FFR-meting Meten van de bloeddruk in de kransslagaders

FFR-meting Meten van de bloeddruk in de kransslagaders

U komt binnenkort naar het MCL voor een FFR-meting. FFR (Fractional Flow Reserve) is een aanvullend onderzoek om de (bloed)druk in uw kransslagaders te meten. In deze folder kunt u lezen hoe de gang van zaken is rondom het onderzoek. Wanneer u bent opgenomen in afwachting van het onderzoek, zal de voorbereiding mogelijk iets afwijken zoals het in deze folder is beschreven.

Algemeen De cardioloog heeft met u besproken dat er een vernauwing zit in één of meerdere kransslagaders. De kransslagaders zijn de bloedvaten rondom uw hart die uw hart van bloed voorziet. Door middel van het FFR-onderzoek wil de cardioloog weten in welke mate de kransslagaders vernauwd zijn. Niet iedere vernauwing hoeft namelijk meteen gedotterd te worden. Met het onderzoek kan ook worden vastgesteld welke vernauwing de klachten veroorzaken. Op basis van deze gegevens kan de cardioloog beoordelen welke behandeling voor u het beste is.

Voorbereiding Uw cardioloog vertelt u welke voorbereiding nodig is. Volgt u de aanwijzingen goed op.

Het gebruik van bloedverdunnende medicijnen Bij het gebruik van Acenocoumarol of Fenprocoumon krijgt u uitleg over het (tijdelijk) aanpassen van de dosering. Geeft u de datum van het onderzoek/behandeling zo spoedig mogelijk door aan de trombosedienst. De trombosedienst kan met uw behandelend cardioloog overleggen hoe de dosering van het antistollingsmiddel moet worden aangepast. Heeft u geen uitleg gekregen? Neem dan contact op met de trombosedienst. Stop niet zelf zomaar met de medicijnen.

-1-

MCL | Patiënteninformatie


Met de NOAC-medicijnen, zoals Pradaxa (Dabigatran) of Xarelto (Rivaroxaban), kunt u meestal 1 of 2 dagen voor de ingreep stoppen. Dit is echter afhankelijk van: •

Welke medicijnen u gebruikt

•

De aard van de ingreep

•

Uw nierfunctie

U ontvangt hierover uitleg bij het plannen van het onderzoek.

LET OP! Heeft u een kunstklep? Stop dan NIET met de antistollingsmedicijnen. De trombosedienst geeft u ter overbrugging bloedverdunnende injecties.

Andere medicijnen •

Gebruikt u Metformine? Dan moet u hiermee stoppen op de dag van het onderzoek. Twee dagen na de behandeling mag u hiermee weer starten (tenzij uw arts anders aangeeft).

•

Gebruikt u plastabletten? Neem deze dan na het onderzoek in.

•

Overige medicijnen kunt u gewoon innemen. Neem deze in originele verpakking mee naar het ziekenhuis.

Eenmalige oplaaddosis Sommige patiënten komen in aanmerking voor een oplaaddosis ter voorbereiding op het onderzoek. Wanneer u hiervoor in aanmerking komt, ontvangt u een recept dat u bij uw eigen apotheek kunt inleveren. Het is een recept voor: •

Clopidogrel (Plavix), 5 tabletten à 75 mg: - Op de dag voor het onderzoek, ’s morgens 4 tabletten (à 75 mg) innemen. - Op de dag van het onderzoek, ’s morgens 1 tablet (à 75 mg) innemen.

•

Ascal, 6 sachets à 100 mg: - Op de dag voor het onderzoek, ’s morgens 6 zakjes à 100 mg innemen (de 6 zakjes oplossen in een glas water).

-2-



Let op: Gebruikt u al langer dan drie dagen Plavix (Clopidogrel), of het medicijn Efient (Prasugrel) of Brilique (Ticagrelor)? Dan hoeft u de Plavix niet in te nemen! U neemt dan gewoon uw dagdosering in van het medicijn dat u al gebruikt.

Indien u zelf al Ascal 100mg (of Acetylsalicylzuur 80 mg) gebruikt, mag u deze eenmalig laten staan.

Overige •

U krijgt thuis bericht over datum en tijdstip van de opname (tenzij u al opgenomen bent)

•

U ontvangt een uitnodiging voor het pre-opnamespreekuur; een verpleegkundige doet een aantal controles, een apothekersassistent neemt met u door welke medicijnen u gebruikt

•

Bij een verminderde nierfunctie kan het zijn dat u eerder wordt opgenomen voor een spoelinfuus. Dit wordt met u besproken

•

Neem spullen mee voor de overnachting

•

Eventueel wat lectuur

•

Denk om uw patiëntenpas

•

Vul het opnamevragenformulier in en geef dit aan de verpleegkundige

•

Vanaf de avond voor het onderzoek neemt u geen cafeïnehoudende dranken (zoals koffie, thee, cola) of chocola

•

Eet voor het onderzoek niet te zwaar, zodat u tijdens het onderzoek niet misselijk wordt

•

Bent u overgevoelig voor contrastvloeistof? Meld dit dan aan uw arts of verpleegkundige. U krijgt dan voor de behandeling een medicijn toegediend om de allergische reactie tegen te gaan

-3-



Meten is weten Er wordt in ons ziekenhuis veel gedaan aan (wetenschappelijk) onderzoek waarbij verschillende soorten medicijnen, materialen of behandelmethodes met elkaar worden vergeleken. U kunt worden gevraagd voor deelname aan een van deze onderzoeken. U krijgt hier dan uitgebreide informatie over.

Daarnaast zijn wij verplicht de resultaten van de diverse behandelingen te registreren. Om gebruik te mogen maken van uw gegevens, hebben wij uw toestemming nodig. Mocht u bezwaar hebben dat wij uw gegevens hiervoor gebruiken, dan kunt u dit met uw arts bespreken.

De onderzoeksdag U kunt zich op het afgesproken tijdstip melden bij de opnamebalie in de centrale hal. U hoort daar op welke afdeling u wordt verwacht. Eventueel kan een gastvrouw of gastheer u naar de afdeling brengen. De verpleegkundige brengt u naar uw kamer. Daarna wordt onder andere een hartfilmpje gemaakt, worden een aantal gegevens genoteerd en krijgt u een infuusnaaldje in de arm om zo nodig medicijnen te kunnen geven tijdens het onderzoek.

U krijgt een operatiejasje aan. Er is gelegenheid eventuele vragen te stellen. U wordt naar de Holding/Verkoever Cardiologie gebracht om te wachten tot u aan de beurt bent. U wordt in bed naar de hartkatheterisatiekamer gebracht. Het is verstandig om van tevoren nog naar het toilet te gaan.

Houdt u er rekening mee dat er door spoedsituaties wijzigingen kunnen ontstaan in het dagprogramma.

-4-



Het onderzoek U gaat op de behandeltafel liggen en de laboranten beginnen met de voorbereidingen voor de hartkatheterisatie. Hierna start de cardioloog met het geven van de plaatselijke verdoving. Hij/zij brengt een buisje via de slagader in de lies of de pols in. Dit kan wat gevoelig zijn. Via dit buisje wordt een katheter tot aan de kransslagaders opgevoerd. Hier voelt u over het algemeen niets van. Door middel van een contrastmiddel worden de kransslagaders op het beeldscherm zichtbaar gemaakt.

Wanneer duidelijk is waar de vernauwing precies zit, wordt er een dunne draad door de katheter voorbij de vernauwing geschoven.

Aan deze draad zit een metertje die de druk in het bloedvat meet, voor en achter de vernauwing. De draad is verbonden aan een computer, zodat de cardioloog op het beeldscherm de druk kan aflezen. Via het infuus krijgt u het middel adenosine toegediend. Dit zorgt ervoor dat uw bloedvaten zich verwijden, net zoals dit gebeurt bij inspanning zoals bij fietsen of hardlopen. Het middel kan een warm of beklemmend gevoel op de borst geven. Dit lijkt op angina pectoris maar is ongevaarlijk. Adenosine is snelwerkend en is dus ook snel weer uitgewerkt. Als de adenosine is toegediend wordt opnieuw de druk gemeten. Bij meerdere vernauwingen wordt er op al die plaatsen gemeten. Het onderzoek duurt gemiddeld ongeveer één tot anderhalf uur.

Het vervolg Afhankelijk van de uitkomst van de meting bespreekt de cardioloog de vervolgbehandeling met u, dat kan zijn: •

Medicijnen

•

Dotter- of stentbehandeling

•

Bypass-operatie (of openhartoperatie)

De dotter- of stentbehandeling kan aansluitend aan het onderzoek worden uitgevoerd. Meer informatie hierover vindt u in de folder Dotter- en stentbehandeling (PCI).

-5-



Nazorg Als het onderzoek (en de eventuele dotterbehandeling) klaar is, wordt uw slagader dichtgedrukt totdat deze niet meer bloedt. Dit gebeurt met een zogenaamde Angioseal (plugje). Dit lost in 90 dagen vanzelf op. Het kan ook voorkomen dat u een drukverband of een speciale pleister met een druk-/luchtballonnetje krijgt. Dit blijft zitten tot de volgende ochtend. Bij een onderzoek via de pols wordt de slagader dichtgedrukt met een speciale band.

Na de behandeling gaat u terug naar de Holding/Verkoever Cardiologie voor de eerste nazorg. Hierna gaat u terug naar de verpleegafdeling. Daar hoort u hoe lang u in bed moet blijven en wat de leefregels voor thuis zijn. Zie ook de folder “Leefregels na een hartkatheterisatie” of “Leefregels na een dotter-/stentbehandeling”. U krijgt 1 liter water, het is de bedoeling dat u dit binnen twee uur opdrinkt. Hierdoor raakt u het contrastvloeistof versneld kwijt uit uw lichaam. Heeft u een ‘spoelinfuus’ dan hoeft dit niet, dan wordt er opnieuw voor de duur van 12 uur een infuus aangesloten.

Wanneer u weer pijnklachten krijgt of houdt, meldt dit dan aan de verpleegkundige.

Als alles goed gaat kunt u de volgende ochtend naar huis. Houdt u er rekening mee dat u de eerste dagen niet mag autorijden.

Medicijngebruik na de ingreep U bent voor de behandeling gestart met Plavix-tabletten. Wanneer er een stent is geplaatst, is het de bedoeling dat u deze medicijnen een jaar lang gaat gebruiken. Dit om te voorkomen dat er nieuwe stolsels in de stent ontstaan. Informatie hierover ontvangt u van de apotheker. Het kan ook zijn dat de arts u een ander middel voorschrijft, hierover wordt u dan geïnformeerd.

-6-



Mogelijke risico’s Aan een hartkatheterisatie zitten kleine, maar soms ook ernstige risico’s. Meestal verloopt het onderzoek echter zonder problemen. Een uitgebreide beschrijving van de mogelijke risico’s staat in de brochure van de Nederlandse Hartstichting.

Vragen Heeft u nog vragen naar aanleiding van deze folder? Bel dan met het planningssecretariaat of overleg met uw cardioloog of verpleegkundige.

Aantekeningen …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………

-7-



www.mcl.nl www.hartstichting.nl www.hartenvaatgroep.nl

Planningssecretariaat interventie cardiologie

058 – 286 7841

©MCL november 2015 Docnr. 27154 (5)

-8-


FFR-meting Meten van de bloeddruk in de kransslagaders

Recommend Documents