Dyslexieprotocol Sweelinck College Wat is dyslexie? Dyslexie is een stoornis die gekenmerkt wordt door een hardnekkig probleem met het aanleren en het accuraat en/of vlot toepassen van het lezen en/of spellen op woordniveau. Dyslectische leerlingen in het voortgezet onderwijs hebben problemen met: • lezen en/of spellen op woordniveau in het Nederlands en in de moderne vreemde talen; • het snel en accuraat lezen van teksten bij alle vakken; • het snel en accuraat spellen bij functioneel schrijven bij alle vakken. Bovengenoemde problemen kunnen de volgende consequenties hebben: • afname van tempo en nauwkeurigheid (met name onder druk); • onvoldoende kunnen verwerken, verwoorden en terughalen van instructie en talige informatie; • onvoldoende resultaat hebben van intensief oefenen van vocabulaire; • ongestructureerd zijn en inadequaat en/of vluchtige werkhouding in de les en thuis; • ernstige twijfel aan eigen competentie en/of onvoldoende doorzettingsvermogen; • onvoldoende werkverzorging. Niet al deze problemen doen zich (in gelijke mate) bij een individuele leerling voor. Er is bij dyslexie altijd sprake van een individu-gebonden profiel. Er zijn een aantal beschermende (positieve) factoren die dyslectische leerlingen kunnen helpen, te weten: • Het ontwikkelen en toepassen van compenserende strategieën (betekenis totale woordbeeld inzetten ter compensatie van ontsleutelings- of klanktekenkoppelingsproblemen). • Het ontwikkelen en toepassen van metacognitieve vaardigheden (woordleer- en raadstrategieën en adequate leerstijlen). • Het functioneel inzetten van compenserende software. • Het creatief zijn in ‘ezelsbruggetjes’ bedenken. 1
• •
Een goede motivationele sturing. Het ontwikkelen van goede gespreks- en onderhandelvaardigheden.
Hoe signaleren we dyslexie? In de meeste gevallen is de diagnose dyslexie op de basisschool gesteld. Soms echter komt het voor dat een leerling signalen vertoont die twijfel wekken aangaande dyslexie. Bij deze leerling nemen wij de dyslexiescreening conform het Protocol Dyslexie Voortgezet Onderwijs af. De eerste screening bestaat uit een dictee en een stilleestempo-toets. De uitslag hiervan wordt met de leerjaarcoördinator besproken. Op grond van de resultaten van de eerste screening, wordt eventueel een tweede screening afgenomen die bestaat uit een dictee en twee voorleestoetsen (voorlezen van bestaande en pseudowoorden). Wanneer op grond van de testresultaten een vermoeden van dyslexie ontstaat, wordt gekeken naar de gegevens die de basisschool en de ouders ons hebben aangeleverd. Op basis van deze gegevens wordt gekeken of een extern dyslexieonderzoek aan te raden is. Ouders ontvangen hierover informatie van de dyslexiecoach. In het geval een dyslexieonderzoek aan te raden is, zijn de kosten voor rekening van de ouders. Als bij een leerling dyslexie is vastgesteld, krijgt de leerling een dyslexieverklaring. Deze verklaring is onbeperkt geldig. In de verklaring staan maatregelen en faciliteiten die de leerling in staat stellen beter met dyslexie om te kunnen gaan. Sommige aanbevelingen vallen onder de verantwoordelijkheid van de school en andere onder die van de leerling zelf. Dyslexiepas Zodra de dyslexieverklaring op school binnen is, wordt voor de leerling een dyslexiepas gemaakt. Op deze pas staan de faciliteiten waarvan de leerling gebruik kan maken en waar de docent rekening mee moet houden. Deze faciliteiten hebben betrekking op het maken van aantekeningen, het inzetten van digitale hulpmiddelen en het afnemen en nakijken van toetsen. De aangekruiste faciliteiten zijn in overleg met de leerling vastgesteld in een individueel gesprek met de dyslexiecoach. De pas voorkomt dat de leerling steeds uitleg moet geven omtrent zijn/haar dyslexie. Alle docenten van het Sweelinck College ontvangen jaarlijks een overzicht van alle dyslexiepassen en zijn verplicht zich aan de genoemde faciliteiten te houden. 2
Voorbeeld van een dyslexiepas Dyslexiepas van
is in het bezit van een dyslexieverklaring die recht geeft op:
Vergroten teksten (tenzij de toets in Verdana 12 is opgemaakt)
Extra tijd of vermindering van opgaven
Mondeling toetsen als het resultaat veel lager is dan verwacht (herkansing, alleen in uitzonderlijke gevallen!)
Niet meetellen spellingfouten, ook niet bij woordjestoetsen. Let op: veel gebruikte woorden zoals voorzetsels, veel gebruikte werkwoorden etc. wel goed schrijven.
(Digitale) hulpmiddelen
Mag tafelkaart, spiekblad spellingsregels etc. gebruiken
Verantwoordelijkheden leerling Tijdens de les: Vraag of je een leesbeurt mag voorbereiden Zorg voor goede aantekeningen, kopieer ze eventueel of maak een ‘mind map’ Schrijf het huiswerk goed op Vraag indien nodig om hulp Huiswerk: Plan je werk. Werk iedere dag, werk eventueel vooruit Werk niet overdreven lang Lees een tekst opnieuw als je niet weet wat er staat of vraag hulp Maak aantekeningen of schema’s tijdens het werk Maak ‘mind maps’ als je leert Bij toetsing: Zet boven een toets altijd het woord ‘dyslectisch’ of een D Lees goed Controleer je werk; niets vergeten Vraag zo nodig extra tijd
3
Richtlijnen beoordeling toetsen bij Nederlands/ Moderne Vreemde Talen (MVT) In de dyslexiepas wordt de faciliteit aangeboden om spellingfouten niet mee te rekenen bij de beoordeling van toetsen. Dit is echter gebonden aan uitzonderingen, die voor elke taal verschillend zijn. Voor een uitwerking van de richtlijnen per taal wordt verwezen naar bijlage 3. Gebruik digitale hulpmiddelen Onze ervaring is dat de meeste dyslectische leerlingen prima mee kunnen komen zonder digitale hulpmiddelen en dat zij met de rechten die aangekruist worden op de dyslexiepas voldoende geholpen zijn. Wanneer een dyslectische leerling van mening is dat hij/zij tot betere schoolresultaten komt wanneer hij/zij werkt met een laptop, kan dit worden toegestaan in overleg met en na toestemming van de zorgcoördinator. Dit geldt ook voor specifiek op dyslexie afgestemde hulpmiddelen zoals Kurzweil, Sprint, Daisy et cetera. Bij gebruik van een laptop dienen de leerling, de ouders/verzorgers en de zorgcoördinator hiertoe een contract te ondertekenen (zie bijlage 1). Ouders/verzorgers van dyslectische leerlingen dienen zelf zorg te dragen voor het bestellen van cd-roms etc. (zie bijlage 2). De kosten hiervoor kunnen worden gedeclareerd bij de zorgcoördinator. Deze zal hiervoor na overleg en gegeven toestemming hiervoor een formulier verstrekken. Let op: het technisch beheer en gebruiksbeheer van de hard- en software is de verantwoordelijkheid van de ouders/verzorgers en de leerling. Als gekozen worden voor een bepaalde applicatie dan is het van zeer groot belang dat de leerling goed met de applicatie overweg kan! Extra begeleiding Leerlingen die in het bezit zijn van een geldige dyslexieverklaring kunnen soms ook extra begeleiding op school krijgen. Het besluit om een dyslectische leerling extra begeleiding te geven, wordt in overleg met de vakdocent of mentor genomen door de zorgcoördinator. Ouders kunnen niet direct bij de zorgcoördinator extra begeleiding aanvragen. Leerlingen die in aanmerking komen voor extra begeleiding blijven achter op bepaalde vakonderdelen, waarbij de reden hiervoor traceerbaar moet zijn naar de dyslexie en niet voort moet komen 4
onvoldoende inzet. De vakdocent bepaalt of het nut heeft om voor een leerling extra begeleiding in te zetten. Daar er beperkte voorzieningen zijn ten aanzien van extra begeleiding, wordt ook mede op basis van urgentie van de problematiek besloten of en wanneer een leerling in aanmerking komt voor extra begeleiding. Deze begeleiding is kortdurend (rond de 5 zittingen) en wordt afgestemd op de problemen die de leerling in de dagelijkse schoolsituatie ondervindt. De dyslexiecoach of vakdocent geeft de begeleiding. Dispensatie Voor VMBO-leerlingen is de mogelijkheid tot ontheffing geregeld in de wet. Sinds 1 augustus 2006 staat in de Wet op het Voortgezet Onderwijs (artikel 11d sub 1) dat het bevoegd gezag van de school na overleg met ouders en leerling ontheffing mag verlenen voor onderdelen van het onderwijsprogramma. Dit kan wel gevolgen hebben voor een eventuele vervolgstudie. De directie zal deze ontheffing alleen verlenen als zij voldoende aanwijzingen heeft dat de leerling het eerst echt uit volle macht geprobeerd heeft. Voorts is het aantoonbaar dat andere vakken wel goed gaan, omdat de leerling zich erg heeft ingezet. Met andere woorden: vrijstelling wordt niet verleend als leerlingen niet hun uiterste beste doen en gemotiveerd zijn om een VMBO-t diploma te behalen. Boekenlijst Nederlands Voor dyslecten is er een oplossing in de vorm van gesproken boeken. Op www.aangepastlezen.nl kunnen ouders gratis een account aanmaken. De leerling leent een boek uit de bibliotheek en bestelt hetzelfde boek bij ‘Aangepast lezen’. Dit kan op een Daisy cd-rom of via streaming (bv. op een iPod of iPhone). Faciliteiten dyslectische examenkandidaten Het is de verantwoordelijkheid van de leerling om onderstaande faciliteiten op tijd (voor november) aan te vragen bij de directrice van het Sweelinck College. Op grond van het eindexamenbesluit (artikel 55) heeft de directie de bevoegdheid examencondities aan te passen op grond van het rapport van een deskundige. De aanpassingen moeten worden gemeld bij de inspectie. Afhankelijk van de mate, ernst en soort dyslexie zijn de volgende, met de leerling overeengekomen, maatregelen mogelijk: 5
Verlenging van de examentijd met 30 minuten Auditieve ondersteuning, zoals: a. Daisy: De examentekst is omgezet in gesproken tekst en wordt middels een door school geleverde laptop beluisterd. b. Tekst (pdf) bestand op cd-rom: De tekst is met synthetische spraak te beluisteren. ICT-ondersteuning, zoals laptop met tekstverwerker en spellingcorrector, spraakherkenning of andere ondersteunende softwareprogramma’s.
Voor meer informatie over de beoordeling van dyslectische leerlingen bij de talen op het eindexamen, wordt verwezen naar bijlage 4. Documenten met informatie: -
Protocol Dyslexie Voortgezet Onderwijs, uitgave 2013, via kpcgroep.nl/KPC-Groep/Publicaties/Protocol-Dyslexie-VoortgezetOnderwijs.aspx (geraadpleegd op 11 mei 2015)
-
Eindexamenkandidaten met een beperking: steunpuntdyslexie.nl/dyslexie-op-school/voortgezetonderwijs/toetsen-en-examens/aangepast-eindexamen-bijdyslexie/ (geraadpleegd op 11 mei 2015)
6
Bijlage 1.
Contract gebruik laptop bij dyslexie
CONTRACT GEBRUIK LAPTOP DYSLEXIE
Naam: Klas: Gebruik laptop bij de vakken: Gebruik laptop tijdens reguliere lessen: Gebruik laptop tijdens toetsen:
JA JA
/ /
NEE NEE
Hierbij verklaar ik dat ik zelf verantwoordelijk ben voor een juist gebruik van mijn laptop op school. Dit betekent dat ik er zelf voor zorg dat ik voldoende (opgeladen) batterij op mijn laptop heb of dat ik bij een stopcontact in de buurt zit. Dit betekent dat ik geen gebruik maak van wifi of een ander draadloos netwerk. Dit betekent dat ik nooit een toetsbestand op mijn laptop opsla, maar alleen de docent gelegenheid geef de toets op zijn/haar USBstick te zetten. Dit betekent dat ik geen gebruik maak van hulpmiddelen als opgeslagen aantekeningen, (online) woordenboeken of spellingcheckers, behalve als dit van tevoren is besproken met de desbetreffende docent. Bij overtreding van een van bovenstaande regels wordt in overleg met de teamleider de sanctie bepaald. Plaats: Leerling:
……………..
Datum: Ouder/verzorger:
……….………
Zorgcoördinator:
…………………
7
Bijlage 2.
Bestellen cd-roms
Als door de zorgcoördinator toestemming is gegeven voor het bestellen van cd-roms, dan zal het volgende stappenplan gevolgd worden:
Ouders vragen een account aan bij Dedicon. www.dedicon.nl. Hiertoe dienen zij een kopie van de dyslexieverklaring op te sturen dan wel te uploaden.
Ouders vragen bij de zorgcoördinator de boekenlijst en het declaratieformulier aan.
Als het gaat om Daisy cd-roms, dan mogen alleen cd-roms van de hoofdboeken (tekstboeken) besteld worden en niet van werkboeken.
Als het gaat om bestanden voor Kurzweil/Sprint, dan mogen ook werkboeken besteld worden.
8
Bijlage 3.
Richtlijnen beoordelen toetsen Nederlands en MVT
De richtlijnen die zijn opgesteld door het Sweelinck College zijn gebaseerd op de beschreven adviezen in het Protocol Dyslexie Voortgezet Onderwijs. Er kan een onderscheid gemaakt worden tussen dispenserende maatregelen en compenserende maatregelen. Richtlijnen dispenserende maatregelen Bij aanpassingen in de vorm van dispensaties worden leerlingen vrijgesteld van bepaalde normaal-geldende eisen. Bij het vaststellen van dispensaties moet het toekomstperspectief van de leerling centraal staan. Voor taken die de leerling bij het eindexamen of in een vervolgopleiding uit moet kunnen voeren, moet geen dispensatie worden verleend. Bij extreem dyslectische leerlingen kan dit een probleem opleveren. Bij dergelijke leerlingen moet worden nagegaan met behulp van welke hulpmiddelen de leerling deze taken wel zou kunnen uitvoeren. Voor het verlenen van dispensaties moet in het algemeen ook gedacht worden aan leerlingen met extremere vormen van dyslexie. Tevens moet altijd naar de individuele situatie gekeken worden. Dispensaties kunnen alleen worden toegekend na overleg met de zorgcoördinator. Mogelijkheden voor dispensaties zijn: vrijstelling van onverwachte voorleesbeurten; vrijstelling van spellingtoetsen (dictee) of minder woordjes laten leren (vooral onderbouw); te lezen boeken moeten via ‘Aangepast lezen’ beschikbaar zijn; vrijstelling van Duits of Frans in de onderbouw van het vmbo, in overleg met de vakdocent. In overleg met de zorgcoördinator kunnen ook andere dispensaties besproken worden. De tijd die vrijkomt door een vrijstelling, moet altijd adequaat ingevuld worden met andere opdrachten en/of vakken.
9
Richtlijnen compenserende maatregelen Nederlands Taalfouten in het schrijven 1a. Laat spelfouten (tenzij het veelgebruikte woorden betreft – zie 1b) en zwakke formuleringen op geen enkele wijze de beoordeling beïnvloeden. Reken deze fouten dus niet mee. Voor de duidelijkheid kunnen alle spelling- en formuleringsfouten met een aparte kleur gemarkeerd worden, zodat bij de eindbeoordeling van de toets duidelijk is welke fouten gerelateerd zijn aan de dyslexie. 1b. Een uitzondering op de richtlijn bij 1a is de spelling van veelgebruikte woorden. Hierbij moet gedacht worden aan: - lidwoorden - veelgebruikte overige woorden waarbij je het woord precies schrijft zoals je het hoort. Voorbeelden hiervan zijn krant, pas, neemt. Denk bij uitzonderingen hierop aan bijvoorbeeld: - gebruik lange en korte klinkers (zoals in zo, ga, maken) - gebruik dubbele medeklinkers (zoals in achttien) - gebruik ei/ij - gebruik au/ou - gebruik c/k - gebruik t/th - gebruik ch/sj/sh - gebruik x (kan geschreven worden als ks) - gebruik eau - gebruik gt/cht - gebruik t/d - gebruik b/p - gebruik i/ie/y - gebruik v/f - gebruik s/z/sz - omdraaien van ui/au/ou/oe/etc - spelling meervoudsvormen (-‘s/-ees/-és/-ieën/-iën) - spelling verkleinwoorden (-inkje) - afkortingen 2. Bij een (practicum)verslag kunnen de voorbereiding op en de inzet bij opdrachten in de les ook meegenomen worden in het cijfer. Op het Centraal Eindexamen bestaat de mogelijkheid om gebruik te maken van een computer voor schrijven. Hierbij mag spellingcontrole worden gebruikt.
10
Taalfouten in het lezen 1. In verband met leesfouten is het soms niet mogelijk om alleen naar het eindresultaat van een toets te kijken. De docent kan ook kijken naar de opdrachten die als huiswerk zijn gemaakt met betrekking tot het toetsonderwerp. Op grond hiervan kan het cijfer van de toets worden aangepast. 2. Bij een toetsresultaat dat veel lager ligt dan verwacht, moet een mondelinge herkansing worden aangeboden indien de leerling dit te kennen heeft gegeven op zijn dyslexiepas. Richtlijnen compenserende maatregelen Frans en Duits Spelfouten met betrekking tot spellingsregels worden goed gerekend, zoals fonetisch geschreven woorden. Spelfouten met betrekking tot grammaticale regels worden fout gerekend: -
Spelfouten in werkwoordvervoegingen.
Bijvoorbeeld: -
Spelfouten met betrekking tot enkelvoud en meervoud.
Bijvoorbeeld: -
Les beau concert i.p.v. les beaux concerts Die Kinden i.p.v. die Kinder
Onjuist toegepaste lidwoorden.
Bijvoorbeeld: -
Je prend i.p.v. Je prends Ich wohn i.p.v. Ich wohne
Le table i.p.v. La table Das Tisch i.p.v. Der Tisch
Het niet gebruiken van een hoofdletter bij zelfstandige naamwoorden. (Duits)
Bijvoorbeeld: Der lehrer i.p.v. Der Lehrer -
Het verkeerd plaatsen of niet plaatsen van accenten/umlaut.
Bijvoorbeeld: Je suis dècu i.p.v. Je suis déçu. Schon i.p.v Schön. -
Het onjuist gebruiken van de verbuigingen van de naamvallen. (Duits)
Bijvoorbeeld: Ich sehe meine Mann i.p.v. Ich sehe meinen Mann.
11
Richtlijnen compenserende maatregelen Engels -Docent geeft aan of er sprake is van extra tijd óf vermindering van opgaven. De leerling heeft geen recht op beide. -Zogenoemde “hulpbriefjes” waarop regels m.b.t. spelling staan vermeld worden alléén in lj 1 toegestaan mits daarover, voorafgaand aan de toets, overleg met - en inzage door de docent heeft plaatsgevonden. Indien daarvan geen sprake is valt e.e.a. onder de noemer “spieken”. - De leerling stimuleren om de woorden op te schrijven zoals ze uitgesproken worden. - De leerling moet de volgende basiswoorden goed kunnen opschrijven: - de persoonlijke voornaamwoorden I-you–she-he-it-we-they - de voegwoorden “and” en “but” - de werkwoorden “is”, “was”, “am”, “are”, “has” en “have” - de lidwoorden “a”, “an” en “the” - De toetsen worden altijd in Verdana lettertype getypt met lettergrootte 12. Er is dan geen vergrote kopie meer nodig. - Indien het geschrevene erg onduidelijk is, geeft de docent een mondelinge overhoring naast het schriftelijk werk. - Spellingsfouten t.g.v. dyslexie worden niet meegerekend. Echter zijn niet alle spellingsfouten dyslectische fouten. - Spellingsfouten worden niet gerekend mits het toetsing van vocabulaire betreft én het geen fout(en) betreft waarop grammaticale regels van toepassing zijn. Denk hier aan schrijfwijze van: enkelvoud/meervoud, persoonlijke- en bezittelijke voornaamwoorden, werkwoorden, lidwoorden etc. -Indien de (spel-)fout ertoe leidt dat er sprake is van verandering in woordbetekenis wordt deze fout gerekend. Denk hier aan: “bag/back”, “meat/meet”, “see and sea”, “three en tree” etc. - Indien het een grammatica toets betreft en er sprake is van het verkeerd of helemaal niet toepassen van de grammaticale regels, dan worden de spellingsfouten wel meegerekend. Denk aan enkelvoud/meervoud- bijv. two wifes- two mansDenk aan de verleden tijd van: to send – send - send 12
Bijlage 4.
Het Centraal Eindexamen bij de talen
Taalfouten in het schrijven Op het Centraal Eindexamen worden taalfouten in het schrijven meegerekend in de beoordeling. Bij Nederlands kan rond tien procent van het maximaal aan te behalen punten afgetrokken worden voor incorrecte formuleringen en onjuist taalgebruik. Hieronder wordt verstaan: fouten tegen de regels voor interpunctie, voor het gebruik van hoofdletters, voor zinsbouw, voor spelling, voor woordgebruik en voor woordvolgorde. Dat kan bij Nederlands in het uiteindelijke cijfer (1-10) een aftrek zijn van rond één punt. Bij Engels ligt dat iets anders. Voor het Centraal Examen Engels vmbo-tl kunnen voor het schrijfgedeelte (schrijven zakelijke brief) in totaal 13 punten behaald worden. Het totaal aantal mogelijk te behalen punten is 48. Bij de beoordeling van de brief telt taalgebruik – waaronder spelling – zwaar mee, 8 punten van de 13. Wanneer die 8 punten verspeeld worden, betekent dat 1.6 punt aftrek van het totaalcijfer. Er is de mogelijkheid om het schrijfgedeelte op de computer en met behulp van spellingcontrole te doen. Voor zeer uitzonderlijke gevallen (extreme vormen van dyslexie) kan de zorgcoördinator een aanvraag doen om toestemming te krijgen om schrijfopdrachten op het Centraal Eindexamen met behulp van ‘spraak-naartekstsoftware’ te toetsen. De leerling moet dan al wel bekend zijn met het gebruik van deze software. Taalfouten in het lezen Met betrekking tot de beoordeling van de leesonderdelen in de eindexamens wordt ook geen rekening gehouden met dyslexie. Dyslectische leerlingen kunnen wel, mits daar toestemming voor is gegeven, voorgelezen worden. Bij de centrale examens kan dat op drie manieren worden uitgevoerd: door een toezichthouder op verzoek te laten voorlezen; door gebruik te maken van een Daisy-cd; door middel van spraaksynthese waarbij de digitale tekst omgezet wordt in computerspraak. Een voorlezer is alleen toegestaan waar een ander adequaat middel ontbreekt. Eindexamenleerlingen Het is de keuze van het Sweelinck College om dyslectische leerlingen bij de examens van school (PTA’s) niet te beoordelen op het maken van fonetische spelfouten. Hiermee wordt voorkomen 13
dat deze leerlingen ‘dubbel’ worden afgerekend op het maken van taalfouten. Belangrijk hierbij is wel dat dyslectische leerlingen en hun ouders/verzorgers op de hoogte zijn van het feit dat taalfouten wel worden meegerekend in het Centrale Eindexamen.
14