormt samen met rechercheofficier Rolf Eigeman (Landelijk Parket), programmamanager HRM Lida de Jonge en projectsecretaris Gerard Hertsenberg (beiden Parket-Generaal), de “Vliegende brigade”, een landelijk team dat kwaliteitsinstrumenten binnen het gehele OM moet verankeren.
“Vliegende brigade” verankert kwaliteit
Rolf Eigeman, landelijk rechercheofficier, blikt terug naar februari 2010. ‘PG Marc van Nimwegen gaf toen aan zich soms te ergeren. Als er een incident of een blunder is gemaakt, kan het OM wél haarscherp analyseren hoe dat dan gekomen is en hoe dat voortaan beter moet, maar we slagen er níet in om “aan de voorkant” de problematische zaken te herkennen. Daarom starten we nu een early warning systeem. We ontwikkelen instrumenten die in de startnotitie Permanent Professioneel zijn beschreven. Dat doen we samen met de collega’s in de eerste en tweede lijn.’
Zicht Een eerste instrument is de komst op elk regioparket van een Virtueel Bureau Recherche, bestaande uit de recherche officier, kwaliteitsofficier, forensisch officier, CIE-officier en informatieofficier. Zij werken met een Zicht op Zakensysteem: ZOZ. In dat overleg passeren de gevoelige zaken de revue en wordt bezien of die valkuilen bevatten. ZOZ moet uiteindelijk hand in hand gaan met systemen voor ZOM, ZOP en ZOI: Zicht op Mensen, Zicht op Processen en Zicht op Informatie. ‘Neem Zicht op Mensen. Niet iedereen is goed in elk type zaken. Als je jezelf niet geschikt acht voor een zedenzaak,
kun je die ook beter niet doen.’ De Vliegende brigade werkt ook concepten uit voor Regionale en Landelijke Reflectie kamers en vervult hierin een schakelfunctie met de parketten. Hierin vindt collegiale intervisie en reflectie plaats.
Zeperd De instrumenten zijn er ter ondersteuning en bieden elk parket wel wat, zegt Lida de Jonge. ‘Het ene parket zal behoefte hebben aan inhoudelijke ondersteuning. Het andere parket heeft misschien twintig steengoede maar eigenwijze officieren die niet graag aan reflectie willen.’ De Vliegende brigade wil enthousiasmeren, bevorderen dat parketten zich kwetsbaar durven opstellen. Angstige mensen vragen niet om feedback. Maar als de uitwisseling van good practices leidt tot best practices en professionele standaarden, kan daar niet vrijblijvend mee worden omgegaan, zegt Gerard Hertsenberg. Disciplineren is ook een doel. ‘Als je een zeperd haalt, terwijl je een ander resultaat had kunnen halen door te reflecteren, dan heb je wel een probleem.’ Tekst: Pieter Vermaas Foto: Willem Jan Ritman
| 15
VOORKÓMEN DAT VROUWEN SLACHTOFFER WORDEN
Georganiseerde misdaad
Landelijk Parket bestrijdt mensenhandel en mensensmokkel
het Landelijk Parket de opsporing van mensenhandel en
ger ook. Bij het Landelijk Parket werk je meer projectmatig aan grote zaken en ben je meer de baas over je eigen agenda.’ Hij krijgt bijval van officier van justitie Ingeborg Muller, die sinds anderhalf jaar bij het LP werkt. In haar vorige functie was ze zedenofficier in Arnhem. ‘Van de overstap heb ik geen dag spijt gehad. Het gaat om strafzaken die er echt toe doen. Tegenwoordig heb ik ook meer tijd om mij naast de zaken veel meer inhoudelijk te verdiepen.’
mensensmokkel.
Ellendige toestanden
Hun werkgebied strekt zich uit van Zuid-Amerika tot aan de Grote Muur in China. Bulgarije, Hongarije, Roemenië en ook Nigeria zijn bekende reisbestemmingen. Vanuit de Place Vendôme in Zwolle leidt
Op de kleine vergadertafel in de werkkamer van officier van justitie Gert Veurink schreeuwt een krantenkop in witte en rode kapitalen: “Jacht op hotelseks”. En “Nationale Recherche duikt jaar lang in wereld van ESCORT-SLAVINNEN”. Het artikel beschrijft de inspanningen van de Nationale Recherche en het Landelijk Parket om een einde te maken aan mensonterende toestanden in de escortbranche. Het onderzoek werd door de 36-jarige officier van het Landelijk Parket geleid, inclusief een uniek sms-alert aan zo’n 3000 klanten van escortgirls. Gert Veurink werkt nu drie en een half jaar bij het Landelijk Parket en is gefascineerd geraakt door grote, internationale strafzaken tegen de georganiseerde misdaad. Het parket, dat
16 |
kantoren heeft in Rotterdam, Den Bosch, Schiphol, Zwolle, Soesterberg en Zoetermeer, is ruim tien jaar geleden opgericht om internationaal georganiseerde misdaad te bestrijden. In Zwolle is het team van het Landelijk Parket gehuisvest buiten het centrum van de stad op een nieuw kantoren- en bedrijvenpark. De zwartglazen “Place Vendôme”, geïnspireerd door Franse architectuur en beplant met rode wingerd, biedt verder onderdak aan het arrondissementsparket Zwolle en nevenvestigingen van het Functioneel Parket en het Bureau Ontnemingswetgeving OM (BOOM). Gevraagd naar het verschil tussen een arrondissementsparket en het Landelijk Parket zegt Veurink: ‘In de regio is het hectischer, onrusti-
Haar werk heeft Ingeborg Muller veel zicht gegeven op ellendige toestanden. De wantoestanden motiveren haar om met hart en ziel internationale misdaadorganisaties aan te pakken. Een mooi voorbeeld is een van haar lopende onderzoeken naar een Chinese criminele organisatie. ‘Het gaat om een organisatie die niet van ophouden weet. Steeds machtiger en handiger om zich in de bovenwereld te manoeuvreren. Het zijn moderne criminelen die vermoedelijk betrokken zijn bij drugshandel, wapenbezit en mensenhandel.’ In het dit onderzoek wordt Muller bijgestaan door parketsecretaris Willy van Hal. Ook hij is afkomstig van het parket Arnhem. Naast zijn bureau staan grote stapels processen-verbaal van het strafrechtelijk onderzoek naar de Chinese organisatie. In dit onderzoek kreeg hij alle aanvragen voor het gebruik van bijzondere
Het Landelijk Parket bestrijdt internationaal georganiseerde misdaad en terrorisme. Het gaat om de wereldwijde handel in cocaïne, heroïne, de productie van synthetische drugs en de grootschalige export van hennep. Maar ook witwassen, high tech crime, internationale misdrijven, zoals genocide en foltering, en mensenhandel en mensensmokkel staan hoog op de agenda. Officieren van justitie van het Landelijk Parket geven leiding aan onderzoeken van de Nationale Recherche, de Koninklijke Marechaussee en de FIOD. Daarnaast draagt het parket bij aan de nationale verkeersveiligheid.”
opsporingsbevoegdheden, zoals het afluisteren van telefoons, onder ogen. Hij was ook aanwezig bij de doorzoekingen van de woningen, de club en een restaurant van de verdachten. ‘Het is werk van pieken en dalen’, vertelt Van Hal. ‘We werken in een klein team met korte lijnen tussen de mensen.’ Daarnaast onderhoudt hij intensief contact met de Nationale Recherche, de Koninklijke Marechaussee en de Zeehavenpolitie in Rotterdam. Maar ook met internationale rechtshulpcentra en rechtbanken. Op de achtergrond van de operationele onderzoeken werken beleidsmedewerkers Jacco Kiemel en Merle Hoefman aan het concept van
‘Het is werk van pieken
Gert Veurink,
en dalen’, vertelt
officier van justitie:
parketsecretaris Willy
‘In de regio is het
van Hal. ‘We werken in
hectischer, onrustiger ook.
een klein team met
Bij het Landelijk Parket
korte lijnen tussen
werk je meer projectmatig
de mensen.’
aan grote zaken.’
Opportuun 3 - maart 2011 - Het parket | 17
Officier Gert Veurink:
‘Het gaat om delicten waar slachtoffers bij vallen. Relevant en volop in de belangstelling’ de aanpak van mensenhandel en mensensmokkel. Kiemel begint over een groot project om de Chinese criminaliteit te bestrijden, het project “The Wall”. Jacco Kiemel: ‘Het gaat om een totaalaanpak van de Chinese misdaad. Wij denken dat er een groot probleem is, alleen zien we er niet zo veel van. Het werk van mij en Merle is verschillende partijen bij elkaar te zetten om zo gezamenlijk de Chinese misdaad een flinke douw te geven.’ Nederland is aantrekkelijk voor Chinese kennismigranten, die bijvoorbeeld op studentenvisa het land binnenkomen. Daarnaast lijkt de Chinese beautybranche kwetsbaar voor mensenhandel en mensensmokkel.
Voodoo-krachten Officier van justitie Gert Veurink deed vooral ervaring op met mensenhandel vanuit Nigeria, Hongarije, Bulgarije en Roemenie. Het onderzoek onder de codenaam Koolvis was geruchtmakend, omdat een dominee en een ervaringsdeskundige werden ingezet om bij de slachtoffers
de ban van voodoo-krachten te doorbreken. Veurink: ‘Het onderzoek richtte zich op een internationale smokkellijn vanuit Nigeria via Nederland naar Italië, Frankrijk en Spanje. Sinds ons optreden is de toestroom van Nigeriaanse vrouwen door Nederland zo goed als opgedroogd.’ Grote, internationale zaken tegen georganiseerde misdaad. Dat is waar het ons om gaat, zegt Veurink. Hij was inmiddels gast van justitiediensten in Zuid-Amerika, Curaçao en in andere bekende bronlanden van mensenhandel in Oost-Europa. Omgekeerd ontving hij Duitse, Noorse en Amerikaanse collega’s die hun licht in de lage landen aan de Noordzee kwamen opsteken. Zijn werkdagen worden veel minder dan voorheen op het arrondissementsparket Leeuwarden bepaald door terechtzittingen. De strafzaken zijn groter, duren langer en worden projectmatig aangepakt. Hij is ook uithuizig door de vele besprekingen bij teams van de Nationale Recherche en de Koninklijke Marechaussee, die verspreid over het hele land hun onderkomen hebben. De teller van zijn dienstauto tikt er jaarlijks zo’n 45.000 zakelijke kilometers bij. Meer dan andere misdrijven, zegt Gert Veurink, spreken hem mensenhandel en mensensmokkel aan. ‘Want het gaat om delicten waar slachtoffers bij vallen. Het is maatschappelijk heel relevant en staat volop in de belangstelling. Wrang is dat slachtoffers soms weigeren om zich te laten redden uit de handen van niets ontziende pooiers. Ze zijn bang, hebben schulden en vrezen represailles van de organisatie. Het aanpakken van een criminele organisatie betekent dan dat je voorkomt dat nog meer vrouwen slachtoffer worden.’ Ook parketsecretaris Rosemarijn van Andel geeft hoog op van haar werk bij het Landelijk Parket. ‘Het is heel divers. De ene dag doorzoek je de woning van een mensenhandelaar, een dag later
overleg je met collega’s binnen het parket over de zorg voor slachtoffers. In vergelijking met drugshandel zijn onderzoeken naar mensenhandel lastiger. Het bewijs is vaak moeilijker te vinden. Dat maakt het ook wel weer interessanter.’ Binnen het Landelijk Parket is Van Andel verantwoordelijk voor slachtofferzorg. Daarin zoekt ze samenwerking met het Functioneel Parket en de Landelijke Ressortelijke Organisatie (LRO), die strafzaken in hoger beroep aanbrengt bij de gerechtshoven. Deze zorg kent grote verschillen. ‘Het maakt nogal wat uit of iemand slachtoffer is van een beleggingsfraude of nabestaande door een liquidatie in de onderwereld. Doorgaans hebben mensen uit het criminele milieu weinig behoefte aan contacten met het Openbaar Ministerie. Maar ze moeten wel op de mogelijkheden van bijvoorbeeld spreekrecht worden gewezen.’ In hun werk in de opsporing en vervolging stellen de officieren van justitie en parketsecretarissen een blind vertrouwen in de administratieve krachten van het team. Zij zijn doordrongen van de onmisbaarheid van deze medewerkers. Immers, nooit zou een mensenhandelaar of mensensmokkelaar terecht kunnen staan zonder bijvoorbeeld de betekening van een geldige dagvaarding. Senior+ administratief medewerker Ans Pieters: ‘Ons werk is een onmisbare schakel in de hele keten van opsporing en vervolging. Wij verzorgen met z’n vijven onder andere de hele administratie van de inzet van bijzondere opsporingsbevoegdheden, de afwikkeling van beslag en sturen de dagvaardingen voor de verdachten uit.’
Anoniem slachtoffer: ‘Ik voel niets meer’ ‘Ik ben geboren en opgegroeid in Hongarije. Op mijn achttiende ontmoette ik Joska in een bar. Hij had alles waar ik van droomde: een dure auto, veel sieraden en altijd geld. Ik vond het vervelend dat ik zelf geen geld had. Joska vertelde dat ik in Nederland in de prostitutie veel geld zou kunnen verdienen. Ik zou dan voor mijn familie kunnen zorgen en zelf een luxe leven leiden. Joska legde mij uit dat ik bij een escortbureau kon werken voor vijftig euro per uur. Op een avond zou ik meer verdienen dat in een hele maand in Hongarije. Zo zou ik de behandeling van mijn zieke vader kunnen betalen. Eenmaal in Nederland begon de nachtmerrie. Zeven dagen in de week, ook tijdens mijn menstruatie of als ik ziek was, werkte ik. Met mensen praten mocht niet en vrije tijd was er niet. Iedere avond moest ik al mijn verdiende geld inleveren. Van dat geld werd de huur betaald, evenals de condooms en lingerie. Van wat overbleef mocht ik de helft zelf houden. Als ik weinig klanten had, werd mij toegeschreeuwd dat ik waardeloos was. Af en toe moest ik ook seks hebben met mijn pooier. Hij heeft mij kapot gemaakt. Ik voel niets meer.’
Tekst: Wim de Bruin Foto’s: Robin Utrecht
Haar werk heeft officier
Rosemarijn van Andel:
Ingeborg Muller (rechts)
‘De ene dag doorzoek je de woning van een
veel zicht gegeven op
mensenhandelaar, een dag later overleg je met
ellendige toestanden.
collega’s binnen het parket over de zorg voor
Het motiveert haar om met
slachtoffers. In vergelijking met drugshandel
hart en ziel internationale
zijn onderzoeken naar mensenhandel lastiger.
misdaadorganisaties aan
Het bewijs is vaak moeilijker te vinden. Dat
te pakken.
maakt het ook wel weer interessanter.’
Opportuun 3 - maart 2011 - Het parket | 19
GrOMbergen
5
1. Wat is de Pardonregeling?
Vragen
Hoe verloopt de
Laatste woord
landelijke aanpak fraude Pardonregeling? Vijf vragen aan
Stoppen op je hoogtepunt: het is niet een ieder gegeven. Het wordt dan een pijnlijke affaire als anderen gaan hinten dat het moment van terugtreden misschien daar is. Of erger: je eruit knikkeren. Dat laatste is mij overkomen: de eindredactie van Opportuun heeft voor mij de knoop doorgehakt. Dit is dus mijn laatste column. Jurist als ik ben heb ik nog even gekeken of ik geen procedurefouten kon ontwaren. Of er niet ergens iets was mis gegaan, waardoor ik mijn pen toch nog een tijdje langer in azijn zou kunnen blijven dopen. Wordt mij bij voorbeeld niet het recht op het laatste woord ontnomen? Want als dat zo is heb ik een punt: de Hoge Raad heeft immers uitgemaakt dat als niet uit de stukken blijkt dat aan een verdachte de gelegenheid is geboden als laatste te spreken, de zaak over moet; tijdswinst dus. Lees het arrest van 14-09-2004 (AP4134) er maar op na: “het middel klaagt dat het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep nietig is nu uit het daarvan opgemaakte proces-verbaal niet blijkt dat aan de verdachte het recht is gelaten om het laatst te spreken. Daarom moet het ervoor worden gehouden dat het in het vierde lid van art. 311 Sv op straffe van nietigheid gegeven voorschrift niet in acht is genomen. Het middel is derhalve terecht voorgesteld.” Helaas, het laatste woord wordt mij niet ontnomen. Maar wat dan nu te zeggen? Op zoek naar wereldberoemde laatste woorden kwam ik onder meer tegen die van Van Speijk (“dan liever de lucht in!”) en van Julius Caesar (“ook gij, Brutus?”). En minder bekend, maar wel zo leuk: “...what does the red button do ?”. Of: " let op! Dit is cool!" "echt geen bluf!" En wat te denken van "ja! Ja! Ja? Nee! Nee! Nee!!!", “oh ohhh!" en ooohhh SHIT!!!..." Maar pikken is in onze professie verboden. Dus dan maar in mijn eigen woorden: het was heerlijk om er af en toe op los te mopperen en mijn professionele boosheid met de lezers van Opportuun te delen. Nu mij die mogelijkheid zo bruut wordt ontnomen zal mijn omgeving het nog zwaarder te verduren krijgen dan nu al het geval is. Dus mensen op het Bossche ressortsparket: sterkte! En lezers van Opportuun: houdoe en bedankt! Jan-Willem Grimbergen, Advocaat-generaal ressortsparket Den Bosch Illustratie: Guusje Kaayk
2020| Naam | GrOMbergen artikel - Opportuun - Opportuun 4 -3 mei - maart 20102010
Andrea Vloedbeld, VRIS-officier van het regioparket Arnhem-Zutphen
De pardonregeling heet officieel “Regeling ter afwikkeling nalatenschap oude Vreemdelingenwet” en trad op 15 juni 2007 in werking. Deze regeling is bedoeld voor vreemdelingen die vóór 1 april 2001 een asielaanvraag hebben ingediend en sindsdien ononderbroken in Nederland hebben verbleven. De regeling verleende hen onder bepaalde voorwaarden een verblijfsvergunning. Wanneer een vreemdeling bekend was bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) kreeg de betreffende persoon automatisch bericht als men onder de regeling viel. Was men niet (meer) bekend bij de IND, maar wel bij de gemeente, dan kon de vreemdeling de burgemeester van de gemeente waar hij verbleef verzoeken hem via een verklaring aan te melden bij de IND. De burgemeester verklaarde dan per brief of de vreemdeling aannemelijk had gemaakt dat hij gedurende het jaar 2006 in Nederland had verbleven.
2. Op welke wijze is er gefraudeerd? Vreemdelingen die voldeden aan de voorwaarden van de Pardonregeling ontvingen een aanbiedingsbrief voor een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd, vergezeld van een bijbehorende fotokaart. Deze diende door de betrokken vreemdeling ingevuld, getekend en met een goede pasfoto te worden teruggezonden aan IND. Uit IND-onderzoek bleek dat onbekende personen hun foto en handtekening hebben geplaatst op de fotokaart, maar zelf geen gebruik van de Pardonregeling hebben gemaakt. Hiermee maakten zij zich veelal schuldig aan valsheid in geschrift (art 225/ 227 (a) WvS) en (poging) oplichting (art 326 ev. juncto 45 WvS).
3. Waarom wordt pardonfraude aangepakt? De pardonregeling was bedoeld om een einde te maken aan de lange periode van onzekerheid waarin vele vreemdelingen verkeerden, die al lange tijd in Nederland verbleven en niet wisten of zij in Nederland mochten blijven. Het zou de IND tevens de gelegenheid geven ‘met een schone lei’ te beginnen en zonder achterstand aanvragen volgens de nieuwe Vreemdelingenwet (die in 2001 in werking trad) sneller af te handelen. Zowel uit preventief oogpunt als om de schade voor de IND en de Nederlandse staat tot een minimum te beperken, is de aanpak van belang. Pardonfraude is identiteitsfraude. De schade daarvan loopt in de tientallen miljoenen. Bovendien kan identiteitsfraude gepaard gaan met andere strafbare feiten of het begaan van strafbare feiten faciliteren.
4. Hoe is de pardonfraude aangepakt? IND, Politie Gelderland-Midden en arrondissementsparket Arnhem pakken de pardonfraude projectmatig aan. De verdachten werden uitgenodigd bij de IND in Zevenaar en bij verschijning en voldoende verdenking op heterdaad aangehouden. Voor verdachten die niet kwamen opdagen en niet woonachtig waren in arrondissement Arnhem was de rechtbank Arnhem niet bevoegd en was landelijke afstemming noodzakelijk voor de verder afhandeling. Gelijktijdig optreden was gewenst, omdat inmiddels was gebleken dat de verdachte vreemdelingen elkaar op de hoogte brachten. Op 7 september 2010 om 06.00 uur werd in alle arrondissementen tegelijkertijd een “instap” gemaakt bij circa 40 verdachte vreemdelingen. In een aantal gevallen vond een doorzoeking plaats onder leiding van de rechter-commissaris, gericht op valse identiteitsdocumenten en het achterhalen van de juiste identiteit.
5. Wat is het resultaat? In totaal konden 19 verdachte vreemdelingen worden aangehouden, van wie er 14 zijn voorgeleid bij de RC. De verdachten zijn veelal veroordeeld tot gevangenisstraffen van 2 tot 4 maanden (soms gedeeltelijk voorwaardelijk). De vreemdelingen die niet werden aangetroffen staan gesignaleerd en kunnen later alsnog worden aangehouden. Bij de zoekingen zijn voorts diverse andere illegale vreemdelingen aangetroffen die in vreemdelingenbewaring zijn gegaan en diverse documenten in beslag genomen. Opportuun 3 - maart 2011 - 5 vragen | 21
kortom
Kijk voor meer actueel nieuws op www.om.nl
Brug naar de top Het OM zoekt multiculturele rechtenstudenten. Omdat multiculturele rechtenstudenten moeilijk hun weg vinden naar de organisatie, zoekt het OM het contact met hen. Daartoe was het OM aanwezig op de startbijeenkomst van “Brug naar de Top”, die op 26 januari plaats vond in het kantoor van De Brauw in Amsterdam. Tijdens de startbijeenkomst zijn 22 studenten met interesse in het OM gekoppeld aan 22 officieren van justitie. De komende drie à vier maanden zullen zij tijdens circa drie afspraken
Nationale bomdatabase Eind 2011 heeft Nederland zijn eigen nationale bom database met opgeslagen kennis over explosieven, verdachte pakketjes en bommeldingen.
Bovendien kunnen politieregio’s, KLPD, Defensie, NFI en andere diensten hun data straks eenvoudig in het bomdatasysteem aanvullen. Niet alleen NFI-zaken (tweehonderd explosiegerelateerde zaken per jaar) komen in de database. Zo kan Defensie bijvoorbeeld De bomdatabase (BDS) biedt de mogelijkheid om kennis razendsnel beschrijvingen van oude munitie in het systeem zetten en de politie te delen. Ter plekke, als het moet.
nader kennismaken met het OM als organisatie en de functie van officier van justitie. Circa honderd rechtenstudenten en honderd professionals waren aanwezig op de startbijeenkomst. Naast de officieren bestonden de professionals uit rechters, advocaten en bedrijfsjuristen. De middag had een interactief karakter waardoor iedereen, student en professional, actief werden betrokken en de eerste contacten werden gelegd. Medio mei 2011 wordt het project afgesloten met een slotbijeenkomst. Zie ook www.brugnaardetop.nl
kan er bommeldingen in kwijt. Elke betrokken partij kan ook data opvragen op basis van specifieke vragen. De database levert niet alleen operationele informatie op een plaats delict, maar ontsluit ook informatie voor bewijsvoering of verder onderzoek. (uit nieuwsbrief NFI)
Europees beschermingsbevel Slachtoffers van misdrijven die bescherming hebben verkregen, zouden ook in een andere lidstaat beschermd moeten worden wanneer zij verhuizen. Hoewel er beschermingsmaatregelen bestaan in alle EU lidstaten, zijn zij niet van toepassing wanneer een persoon besluit de grens over
te gaan. Het Europese beschermingsbevel zou mogelijk moeten maken dat iedere vorm van bescherming van een persoon in een lidstaat ook van toepassing is in elke ander lidstaat ongeacht waar hij of zij heen verhuist of is verhuisd. Een Nederlander die bijvoorbeeld wordt belaagd door een stalker die vervolgens een straatverbod krijgt, kan dan zonder
angst voor de stalker naar Spanje verhuizen: na aanvraag van het beschermingsbevel zal de Spaanse overheid hetzelfde straatverbod erkennen en handhaven. Het Europese beschermingsbevel moet nog wel door een gekwalificeerde meerderheid van de lidstaten in de Raad worden goedgekeurd.
Internet en criminaliteit Naast cybercriminelen gebruiken ook 'offline' criminelen steeds vaker het internet Dat concludeert Europol in een rapport over cybercriminaliteit. Zo'n beetje alle vormen van georganiseerde criminaliteit
22 | Kortom - Opportuun 3 - maart 2010
die in de 'echte wereld' voorkomen, hebben voordeel van de mogelijkheden die internet biedt. Dat geldt voor smokkel van en handel in drugs, mensenhandel, illegale migratie, illegale wapenhandel, marketingfraude en BTWfraude, somt Europol op.
OM-afdoening breidt uit Sinds 1 maart 2011 vallen er weer nieuwe feiten onder de wet OMafdoening. Voor alle feitgecodeerde overtredingen, inclusief de zogenoemde '*-feiten' (zoals het 'niet kunnen tonen van een identificatiebewijs' of het 'plegen van baldadigheid') kunnen nu strafbeschikkingen uitgevaardigd worden. Uitzondering zijn feiten die door opsporingsambtenaren op kenteken geconstateerd zijn. Ook minderjarigen en militairen hebben sinds 1 maart te maken met de strafbeschikking.
Voor jongeren in de leeftijd van 12 tot enmet 15 jaar wordt het bedrag dat in het 'feitenboekje' aangegeven is gehalveerd. Een belangrijk verschil met volwassenen is dat bij een minderjarige niet alleen de bestrafte een strafbeschikking ontvangt, maar ook zijn of haar ouders of verzorgers een kopie krijgen toegestuurd. Sinds de Wet OM-afdoening in 2008 in werking trad, zijn er in totaal ruim 112.000 strafbeschikkingen uitgevaardigd. Zie ook pagina 28 en 29.
| 23
Meer capaciteit dna en vingersporen Er komt dit jaar meer NFIonderzoekscapaciteit voor DNA-onderzoek, pediatrie en vingersporenonderzoek. Dat hebben Politie, OM en NFI afgesproken in de Service Level Agreement (SLA) voor 2011. De capaciteit op enkele andere gebieden wordt verkleind. Aan de beschikbare capaciteit zijn afspraken over levertijden gekoppeld. De behoeften van politie en OM zijn leidend bij het opstellen van de SLA. De ondertekening gebeurde
door Hans Vissers (Raad van Korpschefs), Han Moraal (College van procureurs-generaal) en Kees Möhring (NFI). Ook snelheid is een speerpunt voor het NFI. Zo zijn er diverse nieuwe “sprintproducten” in de SLA opgenomen, waaronder DNA-6 uur. Een van de nieuwe NFI-diensten is “Intelligente data-analyse in zaakonderzoek” van de productgroep Kecida. In onderzoeken met veel digitale gegevens kan het NFI helpen bij het vinden van verbanden, patronen, afwijkingen, netwerken,
entiteiten en structuur in deze gegevens. Doel van het werken met een SLA is het bevorderen van de klanttevredenheid. Door vraag en aanbod goed op elkaar af te stemmen wordt de efficiëntie en effectiviteit in de strafrechtsketen vergroot, waardoor de rechtspleging beter en sneller verloopt. Alle producten en diensten van het NFI voor 2011 worden gedetailleerd beschreven in “Het forensisch boek”, de producten- en dienstencatalogus van het NFI.
Omgeslagen Recht spreken
Peuken
‘Al vinden dertien miljoen Nederlanders, honderd kranten en tientallen televisiezenders dat een verdachte van pedoseksueel handelen een heel zware straf verdient, als jij als rechter vindt dat er niet voldoende bewijs is, moet je hem vrijspreken.’
‘De gemiddelde Nederlander rookt niet meer, maar de gemiddelde verdachte nog wel.’ Bert Corbijn, hoofd forensische opsporing in Brabant-Zuid-Oost, Blauw 5 februari 2011
Geert Corstens, president van de Hoge Raad, Vrij Nederland 5 februari 2011
Koperdiefstal
Taakstraf
‘Laatst kwam een man drie keer achterelkaar met gloednieuwe (koper, red.) leidingen aanzetten. Geen zuivere koffie, dus die heb ik weggestuurd. Ook weiger ik regenpijpen die van kerken kunnen komen of partijen bliksemafleiders. Ongewild ben je dan nog heler ook.’
‘In de gevangenis doe je minder frisse contacten op. Eenmaal daar, valt voor de delinquent iedere vorm van sociale cohesie weg. Wie daarentegen een taakstraf heeft, blijft onderdeel van de samenleving.’
G.J. de Borst, Borst Metaalrecycling Haarlem, Algemeen Dagblad 17 januari 2011
Jasper van der Beld, strafrechter van het Landelijk Overleg Voorzitters Strafsectoren (LOVS), Trouw 11 februari 2011
UT Recht
Gefeliciteerd OM’ers, van harte gefeliciteerd met onze 200ste verjaardag. In 1811 waren we een treurig, onderdrukt landje. Zonder al te veel moeite waren de Fransen rovend en verkrachtend binnengemarcheerd en in 1806 had Napoleon zijn manke broer aangesteld als koning van de Nederlanden. Het land verarmde maar de Fransen drukten ook hun vernieuwend stempel op onderwijs, bestuur, en niet te vergeten de rechterlijke organisatie. Pluriformiteit en willekeur maakten plaats voor eenheid en professionalisering en na hun vertrek bleef de rechterlijke organisatie in opzet behouden. Natuurlijk is er in 200 jaar veel veranderd. Waren we oorspronkelijk door de regering op pad gestuurd om te controleren of rechters zich wel aan de wet zouden houden, door de eeuwen heen hebben we ons kunnen ontwikkelen tot een onafhankelijk functionerende hoeder van de rechtsstaat. Door de Verlichting is ons mensbeeld dusdanig veranderd dat de schavot- en lijfstraffen, de doodstraf, het gaarkoken van valsemunters, het ‘skuppen’ van onzedelijke vrouwen, het zwaaien met een zwaard boven het hoofd, het jarenlang tewerkstellen van kinderen en het bij elkaar opsluiten van grote groepen veroordeelden tot het verleden zijn gaan behoren. Het gebruik van de pijnbank was trouwens al in 1798 afgeschaft. Aan de andere kant zijn er misschien wel mensen die naar vroeger kunnen verlangen. Sinds 1838 mogen burgemeesters bijvoorbeeld geen recht meer spreken; misschien zijn er wel burgemeesters die dat nog best graag zouden willen. In de 16de en 17de eeuw waren er buurtgerechten en er zijn nu vast wel wijken waar men trek heeft in een eigen gerecht. Lees de reacties op Geen Stijl en de ‘verworging’ aan de paal kan zo weer worden ingevoerd. En gemeenten, die geconfronteerd worden met pedoseksuelen die hun straf hebben uitgezeten, zouden misschien niet negatief staan tegenover de verbanning die voor de 19de eeuw veelvuldig werd opgelegd. Celstraf is duur redeneerde men voor 1800, en weg is weg. Allemaal verleden tijd. Anders is dat bij ons streven om een groot deel van onze strafzaken sneller af te doen. Vandaag aangehouden, morgen een beslissing of overmorgen voor de rechter. Maar dan wel – anders dan vroeger - met alle procedurele rechtstatelijke waarborgen voor de verdachte en juiste aandacht voor het slachtoffer. Als we daar eens in zouden slagen dit jaar. Dan ben je niet alleen 200 jaar oud, maar sta je ook aan het begin van de toekomst. Mary Hallebeek, persvoorlichter parket Utrecht
24 | Omgeslagen - Opportuun 3 - maart 2011
Opportuun 3 - maart 2011 - Ut Recht | 25
NOODWEER BOVEN Recente jurisprudentie over noodweer en noodweerexces
JURIDISCH NEDERLAND Het kan stom toeval zijn, maar als de Hoge Raad in een aantal arresten over hetzelfde onderwerp casseert, is dat meestal een teken dat het recht in beweging is. Rond de jaarwisseling gaf de Raad in vijf arresten gelijk aan veroordeelde verdachten die vonden dat het gerechtshof hun beroep op noodweer(exces) te makkelijk had verworpen. De eerste van hen was de geplaagde visboer (LJN BN7732). Op marktdag is hij bezig met fileren. Twee jongens lopen langs zijn kraam en één van hen pakt een vis uit een krat. De visman ziet dit en loopt met zijn fileermes in de richting van de vrienden en roept dat ze de vis terug moeten leggen. De jongens leggen deze terug, en roepen ‘dat durf je nu wel met dat mes’. De visboer gooit daarop zijn mes op de fileertafel en loopt achter de vrienden aan. Hij duwt een van hen met kracht omver. De jongen komt overeind en loopt met de borst vooruit op de visboer af. deze geeft hem een forse vuistslag in het gezicht. Volgens het Hof Den Bosch heeft de visman niet geslagen uit noodweer. De Hoge Raad denkt daar anders over. Het ‘met de borst vooruit’ op de visboer toelopen kan, gezien de omstandigheden waarin deze verkeerde, wel degelijk een onmiddellijk dreigend gevaar voor een wederrechtelijke aanranding oproepen. Het zelf de confrontatie opzoeken kan in de weg staan aan een geslaagd beroep op noodweer(exces). Is het bij de nieuwe vriendin van je ex-vriend gaan staan, en haar vervolgens ‘vuil’ aankijken zó provocerend dat een tegenreactie van het latere slachtoffer te verwachten is? Het hof Den Haag oordeelde dat de verdachte de confrontatie die ontstond aan haar eigen gedrag had te danken. De Hoge Raad vindt dat te streng (LJN BO1267). Een ingewikkelder feitencomplex speelt in HR 4 januari 2011 (LJN BO4475). Hier is het slachtoffer begonnen met het veroorzaken van problemen. Hij heeft de vriendin van de verdachte onder de rok betast, en een duw gegeven. De verdachte nam het voor zijn vriendin op, pakte het slachtoffer bij de keel, en riep dat hij moest ophouden. Het slachtoffer balde zijn vuisten waarop verdachte hem een kopstoot gaf. De verdachte beroept zich op noodweer, wat door het hof wordt afgewezen. Het hof oordeelt dat het ballen van de vuisten door het slachtoffer niet kan worden aangemerkt als wederrechtelijk omdat het slachtoffer op dat moment zélf in een noodweersituatie verkeerde. De Hoge Raad vindt dit oordeel niet begrijpelijk. Het hof had ook moeten kijken naar wat er was voorgevallen vóórdat verdachte het slachtoffer bij de keel greep. In een ander arrest van dezelfde dag brengt de Hoge Raad nog eens onder de aandacht wanneer sprake kan zijn van een geslaagd beroep op noodweerexces (LJN BN9301). Dat is allereerst wanneer een aangevallene als gevolg van een hevige gemoedsbeweging te hard van stapel loopt en zijn verdediging verder gaat dan geboden is. Maar noodweerexces wordt ook aangenomen als de aangevallene zich aanvankelijk adequaat verdedigt, maar als gevolg van een hevige gemoedsbeweging doorgaat terwijl de noodweersituatie al beëindigd is. Aanleiding voor deze les is het oordeel van het hof Den Haag dat het feit dat slachtoffer al was overmeesterd en geboeid op de grond lag aan een beroep op noodweerexces in de weg staat. Of de dodelijke geweldplegingen een verontschuldigbare overschrijding van de grenzen van noodzakelijke verdediging zijn, moet opnieuw worden beoordeeld. Maar dan wel volgens de regels van de Hoge Raad. Tekst: Miranda van Turennout en Juriaan Simonis, Wetenschappelijk Bureau OM
26 | Jurisprudentie - Opportuun 3 - maart 2010
De Stelling
‘130 op de snelweg is een goed plan’
Koos Spee, Landelijk verkeersofficier van justitie De maximumsnelheid verhogen naar 130 km per uur vind ik geen goed plan. Deze verhoging leidt tot meer verkeersslachtoffers, is slecht voor het milieu, zowel voor de uitstoot als voor het verkeerslawaai en bevordert de doorstroming bepaald niet. De praktijk zal zijn dat er tegen de 140 km per uur wordt gereden, omdat de politie gezien de verplichte marges pas bij 138 km/h zal gaan bekeuren. Het snelheidsverschil tussen de diverse categorieën voertuigen wordt dus groter, dat leidt op zich al tot gevaarlijke situaties en als er een crash gebeurt zal de botssnelheid hoger zijn waardoor de kans op ernstig letsel toeneemt. Als je het onderste uit de kan wil halen en dus tegen de bekeuringgrens aan rijdt is de remweg inclusief de reactieseconde bij 127 km/h 113 meter en bij 137 km/h 129 meter. Dat scheelt 16 meter en dat zijn drie à vier auto’s als je een stilstaande file even te laat in de gaten hebt. Foto: NFP Photography/Pieter Magielsen
Ton Roks, Freelance autojournalist Het lijkt me wel een goed plan, 130 km/h op de juiste tijd en de juiste plaats. Het scheelt misschien niet veel in tijd, maar het geeft wel het goede gevoel dat je lekker opschiet. Ophogen naar 130 is ook een goed medicijn tegen het barre en boze imago van de snelheidshandhavers en justitie, die de naam hebben limieten te gebruiken om de kas te spekken, met milieuhoeders als gretige handlangers. Als de in deze te repressieve overheid de teugels af en toe zou laten vieren, zouden de regels waarschijnlijk serieuzer genomen worden. Gaan mensen nog sneller rijden als ze 130 mogen? Dat zal meevallen, de meeste die nu menen 120 te gaan, rijden slechts 115 door de tellerafwijking. Wie straks stout denkt te zijn met 135 op de klok, gaat nog lang geen 130. Heb ook vertrouwen in technologie. Spoedig zullen veel auto’s ‘borden-lezers’ achter de voorruit hebben, die de limiet permanent in je dashboard laten zien en signaaltjes geven als je te hard rijdt.
Opportuun 3 - maart 2011 - De stelling | 27
Ster-feiten naar CVOM
Uitbreiding centrale verwerking
Vanaf 1 maart worden zaken waarvoor een strafbeschikking kan worden uitgevaardigd uitgebreid met “ster-feiten”, zaken waarin het OM de hoogte van de strafbeschikking bepaalt. ‘Nieuwe taken voor de CVOM,’ aldus de directeur bedrijfsvoering. De wet OM-afdoening betekent dat het Openbaar Ministerie zelf lichte straffen kan opleggen. Vroeger was het voor een overtreder mogelijk om na een transactie-aanbod achterover te leunen en te wachten tot er een dagvaarding op de mat viel. ‘Het was rekken en nog eens rekken: een gebed zonder eind. Vanuit rechtshandhaving bepaald niet gewenst’, geeft Ruud Bloembergen, directeur bedrijfsvoering van CVOM, de oude situatie weer. ‘Nu moet de bestrafte de strafbeschikking betalen of zélf
Baldadigheid als Ster-feit “Op openbare weg dan wel op voor publiek toegankelijke plaatsen tegen personen of goederen baldadigheid plegen (straatschenderij)”, art 424 WvSr 180 is een voorbeeld van een “ster-feit”. Sterfeiten zijn OM-feiten: voor deze feiten kan door de politie geen sanctie worden opgelegd. Verder zijn er M-feiten en P-feiten: • M-feiten (“Mulderfeiten”) zijn feiten die overeenkomstig de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wet Mulder) worden afgehandeld. • P-feiten zijn politiestrafbeschikkingsfeiten/politietransigabele feiten. Deze feiten worden overeenkomstig het Besluit OM-afdoening/Transactiebesluit 1994 afgehandeld. Meer informatie is te vinden in de “Tekstenbundel voor misdrijven, overtredingen en Muldergedragingen”, www.om.nl/mulderbundel2011
28 | Organisatie - Opportuun 3 - maart 2011
bezwaar maken door binnen 14 dagen verzet in te stellen bij het OM. Het initiatief ligt bij de verdachte en niet meer bij het OM.’
Centraal afwikkelen Bij de strafbeschikkingen die tot nu toe zijn ingevoerd (de OM-strafbeschikking voor rijden onder invloed, de politiestrafbeschikking en de bestuurlijke strafbeschikking) sturen verbalisanten het proces-verbaal naar het CJIB. Het CJIB stuurt de bestraften een
strafbeschikking met acceptgirokaart die ze binnen zes weken moeten betalen. Of de bestrafte kan binnen 14 dagen in verzet gaan. ‘Die verzetten worden tegenwoordig centraal door de CVOM afgewikkeld. Beoordelaars bekijken de beroepsschriften en beslissen of de strafbeschikking vernietigd (geseponeerd) of aangepast moet worden. Als zij van mening zijn dat de strafbeschikking terecht is opgelegd dan gaat de zaak naar de kantonrechter’, legt Bloembergen uit. ‘Met de uitbreiding van de sterfeiten is het gecompliceerder. Het proces-verbaal gaat eerst naar de CVOM waar onze beoordelaars de hoogte van de strafbeschikking vaststellen.’ Daarna verstuurt het CJIB de bestrafte de strafbeschikking met acceptgiro en zijn er weer zes weken om te betalen of binnen twee weken in verzet te gaan bij de CVOM.
Functievolgers
de parketten. Circa 95 procent van de kantonzaken zal eind dit jaar door de CVOM worden behandeld, voorspelt CVOM-er Bloembergen. ‘Natuurlijk blijven de zaken die een persoonsgerichte aanpak vergen gewoon bij de parketten.’ Maar om het werk bij de CVOM aan te kunnen zijn zo’n vijftien functievolgers uit de zes omliggende regioparketten overgekomen. ‘We hebben mensen met de juiste kennis en kunde nodig om binnen de CVOM de taken goed uit te voeren. Het proces van plaatsing, begeleiding en opleidingen vereist veel aandacht. Afhankelijk van het toekomstige verzetspercentage, want we hebben nog geen idee hoe dat gaat lopen, is er wellicht uitbreiding nodig.’ ‘We zijn voorbereid op de nieuwe landelijk taak. Daar is immers het hele OM bij gebaat. Inmiddels hebben we ervaring met het proces opgedaan. De prestaties van de CVOM verbeteren. We hechten aan een goede samenwerking en verbinding met de parketten. We moeten het immers samen doen.’
Met de invoering van de OM-afdoening en de nieuwe centrale werkwijze vervalt een forse zaaksstroom bij
Tekst: Thea van der Geest. Foto (r): Stephan van Leiden
geen spijt van overstap Functievolger Arjenne Hogesteeger (links op foto) werkte op parket Rotterdam als zittingsvoorbereider. ‘Mijn baan hield op te bestaan. De onzekerheid bij het parket over wat er ging gebeuren heeft achteraf te lang gesleept. Uiteindelijk was ik blij dat er plek was bij de CVOM. Het werk is niet heel anders. Ik werkte in Rotterdam al in GPS. Twee Rotterdamse collega’s werken nu bij de CVOM als beoordelaars en twee als zittingsvoorbereiders.’ Ook in Arnhem hield het werk van Trudy Pouwelsen op. ‘Ik heb zelf de stap genomen om bij de CVOM te gaan kijken. Ik werd er hartstikke leuk ontvangen. Ik heb 32 jaar in Arnhem gewerkt, om daar afscheid van te nemen was wel moeilijk. Maar ik heb geen spijt. Het is hier rustiger, overzichtelijker en geen stapels dossiers meer op mijn bureau.’ Het grote verschil? ‘Bij een parket is de administratie een ondergeschoven kindje. Alles draait om de officier van justitie. Bij de CVOM als administratieve organisatie is dat anders. Professioneler’, beamen beiden. Opportuun 2 - februari 2011 - Organisatie | 29
'Cold case officieren aanstellen en tactisch en forensisch rechercheurs samenbrengen in een team', dat is de boodschap die Theo Vermeulen meegeeft aan de forensische experts die deelnemen aan het jaarcongres van studiecentrum Kerckebosch. 'Zonder elkaar kan er veel misgaan.' Een kijkje in de keuken van het Amsterdamse Team Review en Cold Cases.
Cold Case Team lost zelf geen zaken op De Amsterdamse praktijk als voorbeeld
Het Amsterdamse Team Review en Cold Cases is vijf jaar geleden gestart met een voorraad van 266 oude onopgeloste moordzaken. 'Die moordzaken zijn teruggevonden in de archieven of zaten nog in het geheugen van rechercheurs', legt teamleider Theo Vermeulen uit. Alleen de onopgeloste zaken waarbij lijken zijn aangetroffen werden geteld. De bekendste daaronder zijn een aantal zaken die nu in het Passageonderzoek behandeld worden. Zaken die pas aan het rollen kwamen toen kroongetuige La S. zich meldde bij de rechercheurs van de Amsterdamse Criminele Inlichtingen Dienst. Het betrof moordzaken die waren vastgelopen en weer zijn vlotgetrokken door de verklaringen van deze verdachte.
Twee officieren Het cold case team in Amsterdam bestaat uit vijftien ervaren forensisch en tactisch rechercheurs, administratief personeel en twee vaste officieren van justitie. Een van de twee officieren is full-time met het Passage-onderzoek belast. 'Door twee officieren bij een cold case team te betrekken is de achtervang gegarandeerd,' aldus teamleider Vermeulen. Verder werken er collega’s uit samenwerkende regio’s en is er een gedragskundige aan het team verbonden. Ook kunnen externe experts worden ingeschakeld. Omdat naast de onopgeloste zaken zich elke maand wel weer nieuwe zaken aandienen die een cold case zouden kunnen worden, houdt het team ook die tegen het licht. Dit zijn doorgaans moordonderzoeken. Er wordt dan een "review" uitgevoerd. Vanzelfsprekend is een permanent cold case team niet voor elk regiokorps een haalbare kaart en dit geldt
30 | Expertise - Opportuun 3 - maart 2011
zeker voor de kleinere politieregio’s. Het Team Review en Cold Cases waarin naast de politieregio AmsterdamAmstelland ook de kleinere regio’s Gooi en Vechtstreek en Zaanstreek-Waterland participeren, maakt het mogelijk dat ook cold cases en reviews uit kleinere regio’s met enige regelmaat de aandacht krijgen. Met de komende wijziging van de indeling van de politieregio’s zal de samenwerking tussen de bestaande cold case teams sterk verbeteren.
Cold case In principe worden oude moordzaken pas na vier jaar weer heropend. Na vier jaar is er meer kans op nieuwe technische ontwikkelingen die eerder gevonden sporen beter kunnen duiden. En uit ervaring blijkt dat getuigen niet eerder bereid zijn om uitgebreidere verklaringen af te leggen. De verschillende politiedistricten beslissen zelf welke drie cold case zaken ze van de voorraadlijst willen aanleveren. Deze zaken, alle met ernstige maatschappelijke impact, worden door de leiding van het cold case team geprioriteerd. Theo Vermeulen onderstreept de noodzaak om naast forensisch ook tactisch onderzoek te betrekken. 'Je kan nog zo'n mooi spoor hebben, maar zonder tactisch onderzoek kan je het vergeten! Ook het OM heeft een belangrijke partnerrol. We kunnen bijvoorbeeld nieuwe inzichten ontwikkelen en resultaten in het dossier willen opslaan, of juist uit oude dossier willen ophalen. Daarmee lopen we tegenwoordig wel tegen de Wet Politiegegevens (WPG-wetgeving) aan. De officier kan aangeven hoever we daarin kunnen gaan.' Het cold case team lost nooit een zaak zelf op. Ze werken als een bureau Projectvoorbereiding.
Alle informatie wordt teruggegeven aan de eigenaar, aan het politiedistrict waar het feit destijds werd gepleegd. Het Team Review en Cold Cases gaat niet met een zaak aan de haal, zegt niet of iets goed of slecht is onderzocht. Uiteindelijk volgen “slechts” rapportages met aanbevelingen.
Review en tegenspraak Alle grootschalige opsporingsonderzoeken zijn geschikt voor een review, dit is doorgaans na een tiental weken. Gegevens uit de dossiers, administraties, digitale bestanden, video’s, GSM-gegevens en buurtonderzoeken worden in alle rust door het Team Review en Cold Cases opnieuw uitgeplozen. Niet gestoord door de dagelijkse hectiek kan het team in
1 op de 3 Gemiddeld wordt een op de drie onopgeloste moordzaken door een cold case team alsnog opgelost. De aanpak en samenstelling van deze cold case teams verschillen per politieregio. Theo Vermeulen, teamleider van het cold case team in Amsterdam, pleit voor eenduidige uitgangspunten.
alle vrijheid en ruimte de gegevens herzien. Na drie weken levert het review team een rapportage af waarin aanbevelingen worden gegeven aan de teamleiding van dat grootschalig onderzoek. De objectieve informatie wordt als aanbevelingen meegegeven. Het Team Review en Cold Cases borgt daarmee tegelijkertijd tegenspraak. Om de onafhankelijkheid van het team te garanderen valt het team direct onder de regionale stuurploeg.
NN'ers Naast de werkzaamheden van het Team Review en Cold Cases is er nog het probleem van de ongeïdentificeerde lijken. Het team brengt onder andere deze ongeïdentificeerde lijken in kaart. Stuk voor stuk kunnen dit vermiste personen zijn die waarschijnlijk als zodanig gemeld zijn bij de politie in binnen- en buitenland. Het betreft vaak mensen uit het buitenland. Doorgaans vervalt het grafrecht na 10 jaar. De politie wordt tot op heden niet automatisch in kennis gesteld van de ruiming van graven van onbekende personen. Theo Vermeulen pleit voor een eenduidige landelijk procedure voor de registratie van ongeïdentificeerde lijken. Waarbij uiteindelijk ook cold cases een belangrijkere rol moeten gaan spelen. Tekst: Thea van der Geest, Foto: Judith Dekker
| 31
Groene golf in Griekenland Hoe een ZilverOM’er een nieuw bestaan opbouwde
Gespot: 5alonia appartementen in Piambela, Griekenland Naam: Ronne van Zuidam Functie: appartementhoudster en ZilverOM’er (Ronne was tot medio 2005 secretaresse van het College van procureurs-generaal) internet Meer info op www.5alonia.nl
Warm was het, die zomerdag in 1980 waarop Ronne van Zuidam en haar man hun camper langs de Griekse kust stuurden. De kinderen wilden een ijsje en dus trapten ze bij een terras op de rem. Daar hoorden ze over een strand in een baai aan de Golf van Amvrakikos. Ronne: ‘De Golf was zo puur en groen, en dat midden in de zomer. Dolfijnen lieten zich zien en kwamen tot vlak aan het strand. Liefde op het eerste gezicht!’ Jaar na jaar kwam Ronne er terug en in 1989 kocht ze een stuk land. Ze bouwde haar tweede huis. De liefde groeide alleen maar. Als ze zagen hoe zeilbootjes langs eilandjes gleden, hoe een herder zijn Helleense schapen hoedde, hoe de zonsondergang de heuvels donker kleurde - ja, dan droomden Ronne en haar man Frans hardop. Zou het mogelijk zijn, om het héle jaar in Griekenland te wonen? Ze puzzelden en planden, en zetten weer de stap naar een architect. Zomer van 2010. Na een jaar hard werken en bouwen zijn Ronne en Frans eigenaar van drie appartementen, plus zwembad, terras, bar en barbecue. Gasten kunnen er zwemmen en jeu de boulen, met Ronne en Frans nooit ver weg. ‘Juist omdat wij zo kleinschalig zijn, kunnen we veel aandacht aan onze gasten besteden.’ ‘Ik barst van de energie en ga lekker van het leven genieten’, voorspelde Ronne in Opportuun van juni 2005, toen ze via de eenmalige FPU-regeling vervroegd het OM kon verlaten. Ze hield woord.