Preek over Lucas 2:13,14 op 25 december 2014 (kerstmorgen)
zingen voor de dienst
- Gezang 138:1-4 -
Op Toonhoogte 85:1,2,4
-
Gezang 145:1,2
afkondigingen
zingen
Gezang 138:1,2,4
stil gebed
votum en groet
aanvangstekst
‘Een Kind is ons geboren, een Zoon is ons gegeven.’ (Jesaja 9:5a)
1
zingen
Gezang 132:1,2,3
lezing van het gebod des Heren
zingen
vanuit Romeinen 13:8-14
Psalm 119:49
gebed
kinderlied
Joh. de Heer 719: 1, 3
kindermoment
Kerstfeest is het feest van het licht. Daarom zie je ook zoveel lichtjes. In tuinen. In bomen. Buiten en binnen. Wat heb jij allemaal gezien?
Heb je deze wel eens gezien? Het is eigenlijk een soort trappetje, eerst omhoog, dan naar beneden. Maar weet je, eigenlijk is dit geen goed kersttrappetje. Klopt deze niet als het over het leven van de Here Jezus gaat, want dat begint toch met kerst, hè?
2
Maar hoe was dat leven van Jezus, ging het, toen Hij geboren werd, steeds beter en mooier met Hem? Nee, het is juist andersom (omdraaien). Hij kwam uit de hemel, de Zoon van God en werd als kindje geboren, in Bethlehem. En natuurlijk: er gebeurde geweldige dingen met Hem: Hij deed wonderen, genas mensen, gaf duizenden mensen te eten, vertelde prachtige vertalen over God en over Zichzelf. Maar na een tijdje vonden steeds meer mensen Hem irritant worden, werden zelfs uiteindelijk zo kwaad op Hem dat ze Hem gevangen namen. Ze bespotten Hem, deden Hem pijn. Uiteindelijk sloegen ze Hem aan het kruis. Toen stierf Hij en werd Hij begraven. Dan zijn we op het diepste punt beland. Maar na drie dagen staat Hij op uit de doden. En na 40 dagen gaat Hij naar de hemel, waar Hij naast Zijn Vader zit, nog hoger. En eens zal Hij terugkomen op aarde. Dat zal helemaal een groot feest zijn, het allergrootste kerstfeest kun je wel zeggen. Maar waarom ging Jezus nu zo diep, die trap af, zeg maar? Dat deed Hij om ons te redden, jou en mij. Want wij zitten eigenlijk ook hier. Door alle foute dingen die we doen. Door het verdriet dat we elkaar aandoen en de Here God. Maar Jezus wilde ons daar uit halen, mee omhoog en daarom is Hij gekomen. Daarom is het Kerst geworden. Daarm ging Hij die trap af en omhoog, om ons allemaal mee omhoog te nemen, om ons een plekje te geven bij God, Zijn Vader, onze Vader in de hemel. Om die trap van de Here Jezus kun je dan toch alleen maar heel blij worden. Dat maakt alles licht. Een goede kindernevendienst en tot straks.
schriftlezing
Lukas 2:1-7
Cantorij Cantabile zingt Away in a manger schriftlezing
Lukas 2:8-20
zingen
Joh. de Heer 70: 1-4
tekstlezing Lukas 2:13,14 ‘En plotseling was er bij de engel een grote hemelse legermacht, die God loofde, zeggende: Ere zij God in den hoge, en vrede op aarde bij mensen des welbehagens.’ (NBG-vertaling)
3
verkondiging
Gods ME
Gemeente van Jezus Christus,
Ook in onze kerstboom hangt van alles. Zoals dit engeltje. Echt een lief klein engeltje. Dat hoort toch bij kerst?! Zo gaat zelfs een oud kerstliedje: ‘engelkens door 't luchtruim zwevend.’ Maar waarom eigenlijk engeltjes? Waarom eigenlijk zo'n verkleinwoord? De Bijbel gebruikt dat nooit. Daar gaat het altijd over engelen. Psalm 103 noemt ze ‘krachtige helden die Gods wil uitvoeren’. En als Jakob engelen van God ontmoet, noemt hij ze een ‘leger van God.’ En ze boezemen diep ontzag in. Ja, engelen als het leger van God, als Gods militairen. Kijk, als deze engel een helm op had gehad, en een harnas om en een zwaard in de hand, zou-ie dichter bij het bijbelse beeld van engelen passen dan nu, denk ik. Engelen als soldaten, als strijders van God. Zo komen we ze in ieder geval ook in de kerstgeschiedenis tegen in Lukas 2. Onze tekst heeft het immers over een ‘groot hemels leger.’ Gods ME: ‘menigte van engelen’, zoals er in de Statenvertaling staat, maar ook zijn mobiele eenheid, zijn ‘mobiele luchtbrigade’, om het maar eens eigentijdser te zeggen. Rond de engelen bij kerst is er nog zo'n misverstand, speciaal bij deze engelen, namelijk dit: dat ze in die nacht zongen. ‘Hoor de engelen zingen d’eer’ luidt een ander bekend kerstlied. Maar dat staat nergens. Nee, als je heel nauwkeurig leest in vers 13 staat er niet dat ze zongen, maar dat ze ‘God prezen, zeggende.’ Ze zeiden het, ze spraken. Wat er volgt - het ‘Ere zij God’ is dus eigenlijk een spreekkoor; het wordt door de engelen gescandeerd, zou je kunnen zeggen. Dat hoort toch ook helemaal bij militairen, die kunnen dat ook: scanderen, spreekkoren aanheffen, een gezamenlijke strijdkreet laten horen. Ja, zo zijn die woorden van de engelen blijkbaar bedoeld: als een strijdkreet, als een proclamatie, mag je ook zeggen. Als reactie op de verkondiging van die ene engel in vers 11: ‘vandaag is voor jullie een redder geboren. Hij is de messias, de Heer.’ Ja wat daar de gevolgen van zijn, wordt nu door al die engelen geproclameerd, als een spreekkoor: dat bekende ‘Ere zij God.’ Tenminste, zo kennen wij het en zo klinkt het deze dagen ook talloze keren: ‘Ere zij God. Ere zij God.’ Als een wens in feite. Ere zij God: moge God de eer ontvangen die Hem toekomt. Een wens, en misschien wel een hele vrome ook. Want 4
zal God de eer krijgen die Hem toekomt? Van de kant van engelen wel, maar van de kant van de mensen... Maar zo zingen, eh zeggen, de engelen het niet. Dat ‘zij’ staat er in de oorspronkelijke taal helemaal niet! Letterlijk staat er: ‘Eer voor God in de hoogste hemelen.’ De engelen zeggen het niet in de vorm van een wens. Nee, al scanderende constateren ze een feit: eer voor God in de hemel. Dat is een feit, dat gebeurt, nu de Redder, de Messias, is geboren. God in de hemel ontvangt dan de eer, de glorie. ‘Eer’ is in de Bijbel letterlijk de stralende heerlijkheid die Hem omgeeft, die van Hem afstraalt. Mag ik het zo zeggen: de Here God zelf straalt ervan, bij wat er nu in Bethlehem gebeurt. Het laat de hemel niet onberoerd, dat Jezus geboren wordt. O nee, die engelen weten het zeker: het is feest daar, want men weet dat de grote verlossing, de grote redding, waar zo lang op gehoopt en op gewacht is, nu gaat beginnen. En de hemel zal het ademloos blijven volgen, het leven van dit kind, zijn daden, zijn woorden, zijn lijden en zijn sterven. Dat zal allemaal direct z'n weerslag hebben op de hemel, op de hemelse Vader, op zijn engelen, op de heiligen daar!
Zoals trouwens ook ons leven en vooral hoe we leven z'n weerslag heeft op de hemel. Jezus zegt later in het Evangelie ergens: ‘Als één zondaar zich bekeert is er blijdschap in de hemel.’ Heeft u dat weleens werkelijk beseft, en jij, dat als je je omkeert van je verkeerde weg, als je de moed hebt om daarop terug te komen en terug te gaan naar de hemelse Vader, dat er dan blijdschap is in de hemel?! Dat de engelen dan bij wijze van spreken andere muziek opzetten! Dat het dan feest is in de hemel! De hemel is echt veel dichterbij dan we denken. Wij zijn in ieder geval heel dichtbij voor de hemel. Ook nu: er wordt ademloos naar ons gekeken, wat we doen met dat kind in de kribbe, met dat Evangelie dat Hij brengt en is. Zou het vandaag nog feest worden in de hemel over die mensen in de Pauluskerk in Gouda, over u en jou en mij? Terug naar dat spreekkoor van de engelen. ‘Eer aan God in de hoogste hemel’, en je ziet de engelen bij wijze van spreken omhoog wijzen, maar tegelijk wijzen ze ook omlaag: ‘en vrede op aarde.’ Ja, en ook hier geen werkwoordsvorm! Ze zeggen niet: ‘en vrede zij op aarde.’ ‘Oké, dat mag dan zo wezen, maar willen die engelen nou echt zeggen dat ze vrede op aarde ook constateren als feit dan? Het mogen dan geen engeltjes zijn, ‘zweven’ 5
doe ze blijkbaar nog steeds… Want zeg nou zelf: ‘vrede op aarde als een feit?!?!’ Vertellen de feiten niet iets anders: onvrede, conflicten, oorlogen. Nu bijvoorbeeld in diezelfde omgeving als waarboven de engelen hun spreekkoor aanhieven. De omgeving van Bethlehem, Ramallah, Jeruzalem. Letterlijk een muur maakt scheiding tussen Joden en Palestijnen. Raketten en bommen vliegen over en weer. Allesbehalve vrede dus. En het geldt niet alleen daar. Wat dacht u van Irak? Ik zag afgelopen zaterdag een reportage uit Bagdad. Hoe aanslagen de stad ontwrichten. Een vader stond met z’n vijfjarig dochtertje in de armen: blind: ooit geraakt door een bomscherf in haar hoofd. Ik las in de Visie een interview met een Anglicaanse priester die door zijn kerk uit hetzelfde Bagdad weggehaald is. In Engeland voelt hij zich nu ontheemd, omdat hij niet meer bij zijn gemeente daar is. Maar de kerk achtte het te gevaarlijk. Of Mexico waar ook het afgelopen jaar duizenden mensen gruwelijk werden vermoord door de drugskartels. En dit zijn nog voorbeelden uit het wereldnieuws, maar ook in je eigen leven kan er zoveel onvrede zijn, een relatie die op de klippen loopt, conflicten die maar blijven slepen. Ach, vrede kan zo ver te zoeken zijn. Maar je kunt ook met jezelf in de knoop liggen. Een diepe onvrede en onrust in je hart voelen, die zich maar niet laat verdrijven, door geen kaarslicht en gezelligheid. Ach, vrede op aarde? Ja, dat roepen de engelen. En laten we niet vergeten, dat dat ook in die tijd onwerkelijk klonk. Een tijd waarin de Romeinen heersten, met harde hand. Bezet gebied is het waarboven de engelen hun roep scanderen. En toch doen ze het: Vrede op aarde. Maar laten we vooral niet vergeten dat het Gods legermacht is die dit roept. Het is dus ook een strijdkreet: ‘vrede op aarde!’ Met andere woorden: er is geen vrede zonder strijd. Ja, kerst is het feest van de vrede. Maar we moeten het eigenlijk preciezer zeggen, zoals ik ergens las: ‘Met kerst neemt de strijd om de vrede een aanvang.’ Een strijd tegen de boze machten, tegen alles wat lijnrecht tegen die vrede ingaat, in ons eigen hart, buiten onszelf. Een strijd waarin de Opperbevelhebber, de Koning van hemel en aarde, nu in een kribbe ligt. Als een teken dat het in die strijd er diep aan onder door zal gaan. De engelen roepen het als een strijdkreet, een overwinningskreet ook: ‘vrede op aarde!’ Maar die vrede zal niet vanzelf komen, is geen direct-klaar vrede, snel en goedkoop. Nee, het kost veel. Het kost alles. Want dat kindje zal groot 6
worden, een man. De man van smarten. Zijn weg zal door de diepte gaan. Denk nog maar aan die omgekeerde trap uit het kinderverhaal. Een via dolorosa. Achter de stal doemt de berg Golgotha al op: de kruisheuvel. Daar verwerft Hij de vrede. En dat kost Hem alles: zijn eigen leven, zijn eigen bloed. En door die strijd en dat lijden maakt Hij onze verstoorde relatie met God weer heel. Ja, dat is vrede in de Bijbel vooral. ‘Shalom - heelwording’ is dat letterlijk. En dat brengt Jezus, als geen ander. Zo is Zijn naam ook ‘Heiland’ - Hij die heel maakt. Dat deed me denken aan wat ze vroeger in Duitsland deden. Daar legden de kinderen op de avond voor het Kerstfeest hun kapotte speelgoed onder de kerstboom. Als ze dan de volgende dag gingen kijken dan was dat speelgoed weer gerepareerd, of als het niet meer te herstellen was, geruild voor nieuw speelgoed. Al dat speelgoed weer heel! Wat een veelzeggend gebruik, dat iets vertelt over Jezus, de Heelmaker. Daarvoor is Jezus geboren en later aan het kruis gegaan: om ons kapotte leven heel te maken. Ons leven dat aan stukken ligt, door wat we verkeerd doen, naar God toe, wat we elkaar aan kunnen doen. Als we met dat kapotte leven van ons naar Jezus gaan, mogen we geloven dat Hij het heel maakt, en nieuw, en dat geeft zo'n vrede in je hart. Dat is de vrede met God. Vrede die inderdaad een feit is, in Jezus Christus. Hij die heel maakt, onze vrede is. Vrede die dus heel dichtbij begint, in je eigen hart. Nee, ik moet het anders zeggen: het begint in Gods hart, in Gods welbehagen. Want zo moet je die woorden van de engelen ook lezen: ‘Eer aan God in de hoogste hemel en vrede op aarde (dubbele punt): in de mensen een welbehagen. Wat is die vrede op aarde ten diepste, wat is er het grote geheim van: het welbehagen van God in de mensen! ‘Welbehagen,’ een beetje een ouderwets, maar toch ook mooi woord. Wel-behagen. Ergens een ‘behagen’ in hebben is al positief, maar een wel-behagen, dat is dubbel positief. Zo is de Here God over de mensen. Het is de ongekende positiviteit van Zijn liefde. Zo is Gods hart, het klopt van liefde voor Zijn mensen. Hij heeft een welbehagen in ze. En dat wordt dus heel algemeen gezegd. Er staat niet dat Gods welbehagen alleen de vrome mensen betreft, of de trouwe kerkgangers, of de brave mensen, of de dappere of, de lieve. Nee, de mensen, zonder iets erbij, zonder kwalificatie. In de mensen een welbehagen. Of zoals de Nieuwe Bijbelvertaling heeft: ‘alle mensen die Hij liefheeft.’ Hoe die mensen ook zijn. Mensen met hun mooie kanten, maar ook met hun minder mooie kanten, hun afzichtelijke kanten zelfs soms. Mensen die zo tegen 7
kunnen vallen, en ook weer mee. Wij mensen dus, u, jij, en ik: God heeft een welbehagen in ons. Zijn hart gaat naar ons uit! Als je dat nu eens tot je door laat dringen, tot op de bodem van je hart, dat je dus zo door Hem bemind bent, zo door Hem aanvaard, helemaal, zou je dan niet die ander aanvaarden? Die ander, inclusief z'n onhebbelijkheden en moeilijkheden. Snapt u: het geheim van de vrede, van een goede relatie, een geheelde relatie, met de ander vind je in dat welbehagen van God. Als je je werkelijk aanvaard weet door God, als je weet dat Hij je omarmen wil met zijn oneindige liefde, hoe onverdiend, hoe genadig dat is, dan zul je die genade toch ook betonen aan een ander, dan zul je die ander toch ook aanvaarden, en trouwens ook jezelf?! Zeker, ook dat is niet altijd gemakkelijk, ook dat is geen direct-klaar vrede. Dat is een heel proces. Een strijd. En als je weleens moe wordt in die strijd, met jezelf, met anderen, waar het niet zo makkelijk meegaat, of je kijkt deze wereld in, en je denkt: wat komt er van terecht? Denk dan aan het geheim van die vrede: het welbehagen van God. Hij laat z'n mensen niet los. Hij laat deze wereld niet los. Zeker, het zal een strijd kosten. Maar we blijven hopen op de vrede die komt, die in Christus al gekomen is. Vrede op aarde. In Hem is het een feit. En in Hem wordt het een feit. Uiteindelijk gaat deze wereld niet aan de haat en het geweld kapot. Maar wordt ze heel, wordt ze nieuw, wordt ze vol van Zijn vrede. Dat riepen de engelen uit en dat is Zijn belofte. En daarom blijven we toch gaan voor die vrede, ook heel dichtbij?! Daarom blijven we toch zoeken naar wat verbindt, en niet wat scheiding brengt?! Ook in ons land, in onze stad, in onze kerk, waarin het zo makkelijk is om te polariseren, om mensen weg te zetten… Daarom leggen we ons toch niet neer bij de onvrede?! Daarom willen we toch vredestichters zijn, in navolging van Hem die onze vrede is en ons de vrede brengt?! En daarom blijven we bidden om die vrede. Zoals Elly en Rikkert ook doen in hun liedje ‘Dona nobis pacem – Geef ons vrede’, betekent dat. Misschien kent u het ook wel, of jij. Eigenlijk is het een gebed. En daarmee wil ik deze preek afsluiten:
't is de droom van alle eeuwen de aarde nieuw, de mensen vrij maar geen huilen of schreeuwen bracht die wereld een stap dichterbij
8
geef ons vrede schijn in de donkere nacht geef ons vrede waarop de schepping wacht
'k zie uw rijk in al die dromen 'k zie uw licht in elke traan en ik bid uw rijk kome dat op aarde uw wil wordt gedaan
geef ons vrede schijn in de donkere nacht geef ons vrede waarop de schepping wacht
elke vezel van ons leven ieder ding en elke daad leer ons alles te geven tot er nergens meer onrecht bestaat
Geef ons vrede.
Amen zingen in wisselzang met de cantorij ‘Heel lang geleden in Bethlehem’
Solo Cantorij Cantabile
Unto us is born a Son
dankgebed en voorbede
inzameling van de gaven
zingen
Gezang 134:1,2,3
9
zegen
zingen
Ere zij God
10