Eigen risico te hoog? Effecten van het verplicht eigen risico op het zorggebruik in Tilburg
C10410 Auteurs: Susan van Klaveren; Marieke Hollander Zoetermeer , 16 juli 2013
De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning in artikelen, scripties en boeken is toegestaan mits de bron duidelijk wordt vermeld. Vermenigvuldigen en/of openbaarmaking in welke vorm ook, alsmede opslag in een retrieval system, is uitsluitend toegestaan na schriftelijke toestemming van Panteia. Panteia aanvaardt geen aansprakelijkheid voor drukfouten en/of andere onvolkomenheden.
The responsibility for the contents of this report lies with Panteia. Quoting numbers or text in papers, essays and books is permitted only when the source is clearly mentioned. No part of this publication may be copied and/or published in any form or by any means, or stored in a retrieval system, without the prior written permission of Panteia. Panteia does not accept responsibility for printing errors and/or other imperfections.
2
Inhoudsopgave 1
Achtergrond
5
1.1 1.2 1.3 1.4
Achtergrond Doel- en vraagstelling onderzoek Onderzoeksverantwoording Leeswijzer
5 6 7 8
2
Onderzoek onder burgers
9
2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 2.7 2.8
Kennis over het eigen risico Motieven voor het niet gebruik maken van zorg Omvang van zorgmijding onder Tilburgers Klachten en zorgvraag van zorgmijders Zorg mijden in het verleden en in de toekomst Bekenden die zorg hebben gemeden Achtergrondkenmerken zorgmijders Collectieve verzekering en ondersteuningsfonds
3
Resultaten huisartspraktijken en apotheken
3.1 3.2 3.3
Signalen huisartspraktijken Signalen apotheken Signalen zorgverzekeraars
4
Conclusies en aanbevelingen
4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6
Kennis van het eigen risico Omvang zorgmijding Ernst klachten en type gemeden zorg Kenmerken van zorgmijders Collectieve verzekering en Tilburgs Ondersteuningsfonds Mogelijke maatregelen
9 10 12 12 13 14 15 19
21 21 26 28
31 31 31 32 32 33 33
Bijlage 1
Vragenlijst burgers
35
Bijlage 2
Vragenlijst huisartsenpraktijken
43
Bijlage 3
Vragenlijst apotheken
49
3
1 1.1
Achtergrond Achtergrond Wenselijke en onwenselijk effecten van het eigen risico in de zorg In 2008 is het eigen risico ingevoerd in de Zorgverzekeringswet. Dit bedroeg aanvankelijk 150 euro en is sindsdien jaarlijks gestegen tot 350 euro in 2013. Eén van de doelen van de invoering van het eigen risico is de vermindering van zorgconsumptie. Echter minder gebruik van zorg kan ook onwenselijk zijn, namelijk in de gevallen dat mensen noodzakelijke zorg gaan mijden omwille van de kosten. Dit kan leiden tot negatieve gezondheidseffecten die, behalve onwenselijke maatschappelijke uitkomsten, op de langere termijn mogelijk ook hogere zorgkosten tot gevolg hebben. In een evaluatie van de invoering van het eigen risico in de zorg werd geconcludeerd dat het eigen risico inderdaad leidt tot enige vermindering van de zorgconsumptie in het algemeen, en dat dit effect niet optreedt voor verzekerden met hogere zorguitgaven zoals chronisch zieken. Tevens zouden gezondheidseffecten gering zijn 1. Ondanks deze bevindingen is er veel onduidelijkheid en discussie over de mate waarin gewenste en ongewenste effecten van het eigen risico optreden. Ook blijkt dat steeds meer mensen moeite hebben de kosten van het eigen risico te betalen. Zo is er na iedere verhoging van het eigen risico een duidelijke toename geconstateerd van verzoeken van verzekerden bij verzekeraars om gespreide betaling 2. Signalen van zorgmijding in Tilburg In 2013 is het eigen risico fors gestegen; met 130 euro ten opzichte van de 220 euro in 2012. De PvdA-fractie in de gemeente Tilburg heeft in de gemeenteraad aangekaart dat het verhoogde verplichte eigen risico er toe leidt dat inwoners minder snel een beroep doen op medisch noodzakelijke zorg. Dit op basis van signalen van huisartsen die bezoekersaantallen zien teruglopen. Mensen zouden minder snel of niet naar de huisarts gaan, omdat ze niet willen worden doorverwezen naar de tweede lijn, of omdat ze niet weten dat het eigen risico niet voor de huisarts geldt. Ook zouden sommigen hun medicijnen niet ophalen bij de apotheek. Niet duidelijk is echter wat de omvang van dit probleem is. Zo berichtte het Brabants dagblad op 10 april juist dat huisartsen het geschetste beeld over zorgmijders niet herkennen. Voordat wordt bezien of de gemeente (extra) maatregelen zou moeten nemen en welke, moet daarom duidelijk worden wat de omvang en de aard is van het probleem. De wethouder heeft daarom een onderzoek naar dit onderwerp toegezegd.
1 2
Evaluatie naar het verplicht eigen risico. Oortwijn e.a., 2011. Remgeld in Nederland, een terugkerende discussie. VGE bulletin, oktober 2011.
5
1.2
Doel- en vraagstelling onderzoek Doelstelling In opdracht van de gemeente Tilburg heeft Panteia onderzoek gedaan naar zorgmijding in Tilburg. Het onderzoek heeft ten doel in kaart te brengen hoe groot de groep Tilburgers is die vanwege het eigen risico geen beroep doet op zorg en wat de kenmerken zijn van deze groep. Tevens geeft het onderzoek inzicht in mogelijke maatregelen om de toegang tot zorg te waarborgen. Vraagstelling De centrale vraagstelling is drieledig: 1. Omvang: hoeveel Tilburgers vermijden zorg als gevolg van het verplichte eigen risico? 2. Achtergrondkenmerken: wat zijn de kenmerken van deze groep (o.a. leeftijd, inkomen, gezinssamenstelling)? 3. Oplossingen en maatregelen: wat zijn mogelijke oplossingen/maatregelen ter voorkómen van zorgmijding als gevolg van het eigen risico? Deze vragen zijn als volgt uitgewerkt: A. Omvang zorgmijders als gevolg van eigen risico Om de omvang van de groep zorgmijders in kaart te brengen, richtte het onderzoek zowel op de kennis als op de houding en het gedrag van burgers ten aanzien van het eigen risico en zorggebruik. 1.
Weten mensen dat er sprake is van een verplicht eigen risico, en dat dit sinds 2013 verhoogd is?
2.
Weten mensen dat dit eigen risico niet geldt voor de huisarts?
3.
In hoeverre is men op hoogte van het bestaan van het Tilburgse ondersteuningsfonds (zie kader verderop)?
4. Hebben mensen sinds 2013 (of daarvoor) daadwerkelijk zorg vermeden? Was dit vanwege het eigen risico? Wat voor zorg (eerstelijns, tweedelijns, medicijngebruik)? 5. Verwachten mensen die niet recent klachten hebben gehad, dat indien zij een gezondheidsklacht zouden hebben, het eigen risico hen ervan zou weerhouden om gebruik te maken van zorg? Van welke zorg wel/niet? 6. Indien mensen zorg mijden of zouden mijden vanwege het eigen risico: wat is hierbij de invloed van de ernst van de klacht? Gaat het om een bewuste keuze om geen zorg te zoeken voor klachten die minder ernstig zijn (of lijken) of is er sprake van noodzaak omdat mensen het eigen risico echt niet kunnen betalen? 7. Zijn er andere (veelvoorkomende) oorzaken te noemen om zorg te mijden, welke? 8. In hoeverre ervaren zorgverleners dat er als gevolg van het verhoogde eigen risico sprake is van een toename van het aantal mensen dat zorg mijdt? Om welke zorg gaat het dan vooral? B. Achtergrondkenmerken 9. Wat zijn kenmerken van de mensen die zorg mijden als gevolg van het eigen risico, in relatie tot de mensen die dat niet doen? (o.a. inkomen, gezinssamenstelling, aard van de klachten, leeftijd, opleidingsniveau) 10. In hoeverre is deze groep mensen bij de gemeentelijke collectieve ziektekostenverzekering aangesloten?
6
C. Mogelijke maatregelen 11. Welke mogelijke oplossingen zouden zorgverleners en zorgverzekeraars kunnen bieden voor zorgmijding vanwege het verplichte eigen risico (bv. informeren over bestaande ondersteuningsmogelijkheden, gespreide betaling, nieuwe ondersteuningsmogelijkheden)? 12. Welke mogelijke oplossingen zou de gemeente kunnen bieden voor zorgmijding vanwege het verplichte eigen risico, aanvullend op bestaande instrumenten (zie kader)? Bestaande maatregelen en instrumenten Bij het denken over maatregelen is het van belang om bestaande maatregelen en instrumenten in ogenschouw te nemen: - De gemeente Tilburg zet al instrumenten in om de gevolgen van bezuinigingen voor individuele burgers op te vangen. Zo is in februari 2012 een Ondersteuningsfonds opgericht. Dit fonds heeft als doel om inwoners die getroffen worden door de stapeling van bezuinigingen financieel bij te staan. Aanvragen voor het fonds moeten worden ingediend door medewerkers van maatschappelijk erkende organisaties. Vooralsnog is het gebruik van het Ondersteunings fonds beperkt. Wel is een stijgende lijn te zien. - Ook het Rijk heeft maatregelen genomen als compensatie voor het verhoogde eigen risico. Mensen met een laag inkomen ontvangen extra zorgtoeslag. Het maximumbedrag gaat in 2013 per persoon met €115.- per persoon omhoog. Daarnaast hebben sommige mensen recht op een compensatie van het eigen risico. Bijvoorbeeld mensen met een chronische ziekte. Het kabinet is van plan om het eigen risico vanaf 2015 inkomensafhankelijk te maken.
1.3
Onderzoeksverantwoording Om inzicht te krijgen in de gevolgen van de verhoging van het eigen risico zijn zowel burgers benaderd als partijen die beroepshalve inzicht kunnen hebben in deze gevolgen. In deze paragraaf beschrijven we hoe de verschillende doelgroepen in het onderzoek zijn betrokken. Onderzoek onder burgers De kern van het onderzoek bestaat uit een telefonische enquête onder burgers. Hiervoor is een aselecte steekproef van adressen in Tilburg getrokken. Bij deze adressen zijn de bijbehorende vaste en/of mobiele telefoonnummers aangekocht. Deze nummers zijn ’s avonds telefonisch benaderd, omdat dan de kans het grootst is dat mensen bereikbaar zijn en tijd hebben. In totaal zijn 600 interviews met Tilburgers afgenomen 3. Onderzoek onder huisartsenpraktijken Om inzicht te krijgen op de ontwikkelingen bij huisartspraktijken zijn telefonische interviews afgenomen met praktijkassistenten. Aangezien zij de afspraken maken, hebben zij in de regel goed zicht op eventuele ontwikkelingen in bezoekersaantallen. In totaal is met 46 praktijkassistenten gesproken, waarvan een deel voor meerdere huisartsen werkzaam is. De praktijkassistenten zijn gevraagd of via de mail enkele verdiepende vragen aan de huisarts voorgelegd mogen worden. In totaal zijn 36 huisartsen benaderd en hebben 11 huisartsen de vragenlijst ingevuld.
3
Om betrouwbare uitspraken te kunnen doen over een groep (in dit geval ‘de Tilburger’) in het algemeen, is in de regel een steekproef van 300-400 personen voldoende. Omdat dit onderzoekechter inzicht dient te geven in de kenmerken van een (kleinere) subgroep, namelijk de zorgmijders, is uitgegaan van een groter aantal respondenten (de genoemde 600 respondenten).
7
Onderzoek onder apothekers Ondanks dat ook huisartsen het in de regel zullen weten als patiënten hun medicijnen niet ophalen, hebben apotheken hier het beste zicht op. Om deze reden is contact op genomen met 20 vertegenwoordigers van apotheken in Tilburg, waarna bij 12 vertegenwoordigers een interview is afgenomen.
Onderzoek onder zorgverzekeraars De twee belangrijkste zorgverzekeraars in Tilburg (CZ en VGZ) zijn telefonisch geïnterviewd over eventuele signalen en achtergronden van en oplossingen voor zorgmijding als gevolg van het eigen risico. Analyse en rapportage De uitkomsten van de enquêtes zijn aan de hand van de onderzoeksvragen voor burgers, huisartspraktijken en apotheken afzonderlijk geanalyseerd en beschreven. Daarna zijn de uitkomsten onderling met elkaar vergeleken om verschillen en overeenkomsten in kaart te brengen. De resultaten van deze vergelijkende analyse zijn vastgelegd in hoofdstuk 4. Om representatieve uitspraken te kunnen doen over heel Tilburg zijn de resultaten gewogen naar inkomensverdeling van de populatie van Tilburg. De gegevens hiervoor, afkomstig uit het Burgeronderzoek, zijn op populatieniveau en op respondentenniveau ingedeeld in 5 groepen. Vervolgens heeft de procentuele verde ling van de inkomensgroepen uit onderhavig onderzoek een weegfactor gekregen om uit te komen op eenzelfde inkomensverdeling als dat van de Tilburgse populatie.
1.4
Leeswijzer Dit rapport beschrijft de uitkomsten van het onderzoek naar zorgmijding en mogelijk e oplossingen in de gemeente Tilburg. Hoofdstuk 2 gaat in op de resultaten van de enquête onder burgers en geeft zo een beeld van de omvang van de problematiek en de kenmerken van de doelgroep. Hoofdstuk 3 behandelt de resultaten van de enquêtes onder de huisartsen, huisartsassistenten en de apotheken. Ook worden de uitkomsten van de interviews met zorgverzekeraars gemeld. Naast inzicht in de problematiek verschaft dit ook inzicht in oplossingsrichtingen. Het rapport sluit af met een concluderend hoofdstuk. De resultaten van de enquête onder burgers zijn gewogen. De tabellen in hoofdstuk 2 bevatten ongewogen aantallen maar gewogen percentages. Als gevolg hiervan zijn er kleine afwijkingen mogelijk tussen de aantallen en percenta ges.
8
2 2.1
Onderzoek onder burgers Kennis over het eigen risico Vrijwel alle Tilburgse burgers (95%) zijn op de hoogte van het bestaan van een verplicht eigen risico in de zorg. Van de Tilburgers kan 58 procent de hoogte van het eigen risico benoemen; 17 procent denkt dat het eigen risico lager dan 350 euro is en 4 procent denkt dat het bedrag hoger is. Tabel 2.1
Wat is de hoogte van het eigen risico in 2013? 4 aantal
%
€ 350,-
345
58%
Een bedrag lager dan € 350,-
104
17%
22
4%
101
17%
28
5%
600
100%
Een bedrag hoger dan € 350,Weet niet de hoogte van het eigen risico Niet op de hoogte van het bestaan van het eigen risico Totaal
Hoogte eigen risico Van de Tilburgers die op de hoogte zijn van het verplichte eigen risico, denkt 84 procent dat het eigen risico in 2013 is toegenomen, 4 procent dat het gelijk is gebleven en 1 procent vermoedt dat het is afgenomen. Eén op de tien Tilburgers weet niet of de hoogte van het eigen risico is toe- of afgenomen. Grafiek 2.1
Weet u of de hoogte van het eigen risico ten opzichte van vorig jaar is gestegen, gedaald of gelijk is gebleven?
Eigen risico en bezoek huisarts Het eigen risico geldt niet voor de huisarts, dit is echter niet bij iedereen bekend. Twee derde van de Tilburgers die op de hoogte is van het verpl ichte eigen risico
4
De tabellen in dit hoofdstuk bevatten ongewogen aantallen maar gewogen percentages. Als gevolg hiervan zijn er kleine afwijkingen mogelijk tussen de aantallen en percentages.
9
(68%), weet dat dit niet geldt voor een bezoek aan de huisarts. Een derde denkt dat hier wel voor betaald moet worden of weet het niet. Grafiek 2.2
Geldt dit verplichte eigen risico ook voor een bezoek aan de huisarts? (N= 572)
2.2
Motieven voor het niet gebruik maken van zorg Bijna driekwart van de Tilburgers heeft in de eerste helft van 2013 één of meerdere gezondheidsklachten gehad; ruim een kwart had geen klachten. Van de Tilburgers met klachten heeft 85% gebruik gemaakt van zorg; 15% heeft geen gebruik gemaakt van zorg. Grafiek 2.3
Heeft u voor deze klachten wel of geen gebruik gemaakt van zorg? (N=431)
Aan mensen die voor hun klachten geen gebruik hebben gemaakt van zorg is gevraagd waarom niet. Het kon hierbij gaan om financiële of niet -financiële motieven. In de meeste gevallen (61%) blijken financiële overwegingen geen rol te spelen; bij 33 procent wel. Vijf procent weet het niet. Niet-financiële motieven Aan de Tilburgers die om niet-financiële overwegingen geen gebruik hebben gemaakt van zorg, is gevraagd wat de reden was.
10
Tabel 2.2
Wat was de reden dat u geen gebruik heeft gemaakt van zorg?
De klachten waren niet zo ernstig/ik kijk het nog even aan/gaat misschien vanzelf weer over, etc. Ik wist niet waar ik terecht kon met deze klachten/ben niet bekend met het zorgaanbod/taalproblemen, etc. Ik vind het eng om van zorg gebruik te maken/ durf niet, etc.
aantal
%
34
80%
2
3%
1
2%
Anders
11
25%
Totaal
44
100%
Meerdere antwoorden mogelijk, gepercenteerd op het aantal respondenten
Het meeste genoemde niet-financiële motief om bij klachten geen gebruik te maken van zorg, is dat de klachten niet zo ernstig waren en men het nog even aankeek. Financiële motieven Wanneer financiële overwegingen een rol speelden, is gevraagd om welke kosten het ging: de kosten van het verplicht eigen risico of de kosten van zorg die sowieso niet (volledig) vergoed wordt uit het basispakket. Hieruit blijkt dat het bij 17 procent alleen gaat om de kosten van het eigen risico, bij 40 procent om de kosten van zorg die niet wordt vergoed uit het basispakket en bij 43 procent om beide type kosten. Grafiek 2.4
Had de reden dat u geen gebruik hebt gemaakt van zorg te maken met de kosten van het verplicht eigen risico of kosten die niet volledig vergoed worden vanuit het basispakket? (N=27)
De personen die zorg hebben gemeden (onder andere) vanwege het eigen risic o (N=17), zijn twee stellingen voorgelegd 5, waarbij is gevraagd welke van deze stellingen het meest op hun situatie van toepassing is. Op grond daarvan stellen 7 personen dat zij zorg mijden omdat zij anders in de financiële problemen komen door de hoogte van het eigen risico. De overige 10 maken door de hoogte van het eigen risico alleen nog van zorg gebruik die zij echt hard nodig hebben.
5
Stelling 1: Ik heb geen zorg gezocht voor mijn klachten omdat ik anders door de hoogte van het eigen risico in de financiële problemen kom. Stelling 2: Ik heb geen zorg gezocht voor mijn klachten omdat ik door de hoogte van het eigen risico alleen nog van zorg gebruik maak die ik echt hard nodig heb.
11
2.3
Omvang van zorgmijding onder Tilburgers Op basis van de resultaten die in de vorige paragraaf zijn beschreven, hebben we in onderstaande tabel de kerncijfers over zorgmijding in Tilburg samengevat. Tabel 2.3
Kerncijfers zorgmijding in Tilburg % van de totale groep
% van de groep die
respondenten
klachten heeft gehad
In 2013 gezondheidsklachten gehad
72%
N.v.t.
Voor klachten geen gebruik gemaakt van zorg
11%
15%
Geen zorg gebruikt vanwege financiële motieven
4%
6%
Geen zorg gebruikt vanwege het eigen risico
2%
3%
Uit tabel 2.3 blijkt dat bijna driekwart van de Tilburgers in de eerste helft van 2013 gezondheidsklachten heeft gehad en van deze groep 15% geen gebruik heeft gemaakt van zorg. Van de mensen met gezondheidsklachten mijdt 6% zorg vanwege financiële motieven en 3% van de mensen met gezondheidsklachten doet dit vanwege het eigen risico. We concluderen dat, van de Tilburgers van 18 jaar en ouder, zo’n 2% in de eerste helft van 2013 zorg heeft gemeden vanwege het verplichte eigen risico of omdat zij onterecht het idee hadden dat zij voor bepaalde zorg eigen risico zouden moeten betalen. Van de mensen die daadwerkelijk klachten hebben gehad is dit aandeel 3%.
2.4
Klachten en zorgvraag van zorgmijders De personen die zorg hebben gemeden vanwege het eigen risico, i s gevraagd een cijfer te geven voor de ernst van hun klachten; waarbij 0 staat voor geen klachten en 10 voor zeer ernstige klachten. Tabel 2.4
Ernst van de klachten aantal
4
1
5
3
6
4
7
1
8
2
9
2
10
2
Weet niet/geen mening Totaal
2 17
In tabel 2.4 is te zien dat er in een aantal gevallen sprake is van ernstige tot zeer ernstige klachten. Het gemiddelde cijfer voor de beoordeling van de ernst van de klachten is een 5,8. Aan de personen die zorg hebben gemeden vanwege het eigen risico, is oo k gevraagd wat voor zorg zij zouden hebben gebruikt voor hun klachten als zij niets hadden hoeven te betalen.
12
Tabel 2.5
Indien u niets had hoeven betalen, wat voor soort zorg zou u dan hebben gebruikt voor deze klachten? aantal
Consult of behandeling bij zorgverlener voor lichamelijke klachten (incl. gebit)
12
Gebruik van medicijnen/bezoek aan apotheek
7
Bezoek aan de huisarts
5
Consult of behandeling bij zorgverlener voor psychische klachten of gedrag
1
Verblijf in een zorginstelling (ziekenhuis, verzorgingshuis, etc) Totaal
1 17
Meerdere antwoorden mogelijk
Uit tabel 2.5 blijkt dat de meeste zorgmijders een consult of behandeling bij een zorgverlener voor lichamelijke klachten hebben gemeden (N=12). Het gaat hierbij vooral om een medisch specialist (7 keer genoemd), en in mindere mate om een fysiotherapeut (3 keer). Ook noemen twee zorgmijders zorg die niet onder het basispakket van de zorgverzekering valt, namelijk behandeling door de tandarts/mondhygiënist (2 keer). Deze zorg is opgenomen in de aanvullende verzekering en hierover geldt geen eigen risico. Andere vormen van zorg mijden zijn het niet gebruiken of niet ophalen van medicijnen (N=7). Opvallend is ook dat vijf personen vanwege het eigen risico de huisarts niet hebben bezocht. In alle vijf de gevallen gaat het om mensen die niet wisten dat het eigen risico hier niet voor geldt.
2.5
Zorg mijden in het verleden en in de toekomst Zorgmijding vóór 2013 Aan degenen die zorgmijden vanwege het eigen risico is gevraagd of zij vóór 2 013 ook al eens klachten hebben gehad en destijds vanwege het eigen risico geen zorg hebben gebruikt. Hiermee kan worden bezien in hoeverre de verhoging van het eigen risico per 2013 heeft bijgedragen aan een toename van zorgmijding. Tabel 2.6
Heeft u voor 2013 ook al eens klachten gehad en vanwege het eigen risico hiervoor geen zorg gebruikt? aantal
Wel klachten en vanwege eigen risico geen zorg
10
Wel klachten en wel zorg
3
Geen klachten
3
Weet niet/geen mening
1
Totaal
17
Bij 10 van de 17 zorgmijders blijkt dat zij al eerder zorg meden vanwege het eigen risico. Aan de personen die destijds wel zorg hebben gebruikt voor hun klachten (N=3), is gevraagd waarom zij hiervoor toen wel kozen. Bij één persoon waren de klachten destijds ernstiger, de tweede noemt als reden dat het eigen risico toen lager was en de derde had een andere reden (niet samenhangend met het eigen risico, de eigen financiële situatie of de ernst van de klachten).
13
Uit deze bevindingen kan worden geconcludeerd dat zorgmijding sinds 2013 niet is toegenomen vanwege de verhoging van het eigen risico. De meeste mensen die in de eerste helft van 2013 zorg hebben gemeden deden dat ook al in 2012.
Potentiële toekomstige zorgmijders Aan de overige Tilburgers (alle respondenten die in 2013 geen zorg hebben gemeden vanwege het eigen risico) is gevraagd of het verplichte eigen risico in de zorgverzekeringswet een reden zou kunnen zijn om in de toekomst, bij gezondheids klachten, geen gebruik te maken van zorg. Grafiek 2.5
Denkt u dat het verplichte eigen risico in de zorgverzekeringswet voor u een reden zou kunnen zijn om in de toekomst bij gezondheids klachten geen gebruik te maken van zorg? (N=538)
De ruime meerderheid (64%) verwacht niet dat ze vanwege het eigen risico in de toekomst zorg zullen mijden. Bijna één op de vijf verwacht hier in de toekomst wel mee te maken te krijgen (8% zeker wel, 9% waarschijnlijk wel).
2.6
Bekenden die zorg hebben gemeden Aan de Tilburgers is gevraagd of zij iemand kennen die in Tilburg woont en vanwege financiële redenen zorg heeft gemeden. Voor één op de vijf Tilburgers is dit het geval, ruim driekwart is niet bekend met iemand waarvoor dit geldt. Aan de Tilburgers die een dergelijke zorgmijder kennen, is gevraagd waarom de ze persoon zorg heeft gemeden. Zij mochten op deze vraag meerdere antwoorden geven. Zoals uit grafiek 2.6 blijkt, zijn de kosten van het verplicht eigen risico voor de helft van ‘bekenden’ de reden om zorg te mijden; 21 procent mijdt zorg vanwege de kosten van de zorg die niet (volledig) worden vergoed uit het basispakket. Voor 29 procent zijn het eigen risico én geen vergoeding vanuit het basispakket beide een reden om zorg te mijden.
14
Grafiek 2.6
2.7
Heeft deze persoon zorg gemeden vanwege het eigen risico of omdat de zorg niet volledig wordt vergoed uit het basispakket? (N=126)
Achtergrondkenmerken zorgmijders Om inzicht te krijgen in de kenmerken van zorgmijders, maken we een vergelijking met een contrastgroep van de mensen die geen zorg (gaan) mijden. We onderscheiden hierbij de volgende drie groepen:
Zorgmijders: mensen die in de eerst helft van 2013 klachten hebben (gehad) en vanwege het eigen risico geen zorg hebben gebruikt (N=17)
Mogelijke zorgmijders: mensen die aangeven waarschijnlijk of zeker in de toekomst vanwege het eigen risico geen zorg te gaan gebruiken (N=98)
Zorggebruikers: mensen die in de eerst helft van 2013 klachten hebben (gehad) en wél zorg hebben gebruikt (N=335).
Om een vergelijking tussen deze groepen mogelijk te maken, maken we in de volgende tabellen gebruik van percentages. Hierbij plaatsen we de kanttekening dat door het lage aantal daadwerkelijke zorgmijders dat uit de enquête naar voren is gekomen (17), de percentages over de achtergrondkenmerken van die groep gepaard gaan met ruime betrouwbaarheidsmarges. Het is goed om dit bij het lezen van de tabellen in het achterhoofd te houden. Geslacht Tabel 2.7
Geslacht van de respondent Zorgmijders
Mogelijke
Zorggebruikers
zorgmijders Man
5%
41%
40%
Vrouw
95%
59%
60%
Totaal
100%
100%
100%
Aantal
17
98
335
De zorggebruikers zijn in 60% van de gevallen vrouw. Ditzelfde geldt voor de groep mogelijke zorgmijders. We zien echter dat de daadwerkelijke zorgmijders in de steekproef bijna allen vrouw zijn (95%). Huishouden
15
Tabel 2.8
Hoe is uw huishouden samengesteld? Zorgmijders
Mogelijke
Zorggebruikers
zorgmijders Alleenwonend
37%
31%
33%
-
14%
33%
Wonen met partner met kinderen
45%
29%
22%
Wonend zonder partner met kinderen
18%
16%
9%
Wonend bij ouders
-
7%
1%
Anders
-
3%
1%
Totaal
100%
100%
100%
Aantal
17
98
335
Wonend met partner zonder kinderen
Zoals uit tabel 2.8 blijkt wonen de huidige zorgmijders relatief vaak met kinderen: 63%, versus 31% van de zorggebruikers. De mogelijke zorgmijders zitten hier tussenin: 45% woont met kinderen. Daarbij valt op dat het bij de (mogelijke) zorgmijders ook relatief vaal om éénouder gezinnen gaat: onder de zorgmijders komen twee keer zoveel éénouder gezinnen voor (18%) als onder zorggebruikers (9%). Bij de zorggebruikers komen gaat het juist relatief vaak om tweep ersoonshuishoudens zonder kinderen. Bij de mogelijke zorgmijders valt op dat een aantal, zij het een kleine groep, bij de ouders inwoont. Bij huishoudens met kinderen is het aantal kinderen nagevraagd. Twee derde van de zorgmijders heeft 2 kinderen, dit is echter weinig veelzeggend omdat het maar om een kleine groep gaat. Bij de mogelijk toekomstige zorgmijders zien we dat deze vaker dan zorggebruikers 3 of meer kinderen hebben. Tabel 2.9
Hoeveel kinderen zijn er in het huishouden? Zorgmijders
Mogelijke
Zorggebruikers
zorgmijders Geen kinderen 1 kind
37%
57%
69%
5%
16%
12%
2 kinderen
40%
17%
15%
3 kinderen
14%
7%
3%
4%
3%
1%
Totaal
100%
100%
100%
Aantal
17
98
335
4 of meer kinderen
16
Leeftijden Tabel 2.10
Wat is uw leeftijd? Zorgmijders
Mogelijke
Zorggebruikers
zorgmijders 18 tot 30 jaar
5%
22%
10%
30 tot 40 jaar
10%
20%
16%
40 tot 50 jaar
74%
20%
20%
50 tot 60 jaar
5%
21%
17%
60 tot 70 jaar
-
9%
15%
70 tot 80 jaar
5%
7%
15%
80 en ouder
-
1%
7%
Totaal
100%
100%
100%
Aantal
17
98
335
Het blijkt dat de huidige zorgmijders vooral tussen de 40 -50 jaar zijn. Als we de groep zorgmijders en mogelijk zorgmijders tezamen vergelijken met de groep zorggebruikers, valt op dat er vooral onder 60-plussers relatief weinig (mogelijke) zorgmijders zijn. Dit is te rijmen met de bevinding dat onder zorgmijders relatief veel gezinnen met kinderen zijn.
Inkomen van het huishouden Tabel 2.11
In welke categorie zit het netto inkomen van uw huishouden per maand 6? Zorgmijders
Mogelijke
Zorggebruikers
zorgmijders Minder dan €1.000
21%
18%
19%
€ 1.000 tot € 1.500
30%
15%
11%
€ 1.500 tot € 1.750
-
22%
17%
€ 1.750 tot € 3.000
42%
30%
32%
7%
15%
20%
Totaal
100%
100%
100%
Aantal
15
87
276
€ 3.000 en meer per maand
Uit tabel 2.11 komt een verband naar voren tussen inkomen en zorgmijding: 51% van de zorgmijders heeft een inkomen onder 1.500 euro netto per maand, bij de mogelijke zorgmijders is dat 33% en bij de zorggebruikers 30%. Dit verschil is ook bij de hoogste inkomenscategorieën zichtbaar: 7% van de zorgmijders heeft een inkomen boven de 3.000 euro netto per maand, bij de mogelijke zorgmijders is dat 15% en bij de zorggebruikers 20%.
6
Uitkeringen, pensioengelden, alimentatie en dergelijke zijn meegerekend, maar vakantiegeld, kinderbijslag, andere kindertoeslagen, zorgtoeslag en huurtoeslag niet.
17
Inkomensbronnen Tabel 2.12
In welke categorie zit het netto inkomen van uw huishouden per maand7? Zorgmijders
Mogelijke
Zorggebruikers
zorgmijders Betaalde arbeid in loondienst Betaalde arbeid als ZZP-er/kleine ondernemer Een WW-uitkering Een gemeentelijke uitkering (bijstand/WWB, IOAZ, IOAW)
75%
74%
53%
7%
4%
8%
4%
9%
7%
9%
7%
4%
6%
8%
Een arbeidsongeschiktheiduitkering (WIA/WAO, Wajong) Een AOW-uitkering
5%
12%
28%
Pensioen
5%
9%
27%
Alimentatie
14%
7%
1%
Studiefinanciering/studielening
12%
10%
6%
-
5%
4%
7%
1%
2%
Totaal
100%
100%
100%
Aantal
17
98
335
Anders Weet niet / wil niet zeggen
Gepercenteerd op het aantal respondenten
De belangrijkste vorm van inkomen bij de huidige en mogelijke zorgmijders is betaalde arbeid in loondienst (resp. 75% en 74%). Zorggebruikers krijgen relatief vaker een AOW-uitkering en/of pensioen (overeenkomend met de bevinding dat dit vaker ouderen zijn). In vergelijking tot betaalde arbeid in loondienst ontvangt een relatief klein deel van de huidige en mogelijke zorgmijders een gemeentelijke uitkering (resp. 9% en 7%). De meeste zorgmijders zijn dan ook op grond van hun uitkering niet bekend bij de gemeente. Kenmerken zorgmijders uit de eigen kennissenkring Om het inzicht in de groep zorgmijders te versterken, zijn de Tilburgers ook gevraagd of zij iemand kennen in de gemeente die vanwege financiële redenen zorg heeft gemeden. Hieronder sommen we overeenkomsten en verschillen tussen deze groep (N=126) en de zorgmijders, (mogelijke) zorgmijders en zorggebruikers op.
Net als de geïnterviewde zorgmijders heeft deze groep relatief vaak thuiswonende kinderen (42%), en ook woont een groot deel alleen (43%).
Ook qua netto inkomen van het huishouden per maand zijn er overeenkomsten. Van deze groep heeft net als de geïnterviewde zorgmijders 51% een netto inkomen van minder dan € 1.500; en ook komen de hogere inkomenscategorieën binnen deze groep minder vaak voor.
In tegenstelling tot de geïnterviewde zorgmijders bestaat deze groep vaker uit mannen (namelijk 44%). De groep lijkt wat dit betreft meer op de mogelijke zorgmijders en de zorggebruikers, en in feite meer op de populatie.
7
Uitkeringen, pensioengelden, alimentatie en dergelijke zijn meegerekend, maar vakantiegeld, kinderbijslag, andere kindertoeslagen, zorgtoeslag en huurtoeslag niet.
18
Daarnaast wijkt deze groep af qua bron van inkomen. Zij zijn minder vaak in loondienst dan (mogelijke) zorgmijders. Wel ontvangen zij relatief vaak een gemeentelijke uitkering (20%), een AOW-uitkering (16%), een pensioen (16%) of alimentatie (14%).
2.8
Collectieve verzekering en ondersteuningsfonds Aansluiting collectieve verzekering De Tilburgers zijn gevraagd of zij zijn aangesloten bij de collectieve zorgverzekering van de gemeente. Dit is voor bijna één op de tien Tilburgers het geval. Daarbij blijkt dat (mogelijke) zorgmijders niet vaker een collectieve zorgverzekering hebben dan zorggebruikers. Grafiek 2.7
Bent u aangesloten bij de gemeentelijke collectieve ziektekostenverzekering?
Tilburgs Ondersteuningsfonds De gemeente Tilburg heeft een tijdelijk fonds ingericht om inwoners die getroffen worden door verschillende bezuinigingen financieel te helpen. Dit is het Tilburgse Ondersteuningsfonds. Van de Tilburgers is 11 procent spontaan bekend met dit fonds; na uitleg neemt dit percentage toe tot 17 procent. Het blijkt verder dat zorgmijders vaker met dit fonds bekend zijn dan de zorggebruikers (resp. 27 procent versus 13 procent).
19
20
3 3.1
Resultaten huisartspraktijken en apotheken Signalen huisartspraktijken In het onderzoek zijn zowel Tilburgse huisartsen zelf als de praktijkassistenten benaderd: de huisartsen met een internetenquête waarin ook enkele open vragen werden gesteld; de assistenten met een telefonische enquête met gesloten vragen. Hieronder presenteren wij de resultaten van beide groepen. R e su lt a t en en q u ê t e h u is a r ts en In het kader van het onderzoek hebben 11 huisartsen een enquête ingevuld. Zij zijn gevraagd een schatting te geven van het aantal keer dat patiënten sinds begin 2013 hebben aangegeven geen gebruik te willen maken van tweedelijnszorg vanwege de hoogte van het eigen risico. De schattingen lopen uiteen van 3 tot 75 patiënten per praktijk. Gemiddeld hebben 18 patiënten een dergelijk signaal afgegeven. Van de 11 huisartsen denken er 9 dat het hier gaat om een significante toename ten opzichte van 2012. Tabel 3.1
Aantal keer dat patiënten geen gebruik willen maken van tweedelijnszorg vanwege de hoogte van het eigen risico Aantal
3
1
4
1
10
3
15
1
20
3
75
1
Weet niet / geen mening Totaal
1 11
Ook zijn de huisartsen gevraagd een inschatting te geven van het aantal keer dat patiënten sinds begin 2013 hebben aangegeven geen gebruik te willen maken van medicatie vanwege de hoogte van het eigen risico. Hier lopen de schattingen uiteen van 0 tot 40 keer. Het gemiddelde is 12,5 keer. Van de 11 huisartsen denken er 6 dat het hier gaat om een significante toename ten opzichte van 2012.
21
Tabel 3.2
Kunt u een inschatting geven van hoeveel keer u sinds begin 2013 heeft meegemaakt dat patiënten aangeven geen gebruik te willen maken van medicatie vanwege de hoogte van het eigen risico? Aantal
0
1
2
1
5
2
8
1
10
2
20
1
25
1
40
1
Weet niet / geen mening
1
Totaal
11
Er kunnen ook patiënten zijn die vanwege geldgebrek een eerdere doorverwijzing niet hebben opgevolgd en daardoor (nog) zieker zijn geworden en voor een tweede keer bij de huisarts zijn verschenen. Gemiddeld kennen de huisartsen 3 van dergelijke patiënten. De schattingen lopen uiteen van 0 tot 10. Tabel 3.3
Kunt u inschatting geven van het aantal patiënten dat vanwege geldgebrek niets heeft gedaan met eerdere doorverwijzingen en daardoor (nog) zieker is geworden en voor een tweede keer bij de huisarts is verschenen? Aantal
0
3
1
1
2
2
5
1
6
1
10
1
Weet niet / geen mening
2
Totaal
11
De antwoorden van de huisartsen zijn gerelateerd aan de wijken waar hun praktijken staan. Er zijn weinig verschillen waar te nemen tussen de verschillende wijken, behalve dat huisartsen in Broekhoven een hoger percentage patiënten hebben dat vanwege het eigen risico zorg mijdt. Een kanttekening is dat niet alle wijken in het onderzoek zijn vertegenwoordigd. De huisartsen zijn gevraagd naar het type klachten dat mensen hebben die vanwege het eigen risico zorg mijden. Volgens de huisartsen komt het zowel bij lichte als bij zware klachten voor.
22
Tabel 3.4
Heeft u de indruk dat mensen die zorg mijden vanwege het eigen risico dit alleen doen bij lichte of ook bij ernstige klachten? Aantal
Alleen bij lichte klachten
2
Vooral bij lichte klachten maar soms ook bij ernstige klachten
8
Weet niet/geen mening Totaal
1 11
Achtergrondkenmerken zorg(mijders) De huisartsen zijn gevraagd naar de achtergrondkenmerken van de belangrijkste patiëntgroepen die zorg mijden vanwege het eigen risico. Zij noemen de volgende groepen:
Uitkeringsgerechtigden
Mensen met een laag inkomen
Mensen met een verslaving
Mensen die slecht verzekerd zijn
Alleenstaanden (zonder werk)
Gebroken gezin
Gezinnen waarbij één ouder werkloos is.
Zorgmijding komt volgens de huisartsen zowel voor bij psychische, somatische als bij lichamelijke klachten. Het soort zorg dat vooral wordt vermeden is volgens de huisartsen:
Fysiotherapie
Psychologische begeleiding
Psychiatrische zorg
Verslavingszorg
Pijnstillers en maagtabletten
Behandeling door medisch specialisten
Controlebezoeken in geval van chronische zorg (bijv. COPD)
(Aanvullend) onderzoek, zoals bloed- en röntgenonderzoek.
Huisartsen noemen daarnaast zorg die niet onder het verplicht risico valt, maar wel door patiënten wordt gemeden. Het gaat om:
Tandartszorg
Medicatie die niet onder het basispakket valt
Maatschappelijk werk.
Consequenties zorgmijding Vooralsnog zien de meeste huisartsen geen (directe) negatieve consequenties voor de gezondheid van zorgmijding als gevolg van het eigen risico. Op termijn verwachten zij wel dat ziekten en vermijdbare complicaties bij chronische ziekten later worden ontdekt, en een slechtere diagnostiek doordat bijvoorbeeld labonderzoek niet wordt uitgevoerd. Dit kan leiden tot vermijdbare complicaties en/of opnames. Omgaan met zorgmijding Huisartsen gaan verschillend om met patiënten die aangegeven geen gebruik te willen maken van tweedelijnszorg of medicatie omdat zij het eigen risico niet kunnen betalen. De volgende aanpakken worden genoemd:
23
Begrip tonen/begripvol zijn
Uitleg geven over het belang van behandeling/medicatie en/of patiënt in laten zien dat hij/zij goed voor zichzelf moet zorgen
Niet gebruikte medicatie verzamelen en opnieuw uitgeven
Meer tijd nemen voor diagnostiek door ontbreken aanvullend onderzoek
Alternatieve oplossingen, zoals zelf oefeningen geven (i.p.v. fysiotherapie) of onderzoek laten uitvoeren door goedkoper functionerende laboratoria
Doorverwijzen naar algemeen maatschappelijk werk, Loket Z, schuldhulpverlening of sociale dienst van de gemeente.
Maatregelen zorgverzekeraars en gemeente De huisartsen zijn ook gevraagd naar maatregelen die zorgverzekeraars en gemeenten kunnen nemen. Naar hun inzicht kunnen zorgverzekeraars betalingsregelingen treffen en meer duidelijkheid bieden over het eigen risico. Bovenal vinden zij dat het verplichte eigen risico afgeschaft moet worden. De gemeente zou voor zover dit niet al het geval is volgens de huisartsen een tegemoetkoming kunnen bieden aan de laagste inkomensgroepen. Ook noemt een huisarts als mogelijkheid het organiseren van voorlichting over gezond leven (bewegen en voeding) en door een fysiotherapeut begeleide bewegingsgroepen. R e su lt a t en en q u ê t e p r a k t ij k as s is t en t en Aan de praktijkassistenten is gevraagd of zij de ervaring hebben dat het bezoek aan de praktijk sinds begin 2013 is afgenomen. Bijna één op de tien assistenten heeft deze ervaring, de overige echter niet. Tabel 3.5
Is in uw ervaring het bezoek aan uw praktijk sinds begin 2013 afgenomen? Aantal
%
Ja, dat is zeker zo
2
4%
Ja, dat denk ik wel
2
4%
41
89%
1
2%
46
100%
Nee weet niet/geen mening Totaal
De assistenten die denken dat het aantal bezoeken aan de praktijk is afgenomen, is gevraagd naar de omvang van de daling. De schattingen verschillen sterk. Twee assistenten kunnen geen inschatting geven. De andere twee assistenten geven als schatting 7 en 20 procent. De praktijkassistenten geven verschillende redenen voor het afgenomen huisartsenbezoek. De kosten van eventueel voorgeschreven medicatie wordt daarbij het meest genoemd. Tabel 3.6
Wat zijn, in uw ervaring, de redenen voor het afgenomen huisartsenbezoek? Aantal
Mensen denken dat het eigen risico ook geldt voor de huisarts
2
Mensen vrezen de kosten bij eventuele doorverwijzing naar tweedelijnszorg
2
Mensen vrezen de kosten bij het eventueel voorschrijven van medicijnen
4
Totaal
4
Meerdere antwoorden mogelijk
24
Bijna driekwart van de praktijkassistenten heeft signalen ontvangen dat mensen sinds begin 2013 minder gebruik maken van tweedelijns zorg vanwege het verplicht eigen risico. Een kwart kent deze signalen niet. Tabel 3.7
Zijn er bij u signalen bekend dat mensen sinds begin 2013 minder gebruik maken van tweedelijns zorg, vanwege het eigen risico? Aantal
%
Ja
33
72%
Nee
13
28%
Totaal
46
100%
Eveneens driekwart van de praktijkassistenten heeft signalen ontvangen dat mensen vanwege het verplichte eigen risico sinds begin 2013 minder gebruik maken van medicatie. Tabel 3.8
Zijn er bij u signalen bekend dat mensen sinds begin 2013 minder gebruik maken van medicatie, vanwege het verplicht eigen risico? Aantal
%
Ja
34
74%
Nee
12
26%
Totaal
46
100%
De praktijkassistenten verschillen van mening over de zwaarte van de klachten van de mensen die zorg mijden. In het algemeen kan gesteld worden dat zorg zowel wordt gemeden bij lichte als bij ernstige klachten. Tabel 3.9
Heeft u de indruk dat mensen die zorg mijden vanwege het eigen risico dit alleen doen bij lichte of ook bij ernstige klachten? Aantal
%
Alleen bij lichte klachten
14
34%
Vooral bij lichte klachten maar soms ook bij ernstige klacht
12
29%
8
20%
Ongeveer net zo vaak bij lichte als bij ernstige klachten Weet niet/geen mening Totaal
7
17%
41
100%
De praktijkassistenten zijn gevraagd een schatting te geven van de relatieve omvang van de groep patiënten uit de praktijk die zorggebruik (in het algemeen) mijden uit noodzaak. Dat wil zeggen dat ze het eigen risico niet kunnen betalen of dat ze hierdoor in de financiële problemen komen. De schattingen lopen uiteen van 1 tot 50 procent. Gemiddeld gaat het om 14 procent.
25
Tabel 3.10
Kunt u een (grove) inschatting geven van de relatieve omvang van de groep patiënten uit uw praktijk die zorggebruik (in het algemeen) mijden uit noodzaak? Aantal
%
1-5 % van de patiënten
10
31%
6-10 % van de patiënten
9
28%
11-20 % van de patiënten
7
21%
30-50 % van de patiënten
6
18%
32
100%
Totaal
Daarnaast zijn de praktijkassistenten gevraagd een schatting te geven van de omvang van de groep patiënten die zorg mijdt uit eigen keuze, in de zin dat ze alleen gebruik maken van zorg die ze echt nodig hebben. Hierbij gaat het gemiddeld om 10 procent van de patiënten uit de praktijk. De schattingen lopen uiteen van 0 tot 40 procent. Tabel 3.11
Kunt u een (grove) inschatting geven van de relatieve omvan g van de groep patiënten uit uw praktijk die zorggebruik (in het algemeen) mijden uit eigen keuze? Aantal
%
0% van de patiënten
4
13%
1-5 % van de patiënten
9
27%
6-10 % van de patiënten
13
41%
11-20 % van de patiënten
3
9%
30-50 % van de patiënten
3
9%
32
100%
Totaal
3.2
Signalen apotheken In het onderzoek zijn 12 apotheken gevraagd naar eventuele signalen van zorgmijding, zoals het niet ophalen van voorgeschreven medicatie.
Niet ophalen medicatie Uit de interviews blijkt dat 8 apotheken de ervaring hebben dat klanten de door de huisarts voorgeschreven medicijnen niet ophalen of bij de kassa alsnog besluiten om de medicijnen niet te kopen. Gemiddeld schatten de apotheken dat dit met 5 procent is toegenomen ten opzichte van 2012 8. De helft van deze apotheken denkt dat de stijging het gevolg is van de verhoging van het eigen risico. Minder voorschrijven van medicatie Patiënten kunnen ook al bij de huisarts aangeven dat zij medicatie niet kunnen betalen, en dus eventuele recepten niet ophalen. Negen van de twaalf apotheken hebben niet de indruk huisartsen minder recepten voorschrijven; twee apotheken hebben deze indruk wel. Deze twee apotheken vermoeden dat deze vermindering het gevolg is van de verhoging van het eigen risico.
8
De laagste schatting is 1 procent, de hoogste 15 procent.
26
Openstaande rekeningen Openstaande rekeningen kunnen een signaal zijn van het niet kunnen betalen van het eigen risico. Twee apotheken denken dat het aantal openstaande rekeningen is toegenomen, omdat klanten de rekening niet op tijd betalen of omdat zij een verzoek hebben ingediend om gespreid te betalen. Zes apotheken ervaren geen toename in het aantal openstaande rekeningen. Tabel 3.12
Heeft u sinds begin dit jaar vaker te maken met openstaande rekeningen van patiënten? Aantal
Ja, dat is zeker zo
1
Ja, dat denk ik wel
1
Nee
6
Geen zicht op want dit is geregeld via een centrale administratie
2
Weet niet/geen mening
2
Totaal
12
De twee apotheken kunnen geen inschatting geven van het aantal patiënten met (deels) openstaande rekeningen. Daarnaast verwacht één van de twee apotheken dat de stijging het gevolg is van de verhoging van het eigen risico, maar de ander niet. Geen specifieke groep patiënten Het mijden van medicijngebruik komt volgens de apotheken niet alleen bij patiënten met lichte klachten voor. Ook patiënten met zwaardere klachten mijden soms medicijngebruik. Tabel 3.13
Heeft u de indruk dat het mijden van medicijngebruik vanwege het eigen risico alleen voorkomt bij patiënten met lichte of ook bij ernstige klachten? Aantal
Alleen bij lichte klachten
1
Vooral bij lichte klachten, maar soms ook bij ernstige klachten
1
Ongeveer net zo vaak bij lichte als bij ernstige klachten
2
Weet niet/geen mening
1
Totaal
5
Zorgmijding komt zowel voor bij psychische als bij lichamelijk klachten (3 apotheken). Eén apotheek vermoed dat het alleen voorkomt bij patiënten met lichamelijke klachten, een andere apotheek weet het niet. Reden: zowel noodzaak als keuze Apotheken zijn ook gevraagd wat de achterliggende reden is dat de patiënt de medicatie mijdt. Zowel het niet kunnen betalen (d.w.z. uit noodzaak) als het alleen gebruik maken van zorg die ze echt nodig hebben (‘eigen keuze’) worden als mogelijkheid gezien.
27
Tabel 3.14
Heeft u de indruk dat patiënten die medicijngebruik mijden vanwege het eigen risico dit vooral doen uit noodzaak of uit eigen keuze? Aantal
3.3
Vooral uit noodzaak
2
Vooral uit eigen keuze
1
Komt beide ongeveer even vaak voor
2
Totaal
5
Signalen zorgverzekeraars In het onderzoek is gesproken met vertegenwoordigers van de twee grootste zorgverzekeraars in de gemeente Tilburg, namelijk CZ en VGZ. Onduidelijk of er sprake is van zorgmijding Eén van de zorgverzekeraars meldt dat in het eerst kwartaal een afname in de zorgvraag bestaat. Er is een daling in de vraag naar hulpmiddelen, medica tie (farmacie) en het aantal consulten bij huisartsen en paramedici. Het is echter nog niet duidelijk of deze ontwikkeling zich doorzet. Het kan zijn dat later in het jaar een inhaalslag wordt gemaakt. Om die reden merkt één zorgverzekeraar op dat pas eind 2012 kan worden vastgesteld of er sprake is van zorgmijding. Mocht er daadwerkelijk sprake zijn van een daling in de zorgvraag dan merken beide verzekeraars op dat het nog de vraag is of en in welke mate de daling het gevolg is van (de verhoging van) het eigen risico. Het aantal consulten bij de huisarts loopt bijvoorbeeld al enige jaren terug, onder andere doordat zorg aan chronisch zieken als gevolg van ketenzorgprogramma’s is opgenomen in diagnosebehandelcombinaties (dbc)9. Aangezien duidelijke signalen voor een daling in de zorgvraag als gevolg van de verhoging van het eigen risico vooralsnog ontbreken, hebben de zorgverzekeraars geen nadere analyses uitgevoerd naar de kenmerken van deze groep zorgmijders. Mogelijke oplossingen Vooralsnog voeren de zorgverzekeraars geen specifiek beleid om eventuele negatieve gevolgen van de verhoging van het eigen risico te verminderen en/of te voorkomen. Maatregelen zullen naar verwachting pas genomen worden als vastgesteld is dat h et eigen risico leidt tot onwenselijke neveneffecten. Daarbij benadrukt één van de zorgverzekeraars dat het eigen risico ook een daling in het zorggebruik beoogt. Het ligt immers in de bedoeling de nulde- en anderhalve lijn te versterken en professionele zorg te beperken tot die gevallen waar het echt nodig is. Beide verzekeraars benadrukken dat een goede aansluiting in beleid en maatregelen tussen de gemeente en zorgverzekeraar belangrijk is in het voorkomen van ongewenste zorgmijding. Eén van de zorgverzekeraars merkt op dat het wijkgericht werken kan bijdragen aan een lagere zorgvraag, omdat een deel van de huidige zorgvraag in het sociale domein opgevangen kan worden. 9
Een dbc is een weergave van alle activiteiten en verrichtingen die een patiënt doorloopt gedurende een vastgestelde periode (voor een chronische aandoening wordt voor deze periode 1 jaar gebruikt). Een DBC beschrijft met vier codes het zorgtype, de zorgvraag, de diagnose en de behandeling.
28
Eén van de zorgverzekeraars voert daarnaast een preferentiebeleid, waarbij zogenoemde preferente geneesmiddelen niet ten laste worden gelegd van het eigen risico. Wanneer de klant van een ander geneesmiddel gebruik wil maken dan voorkomt op de lijst, dan wordt deze wel verrekend met het verplichte eigen risico. Ook heeft de verzekeraar met een gemeente het eigen risico in de aanvullende (collectieve) verzekering herverzekerd. De inwoners van deze gemeente die aangesloten zijn bij deze collectieve verzekering, betalen een lager eigen risico en deze is ook verwerkt in de premie (dus gespreid betalen). Van deze constructie wordt echter in 2014 afgestapt omdat het de prikkel om gericht zorg te gebruiken ondermijnt.
29
30
4 4.1
Conclusies en aanbevelingen Kennis van het eigen risico Hoogte eigen risico Vrijwel alle Tilburgers burgers (95%) zijn op de hoogte van het bestaan van een verplicht eigen risico in de zorg. Niet iedereen weet echter de exacte hoogte van dit eigen risico: 58% kan de hoogte van het eigen risico benoemen; 17% denkt dat het eigen risico lager dan 350 euro is en slechts 4 procent denkt dat het bedrag hoger is. Ontwikkeling eigen risico De meeste Tilburgers (85%) weten dat de hoogte van het eigen risico per 1 januari 2013 is toegenomen. Eén op de tien Tilburgers weet niet of een verandering heeft plaatsgevonden, 4 procent denkt dat de hoogte gelijk is gebleven en 1 procent vermoedt dat het is afgenomen. Eigen risico en bezoek aan huisarts Ook is niet iedereen ermee bekend dat het eigen risico niet geldt voor een bezoek aan de huisarts. Bijna een derde van de Tilburgers denkt dat voor een dergelijk bezoek moet worden betaald of geeft aan het niet te weten. Hier is duidelijk winst te behalen van kennisvermeerdering van de burgers.
4.2
Omvang zorgmijding Sinds begin 2013 heeft 15 procent van de Tilburgers van 18 jaar en ouder geen gebruik gemaakt van zorg, ondanks dat hij/zij gezondheidsklachten heeft. In de meeste gevallen gaat het hierbij om niet-financiële motieven: vooral omdat de klachten nog niet zo erg zijn en men het eerst even aankijkt. Van de mensen met gezondheidsklachten mijdt 6% zorg vanwege financiële motieven en 3% van de mensen met gezondheidsklachten doet dit vanwege het eigen risico. De volgende tabel geeft een overzicht. Tabel 4.1
Kerncijfers zorgmijding in Tilburg % van de totale groep
% van de groep die
respondenten
klachten heeft gehad
In 2013 gezondheidsklachten gehad
72%
N.v.t.
Voor klachten geen gebruik gemaakt van zorg
11%
15%
Geen zorg gebruikt vanwege financiële motieven
4%
6%
Geen zorg gebruikt vanwege het eigen risico
2%
3%
We concluderen dat van de Tilburgers van 18 jaar en ouder zo’n 2% in de eerste helft van 2013 zorg heeft gemeden vanwege het eigen risico. Het gaat hier om circa 4.000 Tilburgers van 18 jaar en ouder per jaar. Van de mensen die daadwerkelijk klachten hebben gehad mijdt 3% vanwege het eigen risico. De meerderheid van hen (zo’n 60%) geeft aan dat het gaat om zorgmijding uit eigen keuze, omdat zij alleen nog van zorg gebruik maken die zij echt nodig hebben. De rest mijdt zorg uit noodzaak, omdat zij het niet kunnen betalen. Van de huisartsassistenten denkt 8% dat het bezoek aan de praktijk sinds begin 2013 is afgenomen, 89% herkent deze ontwikkeling niet. Op de 11 huisartsen zijn er 9 van mening dat het aantal patiënten dat geen gebruik maakt van een doorverwijzing naar
31
de tweede lijn vanwege het eigen risico, is toegenomen. Het aantal patiënten voor wie dit geldt, verschilt echter sterk per huisarts. Uit deze bevindingen kan worden geconcludeerd dat zorgmijding sinds 2013 niet is toegenomen vanwege de verhoging van het eigen risico. De meeste mensen die in de eerste helft van 2013 zorg hebben gemeden deden dat ook al in 2012.
4.3
Ernst klachten en type gemeden zorg Ernst klachten Het blijkt dat de zorgmijders vanwege het eigen risico zowel lichte als zwaardere gezondheidsklachten hebben. Huisartspraktijken en apotheken bevestigen dit beeld. Gemiddeld geven de zorgmijders het cijfer 5,8 voor de ernst van hun klachten. Zorgmijding komt volgens de huisartsen zowel bij psychische, somatische als bij lichamelijke klachten voor. Dit is ook terug te zien in het type zorg dat wordt gemeden. Type gemeden zorg Aan de personen die zorg hebben gemeden vanwege het eigen risico, is ook gevraag d wat voor zorg zij zouden hebben gebruikt voor hun klachten als zij niets hadden hoeven te betalen. De meeste zorgmijders hebben een consult of behandeling bij een zorgverlener voor lichamelijke klachten gemeden. Het gaat hierbij vooral om een medisch specialist, en in mindere mate om een fysiotherapeut en om een tandarts/mondhygiënist. Ook melden Tilburgers dat zij medicijnen niet ophalen vanwege het eigen risico. Vijf Tilburgers hebben vanwege het eigen risico de huisarts niet bezocht. Zij wisten niet dat het eigen risico hier niet voor geldt. Het soort zorg dat vooral wordt vermeden is volgens de huisartsen:
Fysiotherapie
Psychologische begeleiding
Psychiatrische zorg
Verslavingszorg
Pijnstillers en maagtabletten
Behandeling door medisch specialisten
Controlebezoeken in geval van chronische zorg (bijv. COPD)
(Aanvullend) onderzoek, zoals bloed- en röntgenonderzoek.
De huisartsen verwachten dat zorgmijding kan leiden tot diagnoses van mindere kwaliteit en de inzet van zwaardere zorgvormen, doordat mensen zorg uitstellen. De meeste apotheken (8 van de 12) bevestigen dat zij de ervaring hebben dat sommige klanten de door de huisarts voorgeschreven medicatie niet ophalen of bij de kassa alsnog besluiten om de medicijnen niet te kopen. Gemiddeld schatten de apotheken dat dit met 5 procent is toegenomen ten opzichte van 2012. Zij hebben niet de indruk dat huisartsen minder medicijnen voorschrijven en/of dat er vaker sprake is van openstaande rekeningen (als gevolg van de verhoging van het eigen risico).
4.4
Kenmerken van zorgmijders Om inzicht te krijgen in de kenmerken van de doelgroep zijn in het onderzoek de volgende drie groepen met elkaar vergeleken:
Zorgmijders: mensen die in de eerst helft van 2013 klachten hebben (gehad) en vanwege het eigen risico geen zorg hebben gebruikt (N=17)
Mogelijk (toekomstige) zorgmijders: mensen die aangeven waarschijnlijk of zeker in de toekomst vanwege het eigen risico geen zorg te gaan gebruiken (N=98) 32
Zorggebruikers: mensen die in de eerst helft van 2013 klachten hebben (gehad) en wel zorg hebben gebruikt (N=335).
De verschillen tussen de drie groepen zijn als volgt:
Geslacht: De huidige zorgmijders zijn vrijwel allemaal vrouw. Onder de zorggebruikers is 60% vrouw. Ditzelfde geldt voor de groep mogelijke zorgmijders.
Huishouden: De huidige zorgmijders hebben ten opzichte van de zorggebruikers vaak kinderen (63% versus 31%). De mogelijke zorgmijders zitten hier tussenin (45%). Onder de (mogelijke) zorgmijders komen relatief vaak éénouder gezinnen voor.
Kinderen: (Mogelijke) zorgmijders hebben vaker dan zorggebruikers 3 of meer kinderen.
Leeftijd: De huidige zorgmijders zijn vooral tussen de 40-50 jaar. Vooral onder de 60plussers zijn relatief weinig zorgmijders.
Inkomen: Zorgmijders hebben relatief vaker een inkomen onder 1.500 euro netto per maand, mogelijke zorgmijders vallen vaker in de midden categorie (1.000-17.50 euro) en zorggebruikers hebben vaker een inkomen van 1.750 euro en meer.
Inkomensbron: De belangrijkste inkomstenbron van (mogelijke) zorgmijders is betaalde arbeid in loondienst. Zorggebruikers krijgen relatief vaker een AOW-uitkering en/of pensioen (overeenkomend met de bevinding dat dit vaker ouderen zijn). Relatief een klein deel van de huidige en mogelijke zorgmijders krijgt een gemeentelijke uitkering. De meeste zorgmijders zijn dan ook op grond van hun uitkering niet bekend bij de gemeente.
In het algemeen kan gesteld worden dat zorgmijding vanwege de hoogte van het eigen risico vooral voorkomt onder (eenouder) gezinnen met kinderen. De groep zorgmijders kent relatief veel vrouwen tussen de 40-50 jaar met kinderen en een laag inkomen. Mogelijk toekomstige zorgmijders zitten qua kenmerken tussen de zorgmijders en de zorggebruikers in. Deze bevinding versterkt het aangetroffen contrast tussen kenmerken van de zorgmijders en de zorggebruikers. In grote lijnen komt het beeld dat huisartsen hebben van mensen die zorg mijden als gevolg van het eigen risico overeen met voorgaande beschrijving, bijvoorbeeld dat zorgmijders een lager inkomen hebben en/of alleenstaande moeder zijn. De huisartsen melden echter ook expliciet dat meerdere zorgmijders geen werk hebben, onderdeel uitmaken van een gebroken gezin, verslaafd en/of slecht verzekerd zijn.
4.5
Collectieve verzekering en Tilburgs Ondersteuningsfonds Collectieve zorgverzekering Bijna één op de tien Tilburgers is aangesloten bij de collectieve zorgverzekering van de gemeente. Daarbij blijkt dat (mogelijke) zorgmijders niet vaker een collectieve zorgverzekering hebben dan zorggebruikers. Tilburgs Ondersteuningsfonds Van de Tilburgers is 17 procent op de hoogte van het bestaan van het Tilburgse Ondersteuningsfonds. Zorgmijders blijken vaker met dit fonds bekend te zijn dan de zorggebruikers (resp. 27 procent versus 13 procent).
4.6
Mogelijke maatregelen De mate waarin zorgmijding vanwege het eigen risico voorkomt is beperkt, maar op basis van het aangetroffen percentage van 2% treft dit toch circa 4.000 Tilburgers van 18 jaar en ouder, van wie circa 1.300 zorg mijden uit financiële noodzaak. Indien de gemeente ook deze relatief kleine aantallen zorgmijders onwenselijk vindt, zouden
33
maatregelen kunnen worden genomen of gestimuleerd die zorgmijding tegengaan. Verschillende partijen nemen op dit moment al maatregelen om zorgmijding te voorkomen en/of te verminderen. Zo verzamelen enkele huisartsen en apotheken medicijnen en delen deze opnieuw uit, en voert één van de zorgverzekeraars een preferentiebeleid ten aanzien van medicijnen. Naast deze inzet zien wij de volgende oplossingsmogelijkheden. Geen eigen risico huisarts vergt aandacht Binnen het onderzoek is er één duidelijke aanwijzing die vraagt om inzet. Uit het onderzoek blijkt dat 32% van de Tilburgers van 18 jaar en ouder niet weet dat het eigen risico niet geldt voor een bezoek aan de huisarts. Ook was één op de drie zorgmijders hier niet van op de hoogte. Een deel van zorgmijding kan daarom worden voorkomen door de kennis van burgers over het verplichte eigen risico te vergroten. Er ligt een taak voor zowel het rijk als zorgverzekeraars om te voorzien in goede voorlichting over het eigen risico. De gemeente kan aan dit onderwerp in haar reguliere communicatie richting burgers ook aandacht aan besteden. Overleg met huisartsen zinvol Zoals uit paragraaf 3.1 blijkt hebben huisartsen verschillende manieren waarop zij omgaan met zorgmijding (als gevolg van het eigen risico). De huisartsen verschillen onderling in hun aanpak. Om die reden kan het lonen om uitwisseling van de verschillende manieren te stimuleren, bijvoorbeeld door dit onderwerp in overleg met huisartsen(vertegenwoordigers) aan de orde te laten komen. Het kan ook zinvol zijn om de huisartsen te informeren over het gegeven dat sommige Tilburgers niet op de hoogte zijn dat het eigen risico niet geldt voor huisartsenbezoek en huisartsen te vragen aan dit onderwerp aandacht te besteden, bijvoorbeeld door hierover een poster in de wachtkamer te hangen. Goede aansluiting beleid en maatregelen gemeente en zorgverzekeraars Meer in algemeenheid kan gesteld worden dat de inzet van de gemeente binnen het sociale domein, welke mede gericht is op ontzorging, kan bijdragen aan een vermindering van de druk op het eigen risico. Op dit moment krijgen mensen soms zorg, terwijl zij eigenlijk problemen ervaren binnen het sociale domein. Ook kan door de inzet van vrijwilligers en het versterken van de mantelzorg de druk op het eigen risico worden verminderd. Binnen het wijkgericht werken kan specifiek aandacht worden besteed aan groepen met een verhoogd risico op het mijden van zorg, zoals alleenstaande ouders met kinderen en mensen met een laag inkomen. Interessante mogelijkheden hiervoor zijn voorlichting over gezond leven en door fysiotherapeuten begeleide bewegingsgroepen. Belangrijk in de wijkgerichte aanpak is te zorgen voor een goede aansluiting in beleid en maatregelen tussen de gemeente en de zorgverzekeraars.
34
Bijlage 1
Vragenlijst burgers
Vragenlijst voor Tilburgse burgers Definitieve versie 11 juni Intro Goedenavond, u spreekt met ….van Panteia. In opdracht van de gemeente Tilburg doen wij een onderzoek naar het verplicht eigen risico in de zorg en de effecten die dit heeft op inwoners van Tilburg. Mag ik u hierover een paar vragen stellen? Het duurt 5 tot 10 minuten, deelname is geheel anoniem. Nonrespons Extra antwoordcategorie, namelijk: Respondent is geen inwoner van Tilburg Vraag S1 Wat is uw leeftijd? Indien jonger dan 18: gesprek afsluiten. Vraag 1 Iedereen van 18 jaar en ouder betaalt een verplicht eigen risico voor de zorgverzekering. Dat betekent dat u het eerste deel van de zorg die u krijgt zelf betaalt. Bent u op de hoogte van een verplicht eigen risico in de zorg? 1. Ja 2. Nee Vraag 2 (indien vraag 1 = 1) Weet u hoe hoog is dit eigen risico is in 2013? 1. Ja 2. Nee Vraag 2a (indien vraag 2 = 1) En om welk bedrag gaat het dan..? 1. € 350,2. een bedrag lager dan € 350,-; te weten.. 3. een bedrag hoger dan € 350,-, te weten.. 4. weet niet (precies) Vraag 3 (indien vraag 1 = 1) Weet u of het de hoogte van het eigen risico ten opzichte van vorig jaar, gestege n, gedaald of gelijk is gebleven? 1. gestegen 2. gedaald 3. gelijk gebleven 4. weet niet
35
Vraag 4 (indien vraag 1 = 1) Geldt dit eigen risico ook voor een bezoek aan de huisarts? 1. Ja, het geldt ook voor de huisarts 2. Nee, het geldt niet voor de huisarts 3. Weet niet Vraag 5 Heeft u in 2013 gezondheidsklachten gehad en zo ja heeft u voor deze klachten wel of geen gebruik gemaakt van zorg (zoals de huisarts of ziekenhuis, medicatie, etc.)? (meerdere antwoorden mogelijk) Het gaat niet alleen om nieuwe klachten, ook chronische klachten dienen meegerekend te worden. 1. een of meerdere klachten gehad, waarvoor gebruik gemaakt van zorg 2. een of meerdere klachten gehad, waarvoor geen gebruik gemaakt van zorg 3. geen enkele gezondheidsklachten gehad in eerste helft 2013 4. weet niet/ wil niet zeggen Vraag 6 (indien vraag 5 = 2) Had de reden dat u geen gebruik hebt gemaakt van zorg te maken met de kosten van de zorg? En zo ja, zijn dit de kosten van het verplicht eigen risico of kosten die niet volledig worden vergoed vanuit het basispakket? (meerdere antwoorden mogelijk) 1. Ja, met de kosten van het verplicht eigen risico 2. Ja, met kosten van zorg die niet (volledig) vergoed worden uit het basispakket 3. Nee, dit had niet met deze of andere kosten te maken Vraag 6a (indien vraag 6 = 3) U gaf net aan dat u klachten heeft waarvoor u geen gebruik heeft gemaakt van zorg. Wat was de reden dat u geen gebruik heeft gemaakt van zorg? (meerdere antwoorden mogelijk) 1. De klachten waren niet zo ernstig/ik kijk het nog even aan/gaat misschien vanzelf weer over, etc. 2. Ik wist niet waar ik terecht kon met deze klachten/ben niet bekend met het zorgaanbod/taalproblemen, etc. 3. Ik vind het eng om van zorg gebruik te maken/ durf niet, etc. 4. Anders
36
Vraag 7 (indien vraag 6 =1) U geeft aan voor uw klachten geen gebruik gemaakt te hebben van zorg vanwege de kosten van het verplicht eigen risico. Indien u niets had hoeven betalen, wat voor soort zorg zou u dan hebben gebruikt voor deze klachten, denkt u? (indien meerdere klachten, uitgaan van de ernstigste klacht). 1. Bezoek aan de huisarts 2. Zorg die thuis geleverd wordt (thuiszorg, hulpmiddelen) 3. Consult of behandeling bij zorgverlener (anders dan de huisarts) voor lichamelijke klachten (incl. gebit) 4. Consult of behandeling bij zorgverlener (anders dan de huisarts) voor psychische klachten of gedrag 5. Verblijf in een zorginstelling (ziekenhuis, verzorgingshuis, etc) 6. Gebruik van medicijnen/bezoek aan apotheek 7. Anders, namelijk Vraag 7a (indien vraag 7 =2) Wat voor zorg? 1. Huishoudelijke hulp 2. (Loop)hulpmiddelen zoals een traplift, rolstoel, rollator, krukken, etc 3. Hulpmiddelen voor behandeling, verpleging, revalidatie, verzorging of specifieke beperking 4. Thuiszorg zoals verpleging, verzorging of begeleiding 5. Anders, namelijk Vraag 7b (indien vraag 7 =3) Wat voor zorgverlener? 1. Fysiotherapeut, ergotherapeut of andere therapeut voor klachten aan bewegingsapparaat 2. Medisch specialist 3. Tandarts of mondhygiënist 4. Diëtist 5. Logopedist 6. Anders, namelijk Vraag 7c (indien vraag 7 =5) Wat voor zorginstelling? 1. Ziekenhuis 2. Instelling voor geestelijke gezondheidszorg 3. Instelling voor gehandicaptenzorg, verzorgingshuis of verpleeghuis 4. Anders, namelijk…..
37
Vraag 8 (indien vraag 4=2 en vraag 7 = 1) U hebt aangegeven vanwege de kosten van het verplicht eigen risico niet naar de huisarts te gaan, maar u bent ervan op de hoogte dat de huisarts niet onder het eigen risico valt. Wat is dan de reden dat u toch niet naar de huisarts bent gegaan met uw klachten? 1. Vanwege de kosten bij eventuele doorverwijzing naar tweedelijnszorg (bijvoorbeeld behandeling door een medisch specialist) 2. Vanwege de kosten bij het eventueel voorschrijven van medicijnen. 3. Ik wist toen nog niet dat de huisarts niet onder het eigen risico valt/ ik was het vergeten, niet aan gedacht, etc. 4. Anders, namelijk Vraag 9 (indien vraag 6 =1) U heeft geen zorg gezocht voor uw gezondheidsklachtenklachten vanwege de kosten van het verplicht eigen risico. Kunt u aangeven op een schaal van 0 tot 10 hoe ernstig deze klachten waren, waarbij 0 staat voor geen klachten en 10 voor zeer ernstige klachten? (indien er sprake is van meerdere klachten, uitgaan van de ernstigste) Vraag 10 (indien vraag 6 =1) Welke van de onderstaande stellingen is het meest van toepassing op uw situatie? 1. Ik heb geen zorg gezocht voor mijn klachten omdat ik anders, door de hoogte van het eigen risico, in de financiële problemen kom. 2. Ik heb geen zorg gezocht voor mijn klachten omdat ik, door de hoogte van het eigen risico, alleen nog van zorg gebruik maak die ik echt hard nodig heb. Vraag 11 (indien vraag 6 =1) Heeft u voor 2013 ook al eens klachten gehad en vanwege het eigen risico hiervoor geen zorg gebruikt? 1. Ja, klachten gehad en vanwege het eigen risico hiervoor geen zorg gebruikt. 2. Nee, wel klachten gehad maar hiervoor ook zorg gebruikt. 3. Nee, geen klachten gehad Vraag 11a (indien vraag 11 =2) Waarom heeft u toen wel zorg gebruik voor uw klachten? 2. Omdat het eigen risico toen lager was. 3. Omdat mijn financiële situatie toen beter was. 4. Omdat mijn klachten toen ernstiger waren. 5. Andere reden (indien meerdere antwoorden van toepassing zijn belangrijkste reden aankruisen)
38
Vraag 12 (indien vraag 5 is geen 2 of vraag 6 is geen 1) Denkt u dat het verplichte eigen risico in de zorgverzekeringswet voor u een reden zou kunnen zijn om in de toekomst bij gezondheidsklachten geen gebruik te maken van zorg? 1. Zeker wel 2. Waarschijnlijk wel 3. Misschien 4. Zeker niet 5. weet niet / wil niet zeggen Vraag 13 (indien vraag 12 is 1,2 of 3) Welke van de onderstaande stellingen is het meest van toepassing op uw situatie? 1. Het is mogelijk dat ik bij gezondheidsklachten geen gebruik zal maken van zorg omdat ik anders, door de hoogte van het eigen risico, in de financiële problemen kom. 2. Het is mogelijk dat ik bij gezondheidsklachten geen gebruik zal maken van z org omdat ik, door de hoogte van het eigen risico, alleen nog van zorg gebruik maak die ik echt hard nodig heb. Vraag 13a (indien vraag 5 is geen 2 of vraag 6 is geen 1) Kent u iemand die in Tilburg woont die vanwege financiële redenen zorg heeft gemeden? 1. Ja 2. Nee 3. Weet niet / wil niet zeggen Vraag 13b (indien vraag 13a is 1) Heeft deze persoon zorg gemeden vanwege het eigen risico of vanwege andere financiële kosten? (meerdere antwoorden mogelijk) 1. Ja, met de kosten van het verplicht eigen risico 2. Ja, met kosten van zorg die niet (volledig) vergoed worden uit het basispakket 3. Ja, vanwege andere financiële kosten 4. Weet niet / wil niet zeggen Vraag 13c (indien vraag 13b is 1) Ik wil u graag een paar vragen stellen over de situatie en achtergr ond van deze persoon die zorg heeft gemeden vanwege het eigen risico. Met deze informatie krijgt de gemeente zicht op welke groepen mensen vooral gevolgen ondervinden van het eigen risico in de zorg. Gaat het om een man of vrouw? 1. Man 2. Vrouw
39
Vraag 13d Hoe is het huishouden van deze persoon samengesteld? 1. Alleenwonend 2. Wonend met partner zonder kinderen 3. Wonend met partner met kinderen 4. Wonend zonder partner met kinderen 5. Wonend bij ouders 6. Anders Vraag 13e (indien vraag 13d is 3 of 4) Wat is de leeftijd van de kind(eren) van deze persoon? (Schatting mag) Vraag 13f (indien vraag 13d is 2 of 3) Wat is de leeftijd van de partner van deze persoon? (Schatting mag) Vraag 13g Uit welke bron(nen) is het inkomen van het huishouden afkomstig? (Doorvragen) (meerdere antwoorden mogelijk) 1. Betaalde arbeid in loondienst 2. Betaalde arbeid als ZZP-er/kleine ondernemer 3. Een WW-uitkering 4. Een gemeentelijke uitkering (bijstand/WWB, IOAZ, IOAW) 5. Een arbeidsongeschiktheiduitkering (WIA/WAO, Wajong) 6. Een AOW-uitkering 7. Pensioen 8. Alimentatie 9. Studiefinanciering/studielening 10. (Momenteel) geen inkomen 11. Anders, namelijk 12 Weet niet / wil niet zeggen Vraag 13h In welke categorie zit het netto inkomen van het huishouden van deze persoon per maand? Uitkeringen, pensioengelden, alimentatie en dergelijke zijn ook inkomen. Maar vakantiegeld, kinderbijslag, andere kindertoeslagen, zorgtoeslag en huurtoeslag rekenen we niet mee. (Schatting mag) Instructie: Huurtoeslag heette voorheen huursubsidie. 1. Minder dan € 1.000 2. € 1.000 - € 1.250 3. € 1.250 - € 1.500 4. € 1.500 - € 1.750 5. € 1.750 - € 2.000 6. € 2.000 - € 2.500 7. € 2.500 - € 3.000 8. € 3.000 - € 3.500 9. € 3.500 - € 4.000 10. € 4.000 - € 4.500 11. Meer dan € 4.500 12. Wil ik niet zeggen 13. Weet ik niet
40
Vraag 14 Bent u op de hoogte van het bestaan van het Tilburgse ondersteuningsfonds? 1. Ja 2. Nee 3. weet ik niet Vraag 15 (indien vraag 14 = 2 of 3) Het Tilburgse ondersteuningsfonds is een tijdelijk fonds van de gemeente dat als doel heeft om inwoners die getroffen worden door verschillende bezuinigingen financieel te helpen. Aanvragen voor het fonds moeten worden ingediend door medewerkers van maatschappelijke organisaties. Als u dit nu zo hoort, had u dan eerder gehoord van het Tilburgse ondersteuningsfonds? 1. ja 2. nee 3. weet niet/wil niet zeggen Vraag 16 Bent u aangesloten bij de gemeentelijke collectieve ziektekostenverzekering? Deze collectieve verzekering is beschikbaar voor Tilburgers met een inkomen tot 130% van het sociaal minimum. De gemeente heeft een collectieve verzekering afgesloten bij CZ en VGZ. Als de respondent een andere zorgverzekeraar noemt gaat het automatisch om een individueel contract. Als de respondent CZ of VGZ noemt, dan doorvragen of het gaat om gemeentelijke collectieve verzekering gaat. 1. Ja 2. Nee 3 weet niet / wil niet zeggen Tot slot wil ik u nog een paar vragen stellen over uw situatie en achtergrond. Hiermee krijgt de gemeente zicht op welke groepen mensen vooral gevolgen ondervinden van het eigen risico in de zorg. Vraag 17 Enquêteur: noteer geslacht 1. Man 2. Vrouw Vraag 18 Hoe is uw huishouden samengesteld? 1. Alleenwonend 2. Wonend met partner zonder kinderen 3. Wonen met partner met kinderen 4. Wonend zonder partner met kinderen 5. Wonend bij ouders 6. Anders Vraag 19 (indien vraag 18 is 3 of 4) Wat is de leeftijd van uw kind(eren)?
41
Vraag 20 (indien vraag 18 is 2 of 3) Wat is de leeftijd van uw partner? Vraag 21 Uit welke bron(nen) is het inkomen van uw huishouden afkomstig? (Doorvragen) (meerdere antwoorden mogelijk) 1. Betaalde arbeid in loondienst 2. Betaalde arbeid als ZZP-er/kleine ondernemer 3. Een WW-uitkering 4. Een gemeentelijke uitkering (bijstand/WWB, IOAZ, IOAW) 5. Een arbeidsongeschiktheiduitkering (WIA/WAO, Wajong) 6. Een AOW-uitkering 7. Pensioen 8. Alimentatie 9. Studiefinanciering/studielening 10. (Momenteel) geen inkomen 11. Anders, namelijk 12 Weet niet / wil niet zeggen Vraag 22 In welke categorie zit het netto inkomen van uw huishouden per maand? Ui tkeringen, pensioengelden, alimentatie en dergelijke zijn ook inkomen. Maar vakantiegeld, kinderbijslag, andere kindertoeslagen, zorgtoeslag en huurtoeslag rekenen we niet mee. Instructie: Huurtoeslag heette voorheen huursubsidie. 1. Minder dan € 1.000 2. € 1.000 - € 1.250 3. € 1.250 - € 1.500 4. € 1.500 - € 1.750 5. € 1.750 - € 2.000 6. € 2.000 - € 2.500 7. € 2.500 - € 3.000 8. € 3.000 - € 3.500 9. € 3.500 - € 4.000 10. € 4.000 - € 4.500 11. Meer dan € 4.500 12. Wil ik niet zeggen 13. Weet ik niet Afsluiting: hartelijk dank voor uw deelname aan dit onderzoek.
42
Bijlage 2
Vragenlijst huisartsenpraktijken
V r a g en l i js t vo or hu i sa r ts en Intro Panteia doet namens de gemeente Tilburg een onderzoek naar het verplicht eigen risico in de zorg en de effecten die dit heeft op het gebruik van zorg door inwoners van Tilburg. Aanleiding waren signalen van sommige Tilburgse huisartsen dat zij bezoekersaantallen zagen afnemen sinds de substantiële verhoging van het eigen risico sinds januari 2013. Dit ondanks het feit dat huisartsbezoek is uitgesloten van het eigen risico. Aan uw praktijkassistente hebben wij reeds gevraagd in hoeverre uw praktijk een afname in bezoekersaantallen ziet. Bij deze willen wij u graag nog een beperkt aantal verdiepende vragen stellen over dit onderwerp. Invullen duurt ongeveer 10 minuten. Vraag 1a Kunt u een inschatting geven van hoe veel keer u sinds begin dit jaar hebt meegemaakt dat patiënten aangeven geen gebruik te willen maken van tweedelijnszorg vanwege de hoogte van het eigen risico ? ..….keer Vraag 1b En is dit aantal ten opzichte van 2012 een significante toename? Ja Nee Weet niet Vraag 2a (indien percentage > 0) Kunt u een inschatting geven van hoe veel keer u sinds begin dit jaar hebt meegemaakt dat patiënten aangeven geen gebruik te willen maken van medicatie vanwege de hoogte van het eigen risico ? ..….keer Vraag 2b En is dit aantal ten opzichte van 2012 een significante toename? Ja Nee Weet niet Vraag 3 Heeft u de indruk dat mensen die zorg mijden vanwege het eigen risico dit alleen doen bij lichte of ook bij ernstige klachten? 1. Alleen bij lichte klachten 2. Vooral bij lichte klachten maar soms ook bij ernstige klachten 3. Ongeveer net zo vaak bij lichte als bij ernstige klachten 3. Dat weet ik niet
43
Vraag 3a Kunt u een inschatting geven van het aantal patiënten dat vanwege ge ldgebrek niks heeft gedaan met eerdere doorverwijzingen en daardoor (nog) zieker zijn geworden en voor een tweede keer bij de huisarts zijn verschenen? ..….keer Vraag 4 Kunt u een (grove) inschatting geven van de relatieve omvang van de groep patiënten uit uw praktijk die zorggebruik (in het algemeen) mijden uit noodzaak, omdat ze het eigen risico niet kunnen betalen, of omdat ze hierdoor in de financiële problemen komen? 1.…% van de patiënten van de praktijk. 2. Weet ik niet. Vraag 5 Kunt u een (grove) inschatting geven van de relatieve omvang van de groep patiënten uit uw praktijk die zorggebruik (in het algemeen) mijden uit eigen keuze, omdat ze alleen gebruik willen maken van zorg die ze echt nodig hebben? 1.…% van de patiënten van de praktijk. 2. Weet ik niet. Vraag 6 Kunt u een omschrijving geven van de achtergrond van de belangrijkste patiëntgroepen die zorg mijden vanwege het eigen risico? Denk hierbij aan inkomen, gezinssamenstelling, leeftijd, etc. ………………(open antwoord) Vraag 7 Ziet u een verschil in achtergrondkenmerken tussen groepen die zorg mijden uit eigen keuze en groepen die zorg mijden uit noodzaak? Zo ja, welke? ………………(open antwoord) Vraag 8 Bij wat voor soort klachten ziet u zorgmijding vanwege het eigen risico? Gaat het hierbij bijvoorbeeld met name om bepaalde psychische of bepaalde lichamelijke klachten? ………………(open antwoord) Vraag 9 Wat voor soort zorg (bepaalde tweedelijnszorg of medicatie) wordt in uw ervaring vooral vermeden als gevolg van het eigen risico? ………………(open antwoord) Vraag 10 Leidt zorgmijding als gevolg van het eigen risico in uw ervaring tot negatieve consequenties voor de gezondheid? Zo ja, kunt u dit toelichten? ………………(open antwoord)
44
Vraag 11 Hoe gaat u als huisarts om met patiënten die aangeven geen gebruik te willen maken van tweedelijnszorg of medicatie omdat zij het eigen risico niet kunnen betalen? ………………(open antwoord) Vraag 12 Welke maatregelen of oplossingen zijn denkbaar om te voorkomen dat patiënten zorg mijden vanwege het eigen risico? U kunt in uw antwoord onderscheid maken tussen maatregelen die zorgverleners (waaronder huisartsen) kunnen nemen, maatregelen die zorgverzekeraars kunnen nemen en maatregelen die de gemeente en/of landelijke overheid kan nemen. ………………(open antwoord) Vraag 13 Hoeveel klanten heeft uw praktijk? … Hartelijk dank voor uw deelname aan dit onderzoek!
45
V r a g en l i js t vo or p ra k ti jk a ss is te nt en Intro Panteia doet namens de gemeente Tilburg een onderzoek naar het verplicht eigen risico in de zorg en de effecten die dit heeft op het gebruik van zorg door inwoners van Tilburg. Zou ik u hiervoor een paar vragen mogen stellen? Het duurt maximaal 5 minuten. Vraag 1 Sinds januari 2013 is het verplicht eigen risico voor zorg vanuit de zorgverzekeringswet verhoogd van 220 euro naar 350 euro. Hoewel dit eigen risico niet geldt voor huisartsenzorg, heeft de gemeente Tilburg signalen van huisartsen gekregen dat zij bezoekersaantallen zien afnemen. Is in uw ervaring het bezoek aan uw praktijk sinds begin dit jaar (2013) afgenomen? 1. Ja, dat is zeker zo 2. Ja, dat denk ik wel 3. Nee 4. Weet ik niet Vraag 1a Indien vraag 1 =1 of 2 Met hoeveel procent is het bezoek aan uw praktijk, naar uw inschatting, afgenomen? (grove schatting mag) INT: Het gaat hier om de praktijk als geheel. Als een assistente voor meerdere huisartsen werkt, dan dient zij de vraag over de totale groep aan huisartsen te beantwoorden. Vraag 1b Indien vraag 1 =1 of 2 Wat zijn, in uw ervaring, de redenen voor het afgenomen huisartsenbezoek? (meerdere antwoorden mogelijk) 1. Mensen denken dat het eigen risico ook geldt voor de huisarts 2. Mensen vrezen de kosten bij eventuele doorverwijzing naar tweedelijnszorg (bijvoorbeeld behandeling door een medisch specialist) 3. Mensen vrezen de kosten bij het eventueel voorschrijven van medicijnen 4. Andere reden, namelijk… 5. Dat weet ik niet Vraag 1c Indien bij 1b meer dan 1 reden genoemd: kunt u deze redenen sorteren in volgorde van belangrijkheid? Vraag 2 Zijn er bij u signalen bekend dat mensen sinds begin dit jaar (2 013) minder gebruik maken van tweedelijns zorg, vanwege het verplicht eigen risico? 1. Ja 2. Nee
46
Vraag 3 Zijn er bij u signalen bekend dat mensen sinds begin dit jaar (2013) minder gebruik maken van medicatie, vanwege het verplicht eigen risico? 1. Ja 2. Nee Vraag 4 Indien vraag 1 =1 of 2; vraag 2=1 en/of vraag 3=1. Heeft u de indruk dat mensen die zorg mijden vanwege het eigen risico dit alleen doen bij lichte of ook bij ernstige klachten? 1. Alleen bij lichte klachten 2. Vooral bij lichte klachten maar soms ook bij ernstige klachten 3. Vooral bij de ernstige klachten 4. Ongeveer net zo vaak bij lichte als bij ernstige klachten 5. Dat weet ik niet Vraag 5 Kunt u een (grove) inschatting geven van de relatieve omvang van de groep patiënten uit uw praktijk die zorggebruik (in het algemeen) mijden uit noodzaak, omdat ze het eigen risico niet kunnen betalen, of omdat ze hierdoor in de financiële problemen komen? 1.…% van de patiënten van de praktijk. 2. Weet ik niet. Vraag 6 Kunt u een (grove) inschatting geven van de relatieve omvang van de groep patiënten uit uw praktijk die zorggebruik (in het algemeen) mijden uit eigen keuze, omdat ze alleen gebruik willen maken van zorg die ze echt nodig hebben? 1.…% van de patiënten van de praktijk. 2. Weet ik niet. Vraag 7 Graag zouden wij de huisarts nog een paar korte verdiepende vragen over dit onderwerp per e-mail willen stellen. Is dat mogelijk? Zo ja, noteer naam, geslacht en e-mailadres. Per locatie/praktijk hoeft maar 1 huisarts de vragenlijst te beantwoorden. Vraag assistente welke huisarts dit het beste kan doen. Vraag 8 Hoeveel patiënten heeft uw praktijk (ongeveer)?
Hartelijk dank voor uw deelname aan dit onderzoek!
47
Bijlage 3
Vragenlijst apotheken
Intro Panteia doet namens de gemeente Tilburg een onderzoek naar het verplicht eigen risico in de zorg en de effecten die dit heeft op het gebruik van zorg door inwoners van Tilburg. Zou ik u hiervoor een paar vragen mogen stellen? Het duurt ongeveer 5 minuten. Vraag 1 Sinds januari 2013 is het verplicht eigen risico voor zorg vanuit de zorgverzekeringswet verhoogd van 220 euro naar 350 euro. Worden er in uw ervaring sinds begin dit jaar (2013) minder medicijnen voorgeschreven door huisartsen? 1. Ja, dat is zeker zo 2. Ja, dat denk ik wel 3. Nee 4. Weet ik niet Vraag 1a Indien vraag 1 =1 of 2 Met hoeveel procent is het voorschrijven van medicijnen, naar uw inschatting, afgenomen? (grove schatting mag) …… % Vraag 1b Indien vraag 1 =1 of 2 Heeft de afname van het voorschrijven van medicijnen in uw optiek te maken met de verhoging van het eigen risico? 1. Ja 2. Nee: waar denkt u dan dat dat door komt? (open antwoord) Vraag 2 Komt het in uw ervaring sinds begin 2013 vaker voor dat door de huisarts voorgeschreven medicijnen niet worden afgehaald of dat patiënten bij de kassa alsnog besluiten de medicijnen niet te kopen? Instructie interviewer: Patiënten kunnen ook bij de kassen nog bes loten de medicijnen te laten liggen omdat er geen geld voor hebben en er vanuit gingen dat de medicijnen al gedekt waren. 1. Ja, dat is zeker zo 2. Ja, dat denk ik wel 3. Nee 4. Weet ik niet Vraag 2a Indien vraag 2 =1 of 2 Met hoeveel procent is het afhalen van voorgeschreven van medicijnen, naar uw inschatting, afgenomen? (grove schatting mag) …… %
49
Vraag 2b Indien vraag 2 =1 of 2 Heeft de afname van het afhalen van medicijnen in uw optiek te maken met de verhoging van het eigen risico? 1 Ja 2. Nee: waar denkt u dan dat dat door komt? (open antwoord) Vraag 3 Heeft u sinds begin dit jaar vaker te maken met openstaande rekeningen van patiënten, omdat zij de rekening niet op tijd kunnen betalen of een verzoek hebben ingediend om gespreid te betalen? 1. Ja, dat is zeker zo 2. Ja, dat denk ik wel 3. Nee 4. Geen zicht op want dit is geregeld via een centrale administratie 5. Weet ik niet Vraag 3a Indien vraag 3 =1 of 2 Met hoeveel procent is het aantal patiënten met (deels) openstaande rekeningen toegenomen? (grove schatting mag) …… % Vraag 3b Indien vraag 3 =1 of 2 Heeft de toename van (deels) openstaande rekeningen in uw optiek te maken met de verhoging van het eigen risico? 1. Ja 2. Nee: waar denkt u dan dat dat door komt? (open antwoord) Vraag 4 Indien vraag 1b =1 en/of 2b=1 Heeft u de indruk dat het mijden van medicijngebruik vanwege het eigen risico alleen voorkomt bij patiënten met lichte of ook bij ernstige klachten? 1. Alleen bij lichte klachten 2. Vooral bij lichte klachten maar soms ook bij ernstige klachten 3. Ongeveer net zo vaak bij lichte als bij ernstige klachten 3. Dat weet ik niet Vraag 5 Indien vraag 1b =1 en/of 2b=1 Bij wat voor soort klachten ziet u vermijding van medicijngebruik vanwege het eigen risico? Ziet u dit bijvoorbeeld vooral bij bepaalde psychische of lichamelijke klachten? 1. Psychische klachten 2. Lichamelijke klachten 3. Beide
50
Vraag 6 Indien vraag 1b =1 en/of 2b=1 Heeft u de indruk dat patiënten die medicijngebruik mijden vanwege het eigen risico dit vooral doen uit noodzaak, omdat ze het niet kunnen betalen, of uit eigen keuze, omdat ze alleen gebruik willen maken van zorg die ze echt nodig hebben? 1. Vooral uit noodzaak 2. Vooral uit eigen keuze 3. Komt beide ongeveer even vaak voor 4. Weet ik niet Vraag 7 Indien vraag 1b =1 en/of 2b=1 Kunt u een omschrijving geven van de achtergrond van de belangrijkste patiëntgroepen die (noodzakelijke) zorg mijden vanwege het eigen risico? U kunt hierbij denken aan inkomen, gezinssamenstelling, leeftijd, type medicijn, e tc. ………………(open antwoord) Vraag 8 Welke maatregelen of oplossingen zijn volgens u denkbaar om te voorkomen dat patiënten medicijngebruik mijden vanwege het eigen risico? Het gaat hier om patiënten die vanwege hun ziekte eigenlijk niet zonder deze medicijnen kunnen. Denk hierbij vooral aan maatregelen die op lokaal of regionaal niveau genomen kunnen worden. ………………(open antwoord) Vraag 9 Hoeveel klanten zijn bij uw apotheek geregistreerd? (Schatting geven mag) … Dit waren alle vragen. Hartelijk dank voor uw deelname aan dit onderzoek!
51