3.A.1 Emissie-inventarisatie 2014 t.b.v. de CO2-Prestatieladder Analyse voor scope 1 en 2 Van Steenis Geodesie BV Ringveste 7b 3992 DD HOUTEN Van Steenis Geodesie BV Duurstedeweg 4 7418 CK DEVENTER Encon Infra BV Ringveste 7b 3992 DD HOUTEN
11 maart 2015
Opgesteld door KAM/VGM-coördinator: Linda de Weerd
Verantwoordelijk directielid: Klaas de Weerd
Datum: 11 maart 2015 Versie: 1
© Van Steenis Geodesie BV 2015 Alle rechten voorbehouden. Het is niet toegestaan dit document geheel of gedeeltelijk te vermenigvuldigen of te distribueren aan derden zonder schriftelijke toestemming van Van Steenis Geodesie BV en Encon Infra BV.
Inhoudsopgave 1.
INLEIDING EN VERANTWOORDING ............................................................................................. 4
2.
ORGANISATIE ................................................................................................................................. 5 2.1 Organogram Van Steenis Geodesie BV en Encon Infra Bv .......................................................... 5 2.2 Verantwoordelijke persoon ............................................................................................................ 5 2.3 Basisjaar en rapportageperiode ..................................................................................................... 5 2.4 Sector- en/ of keteninitiatieven ...................................................................................................... 6
3.
BEGRENZING .................................................................................................................................. 7 3.1 Bepaling van de organisatiegrenzen ............................................................................................. 7 3.2 Bepaling van de operationele grenzen .......................................................................................... 8
4. ENERGIESTROMEN .......................................................................................................................... 9 4.1 Inventarisatie energiestromen ....................................................................................................... 9 4.2 Kwantificering energiestromen ...................................................................................................... 9 4.2.1 CO2-emissie 2011 ................................................................................................................... 9 4.2.2 CO2-emissie 2014 ................................................................................................................. 12 4.2.3 Conclusie CO2-emissie 2014 t.o.v. 2011 .............................................................................. 16 5. EVALUATIE ENERGIEREDUCERENDE MAATREGELEN/ACTIES 2013 ...................................... 17 5.1 Direct (scope 1) ............................................................................................................................ 17 5.2 Indirect (scope 2) ......................................................................................................................... 18 5.3 Overige maatregelen/acties ......................................................................................................... 19 6. ENERGIEREDUCTIEBELEID EN –DOELSTELLING ....................................................................... 20 6.1 Energiereductiebeleid .................................................................................................................. 20 6.2 Energiereductiedoelstelling .......................................................................................................... 20 6.3 Plan van Aanpak 2015 ................................................................................................................. 21
3.A.1 Emissie-inventarisatie 2014 Van Steenis Geodesie BV/Encon Infra BV – 11 maart 2015
pag. 3 van 21
1. INLEIDING EN VERANTWOORDING Van Steenis Geodesie BV (hierna te noemen: Van Steenis) is al meer dan 65 jaar een begrip binnen het werkveld geodesie. Van Steenis is specialist op het gebied van landmeten, 3D laserscannen, dynamisch laserscannen en hydrografie. Van Steenis heeft een kwaliteitssysteem waarin veiligheid, gezondheid en milieu zijn geïntegreerd. Zo wordt een kwalitatief hoogwaardig product gerealiseerd. Hierbij zijn veiligheids-, gezondheids- en milieuaspecten gelijkwaardig aan het behalen van een financieel bevredigend projectresultaat en de continuïteit van het bedrijf op termijn. Het kwaliteits,- arbo- en milieuzorgsysteem (KAM) is al jaren gebaseerd op de normen ISO 9001, VCA** en BTR 2004 en sinds het najaar van 2010 tevens op de normen ISO 14001 en de CO2 Prestatieladder. In het najaar 2012 heeft Van Steenis deze laatste norm geüpgraded naar niveau 5. Sinds begin 2012 heeft Van Steenis haar werkgebied uitgebreid door een vestiging te openen onder de naam Encon Infra BV (hierna te noemen: Encon). Encon houdt zich voornamelijk bezig met het uitvoeren van engineerings- en consultancy werkzaamheden op het gebied van railinfra. Per 1 januari 2015 zijn de bedrijfsactiviteiten van Encon echter beëindigd. Op 1 januari 2013 heeft Van Steenis een vestiging in Deventer geopend. Het doel hiervan is het vergroten van het marktaandeel door diensten bij bestaande klanten in de regio Oost- en NoordNederland uit te breiden en om nieuwe klanten te acquireren. Vanaf 1 januari 2012 wordt dan ook de bijdrage van Van Steenis aan de CO 2-emissie inclusief de bijdrage van Encon berekend en sinds 1 januari 2013 inclusief de bijdrage van de vestiging te Deventer. Deze voor u liggende CO2-emissie-inventarisatie geeft een inventarisatie en kwantificering van de energiestromen van Van Steenis en Encon voor 2014. Het Handboek CO2-Prestatieladder versie 2.2 d.d. 4 april 2014 is hierbij gehanteerd en het jaar 2011 is als basisjaar genomen. In voorgaande jaren is de CO2-emissie als absoluut getal gekwantificeerd. Echter door de groei van de organisatie in de afgelopen jaren en de verwachte groei in de komende jaren, zal de emissieinventarisatie de CO2-emissie ook relatief (in verhouding tot het aantal FTE’s) worden gekwantificeerd. In deze CO2-emissie-inventarisatie worden (mogelijke) energiereducerende maatregelen van Van Steenis en Encon geïnventariseerd. Tot slot worden het energiereductiebeleid, de energiereductie-doelstellingen en het plan van aanpak weergegeven.
3.A.1 Emissie-inventarisatie 2014 Van Steenis Geodesie BV/Encon Infra BV – 11 maart 2015
pag. 4 van 21
2. ORGANISATIE
2.1 Organogram Van Steenis Geodesie BV en Encon Infra Bv Onderstaand is het organogram van Van Steenis en Encon opgenomen.
organogram Van Steenis en Encon
2.2 Verantwoordelijke persoon De verantwoordelijke persoon binnen Van Steenis en Encon voor alles m.b.t. de CO2-Prestatieladder is de directeur, ing. K.L. de Weerd (Klaas). 2.3 Basisjaar en rapportageperiode De inventarisatie van Greenhouse Gas (GHG) emissies is in 2010 voor Van Steenis voor de eerste maal uitgevoerd. Als basisjaar wordt 2011 gehanteerd. Twee keer per jaar zal de emissieinventarisatie berekend worden.
3.A.1 Emissie-inventarisatie 2014 Van Steenis Geodesie BV/Encon Infra BV – 11 maart 2015
pag. 5 van 21
2.4 Sector- en/ of keteninitiatieven Van Steenis is passief lid van de branchevereniging GeoBusiness Nederland en is hiermee aantoonbaar op de hoogte van de sector en eventuele sector- en/ of keteninitiatieven op het gebied van CO2-reductie in de geodesie. Daarnaast nemen Van Steenis en Encon actief deel aan het initiatief CO2-Prestatieladder van ProRail door zich hiervoor te certificeren (niveau 5). Per 16 maart 2011 is de Stichting Klimaatvriendelijk Aanbesteden en Ondernemen (SKAO) eigenaar, promotor en beheerder van de CO2-Prestatieladder. De ontwikkelingen in de sector en deelname aan sector- en/ of keteninitiatieven worden periodiek besproken in het Projectleidersoverleg. Ook namen Van Steenis en Encon in het kader van CO2-reductie en maatschappelijke verantwoordelijkheid deel aan het initiatief 'Op Kop' van de provincie Utrecht. 'Op Kop' heeft als doel een kopgroep te vormen van gemeenten, instellingen en bedrijven in de provincie Utrecht die werk willen maken van een klimaat neutrale provincie, de zogenaamde 'Koplopers'. De provincie is van mening dat kiezen voor een klimaat neutrale organisatie vele kansen biedt voor zowel de verbetering van de leefomgeving als voor een economische impuls voor de regio. Met de inzet van een team van klimaatambassadeurs worden organisaties in de provincie Utrecht uitgedaagd zich aan te sluiten. Op 14 februari 2011 heeft de directie van Van Steenis de intentieverklaring ondertekend en sindsdien mag Van Steenis zich 'Koploper' noemen. ‘Op Kop’ is echter medio 2013 opgeheven en sindsdien zijn Van Steenis en Encon op zoek naar een regionale organisatie die zich ook een klimaat neutrale provincie ten doel stelt, om zich bij aan te sluiten. Gedacht wordt aan de Natuur en Milieufederatie Utrecht (NMU) voor het project Utrecht2040. Het NMU is bezig mogelijkheden te creëren voor Utrechtse particulieren en organisaties om hun CO2-uitstoot vanaf 2013 te compenseren met nieuwe duurzame projecten in de eigen provincie. Dat kunnen organisaties doen door de CO2-emissies van hun zakenreis en/of kantoorgebruik te melden bij het op te richten Regionaal Energiefonds Utrecht. Om de uitstoot te compenseren storten ze vervolgens een bepaald bedrag in het fonds. Van Steenis en Encon streven naar het op termijn behalen van een klimaat neutrale bedrijfsvoering. Om de CO2-emissie te reduceren hebben Van Steenis en Encon inmiddels meerdere maatregelen geïdentificeerd en grotendeels al getroffen. Aan de overige maatregelen wordt gewerkt (zie 6.3). Voor de overgebleven CO2-emissie zullen op termijn voldoende compensatiemaatregelen getroffen moeten worden. Van Steenis en Encon hebben gekeken naar diverse 'funds' waar je credits kunt kopen om de CO2emissie te compenseren. Voorbeelden van deze 'funds' zijn: Fair Climate Fund; Groenbalans; Soil & More. Deze funds zijn er met name op gericht om met de gekochte credits te investeren in bijvoorbeeld bosaanplant of milieuvriendelijke brandstoffen in met name ontwikkelingslanden. Van Steenis en Encon zijn echter van mening dat de compensatie dichter bij huis gezocht moet worden. Van Steenis en Encon zijn inmiddels actief op zoek naar mogelijkheden voor regionale compensatie.
3.A.1 Emissie-inventarisatie 2014 Van Steenis Geodesie BV/Encon Infra BV – 11 maart 2015
pag. 6 van 21
3. BEGRENZING
3.1 Bepaling van de organisatiegrenzen Om de begrenzing van het bedrijf goed te kunnen vaststellen, is gewerkt volgens de controlebenadering, specifieker de operationele controle. De systemen van Van Steenis (KvK nummer 30220688) zijn in 2010 bepaald aan de hand van een rondgang en een brainstormsessie tussen de directie en de externe adviseur van SBMC Organisatieadviseurs uit Naarden. De vraag op welke externe rechtspersonen/partijen Van Steenis invloed heeft, is in deze sessie beantwoord. Tijdens de sessie zijn de systemen benoemd en is de beschikbaarheid van brondata besproken. Naar aanleiding van de resultaten uit de sessie is besloten dat Van Steenis rapporteert over de onderdelen: 1. Kantoren; 2. Zakelijk verkeer. Met ingang van 2012 wordt de vestiging Encon Infra BV in deze rapportage meegenomen en vanaf 1 januari 2013 de vestiging Deventer. Ad 1: Van Steenis heeft de hoofdvestiging aan de Ringveste 7b in Houten, die valt onder de organizational boundary, ook Encon Infra BV is op dit adres gevestigd. De nevenvestiging van Van Steenis is gevestigd aan de Duurstedeweg 4 te Deventer. Ad 2: Onder zakelijk verkeer vallen leasekilometers en het gebruik van de eigen auto voor zakelijke kilometers van Van Steenis en Encon medewerkers. Zakelijke vliegtuigkilometers zijn in 2012 voor het eerst van toepassing en zijn dus ook in het overzicht opgenomen. Onderstaand is het organogram van de boom opgenomen waar Van Steenis Geodesie BV deel van uitmaakt. De organizational boundary voor de CO2-Prestatieladder beperkt zich tot Van Steenis Geodesie BV en Encon Infra BV. Ing. K.L. de Weerd 100%
Van Steenis Geodesie Holding BV 100%
Encon Infra BV
Van Steenis Geodesie BV
3.A.1 Emissie-inventarisatie 2014 Van Steenis Geodesie BV/Encon Infra BV – 11 maart 2015
pag. 7 van 21
3.2 Bepaling van de operationele grenzen Om de scope af te bakenen is gebruik gemaakt van de scope-indeling van GHG-Protocol Corporate Value Chain (scope 3) Accounting and Reporting Standard (zie figuur 1). De scope van deze CO2emissie-inventarisatie is afgebakend tot scope 1 en scope 2 volgens de CO 2-Prestatieladder. Hierbij dient opgemerkt te worden dat de SKAO ‘eigen auto zakelijk’ (personal cars for business travel) tot scope 2 rekent, in tegenstelling tot het GHG-protocol, die dit onderdeel aan scope 3 toeschrijft.
Figuur 1 Scope verdeling volgens SKAO
3.A.1 Emissie-inventarisatie 2014 Van Steenis Geodesie BV/Encon Infra BV – 11 maart 2015
pag. 8 van 21
4. ENERGIESTROMEN
4.1 Inventarisatie energiestromen In dit hoofdstuk wordt waar de term ‘energiestromen’ staat, bedoeld: ‘energieaspecten en –stromen’. De energiestromen zijn onderverdeeld in directe (scope 1) en indirecte (scope 2) energiestromen. Op de directe energiestromen hebben Van Steenis en Encon zelf direct invloed. Op de indirecte energiestromen hebben Van Steenis en Encon een mindere invloed. De volgende energiestromen zijn geïnventariseerd: Direct (scope 1) Zakelijk verkeer: Leasekilometers. Kantoren: Verwarming gebouwen; Airco koelmiddel. Indirect (scope 2) Zakelijk verkeer: Eigen auto zakelijk; Zakelijke vliegtuigkilometers. Kantoren: Inkoop/verbruik elektriciteit. 4.2 Kwantificering energiestromen De GHG-emissies van Van Steenis bedroegen in 2011 169,40 ton CO2. Deze CO2-emissie is de uitstoot van directe (scope 1) en indirecte (scope 2) broeikasgassen. Dit betekent een emissie van 5,55 ton CO2 per FTE. 4.2.1 CO2-emissie 2011 De verdeling van de emissies over de scopes voor 2011 is weergegeven in onderstaande tabel. Systeem
Emissiebron
Energieverbruik
Eenheid
Emissiefactor
Eenheid
Bron emissiefactor
CO2 uitstoot in ton
1. Leasekilometers
Diesel
36122
liter
3135
g CO2/ liter
CO2-prestatieladder
113,24
Benzine
2034
liter
2780
g CO2/ liter
CO2-prestatieladder
5,65
1. Verwarming gebouwen
Aardgas
4464
m3
1825
g CO2/ m3
CO2-prestatieladder
8,15
1. Airco koelmiddel
R-22
7,97
kg
1810
kg CO2/ kg koelmiddel
CO2-prestatieladder
14,43
2. Eigen auto zakelijk *
Diesel
21335
km
195 **
g CO2/ km
CO2-prestatieladder
4,16
Benzine
64005
km
220 **
g CO2/ km
CO2-prestatieladder
14,08
2. Vaartuigen
Benzine
80
liter
2780
g CO2/ liter
CO2-prestatieladder
0,22
2. Zakelijke vliegtuigkilometers
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
2. Inkoop/ verbruik elektriciteit
Elektriciteit
11919
kWh
300
g CO2/ kWh
CO2-prestatieladder
3,58
2. Inkoop/ verbruik elektriciteit
Elektriciteit
12940
kWh
455
g CO2/ kWh
CO2-prestatieladder
5,89
TOTAAL
169,40
* Bij de berekening van het wagenpark privéauto’s is de aanname gemaakt dat 75% op benzine en 25% op diesel rijdt. ** Bij de bepaling van de emissiefactoren voor benzine- en dieselverbruik van privéauto’s is een gemiddelde gehanteerd van 195 voor dieselauto’s (1,7-2,0 liter) en 220 voor benzineauto’s (1,4-2,0 liter). Er is hier sprake van een overschatting, zodat Van Steenis en Encon hiermee aan de veilige kant zitten.
3.A.1 Emissie-inventarisatie 2014 Van Steenis Geodesie BV/Encon Infra BV – 11 maart 2015
pag. 9 van 21
Onderstaand is een viertal taartdiagrammen opgenomen waarin, voor 2011, de verdeling van de energiestromen en scope 1 en scope 2 emissies zijn weergegeven, enerzijds in ton CO2 en anderzijds in percentages.
3,58 5,890,00 0,22
Kwantificering energiestromen 2011 in ton CO2
14,08 Leasekilometers diesel
4,16
Leasekilometers benzine
Verwarming gebouwen aardgas
14,43
Airco koelmiddel R-22 Eigen auto zakelijk diesel 8,15
Eigen auto zakelijk benzine Vaartuigen
5,65 113,24
Inkoop/ verbruik elektriciteit 1e halfjaar Inkoop/ verbruik elektriciteit 2e halfjaar Zakelijke vliegtuigkilometers
0%2%
4% 0%
Kwantificering energiestromen 2011 in %
8% Leasekilometers diesel 2%
Leasekilometers benzine Verwarming gebouwen aardgas
9%
Airco koelmiddel R-22 Eigen auto zakelijk diesel 5%
Eigen auto zakelijk benzine Vaartuigen
3% 67%
Inkoop/ verbruik elektriciteit 1e halfjaar Inkoop/ verbruik elektriciteit 2e halfjaar Zakelijke vliegtuigkilometers
3.A.1 Emissie-inventarisatie 2014 Van Steenis Geodesie BV/Encon Infra BV – 11 maart 2015
pag. 10 van 21
Kwantificering energiestromen 2011 in ton CO2
27,93
Scope 1 Scope 2
141,47
Kwantificering energiestromen 2011 in %
16%
Scope 1 Scope 2
84%
3.A.1 Emissie-inventarisatie 2014 Van Steenis Geodesie BV/Encon Infra BV – 11 maart 2015
pag. 11 van 21
4.2.2 CO2-emissie 2014 De GHG-emissies van Van Steenis en Encon bedroegen in 2014 135,85 ton CO2. Deze CO2-emissie is de uitstoot van directe (scope 1) en indirecte (scope 2) broeikasgassen. Dit betekent een emissie van 3,86 ton CO2 per FTE. De verdeling van de emissies over de scopes voor 2014 is weergegeven in onderstaande tabel. Systeem
Emissiebron
Energieverbruik
Eenheid
Emissiefactor
Eenheid
Bron emissiefactor
CO2 uitstoot in ton
1. Leasekilometers
Diesel
31709
liter
3232
g CO2/ liter
CO2-prestatieladder
102,48
Benzine
2439
liter
2741
g CO2/ liter
CO2-prestatieladder
6,69
1. Verwarming gebouwen
Aardgas
2184
m3
1825
g CO2/ m3
CO2-prestatieladder
3,99
1. Airco koelmiddel
R-22
5,63
kg
2088
kg CO2/ kg koelmiddel
CO2-prestatieladder
11,75
2. Eigen auto zakelijk
Diesel
16150
km
213
g CO2/ km
CO2-prestatieladder
3,44
Benzine
32300
km
224
g CO2/ km
CO2-prestatieladder
7,24
2. Vaartuigen
Benzine
100
liter
2741
g CO2/ liter
CO2-prestatieladder
0,27
2. Zakelijke vliegtuigkilometers
Brandstof
0
km
135
g CO2/ km
CO2-prestatieladder
0
2. Inkoop/ verbruik elektriciteit
Elektriciteit
40256
kWh
0
g CO2/ kWh
CO2-prestatieladder
TOTAAL
0 135,85
* Bij de berekening van het wagenpark privéauto’s is het uitgangspunt dat 75% op benzine en 25% op diesel rijdt. ** Bij de bepaling van de emissiefactoren voor benzine- en dieselverbruik van privéauto’s is een gemiddelde gehanteerd van 213 voor dieselauto’s (1,7-2,0 liter) en 224 voor benzineauto’s (1,4-2,0 liter). Er is hier sprake van een overschatting, zodat Van Steenis en Encon hiermee aan de veilige kant zitten.
Een aantal emissiefactoren is in 2014 aangepast aan de hand van de lijst ´CO 2-Emissiefactoren gepubliceerd op www.co2emissiefactoren.nl. De toelichting en monitoring op de emissies staan in het document ‘4.B.2 Voortgangsrapportage emissies’.
3.A.1 Emissie-inventarisatie 2014 Van Steenis Geodesie BV/Encon Infra BV – 11 maart 2015
pag. 12 van 21
Onderstaand is een viertal taartdiagrammen opgenomen waarin voor 2014, de verdeling van de energiestromen en scope 1 en scope 2 emissies zijn weergegeven, enerzijds in ton CO2 en anderzijds in percentages.
Kwantificering7,24 energiestromen 2014 in ton CO2 0,00 0,27 3,44
11,75 Leasekilometers diesel
3,99
Leasekilometers benzine 6,69
Verwarming gebouwen aardgas Airco koelmiddel R-22 Eigen auto zakelijk diesel
Eigen auto zakelijk benzine Vaartuigen 102,48
Inkoop/ verbruik elektriciteit
Kwantificering5% energiestromen 2014 in % 0% 3%
9% Leasekilometers diesel
3%
Leasekilometers benzine 5%
Verwarming gebouwen aardgas Airco koelmiddel R-22 Eigen auto zakelijk diesel Eigen auto zakelijk benzine Vaartuigen Inkoop/ verbruik elektriciteit 75%
3.A.1 Emissie-inventarisatie 2014 Van Steenis Geodesie BV/Encon Infra BV – 11 maart 2015
pag. 13 van 21
Kwantificering energiestromen 2014 in ton CO2
10,95
Scope 1 Scope 2
124,90
Kwantificering energiestromen 2014 in %
8%
Scope 1 Scope 2
92%
3.A.1 Emissie-inventarisatie 2014 Van Steenis Geodesie BV/Encon Infra BV – 11 maart 2015
pag. 14 van 21
Hieronder zijn de bijbehorende grafieken opgenomen, waarmee een goede vergelijking tussen 2014 en 2011 gemaakt kan worden. Om de trend aan te geven, worden ook 2012 en 2013 gepresenteerd.
CO2 uitstoot in ton 120,00 110,00 100,00 90,00 80,00 70,00 60,00 50,00 40,00 30,00 20,00 10,00 0,00
ton 2014 ton 2013 ton 2012 ton 2011
CO2 uitstoot in ton per scope 160,00 143,60 140,00
140,29
141,47
124,90
120,00 100,00 Scope 1
80,00
Scope 2
60,00 40,00 20,00
26,76 10,95
27,93
13,45
0,00 ton 2014
ton 2013
ton 2012
ton 2011
3.A.1 Emissie-inventarisatie 2014 Van Steenis Geodesie BV/Encon Infra BV – 11 maart 2015
pag. 15 van 21
4.2.3 Conclusie CO2-emissie 2014 t.o.v. 2011
Gemiddeld aantal FTE's per jaar 37 36
35,2
35,76
35
34,24
Aantal FTE's
34 33 32 30,51
31 30 29 28 27 2014
2013
2012
2011
CO2 uitstoot in ton per FTE 6,00
5,55 4,88
CO2 uiststoot in ton
5,00 4,00
4,39 3,86
3,00 2,00
1,00 0,00 2014
2013
2012
2011
Conclusie: De directe en indirecte GHG-emissies van Van Steenis en Encon bedroegen in 2014 135,85 ton CO2. Hiervan werd 124,90 ton CO2 (92%) veroorzaakt door directe GHG-emissies (scope 1) en 10,95 ton CO2 (8%) door indirecte GHG-emissies (scope 2). De directe en indirecte GHG-emissies van Van Steenis bedroegen in 2011 169,40 ton CO2. Hiervan werd 141,47 ton CO2 (84%) veroorzaakt door directe GHG-emissies (scope 1) en 27,93 ton CO2 (16%) door indirecte GHG-emissies (scope 2). Het gemiddeld aantal FTE’s in 2014 is 35,2 t.o.v. 30,51 in 2011. Dit betekent een CO2-emissie van 3,86 ton per FTE in 2014 t.o.v. 5,55 ton in 2011. Dit is een daling van 1,69 ton per FTE. De doelstelling voor heel 2014 was om 1,2 ton reductie van de totale CO2-emissie per FTE te realiseren ten opzichte van 2011. Deze doelstelling is gerealiseerd. Ondanks de uitbreiding van de organisatie met de opening van de vestiging in Deventer, de uitbreiding van het kantoor te Houten en de toevoeging van Encon Infra zijn wij er toch in geslaagd de CO2-uitstoot per FTE te verminderen. 3.A.1 Emissie-inventarisatie 2014 Van Steenis Geodesie BV/Encon Infra BV – 11 maart 2015
pag. 16 van 21
5. EVALUATIE ENERGIEREDUCERENDE MAATREGELEN/ACTIES 2013
5.1 Direct (scope 1) Onderstaand zijn de geïnventariseerde energiereducerende maatregelen m.b.t. de scope 1 emissies weergegeven. Zakelijk verkeer: Leasekilometers. Van Steenis en Encon bezitten in 2014 een wagenpark van 16 bestelauto’s en 5 personenauto’s. Bijna alle auto’s rijden op diesel en worden grotendeels geleased. 2 personenauto’s rijden op benzine. Doelstelling: het reduceren van het brandstofverbruik per auto. Conclusie: de doelstelling is gerealiseerd. De toelichting en monitoring op de emissies staan in het document ‘4.B.2 Voortgangsrapportage emissies’. Doorlopende maatregelen/acties: 1. Bij aanschaf van nieuwe bedrijfsauto’s (bestelauto’s) zullen Van Steenis en Encon enkel nog maximaal label B auto’s aanschaffen (tenzij een sterkere motor benodigd is voor de uit te voeren werkzaamheden met de bedrijfsauto); 2. Bij aanschaf van nieuwe personenauto’s zullen Van Steenis en Encon enkel nog maximaal label B auto’s aanschaffen; 3. Van Steenis en Encon zijn van plan alle medewerkers die veel kilometers maken aan te melden voor een cursus Het Nieuwe Rijden. In 2011 heeft het gros van de medewerkers deze cursus reeds gevolgd. 4. Slim plannen van projecten door medewerkers in de ´buurt´ van hun woonplaats projecten te laten uitvoeren, zodat op projectkilometers bespaard wordt. Kantoren: Verwarming gebouwen; Airco koelmiddel. Het pand van Van Steenis en Encon in Houten wordt gehuurd van Borchert Beheer BV uit Odijk en is van recente bouw met goede voorzieningen en reeds voorzien van een aantal milieubesparende maatregelen, zoals bijvoorbeeld de schakeling met weersafhankelijke regeling (buitensensor) op de gebouwverwarming. Van Steenis en Encon hebben weinig invloed op besparende maatregelen die met het gebouw te maken hebben. Alles moet in overleg met de verhuurder en investeringen voor energiebesparende maatregelen komen grotendeels voor rekening van Van Steenis en Encon. Dit belemmert de investering in bijvoorbeeld zonnepanelen, verwarmingsinstallatie en isolatie. In augustus t/m december 2012 is het pand in samenwerking met de verhuurder verbouwd. Een deel van de hal is verbouwd tot kantoorruimte, de kantine is aanzienlijk vergroot, er is een verdieping in de hal aangebracht en de receptie is weer teruggeplaatst vanuit de ontvangsthal naar een aparte kantoorruimte. Alle kantoorruimtes zijn nu voorzien van aan-/afwezigheidsschakelaars, er is een nieuwe energiezuinige verwarmingsketel geïnstalleerd en er zijn een nieuwe energiezuinige vaatwasser, koelkast en diepvriezer geplaatst. De ramen en airco’s worden handmatig bediend en dienen aan het einde van de werkdag door de medewerkers respectievelijk gesloten en uitgedaan te worden. De verlichting schakelt automatisch uit.
3.A.1 Emissie-inventarisatie 2014 Van Steenis Geodesie BV/Encon Infra BV – 11 maart 2015
pag. 17 van 21
De airco’s zijn voorzien van het milieuvervuilende koudemiddel R-22 (vanaf 2010 mag R-22 alleen nog ververst worden met geregenereerde R-22 en moet bij vervanging apparatuur zonder R-22 aangeschaft worden, vanaf 2015 mag helemaal geen R-22 gebruikt meer worden). Doelstelling: het reduceren van het verbruik van gas. De toelichting en monitoring op de emissies staan in het document ‘4.B.2 Voortgangsrapportage emissies’. Maatregelen/acties 1. Medewerkers blijven attenderen op mogelijkheden tot energiebesparing. 5.2 Indirect (scope 2) Onderstaand zijn de geïnventariseerde energiereducerende maatregelen m.b.t. de scope 2 emissies weergegeven. Zakelijk verkeer: Eigen auto zakelijk; Zakelijke vliegtuigkilometers. Er is een aantal medewerkers van Van Steenis dat met hun privéauto zakelijke kilometers rijdt. Deze kilometers worden bijgehouden. Alle medewerkers van Encon rijden in een bedrijfsauto. Gestreefd wordt om de zakelijke kilometers met privéauto’s te beperken. Hier zal Van Steenis extra aandacht aan schenken. Van Steenis wil zich niet mengen in de aanschaf van de types privéauto’s. Zakelijke vliegtuigkilometers zijn sinds 2012 van toepassing bij Van Steenis en zijn in het overzicht opgenomen. Deze kilometers hebben betrekking op een project in Kazachstan. Bij keuze van een luchtvaartmaatschappij wordt rekening gehouden met de inspanningen van deze maatschappij voor CO2-reductie. Doelstelling: het reduceren van het rijden van zakelijke kilometers met privéauto’s. De toelichting en monitoring op de emissies staan in het document ‘4.B.2 Voortgangsrapportage emissies’. Maatregelen/acties 1. Extra aandacht schenken aan het terugdringen van gereden zakelijke kilometers met privéauto’s in nieuwsbrief en toolboxmeeting. Kantoren: Inkoop elektriciteit. Per 1 januari 2013 is het contract met energieleverancier Eneco omgezet naar groene stroom ‘Hollandse wind’. Deze elektriciteit is 100% Nederlandse windstroom met Milieukeur. Het verbruik van energie wordt door Van Steenis en Encon bijgehouden. Een aantal potentiële energiereducerende maatregelen is geïnventariseerd. Doelstelling: het reduceren van het verbruik van elektriciteit. De toelichting en monitoring op de emissies staan in het document ‘4.B.2 Voortgangsrapportage emissies’. Maatregelen/acties 1. Bij aanschaf nieuwe PC beeldschermen energiezuinige schermen kiezen; 2. Bij aanschaf nieuwe of vervanging oude TL-verlichting kiezen voor energiezuinige TL-verlichting; 3. In overleg met verhuurder plaatsing van zonnepanelen op het dak onderzoeken.
3.A.1 Emissie-inventarisatie 2014 Van Steenis Geodesie BV/Encon Infra BV – 11 maart 2015
pag. 18 van 21
5.3 Overige maatregelen/acties Onderstaand zijn de overige geïnventariseerde energiereducerende maatregelen/acties weergegeven. Overige milieumaatregelen/acties 1. Aandacht schenken aan milieubewust gedrag bij de medewerkers in een nieuwsbrief en toolboxmeeting (bij in werking zijn van de airco/ verwarming: ramen dichthouden, indien niet aanwezig: apparatuur uit, verwarming uit, ramen dicht e.d.) 2. Deskundig energieadvies uit laten voeren (vanaf 25 medewerkers kan dit met subsidie; bovendien zijn de kosten door te berekenen in een mogelijke energie-investeringsaftrek (EIA) en worden ze door genomen maatregelen bovendien terugverdiend); 3. Bij inkoop de voorkeur geven aan milieu-, CO2- en MVO-bewuste leveranciers; 4. Onderzoek doen naar een zonnepanelenplan voor personeel; 5. Onderzoek doen naar het gebruik van alternatieve brandstoffen; 6. Onderzoek doen naar de mogelijkheden voor compensatie van CO2-emissies.
3.A.1 Emissie-inventarisatie 2014 Van Steenis Geodesie BV/Encon Infra BV – 11 maart 2015
pag. 19 van 21
6. ENERGIEREDUCTIEBELEID EN –DOELSTELLING
6.1 Energiereductiebeleid Aan het milieu wordt in het gehele bedrijfsproces continu aandacht geschonken. Van Steenis en Encon willen haar milieubelasting tot een minimum beperken en zo veel mogelijk voorkomen. Voortdurend wordt gezocht naar besparende maatregelen waarmee de milieubelasting gereduceerd kan worden. Het milieubeleid is bekend bij de medewerkers en wordt, op aanvraag, beschikbaar gesteld aan externe belanghebbenden. Van Steenis en Encon voldoen aan alle relevante wet- en regelgeving. Voorschriften uit de vigerende milieuvergunning (Activiteitenbesluit) worden nageleefd. Periodiek wordt getoetst of nieuwe wet- en regelgeving van kracht is geworden die van toepassing is op Van Steenis en Encon. Indien dit het geval is worden door Van Steenis en Encon getoetst of aan de nieuwe wet- en regelgeving wordt voldaan en worden eventueel benodigde maatregelen uitgevoerd. Alle medewerkers dienen zich ervan bewust te zijn een schakel te zijn van de ketting die de onderneming vormt. De voorgenomen doelstellingen kunnen alleen worden gerealiseerd indien een ieder zich sociaal en maatschappelijk betrokken voelt en zich richt op voortdurend verbeteren. Een innovatieve instelling naar de markt, klantgericht denken -zowel binnen als buiten de onderneming- en de zorg voor het milieu zijn daarbij een absolute noodzaak. 6.2 Energiereductiedoelstelling Voor 2015 stelt Van Steenis zich als doel de CO2-emissie met 1,8 ton per FTE te reduceren ten opzichte van 2011. Voor de lange termijn stelt Van Steenis zich als doel de CO2-emissie op het niveau van 2014 te handhaven. Een vermindering zal altijd het doel zijn, maar gezien de maatregelen die wij de afgelopen jaren hebben getroffen, zien wij weinig mogelijkheden de emissie nog verder te reduceren. In 2014 (Van Steenis en Encon) zijn er gemiddeld 35,2 FTE’s in dienst met een totale CO2-emissie van 135,85 ton. Dit betekent 3,86 ton CO2-emissie per FTE. In 2011 (Van Steenis) zijn er gemiddeld 30,51 FTE’s in dienst met een totale CO2-emissie van 169,40 ton. Dit betekent 5,55 ton CO2-emissie per FTE. De reductie van 1,8 ton CO2 per FTE in 2015 zal gerealiseerd gaan worden door:
Reductie CO2-emissie brandstof bedrijfsauto’s; Reductie CO2-emissie brandstof eigen auto’s zakelijk gebruik.
3.A.1 Emissie-inventarisatie 2014 Van Steenis Geodesie BV/Encon Infra BV – 11 maart 2015
pag. 20 van 21
6.3 Plan van Aanpak 2015 Onderstaand is het Plan van Aanpak voor 2015 opgenomen, waarmee de reductie gerealiseerd moet worden en waarin de uit te voeren maatregelen, de planning van uitvoering en de benodigde middelen zijn opgenomen. Tevens is de verantwoordelijke per maatregel opgenomen. Energiereducerende maatregelen/ acties 2014
Koste n
Wie*
Deadline
Aandacht schenken aan het reduceren brandstofverbruik bedrijfsauto’s.
-
LWE
Doorlopend
Aandacht schenken aan het terugdringen van zakelijke kilometers met privéauto’s in een nieuwsbrief en een toolboxmeeting
-
LWE
Doorlopend
Onderzoek doen naar de mogelijkheden voor regionale compensatie van CO2-emissies
-
LWE
Doorlopend
Bij inkoop voorkeur geven aan milieu-, CO2- en MVO bewuste leveranciers
-
LWE
Doorlopend
Bij aanschaf nieuwe bedrijfsauto’s (bestelauto’s/ minibussen) max. label B (tenzij sterkere motor benodigd is voor uit te voeren werkzaamheden met de bedrijfsauto)
-
KWE
Doorlopend
Bij aanschaf nieuwe personenauto’s maximaal label B
-
KWE
Doorlopend
Bij vervanging van de airco’s nieuwe airco’s aanschaffen met een ander koelmiddel
-
LWE
Doorlopend
Plaatsen zonnepanelen op het dak (in overleg met verhuurder)
?
KWE
2014
Bij aanschaf nieuwe PC beeldschermen energiezuinige schermen kiezen
-
LWE
Doorlopend
Afgehandeld
* LWE = Linda de Weerd, KWE = Klaas de Weerd
De benodigde middelen (tijd en financiële middelen) om de energiereductiedoelstelling te kunnen realiseren zullen door de directie beschikbaar worden gesteld.
Zonnepanelenproject medewerkers Om meer draagvlak voor het MVO-beleid onder de medewerkers te creëren, zal in 2015 onderzocht worden of de medewerkers belangstelling hebben deel te nemen aan een zonnepanelenplan. Hierbij krijgen de medewerkers de mogelijkheid om privé tegen gunstige voorwaarden zonnepanelen aan te schaffen.
3.A.1 Emissie-inventarisatie 2014 Van Steenis Geodesie BV/Encon Infra BV – 11 maart 2015
pag. 21 van 21