Copyright © 2002 ROLAND EUROPE. Alle rechten voorbehouden. Het kopiëren, verveelvoudigen of openbaar maken van deze handleiding, hetzij gedeeltelijk, hetzij in z'n geheel is niet toegestaan zonder de schriftelijke toestemming van Roland Europe S.p.a.
Van harte bedankt voor uw keuze van een EM-15BNL Creative Keyboard van Roland, het ideale keyboard voor talloze uren van puur muziekplezier. Om de functies van uw EM-15BNL zo snel mogelijk te leren kennen en er jaren plezier aan te beleven, leest u deze handleiding het best in z’n geheel door. Om u niet onnodig te verwarren gaan we in deze handleiding het woordje “knop” gebruiken wanneer we verwijzen naar de druktoetsen op het frontpaneel. Op die manier weet u dat een “toets” enkel naar het klavier kan verwijzen. Lees, alvorens dit instrument te gebruiken, de “Belangrijke opmerkingen”. Daar vindt u namelijk belangrijke tips en een opsomming van wat u wel en niet mag doen. Bewaar deze handleiding bovendien op een veilige plaats, omdat u ze later beslist nog eens nodig hebt.
Handleiding
Creative Keyboard
EM-15BNL
r
2
De EM-15BNL bevat 226 buitengewone klanken uit Roland’s rijke en vooral overtuigende klankbibliotheek. In veruit de meeste gevallen kunt u voor een bepaald geluid kiezen uit verschillende alternatieven. De klankopwekking van de EM-15BNL beantwoordt aan het General MIDI System Level 1 (“GM”) en het GS-formaat van Roland.
226 klanken en 9 Drum Sets
“Registraties” (User Programs) zijn geheugens waarin u uw eigen instellingen kunt opslaan. Hierbij horen o.a. de momenteel gekozen Style, de klanken (Tones), het tempo en nog een groot aantal andere parameters. Door hooguit twee knoppen in te drukken kunt u uw instrument dan ook helemaal anders configureren.
8 registraties
Uw EM-15BNL is voorzien van een verlicht display dat u op elk moment op de hoogte houdt van de status van uw instrument. De meeste functies worden met behulp van duidelijke icoontjes aangeduid, zodat u altijd over een hoop informatie beschikt, die echter nooit voor verwarring zorgt.
Grafisch display
Style Morphing laat toe om in “Realtime” (tijdens het spelen) nieuwe Music Styles (begeleidingen) aan te maken door de partijen van twee Music Styles met elkaar te combineren. De Orchestrator-functie daarentegen dient voor het varieren van de begeleiding d.m.v. het weglaten of toevoegen van bepaalde begeleidingspartijen. Deze intuïtieve controle van de arrangementen vormt dan ook een belangrijke hulp bij het creëren van de juiste sfeer – zodat u voor elk nummer de perfecte begeleiding paraat hebt.
Style Morphing- en Orchestrator-functie
Voorstelling van de functies
r EM-15BNL
Met het oog op een eenvoudige bediening is de EM-15BNL uitgerust met een M. Drums-, Orgel-, Arranger- en een Piano-mode. U hoeft maar op één van de gelijknamige knoppen te drukken om uw Creative Keyboard helemaal anders in te stellen.
Vier modes
De EM-15BNL wordt geleverd met 64 Music Styles, die voor de begeleiding bij uw solo’s en melodieën instaan. Aangezien er voor elke Music Style verschillende “divisies” zijn, beschikt u over de nodige variatiemogelijkheden. Maakt u tevens gebruik van de Style Morphing- en Orchestrator-functie, dan komt u trouwens uit bij een veel groter aantal begeleidingsfrasen dan 64.
64 Music Styles
15. Werken met de registraties (User Programs) . . . . . 16. MIDI-functies . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17. Uitgangen en optionele voetschakelaar. . . . . . . . . 18. Varia . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Specificaties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Overzicht van de klanken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Overzicht van de Music Styles . . . . . . . . . . . . . . . . . Overzicht van de Drum Sets . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
28 30 32 33 33 34 37 38
Parameters editen (basiswerkwijze) . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25 Algemene functieparameters. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25
14. Functiemenu . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25
Weergavefuncties. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22 Andere opnamemodes . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22
13. Recorder-functies . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22
Spelen met twee Upper-Parts (Layer). . . . . . . . . . . . . . . . . 20 Klankvariaties kiezen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20 Balans. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20 Transpositie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21
12. Bijkomende functies voor de Keyboard-Parts . . . . 20
One Touch . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17 Melodie-intelligentie (INT) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17 Orchestrator . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18 Style Morphing. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18
Voorstelling van de functies . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .2 1. Belangrijke opmerkingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .3 2. Bedieningsorganen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .4 3. Voorbereiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .7 4. Demosongs . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .7 5. Muziekspel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .8 6. Spelen met begeleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11 7. Opsplitsen van het klavier (Orgel) . . . . . . . . . . . . . . . 13 8. Eén klank bespelen (Piano) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13 9. Drummen op het klavier . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14 10. Opnemen van uw muziek. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14 11. Bijkomende Music Style-functies . . . . . . . . . . . . . . 17
Inhoud
• Het gebruik van de EM-15BNL in de buurt van eindtrappen (of andere apparaten met krachtige transformatoren) kan voor brom zorgen. Om dit tegen te gaan zet u de EM-15BNL het best nooit te dicht in de buurt van dergelijke apparaten. • Dit instrument zou de radio- of TV-ontvangst kunnen storen. Plaats de EM-15BNL dus nooit te dicht bij dergelijke ontvangers.
Opstelling
• Sluit de EM-15BNL niet aan op een stroomkring waarop ook apparaten, die brom veroorzaken, zijn aangesloten (elektrische motoren, dimmersystemen enz.). • Gebruik enkel de bijgeleverde adapter (Roland ACN voor de EM-15). Andere adapters zouden de EM-15BNL namelijk kunnen beschadigen. • Schakel zowel de EM-15BNL als de overige instrumenten uit voordat u ze op elkaar aansluit. Op die manier weet u zeker dat u de instrumenten niet kunt beschadigen en voorkomt u een finale beschadiging van uw luidsprekers.
Voeding
Lees de volgende punten even door:
1. Belangrijke opmerkingen
• Houd er rekening mee dat alle data in de interne geheugens van de EM-15BNL tijdens een herstelling gewist kunnen worden. In bepaalde gevallen (met name wanneer het geheugen zelf beschadigd is) kunnen we de eventueel gewiste data niet meer herstellen. Roland kan echter niet aansprakelijk worden gesteld voor het verlies van uw data.
Herstellingen en uw data
• Gebruik, voor het schoonmaken van het instrument, enkel een zachte, droge of lichtjes bevochtigde doek. Om hardnekkig vuil te verwijderen gebruikt u een neutraal reinigingsmiddel. Wrijf de EM-15BNL daarna droog met een zachte doek. • Gebruik nooit oplosmiddelen zoals bv. verfverdunners want deze kunnen de behuizing beschadigen.
Onderhoud
• Om problemen te vermijden dient u de EM-15BNL te beschermen tegen direct zonlicht, hitte, vochtigheid en stof. Laat hem nooit in de auto liggen als deze in de zon staat.
3
• Als gevolg van een defect aan de geheugenchips of een ongepaste bediening kan het gebeuren dat de inhoud van uw geheugens verloren gaat. • Behandel de knoppen, regelaars, aansluitingen enz. van dit instrument met de nodige voorzichtigheid. Een al te brutale behandeling kan leiden tot storingen of beschadiging van bepaalde onderdelen. • Sla nooit op het display en zet er geen zware voorwerpen op. • Trek, voor het verbreken van gelijk welk soort aansluitingen, enkel aan de stekker en nooit aan de daaraan vastzittende kabel. Op die manier voorkomt u kortsluitingen en beschadiging van de kabels. • Tijdens het gebruik wordt dit instrument warm. Dit is volledig normaal. • Denk eraan dat u het volume laat op de avond of ‘s ochtends best niet te hard zet om geluidsoverlast bij de buren te voorkomen. Het best gebruikt u op die momenten een hoofdtelefoon. • Als u het instrument moet vervoeren, verpakt u het weer in de leveringsdoos. U kunt echter ook een koffer of flightcase gebruiken.
Bijkomende voorzorgsmaatregelen
EM-15BNL
C
F G H
B
E
4
Met deze knoppen kunt u twee bestaande Music Styles samenvoegen tot een nieuwe Style. Zie blz. 18.
D STYLE MORPHING-knoppen
Druk op deze knop om de demosongs van de EM-15BNL te beluisteren (zie blz. 7).
C DEMO-knop
Met deze knoppen kunt u het algemene volume van de EM-15BNL regelen.
B VOLUME √ ® knop
Met deze knop schakelt u de EM-15BNL in en uit.
A POWER-knop
A
2. Bedieningsorganen
r EM-15BNL
J
K
P
L M N
O
R
Met deze knop schakelt u de metronoom in en uit. Net zoals bij alle andere knoppen met een “*”, roept u een functieparameter op door hem iets langer ingedrukt te houden.
G METRONOOM-knop
Met deze knop kunt u het klavier transponeren (zie blz. 21). Net zoals bij alle andere knoppen met een “*”, roept u een functieparameter op door hem iets langer ingedrukt te houden.
F TRANSPOSE-knop
Met de BALANS-knoppen kunt u het volume van de betreffende sectie (begeleiding/song enerzijds, zelf op het klavier gespeelde partijen anderzijds) instellen.
E BALANS [√BEGELEID] [KEYBOARD ®] knoppen
I
D
S
Q
U
Druk op deze knop, wanneer u de basisbeginselen van de muziektheorie wilt leren of gewoon letterlijk met de EM-15BNL wilt “spelen”.
J MUZIEKSPEL-knop
Met deze knoppen kiest u de benodigde orkestratie van de geselecteerde Music Style. Zie blz. 18.
I ORCHESTRATOR-knop
Met deze knop kunt u de opname van de EM-15BNL activeren. In bepaalde gevallen kunt u hiermee de 2e Trackfunctie selecteren, die toelaat om de Keyboard-partijen over te doen. Meer details hierover vindt u op blz. 16.
H REC/2e Track-knop
T
(INTRO, VARIATIE 1, FILL enz.) Met deze knoppen kunt u (na op [STIJL] gedrukt te hebben) Music Style-divisies selecteren) of de Recorder van de EM-15BNL bedienen (na op de [SONG]-knop gedrukt te hebben).
P Style/Song-transportknoppen
Met deze knop hebt u toegang tot het functiemenu. Daar vindt u functies die u waarschijnlijk maar af en toe nodig hebt.
O FUNCTIE-knop
Druk op deze knop om registraties te kunnen oproepen. Houd de knop ingedrukt om de momenteel gehanteerde instellingen op te slaan. Zie blz. 28.
N REGISTRATIE/BEWAAR-knop
Druk op deze knop om aan de momenteel geselecteerde Keyboard-Part met de knoppen [A/B] en [1]~[8] een andere klank toe te wijzen. Zie blz. 12.
M KLANK-knop
Druk op deze knop om Music Styles te kunnen selecteren. Na inschakelen van deze functie dienen de knoppen [INTRO], [VARIATIE 1] enz. voor het selecteren van Music Style-divisies, terwijl u met [1]~[8] de benodigde Music Style (11~64) kunt selecteren.
L STIJL-knop
Met deze knop roept u de Song-mode van de EM-15BNL op. In dat geval dienen de knoppen [INTRO], [VARIATIE 1] enz. voor de bediening van de ingebouwde Recorder.
K SONG-knop
Hiermee kunt u het Arranger- of Song-tempo verminderen of verhogen c.q. de gewenste waarde instellen (na op de [FUNCTIE]-knop gedrukt te hebben). Bovendien laten deze knoppen toe om vragen te ontkennen (NEE) of te bevestigen (JA).
R TEMPO –/+, DATA, JA/NEE knoppen
Met [A/B] kunt u de benodigde klankbank kiezen (er zijn namelijk twee banken met telkens 64 klanken). Met de cijferknoppen kunt u klanken toewijzen aan de KeyboardParts en Music Styles of registraties kiezen. De functie van deze knoppen hangt ervan af welke van de volgende knoppen u ingedrukt hebt: [STIJL], [KLANK] of [REGISTRATIE].
Q A/B-knop, cijferknoppen, VARIATIE-knop
U kunt twee verschillende klanken via de linker en rechter klavierhelft aansturen (Split-mode). De met de linker hand gespeelde akkoorden dienen voor het transponeren van de automatische begeleidingen tijdens het spelen. Met de rechter hand kunt u daar een solo/melodie bij spelen. Er wordt een pianoklank aan het volledige klavier toegewezen. (In dat geval kunt u enkel een beroep doen op de drumpartij van de Arranger, indien nodig).
ARRANGER
PIANO
5
Druk op één van deze knoppen om een One Touchgeheugen te kiezen. Om geheugen “2” of “4” op te roepen moet u twee keer op de betreffende knop drukken. De One Touch-geheugens bevatten geschikte instellingen voor de gekozen Music Style. Zie blz. 17.
U ONE TOUCH-knoppen (1–2, 3–4)
Druk op deze knop om een harmoniestem bij de zelf gespeelde melodie te voegen (INT) of om voor het spelen van de melodie twee verschillende klanken te kunnen gebruiken (LAYER).
T MELODIE INT/UP1 + UP2 LAYER-knop
U kunt op het klavier “drummen”.
ORGEL
Functie
MAN DRUM
Knop
Met deze knoppen bepaalt u hoe u de EM-15BNL wilt gebruiken:
S MAN DRUM-, ORGEL-, ARRANGER-, PIANO-knop
EM-15BNL
6
Hier kunt u een optionele DP-2, DP-6 of BOSS FS-5U voetschakelaar aansluiten die u voor het laten doorklinken (aanhouden) van de met de rechter hand gespeelde noten kunt gebruiken.
W SUSTAIN PEDAAL-aansluiting
Sluit de MIDI UIT-connector van de EM-15BNL aan op de MIDI IN-connector van uw computer (of extern MIDIinstrument) om MIDI-data van de EM-15BNL naar de computer of het externe instrument te kunnen zenden. Sluit de MIDI IN-poort van de EM-15BNL aan op de MIDI UIT-connector van de computer enz. om data van de computer enz. te kunnen ontvangen.
V MIDI UIT/IN-connectors
r EM-15BNL
W
X
Y Z
Deze connector kunt u voor twee dingen gebruiken: via een speciale “Y”-kabel (stereojack naar 2x mono) kunt u hem op uw HiFi-keten, mengpaneel e.d. aansluiten. U zou hier echter ook een optionele hoofdtelefoon (bv. van de RH-serie van Roland) kunnen aansluiten.
Y HOOFDTELEFOON 1/OUTPUT-aansluiting
Opmerking: Gebruik uitsluitend de bij de EM-15BNL geleverde adapter. Met andere adapters zou u de EM-15BNL namelijk kunnen beschadigen.
Sluit hier de bijgeleverde (ACN) adapter aan.
X DC 12V IN-aansluiting
V
Hier zou u een tweede optionele hoofdtelefoon kunnen aansluiten. Als u tijdens het spelen een hoofdtelefoon wilt gebruiken en uw muziek tegelijk op cassette, MD e.d. wilt opnemen, sluit u de hoofdtelefoon het best aan op HOOFDTELEFOON 2 en de MD-recorder e.d. op HOOFDTELEFOON 1/OUTPUT.
Z HOOFDTELEFOON 2-aansluiting
KLANK STIJL SONG FUNCTIE MUZIEKSPEL
11
Demo Al
4. Demosongs
3. Voorbereiding
120
001
11
DemoKlnk
120
001
• Druk op de [DEMO]-knop. Dat is enkel noodzakelijk als u dat niet reeds hebt gedaan. • Druk op de [STIJL]-knop. • Druk op een cijferknop [1]~[8]. Met elke knop kiest u een andere demosong. • Druk op de [START/STOP]-knop om de weergave van de geselecteerde song te starten.
Stijldemosong beluisteren:
KLANK STIJL SONG FUNCTIE MUZIEKSPEL
Opmerking: Aan het einde van een demosong moet u telkens op de [START/STOP]-knop om de volgende song te starten.
7
Druk op de [START/STOP]-knop. Hierdoor start u de weergave van een demosong. Daarna ® Voor muziekleraren: U kunt de [DEMO]-knop deactiveren. Houd [DEMO] ingedrukt, terwijl u de EM-15BNL inschakelt. Nu kunt u de demosong-weergave niet meer starten. Herhaal deze stap om de [DEMO]-knop weer te hoort u een stijl-demosong, dan weer een activeren. klankdemo enz.
Afspelen van alle demosongs
De EM-15BNL bevat 8 klank- en 8 stijldemo’s. • De klankdemo’s geven een goede indruk van de klankkwaliteit van uw EM-15BNL. • De stijldemo’s daarentegen tonen de kwaliteit van enkele van de Music Styles in de EM-15BNL. (1) Druk op de [DEMO]-knop. Het [DEMO]-icoontje linksonder in het display verschijnt nu.
Eerst en vooral moet u de bijgeleverde adapter op een geschikt stopcontact aansluiten. (1) Pak de EM-15BNL uit en zet hem op een stevig oppervlak. (2) Verbind de kleine stekker van de adapter met de DC IN-aansluiting achterop de EM-15BNL en de grote stekker met een geschikt stopcontact. (3) Druk op de [POWER]-knop om de EM-15BNL in te schakelen.
• Druk op de [DEMO]-knop. Dat is enkel noodzakelijk als u dat niet reeds hebt gedaan. • Druk op de [KLANK]-knop. • Druk op een cijferknop [1]~[8]. Met elke cijferknop kiest u een andere demosong. • Druk op de [START/STOP]-knop om de weergave van de geselecteerde song te starten. Druk er nog eens op om de weergave weer te stoppen.
Klankdemosong beluisteren:
EM-15BNL
8
KLANK STIJL SONG FUNCTIE MUZIEKSPEL
11
ZoekKlnk
5. Muziekspel
r EM-15BNL
120
001
Uw EM-15BNL bevat verschillende spelletjes waarmee u op speelse manier kennis maakt met enkele belangrijke muzikale beginselen. Deze spelletjes heten: • ZoekKlnk: U moet raden welk type geluid u hoort. • ZoekStl: Ga even na of u het genre van de begeleiding kent die de EM-15BNL net aan het spelen is. Dat helpt u later bij het kiezen van de geschikte Music Style. • Akk Hulp: Hiermee leert u akkoorden te spelen, zodat u geen enkele moeite meer hebt met het “lezen” van akkoorden. (1) Druk op de [MUZIEKSPEL]-knop. De pijl (√) links naast het display springt nu naar “MUZIEKSPEL” en begint te knipperen.
(1) Druk op de [START/STOP]-knop. (2) Druk nog een op de [DEMO]-knop om de Demo-functie van de EM-15BNL weer uit te schakelen. Als het display nu de melding “DemoAl” afbeeldt, moet u nog een keer op de [DEMO]-knop drukken.
Stoppen van de demosong-weergave
• Indien nodig, kunt u het volume van de EM-15BNL met VOLUME √ ® veranderen. Met VOLUME [√ –] vermindert u het volume. Met VOLUME [+ ®] verhoogt u het. (Het instelbereik luidt 0~127. De ingestelde waarde verschijnt even in het display.)
Volume instellen Beginner
Gevord.
Expert
Gervord. (voor gevorderden)
DRUM BAS
(4) Druk op ORCHESTRATOR [BIG BAND] om uw keuze te bevestigen (“OK”).
Voorbeeld: Om het “Gevord.”-niveau voor het “ZoekKlnk”-spel te selecteren: • Druk op [MUZIEKSPEL]. • Druk twee keer op [MUZIEKSPEL] (of druk op ORCHESTRATOR [COMBO]). • Druk op STYLE MORPHING [BAS].
BEGELEID Expert (moeilijkste niveau)
Functie Beginner (eenvoudigste niveau)
Knop
(3) Kies met de knoppen STYLE MORPHING [DRUM], [BAS] en [BEGELEID] de moeilijkheidsgraad (enkel voor “ZoekKlnk” en “ZoekStl”).
(2) Druk nog een keer op [MUZIEKSPEL] om het benodigde spelletje te selecteren (“ZoekKlnk”, “Zoekstl” of “Akk Hulp”). Als u wilt, kunt u het gewenste spelletje ook via de knoppen ORCHESTRATOR [DRUM & BAS] en [COMBO] selecteren. De pijl naast “MUZIEKSPEL” licht nu op en knippert dus niet meer.
Piano
Hobo
Eens u op OK gedrukt hebt (zie stap (4) op blz. 8) speelt de EM-15BNL een begeleiding af, terwijl in het display de naam van een stijl verschijnt (bv. “TWIST?”). (5) Kies met de knoppen “1”, “2”, “3” (of √ ®) de juiste Style-naam. (6) Druk op ORCHESTRATOR [BIG BAND] om uw keuze te bevestigen (“OK”).
ZoekStl
Nadat u op OK gedrukt hebt (zie stap (4) hierboven), speelt de EM-15BNL een noot. In het display verschijnt de boodschap “Luister”. Vervolgens verschijnt de naam van een klank in het display (bv. “Piano?”). (5) Kies met de knoppen “1”, “2”, “3” (of [√ ®) de naam van de juiste klank. (6) Druk op ORCHESTRATOR [BIG BAND] om uw keuze te bevestigen (“OK”). Als uw keuze klopt, verschijnt de boodschap “OK” in het display. Bovendien krijgt u een staande ovatie van de EM-15BNL. Klopt uw keuze echter niet, dan verschijnt de boodschap “ERR”. Bovendien hoort u dan een oorverdovende “crash”. Vervolgens beeldt het display de juiste klank af en keert dan terug naar de Levelkeuze. (7) Druk op “OK” om te zorgen dat de EM-15BNL een andere klank weergeeft. Met de knoppen √ ® of “1”, “2”, “3” kunt u nu een ander niveau kiezen. Bevestig uw keuze door op “OK” te drukken. (8) Kies de naam van de weergegeven klank (zie stap (5) hierboven) en druk op “OK”. Na het applaus (of de “crash”) keert het display terug naar de Level-boodschap. Herhaal de stappen (7) en (8) of druk op [MUZIEKSPEL] om een ander spel te kiezen.
ZoekKlnk
9
(9) Druk op [SONG], [STIJL], [KLANK], [REGISTRATIE] of [FUNCTIE] om deze functie weer te verlaten.
Als uw keuze klopt, verschijnt de boodschap “OK” in het display. Bovendien krijgt u een staande ovatie van de EM-15BNL. Klopt uw keuze echter niet, dan verschijnt de boodschap “ERR”. Bovendien hoort u dan een oorverdovende “crash”. Vervolgens beeldt het display de juiste Style-naam af en keert het terug naar de niveaukeuze. (7) Druk op “OK” om te zorgen dat de EM-15BNL een andere Style weergeeft. Met de knoppen √ ® of “1”, “2”, “3” kunt u nu een ander niveau kiezen. Bevestig uw keuze vervolgens met “OK”. (8) Kies de naam die volgens u overeenkomt met de Style (zie stap (5)) en druk op “OK”. Na het applaus (of de afstraffing) keert de EM-15BNL terug naar de niveau-keuze. Herhaal de stappen (7) en (8) of kies met [MUZIEKSPEL] een ander spel.
EM-15BNL
10
r EM-15BNL
Grondnt
Type
Grondtoon (“naam” van het akkoord) Type (majeur, mineur enz.)
“1”
“2”
Selecteren van de grondtoon (Grondnt): • Druk op “1”. Het display beeldt nu de boodschap “1 Grondnt” af. • Kies de gewenste grondtoon (bv. “F#”) door op √ ® te drukken. De naam van het betreffende akkoord verschijnt in het display (zie verderop).
Functie
Knop
(3) Kies met knop “1” of “2” de benodigde optie:
De “akkoordenhulp” is een leuk spelletje en de geknipte methode voor het aanleren van nieuwe akkoorden. Dit “spel” werkt als volgt: (1) Druk op de [MUZIEKSPEL]-knop. Zie blz. 8 voor een gedetailleerde beschrijving van hoe het allemaal werkt. (2) Druk nog een keer op [MUZIEKSPEL] om “Akk Hulp” te kiezen. Druk op “3” [BEGELEID] om dit spel direct te selecteren.
Akk Hulp
F#A#C# ¶¶
F#A#C#
F#A C#
F#A C#
(1)
(2)
Als uw akkoord klopt, verschijnt de melding “OK” in het display. Bovendien hoort u applaus. Als het akkoord fout was, wordt de melding “ERR” afgebeeld en hoort u het crashgeluid. De foute noten knipperen nu in het display. Speel het akkoord nog een keer en druk weer op “OK”. (6) Herhaal de stappen (3)~(5) om nog andere akkoorden te leren spelen. (7) Druk op [SONG], [STIJL], [KLANK], [REGISTRATIE] of [FUNCTIE] om deze functie weer te verlaten.
(5) Speel de afgebeelde noten in de linker klavierhelft en druk op “OK”.
Keuze van het type: • Druk op de “2”-knop. In het display verschijnt nu de boodschap “2 Type”. • Kies met de knoppen √ ® het type (bv. “m”). De volledige naam van het akkoord verschijnt nu in het CHORD-veld van het display. (4) Druk op ORCHESTRATOR [BIG BAND] om uw keuze te bevestigen (“OK”). Het display beeldt nu de namen van de noten af die deel uitmaken van het akkoord (hier “Fis/Fa-kruis mineur).
6. Spelen met begeleiding
(5) Kies met de volgende knoppen een ander patroon van de momenteel gekozen Music Style:
(3) Speel met de linker hand een akkoord (of een enkelvoudige noot). (4) Speel een ander akkoord (een andere noot) om de toonaard van de Arranger te veranderen.
(2) Druk op de [START/STOP]-knop om de Arranger-weergave te starten.
Laten we nu een beetje stoeien met de automatische begeleidingsfunctie van de EM-15BNL – de “Arranger”. (1) Druk op de [ARRANGER]-knop. Het [ARRANGER]-icoontje verschijnt en het klavier wordt in twee helften verdeeld. Met de links gespeelde noten bepaalt u de toonaard van de begeleiding. Met de toetsen in de rechter helft kunt u een melodie over de begeleiding spelen. Na inschakelen kiest de EM-15BNL automatisch de Style “15 Bene R&B”.
Weergave van een inleiding. Druk eerst op deze knop en vervolgens op [START/STOP].
INTRO
Overgang (“Fill In”) naar VARIATIE 2 of VARIATIE 1.
Frase die het einde van een nummer aangeeft. Druk op deze knop i.p.v. [START/STOP] om voor een muzikaal slot van het nummer te zorgen.
11
(6) Met de TEMPO [–] of [+] knop kunt u het tempo van de begeleiding verminderen (-) of verhogen (+). Om daarna weer het voorgeprogrammeerde Music Style-tempo te selecteren, moet u tegelijkertijd op TEMPO [–][+] drukken.
Tempo instellen
Zodra u vlekkenloos met de Arranger kunt werken, zou u moeten proberen om met de rechter hand een melodie bij de begeleiding te spelen, terwijl u met de linker hand de toonaard van de Arranger bepaalt.
Met deze knoppen kunt u een Music Stylepatroon kiezen. Het display hanteert de links getoonde icoontjes om duidelijk te maken welk patroon u momenteel geselecteerd hebt. Bovendien verschijnt in het CHORD-veld telkens de naam van het laatst gespeelde akkoord. Dit akkoord wordt door de begeleiding gehanteerd.
ENDING
VARIATIE 2 Een iets complexere begeleidingsversie.
FILL
VARIATIE 1 De eenvoudige begeleidingsversie.
Functie
Knop
EM-15BNL
JazzWals
KLANK STIJL SONG
12
60SlRock
KLANK STIJL SONG
r EM-15BNL
Klanken kiezen voor de rechter hand
Piano 2
KLANK STIJL SONG
Fantasia
Piano 2
KLANK STIJL SONG
Opmerking: Indien nodig, kunt u ook verschil- KLANK lende keren op [STIJL] drukken om de beschikbare STIJL SONG Styles één voor één op te roepen.
(3) Kies met de cijferknoppen een Music Style binnen deze bank (x1~x8). Voorbeeld: druk op [6] om de “JazzWals”Style te kiezen.
Uw EM-15BNL bevat 64 verschillende begeleidingen (zogenaamde “Music Styles”) die in acht banken onderverdeeld zijn. Deze Music Styles kiest u op de volgende manier: (1) Druk op de [STIJL]-knop. (2) Kies met de cijferknoppen de benodigde Music Style-Bank (1~8). Linksboven op het frontpaneel vindt u een overzicht die u beslist zal helpen bij he zoeken van de geschikte begeleiding. Voorbeeld: druk op [5] om de “JAZZ & SWING”-Bank te selecteren.
Andere Music Styles kiezen
(7) Druk op de [START/STOP]-knop om de Arranger te stoppen. U zou echter ook op [ENDING] kunnen drukken om een slotfrase te starten. Eens die afgelopen is, stopt de Arranger.
Opmerking: Op blz. 20 komt u te weten hoe u de variatieklanken kunt kiezen. Opmerking: Indien nodig, kunt u met de [KLANK]-knop alle Tones (met uitzondering van de variaties) één voor één selecteren.
(5) Druk op cijferknop [1] om de “Fantasia”klank te selecteren. Nu verandert de naam van de klank in het display. Speel rechts op het klavier een paar noten om de “Fantasia”-klank te beluisteren.
Opmerking: De naam (“Piano 2” in de illustratie) verwijst nog naar de eerder gekozen klank.
(4) Druk op cijferknop [4] om bank “4” te kiezen.
Opmerking: Dit is enkel noodzakelijk, als de momenteel geselecteerde klank thuishoort in groep A. Opmerking: De naam (“Piano 2” in de illustratie) verwijst nog naar de eerder gekozen klank.
Indien nodig, kunt u op gelijk welk moment een andere klank voor de melodiepartij (rechter hand) selecteren. (1) Druk op de [KLANK]-knop. De pijl (√) springt nu naar “KLANK”. Dat betekent dat u klanken kunt selecteren. (2) Zoek in de KLANK A/KLANK B-lijsten rechtsboven op het frontpaneel de benodigde klank op. Automatisch starten van de weergave Hier gaan we de klank “B41 Fantasia” kie(Sync Start) zen. Druk op de [SYNC START]-knop. Der Arrangerweergave begint nu, zodra u in de linker helft (3) Druk op de [A/B]-knop om de benodigde van het klavier een akkoord of noot speelt. klankgroep te selecteren. De “Fantasia”-klank behoort tot de “KLANK B”-groep. Daarom moet u zo vaak op [A/B] drukken tot het display “b” afbeeldt.
Stoppen van de Arranger-weergave
Lower (+M. Bass)
Upper
Om het klavier in tweeën te verdelen, zonder de Arranger te gebruiken, moet u als volgt te werk gaan. Dan kunt u met de linker en rechter hand twee verschillende klanken spelen: • Eén klank rechts (Upper). • Een tweede klank links (Lower). Bovendien zou u daar een automatische basklank (M.Bass) aan kunnen toevoegen. Zie blz. 27. (1) Druk op de [ORGEL]-knop. Het display beeldt het [ORGAN]-icoontje af. (2) Speel met de linker en rechter hand op het klavier. Zie “Klanken kiezen voor de rechter hand” (blz. 12) voor het toewijzen van een geluid aan de rechter hand. Om voor de Lower-Part een andere klank te kiezen moet u de [ORGEL]-knop ingedrukt houden en op [A/B], [1]~[8] en eventueel [VARIATIE 2] drukken. (3) Indien nodig, kunt u nu op de [START/ STOP]-knop drukken, om de drumbegeleiding van de geselecteerde Music Style te starten. Op blz. 12 komt u te weten hoe je een andere Music Style kiest.
7. Opsplitsen van het klavier (Orgel)
KLANK STIJL SONG
Upper
MetroMts
Upper
13
Voor het instuderen van nieuwe nummers kunt u een beroep doen op de metronoom. (1) Druk op de [METRONOOM]-knop. Het display bevat nu het -icoontje en u hoort de metronoom tellen. (2) Houd [METRONOOM] ingedrukt om de “MetroMts”-functie te selecteren. (3) Kies met de TEMPO [–][+] knoppen, die nu voor het invoeren van waarden dienen (zie de “VALUE”-boodschap in het display), de maatsoort. Mogelijkheden: 1/4, 2/4, 3/4, 4/4, 5/4, 6/4, 6/8, 9/8. (4) Druk op [SONG], [STIJL], [KLANK] of [REGISTRATIE] om deze functie weer te doen verdwijnen.
Metronoom gebruiken
(1) Druk op de [PIANO]-knop. Het [ORGAN]-, [ARRANGER]- of [M.DRUMS]-icoontje (naar gelang welk van deze iconen werd afgebeeld) verdwijnt nu. Zie “Klanken kiezen voor de rechter hand” (blz. 12) voor het kiezen van een andere klank.
Als u wilt, kunt u ook maar één klank via het volledige klavier spelen. Deze mode wordt na inschakelen van de EM-15BNL gekozen. Aangezien hij voornamelijk voor het gebruik van de EM-15BNL als digitale piano is bedoeld, heet hij “PIANO”.
8. Eén klank bespelen (Piano)
EM-15BNL
14
dr1 Standard dr2 Room dr3 Power dr4 Electron dr41 TR-808
M.Drums
dr5 dr6 dr7 dr8
Jazz Brush Orchestra SFX
M.Drums
9. Drummen op het klavier
r EM-15BNL
Laten we nu kijken hoe je aan alle toetsen van Uw EM-15BNL is uitgerust met een 2-sporen Recorder voor het opnemen van uw eigen spel. Indien het klavier verschillende drum- en percussie- nodig, kunt u zich tijdens de opname laten begeleiden door de Arranger. Dat is trouwens de reden klanken kunt toewijzen. waarom er 2 sporen zijn: de eerste dient voor de opname van de begeleiding (of Lower-partij), terwijl de tweede (“2e Track”) voor de melodie is bedoeld. Hier willen we u tonen hoe de melodie met een Arranger-begeleiding op te nemen. (1) Druk op de [ARRANGER]-knop. (1) Druk op de [MAN DRUM]-knop. In het midden van het display ziet u nu het Het display beeldt het [M.DRUMS]-icoontje [ARRANGER]-icoontje. Met de linker hand af. Speel een paar noten op het klavier. Nu kunt u de toonaard van de Arranger in is aan elke toets een andere klank toegeweRealtime (tijdens het spelen) veranderen. zen. Met de meest links toets speelt u een basdrum (“Kick”). Met de witte toets daarnaast (2) Druk op de [STIJL]-knop. speelt u een Snare enz. Probeer ook de (3) Kies met de cijferknoppen de benodigde andere toetsen even uit. U mag ook meerMusic Style-Bank (1~8). dere toetsen tegelijk indrukken. Linksboven op het frontpaneel vindt u een overzicht die u beslist zal helpen bij he zoeAndere Drum Sets kiezen ken van de geschikte begeleiding. In de Man Drum-mode (“Man Drum” is de afkorting voor Manual Drums) worden de (4) Kies met de cijferknoppen een Music beschikbare geluiden niet door klanken Style binnen deze bank (x1~x8). voortgebracht, maar door Drum Sets. Drum Zie ook blz 12. Sets bevatten meer dan 90 verschillende (5) Druk op de [START/STOP]-knop. geluiden die aan afzonderlijke toetsen zijn toegewezen. (6) Met de TEMPO [–] of [+] knop kunt u het tempo van de begeleiding verminderen (1) Druk op een cijferknop [1]~[8] om de (-) of verhogen (+). benodigde Drum Set te kiezen. (7) Druk nog een keer op de [START/STOP]Er zijn 9 Drum Sets, maar slechts 8 cijferknop om de Arranger-weergave te stopknoppen. Om de “TR-808” Drum Set te kiepen. zen moet u als volgt te werk gaan: • Druk eerst op de [4]-knop om de “Electron” Drum Set te kiezen. Druk vervolgens op de [VARIATIE]-knop. Rechts naast het Drum Set-nummer verschijnt nu een kleine “1”. Bovendien wordt de naam “TR-808” afgebeeld.
10. Opnemen van uw muziek
Opmerking: U kunt ook in de PIANO-, ORGEL- of MAN DRUM-mode opnemen (door op de betreffende modeknop te drukken). Gebruik dan echter de metronoom. De maatsoort van de Song kunt u via de Metro Mts-functie instellen. Zie blz 13.
• Druk op de [START/STOP]-knop om de Arranger-weergave vanaf de volgende maat te starten. • Schakel de SYNC START-functie in en speel links van het splitpunt één of verschillende noten.
Opmerking: Als u de Arranger niet vanaf het begin van de Song gebruikt, schakelt u het best de metronoom in door op de [METRONOOM]knop te drukken.
(10) Start de opname op één van de volgende manieren: • Speel de eerste melodienoten (rechts op het klavier). De opname begint weliswaar, maar de Arranger speelt nog niet mee. Die kunt u echter activeren door links op het klavier een akkoord te spelen (indien de SYNC START-functie (blz. 12) ingeschakeld is). De Arranger begint dan meteen.
Opmerking: De song in het interne geheugen wordt nu gewist.
(9) Druk één of twee keer op de [● REC]knop om te zorgen dat het [REC∏]-icoontje wordt afgebeeld.
Opmerking: Indien nodig, kunt u met de [VARIATIE]-knop een ander variatiegeluid kiezen. Zie ook blz. 20.
(8) Wijs aan de rechter klavierhelft de gewenste klank toe. Druk op [KLANK] en gebruik de knoppen [A/B] en [1]~[8]. Zie ook blz. 12.
15
(1) Druk op de [SONG]-knop. De iconen [STYLE] (rechtsboven in het display), [INTRO], [ORIGINAL] enz. (midden) verdwijnen nu, terwijl de iconen [PLAY®], [REC∏] enz. verschijnen. De pijl links in het display springt naar (√) “SONG”. (2) Druk op [VARIATIE 1 |√] om naar het begin van de song te springen. (3) Druk op [START/STOP] om de weergave te starten. Het [PLAY®]-icoontje wordt nu in een kader afgebeeld om duidelijk te maken dat u de opname hebt gestart. (4) Druk nog een keer op [START/STOP] om de weergave te stoppen.
Beluisteren van uw song
(11) Stop de opname op één van de volgende manieren: • Druk op [START/STOP]. • Druk op de [ENDING]-knop om het Endingpatroon te starten. Zodra dit patroon afgelopen is, stopt de opname.
EM-15BNL
16
Upper
Upper
Opmerking: Meer details over de 2e Trackfunctie vindt u op blz. 22 en volgende.
(5) Schakel, indien nodig, de metronoom in. (6) Druk op de [START/STOP]-knop. Het [PLAY®]-icoontje verschijnt nu in een kader om duidelijk te maken dat de opname gestart werd. (7) Speel uw melodie of solo. (8) Druk aan het einde van de song op de [● REC]-knop (of [START/STOP]).
Opmerking: Druk op de [MAN DRUM]-knop, als u liever een drumpartij i.p.v. een melodie opneemt.
(4) Speel een paar noten op het klavier: u kunt de melodie nu op het volledige klavier (dus niet enkel rechts) spelen.
Stel dat u met de opgenomen begeleiding tevreden bent, maar niet met melodie (of dat u de melodie daarnet niet hebt opgenomen). In dat geval kunt u de melodie nog een keer overdoen. Aangezien de begeleiding al is opgenomen, kunt u zich nu helemaal op uw solospel concentreren. Dat wordt namelijk op een apart spoor opgenomen. (1) Druk op de [VARIATIE 1 |√]-knop om terug te keren naar het begin van de Song (“Reset”functie). (2) Druk op de [● REC]-knop. De EM-15BNL kiest nu automatisch de [2e≈Track]-functie. (3) Kies de benodigde klank voor de melodie. Zie blz 12.
Opname overdoen/iets toevoegen
r EM-15BNL
Er zijn 4 One Touch-geheugens per Style met verschillende instellingen voor deze parameters. Om één van deze geheugens te kiezen: (1) Selecteer de benodigde Music Style.
De EM-15BNL kiest klanken voor de Upper 1- en Upper 2-Part die bijzonder goed bij de geselecteerde Music Style passen (acht verschillende combinaties, naar gelang het gekozen One Touch-geheugen).
Voor het Reverb- (galm) en Chorus-effect worden geschikte instellingen gekozen.
De Arranger kiest het voorgeprogrammeerde Style-tempo.
De One Touch-functie neemt een groot deel van het registratiewerk over als u dat wilt:
One Touch
Naast de op blz. 11 en volgende besproken Music Style-/ Arranger-functies beschikt u over de volgende dingen. Dat is echter alleen het geval als u eerst op de [ARRANGER]knop drukt (het [ARRANGER]-icoontje moet in het display verschijnen).
11. Bijkomende Music Style-functies
(3) Druk dezelfde ONE TOUCH-knop nog een keer in om “OT2” (1–2) of “OT4” (3–4) te kiezen. Als u daarna een andere Music Style kiest, wordt de One Touch-functie weer uitgeschakeld. Herhaal de stappen hierboven dan.
KLANK STIJL SONG
In het cijferveld van het display ziet u nu “OT” en het nummer van het gekozen One Touch-geheugen.
(2) Druk op de ONE TOUCH [1–2]- of [3–4]-knop.
17
De EM-15BNL kiest automatisch een klank voor de harmoniepartij. Deze partij wordt namelijk door een Part gespeeld, die UPPER 2 heet. Om aan Upper 2 een andere klank toe te wijzen: (1) Houd de [MELODIE INT]-knop zo lang ingedrukt tot het [UPPER2]-icoontje begint te knipperen. (2) Houd [MELODIE INT] nog steeds ingedrukt, terwijl u met [A/B], [1]~[8] en eventueel [VARIATIE] een andere klank voor de Upper 2-Part kiest. Zie ook “Klanken kiezen voor de rechter hand” (blz. 12). (3) Laat de [MELODIE INT]-knop weer los.
Andere MELODY INTELL-klank kiezen
Druk op de [MELODIE INT]-knop om te zorgen dat het bijbehorende icoontje (zie illustratie helemaal rechts) verschijnt.
De links op het klavier gespeelde akkoorden. Die bepalen namelijk, welke harmoniestemmen er worden toegevoegd.
De rechts gespeelde melodienoten… en
De melodie-intelligentie voorziet de met de rechter hand gespeelde melodieën van een tweede stem (harmonie). Voor de keuze van de harmonieën kijkt de MELODIE INTfunctie naar wat u links en rechts op het klavier speelt:
Melodie-intelligentie (INT)
EM-15BNL
Begeleiding met een klein aantal melodische partijen (dus een bandje).
Begeleiding met talrijke melodische partijen (orkest of Big Band).
Combo
Big Band
18
Opmerking: Meteen na inschakelen van de EM-15BNL kiest de Orchestrator de “BIG BAND”-begeleiding.
Eenvoudigste begeleiding. In dit geval hoort u enkel de drum- en baspartij.
Drum & Bas
Met de Orchestrator-functie kunt u de begeleidingspartijen van de Arranger variëren. U kunt bv. bepaalde Parts uitschakelen, een soberdere drumbegeleiding of zelfs een volledig andere begeleiding in Realtime (tijdens het spelen) kiezen. (1) Kies eerst de benodigde Music Style. Zie ook blz. 12. (2) Kies met één van de volgende knoppen de “complexiteit” van de automatische begeleiding.
Orchestrator
r EM-15BNL
De baspartij.
BAS
De zeven segmenten in het STYLE MORPHING-veld houden u op de hoogte van de Style (A of B) die de drum-, bas- en/of melodische partijen speelt en de Style die de overige partijen voor zijn rekening neemt. (1) Druk op de [DRUM A/B]-knop om de drumpartij van de “andere” Music Style (A of B) te selecteren. Druk nog een keer op deze knop om weer de vorige drumpartij te kiezen.
Andere melodische begeleidingen (piano, gitaar, BEGELEID strijkers enz.)
De drums en percussie.
DRUMS
De Style Morphing-functie laat het gebruik van één of verschillende partijen van één Music Style toe, terwijl de overige partijen door een tweede Music Style worden gespeeld. Telkens, wanneer u op de EM-15BNL een Music Style kiest, bereidt de EM-15BNL in de achtergrond een tweede Style voor. De Style, die u zelf kiest, heet “STYLE A” (zie het [STYLE≈A]-icoontje rechtsboven in het display). De Style op de “achtergrond” heet “STYLE B”. De link tussen Style “A” en “B” is voorgeprogrammeerd. Enkel dit systeem laat de EM-15BNL namelijk toe om automatisch een “B”-Style voor te bereiden. U kunt echter ook zelf een andere “B”-Style kiezen om nieuwe combinaties uit te proberen (zie verderop). Per Style (A of B) zijn er drie Part-groepen die u voor de Morphing-functie kunt gebruiken.
Style Morphing
De laatst gekozen instelling kan als registratie worden opgeslagen. Zie blz. 28.
Opmerking: Wat er precies door de geactiveerde Parts wordt gespeeld, hangt ervan af of u op de [VARIATIE 1]- of [VARIATIE 2]-knop gedrukt hebt. In het totaal beschikt u via de [VARIATIE 1]/[VARIATIE 2]- en [DRUM & BASS]/[COMBO]/BIG BAND]-combinaties dus over zes verschillende begeleidingen per Music Style.
ACCOMP A
DRUM B + BASS B
We hadden het er al over dat de “B”-Style automatisch wordt voorbereid, wanneer u een “A”-Style kiest. Op die manier bent u er zeker van dat er bij gebruik van de Style Morphing-functie wel degelijk “iets gebeurt”. Als u het echter niet eens bent met deze automatische keuze (of wel eens wilt kijken wat er gebeurt wanneer u een andere Style kiest), moet u de [STIJL]-knop ingedrukt houden, terwijl u met de cijferknoppen [1]~[8] de benodigde “B”-Style oproept. Deze keuze kunt u als registratie opslaan.
Andere “B”-Style kiezen
Druk nog een keer op deze knop om weer de baspartij van de vorige Style te kiezen. (3) Druk op de [BEGELEID A/B]-knop om de melodische partijen van de “andere” Style (A of B) te kiezen. Druk nog een keer op deze knop om naar de vorige melodische partijen terug te keren.
DRUM (A) ACCOMP (A)
BASS (B)
(2) Kies met de [BASS A/B]-knop de baspartij van de “andere” Style (A of B).
Opmerking: Het Intro- en Ending-patroon van Style A wordt in de regel voor alle Style Morphing-combinaties gehanteerd, uitgezonderd evenwel de instelling waarbij u enkel nog de partijen van de “B”-Style gebruikt (dus wanneer alle rechthoeken van de onderste rij donker worden afgebeeld). Opmerking: Voor het “morphen” kunt u ook Music Styles met verschillende maatsoorten gebruiken. Opmerking: Als u met de cijferknoppen een andere Music Style kiest, wordt de Style Morphing-functie weer op “enkel A-Parts” ingesteld. De momenteel gekozen Style Morphing-combinatie kan echter als registratie worden opgeslagen. Zie blz. 28.
• • •
• •
Voor het werken met Music Styles bestaan er nog een aantal functies. Die kunt u hetzij via het functiemenu selecteren, of ze komen elders in deze handleiding aan bod. Bass Inversion (zie blz. 26) Balans tussen de Keyboard- en Music Style-Parts (zie blz. 20) Volume van bepaalde Music Style-Parts (zie blz. 26) Arranger-splitpunt (zie blz. 27) Hold-functie voor de Arranger-noten (zie blz. 26).
Nog meer Music Style-functies
EM-15BNL
19
20
Opmerking: Door te vaak op de knop te drukken activeert u eventueel de Melody Intelligence-functie. Als dat niet de bedoeling is, moet u nog een keer op [MELODIE INT] drukken (om te zorgen dat noch het MELODY INTELL-, noch het LAYER-icoontje wordt afgebeeld).
(2) Druk nog een keer op [MELODIE INT] om de Layerfunctie weer uit te schakelen.
Opmerking: Zolang de melodie-intelligentie (zie blz. 17) ingeschakeld is, kunt u de Layer-functie niet gebruiken.
Het Layer-icoontje betekent dat u nu naast Upper 1 ook de Upper 2-Part kunt aansturen. Uw solo/melodie wordt dan ook door twee klanken weergegeven.
De Upper 1-Part is hetzij aan de rechter klavierhelft (ARRANGER- en ORGEL-mode), hetzij aan het volledige klavier toegewezen (PIANO-mode). In alle modes, met uitzondering van MAN DRUM, kunt u, door de LAYER-functie te activeren, een tweede Part (Upper 2) bij Upper 1 voegen. Dit laat bv. combinaties van piano met strijkers toe. (1) Om met de Upper 1- en Upper 2-Part te kunnen werken moet u de [MELODIE INT]-knop één of twee keer indrukken om het Layer-icoontje te selecteren.
Spelen met twee Upper-Parts (Layer)
(1) Druk op de [KLANK]-knop. (2) Kies met [A/B] en [1]~[8] de benodigde klank (zie blz. 12). Let er echter wel op een klank met een pijl (®) in de lijst op het frontpaneel te kiezen (zie de zwart gedrukte namen in de illustratie hierboven).
Nummer Groep
1
Variatie Bank
“Variaties” zijn alternatieven voor de klanken die u met de cijferknoppen kunt selecteren. De PIANO-bank bevat bv. vleugel-, buffet-, elektronische pianoklanken enz. Als u ook het type vleugel (rond, helder, stereo/mono) wilt instellen, moet u een variatie (“ondergeschikte categorie”) kiezen. Variaties herkent u aan het kleine cijfer linksboven in het display.
Klankvariaties kiezen
12. Bijkomende functies voor de Keyboard-Parts
r EM-15BNL
Lower [ORGEL] M. Bass [ORGEL] M. Drums [MAN≈DRUM] Accomp
Opmerking: Op blz. 26 komt u te weten hoe u het volume van individuele Parts kunt instellen.
(2) Druk op BALANS [KEYBOARD®] om het volume van uw solo of melodie te verhogen. Niet alle hierboven getoonde Keyboard-Parts zijn altijd beschikbaar. Houd bovendien in de gaten dat u met deze functie niet de balans tussen de Lower- en M.Bass-Part (links) en de Upper 1/2-Parts (rechts) in de ORGEL-mode kunt instellen.
Upper 1 Upper 2 (Melody Intelligence/Layer)
A Drums A Bass
Met de BALANS [√BEGELEID] en [KEYBOARD®] knoppen kunt u de balans tussen de Arranger- (of Song-) Parts en de Parts instellen die u via het klavier kunt spelen (Keyboard). (1) Druk op BALANS [√BEGELEID] als u vindt dat de Arranger- (of Song-) Parts te stil zijn.
Balans
Opmerking: Indien nodig, kunt u de [VARIATIE]-knop ingedrukt houden, terwijl u met een cijferknop rechtstreeks het nummer van de benodigdevariatie intoetst.
(3) Druk eventueel verschillende keren op de [VARIATIE]knop om de benodigde variatie te kiezen. Zie ook het overzicht op blz. 34. Het aantal variaties verschilt van klank tot klank. Als er voor een bepaalde klank geen variaties zijn, wordt automatisch de hoofdklank (de zogenaamde Capital) gekozen.
TpInterv
Met de Transpose-functie kunt u de toonhoogte van de gespeelde noten veranderen. In plaats van uit te vissen hoe je een stuk in een andere toonaard speelt (om tegemoet te komen aan het stembereik van een zanger), stelt u gewoon het benodigde transpositie-interval in en speelt u het stuk zoals gewoonlijk. Het wordt dan in de nieuwe toonaard weergegeven. Zie het voorbeeld. (1) Druk op de [TRANSPOSE]-knop. Rond de [TRANSPOSE]boodschap verschijnt nu een kader. Het voorgeprogrammeerde transpositie-interval is “1” (één halve toon hoger). Om een ander interval te kiezen: (2) Houd de [TRANSPOSE]-knop zo lang ingedrukt tot het display “TpInterv” afbeeldt. (3) Kies met TEMPO [–]/[+] het benodigde interval (–12~ 12 halve tonen).
KLANK STIJL SONG
TpInterv= 4 (E majeur)
Geen transpositie (C majeur)
Transpositie
• • • • •
• • • •
Er zijn nog andere functies voor de Keyboard-Parts. De meesten daarvan vindt u in het functiemenu. Is dat niet geval, dan worden ze elders voorgesteld. Reverb-effect (zie blz. 25) Chorus-effect (zie blz. 26) Aanslaggevoeligheid (zie blz. 25) Transponeren van de Upper 1-, Upper 2- en Lower-Part in octaafstappen (zie blz. 26) Algemene stemming (zie blz. 25) Volume van de Keyboard-Parts (zie blz. 26) Intelligence-functie voor de ORGEL-mode (zie blz. 26) Splitpunt in de ORGEL-mode (zie blz. 27) Hold-functie voor de links gespeelde akkoorden in de ORGEL-mode (zie blz. 27).
Andere functies voor de Keyboard-Parts
Voorbeeld: Als u telkens een “D” wilt horen, wanneer u een “C” speelt, moet u de waarde “2” instellen. Alle noten worden dan volgens hetzelfde interval verschoven, zodat u bv. D majeur hoort, terwijl u in C majeur zit te spelen enz. (4) Laat de [TRANSPOSE]-knop weer los. (5) Druk nog een keer op de [TRANSPOSE]-knop om de transpositie weer uit te schakelen (als ze tenminste is ingeschakeld). Het kadertje rond de [TRANSPOSE]-boodschap verdwijnt nu weer.
EM-15BNL
21
IntSNG
22
• Om vóór te spoelen (naar een positie verderop in de Song te springen) moet u op [®®] drukken. • Om terug te spoelen (naar een positie vóór de huidige plaats te gaan) moet u op [√√] drukken. Indien nodig, kunt u deze knop ook ingedrukt houden om sneller naar een verder verwijderde positie te springen. De maataanduiding rechtsboven in het display zal u beslist helpen om de benodigde plaats snel te vinden. • Druk op [|√] (Reset) om naar de eerste maat van de song terug te keren. Alvorens op [|√] te drukken moet u echter de weergave stoppen.
Voor-, terugspoelen en Reset
KLANK STIJL SONG
Opmerking: U moet wel eerst een Song opnemen (zie blz. 14).
Vergeet niet de Song-mode te activeren door op de [SONG]knop te drukken.
De knoppen [INTRO], [VARIATIE 1] enz. hebben twee functies: één in de Style-mode (namen boven de knoppen) en een andere in de Song-mode (namen onder de knoppen).
Weergavefuncties
13. Recorder-functies
r EM-15BNL
(1) (2) (3) (4) Opmerking: Op blz. 27 vindt u een parameter waarmee u kunt bepalen welke partij tijdens het drukken op de [MINUS ONE]knop wordt uitgeschakeld.
De EM-15BNL laat toe om de melodie van de RecorderSong uit te schakelen. Dit heet Minus One (omdat één songpartij niet meer wordt afgespeeld). Druk op de [SONG]-knop. Druk op de [MINUS ONE]-knop. Druk op [|√] en [®/■] om de weergave te starten. U hoort nu alle partijen met uitzondering van de melodie. Die kunt u dus via de Upper 1-Part zelf spelen.
Spelen met Recorder-begeleiding (Minus One)
Opmerking: In bepaalde gevallen kunt u [®®] en [√√] niet gebruiken. Dat is echter alleen bij betrekkelijk lange songs het geval.
(5) Kies de Music Style wiens drumpartij u als begeleiding wilt gebruiken. Zie blz. 12. (6) Druk zo vaak op de [● REC]-knop tot het [REC∏]-icoontje wordt afgebeeld.
Opmerking: U kunt de Lower- en/of M.Bass-partijen niet opnemen zonder de hele song te overschrijven. Die moet u tijdens de eerste sessie opnemen (dus met [REC∏] i.p.v. [2nd≈TRK≈REC∏]).
Eerste opname (1) Druk op de [STIJL]-knop. De icoontjes INTRO, ORIGINAL enz. moeten in het display verschijnen. (2) Druk op de [ORGEL]-knop om te zorgen dat het [ORGAN]-icoontje verschijnt. (3) Kies voor de Upper- en Lower-Parts de benodigde klanken (zie blz. 12 en 13). Als u ook de M.Bass-Part nodig hebt, moet u hem inschakelen. Zie blz. 27. (4) Stel met TEMPO [–]/[+] het tempo in.
Kies deze methode om orgelmuziek op te nemen, of voor eender welke muziek waarvoor u met de linker hand een andere klank wilt aansturen dan met de rechter hand. Wat u op spoor “A” opneemt kan niet meer kan worden gecorrigeerd zonder de hele song opnieuw op te nemen. Spoor “B” kunt u gebruiken voor de opname van de Upper 1/2-Parts of de Man Drum-Part.
Opnemen in de ORGEL-mode
Voor het opnemen van uw spel bestaan er nog verschillende andere modes. Kies één van deze modes als u niet met Arranger-begeleiding (zie blz. 14) wilt opnemen.
Andere opnamemodes
Spoor B
Upper 1
Upper 2 (via LAYER)
Man Drums
Spoor A
Arranger-drums
Lower
MBass (zie blz. 27)
U kunt de volgende partijen opnemen. U hoeft ze echter niet altijd allemaal samen te gebruiken. (Upper 2 kunt u niet zonder Upper 1 gebruiken, terwijl het gebruik van Man Drum betekent dat Upper 1/2 niet beschikbaar zijn.
b) Druk op de [START/STOP]-knop om de Arrangerdrumpartij van de gekozen divisie te starten. c) Speel in de linker klavierhelft een noot of akkoord (de eerste noten van de Lower-Part en eventueel de M.Bass-Part). d) Druk op [SYNC START] om de gelijknamige functie in te schakelen en speel links van het splitpunt een noot of akkoord. De Arranger-drums beginnen dan samen met uw eerste noten. (8) Stop de opname op één van de volgende manieren: a) Als u de opname volgens methode (b) of (d) hierboven start, kunt u met [START/STOP] zowel de Arranger als de opname stoppen. b) Druk nog een keer op de [● REC]-knop. c) Druk op [ENDING] om het Ending-patroon te starten. Zodra het afgelopen is, stopt ook de opname.
Opmerking: Als u de opname zonder Arranger-drums start en deze pas in een later stadium wilt toevoegen, zou u de metronoom moeten inschakelen.
(7) Start de opname: a) Speel de eerste noten van de melodie (rechts van het splitpunt). Op die manier start u de opname zonder de drumpartij van de Arranger. Die kunt u echter toevoegen door op de [START/STOP]-knop te drukken. De Arranger-drums vallen dan vanaf de eerstkomende maat in.
(7)
(6)
(3) (4) (5)
(2)
(1)
Eerste opname Druk op de [STIJL]-knop. De icoontjes INTRO, ORIGINAL enz. moeten in het display verschijnen. Druk op de [PIANO]-knop om het [ARRANGER]-, [ORGAN]- of [M≈DRUMS]-icoontje te doen verdwijnen. Wijs een klank toe aan de Upper-Part (zie blz. 12). Stel met TEMPO [–]/[+] het tempo in. Kies de Music Style wiens drumpartij u als begeleiding wilt gebruiken. Zie blz. 12. Druk zo vaak op de [● REC]-knop tot het [REC∏]icoontje verschijnt. Start de opname: a) Speel de eerste noten van de melodie. Op die manier start u de opname zonder de drumpartij van de Arranger. Die kunt u echter toevoegen door op de [START/ STOP]-knop te drukken. De Arranger-drums vallen dan vanaf de eerstkomende maat in.
Opmerking: De Upper-Part(s), die u met de 2e Track-functie toevoegt (spoor “B”), gebruiken dezelfde klanken als de partijen op spoor “A”.
Kies deze methode om een pianostuk of gelijk welk ander nummer op te nemen waarvoor u maar één klank nodig hebt – die u echter over het volledige klavier wilt spelen. Wat u op spoor “A” opneemt kunt u niet meer vervangen zonder de hele song te overschrijven. Hier kunt u tijdens de tweede opname nog meer noten voor de Upper1- en/ of Upper2-Part opnemen (spoor “B”) die dan samen met de noten van spoor “A” worden weergegeven. De meest voor de hand liggende toepassing hiervan is dat u de eerste keer enkel de linker en met 2e Track de rechter hand van een pianopartij opneemt. In plaats daarvan kunt u echter ook een drumbegeleiding opnemen.
Opname in de PIANO-mode
Tweede opname De bediening loopt gelijk met de tweede opname na gebruik van de Arranger. Zie daarom blz. 16. Onthoud echter dat u, door 2e Track te kiezen, de Upper1/2-partij, die u misschien de eerste keer hebt opgenomen, overschrijft (en dus wist).
Upper 1
23
Tweede opname De bediening loopt gelijk met de tweede opname na het gebruik van de Arranger. Zie daarom blz. 16. Hier kunt u echter nog verdere noten aan de Upper-partijen toevoegen die u de eerste keer hebt opgenomen (spoor “A”). Als dat niet nodig is, kunt u met de Man Drum-Part een drumpartij opnemen.
Man Drum
Upper 2 (via LAYER)
Arranger-drums Upper 1
Spoor B
Spoor A
b) Druk op de [START/STOP]-knop om de Arrangerdrumpartij van de gekozen divisie te starten. c) Druk op [SYNC START] om deze functie in te schakelen en speel links van het splitpunt een noot of akkoord. De Arranger-drums beginnen samen met uw eerste noten. (8) Stop de opname op één van de volgende manieren: a) Als u de opname volgens methode (b) of (c) hierboven gestart hebt, kunt u met [START/STOP] zowel de Arranger en de opname stoppen. b) Druk nog een keer op [● REC]. c) Druk op [ENDING] om het Ending-patroon te starten. Zodra het afgelopen is, stopt ook de opname. U kunt de volgende partijen opnemen. U hoeft ze echter niet altijd allemaal samen te gebruiken. (Upper 2 kunt u niet zonder Upper 1 gebruiken, terwijl het gebruik van Man Drum betekent dat Upper 1/2 niet beschikbaar zijn.
Opmerking: Als u de opname zonder Arranger-drums start en deze pas in een later stadium wilt toevoegen, zou u de metronoom moeten inschakelen.
EM-15BNL
24
b) Druk op de [START/STOP]-knop om de Arrangerdrumpartij van de gekozen divisie te starten. c) Druk op [SYNC START] om de gelijknamige functie in te schakelen. De Arranger-drums beginnen dan samen met uw eerste noten. (8) Stop de opname op één van de volgende manieren:
Opmerking: Als u de opname zonder Arranger-drums start en deze pas in een later stadium wilt toevoegen, zou u de metronoom moeten inschakelen.
(5) Kies de Music Style wiens drumpartij u als begeleiding wilt gebruiken. Zie blz. 12. (6) Druk zo vaak op de [● REC]-knop tot het [REC∏]-icoontje verschijnt. (7) Start de opname: a) Speel de eerste drumnoten. Dan start u de opname zonder de drumpartij van de Arranger. Deze kunt u echter toevoegen door op de [START/STOP]-knop te drukken. De Arranger-drums vallen dan vanaf de eerstkomende maat in.
Opmerking: De drumpartij van de Arranger kunt u enkel tijdens de eerste opname (met [REC∏] i.p.v. [2nd≈TRK≈REC∏]) opnemen.
Eerste opname (1) Druk op de [STIJL]-knop. De icoontjes INTRO, ORIGINAL enz. moeten in het display verschijnen. (2) Druk op de [MAN DRUM]-knop om te zorgen dat het [M≈DRUMS]-icoontje wordt afgebeeld. (3) Kies de Drum Set die u voor de opname wilt gebruiken (zie blz. 14). (4) Stel met TEMPO [–]/[+] het tempo in.
Kies deze opnamemethode om met de Man Drum-functie (zie blz. 14) een live-drumpartij in te spelen. Wat u op spoor “A” opneemt kunt u niet meer corrigeren zonder de hele song over te doen. Zorg dus eerst dat de drumpartij helemaal in orde is voordat u er met 2e Track verdere partijen aan toevoegt. Deze functie laat trouwens toe om nog meer drumnoten op te nemen. Als dat niet nodig is, kunt u een melodie opnemen.
Opnemen in de Man Drum-mode
r EM-15BNL
Upper 1 Upper 2 (via LAYER)
Arranger-drums Man Drum
U kunt ook opnemen in de Song-mode van de EM-15BNL (dus waneer INTRO, ORIGINAL niet worden afgebeeld). In dat geval kunt u echter geen beroep meer doen op de Arranger (noch voor een melodische, noch voor een ritmische begeleiding). Bovendien kunt u, na op [ARRANGER] gedrukt te hebben (om de [ARRANGER]-mode te kiezen), niets op spoor “A” opnemen. De linker klavierhelft heeft dan geen functie (omdat de Arranger in de Song-mode niet beschikbaar is). Opnemen met [REC∏] in de Song/Arranger-mode lijkt daarom een minder geschikte optie. Onthoud verder dat de met de Arranger samenhangende start/stop-functies (Sync Start, Ending) hier niet beschikbaar zijn. (1) Druk op de [SONG]-knop en ga even na of het [SONG]icoontje in het display verschijnt.
Andere manieren van opnemen (Song-mode)
Tweede opname De bediening verloopt op dezelfde manier als na de eerste opname met de Arranger. Zie daarom blz. 16. Hier kunt u drumnoten toevoegen (met de Drum Set die u tijdens de eerste opname hebt gebruikt). U kunt echter ook een melodische partij bij uw drums spelen (met Upper1/2).
Man Drum
Spoor B
Spoor A
U kunt de volgende partijen opnemen. U hoeft ze echter niet altijd allemaal samen te gebruiken. (Upper 2 kunt u niet zonder Upper 1 gebruiken, terwijl het gebruik van Man Drum betekent dat Upper 1/2 niet beschikbaar zijn.
a) Als u de opname volgens methode (b) of (c) hierboven gestart hebt, kunt u met [START/STOP] zowel de Arranger en de opname stoppen. b) Druk nog een keer op [● REC]. c) Druk op [ENDING] om het Ending-patroon te starten. Zodra het afgelopen is, stopt ook de opname.
Het weergavetempo van de Recorder kunt u met TEMPO [–]/[+] instellen. Eventuele tempoveranderingen worden echter nog steeds uitgevoerd. Onthoud bovendien dat u, door naar het begin van de Song te springen (mits op [|√] te drukken), weer het voorgeprogrammeerde Songtempo oproept.
Song-tempo instellen
Opmerking: Ook hier geldt weer dat de Upper1/2-noten, die u met de 2e Track-functie opneemt samen met de op spoor “A” opgenomen noten worden weergegeven.
De mogelijkheden zijn ongeveer dezelfde als wanneer de [STYLE]-functie actief is (zie blz. 23, 23 en links) – maar de Arranger-drums staan niet ter beschikking.
(2) Kies de benodigde mode door op [PIANO], [ORGEL] of [MAN DRUM] te drukken.
Opmerking: Druk tegelijkertijd op TEMPO [–][+] om weer de voorgeprogrammeerde parameterwaarde te kiezen.
(5) Druk nog een keer op [FUNCTIE] en kies, indien nodig, met TEMPO [–][+] een andere parameter. (6) Druk op [SONG], [KLANK], [STIJL] of [REGISTRATIE] om de functiemode weer te verlaten.
(4)
(3)
(2)
(1)
De functieparameters van de EM-15BNL kunt u via het display editen. De algemene werkwijze hiervoor luidt als volgt: Druk op [FUNCTIE] om te zorgen dat de pijl (√) naar de FUNCTIE-boodschap springt. De modepijl knippert in het display. Kies met [FUNCTIE] of TEMPO [–][+] de parameter wiens waarde u wilt wijzigen (zie verderop). Wacht tot de pijl (√) stopt met knipperen. De “VALUE”-boodschap boven de parameternaam begint nu op haar beurt te knipperen. Dat betekent dat de waarde van de gekozen parameter kan worden gewijzigd (dit noem je “editen”). Stel met TEMPO [–][+] de gewenste parameterwaarde in.
Parameters editen (basiswerkwijze)
KLANK STIJL SONG FUNCTIE
(–12~12, Fabrieksinst.: 1) Met deze parameter kunt u de toonhoogte van de EM-15BNL in stappen van halve toon veranderen. Zie ook blz. 21. U kunt hem ook oproepen door de [TRANSPOSE]-knop ingedrukt te houden.
TpInterv (transpositie-interval)
(415.3~466.2, Fabrieksinst.: 440.0) Met deze parameter kunt u de algemene stemming van de EM-15BNL veranderen. Dat kan nodig zijn als u een zanger, een akoestisch instrument, een CD of cassette wilt begeleiden.
Stemming
(AAN/UIT) De EM-15BNL is aanslaggevoelig en dat betekent dat het volume en de klankkleur van de Upper1/2-, Lower- en M.Drums-noten afhangen van de snelheid waarmee u de toetsen indrukt. Hoe harder u aanslaat, hoe luider en helderder de noten klinken. Dit is een natuurlijk fenomeen (en verklaart meteen waarom de Kbd Velocity-functie tijdens het inschakelen van de EM-15BNL wordt geactiveerd). Met deze parameter kunt u de aanslaggevoeligheid van uw Creative Keyboard uitschakelen. Het icoontje verdwijnt dan uit het display.
Kbd Vel (aanslaggevoeligheid)
Algemene functieparameters
Stemming
Stemming
25
(AAN/UIT) Met deze parameter kunt u het digitale Reverb-effect (galm) in- of uitschakelen. Als het aan is, wordt het -icoontje afgebeeld. Reverb is een effect waarmee u de akoestiek van een zaal, kamer enz. kunt simuleren. Met de volgende parameter kiest u het benodigde galmtype.
Reverb
(0~127, Fabrieksinst.: 100) Met deze parameter kunt u de metronoom harder of zachter zetten. De fabrieksinstelling levert in de regel het meest geslaagde resultaat op.
Metro Vol (metronoomvolume)
(1/4~6/4, 6/8, 9/8, Fabrieksinst.: 4/4) Met deze parameter bepaalt u de maatsoort (het aantal tellen per maat) van de metronoom. Deze instelling verandert echter weer, wanneer u een Music Style met een andere maatsoort kiest. Meer details over de metronoom vindt u op blz. 13. Deze parameter kunt u ook selecteren door de [METRONOOM]-knop ingedrukt te houden.
MetroMts (maatsoort van de metronoom)
KLANK STIJL SONG FUNCTIE
De functiemode van de EM-15BNL bevat iets verder gaande functies die u waarschijnlijk maar af en toe nodig hebt. Hier vindt u dingen waarmee u de respons van het instrument nog beter op uw verwachtingen kunt afstemmen. Alle instellingen (met uitzondering van Stemming, Local en FabrInst) kunt u als registratie opslaan (zie blz. 28).
14. Functiemenu
EM-15BNL
Deze types simuleren de galm van een kamer. Hoe groter de waarde (1, 2 of 3), hoe “groter” de kamer wordt.
Deze types simuleren de galm van een kleine (1) of grote (2) concertzaal. Ze klinken dan ook “grootser” dan de RM-types.
Digitale simulatie van een metalen plaat die soms voor galmeffecten wordt gebruikt. Bijzonder geschikt voor percussieve klanken.
Een Delay-effect (geen galm). Werkt ongeveer zoals een echo en zorgt dus voor herhalingen.
Pan Delay. Dit is een stereoversie van het vorige Delay-effect. De herhalingen worden dus afwisselend via het linker en het rechter kanaal weergegeven.
RM1, RM2, RM3
HL1, HL2
PLT
dlY
PdY
26
(Fabrieksinst.: CH3) Met deze parameter kunt u de “sound” van het Chorus-effect bepalen. We zouden kunnen proberen om de types te beschrijven, maar door ze
ChrType (Chorus-type)
(AAN/UIT) Met deze parameter schakelt u het digitale Chorus-effect in en uit. Als het aan is, wordt het - icoontje afgebeeld. Chorus maakt het bewerkte signaal “warmer” en “voller” door de indruk te wekken dat verschillende muzikanten dezelfde partij spelen. Met de volgende parameter kiest u het benodigde type.
Chorus
Vergeet niet het Reverb-effect in te schakelen (zie hierboven) – anders hoort u namelijk geen verschil (en ook geen galm).
Verklaring
Type
(Fabrieksinst.: HL2) Met deze parameter kunt u het galmtype kiezen dat het best bij het te spelen nummer past. Er zijn vier “hoofdtypes” (Room, Hall, Plate en Delay) met telkens één of verschillende variaties. De beste manier om deze types te leren kennen is door ze even uit te proberen.
RevType (galmtype)
r EM-15BNL
(–1, 0, 1, Fabrieksinst.: 0) Met deze parameter kunt u de toonhoogte van de betreffende Part (Upper1, Upper2 of Lower) één octaaf verhogen of verminderen, wat bv. voor Techno-nummers handig kan zijn, waarvoor u een pianoklank in twee octaven nodig hebt.
UP1 Oktf, UP2 Oktf, LWR Oktf (octaveren)
(UIT, 0~127, Fabrieksinst.: 90) Ziehier de volumeparameters van bepaalde Arranger-Parts. Die kunt u echter enkel selecteren, wanneer het [ARRANGER]-icoontje wordt afgebeeld. De instelbare Parts komen overeen met de opties voor de STYLE MORPHING-functie (zie blz. 18). Indien nodig, kunt u ook “UIT” kiezen als u een bepaalde Part niet nodig hebt. De volumeïnstellingen hebben geen effect, wanneer u met BALANS [KEYBOARD®] het maximale volume voor de Keyboard-Parts (Upper1, Upper2, Lower, M.Bass) ingesteld hebt.
Beg Drum, Beg Bas, Begeleid: volume & status
(UIT, 0~127, Fabrieksinst.: 90) In de ORGEL-mode kunt u met deze parameter het volume van de M.Bass-Part instellen. Zie echter ook blz. 27.
Man Bas: status en volume
(UIT, 0~127, Fabrieksinst.: 127 Upper 1/100 Upper 2/80 Lower) Met deze drie parameters kunt u het volume van de Upper 1-, Upper 2- en Lower-Part instellen. Indien nodig, kunt u “UIT” kiezen voor een Part die u tijdelijk niet wilt horen: druk TEMPO [–] en [+] dan tegelijkertijd in. De hier gekozen instellingen hebben geen hoorbaar effect, wanneer u met BALANS [√BEGELEID] het maximale volume voor de Arranger/Song-Parts gekozen hebt.
Upper 1, Upper 2, Lower: volume & status
Opmerking: Vergeet niet het Chorus-effect in te schakelen (zie hierboven). Anders hoort u namelijk geen verschil.
uit te proberen komt u er veel sneller achter hoe ze klinken. Flanger (FLN) en Feedback Chorus (FbC) zijn bv. interessant voor gitaarklanken. Ook hier zijn er weer twee echo-effecten: Short Delay (SdY) en Short Delay met Feedback (SdF). Ze zijn echter heel wat korter dan hun “collega’s” van het Reverb-blok.
)
(AAN/UIT, Fabrieksinst.: UIT) Als u de ORGEL-mode (zie blz. 13) inschakelt en hier “AAN” kiest, hoeft u voor majeurakkoorden maar één toets, voor mineurakkoorden maar twee toetsen enz. in te drukken.
LWR Int (Lower Chord Intelligence)
(AAN/UIT) Met deze parameter bepaalt u hoe de Arranger de door u gespeelde akkoorden moet ontcijferen. Zolang het icoontje niet wordt afgebeeld, speelt de bas van de begeleiding de grondnoot van uw akkoorden. Als u dus een C-akkoord speelt, hoort u in de bas een C; speelt u een Am-akkoord (of drukt u op een A en de C rechts daarvan), dan speelt de bas een A enz. Met Bass Inversion kunt u zelf bepalen welke noot de bas speelt (namelijk de laagste noot van uw akkoorden). Schakel Bass Inversion dus in voor nummers waar de basnoten belangrijker zijn dan de akkoorden (bv. C – C/B – C/ Bb enz.).
Bas Inv (
(AAN/UIT, Fabrieksinst.: AAN) De Arranger Chord Memory-functie onthoudt het laatste akkoord dat u speelt en gebruikt het zo lang tot u links een ander akkoord speelt. Als u Arr Mem uitschakelt, stoppen de melodische begeleidingspartijen (MBass, Begeleid) zodra u alle toetsen in de linker klavierhelft loslaat. Op dat moment hoort u dus enkel nog de drumbegeleiding. Na inschakelen van de EM-15BNL wordt deze functie automatisch geactiveerd.
Arr Mem (Arranger Chord Memory)
Dit effect bereikt u door twee gelijkaardige (of twee keer dezelfde) Tone(s) aan Upper1 en Upper2 toe te wijzen, de Layer-functie in te schakelen (zie blz. 20) en door voor UP2 Oktf “–1” (of “1”) te kiezen.
ArrSplit= 48
Upper 1 (+ Upper 2)
ArrSplit= 84
Upper 1 (+ Upper 2)
Der hier gekozen waarde slaat op de laagste noot van de rechter klavierhelft (Upper 1/2). “60” heeft betrekking op de noot “C4” (d.w.z. de witte toets onder de [INTRO]knop).
Arranger
Arranger
(48~84, Fabrieksinst.: 60) Met deze parameter kunt u het splitpunt voor de Arranger-mode instellen.
ArrSplit (Arranger Split)
(AAN, UIT, Fabrieksinst.: UIT) In de ORGEL-mode kunt u aan de links gespeelde akkoorden een automatische baspartij toevoegen (M.Bass). Welke noten de bas speelt, bepaalt u met uw akkoorden. Als de Bas Inversion-functie (zie blz. 26) uitgeschakeld is, speelt de bas telkens de grondtoon van de via de LowerPart (links) ingevoerde akkoorden. Wordt het Bas Inversion-icoontje ( ) echter wel in het display afgebeeld, dan speelt de MBass-Part telkens de laagste noot van uw akkoorden (en dat is dan lang niet altijd de grondtoon).
ManBasSw (M. Bass-schakelaar)
(AAN/UIT, Fabrieksinst.: UIT) De Lower Chord Memoryfunctie onthoudt de links op het klavier gespeelde noten (ORGEL-mode) en hanteert ze zo lang tot u een ander akkoord speelt. Schakel deze functie in om te zorgen dat u elk Lower-akkoord maar even hoeft te spelen.
LWR Mem (Lower Chord Memory)
De melodie (Upper 1) De akkoordbegeleiding (Lower) De drums (M. Drums)
MEL Chr Drm
Opmerking: Achter de FabrInst-parameter vindt u de MIDIparameters. Die komen op blz. 30 en volgende aan bod.
Betekenis
Optie
Met deze parameter kunt u de Part kiezen die wordt uitgeschakeld, wanneer u op de [MINUS ONE]-knop (zie blz. 22) drukt. Deze functie is alleen beschikbaar voor de weergave van de interne song.
Minus One
(48~84, Fabrieksinst.: 60) Met deze parameter kunt u het splitpunt van de ORGEL-mode (zie blz. 13) instellen. Ook deze waarde slaat op de laagste noot van de rechter helft (Upper1/2).
LwrSplit (Lower Split)
27
Opmerking: Vóór het laden van de fabrieksinstellingen beeldt het display geen “Zeker?”-vraag af die u de kans geeft om zich te bedenken. Druk dus enkel op TEMPO [+] als u inderdaad voor alle betrokken parameters weer de fabrieksinstellingen wilt oproepen.
Druk op TEMPO [+] om bevestigend te antwoorden op de knipperende “JA”-vraag. Het display beeldt nu even de melding “Klaar” af en keert dan terug naar de FabrInstboodschap. Druk op [SONG], [STIJL], [KLANK] of [REGISTRATIE] om het Functiemenu weer te verlaten.
Opmerking: FabrInst heeft geen invloed op de MIDI-parameters (zie blz. 30) van het functiemenu.
Met deze parameter kunt u weer de vanaf de fabriek voorgeprogrammeerde functie-instellingen van de EM-15BNL oproepen.
FabrInst (fabrieksinstelling)
EM-15BNL
28
Het verdient aanbeveling om uw instellingen zo vaak mogelijk op te slaan, zelfs al bent u nog niet helemaal klaar. Deze voorlopige versies laten namelijk toe om weer naar een vorig stadium terug te keren, als blijkt dat uw laatste instellingen niet het gewenste resultaat opleveren. (1) Houd de [REGISTRATIE/BEWAAR]-knop ingedrukt. Het display beeldt nu de vraag “Bewaar ?” af. (2) Houd [REGISTRATIE/BEWAAR] nog steeds ingedrukt, terwijl u op een cijferknop drukt. Het gekozen geheugennummer verschijnt nu in het USER PROGRAM-veld (“3” in het voorbeeld hierboven). Bovendien verschijnt de melding “Klaar” om duidelijk te maken dat de instellingen opgeslagen zijn. (3) Laat de [REGISTRATIE/BEWAAR]-knop weer los.
Instellingen opslaan als registratie
Opmerking: De MIDI-instellingen (zie blz. 30) worden niet opgeslagen, omdat de EM-15BNL dit automatisch doet.
KLANK STIJL SONG FUNCTIE
3
Betekenis van de streepjes onder het geheugennummer Af en toe ontwaart u waarschijnlijk vier streepjes onder het registratienummer:
Mode-keuze De keuze van de mode (Arranger, blz. 11; Orgel, blz. 13; Man Drums, blz. 14, Piano, blz. 13) wordt samen met de overige parameters opgeslagen. Daar zou u handig gebruik van kunnen maken om bv. tussen de Arranger(eigenlijk nummer) en de ORGEL-mode (geïmproviseerde inleiding of “ad lib-slot” zonder Arranger-begeleiding) heen en weer te schakelen en ook meteen de juiste Tones hiervoor te kiezen.
User Program-mode verlaten Druk op de [REGISTRATIE]-knop om de User Programmode weer te verlaten. Het User Program-veld in het display wordt weer gewist en bevat geen informatie meer.
Opmerkingen i.v.m. de registraties
Bewaar?
Die betekenen dat de laatst gekozen registratie nog steeds geselecteerd is, maar dat de huidige instellingen niet meer overeenkomen met de opgeslagen versie. Misschien hebt u namelijk het Reverb- of Chorus-effect uitgeschakeld, de balans veranderd enz. Als u deze nieuwe instellingen beter vindt, mag u niet vergeten ze in hetzelfde (of een ander) geheugen op te slaan voordat u de EM-15BNL uitschakelt of een andere registratie kiest. Anders verliest u die wijzigingen namelijk.
3
De EM-15BNL is uitgerust met 8 “User Programs” waar u zo goed als alle instellingen (of registraties) op het frontpaneel en van het functiemenu (zie blz. 25) kunt opslaan.
15. Werken met de registraties (User Programs)
r EM-15BNL
Het User Program-veld beeldt nu het nummer van het laatst geselecteerde geheugen af, of “1” als u, na inschakelen van de EM-15BNL, nog geen registratie hebt gekozen. Veel belangrijker zijn hier echter de strepen onder het geheugennummer. Deze moeten u erop wijzen dat de EM-15BNL nog steeds uw handmatig doorgevoerde instellingen hanteert (dus de instellingen vóór het activeren van de keuzefunctie). Het geheugennummer betekent hier dus enkel “dit is het laatste geheugen dat u gekozen hebt”. De bijbehorende instellingen worden echter nog niet gebruikt. Als u deze functie helemaal niet wilde kiezen, moet u nog een keer op [REGISTRATIE/BEWAAR] drukken om naar de “manuele” instellingen terug te keren zonder er ook maar iets aan te veranderen. Dit is met name belangrijk, als u eigenlijk van plan was uw instellingen op te slaan, maar te lang (c.q. niet lang genoeg op de juiste) knop hebt gedrukt.
3
Hoewel het hierboven gekozen geheugen meteen wordt geselecteerd, wilt u natuurlijk ook de andere registraties kunnen oproepen. Ziehier wat u daarvoor moet doen: (1) Druk even op [REGISTRATIE/BEWAAR]. Houd deze knop vooral niet ingedrukt, omdat u anders de Bewaarfunctie activeert.
Registratie kiezen
(3) Druk nog een keer op [REGISTRATIE/BEWAAR] om de User Program-mode weer te verlaten.
Opmerking: Zodra u ook maar één instelling van deze registratie verandert (frontpaneel of functiemenu), worden weer de vier streepjes afgebeeld.
Om een registratie echt te laden… (2) Druk op een cijferknop. De instellingen van het betreffende registratiegeheugen worden nu geladen.
EM-15BNL
29
6
11
12
16
Upper 2
Lower
M. Bass
M. Drums
30
4
Upper 1
Accomp. 3
Accomp. 2
Accomp. 1
A. Bass
A. Drums
5
3
1
2
10
NTA 1
Accomp. 6
Accomp. 5
Accomp. 4
14
9
8
7
Opmerking: Alle Parts van de EM-15BNL ontvangen MIDIcommando’s. Als de MIDI-communicatie dus niet lijkt te werken, controleert u het best of de MIDI OUT-connector van het externe instrument op de MIDI IN-poort van de EM-15BNL is aangesloten.
MIDI-data kunnen op 16 kanalen tegelijk worden verzonden of ontvangen, zodat u tot 16 instrumenten tegelijk kunt aansturen. Vandaag de dag zijn de meeste instrumenten –net zoals uw EM-15BNL– multitimbraal, en dat betekent dat ze verschillende partijen met verschillende klanken kunnen weergeven.
Kanalen
EM-15BNL
De zend- en ontvangstkanalen van de EM-15BNL-Parts komen overeen met een systeem dat Roland al heel lang hanteert. Meer bepaald gaat het om de toewijzingen die u ook op de E-, G- en RA-serie van Roland aantreft. Deze instellingen kunt u niet veranderen. Zorg er dus voor dat het externe instrument op de juiste MIDI-kanalen zendt. Zie ook de tabel.
De EM-15BNL zendt data
De EM-15BNL ontvangt data
Enkel de Keyboard-Parts (de eerste kolom in de tabel links). Enkel de Arranger-Parts (A.Drums~Accomp 6). Geen enkele Part van de EM-15BNL mag MIDI-commando’s zenden of ontvangen.
KBD STL OFF
Betekenis Alle Parts.
ALL
Optie
Met deze parameter kunt u bepalen welke Parts van de EM-15BNL MIDI-commando’s mogen zenden en ontvangen.
MIDI TxRx (MIDI-overdracht en ontvangst)
Zie “Parameters editen (basiswerkwijze)” (blz. 25) voor de werkwijze i.v.m. het instellen van de functieparameters. (De MIDI-parameters maken namelijk eveneens deel uit van de functieparameters.)
MIDI-functieparameters
(*) Een rechtstreekse verbinding met uw computer is mogelijk via een optionele MIDI/Joystick-kabel.
Extern MIDI-instrument/computer (*)
MIDI is de afkorting voor Musical Instrument Digital Interface. Dit begrip verwijst naar een hele reeks functies, maar het belangrijkste zijn waarschijnlijk de aansluitingen op muziekinstrumenten en andere apparaten via dewelke er instructies i.v.m. het muziekmaken kunnen worden verzonden. Telkens als u op het klavier van de EM-15BNL speelt of de Arranger start, zendt de EM-15BNL MIDIdata naar zijn MIDI OUT-connector. Als u die connector aansluit op de MIDI IN-poort van een ander instrument, speelt dat instrument dezelfde noten als de Parts van de EM-15BNL, kiest het de gevraagde klanken enz. MIDI is een universele standaard, wat betekent dat u ook MIDI-data naar instrumenten van andere merken kunt zenden of van daar kunt ontvangen. Bovendien kan de EM-15BNL via deze aansluitingen op uw computer of een sequencer worden aangesloten. Sluit de EM-15BNL zoals hieronder getoond aan.
16. MIDI-functies
r EM-15BNL
Met deze parameter kunt u bepalen of en hoe de EM-15BNL met een extern MIDI-instrument (als Slave) moet worden gesynchroniseerd. “Synchronisatie” is een geleerd woord voor het feit dat één instrument (of functie) samen met een ander instrument start en stopt en bovendien hetzelfde tempo (BPM) hanteert.
Sync Rx (MIDI-synchronisatie)
(1~16, UIT, Fabrieksinst.: 10) Zoals de naam al zegt, gaat het hier om het MIDI-kanaal dat voor het verzenden en ontvangen van programmakeuze-commando’s bedoeld is waarmee u –via MIDI– Styles op de EM-15BNL kunt kiezen.
Style PC (Style Select TxRx-kanaal)
(AAN/UIT) NTA is de afkorting voor “Note-to-Arranger”. Dit zijn de noten die u in de linker klavierhelft speelt om de Arranger van akkoordinformatie te voorzien. Deze noten kunnen ook via MIDI worden ontvangen. Als u wilt dat de Arranger ze gebruikt, moet u ze verzenden op MIDI-kanaal 14 en hier “AAN” kiezen. De NTA-noten kunnen enkel worden ontvangen (ze worden niet verzonden). De noten, die u op het klavier van de EM-15BNL speelt, worden namelijk naar de Arranger gezonden, die ze op zijn beurt doorgeeft aan de Arranger-Parts om te zorgen dat deze laatste in de juiste toonaard spelen. Aangezien alle Music Style-noten via MIDI worden verzonden, bestaat er geen enkele behoefte om ook de NTA-noten nog eens via MIDI te verzenden.
NTA Rx14 (Note-to-Arranger ontvangst aan/uit)
Hier worden de Arranger-weergave en Song-opname/ weergave enkel gesynchroniseerd, wanneer de EM-15BNL een MIDI Start-commando en MIDI Clockboodschappen ontvangt. Als enkel het MIDI Start-commando binnenkomt, wacht de EM-15BNL even om te kijken of er ook MIDI Clock-commando’s volgen. Is dat het geval, dan synchroniseert hij zijn tempo daarmee. Volgen er geen MIDI Clock-commando’s, dan hanteert de EM-15BNL gewoon het intern ingestelde tempo. In beide gevallen kunt u de weergave of opname echter met een MIDI Stop-commando stoppen.
Aan
(AAN/UIT, Fabrieksinst.: On) De Recorder van de EM-15BNL zendt ook Song Position Pointer-boodschappen die aangeven waar de weergave zich op dat moment bevindt. Kies “UIT” als u die data niet nodig hebt.
Song Pos P (Song Position Pointer)
(AAN/UIT, Fabrieksinst.: On) Met deze optie kunt u bepalen of de Arranger en de Recorder Start/Stop/Continuecommando’s zenden wanneer u start of stopt. Kies “UIT” als u de klankbron van een MIDI-orgel wilt aansturen zonder diens begeleidingsfunctie te starten wanneer u op de EM-15BNL de Arranger of de Song gebruikt.
StartStp (Start/Stop/Continue)
Met deze optie kunt u kiezen of de Arranger en de Recorder al (Aan) dan niet (Uit) MIDI Clock-commando’s moeten zenden wanneer u ze start. Deze commando’s zijn noodzakelijk voor het synchroniseren van externe MIDIinstrumenten/sequencers (Fabrieksinst.: On).
Clock Tx
Deze instelling betekent dat de EM-15BNL niet met andere MIDI-apparaten wordt gesynchroniseerd. U kunt hem dus niet via MIDI starten of stoppen.
Uit
Onthoud wel dat de synchronisatie enkel werkt wanneer u de MIDI OUT-connector van het externe instrument aansluit op de MIDI IN-connector van de EM-15BNL. (U kunt ook in tegenovergestelde richting werken, maar zie dan de handleiding van het externe apparaat.)
MIDI OUT
LOCAL OFF
Klankbron
MIDI OUT
31
Opmerking: Deze instelling wordt niet opgeslagen wanneer u de EM-15BNL uitschakelt. Opmerking: Deze parameter kunt u ook selecteren door de [SONG]-knop ingedrukt te houden.
Als u “AAN” kiest (fabrieksinstelling), hoort u de noten, die u op het klavier speelt of die de Recorder weergeeft. Kiest u daarentegen “UIT”, dan worden de betreffende MIDIcommando’s niet meer naar de interne klankbron van de EM-15BNL gezonden. Dat betekent echter niet dat er geen MIDI-commando’s meer naar de MIDI OUT-connector worden gezonden.
LOCAL ON
Klankbron
(AAN/UIT, Fabrieksinst.: On) Met de Local-parameter kunt u de verbinding tussen het klavier/de Recorder van de EM-15BNL verbreken of net weer tot stand brengen.
Local
EM-15BNL
32
Opmerking: Door een “Y”-kabel (of hoofdtelefoon) op de HOOFDTELEFOON 1/OUTPUT-connector aan te sluiten schakelt u de luidsprekers van de EM-15BNL niet uit.
Als u wilt, kunt u uw spel (of de Recorder-Song) ook op cassette, MD enz. opnemen. Verbind de HOOFDTELEFOON 1/OUTPUT-aansluiting dan met de REC IN-connectors van het externe apparaat. Voor deze verbinding hebt u een “Y”-kabel nodig (verkrijgbaar bij uw Roland-dealer). U kunt deze connector echter ook met de eindtrap van uw HiFi-keten of een keyboard-versterker (bv. een KC-500/300/100 van Roland) verbinden als de versterking van de EM-15BNL voor een bepaalde toepassing te zwak blijkt.
Gebruik van een externe versterker
DP-2, DP-6 of BOSS FS-5U voetschakelaar
(5)
(2) (3) (4)
(1)
Opmerking: Deze functie is ook in de ORGEL-mode (zie blz. 13) beschikbaar, maar geldt ook daar enkel voor de Upper-Parts.
Indien nodig, kunt u een DP-2, DP-6 of BOSS FS-5U voetschakelaar op de SUSTAIN PEDAAL-connector aansluiten om de noten van de Upper-Parts ook na het loslaten van de ingedrukte toetsen te kunnen aanhouden. Dit werkt als volgt: Verbind een optionele DP-2, DP-6 of BOSS FS-5U voetschakelaar met de SUSTAIN PEDAAL-connector. Speel met de rechter hand een noot. Trap de voetschakelaar in. Laat de toets weer los. De gespeelde noot/noten blijven gewoon doorklinken. Om die noten weer uit te schakelen, hoeft u de voetschakelaar maar los te laten.
Sustain-pedaal (voetschakelaar)
17. Uitgangen en optionele voetschakelaar
r EM-15BNL
Cassettespeler, eindtrap, HiFi-versterker, actieve luidsprekers van de MA-serie enz.
Ziehier wat u moet doen om te voorkomen dat de Arranger kan worden gestart: (1) Schakel de EM-15BNL uit. (2) Houd de [STIJL]-knop ingedrukt, terwijl u de EM-15BNL weer inschakelt. U kunt de [START/STOP]-knop nu niet meer gebruiken om de Arranger te starten. Ook de Sync Start-functie werkt niet meer. Herhaal de bovenstaande procedure als u de Arranger weer wilt gebruiken.
Blokkeren van de Arranger
U kunt de Demo-functie uitschakelen om te zorgen dat er helemaal niets gebeurt wanneer je op de [DEMO]-knop drukt. Dat is handig voor het gebruik van de EM-15BNL in de klas. (1) Schakel de EM-15BNL uit. (2) Houd de [DEMO]-knop ingedrukt terwijl u de EM-15BNL weer inschakelt. Deze instelling wordt onthouden. Als u dus op een later tijdstip weer naar de demosongs wilt luisteren, moet u deze functie weer inschakelen.
Uitschakelen van de Demo-functie
De EM-15BNL biedt twee functies die vooral door muziekleraren en personen, die de EM-15BNL in de klas willen gebruiken, zal worden gewaardeerd.
Functies voor het gebruik in lesverband
18. Varia
Na een tijdje met de EM-15BNL gewerkt te hebben wilt u misschien weer de fabrieksinstellingen laden. Tijdens het initialiseren worden de Recorder-song en registraties weer volgens de fabriekswaarden ingesteld, wat dus betekent dat uw eigen instellingen worden overschreven. Ziehier wat u moet doen om de EM-15BNL te initialiseren: (1) Schakel de EM-15BNL uit. (2) Houd de [REGISTRATIE/BEWAAR]-knop ingedrukt, terwijl u uw Creative Keyboard weer inschakelt. In het display verschijnt nu de melding “FabrInst!” om u erop te wijzen dat de fabrieksinstellingen geladen zijn.
EM-15BNL initialiseren (FabrInst)
Een derde “educatieve” functie van de EM-15BNL is het blokkeren van de Demo- en de Arranger-functie. (1) Schakel de EM-15BNL uit. (2) Houd de [START/STOP]-knop ingedrukt terwijl u de EM-15BNL weer inschakelt. Nu kunt u noch de Arranger-, noch de demosong-weergave starten. Herhaal deze procedure als u de Arrangeren Demo-functie weer wilt gebruiken.
Blokkeren van de Arranger en de Demo-functie
33
Opmerking: Wijzigingen van de specificaties zonder voorafgaande kennisgeving voorbehouden.
ANDERE Afmetingen (B x D x H): 956 x 346 x 128 mm Voeding (bijgeleverd): ACN adapter Gewicht: 6,5kg Accessoires: Handleiding, adapter Opties: Hoofdtelefoon van de RH-serie, voetschakelaar DP-2, DP-6 of BOSS FS-5U, KS-12 keyboard-stand
AANSLUITINGEN HOOFDTELEFOON 1/OUTPUT (hoofdtelefoon of audio) HOOFDTELEFOON 2 (hoofdtelefoon), MIDI IN, OUT SUSTAIN PEDAAL
MUSIC STYLES ROM: 64 Music Styles met Style Morphing (6 versies per Style) en Orchestrator (3 niveaus per Style) One Touch: 4 One Touch-geheugens (automatische registraties) per Style
KLANKBRON Toongenerator: GM/GS-compatibel, 226 Tones, 9 Drum Sets, 16-Parts multitimbraal
ALGEMEEN Klavier: 61 toetsen, aanslaggevoelig Display: grafisch Custom-display (verlicht) Uitgangsvermogen: 2x 5W Geheugens: 8 registraties (User Programs) Modes: Arranger, Piano, Orgel, Man Drum
EM-15BNL Creative Keyboard
Specificaties
EM-15BNL
34
CC32 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
CHROMATISCHE PERCUSSIE GBN PC CC00 A21 09 00 A22 10 00 A23 11 00 A24 12 00 A241 08 A25 13 00 A251 08 A26 14 00 A27 15 00 A271 08 A272 09 A28 16 00
08
07
06
05
04
03
02
CC32 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
PC 01
CC00 00 08 16 00 08 00 08 00 08 00 08 16 24 00 08 16 00 08 16 24 00
PIANO GBN A11 A111 A112 A12 A121 A13 A131 A14 A141 A15 A151 A152 A153 A16 A161 A162 A17 A171 A172 A173 A18
Stemmen 1 1 1 1 2 1 2 1 1 1 1 1
Celesta Klokkensp MusicBox Vibrafoon Vib.w Marimba MarimbaW Xylofoon Buisklok Kerkklok Carillon Santur
Stemmen 1 2 1 1 2 1 2 2 1 1 2 2 2 1 2 2 1 2 2 2 1
Klanknaam
Klanknaam Piano 1 Piano1w Piano1d Piano 2 Piano2w Piano 3 Piano 3w HonkTonk HonkTnkw E.Piano1 DetunEP1 EPiano1v 60’Piano E.Piano2 DetunEP2 EPiano2v Harpsi CouplHps Harpsi.w Harpsi.o Clav.
Overzicht van de klanken
r EM-15BNL
GITAAR GBN A41 A411 A412 A413 A42 A421 A422 A43 A431 A44 A441 A45 A451 A452 A46 A47 A471
ORGEL GBN A31 A311 A312 A313 A32 A321 A322 A33 A34 A341 A342 A35 A36 A361 A37 A38
30 31
29
28
27
26
PC 25
23 24
21 22
19 20
18
PC 17
CC00 00 08 16 32 00 08 16 00 08 00 08 00 08 16 00 00 08
CC00 00 08 16 32 00 08 32 00 00 08 16 00 00 08 00 00
CC32 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
CC32 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Stemmen 1 1 2 1 1 2 1 1 1 1 2 1 1 1 1 1 2
NylonGtr Ukulele NylonGt1 NylonGt2 StStrGt 12-strGt Mandolin Jazz Gtr HawaiGt CleanGtr ChorusGt MutedGtr FunkGtr FunkGtr2 OvdrvGt1 DstortG1 FeedbGtr
Stemmen 1 2 1 1 1 2 1 2 1 2 2 1 2 2 1 2
Klanknaam
Klanknaam Orgel 1 DetunOr1 60’sOrg1 Orgel 4 Orgel 2 DetunOr2 Orgel 5 Orgel 3 KerkOrg1 KerkOrg2 KerkOrg3 Hrmonium AkkordFr AkkordIt Harmonic MondHarm GBN A51 A52 A53 A54 A55 A56 A57 A571 A572 A58 A581 A582
ENSEMBLE GBN A71 A711 A72 A73 A731
ORKEST GBN A61 A611 A62 A63 A64 A65 A66 A67 A68
BAS
GBN A48 A481
50 51
PC 49
42 43 44 45 46 47 48
PC 41
40
PC 33 34 35 36 37 38 39
PC 32
CC00 00 08 00 00 08
CC00 00 08 00 00 00 00 00 00 00
CC00 00 00 00 00 00 00 00 01 08 00 08 16
CC00 00 08
CC32 0 0 0 0 0
CC32 0 0 0 0 0 0 0 0 0
CC32 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
CC32 0 0
Stemmen 1 2 1 1 2
Strijkers Orkest Langz Str Syn Str1 SyStrng3
1 1 1 1 1 1 1 1 1
Stemmen
Klanknaam
Viool SlViolin Altviool Cello Contrabs TremoStr Pizzicat Harp Pauken
Klanknaam
Voices 1 1 1 1 1 1 1 1 1 2 2 2
1 1
GtrHarmo GtrFeedb
Sound Name AcouBass FingBass PickBass Fretless Slap Bs1 Slap Bs2 SynthBs1 SyBas101 SyBass 3 SynthBs2 SyBass 4 RubrBass
Stemmen
Klanknaam
CC00 00 00 00 00 00 00 00 00
PC 65 66 67 68 69 70 71 72
HOUTBLAZERS GBN B11 B12 B13 B14 B15 B16 B17 B18
CC00 00 00 32 00 00 00
CC00 00 00 01 00 00 00 01 00 08 00 08 16 00 08 16
54 55 56
PC 52 53
KOPERBLAZERS GBN PC A81 57 A82 58 A821 A83 59 A84 60 A85 61 A851 A86 62 A861 A87 63 A871 A872 A88 64 A881 A882
GBN A74 A75 A751 A76 A77 A78
CC32 Klanknaam 0 SoprSax 0 Alt Sax 0 TenorSax 0 BaritSax 0 Hobo 0 EnglHorn 0 Fagot 0 Klarinet
CC32 Klanknaam 0 Trompet 0 Trombone 0 Trombne2 0 Tuba 0 MutedTp 0 Fr Hoorn 0 FrHoorn2 0 Blazers1 0 Blazers2 0 SyBrass1 0 SyBrass3 0 AnBrass1 0 SyBrass2 0 SyBrass4 0 AnBrass2
CC32 Klanknaam 0 Syn.Str2 0 Koor Aah 0 Koor Ah2 0 Stem Ooh 0 SynVox 0 Orch Hit
Stemmen 1 1 1 1 1 1 1 1
1 1 2 1 1 2 2 1 2 2 2 2 2 1 2
Stemmen
2 1 1 1 1 2
Stemmen
PC 89 90 91 92 93 94 95 96
SYNTH PAD GBN B41 B42 B43 B44 B45 B46 B47 B48
82
83 84 85 86 87 88
PC 81
PC 73 74 75 76 77 78 79 80
SYN SOLO GBN B31 B311 B312 B32 B321 B322 B33 B34 B35 B36 B37 B38
FLUITEN GBN B21 B22 B23 B24 B25 B26 B27 B28
CC00 00 00 00 00 00 00 00 00
CC00 00 01 08 0 01 08 00 00 00 00 00 00
CC00 00 00 00 00 00 00 00 00
CC32 0 0 0 0 0 0 0 0
CC32 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
CC32 0 0 0 0 0 0 0 0
Stemmen 2 1 2 1 2 2 2 1
Fantasia Warm Pad Polysynt SpVoice BowGlass MetalPad Halo Pad SweepPad
2 1 1 2 1 2 2 2 2 2 2 2
Klanknaam
Stemmen
Square W Square SineWave Saw Wave Saw DoctSolo SynCall ChifferL Charang Solo Vox 5th SawW Bas&Lead
1 1 1 1 2 2 1 1
Piccolo Fluit Blokfluit Panfluit BotBlow Shakuhac Whistle Ocarina
Klanknaam
Stemmen
Klanknaam
PERCUSSIE GBN B71 B72 B73 B74 B741 B75 B751 B76 B761 B77 B771 B772
ETHNISCH GBN B61 B611 B62 B63 B64 B641 B65 B66 B67 B68
SYNTH EFFECT GBN B51 B52 B53 B531 B54 B55 B56 B57 B571 B572 B58
119
118
117
PC 113 114 115 116
109 110 111 112
106 107 108
PC 105
104
100 101 102 103
PC 97 98 99
CC00 00 00 00 00 08 00 08 00 08 00 08 09
CC00 00 01 00 00 00 08 00 00 00 00
CC00 00 00 00 01 00 00 00 00 01 02 00
CC32 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
CC32 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
CC32 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1
35
Stemmen TinkBell Agogo SteelDrm Woodblck Castanet Taiko ConcrtBD MeloTom1 MeloTom2 SynthDrm 808 Tom ElecPerc
Stemmen 1 2 1 1 1 2 1 1 1 1
2 2 2 1 2 2 2 1 2 2 2
Stemmen
Klanknaam
Klanknaam Sitar Sitar 2 Banjo Shamisen Koto TKoto Kalimba Doedelzak Vedel Shanai
Ice Rain Soundtrk Crystal SyMallet Atmosph Brightns Goblin EchoDrop EchoBell Echo Pan StarThem
Klanknaam
EM-15BNL
36
EFFECTEN GBN B81 B811 B812 B82 B821 B83 B831 B832 B833 B834 B835 B84 B841 B842 B843 B85 B851 B852 B853 B854 B855 B86 B861 B862 B863 B864 B865 B866 B867 B868 B869
GBN B78
126
125
124
123
122
PC 121
PC 120
r EM-15BNL
CC00 00 01 02 00 01 00 01 02 03 04 05 00 01 02 03 00 01 02 03 04 05 00 01 02 03 04 05 06 07 08 09
CC00 00
CC32 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
CC32 0
Stemmen 1 1 1 1 1 1 1 1 1 2 2 2 1 1 1 1 1 1 1 1 2 1 1 1 1 2 1 1 2 2 2
1
Klanknaam GFrtNois GtCNoise StrSlap BrtNoise FlKClick Branding Regen Donder Wind Stroom Bubbels Vogel Hond PaardGlp Vogel 2 Telefoon Telefn 2 DeurPiep Deur Scratch Windchim Helicptr Motor AutoStop AutoPass AutChrash Sirene Trein Jet Starship BrstNois
Stemmen
Klanknaam
RevrsCym
128
PC 127
CC00 00 01 02 03 04 05 00 01 02 03
CC32 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 Applause Laughing Screamin Punch Heart Footstep Gun Shot MachGun Lasergun Explsion
Klanknaam 2 1 1 1 1 1 1 1 1 2
Stemmen
Namen in het vetjes slaan op de automatische “best of”selectie bij het kiezen van klanken via de cijferknoppen. In de regel gaat het dan om variaties i.p.v. de hoofdklanken.
GBN B87 B871 B872 B873 B874 B875 B88 B881 B882 B883
INTERNAT. 81 Musette 82 Tango 83 Gospel 84 Reggae 85 Gypsy 86 Sl Wals 87 Country 88 CntryFox
PARTY 61 PrtyBeat 62 PtyPolka 63 PrtyMars 64 DiscoFox 65 DscSamba 66 Schlager 67 J.Bells 68 Sleigh
ROCK & DANCE 31 Rock 32 80ShRock 33 Blues 34 BeneRap 35 Hip Hop 36 Techno 37 House 38 Dance
Naam
JAZZ & SWING 51 SwingBld 52 Swing 53 SwingFox 54 Foxtrot 55 Big Band 56 JazzWals 57 P Jazz 58 Charlest
Nr.
BenePop PopDance Vlnderen 80s Disco TearsPop LadyBeat 4/4Hymne 3/4Hymne
HITS 21 22 23 24 25 26 27 28
Naam LATIN 71 Bossa 1 72 Bossa 2 73 RioSamba 74 Samba 75 Rhumba 76 P Doble 77 Cha Cha 78 Beguine
8Beat 1 8Beat 2 16Beat 1 16Beat 2 Bene R&B BoyGroep P Ballad Ballad
POP 11 12 13 14 15 16 17 18
Nr. 50’s & 60’s 41 60SlRock 42 SlowRock 43 Rock’n 1 44 Rock’n 2 45 60s Pop 46 Boogie 47 Twist 48 P Shuffl
Naam
Nr.
Music Style-overzicht
EM-15BNL
37
38
Drum Sets
27 28 29 30 31 32 33 34 35 C2 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 C3 48 49 50 51 52 53 54 55 56 57 58 59 C4 60 61 62 63 64 65 66 67 68 69 70 71 C5 72 73 74 75 76 77 78 79 80 81 82 83 C6 84 85 86 87 88
<-<-<-<-<-<-<-<-<-<--
High Q Slap Scratch Push Scratch Pull Sticks Square Click Metronome Click Metronome Bell Kick Drum 2 Kick Drum 1
PC 9 ROOM
PC 1 STANDARD
Side Stick Snare Drum 1 Hand Clap Snare Drum 2 Low Tom 2* Closed Hi-Hat [EXC1] Low Tom1 Pedal Hi-Hat [EXC1] Mid Tom2 Open Hi-Hat [EXC1] Mid Tom 1 High Tom 2 Crash Cymbal 1 High Tom 1 Ride Cymbal 1 Chinese Cymbal Ride Bell Tambourine Splash Cymbal Cowbell Crash Cymbal 2 Vibra-slap Ride Cymbal 2 High Bongo Low Bongo Mute High Conga Open High Conga Low Conga High Timbale Low Timbale High Agogo Low Agogo Cabasa Maracas Short High Whistle [EXC2] Long Low Whistle [EXC2] Short Guiro [EXC3] Long Guiro [EXC3] Claves High Wood Block Low Wood Block Mute Cuica [EXC4] Open Cuica [EXC4] Mute Triangle [EXC5] Open Triangle [EXC5] Shaker Jingle Bell Bell Tree Castanets Mute Surdo [EXC6] Open Surdo [EXC6] --PC: <--: ---: [EXC]:
<-<-<-<-Room Low Tom 2 <-Room Low Tom 1 <-Room Mid Tom 2 <-Room Mid Tom 1 Room High Tom 2 <-Room High Tom 1 <-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<----
PC 17 POWER <-<-<-<-<-<-<-<-<-MONDO Kick <-Gated SD 1 <-<-Room Low Tom 2 <-Room Low Tom 1 <-Room Mid Tom 2 <-Room Mid Tom 1 Room High Tom 2 <-Room High Tom 1 <-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<----
PC 25 ELECTRON <-<-<-<-<-<-<-<-<-Elec BD <-Elec SD <-Gated SD Elec Low Tom 2 <-Elec Low Tom 1 <-Elec Mid Tom 2 <-Elec Mid Tom 1 Elec High Tom 2 <-Elec High Tom 1 <-Reverse Cymbal <-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<----
PC 26 TR-808 <-<-<-<-<-<-<-<-<-808 Bass Drum 808 Rim Shot 808 Snare Drum <-<-808 Low Tom 2 808 Closed Hi-Hat [EXC1] 808 Low Tom 1 808 Closed Hi-Hat2 [EXC1] 808 Mid Tom 2 808 Open Hi-Hat [EXC1] 808 Mid Tom 1 808 High Tom 2 808 Cymbal 808 High Tom 1 <-<-<-<-<-808 Cowbell <-<-<-<-<-808 High Conga 808 Mid Conga 808 Low Conga <-<-<-<-<-808 Maracas <-<-<-<-808 Claves <-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<----
PC 33 JAZZ <-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<----
PC 41 BRUSH <-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-Brush Tap Brush Slap Brush Swirl <-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<----
PC 49 ORCHSTRA Closed Hi-Hat [EXC1] Pedal Hi-Hat [EXC1] Open Hi-Hat [EXC1] Ride Cymbal <-<-<-<-Concert BD 2 Concert BD 1 <-Concert SD Castanets Concert SD Timpani F Timpani F# Timpani G Timpani G# Timpani A Timpani A# Timpani B Timpani c Timpani c# Timpani d Timpani d# Timpani e Timpani f <-<-<-Concert Cymbal 2 <-Concert Cymbal 1 <-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-<-Applause
PC 57 SFX ------------------------High Q Slap Scratch Push Scratch Pull Sticks Square Click Metronome Click Metronome Bell Guitar Sliding Finger Guitar cutting noise (down) Guitar cutting noise (up) String Slap of double bass Key Click Laughing Screaming Punch Heart Beat Footsteps 1 Footsteps 2 Applause Door Creaking Door Scratch Wind Chimes Car Engine Car Stop Car Passing Car Crash Siren Train Jetplane Helicopter Starship Gun Shot Machine Gun Laser Gun Explosion Dog Horse-Gallop Birds Rain Thunder Wind Seashore Stream Bubble ---------
Program change number (Drum Set Number) Same as the percussion sound of “STANDARD” (PC1) No sound Percussion sounds of the same EXC number cannot be played simultaneously.
MIDI Implementation Chart [Creative Keyboard] Style mode Model: EM-15BNL
0~127 *****
True Voice
Mode 3 Mode 3, 4 (M=1) *****
Default Message Altered
Mode
1~12, 16 X
Default Changed
Basic Channel
Transmitted
Function...
Note Number
O
Pitch Bend
X X
Key’s Ch’s
After Touch
O X
Note ON Note OFF
Velocity
0,32 1 5 6, 38 7 10 11 64 65 66 67 84 91 93 98, 99 100, 101
Control Change
O O X O O O O O X X X O O O O X
X
System Exclusive
O *****
Program Change
True #
All Sounds Off Reset All Controllers Local AAN/Off All Notes Off Active Sense Reset
Aux Messages
O O
Clock Commands
System Real Time
X X X
Song Position Pointer Song Sel Tune
System Common
*3 *3 *3
*3 *3
*3
*3
Recognized 1~16 X Mode 3 Mode 3, 4 (M=1)
Date:July 2002 Version: 1.00 Remarks 1= ACC1, 2= A.BASS, 3= ACC2, 4= Upper, 5= ACC3, 6= Layer 7= ACC4, 8= ACC5, 9= ACC6 10= A.Drums/Stl PC, 11= Lower, 14= NTA, 16= M.Drums
*2
0~127 0~127 O X O O O O O O O O O O O O O O O O (Reverb) O (Chorus) O O O 0~127
Bank Select Modulation Portamento Time Data Entry Volume Panpot Expression Hold 1 Portamento Sostenuto Soft Portamento Control Effect 1 Depth Effect 3 Depth NRPN LSB, MSB RPN LSB, MSB Program Number 1~128
O X X X *1 *1
X X X X O X
O O O (120, 126, 127) O (121) O O (123-125) O X
Mode 2: OMNI ON, MONO Mode 4: OMNI UIT, MONO
Mode 1: OMNI ON, POLY Mode 3: OMNI UIT, POLY
*1 O X is selectable *2 Recognized as M=1 even if M≠1 *3 Only for Style parts
Notes
O: Yes X: No
39
40
[Creative Keyboard] Song mode Model: EM-15BNL
0~127 *****
True Voice
Mode 3 Mode 3, 4 (M=1) *****
Default Message Altered
Mode
1~16 X
Default Changed
Basic Channel
Transmitted
Function...
Note Number
O
Pitch Bend
O O
Key’s Ch’s
After Touch
O X
Note ON Note OFF
Velocity
0,32 1 5 6, 38 7 10 11 64 65 66 67 84 91 93 98, 99 100, 101
Control Change
O O O O O O O O O O O O O O O O
O
System Exclusive
O *****
Program Change
True #
All Sounds Off Reset All Controllers Local AAN/Off All Notes Off Active Sense Reset
Aux Messages
O O
Clock Commands
System Real Time
O X X
Song Position Pointer Song Sel Tune
System Common
*3 *3 *3 *3 *3
*3
*3 *3
Recognized 1~16 X Mode 3 Mode 3, 4 (M=1)
Date: July 2002 Version: 1.00 Remarks 3=Lower, 4=Upper, 6=Layer 10=M.Drums
*2
0~127 0~127 O X O O O O O O O O O O O O O O O O (Reverb) O (Chorus) O O O 0~127
Bank Select Modulation Portamento Time Data Entry Volume Panpot Expression Hold 1 Portamento Sostenuto Soft Portamento Control Effect 1 Depth Effect 3 Depth NRPN LSB, MSB RPN LSB, MSB Program Number 1~128
O *1
*1 *1
O O X O O X
O X X
*1
O O O (120, 126, 127) O (121) O O (123-125) O X
Mode 2: OMNI ON, MONO Mode 4: OMNI UIT, MONO
Mode 1: OMNI ON, POLY Mode 3: OMNI UIT, POLY
*1 O X is selectable *2 Recognized as M=1 even if M≠1 *3 Only for Song parts
Notes
O: Yes X: No