EGEDUCT® PP-RIOOLBUISSYSTEEM BUIZEN EN HULPSTUKKEN VAN PP MET INSTEEKMOF
EgeDuct® PP-rioolbuissysteem
Het egeDuct® PP-rioolbuissysteem in een oogopslag
• Vervaardigd uit vulstofvrij, puur PP conform DIN EN 1852 • De PP-rioolbuizen worden met in de fabriek gemonteerde insteekmof geleverd
• Dankzij het lage specifieke gewicht kunnen de buizen voordelig en zonder zware montagegereedschappen worden aangebracht
• De buizen kunnen ook met behulp van egeDuct
• Hoge statische belastbaarheid — voor extreem hoge statische belastingen raden we de SN16+ - variant aan
De insteekverbinding
Het egeDuct PP-rioolbuissysteem wordt uit het materiaal
De buizen en hulpstukken worden met elkaar verbonden door
PP (polypropyleen) conform DIN EN 1852 vervaardigd. Voor
middel van insteekmoffen. De insteekmof is een beproefde
de productie van de buizen wordt uitsluitend vulstofvrij,
buisverbindingstechniek, die dankzij de eenvoudige montage
puur materiaal gebruikt. De buizen en de bijbehorende
al tientallen jaren wordt toegepast. De in de afdichting
hulpstukken zijn leverbaar in de afmetingen 110 - 500 mm
ingebouwde steunring dient als uitschuifbeveiliging, om
en in de ringstijfheidsklassen SN10+ en SN16+.
een optimale veiligheid bij het insteken van de buizen te
®
De systeemtechniek Voor constructie van complete kanaalsystemen is een uitgebreid assortiment hulpstukken beschikbaar.
garanderen.
• Leverbaar in de afmetingen DN/OD 110 - 500 mm • Hoge ringstijfheid: SN10+ en SN16+ • Omvangrijk assortiment hulpstukken voor egeDuct® PP-rioolbuizen
steunring
• Overtreft de dichtheidseisen van DIN EN 1852 (testdruk 2,5 bar)
• Chemisch weerstandsvermogen van het gebruikte PP-materiaal conform DIN EN 1852, bijlage B
®
PP-elektrolasmoffen worden verbonden
Inleiding
• Uitschuifbeveiliging door in de afdichting ingebouwde
• Mediumtemperatuur: de rioolbuis is ontwikkeld voor de afvoer van stedelijk en industrieel afvalwater. Extreem heet afvalwater dat boven de toegestane afvalwatertemperaturen conform DIN EN 476 ligt, kan voor korte tijd probleemloos worden afgevoerd
• IR (infrared) Protect: ter vermindering van kromtrekken bij direct zonlicht
De productvoordelen op een rijtje Hoogwaardig, puur polypropyleen zonder vulstoffen:
Thermisch weerstandsvermogen
Kenmerk
egeDuct® PP-rioolbuizen beschikken ook bij lage
De rioolbuis is geschikt voor de afvoer van heet
De buizen en hulpstukken zijn voorzien van een permanent
temperaturen over een hoge stootweerstand en
afvalwater conform DIN EN 476 alsmede voor tijdelijke
kenmerk, dat een eenduidige identificatie van de buis
puntlastbestendigheid. Aangetoond door Eiskristall keurmerk.
instroompiektemperaturen tot 95 °C.
mogelijk maakt.
Systeemstijfheid
Compleet egeplast PP-rioolbuissysteem
Hydraulica
Egeplast levert de buizen in de stijfheidsklassen SN10+ en
Het egeDuct® PP-rioolbuissysteem van PP omvat
EgeDuct® PP-rioolbuizen kenmerken zich door een
SN16+ en de hulpstukken in stijfheidsklasse SN16+.
talrijke hulpstukken voor het bouwen van een compleet
voortreffelijke hydraulisch afvoercapaciteit. De hydraulische
afvalwatersysteem.
afvoerwaarden worden bepaald door de wandruwheid van
Productinformatie egeDuct® PP-rioolbuissysteem Afmetingen: DN/OD 110 mm – DN/OD 500 mm Buisopbouw: e geDuct® PP-vollewandbuis met insteekverbinding
Dichtheid
het inwendige buisoppervlak. EgeDuct® PP-rioolbuizen
Materiaal: vulstofvrij PP (polypropyleen) volgens DIN EN 1852 Afmetingen: conform DIN EN 1852 Verbindingstechniek: • elastomeer afdichtmiddel met ingebouwde
EgeDuct® PP-buizen en hulpstukken zijn permanent dicht en
Kostenbesparing door een snelle en eenvoudige plaatsing met
beschikken conform DIN EN 1852 over nagenoeg gladde,
bestand tegen worteldoorgroei. Het egeDuct® PP-systeem
insteeksystemen
hydraulisch nuttige inwendige buisoppervlakken.
overtreft de dichtheidseisen aan afvalwaterleidingen in
De buizen kunnen dankzij de eenvoudige insteekverbinding
drinkwaterbeschermingszones (> 2,4 bar).
met uitschuifbeveiliging zonder zware lasapparaten of
Slijtvastheid
montagegereedschappen worden verbonden. De buizen
Het toegepaste PP-buismateriaal is slijtvast conform DIN
• egeDuct® PP-rioolbuis SN10+ (afvalwater/regenwater)
kunnen daardoor zeer efficiënt worden geplaatst.
EN 1852, bijlage B.
• egeDuct® PP-rioolbuis SN16+ (afvalwater/regenwater)
Producten kunnen worden gelast
Insteekverbinding De insteekmoffen van het egeDuct PP-rioolbuissysteem
Hoge statische belastbaarheid
worden reeds in de fabriek gemonteerd en montageklaar op
Het egeDuct® PP-rioolbuissysteem beschikt over een hoge
de bouwplaats geleverd.
de regelstatica. Chemisch weerstandsvermogen Het toegepaste PP-materiaal beschikt over een voortreffelijk chemisch weerstandsvermogen conform DIN EN 1852, bijlage B.
Uitvoeringsvarianten:
aangebrachte insteekmof ®
bestendigheid bij statische belastingen. Zie voor meer details
• lasmoffen voor extreem hoge risico’s
Levering: in de lengten 1 m | 3 m | 6 m met in de fabriek
De buizen en hulpstukken van PP kunnen door middel van elektrolasmoffen van DN 110 tot DN 500 worden gelast.
uitschuifbeveiliging
Regels/plaatsingstechnieken: DIN EN 1610, ATV-A 139, DIN 4124 Bijzonderheden: gesleufde buizen op aanvraag leverbaar
Verwerkingsrichtlijn egeplast egeDuct® PP-rioolbuis
Plaatsingsrichtlijn egeDuct® PP-rioolbuissysteem
Transport en opslag
opgelegd, door deze in de stapel of verpakking wisselend met
Aanleggen van de sleuf
EgeDuct® PP-rioolbuizen en -hulpstukken moeten met behulp
mof- en puntuiteinden neer te leggen.
De voorschriften van de beroepsvereniging voor openbare
van geschikte voertuigen worden getransporteerd en onder
werken alsmede DIN 4124 moeten in acht worden genomen,
Sleufdiepte (m)
Minimale sleufbreedte (m)
< 1,00
geen minimale sleufbreedte gedefinieerd
≥ 1,00 ≤ 1,75
0,80
> 1,75 ≤ 4,00
0,90
> 4,00
1,00
deskundig toezicht worden geladen resp. gelost. Voor het
EgeDuct® PP-rioolbuizen kunnen buiten worden opgeslagen.
om verzakkingen van de taluds resp. het instorten van de
laden of lossen van de transportvoertuigen moeten geschikte
De maximale opslagtijd van vier jaar mag niet worden
sleufwanden te voorkomen.
gereedschappen en hefinrichtingen worden gebruikt. Deze
overschreden. De afdichtingen moeten tegen direct zonlicht
mogen de buizen niet beschadigen.
worden beschermd. Op de bouwplaats moeten de egeDuct
In DIN EN 1610 worden de minimale sleufbreedten in
De egeDuct® PP-rioolbuizen worden geplaatst conform
PP-rioolbuizen onder een witte afdekking worden opgeslagen.
relatie tot de plaatsingsdiepte en de afmetingen beschreven.
ATV-DVWKA- 139 en DIN EN 1610.
De betreffende veiligheidsvoorschriften moeten in acht
Dit dient ter voorkoming van lineaire uitzetting als gevolg van
Tabel 1 en 2 bieden ondersteuning bij het bepalen van de
worden genomen. Vrij hangende buizenpallets moeten tegen
sterke verhitting. Als afdekking van de buizenpallets kan een
minimale sleufbreedte. De grootste waarde die met de
De dikte van de onderste beddingslaag (a) moet bij normale
ongecontroleerd schommelen worden vastgezet. Binnen
universeel wit filtervlies (bijv. klasse II; 120 g/m ) of een witte folie
tabelinformatie is bepaald, moet conform DIN EN 1610
bodems ten miste 100 mm en bij rotsachtige bodems ten
het bewegingsbereik van de buizenpallets mogen zich geen
worden gebruikt.
worden toegepast. Uitzonderingen hierop worden eveneens
minste 150 mm bedragen. De bovenste beddingslaag (b)
in DIN EN 1610 beschreven.
komt overeen met de planningsgegevens of met de gegevens
Plaatsing ®
2
personen bevinden. De pallets moeten op een voldoende stevige en egale ondergrond worden geplaatst. Instabiele ondergronden (zoals vochtige bodems), die het mogelijk maken
Bij het installeren op de bouwplaats moeten de egeDuct® PP-rioolbuizen pas kort voor het inbouwen uit de afgedekte
dat grondhout wegzakt, moeten worden vermeden
pallet worden genomen. Wanneer de inbouw vertraagd is, wordt
of worden geprepareerd.
aangeraden de bij de sleuf geplaatste buis te beschermen met het afdekmateriaal.
De buizenstapels moeten worden vastgezet, zodat ze niet kunnen wegglijden. Buizenpallets kunnen op elkaar worden
Tabel 2 Minimale sleufbreedte in relatie tot de sleufdiepte (conform DIN EN 1610, 10/97)
Voor transport op de bouwplaats moeten textielbanden of een
gestapeld; zorg er echter voor dat de palletplanken exact
transportjuk worden gebruikt. Een transportjuk vereenvoudigt
boven elkaar staan. Er mogen niet meer dan twee pallets op
bovendien het inbouwen van de buizen. Het transportjuk moet
elkaar worden gestapeld. Voor opslag gestapelde buizen
een lengte hebben waardoor voldoende werkruimte overblijft
moeten in een buizenstapel met een maximale stapelhoogte van
voor het inbouwen en inklemmen van de buizen. Bij levering van
1,00 m worden vastgezet.
de buizen, hulpstukken en overige toebehoren moet direct vóór het inbouwen worden gecontroleerd of deze onbeschadigd en
Let erop dat de moffen vrij worden neergelegd. De buizen
in overeenstemming met de planningseisen zijn. Beschadigde
kunnen nagenoeg over de volledige lengte in één lijn worden
buisleidingdelen mogen niet worden ingebouwd.
op basis van de statische berekening. De dikte is het resultaat DN
Minimale sleufbreedte (OD + X) m beschoeide sleuf
onbeschoeide sleuf ß > 60°
van hellingshoek α.
ß < 60°
≤ 225
OD + 0,40
OD + 0,40
> 225 tot ≤ 350
OD + 0,50
OD + 0,50
OD + 0,40
> 350 tot ≤ 700
OD + 0,70
OD + 0,70
OD + 0,40
> 700 tot ≤ 1200
OD + 0,85
OD + 0,85
OD + 0,40
> 1200
OD + 1,00
OD + 1,00
OD + 0,40
Bij de gegeven waarden OD + χ komt χ/2 overeen met de minimale werkruimte tussen buis en sleufwand resp. de sleufbeschoeiing (bekleding) Hierbij is: OD de buitendiameter in m β de taludhoek van de onbeschoeide sleuf, horizontaal gemeten Tabel 1 Minimale sleufbreedte in relatie tot de nominale breedte DN (conform DIN EN 1610, 10/97)
Afbeelding 1. Plaatsing van de egeDuct® PP-rioolbuizen
Neem de volgende waarden in acht:
Extra aandacht moet worden besteed aan de vorming
Uitlijnen van de buizen in de sleuf
De buizen moeten volgens de planningsgegevens in de juiste
•H ellingshoek 90°:
en verdichting van de leidingzone aan weerszijden,
De egeDuct PP-rioolbuizen moeten met geschikte
richting en hoogte worden geplaatst. Het verval kan achteraf
aangezien de egeDuct® PP-rioolbuizen de belasting via de
hefwerktuigen door middel van een kraan of dragline in
worden aangepast door de beddingslaag uit te graven of op
omringende bodem afvoeren. Hierbij is ook de keuze van het
de geprepareerde sleuf worden geplaatst. Als hefmiddelen
te vullen. Bij een zeer gering verval wordt aangeraden om
opvulmateriaal van belang.
kunnen textielbanden of traverses worden gebruikt.
bouwlengten ≤ 3,00 m aan te houden. Dit vereenvoudigt het
Deze moeten zodanig worden bevestigd, dat de buizen
uitlijnen op basis van de planningsgegevens.
bovenste beddingslaag (b) = ten minste 0,15 x OD • Hellingshoek 120°: bovenste beddingslaag (b) = ten minste 0,25 x OD
®
Het inzetstuk onder de egeDuct® PP-rioolbuis moet met
De ontwikkelaar moet het opvulmateriaal voor de leidingzone
niet per ongeluk kunnen losschieten. De egeDuct®
verdicht materiaal worden opgevuld om latere verzakkingen
op basis van de bodemspecifieke karakteristieken
PP-rioolbuis kan concentrisch worden uitgelijnd en de
Verbinding door middel van insteeksysteem
te voorkomen. Het inzetstuk wordt correct verdicht door
vastleggen. Bij egeDuct® PP-rioolbuizen tot DN 200 mm
vereiste hellingshoek kan worden aangehouden door
Voordat het puntuiteinde (buis of hulpstuk) om de
een stapsgewijze verdichting aan weerszijden van de
bedraagt de maximale korrelgrootte 22 mm; bij buizen tot
gebruik te maken van een geschikte kanaalbouwlaser met
mofverbinding wordt geschoven, moet het afgeschuinde
vulling, die aan weerszijden van de sleufwand tot aan de
DN 600 mm bedraagt de maximale korrelgrootte 40 mm,
bijbehorend centreringsteken, dat aan de diameter van de
puntuiteinde met een doek worden ontdaan van eventuele
buis plaatsvindt. Voor het opvullen moet een geschikt
conform DIN EN 1610. Een punt- resp. lijnbelasting van
buizen is aangepast. EgeDuct PP-rioolbuizen moeten na
verontreinigingen e.d. Let op dat de afdichtring correct in de
verdichtingsgereedschap worden gebruikt.
de buizen moet worden voorkomen. Alleen vorstvrije en
plaatsing en uitlijning in de buissleuf direct met het hiervoor
ril geplaatst en vrij van beschadigingen en verontreinigingen
vorstbestendige opvulmaterialen zijn toegestaan.
aanwezige opvulmateriaal worden afgedekt.
is. Beschadigde afdichtringen mogen niet worden gebruikt
®
Wanneer de egeDuct® PP-rioolbuizen door middel
en moeten worden vervangen. Om de correcte insteekdiepte
van elektrofusie aan elkaar worden gelast, moet het
De complete leidingzone moet conform ATV-DVWK-A 139 en
Doorbuigingen van de buis in de buisvormige as moeten
van de hulpstukken te controleren moet de insteekdiepte,
lasmofgedeelte goed zijn afgedicht. Er moet moet
DIN EN 1610 tot stand gebracht en verdicht worden.
worden voorkomen. Zorg ervoor dat alle buisdelen, met
wanneer deze niet reeds in de fabriek is ingesteld, met
name de mofverbinding, tegen verontreinigingen en de
een geschikte stift op het puntuiteinde vooraf worden
name worden gezorgd voor een correct herstel van het beddingsgedeelte, om verzakkingen bij de lasmof te
De verdere opvulling en verdichting van de sleuf vindt plaats
puntuiteinden tegen beschadigingen en rillen worden
gemarkeerd. Op de afdichting en het puntuiteinde moet
voorkomen.
in lagen van 30 cm. Hierbij moet een proctordichtheid
beschermd. Doorbuigingen van de buis of vervormingen
voldoende glijmiddel worden aangebracht; vervolgens wordt
van leidingzone E2 van ten minste Dpr = 95% worden
kunnen als gevolg van eenzijdige warmte-inwerking, bijv.
de buis tot aan de gemarkeerde insteekdiepte van de mof
Bij de plaatsing van egeDuct PP-rioolbuizen mogen geen
gerealiseerd. De beschoeiing moet bij voorkeur laagsgewijs
als gevolg van invallend zonlicht en afhankelijk van het
(tot aan de mofaanslag) naar binnen geschoven. Het
vaste steunpunten, bijv. van beton, worden gebruikt.
worden verwijderd. De verdichtingsgraad moet in
thermoplastische gedrag van kunststoffen optreden en een
gebruikte glijmiddel mag geen negatieve effecten hebben op
gegradueerde diepten worden aangetoond door middel van
deskundige en correcte plaatsing, met name bij een gering
het PP-materiaal en op de elastomeer afdichtring. Let op dat
een proctorproef of door boringen.
leidingverval, bemoeilijken. Richtingveranderingen binnen het
er bij het naar binnen schuiven geen verontreinigingen etc. in
leidingverloop van een vrijvervalleiding worden in principe met
de mofverbinding terechtkomen.
®
De dikte van de afdekking (c) boven de bovenkant van de buis moet bij gebruik van middelzware en zware verdichtingstoestellen ten minste 300 mm bedragen.
Bij plaatsing op steile hellingen moeten overeenkomstig de
schachtconstructies of hulpstukken uitgevoerd. Uitlijningen
planningsgegevens betonnen dragers worden gebruikt.
binnen het mofbereik zijn niet toegestaan.
De PP-buis mag alleen in axiaal centrische richting handmatig
Verbinding door middel van lastechniek
Wanneer de onrondheid van de buist bij de laszone meer
Na montage van de hulpstukken worden de behandelde
of met geschikt hefgereedschap en een dwars op de
EgeDuct PP-rioolbuizen worden door middel van
dan 1,5% bedraagt (max. 3 mm) vanaf de buitendiameter,
vlakken door middel van geïntegreerde weerstandsdraden
buisvormige as geplaatst kanthout naar binnen worden
insteekverbindingen met elkaar verbonden. De egeDuct®
moeten de betreffende buizen binnen dit bereik worden
(elektrofusie) in de hulpstukken met behulp van elektrische
geschoven. Bij de mofverbinding moet de buissteun in
PP-rioolbuizen kunnen ook door middel van lassen met
afgerond. Hiervoor wordt het gebruik van rondingsklemmen
stroom tot op lastemperatuur verwarmd en daardoor aan
overeenstemming met de moflengte worden uitgespaard,
elkaar worden verbonden. Dit kan volgens DVS 2207-11
aanbevolen, die aan het uiteinde van de laszone moeten
elkaar gelast. Bij een juiste apparaatconfiguratie en uitvoering
om een volledig steunvlak in de volledige lengte van de buis
zowel op basis van stuiklassen als elektrofusie. Hierbij moeten
worden gemonteerd.
vindt het lasproces automatisch plaats.
te garanderen.
de richtlijnen en informatiebladen van de DVS (Deutscher
®
De montagehandleidingen van de betreffende fabrikant
Verband für Schweißen und verwandte Verfahren e. V.) in
Als de buisuiteinden te veel naar binnen vallen, moet dit
moeten in acht worden genomen. Bepalend voor de
acht worden genomen. Bij het lassen van egeDuct®
bereik haaks op de buisvormige as worden ingekort.
uitvoering is DVS 2207, deel 11.
PP-rioolbuizen op basis van stuiklassen ontstaat ook aan de
Vóór het lassen moeten de contactvlakken door middel
binnenkant van de buis een lasrups. Aangezien deze lasrups
van afschaven en reinigen worden geprepareerd. Hierbij
een obstakel vormt bij de afvoer, moet deze door middel van
wordt het buisoppervlak bij de laszone spanend bewerkt.
een inwendige lasrupsverwijderaar of een freesrobot worden
Een eenmalige, voegloze materiaalafname is voldoende
verwijderd. Let daarbij op dat de binnenwand niet wordt
(ca. 0,2 mm). Beschadigingen op het buisoppervlak,
beschadigd.
zoals axiale rollen of krassen, mogen zich niet binnen de laszone bevinden. De te lassen buisoppervlakken en de
Inkorten van buizen
Elektrofusie
elektrofusiemoffen moeten absoluut droog, schoon en vetvrij
Om buizen op de montageplaats in te korten kunnen er
Ter voorbereiding van elektrofusie worden eerst de
zijn. Voor reiniging van de oppervlakken raadt egeplast het
geschikte gereedschappen, zoals fijngetande zagen of
buisuiteinden haaks op de buisvormige as afgesneden.
gebruik van een absorberend, niet pluizend en ongekleurd
buissnijders, worden gebruikt. Het ingekorte buisuiteinde
Gebruik hiervoor een zaag met een vertanding die geschikt is
papier alsmede een speciale PP-reiniger aan.
moet onder een hoek van ≥ 15° (max. 30°) worden
voor zagen in kunststof.
afgeschuind (er moet min. 1/3 van de buiswanddikte
Bij het samenvoegen van elektrofusiemof en buis moet erop
overblijven). Hierbij raden we het egeplast afschuinapparaat
Daarna moet de laszone op de buis worden gemarkeerd. De
worden gelet dat de mof zonder veel kracht uit te oefenen
aan. Daarnaast kunnen ook geschikte gereedschappen,
lengte van de laszone komt overeen met de halve moflengte.
op het buisuiteinde tot aan de markering kan worden
zoals vijlen of haakse slijpmachines, worden gebruikt. De snijkanten moeten altijd worden ontbraamd.
geschoven. De componenten mogen hierbij niet worden Daarna moet de snijkant van de buis binnen en buiten worden
gekanteld en moeten spanningsvrij worden gemonteerd. De
ontbraamd. Hiervoor is een schraper doelmatig. De spanen in
contactbussen voor het aansluiten van de lasstekker moeten
de buis moeten worden verwijderd.
goed bereikbaar zijn.
Meer weten Bel gerust met De Jongh Pipesystems B.V. en u treft een ervaren, gemotiveerd en goed opgeleid team dat vrijblijvend kan adviseren over het egeDuct® PP-rioolbuissysteem
Postbus 11 - 4670 AA Dinteloord Industrieterrein Dintelmond - Sluisweg 2 4794 SW Heijningen Telefoon 0031 (0) 167 521739 Telefax 0031 (0) 167 521837 E-mail
[email protected] Internet www.dejonghpipesystems.nl
Het vertrouwde adres voor een gas- en waterdicht leidingnet