EUROPESE UNIE
Comité van de Regio's
Raadpleging
Uw mening over Europa 2020
Belangrijkste bevindingen, evaluatie en gevolgen voor het beleid Mei 2010
Belangrijkste bevindingen, evaluatie en gevolgen voor het beleid Raadpleging van het CvdR "Uw mening over Europa 2020"
EU-STEDEN EN -REGIO'S: EUROPA 2020 IS BELANGRIJK
Aan de raadpleging van het Comité van de Regio's hebben 90 Europese regio's en steden uit 21 EU-lidstaten deelgenomen. Zij hebben uitstekende documenten ingediend waaruit hun inzet blijkt voor de nieuwe Europa 2020-strategie voor slimme, duurzame en inclusieve groei. Zo leveren zij een schat aan commentaar, suggesties en concrete voorbeelden van hoe zij concreet kunnen meewerken aan het uitvoeren van de strategie. De respondenten appreciëren de evenwichtige benadering van de blauwdruk van de Europa 2020-strategie zoals die blijkt uit de prioriteiten en het ambitieuze engagement voor doelstellingen voor de hele EU. Zij menen ook dat de kerninitiatieven concrete instrumenten zijn om Europa 2020 dichter bij de EU-burgers te brengen. Zij hebben echter bedenkingen bij een aantal inhoudelijke kernelementen van de blauwdruk. Volgens hen worden territoriale verscheidenheid en verschillen onvoldoende erkend en aangepakt, wordt het bbp niet aangevuld met nieuwe indicatoren waarmee beleid kan worden vormgegeven, wordt er geen einde gemaakt aan de huidige versnippering van de beleidsprogramma's en bijbehorende financieringsinstrumenten, wordt administratieve vereenvoudiging niet tot prioriteit uitgeroepen, wordt er niet genoeg moeite gedaan om partnerschappen tussen nationale, regionale en lokale overheden te bevorderen en wordt niets gedaan aan het communicatieprobleem dat de nieuwe strategie dichter bij het dagelijkse leven van de burger moet worden gebracht. De meeste respondenten vrezen dan ook dat de krappe termijn voor de goedkeuring van de nieuwe strategie tot dezelfde cruciale fouten en tekortkomingen zal leiden als bij de Lissabonstrategie. Zij geven dan ook een waaier aan concrete suggesties voor de verbetering van de Europa 2020-blauwdruk en voor de geslaagde uitvoering ervan.
UITSTIPPELING EN UITVOERING VAN DE NIEUWE STRATEGIE: UITDAGINGEN EN KANSEN
1) Europa 2020 houdt geen rekening met bestaande sociaal-economische verschillen en de ongelijke verdeling van kansen tussen en in regio's en steden. Deze verschillen zijn het afgelopen decennium nog toegenomen en tonen niet alleen de "traditionele" kloof tussen ontwikkelde en achterblijvende
Fiche CvdR 4695/2010 en/ES/VDS/cb
.../...
NL
-2-
2) regio's, maar zijn ook waarneembaar in een aantal van de meest ontwikkelde gebieden, bijvoorbeeld in arme buurten van meerdere EU-steden. Doordat Europa 2020 van bovenaf uitsluitend EU- en nationale doelen vastlegt, kunnen doelstellingen, indicatoren en streefcijfer niet op maat worden gesneden om rekening te houden met die lokale en regionale verschillen.
Door de doelstellingen, indicatoren en streefcijfers aan te passen aan verschillende lokale en regionale omstandigheden, zou de nieuwe strategie realistischer worden en bijgevolg ook aansluiten bij het dagelijkse leven van de gewone EU-burger.
3) Europa 2020 is geen stimulans voor de uitwerking van indicatoren inzake duurzame ontwikkeling als aanvulling op het bbp.
De goedkeuring van dergelijke indicatoren, in het kader van een flexibele uitvoering van de nieuwe strategie waaraan alle betrokken bestuursniveaus en andere belanghebbenden hun steentje bijdragen, is noodzakelijk voor de vaststelling van lokale en regionale doelstellingen en helpt om de strategie op de meest geschikte manier op lokaal niveau te kunnen uitvoeren. De respondenten geven voorbeelden van mogelijke indicatoren.
4) De beleidsinstrumenten en bijhorende financieringsinstrumenten van Europa 2020 blijven net als bij de Lissabonstrategie erg versnipperd, zodat de kans bestaat dat zij geen resultaten opleveren. Bovendien is in Europa 2020 administratieve vereenvoudiging geen prioriteit.
Beleidsinstrumenten en het gebruik ervan moeten worden gecoördineerd en vereenvoudigd, zodat doelgericht en samenhangend wordt gefocust op een beperkt aantal doelstellingen. Zo wordt ook de noodzakelijke onderlinge afstemming bevorderd tussen verschillende EU-beleidsvormen, met inbegrip van het cohesiebeleid en beleid in andere relevante sectoren.
5) Of de Europa 2020-doelstellingen uiteindelijk worden bereikt, zal niet alleen afhangen van wát de betrokken overheden doen, maar nog veel meer van de vraag of hun optreden gecoördineerd en synchroon plaatsvindt. Bij de uitvoering van meerdere aspecten van de zeven aangekondigde kerninitiatieven zullen lokale en regionale overheden een sleutelrol spelen. Ondanks een verklaring van goede wil zijn er geen praktische regelingen om bij de uitvoering van de nieuwe strategie tussen de diverse bestuurslagen partnerschappen te bevorderen. Er zijn integendeel nu al een aantal belangrijke beslissingen (bepalen van de doelen op EU- en nationaal niveau) overhaast en van bovenaf genomen.
Om de beloften van de strategie te kunnen waarmaken, is vanaf het begin coördinatie nodig tussen alle betrokken overheden. In het bijzonder in 2010 moeten lokale en regionale overheden, nationale regeringen en de EU samenwerken, eerst om de doelen te bepalen - ook op regionaal niveau - en vervolgens om de kerninitiatieven en nationale hervormingsprogramma's uit te werken en op te starten. In dit proces moeten de beginselen van subsidiariteit en evenredigheid nauwgezet in acht worden genomen.
Fiche CvdR 4695/2010 en/ES/VDS/cb
.../...
-3-
6) De blauwdruk stelt terecht dat cohesiebeleidsinstrumenten bijdragen aan de verwezenlijking van de Europa 2020-doelstellingen, maar onderschat kennelijk de regionale en territoriale verscheidenheid in de EU en maakt niet duidelijk hoe Europa 2020 kan bijdragen aan een grotere cohesie in de EU. De strategie is niet flexibel en van bovenaf gestuurd, zodat de kans misschien wordt gemist om met het plaatselijke menselijke kapitaal en andere troeven slimme, duurzame en inclusieve groei op gang te brengen. Net als de Lissabonstrategie zou ook deze strategie voor de meeste EU-burgers een "ver-vanhun-bed-show" kunnen blijven.
De respondenten stellen unaniem dat Europa 2020 en het cohesiebeleid moeten worden gezien als elkaar versterkende beleidsinstrumenten waarmee duurzame groei kan worden bevorderd en de sociale, economische en territoriale samenhang kan worden vergroot. De bezorgdheid over territoriale cohesie neemt toe, ook in de rijkere EU-regio's. Daarom moet het cohesiebeleid bij de verwezenlijking van zijn herverdelingsdoelstellingen alle regio's blijven bestrijken. Het budget voor de Europa 2020-strategie en het cohesiebeleid mag niet worden verlaagd en zou zelfs indien mogelijk moeten worden verhoogd. Het is van nog groter belang dat de uitgaven gerationaliseerd en vereenvoudigd worden, en door de verbetering van de monitoring- en beoordelingsprocedures efficiënter worden gemaakt. Het loont ook de moeite om na te gaan hoe regio's en steden die hun uitgaven efficiënt beheren, kunnen worden beloond, om zo degenen die het beter willen gaan doen, te ondersteunen en degenen die ondermaats presteren, te bestraffen. Stedelijke overheden moeten een hoofdrol spelen als het erom gaat van Europa 2020 een succes te maken: zij kunnen de motor van de groei zijn, maar hebben te kampen met enorme problemen op het vlak van economische en sociale cohesie. De inspanningen in plattelandsgebieden om op een nieuwe en stevige basis tot meer groei te komen, verdienen ondersteuning. Groei en cohesie in de EU zouden er zeker baat bij hebben als in Europa 2020 ruimte wordt ingelast voor meer inspanningen om basisinfrastructuur waar nodig te verbeteren. Heel wat respondenten benadrukken dat coalities van regio's met beleidsmakende verantwoordelijkheden, incl. grensoverschrijdende coalities (zoals EGTS en macroregio's), ook als partners moeten worden beschouwd.
7) De Europese Unie voor het voetlicht brengen bij de burgers is altijd al geen sinecure geweest - Europa 2020 aan het grote publiek uitleggen, wordt zeker niet gemakkelijker.
Communicatie over Europa 2020 lukt als de nadruk wordt gelegd op de daadwerkelijke invloed van de strategie op de lokale en regionale leefomstandigheden van de hele bevolking en bepaalde doelgroepen. Daartoe moet gebruik worden gemaakt van moderne communicatiemiddelen en van de hele actieve betrokkenheid van lokale en regionale overheden.
Fiche CvdR 4695/2010 en/ES/VDS/cb
.../...
-4EVALUATIE EN GEVOLGEN VOOR HET BELEID
Dat de respondenten zoveel interesse hebben voor Europa 2020 hoeft niet te verbazen aangezien: −
de nieuwe strategie wordt voorgesteld in een tijd waarin de lidstaten en hun regio's en steden – niet allemaal even hard – worden getroffen door de ergste recessie in jaren, waardoor de bestaande sociaaleconomische verschillen nog groter worden en de groeiprognoses voor de EU als geheel slechter worden;
−
de huidige bezorgdheid over monetaire stabiliteit in de eurozone een reden te meer is om een grotere begrotingsdiscipline te koppelen aan betere groeiprognoses voor de EU op de lange termijn; zo kunnen de lidstaten een duurzaam begrotingsbeleid gaan voeren en een langdurige recessie voorkomen.
In het licht van deze zorgwekkende economische situatie wordt het nog belangrijker om de Lissabonstrategie te vervangen door een nieuwe en efficiëntere strategie waarmee het Europese concurrentievermogen wordt vergroot, zodat er weer ruimte komt voor groei. Uit de bijdragen blijkt dat lokale en regionale overheden in de EU goed beseffen wat er op het spel staat. Zij hebben zich dienovereenkomstig doelen gesteld en willen doen wat nodig is om die doelen te bereiken (bijvoorbeeld via het burgemeestersconvenant). De overheden die hebben meegedaan aan de raadpleging betwijfelen daarentegen of de Europa 2020strategie zoals die nu voorligt, de beloftes kan waarmaken. De Europa 2020-strategie biedt de broodnodige kans om de economische crisis het hoofd te bieden en duurzame ontwikkeling op de lange termijn te bevorderen, en om tegelijkertijd de levenskwaliteit van de EU-burgers te verbeteren en onderlinge verschillen af te vlakken. Om die kans zo goed mogelijk te benutten, moeten alle bestuursniveaus, ook lokale en regionale overheden, de gelegenheid krijgen om als permanente partners bij te dragen aan de uitstippeling en uitvoering van de Europa 2020-strategie. In 2010 moeten alle bestuursniveaus dus betrokken worden bij de vaststelling van de doelen en de uitwerking van kerninitiatieven en nationale hervormingsprogramma's. De Commissie en de Europese Raad zouden de Europa 2020-routekaart dus voor dit jaar moeten herzien zodat alle betrokkenen genoeg tijd hebben om mee te praten over alle beslissingen die moeten worden genomen. Intussen zouden de lidstaten met de regio's en steden moeten samenwerken door actief gebruik te maken van de bestaande institutionele instrumenten. Het Comité van de Regio's zal via zijn monitoringplatform Europa 2020 de vooruitgang van de nieuwe Europa 2020-strategie in het veld op de voet blijven volgen en hierover regelmatig bij de Raad, de Commissie en het Europees Parlement verslag uitbrengen.
_____________
Fiche CvdR 4695/2010 en/ES/VDS/cb